DEMONSTRATIE BIJ DETENTIECENTRUM ROTTERDAM/ADHESIEBETUIGING ASTRID ESSED AAN DE ACTIEVOERDERS
INLEIDING
LEZERS!
[UPDATE!
Uiteindelijk heeft Indymedia.nl mijn adhesiebetuiging toch geplaatst!
Zie daarvoor geheel onderin]
Het is verheugend om te zien, dat ook in deze Coronatijden de actiesvoor rechtvaardigheid aan vluchtelingen hun doorgang vinden.Ik vond en vind het belangrijk, aandacht te blijven schenken aan deschandalige wijze, waarin het Nederlands en EU vluchtelingenbeleid vorm krijgt.Er vinden zoveel onrechtmatigheden in plaats, ook tegen migranten in het algemeen [de zogenaamde ”economische vluchtelingen”] [1]dat het in dit bestek teveel isom op te noemen.Maar naast belangrijke en bizarre factoren als racisme [2] en criminaliseringvan vluchtelingen [3], is het in de grond een kwestie van rijk tegen arm.Een van de belangrijkste redenen, dat men geen vluchtelingen wil in Fort Europa [4] is het feit, dat zij hier arm en berooid aankomen.Want ook Polen, die immers niet zwart en kleurling zijn en arbeidsmigranten zijn, die binnen EU regelgeving vallen, worden schandaligbehandeld en uitgebuit. [5]Dat het-uiteraard- weer gaat om de mantra ”ze kosten geld”, kun je zien, hoeanders de houding is tegenover ”migranten” en ”vreemdelingen”, die meteen Zak Geld binnenkomen: Zo had destijds Staatssectretaris Teeven van Justitie en Veiligheid om buitenlandsemiljonairs naar Nederland te lokken, die dan een jaar een verblijfsvergunning kregenals ze minimaal 1,25 miljoen euro aan vrij vermogen hadden en dat investeerden in het Nederlanders bedrijfsleven. [6]Er was echter bij die buitenlandse miljonairs totaal geenanimo voor. [7]Had ik hem ook kunnen vertellen:Want waarom zou een buitenlandse miljonair, die vaak in zijneigen land in veel luxueuzere omstandigheden leeft, naar Nederland komen?Trouwens, het aanbod was nogal mager:Een jaar een verblijfsvergunning, als je minimaal 1.25 miljoen euroals vrij vermogen hebt….[8]Gaat dus niet werken. Dit Drama ”we willen geen armoedzaaiers” [om het even hard te zeggen], is niet alleenvan deze Tijd.Om dezelfde reden, waren door de nazi’s vervolgde Joden na de Kristallnachtnergens in Europa welkom [9], met de gevolgen, die wij nu kennen. ‘[10] MISDADEN De misdaden tegen de vluchtelingen gaan ver:Uitzetting naar gevaarlijke landen, de be/mishandeling van de We Are Here Vluchtelingen[vaak niet uitzetbaar, maar toch niet in aanmerking komend voor een verblijfsvergunning],detentie zonder strafbare feiten [de uitzetcentra], de vuile streken van de Dienst Terugkeer en Vertrek, de Turkije deal, dood door verdrinking in de Middellandse Zee, noem maar op.[11]Ik kom er nog over te spreken in een toekomstig artikel DEMONSTRATIE BIJ DCR Maar nu deze dappere demonstratie, in Coronatijd, bij het DeportatiecentrumRotterdam, DCR [Detentiecentrum Rotterdam]Ik citeer uit de verklaring:”Het Detentiecentrum Rotterdam (DCR) bestaat nu ruim 10 jaar. Vanuit deze gevangenis — het eerste detentieproject in Nederland dat werd gebouwd en beheerd vanuit een publiek-private samenwerking — worden de hele tijd al mensen gedeporteerd. Het huidige immigratiebeleid van Nederland en Fort Europa eist duizenden mensenlevens, ten gunste van wapenhandelaren en de rijken. Al meer dan een decennium wordt er strijd gevoerd tegen deze uitzetbajes: van de bezetting van het terrein tijdens de bouw ervan tot de hongerstakingen van opgesloten mensen na de ingebruikname. Met de demonstratie van afgelopen zondag geven we een duidelijk signaal dat zolang het DCR bestaat die strijd zal doorgaan![12] Omdat ik voor de volle honderd procent achter deze actie sta, heb ik opIndymedia.nl/Discussie, mijn adhesie getoond. Of Indymedia het ook daadwerkelijk plaatst, weet ik niet, maar dat doet nietzoveel ter zake.Belangrijk is, dat ik mijn adhesiebetuiging nu met u deel, lezers LEES DEZE ONDER DE VERKLARING VAN DE ACTIEVOERDERS, ONDER BDaaronder de noten, behorende bij dit stuk [C] Over de vluchtelingen bericht ik binnenkort meer! GEEN MENS IS ILLEGAAL! Astrid Essed A
Op zondag 30 mei hebben zeker 100 mensen een demonstratie gelopen voor de sluiting van het Detentiecentrum Rotterdam. De demonstratie begon bij de metrohalte Meijersplein en liep daarna richting de gevangenis bij Rotterdam-The Hague Airport. Er werd een rondje om de bajes heengelopen en stilgestaan op plekken waar contact met de gedetineerden mogelijk was. Tijdens de demonstratie was er kort telefonisch contact met een van de gevangenen die een boodschap achterliet.
Het Detentiecentrum Rotterdam (DCR) bestaat nu ruim 10 jaar. Vanuit deze gevangenis — het eerste detentieproject in Nederland dat werd gebouwd en beheerd vanuit een publiek-private samenwerking — worden de hele tijd al mensen gedeporteerd. Het huidige immigratiebeleid van Nederland en Fort Europa eist duizenden mensenlevens, ten gunste van wapenhandelaren en de rijken. Al meer dan een decennium wordt er strijd gevoerd tegen deze uitzetbajes: van de bezetting van het terrein tijdens de bouw ervan tot de hongerstakingen van opgesloten mensen na de ingebruikname. Met de demonstratie van afgelopen zondag geven we een duidelijk signaal dat zolang het DCR bestaat die strijd zal doorgaan!
Aan de achterkant van het DCR stond de demo stil, hier was er zichtbaar contact met gedetineerden op de tweede verdieping van het DCR en werd er over en weer gezwaaid. Een paar vlaggen op meterlange stokken wapperden ook over de muur van het DCR heen zodat mensen in de cellen op de begane grond ook de aanwezigheid van de demonstratie meemaakten. Bij het zien van de vlaggen klonk er gejuich en gebons vanuit het DCR. In de week voor de demonstratie was er ook telefonisch contact met iemand die gevangen zit in het detentiecentrum. Tijdens de demo werd er met deze persoon gebeld die toen een boodschap achterliet voor de aanwezigen. De boodschap was kort maar duidelijk: “Demonstraties bij het DCR zijn altijd mooi voor mensen die er opgesloten zitten. Mensen voelen zich erdoor gesteund. In het DCR is er geen democratie. In het DCR zijn geen mensenrechten”. Deze persoon gaf ook aan dat persoonlijke bezoeken aan mensen in het DCR ook zeer welkom zijn.
Na een uur bij het DCR keerde de demo terug naar het Meijersplein terwijl de muziek hard uit de speakers klonk zodat deze ook binnen werd gehoord. Het DCR wordt in ieder geval voor de komende 15 jaar nog geopereerd door het consortium DC16. DC16 bestaat uit Ballast Nedam, Strukton en ISS Facility Services. De gevangenis is ooit ontworpen door Erik Fokkema van EGM architecten, die ook het Justitieel Complex Zaanstad en het Gevangeniscomplex Haren (Brussel) ontwierpen. De bajes in Zaanstad wordt ook beheerd met een Develop Build Finance Maintain Operate (DBFMO) contract door Ballast Nedam. De strijd tegen het DCR gaat door, en de strijd tegen de bedrijven er achter ook!
De bedrijven die geld verdienen aan het DCR zijn instanties die zich specialiseren in het bouwen van gevangenissen en andere staatsprojecten (zoals politiebureaus). De privatisering van gevangenissen in Nederland, ooit begonnen bij het DCR, zorgt ervoor dat er een financieel interesse is om mensen op te sluiten, te isoleren en te deporteren.
Het startsignaal is nu gegeven voor een 2e decennium van strijd tegen de deportatiemachine en de verdieners erachter. Fort Europa is overal, Fort Europa is ook hier: organiseer jezelf en kom in actie bij de kantoren en projecten van de bedrijven die geld verdienen aan deportaties, organiseer solidariteitsdemonstraties bij uitzetcentra ’s en AZC’s en steun de strijd van mensen zonder papieren!
Sluit DCR – Breek Fort Europa! Stop de deportatiemachine – Geen mens is illegaal!
ADHESIEBETUIGING MET DE ACTIE/GEEN MENS IS ILLEGAAL Beste Actievoerders, Hierbij van mijn kant een warme adhesiebetuiging met de gevoerdeactie bij Deportatiecentrum DCR!Het komt op het juiste moment, zoals altijd met dit soort acties.Op een moment, dat de samenleving, zowel in het publiekeals in het politieke, fascisme steeds meer salonhafig gaat vinden, fascisten zelfs door een Nationaal 4 en 5 Mei als ”inspirerend” worden gezien [1] en dit alles schouder aan schouder gaat met de hetze tegen vluchtelingen, die hand over hand toeneemt en door fascist Wilders in 2015-16 zo verbeten en ”overtuigend” is gevoerd [2]Maar er is meer dan die hetze tegen vluchtelingen! Steeds meer worden vluchtelingen gecriminaliseerd, overgelaten aande verdrinkingsdood, waaraan met de EU, ook Nederland schuldig is [3],het recht op asiel geschonden en met voeten getreden!De Turkije deal ging ons voor [4] en nu al een griezelig begin [want ikweet bijna zeker, dat andere landen dit ”voorbeeld” gaan volgen] metde ”Denemarken deal”, waarbij Denemarken zijn asielprocedure uitbesteedt aanlanden buiten Europa! [5]Daarbij worden niet de minste landen genoemd!Landen als Egypte. Eritrea en Ethiopie! [6]Landen waar mensenrechten niet eens een vodje papier zijn,maar minder dan opstuivend zand!In Egypte, waar een dictatuur heerst en tijdens die dictatuurwaarschijnlijk al misdaden tegen de menselijkheid zijn gepleegd! [7]Ethiopie, een land waar een genadeloze burgeroorlog woedt en het regimebommen op woonwijken gooit, etnische zuiveringen uitvoert en op weg isnaar genocide! [8]Ook Eritrea, de andere ‘partner” in het Tigray conflict, laat zich niet onbetuigd. [9]Eritrea, waar al jaren een keiharde dictatuur woedt! [10]En daar moeten asielprocedures plaatsvinden en de mensen hetRECHT hebben in dergelijke dictaturen te wonen!Nu al heeft Denemarken een overeenkomst met Rwanda tav de”asielprocedure”, ook zo’n voorbeeld van mensenrechtenhandhaving [11] De lijst van misdaden tegen vluchtelingen en asielzoekers is lang en somber Alle verzet tegen deze behandeling van vluchtelingen moet worden aangemoedigd. DEPORTATIECENTRA IN NEDERLAND En deportatiecentra zoals DCR blijven deportatiecentra, waar mensengevangen gehouden worden zonder het plegen van strafbare feiten, teruggestuurd naar onveiligheid, dictatuur, ellende. TERUGSTUREN NAAR FOLTERING En zijn we het vergeten?Minister Verdonk, die een Afghaanse asielzoeker liet uitzetten, die later in Afghanistan is gedood? [12]Staatssecretaris Harbers, die een asielzoeker liet uitzetten, die zondereerlijk proces levenslang kreeg in Bahrein? [13]En die Vent, die Harbers, zit vrolijk in de Tweede Kamer, terwijl hijin feite aangeklaagd had moeten worden, evenals minister Verdonk DE BEERPUT IS EINDELOOS! Ik kan nog meer opnoemen, zoals de We Are Here Groep, die al bijna10 jaar door Amsterdam zwerft zonder perspectief en reeele kansom een menswaardig bestaan op te bouwen! [14] Maar ik stop er nu mee, al ben ik de vluchtelingen bepaald nietvergeten Deze acties, zoals bij DCR, zijn nodig om op de Muren van dePolitiek te blijven beuken Zodat de vluchtelingen niet worden vergeten! WORDT VERVOLGD! GEEN MENS IS ILLEGAAL
Economische vluchtelingen is een benaming voor hen die niet zouden zijn gevlucht om politieke redenen, maar om een betere levensstandaard te vinden. De term wordt vaak afkeurend gebezigd in de zin van ‘niet-echte’ vluchtelingen.
In de praktijk blijkt het onderscheid tussen politieke vluchtelingen (in de zin van het Vluchtelingenverdrag) en economische vluchtelingen moeilijk te maken. Het vluchtmotief is vaak een combinatie van politiek geweld en moeilijke levensomstandigheden. De economische noodzaak of wens om te vluchten, zoals vanwege gebrek aan werk, inkomen en onderwijs, komt vaak voort uit politieke omstandigheden.
Voorbeelden daar van zijn: de regering benadeelt bepaalde minderheidsgroepen, middelen komen door corrupt bestuur vooral aan de elite toe, opgelegd corvee of lange dienstplicht maken het opbouwen van een eigen economisch bestaan heel moeilijk, het land is in handen van een kleine groep, enzovoort.
Economische vluchtelingen: Vluchtelingenverdrag
Omdat economische en politieke motieven zo doorheen lopen bij migranten/vluchtelingen, is wel voorgesteld om het Vluchtelingenverdrag aan te passen om ook economische migranten beter te beschermen. Wat daartegen pleit is dat politieke vluchtelingen vanwege de bedreigingen geen keus hebben en dus helemaal afhankelijk zijn van bescherming in andere landen, terwijl economische migranten wel een keuze hebben. EINDE ARTIKEL AMNESTY INTERNATIONAL
[2]
YOUTUBE,COM THIERRY BAUDET: ”IK WIL GRAAG DAT EUROPA DOMINANT,BLANK EN CULTUREEL BLIJFT, ZOALS HET IS”[THIERRY BAUDET BIJ HET DEBAT ”DE VLUCHTWEEK”,RADIOZENDER FM, https://www.youtube.com/watch?v=DpBzt9PyU5w
TRANSCRIPTIE[GESPREKSPARTNER]”Wat maakt het uit, als die mensen niet teruggaan?Dat is helemaal niet relevant.[PRESENTRATRICE]”Maar…..”[GESPREKSPARTNER]”Ik erger mij een beetje aan de houding….”[THIERRY BAUDET]”Ik vind het wel relevant!”[PRESENTRATRICE]”Maar Thierry, waarom is….[THIERRY BAUDET]”Omdat ik niet wil, dat Europa Afrikaniseert….”[GESPREKSPARTNER];;”Deze opmerking van Thierry vind ik best wel kwalijk,als je bedenkt, dat 20 procent van migranten, die naar Europakomen, Afrikanen zijn.Dus zo’n complete demonisering van Afrikanen is niet nodig.Tegelijkertijd….. [THIERRY BAUDET] ”Ik demoniseer niet, ik zeg wat ik wil, wat ik wenselijk vind en wat ik niet wenselijk vind.En wat ik niet wenselijk vind, is dat wij veel meer gaan lijken op delen van de wereld waar heel veel mensen weg willen…. ”[PRESENTRATRICE]”Je wil zeg maar een bepaald Europees goed.wil je eigenlijk zo houden zoals het is..Op zich mag dat…. ”’[THIERRY BAUDET]”Ik wil graag, dat Europa dominant, blank en cultureel blijft zoals het is.” EINDE YOUTUBE FILMPJE
DONDERDAG 17 SEPTEMBER 2015
[3]
YOUTUBE FILMPJE MET HETZE RETORIEK VAN WILDERS 0.00-0.16 ”Duizenden Arabische mannen hebben de afgelopen tijd honderden vrouwen sexueel aangevallen, vernederd, verkracht.Alle vrouwen zijn loslopend wild.Testosteronbommen heb ik de daders genoemd.”……..” Overal waar de onverantwoorde Open Deur politie zoals premier Rutte en kanselier Merkel de rode loper wordt uitgerold voor deze testosteronbommen”0.37-0.47
”Wat de PVV betreft is het duidelijk:
Onze grenzen moeten dicht.Dicht voor alle asielzoekers en alle immigranten uit islamitische landen.Maar zolang dat niet gebeurt, zolang de islamitische testosteronbommen als een Zwaard van Damocles boven de Nederlandse vrouwen hangen, stel ik voor, dat we mannelijke asielzoekers opsluiten in de AZC’s.2.29-2.50
GEERT WILDERS: MANNELIJKE ASIELZOEKERS OPSLUITEN IN AZC’S0.00-3.05
Geert Wilders [PVV]:”
Duizenden Arabische mannen hebben de afgelopen tijd honderden vrouwen sexueel aangevallen, vernederd, verkracht.
Alle vrouwen zijn loslopend wild.
Testosteronbommen heb ik de daders genoemd.
We hebben gezien, waar ze toe in staat zijn.
Het is sexueel terrorisme, een sexuele Jihad.En het gebeurt overal in Europa.
In Nederland, Duitsland, Zweden, Oostenrijk.Overal.Waar honderdduizenden vooral alleenstaande mannen uit een cultuur van vrouwenonderdrukking werden binnengelaten.
Overal waar de onverantwoorde Open Deur politie zoals premier Rutte en kanselier Merkel de rode loper wordt uitgerold voor deze testosteronbommen.
Overal krijgen we nu te maken met een verkrachtingsepidemie.
Het is een ramp, die vermeden had kunnen worden en vermeden had moeten worden, maar niet vermeden werd.Op vele plaatsen probeerden de autoriteiten en de media het verschrikkelijke nieuws onder de pet te houden, onder het tapijt te schuiven, maar dat lukt ze niet meer.De geest is uit de Fles.
En er heerst, terecht, woede, angst, in Nederland en in de rest van Europa.
Mensen zijn, terecht, heel erg boos, duizenden Nederlandse vrouwen stellen zich grote vragen bij hun eigen veiligheid.”Wie zal mij beschermen
”Duizenden Nederlandse mannen maken zich grote zorgen over de veiligheid van hun vrouwen.
”Wie zal hen helpen”En duizenden Nederlandse ouders zijn bang voor wat hun dochters kan overkomen.
”Wie waakt er over hen”Vreselijke massa aanrandingen zoals in Keulen kunnen ook hier in Nederland gebeuren.
En het is tijd, die waarheid onder ogen te zien.Deze daders komen uit een cultuur waarin vrouwen minderwaardige wezens zijn, een cultuur van eerwraak en vernedering.
Een cultuur, gesticht door een Profeet, die seksslavinnen had en een negenjarig meisje verkrachtte.
Het is tijd, ook die waarheid onder ogen te zien.
Want wie wegkijkt, wie wegkijkt, is medeschuldig.En het wordt steeds duidelijker:
Premier Rutte, mevrouw Merkel en al die andere politici in Europa, die hun grenzen weigerden te sluiten, ze laten onze vrouwen en dochters keihard in de steek en zijn dus medeverantwoordelijk.
Wat de PVV betreft is het duidelijk:Onze grenzen moeten dicht
.Dicht voor alle asielzoekers en alle immigranten uit islamitische landen.
Maar zolang dat niet gebeurt, zolang de islamitische testosteronbommen als een Zwaard van Damocles boven de Nederlandse vrouwen hangen, stel ik voor, dat we mannelijke asielzoekers opsluiten in de AZC’s.
Voor hen moeten de AZC’s gesloten instellingen worden.
Zodat geen enkele mannelijke asielzoeker nog de straat op kan en zodat onze vrouwen eindelijk worden beschermd.”
EINDE YOUTUBE FILMPJE
ZIE OOK
[4]
RTL NIEUWS
WE MOETEN AF VAN HET DODELIJKE FORT EUROPA
4 NOVEMBER 2019
“Mam en pap, ik hou van jullie, maar ik kan niet meer ademen”, zo appte de 26-jarige Pham Thi Tra My aan haar ouders vlak voordat ze met 38 andere Vietnamezen overleed in een koelwagen in Essex op 23 oktober van dit jaar.
Dit gruwelijke voorval maakt opnieuw duidelijk wat de gevolgen van het restrictieve Europese, en in dit geval Engelse, vreemdelingenbeleid kunnen zijn. Hoewel dit soort specifieke incidenten gelukkig tamelijk zeldzaam is – het vorige dateert van juni 2000 toen 58 Chinezen in Dover de dood vonden – is sinds de jaren negentig van de vorige eeuw het aantal doden aan de zuidgrens van de Europese Unie dramatisch toegenomen.
Waar het fenomeen ‘grensdoden’ tijdens de Koude Oorlog was voorbehouden aan het streng bewaakte ijzeren gordijn tussen het Oostblok en het ‘vrije Westen’, heeft in de afgelopen dertig jaar de Middellandse Zee zich ontwikkeld tot veruit het meest dodelijke grensgebied ter wereld.
Stierven aan de grens tussen Oost- en West-Duitsland in de veertig jaar tussen 1949 en 1989 327 mensen, in de dertig jaar sinds 1988 lieten aan de zuidgrens van de EU bij benadering zo’n 38.000 migranten het leven. Daarmee voert die grens al jaren de wereldranglijst aan. Met in 2019 driemaal zoveel doden als nummer twee, de Mexicaans-Amerikaanse grens.
En daar komt nog een onbekend aantal mensen bij die in de Sahara verdrogen. Een route die sinds 2016 steeds gevaarlijker is geworden omdat de EU staten als Niger en Mali betaalt om migranten al aan zuidgrens van de Sahara tegen te houden.
Overigens is lang niet iedere migrant (of het nu asielzoekers zijn of arbeidsmigranten) aangewezen op de gevaarlijke reis per boot. Een deel komt per vliegtuig, met valse paspoorten, of door langer te blijven dan hun visum toestaat. Feit is dat sinds het begin van de jaren negentig het risico voor migranten die aangewezen zijn op irreguliere routes aanzienlijk is toegenomen. In de naoorlogse migratiegeschiedenis van West-Europa zijn tot de eeuwwisseling nauwelijks voorbeelden van grensdoden uit andere werelddelen te vinden.
De belangrijkste reden voor de enorme toename van het aantal ‘grensdoden’ is het Schengenverdrag uit 1985. Die zorgde ervoor dat de grenscontroles aan de binnengrenzen in de EU geleidelijk werden afgeschaft, maar scherpte de bewaking van de buitengrens juist aan. Met als belangrijkste ‘wapen’ de eis dat migranten alvorens af te reizen een visum moesten aanvragen. Krijg je dat niet, dan kom je geen vliegtuig in en ben je aangewezen op mensensmokkelaars. En hoe strenger het grensbeleid, des te hoger de prijs en de risico’s.
Van dit nieuwe beleid, dat in de loop van de jaren negentig werd geïmplementeerd, waren in eerste instantie vooral Albanese vluchtelingen de dupe. Die ontvluchtten het dictatoriale regime vanaf 1991 in groten getale door per boot de Adriatische Zee naar Italië over te steken. Sindsdien is de ‘papieren’ grens steeds belangrijker geworden. Tijdens de ‘vluchtelingencrisis’ van 2015 bleek dat vooral asielzoekers en arbeidsmigranten daarvan de dupe zijn.
In de afgelopen jaren heeft de EU, via allerlei deals met autoritaire regimes (Turkije, Mali, Niger), de buitengrens steeds verder geëxternaliseerd en betaalt zij zelfs Libische milities om mensen tegen te houden.
In de jaren negentig kwamen verreweg de meeste asielzoekers – toen waren het er meer dan in het huidige decennium en ook toen vooral afkomstig uit het Midden-Oosten en de Hoorn van Afrika – nog gewoon per vliegtuig, veerboot, trein of bus. Maar toen Assad in 2014 een oorlog begon tegen zijn eigen burgers, bleken die routes afgesloten en was men aangewezen op wrakke bootjes, met alle gevolgen van dien.
Toen bleek pas goed dat de bouw van ‘Fort Europa’, met het visumregime als belangrijkste middel om ongewenste migranten zo ver mogelijk weg te houden, een aanzienlijke menselijke prijs heeft. Die prijs wordt door politici gerechtvaardigd door het argument dat Europa anders ‘overspoeld’ zou worden door miljoenen migranten uit Afrika en Azië.
Daar valt echter veel op af te dingen. Zo is 80 procent van de West-Afrikaanse arbeidsmigranten die naar Noord-Afrika reizen helemaal niet van plan naar Europa te gaan, maar zoeken ze werk in landen als Libië en Algerije. En uit recent onderzoek blijkt dat bijna 60 procent van Syrische vluchtelingen in Turkije zouden blijven ook als ze de gelegenheid zouden krijgen om legaal door te reizen naar Europa.
Zoals Henk van Houtum en ik in ons boek Voorbij Fort Europauit 2016 betogen, zijn er goede redenen om de buitengrenzen poreuzer, en daardoor minder dodelijk, te maken. Dat kan wanneer de EU – in de geest van het vluchtelingenverdrag – echt werk maakt van een goede opvang in eigen regio en daarnaast zorg draagt voor hervestiging in de EU.
Daarnaast zouden er legale mogelijkheden moeten komen voor arbeidsmigranten, bijvoorbeeld uit Afrika. Bijvoorbeeld door een systeem van in eerste instantie tijdelijke werkvergunningen, gekoppeld aan een geleidelijke opbouw van sociale en verblijfsrechten en een goede controle van de arbeidsmarkt.
Op die manier kan ook de grove uitbuiting van ongedocumenteerde arbeidsmigranten in landen als Italië en elders beter worden bestreden. In het huidige migratie-pessimistische politieke klimaat is een dergelijke koerswijziging ondenkbaar. Maar als we het niet bij krokodillentranen willen laten als er weer eens een boot zinkt of een vrachtwagen te laat zijn deuren opent, dan zal het dodelijke Fort Europa beleid echt op de schop moeten.
Voor Pham Thi Tra My en haar ouders is dat te laat. Maar voor vele anderen niet.
EINDE ARTIKEL
[5]
AD
”ERWIN” ELFRINK GING UNDERCOVER: ”POOLSE ARBEIDSMIGRANTEN WORDEN SCHANDALIG UITGEBUIT”
7 MEI 2019
ARNHEM – Arbeidsmigranten uit Oost-Europa worden in Nederland op schandalige wijze uitgebuit. Ze maken lange werkdagen en moeten zwaar dokken voor slechte huisvesting. De uitzendbranche verdient gouden bergen en lapt geldende regels aan de de laars.
De Arnhemmer solliciteerde als de werkloze Erwin met talloze uitzendbureaus gericht op arbeidsmigranten. Die zitten totaal niet te wachten op Nederlandse werkzoekenden, merkte Elfrink.
,,Nederlanders zijn te duur en te lastig.” Geregeld kreeg Elfrink eerst een Pools bandje te horen alvorens er werd opgenomen.
De afwijzing gebeurde soms op zeer botte wijze, zegt Elfrink. ,,Eenmaal werden ze boos en werd het gesprek gewoon beëindigd. Vaker werd hij subtiel afgewezen: ,,Stuur je cv maar op. Dan kijken we er naar’. Of men zei gewoon: ‘nee, sorry, we hebben momenteel geen vacatures.”
DRAMATISCHE VERHALEN
Elfrink werkte een paar dagen in het Westland in een fabriek. Hij zette kunststofmatten in elkaar voor transportbanden.
,,De eerste dag zat er een Nederlander in mijn ploegje. De andere drie waren Pools. De Nederlander stelde zich voor en begon Engels tegen me te praten. Ik zei: ‘ik ben Nederlands’. Hij zei: ‘Oh wat fijn. Dan kan ik vandaag een keer Nederlands praten.”
Elfrink sprak veel met arbeidsmigranten, en bezocht ook campings. Hij hoorde dramatische verhalen.
,,Vooral in de tuinbouwkassen werken Polen soms zestien uur per dag, zonder dat ze een weekeinde vrij zijn. Dat had ik als productiemedewerker wel. Sterker: als Nederlander kreeg ik een voorkeursbehandeling. Als ik mijn best zou doen, werd mij verzekerd, zou ik met enkele weken op een betere plek in de fabriek komen te werken.”
Uitzendbazen in dikke bakken
De mensen uit Oost-Europa worden veelal slecht, maar duur gehuisvest, zag hij. ,,Aan de huisvesting wordt goud geld verdiend. Niet voor niets rijden die uitzendbazen in dikke bakken rond. Men slaapt met zijn vieren op een klein kamertje, en mag dan 90 euro dokken. Dat geld wordt en mag van het minimumloon worden afgetrokken.
,,Zelf sliep ik met samen een Poolse jongen op een klein kamertje in een stapelbed. Op zo’n matrasje van nog geen tien euro. En dan kreeg ik nog een van de betere huizen. Vooraf werd verteld dat ik rekening moest houden met overlast: veel drank en drugs. Van de thermostaat moesten we afblijven: daar stond een boete van 15 euro op.”
NIEMAND DOET WAT
De cowboys in de uitzendbranche hebben vrij spel, merkte Elfrink. ,,Ze lappen regels aan hun laars. En niemand die er wat aan doet. De arbeidsinspectie is in Nederland dan ook totaal uitgekleed.’’
Gemeenten kijken weg, stelt hij. ,,Zeker in het Westland vinden ze economie belangrijker dan veiligheid. Neem ook mijn eigen stad. Arnhem stopt Polen en andere arbeidsmigranten weg op een camping. Middenin de winter. lekker uit het zicht. Dat heeft niets met recreatie of toerisme te maken.”
EINDE BERICHT
VOLKSKRANT
KAMER WIL UITBUITING POLEN EN ANDERE BUITENLANDSE ARBEIDERS TEGENGAAN
11 FEBRUARI 2021
Arbeidsmigranten moeten minder afhankelijk worden van uitzendbureaus, die vaak zowel een baan als huisvesting voor hen regelen. Een meerderheid van de Tweede Kamer vindt dat de werk- en woonomstandigheden van deze groep zo snel mogelijk moet worden verbeterd. Maar het radicaal loskoppelen van ‘bed en baan’ wordt nog een brug te ver bevonden.
Uitzendbureaus hebben nu vaak een dubbele pet op: ze zijn zowel werkgever als huisbaas van arbeidsmigranten. Die combinatie leidt tot extreme afhankelijkheid en schrijnende toestanden. Want als een arbeidsmigrant zijn werk verliest, moet hij ook vaak binnen 24 uur zijn huis uit. Juist de afgelopen tijd wordt een toestroom van arbeidsmigranten in de daklozenopvang geconstateerd.
Minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zei donderdag in de Kamer dat hij wel voorstander is van het ‘losknippen’ van werkcontract en huurcontract. Dat geeft arbeidsmigranten al wat meer zekerheid: bij baanverlies hoeven ze via het huurrecht (met opzegtermijn) niet meteen hun – vaak schamele – behuizing te verlaten.
Maar een motie van SP en GroenLinks om de uitzendbureaus te verbieden huurpenningen in te houden op het loon, haalde in de Kamer geen meerderheid. Minister Koolmees ontraadde de motie. Volgens hem zijn er ook bonafide uitzendbureaus die wél goede huisvesting leveren en dat is bij de huidige woningnood hard nodig.
Roemer
De Tweede Kamer vindt wel dat zo snel mogelijk aan de slag moet worden gegaan met de korte-termijnadviezen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten onder leiding van Emile Roemer. Die presenteerde eind oktober zijn rapport met in totaal ruim vijftig aanbevelingen onder de veelzeggende titel ‘Geen Tweederangsburgers’.
Behalve het loskoppelen van ‘baan en bed’ adviseert Roemer onder meer ook om iedere arbeidsmigrant een eigen slaapkamer en ‘minimaal 15 vierkante meter leefoppervlakte’ te geven. Dat is zeker in deze coronatijd belangrijk voor de veiligheid. De Kamer is het daarmee eens.
Hoewel niet alle wensen zijn vervuld, vindt vakbond FNV toch dat de Kamer ‘een belangrijke stap’ heeft gezet in de verbetering van leef- en werkomstandigheden van arbeidsmigranten. ‘Als er een scheiding komt tussen huur- en werkcontract kunnen ze niet zomaar op straat te worden gezet’, aldus een woordvoerder. Ook het streven naar ‘één persoon per slaapkamer en minimaal 15 vierkante meter leefoppervlakte per persoon’ noemt hij een doorbraak.
‘WE HEBBEN GEEN RECHTEN, TERWIJL WE WEL BELASTING BETALEN. HET IS MODERNE SLAVERNIJ’
Marcin (49) uit Polen, werkt bij een distributiebedrijf van levensmiddelen en woont op het ‘Polenpark’ in Zeewolde, met meer dan duizend andere arbeidsmigranten in chalets en gebouwen met appartementen:
‘Ik deel nu met vier of vijf anderen een appartementje. We missen gastvrijheid en een menselijke behandeling. We zijn niet meer dan een nummer. Het huisvestingsbedrijf dat is ingehuurd door het uitzendbureau propt alle huisjes en appartementen vol met vijf of zes mensen. Ze vangen 100 euro per bed per week. Het gaat ze alleen maar om geld. Als ze ons zien, zien ze geld.
‘We wonen met te veel mensen in een veel te kleine ruimte. Je wilt niet met vreemden in hetzelfde appartementje wonen. Ik zou graag iets voor mezelf hebben, net als Nederlandse mensen.
‘In 2018 begon ik als orderpicker (iemand die goederen verzamelt voor verzending, red.) bij een distributiecentrum van supermarktketen Boni in Nijkerk. Eerst woonde ik een maand met tien anderen in een oude boerderij net buiten Nijkerk, die werd gehuurd door het uitzendbureau. Daarna ben ik drie keer verhuisd. Ik werk nu als combitruckchauffeur bij een logistiek bedrijf en woon op wat ook wel het ‘arbeidsmigrantenpark’ in Zeewolde wordt genoemd, samen met 1.500 anderen.
‘Wij noemen het zelf het Texaspark, want het is hier wildwest. Het zijn hier net cowboys. Dat is bedoeld als grap, maar het geeft een goede beschrijving van de omstandigheden hier. We hebben geen enkele zekerheid, niet qua huisvesting, niet qua werk. We kunnen elk moment worden ontslagen, zonder enige reden. Als je chef je niet mag, kan je zomaar naar huis worden gestuurd. En als je geen werk meer hebt, word je ook uit je huis gegooid. Dan ben je meteen dakloos.
‘We hebben geen rechten, terwijl we wel belasting betalen en bijdragen aan de economie. Dat is zo onrechtvaardig. Het is een soort moderne slavernij. Zo ga je toch niet met mensen om in een geciviliseerd Europees land anno 2021?
‘In juli vorig jaar werd ik bijna van het park gegooid. Een technicus kwam langs om iets in de badkamer te maken. Maar ik moest naar mijn werk en vroeg of ik nog snel even kon douchen. Dat kon niet, zei hij, en als het je niet bevalt hier, ga je maar naar een hotel. Dat liep zo hoog op dat het huisvestingsbedrijf me per brief sommeerde onmiddellijk het appartement en het park te verlaten, wegens ‘geen respect voor parkmedewerker, agressief gedrag’. Door tussenkomst van de FNV is dat gelukkig nog net opgelost. Maar het is toch vreemd dat anderen gewoon sleutels van je kamer hebben en zo binnen kunnen lopen.
‘Daarom is een scheiding tussen werk en huisvesting zo belangrijk. Ik voel me gevangen in het huidige systeem. Ik zou graag een normale baan hebben, zonder uitzendbureau. Maar als ik die zou vinden, raak ik mijn huisvesting kwijt. En met een uitzendbaan kan ik weer geen regulier huis betalen.’
—
‘IK HEB OOK IN ANDERE LANDEN GEWERKT, ZOALS GROOT-BRITTANNIË EN DUITSLAND. MAAR DIT IS HET TOPPUNT VAN UITBUITING’
Hugo Afecto (42) uit Portugal, werkt bij een transportbedrijf in Oss en woont in een kantoorpand langs de A59 in Nuland dat is omgebouwd tot woongebouw voor arbeidsmigranten:
‘Ik ben in juni 2020 in Nederland komen werken via een uitzendbureau, bij Ingram Micro in Waalwijk (dat voor Bol.com de logistiek verzorgt, red.) Mijn broer was twee maanden eerder gegaan – hij heeft voor mij de weg geëffend. Ze wilden ons eerst op een oud vakantiepark in Kaatsheuvel huisvesten, maar dat hebben we geweigerd.
‘Toen kwamen we in een hotel in Waalwijk terecht, waar de omstandigheden echt slecht waren: erg oud, alles vies, kamers voor drie mensen, slechte bedden, gemeenschappelijke douches. Daar zijn we bijna drie maanden gebleven. Daarna gingen we via een ander uitzendbureau naar Lelystad, waar we in het distributiecentrum van Zara kwamen. Daar heerste een agressieve sfeer: schreeuwen, chefs die alleen maar ‘work, work, work’ riepen, soms zelfs vechtpartijen.
‘Op de eerste dag moesten we zeven uur wachten voordat we naar onze huisvesting werden gebracht. Ook toen wilden ze ons weer op een camping buiten Lelystad zetten, ondanks andere beloften. Ik weigerde dat, samen met mijn broer en enkele andere arbeidsmigranten. Ze zeiden dat er voor die nacht geen andere oplossing was. Maar uiteindelijk gingen we naar een campus in Lelystad, waar een paar honderd mensen verbleven. Mijn broer en ik sliepen op de bank. Later kregen we alsnog een kamer in een appartement.
‘Toen we klaagden over de slechte woonomstandigheden, beëindigden ze het contract. We hadden zes uur om het huis te verlaten. Daarna kregen we via een ander uitzendbureau een andere baan en andere huisvesting. We werkten voor een groentebedrijf in Limburg, waar elke morgen de planning van werktijden veranderde en er problemen waren met transport.
‘En weer was het hetzelfde liedje: na klachten werd ons contract verbroken. Ze vinden altijd wel een reden om je te ontslaan en je op straat te zetten. Want als het werkcontract wordt opgezegd, moet je ook altijd je huis uit. Het probleem in Nederland is het monopolie van die uitzendbureaus: ze gaan niet alleen over je werk, maar ook over je huisvesting en transport. Als ze je niet mogen, verlies je zowel je werk als je huisvesting.
‘Ik heb in acht maanden wel tien banen gehad, en net zoveel accommodaties die overwegend in zeer slechte staat zijn. Je voelt je uitgebuit, het is een soort slavernij. Je kan wel weglopen, maar zonder geld in je zak kom je niet ver.
‘Ik heb ook vijftien jaar in andere landen gewerkt, zoals Groot-Brittannië en Duitsland. Maar dit is het toppunt van uitbuiting. Het ligt niet aan Nederland en de Nederlanders, want die zijn aardig. Maar het is het systeem van de uitzendbureaus dat niet deugt, waardoor je als arbeidsmigrant van hot naar her wordt gesleept. Soms denk ik dat ik een nachtmerrie ben beland.’
De poort gaat open voor buitenlandse miljonairs die willen investeren in de Nederlandse economie. Maar echt hartelijk klinkt het welkom van staatssecretaris Teeven niet.
Buitenlanders die minimaal 1,25 miljoen euro aan vrij vermogen hebben, kunnen voor een jaar een verblijfsvergunning krijgen, zo liet staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie vrijdag per brief weten.
Maar rijk zijn is volgens Teeven een ‘te magere’ voorwaarde om zomaar toegelaten te worden. De staatssecretaris gaat een stap verder. “Ik wil daarom in aanvulling op deze voorwaarde als eis stellen dat de vermogende vreemdeling dit bedrag investeert in het Nederlandse bedrijfsleven.” Lees: de 1,25 miljoen.
Welvarende buitenlander moet in Nederland investeren
Kortom, de welvaart van de buitenlanders moet direct ten goede komen aan de Nederlandse economie.
In de praktijk lijkt het er wel op neer te komen dat buitenlanders aanzienlijk meer dan 1,25 miljoen euro moeten bezitten, wil de tijdelijke verblijfsvergunning aantrekkelijk zijn. Want wie minimaal 1,25 miljoen euro in Nederland moet stoppen, zal doorgaans over een veelvoud daarvan willen beschikken om zoiets te overwegen.
Het kabinet waarschuwt ook alvast dat het niet de bedoeling is dat criminelen hun miljoenen in Nederland parkeren. “Daarom toetst de IND of de vreemdeling een gevaar is voor de openbare orde of de nationale veiligheid”, aldus Teeven.
Tegenover persbureau ANP lichtte de staatssecretaris vrijdagmiddag nog toe welk soort migranten hij op het oog heeft: “Dit gaat niet om een rijke Chinees die een huis van 1,5 miljoen euro koopt in Wassenaar. Je moet bijvoorbeeld denken aan kleine IT-bedrijven, die langere tijd hier blijven.”
Holland promotion
Niet onbelangrijk is verder dat de vreemdeling een verklaring moet hebben van een Nederlands accountantsbureau met een vestiging in het land van herkomst, waarin staat dat het vermogen geen ‘malafide herkomst’ heeft. Ofwel: een vleugje Holland Promotion van Nederlandse accountantskantoren in het buitenland.
De Nederlandse regeling is overigens niet uniek. Ook andere landen kennen speciale regelingen voor buitenlandse investeerders met verblijfsplannen.
In Canada moet iemand met een vermogen van 1,6 miljoen Canadese dollar minimaal de helft daarvan over een periode van vijf jaar in Canada investeren. De Verenigde Staten kennen een regeling die vereist dat buitenlandse ondernemers minstens één miljoen dollar investeren, wat in twee jaar minimaal 10 nieuwe banen moet opleveren.
EINDE ARTIKEL
[7]
BUSINESS INSIDER
PLAN VAN TEEVEN GEFLOPT: RIJKE BUITENLANDERS
WILLEN NIET NAAR NEDERLAND KOMEN
Het kabinet wil rijke buitenlanders hier laten investeren, maar de miljonairsmigranten blijven weg. In een jaar tijd heeft slechts één vermogende vreemdeling zich gemeld, maar die kreeg vanwege het ontbreken van de juiste documenten geen verblijfsvergunning.
Staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie kondigde de maatregel voor rijke buitenlanders vorig jaar september aan. Buitenlanders die minimaal 1,25 miljoen euro aan vrij vermogen hebben en dat investeren in het Nederlanders bedrijfsleven kunnen hiermee voor een jaar een verblijfsvergunning krijgen.
Daarmee lijkt het kabinet te mikken op buitenlanders die aanzienlijk meer dan 1,25 miljoen euro bezitten. Want wil de tijdelijke verblijfsvergunning aantrekkelijk zijn, dan zullen miljonairs doorgaans over een veelvoud van dat bedrag moeten beschikken om zoiets te overwegen.
Kleine IT-bedrijven lokken
Teeven zei vorig jaar dat de regeling niet bedoeld is voor “een rijke Chinees die een huis van 1,5 miljoen euro koopt in Wassenaar. Je moet bijvoorbeeld denken aan kleine IT-bedrijven, die langere tijd hier blijven.”
Het kabinet waarschuwde ook dat het niet de bedoeling is dat criminelen hun miljoenen in Nederland parkeren. “Daarom toetst de IND of de vreemdeling een gevaar is voor de openbare orde of de nationale veiligheid”, aldus Teeven vorig jaar.
Niet onbelangrijk is verder dat de vreemdeling een verklaring moet hebben van een Nederlands accountantsbureau met een vestiging in het land van herkomst, waarin staat dat het vermogen geen ‘malafide herkomst’ heeft. Ofwel: een vleugje Holland Promotion van Nederlandse accountantskantoren in het buitenland.
Regels versoepelen
Nu blijkt dat de regeling voor rijke buitenlanders is geflopt wil de VVD dat de regels versoepeld worden. “We zijn te voorzichtig en missen de boot”, aldus Kamerlid Malik Azmani dinsdagavond in de Tweede Kamer. “Beperk de regeling niet tot investeringen in innovatie, maar geef de investeerder keuzevrijheid. Laat ze investeren in innovatie óf het creëren van werkgelegenheid of onroerend goed.”
Staatssecretaris Teeven komt woensdag met een reactie op de voorstellen van Azmani. Eerder gaf hij aan begin volgend jaar de regeling te willen evalueren.
Soortgelijke regeling in andere landen
De Nederlandse regeling is overigens niet uniek. Ook andere landen kennen speciale regelingen voor buitenlandse investeerders met verblijfsplannen.
In Canada moet iemand met een vermogen van 1,6 miljoen Canadese dollar minimaal de helft daarvan over een periode van vijf jaar in Canada investeren. De Verenigde Staten kennen een regeling die vereist dat buitenlandse ondernemers minstens één miljoen dollar investeren, wat in twee jaar minimaal 10 nieuwe banen moet opleveren.
EINDE ARTIKEL
[8]
ZIE NOOT 6
[9][9]
”‘Het ging om een verpauperde groep vluchtelingen, ze kwamen met duizenden tegelijk. Ook vreesde men voor een aanzuigende werking op joden in Polen en Hongarije’” [ZIE OOK TEKST ZIJKANT ARTIKEL]
Net voor de Tweede Wereldoorlog waren joodse vluchtelingen een vogel voor de kat. Toen wás het nog mogelijk om Duitsland te ontvluchten, de nazi’s deden er zelfs alles aan om joden het land uit te jagen. Maar overal werden ze teruggestuurd naar Duitsland, waar hen een catastrofe te wachten stond.
Kurt Rosenthal uit Düsseldorf heeft een Arische moeder, zijn vader is evangelisch maar van joodse herkomst. De nazi’s aanvaarden niet dat een halfjood met een Arische vrouw een relatie heeft. De man probeert zijn herkomst te ontkennen. Tevergeefs, in 1938 wordt hij wegens ‘Rassenschande’ in voorlopige hechtenis genomen. Zijn zoon Kurt is dan 26 en besluit te vluchten naar de Verenigde Staten, waar zijn zus woont. Op 12 maart steekt hij de grens met Nederland over. Te voet gaat hij naar Doetinchem, via Arnhem reist hij met de trein naar Den Haag. Hij komt terecht bij een joods vluchtelingencomité in Amsterdam. Omdat hij geldige reispapieren nodig heeft, gaat hij naar de vreemdelingenpolitie. Daar wordt hij in hechtenis genomen en terug naar Duitsland gestuurd. De nazi’s brengen hem naar Dachau.
MET EEN ACHTERWAARTSE kijk op de geschiedenis is het verbijsterend. Een half miljoen joden konden net voor de oorlog nog vluchten uit nazi-Duitsland, maar vonden geen land dat hen wilde opvangen. Het nazi-regime ontnam joden al hun waardigheid, beroofde hen en vervolgde hen op alle mogelijke manieren. Toen in 1938 de vluchtelingenstroom voor een dijkbreuk zorgde, sloten alle Europese landen op het vasteland hun grenzen. Hoe komt het dat democratische landen als Nederland, België en Zwitserland zich zo hard opstelden, ook al was ruimschoots bekend hoe zwaar joden het te verduren hadden?
Recent vergelijkend wetenschappelijk onderzoek gaat na wat er voor het uitbreken van de oorlog precies aan de hand was. Tot nu toe was er alleen nationaal onderzoek, voor het eerst werd de internationale puzzel gelegd. De Belgische historicus Frank Caestecker (48), verbonden aan de Universiteit van Gent, organiseerde twee internationale colloquia over deze bittere periode. ‘De internationale samenhang is belangrijk’, zegt hij. ‘Want wat het ene land doet met vluchtelingen, ze toelaten of ze weigeren, heeft een directe weerslag op de andere landen. De onderlinge beïnvloeding werd nog niet onderzocht.’ Het project leidde tot het boek Refugees from Nazi-Germany and the Liberal European States, 1933-1939, dat in september tegelijkertijd zal verschijnen in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.
VANAF DE machtsgreep van Hitler in 1933 vluchtten andersdenkenden en joden weg uit Duitsland. Al werden communisten met argwaan bekeken – die zag men liever naar de Sovjet-Unie vertrekken – begin jaren dertig konden de vluchtelingen nog wel in verschillende Europese landen terecht. Velen trokken verder naar de VS en Argentinië. Vluchtelingen moesten toen zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien, de overheid had nog geen opvangnetwerk. Het waren dan ook vooral de meest gegoeden die de mogelijkheid hadden om te vluchten. Ook Nederland liet vluchtelingen toe. De voorwaarde was dat ze over geldige papieren beschikten of in acuut levensgevaar verkeerden, iets wat eng werd geïnterpreteerd. De dreiging van een concentratiekamp gold bijvoorbeeld niet als levensbedreigend.
Het tempo van de uitstroom van joden lag voor de nazi’s te laag. Ze gingen vanaf 1938 steeds driester tekeer bij het vervolgen van joden. De annexatie van Oostenrijk op 12 maart 1938 was een eerste cesuur. De Anschluss ging gepaard met een ongeziene golf van grof geweld tegen de joden in Oostenrijk. Dat geweld en het enthousiasme waarmee de joodse emigratie administratief werd gesteund hadden maar één doel: de etnische zuivering van Oostenrijk. Verschillende landen kantten zich tegen de stroom vluchtelingen, de controles werden scherper. Grenswachters kampten evenwel met een probleem: hoe zie je of iemand al dan niet een jood is? Want Arische Duitsers, zoals toeristen en zakenlui, mochten wél de grens over. Joden deden zich dan ook voor als toerist of zakenman, in de hoop de grens over te komen. Om joden te kunnen onderscheiden en terugsturen, drongen de Zwitserse en de Zweedse regering er bij de nazi’s op aan om in de paspoorten van joden een letter J te stempelen. De nazi’s voelden daar aanvankelijk weinig voor, omdat ze vreesden dat ze met de joden zouden blijven zitten. In september 1938 stemden ze toch toe om het reizen van Arische Duitsers niet te bemoeilijken.
Het Weense experiment van etnische zuivering onder leiding van Adolf Eichmann werd in Berlijn met veel aandacht gevolgd. Het succes van deze operatie leidde ertoe dat de anti-joodse politiek ook in Duitsland radicaliseerde. De pogrom tijdens Kristallnacht, de nacht van 9 op 10 november 1938, was een stuitende exponent van deze verharde nazi-agressie. Die avond werden tientallen joden vermoord en ongeveer dertigduizend joodse mannen in kampen opgesloten. Daarvan overleden er enkele honderden aan de verwondingen die ze bij de aanslag hadden opgelopen. Hoewel de Duitsers het voorstelden als agressie die door joden was uitgelokt, was de ware toedracht in het buitenland wel degelijk bekend.
Kristallnacht zorgde voor een tweede cesuur: er kwam een massale vluchtelingenstroom op gang. Vermoed wordt dat vanaf dat moment tot aan het uitbreken van de oorlog zo’n half miljoen joden de vlucht namen. De nazi’s bleven joden dwingen te vertrekken, maar pas nadat ze hen van alle bezittingen hadden beroofd. Wie de grens over wilde, mocht niet meer dan tien mark meenemen. In landen als Nederland, België, Frankrijk en Zwitserland probeerden de joden een veilig onderkomen te zoeken of een route te vinden om overzee weg te trekken. Omdat ze met zo velen waren, en haveloos, werden overal de grenzen meer en meer gesloten. Ook Nederland verscherpte de maatregelen. Alleen vluchtelingen uit de grenszone die in prangend levensgevaar waren of Duitse joden die verwanten in Nederland hadden, mochten nog het land in. Er restte joodse vluchtelingen geen andere mogelijkheid dan illegaal te proberen een grens over te steken. ‘Je ziet verschuivingen’, zegt Frank Caestecker: ‘Als het niet lukte in Frankrijk kwamen ze weer in Duitsland terecht. De Duitse politie pakte de joodse vluchtelingen op of zette ze elders over de grens, bijvoorbeeld in Nederland of België, waar ze dan op grenscontroles van Belgen of Nederland botsten.’ Er ontstonden netwerken van mensensmokkelaars die joden illegaal hielpen te vluchten. Het risico bleef groot, want wie de grens over kwam en bij een controle werd opgepakt, kon terug naar Duitsland worden gebracht. Om diplomatieke redenen zette men de vluchtelingen niet over de grens van een lukraak gekozen buurland, want dan zou dat land allicht hetzelfde doen. Illegale joden werden vooral ook als afschrikking voor kandidaat-vluchtelingen naar Duitsland gerepatrieerd.
HET GEWELD van Kristallnacht wekte evenwel ook heel even solidariteit. Nederland besloot op 19 november 1938, tien dagen na Kristallnacht, dat joden die illegaal het land hadden bereikt, konden blijven, al was het oogmerk ze snel te laten emigreren naar een ander land. Er werden vijftienhonderd ongenode vluchtelingen getolereerd. Aanvankelijk moesten ze zich elke dag bij de politie melden, later werden ze onder administratief toezicht geplaatst in vluchtelingenkampen in Veenhuizen en Hoek van Holland. De opvangkosten werden op joodse liefdadigheidsorganisaties verhaald. Er kwam een breed ondersteunde oproep tot donaties en via burgemeesters werd 473.000 gulden ingezameld.
Nederland ondernam ook diplomatieke initiatieven om met andere buurlanden een transitzone in te stellen voor joden die overzee wilden vluchten. Het plan wekte weinig of geen enthousiasme in het buitenland en werd snel in de la gestopt. Het beleid verstrakte daarentegen: Zwitserland en de Scandinavische landen sloten de grenzen, Nederland volgde op 17 december dit voorbeeld. Vanaf dat moment werden joden zonder legale papieren toch teruggestuurd. Op Kerstmis 1938 bracht een bus een eerste groep van zeventig joodse vluchtelingen naar Duitsland. Aan alle grenzen waren er strenge controles om de joodse vluchtelingen tegen te houden. Nederland zette duizend extra grenswachters in, er gingen stemmen op om het aantal tot twintigduizend op te rekken, maar dat gebeurde niet. Wel kwamen er ‘vliegende teams’, die op de meest precaire plaatsen werden ingezet.
Helemaal hermetisch waren de grenzen echter nooit gesloten. Joden stonden onder een te grote druk om Duitsland te verlaten, ze werden opgejaagd. Een aantal mensen bleef het voor hen opnemen en stak de nek uit. Marij Leenders, onderzoeker aan de Radboud Universiteit te Nijmegen, verwijst naar burgemeester Verbeek die toen aan het hoofd stond van de grensgemeente Dinxperlo. Ondanks de regelgeving van Justitie bezorgde hij eigenhandig verblijfsvergunningen aan joden. Er werd een klacht tegen hem ingediend, maar de rechtbank sprak hem vrij. Uit respect voor het ambt vroeg de burgemeester eervol ontslag. Ontslag kreeg hij, maar niet eervol. In 1990 werd hij postuum gerehabiliteerd.
De jood Karl Grünberg zit tot 30 maart 1938 in Dachau opgesloten. Hij kan vluchten en bereikt illegaal Nederland. In de trein naar Utrecht wordt hij gearresteerd omdat hij een paspoort van een Nederlander gebruikt. Manu militari wordt hij aan Duitsland uitgeleverd, daar komt hij in Buchenwald terecht. Opnieuw slaagt hij erin te ontsnappen, deze keer vlucht hij illegaal naar België. Daar kan hij blijven.
‘IN BELGIË leefde de joodse kwestie veel sterker in de publieke opinie dan elders’, vertelt Frank Caestecker. ‘Dat kwam omdat de uitwijzing van joodse vluchtelingen net voor Kristallnacht op de politieke agenda had gestaan, de meningen waren verdeeld. De bevoegde minister stelde toen dat joodse vluchtelingen geen bescherming nodig hadden, iets wat na Kristallnacht voor een wrange nasmaak zorgde en een virulente discussie op gang bracht.’
Omdat geen enkele Belgische politicus publieke blaam wilde oplopen, werd besloten om illegale joodse vluchtelingen niet langer terug te sturen. Toch zijn er flink wat kanttekeningen te plaatsen bij deze gastvrijheid. De consulaten in Duitsland kregen het advies om zeer stringent om te springen met het verlenen van visa. Aan de Belgische grens werden joden nog steeds met man en macht tegengehouden en teruggestuurd. En net als in Nederland deden de Belgen er alles aan om de joodse vluchtelingen zo snel mogelijk te laten doorreizen.
‘Toch ging het bij de joden als een lopend vuurtje rond dat illegalen in België konden blijven’, zegt Caestecker. ‘Hun aantal nam snel toe, de Belgische regering greep in. Ze vroeg de nazi’s te verhinderen dat joden naar België zouden vluchten. De Duitsers stemden ermee in om joden die geen Belgisch visum hadden en die in de Duits-Belgische grenszone werden aangetroffen, te verhinderen naar België te reizen. De nazi’s wierpen dus ook een barricade op aan hun kant van de grens. Joden moesten vanaf dat moment dus niet alleen de Belgische grenswachters verschalken, maar ook de Duitse.’
‘Dat joden nergens welkom waren, heeft verschillende oorzaken’, stelt Caestecker: ‘Het ging om een totaal verpauperde groep vluchtelingen, ze kwamen met duizenden tegelijk. Bovendien vreesde men voor een aanzuigende werking, want ook in landen als Polen en Hongarije was er een enorme druk op joden. Vergeet niet dat er in 1939 ook een half miljoen vluchtelingen uit Spanje kwamen, waar Franco na de burgeroorlog een dictatuur installeerde.’ Heulden de landen die weigerden joodse vluchtelingen op te vangen indirect en misschien ongewild met nazi-Duitsland? Caestecker: ‘Die uitspraak gaat te ver. Het zijn de nazi’s die joden vervolgden, niet de andere landen. Wel waren verschillende regeringen bereid om met de Duitsers verregaand te onderhandelen over het inkrimpen van de vluchtelingenstroom, eerder dan dat ze pogingen deden om de vervolging aan te klagen. Denk aan het invoeren van de J-pas: alle landen waren daar opgetogen over. En het speelde de nazi’s in de kaart dat de joden nergens welkom waren, het werd tegen hen als argument uitgespeeld en zette de nazi-politiek kracht bij.’
Hij wijst ook op de historische context. Tot voor de Eerste Wereldoorlog kon je in de meeste landen vrij rondreizen en je vestigen. De enige voorwaarde was dat je in je eigen levensonderhoud kon voorzien. ‘In landen als Nederland en België werd na de Eerste Wereldoorlog het algemeen kiesrecht ingevoerd, dat gaf een omvangrijke bevolkingsgroep een stem. De communistische omwenteling in de Sovjet-Unie zorgde voor pleinvrees in het Westen. De overheden wilden daarom hun inwoners een zekere mate van economische bescherming bieden. Er kwamen steeds meer restricties voor buitenlanders, die konden zich niet zomaar meer vestigen en een zaak beginnen. In de jaren dertig was er bovendien de economische crisis, wat nog meer tot protectionisme aanzette. Uitgerekend in die periode begon de vervolging van joden, die een massale stroom straatarme vluchtelingen opleverde. Niemand zag ze graag komen, bovendien werd hun situatie als argument gebruikt om het protectionisme nog aan te scherpen.’
Paul Steiner is een Oostenrijkse jurist en journalist die na de Anschluss in 1938 naar Nederland vlucht, met het vliegtuig. Hij doet zich voor als handelsvertegenwoordiger van een uitgever maar wordt door de grenswachten niet geloofd. Hij heeft een Duits paspoort met een J en wordt gedwongen teruggestuurd naar Wenen. Hij slaagt er later alsnog in om naar Brussel te vluchten en dan naar de Verenigde Staten.
DE VERVOLGING van de joden heeft in 1951 tot de Conventie van Genève geleid. Die beschermt mensen die worden vervolgd op basis van hun geloof, hun politieke overtuiging, hun seksuele geaardheid, hun huidskleur of het behoren tot een sociale groep. Deze bescherming geldt voor individuen en voldeed lange tijd. Er kunnen echter altijd nieuwe motieven ontstaan om te vluchten. Op zulke situaties moet men steeds alert kunnen inspelen, vindt Frank Caestecker: ‘Bij het uitbreken van de oorlogen op de Balkan in de jaren negentig was er een groep oorlogsvluchtelingen die vooral aan de Duitse grens aanklopten. Zij vielen niet onder de Conventie, want ze waren collectief slachtoffer van geweld. Toch werden ze in West-Europa beschermd, maar de beschermingskwaliteit varieerde van land tot land. Duitsland, dat op de weke flank van Europa lag, vroeg om een EU-regeling voor oorlogsvluchtelingen, en die kwam er ook.’ Toch zijn er tegenwoordig nog lacunes: ‘Er is te weinig controle op wat buiten de EU gebeurt. Vanuit bijvoorbeeld Noord-Afrikaanse landen proberen vluchtelingen Europa te bereiken. We weten weinig over hoe vluchtelingen daar worden behandeld. Het lijkt me dat we in mechanismen moeten voorzien om ook die vluchtelingen van een veilige opvang te verzekeren.’
Bootvluchtelingen
Joden die het zich konden veroorloven, probeerden overzee te vluchten, maar ook op andere continenten golden steeds meer restricties. Het verhaal van de Saint Louis is bekend. Het schip voer uit naar Cuba en had vooral joodse vluchtelingen aan boord. Noch in Cuba, noch in de Verenigde Staten mochten ze aan wal. Niemand wou hen opvangen, het schip bleef ronddwalen op zee. Na veel onderhandelingen bleken onder andere België en Nederland bereid een klein deel van de vluchtelingen op te vangen, liefst alleen joden die bereid waren verder te emigreren en dus snel weer het land zouden verlaten. De lotgevallen van de Saint Louis zijn achteraf meermaals beschreven, maar representatief zijn ze niet. Er waren verscheidene schepen met joodse vluchtelingen die meestal geen andere keus hadden dan na lange omzwervingen hun passagiers weer in Duitsland aan wal te zetten.
EINDE ARTIKEL
[10]
WIKIPEDIA
HOLOCAUST
[11]
”De misdaden tegen de vluchtelingen gaan ver:Uitzetting naar gevaarlijke landen, de be/mishandeling van de We Are Here Vluchtelingen[vaak niet uitzetbaar, maar toch niet in aanmerking komend voor een verblijfsvergunning],detentie zonder strafbare feiten [de uitzetcentra], de vuile streken van de Dienst Terugkeer en Vertrek, de Turkije deal, dood door verdrinking in de Middellandse Zee, noem maar op.”
ZIE VOOR ACHTERGRONDINFORMATIE
OF
ZIE OOK
WEBSITE ASTRID ESSED/VLUCHTELINGEN
[12]INDYMEDIA.NLMEER DAN 100 MENSEN BIJ DEMONSTRATIE SLUIT DCR: GEEN MENSIS ILLEGAAL https://www.indymedia.nl/node/49847 ZIE VOOR GEHELE TEKST, BOVENIN ONDER A EINDE NOTEN, BEHORENDE BIJ ”INLEIDING” EINDE NOTEN
ADHESIEBETUIGING MET DE ACTIE/GEEN MENS IS ILLEGAAL
Beste Actievoerders,
Hierbij van mijn kant een warme adhesiebetuiging met de gevoerde actie bij Deportatiecentrum DCR! Het komt op het juiste moment, zoals altijd met dit soort acties. Op een moment, dat de samenleving, zowel in het publieke als in het politieke, fascisme steeds meer salonhafig gaat vinden, fascisten zelfs door een Nationaal 4 en 5 Mei als ”inspirerend” worden gezien [1] en dit alles schouder aan schouder gaat met de hetze tegen vluchtelingen, die hand over hand toeneemt en door fascist Wilders in 2015-16 zo verbeten en ”overtuigend” is gevoerd [2] Maar er is meer dan die hetze tegen vluchtelingen!
Steeds meer worden vluchtelingen gecriminaliseerd, overgelaten aan de verdrinkingsdood, waaraan met de EU, ook Nederland schuldig is [3], het recht op asiel geschonden en met voeten getreden! De Turkije deal ging ons voor [4] en nu al een griezelig begin [want ik weet bijna zeker, dat andere landen dit ”voorbeeld” gaan volgen] met de ”Denemarken deal”, waarbij Denemarken zijn asielprocedure uitbesteedt aan landen buiten Europa! [5] Daarbij worden niet de minste landen genoemd! Landen als Egypte. Eritrea en Ethiopie! [6] Landen waar mensenrechten niet eens een vodje papier zijn, maar minder dan opstuivend zand! In Egypte, waar een dictatuur heerst en tijdens die dictatuur waarschijnlijk al misdaden tegen de menselijkheid zijn gepleegd! [7] Ethiopie, een land waar een genadeloze burgeroorlog woedt en het regime bommen op woonwijken gooit, etnische zuiveringen uitvoert en op weg is naar genocide! [8] Ook Eritrea, de andere ‘partner” in het Tigray conflict, laat zich niet onbetuigd. [9] Eritrea, waar al jaren een keiharde dictatuur woedt! [10] En daar moeten asielprocedures plaatsvinden en de mensen het RECHT hebben in dergelijke dictaturen te wonen! Nu al heeft Denemarken een overeenkomst met Rwanda tav de ”asielprocedure”, ook zo’n voorbeeld van mensenrechtenhandhaving [11]
De lijst van misdaden tegen vluchtelingen en asielzoekers is lang en somber
Alle verzet tegen deze behandeling van vluchtelingen moet worden aangemoedigd.
DEPORTATIECENTRA IN NEDERLAND
En deportatiecentra zoals DCR blijven deportatiecentra, waar mensen gevangen gehouden worden zonder het plegen van strafbare feiten, teruggestuurd naar onveiligheid, dictatuur, ellende.
TERUGSTUREN NAAR FOLTERING
En zijn we het vergeten? Minister Verdonk, die een Afghaanse asielzoeker liet uitzetten, die later in Afghanistan is gedood? [12] Staatssecretaris Harbers, die een asielzoeker liet uitzetten, die zonder eerlijk proces levenslang kreeg in Bahrein? [13] En die Vent, die Harbers, zit vrolijk in de Tweede Kamer, terwijl hij in feite aangeklaagd had moeten worden, evenals minister Verdonk
DE BEERPUT IS EINDELOOS!
Ik kan nog meer opnoemen, zoals de We Are Here Groep, die al bijna 10 jaar door Amsterdam zwerft zonder perspectief en reeele kans om een menswaardig bestaan op te bouwen! [14]
Maar ik stop er nu mee, al ben ik de vluchtelingen bepaald niet vergeten
Deze acties, zoals bij DCR, zijn nodig om op de Muren van de Politiek te blijven beuken
Laat ik maar eventjes niet gaan wachten totdat de NOS in haar verhullende boeventaaltje bericht over ‘botsingen tussen’ Israëli’s en Palestijnen in Jeruzalem, over ‘Joden en Arabieren’ die ‘slaags raakten’, waarna de politie ‘moest’ optreden. Laat ik maar eens hardop zeggen wat er vanmiddag in Jeruzalem gebeurt. Er vindt daar een fascistische optocht plaats. Deelnemers roepen daar om etnische zuivering en genocide. De optocht wordt gefaciliteerd door de Israëlische politie en de gloednieuwe Israëlische regering die meteen al laat zien dat ze geen haar beter is dan de Bende van Netayahu.
Waar heb ik het over? Vanmiddag, 15 juni 2021, houden extreem-rechtse Joods-Israëlische nationalisten – vriendelijker valt dit niet te formuleren – een mars door Oost-Jeruzalem, het stadsdeel waar een groot deel van de bevolking nog altijd uit Palestijnen bestaat. De optocht heet de Mars van de Vlaggen, en aan foto’s te oordelen staat het er inderdaad stijf van Israëlisch vlagvertoon. Nu is het wapperen van de nationale vlag door burgers van het land van die vlag op zichzelf niet heel schokkend. Zoiets is alledaags nationalisme, het is verfoeilijk zoals elk alledaags nationalisme verfoeilijk is, maar niet verfoeilijker dan Turkse vlaggen in Turkije, Franse vlaggen in Frankrijk en Nederlandse vlaggen in Nederland. Om over de alomtegenwoordige oranje voetbalvaandels van vandaag de dag maar te zwijgen. Weg met dat chauvinisme, maar verder geen reden tot grote opwinding.
Maar er was in Jeruzalem meer aan de hand dan ‘gewoon’ nationaal vlagvertoon. Dat was te horen aan de leuzen die deelnemers aan de optocht roepen. ‘Dood aan de Arabieren’, klonk het uit honderden kelen. Die ‘Arabieren’ zijn dus de Palestijnen, oorspronkelijke bewoners van het door Israël bezette gebied dat Palestina heet. Deze leus is een oproep tot genocide. ‘Moge jullie dorp branden’, klonk het ook vanuit de vlaggenmars. Dat kan nauwelijks anders verstaan worden dan als een oproep om de verwoesting voort te zetten van wat er over is van de Palestijnse maatschappij na een eeuw van Zionistische kolonisatie. Een kolonisatie die eerst gedekt werd door het Brits gezag en vanaf 1948 op eigen Israëlische staatsbenen werd voortgezet, zij het gaandeweg met immense Amerikaanse financiële steun. Het is een pleidooi voor een volgende ronde van etnische zuivering.
Dat pleidooi wordt expliciet gemaakt door de leus die Aljazeera noteerde uit de mond van een van de ultra-nationalistische marcheerders: ‘Een tweede Nakba komt eraan’. De Nakba is de ‘Catastrofe’, het woord dat Palestijnen gebruiken voor de gewelddadige verdrijving van 750.000 Palestijnen door Zionistische milities vanaf november 1947, door het Israëlische leger dat uit die milities voortkwam vanaf mei 1948 toen de staat Israël formeel werd uitgeroepen. Die staat is dus gesticht op basis van een enorme etnische zuivering.
Dat was doelbewust. Alleen zo kon het beoogde en uitgesproken doel van stichters als Ben Goerion bereikt worden: Joodse suprematie, een zo groot mogelijke joodse meerderheid in een zo groot mogelijk deel van Palestina. ‘Voor hem en zijn vrienden in de top van de zionistische hiërarchie was een levensvatbare Joodse staat er een die zich over het grootste deel van Palestina uitstrekte en slechts plaats bood aan een zeer beperkt aantal Palestijnen’, zo schetst Ilan Pappe de houding van Ben Goerion in de jaren vlak voor de stichting van de staat Israël.(1) Ben Goerion is de Vader des Vaderlands van de staat Israël. Hij werd ook in sociaaldemocratische kringen zeer bewonderd, nog tientallen jaren na de Nakba die hij hielp regisseren. Zo diep zit (zat?) de koloniale mind set – ook bij wat doorgaat (doorging? bewijs het eerst maar!) voor links.
De Nakba was dus de manier waarop er voor gezorgd werd dat het aantal Palestijnen inderdaad ‘zo klein mogelijk’ werd gehouden. Israëli’s die deze Nakba willen herhalen, willen dus nogmaals vele honderdduizenden Palestijnen – mensen die aan de eerdere Nakba ontkwamen en niet verdreven zijn, plus mensen die destijds moesten vluchten naar bijvoorbeeld de Gazastrook om daar alsnog onder Israëlische bezetting terecht te komen – gewelddadig verdrijven. Ze willen een volgende ronde van etnische zuivering. En ze zeggen dat openlijk, en onder bescherming van soldaten. We kunnen niet zeggen dat we niet zijn gewaarschuwd
Dit vertoon van racistische haat vindt dus vrijwel ongehinderd plaats in Jeruzalem. Israëlische autoriteiten vinden het uitstekend. Minister van interne Veiligheid Omer Bar-Lev legt uit: ‘Het recht om te demonstreren is een recht in alle democratieën.’ Terwijl dit ‘recht om te demonstreren’ werd uitgeoefend door Israëlische fascisten, probeerden Palestijnen daar protest tegen te laten zien en te horen. Weg was prompt het ‘recht om te demonstreren’. Een demonstrant probeerde een Palestijnse vlag te laten wapperen ‘voordat Israëlische troepen de vlag grepen en de Palestijnse vrouw uit het gebied wegduwden. Toen een vrouw de Palestijnse vlag voor de neus van Israëlische deelnemers aan de optocht hield – wat een moed van die vrouw!! – werkten Israëlische soldaten haar hardhandig tegen de grond.
Palestijnen konden trouwens niet zomaar in de buurt van de fascistenmars komen, want bij de Damascus Poort waren stalen barricades aangebracht om de toegang tot het gebied waar de optocht plaatsvond, te versperren. Ja, zo kon de optocht ook niet door Palestijnse wijken van de stad, maar het zijn toch vooral Palestijnen die door het Israëlische optreden in hun demonstratie- en bewegingsvrijheid worden beperkt. Zeker zeventien Palestijnen die probeerden actie te voeren, werden door Israëlische troepen verwond, drie kwamen in het ziekenhuis terecht. Die gebruikten rubber kogels, een stun-granaat, en beschoten ook maar weer eens een ambulance. Dit pluk ik allemaal van Aljazeera.(1) De NOS – jawel, ze zijn aan het verslaggeven geslagen – meldt intussen 33 gewonden onder Palestijnen, aldus de Rode Halve Maan, een Palestijnse hulpverleningsgroep.(2)
Het ‘demonstratierecht’ wordt dus nogal eenzijdig gehanteerd. Joden die Palestijnen intimideren is toegestaan en wordt gefaciliteerd. Maar stel je het omgekeerde patroon eens voor, puur als gedachteoefening! Het is ondenkbaar dat er een Palestijnse optocht door West-Jeruzalem zou marcheren, onder bescherming van het Israëlische leger dat Joodse tegendemonstranten het ziekenhuis in sloeg, terwijl die Palestijnse mars plaatsvond voorzien van talloze Palestijnse vlaggen, en met spreekkoren die verachtelijke dingen zou roepen als ‘dood aan de Joden’, ‘Moge jullie kibboets branden’ en een enkele Palestijn die riep ‘de volgende pogrom komt er aan’. Zo’n mars zou niet eens de ruimte hebben gekregen om zich te formeren. Bij de eerste geheven Palestijnse vlag zou hardhandig zijn ingegrepen. Alleen de Joodse bevolking van de staat Israël heeft het recht op dit type van ‘demonstreren’, beter intimidatie genoemd. Alleen de Joodse bevolking van de staat Israël kan bij de uitoefening van dat recht op bescherming en erkenning van overheidswege rekenen. Dit tekent de racistische, koloniale verhoudingen die de staat Israël tegenover de Palestijnen die onder haar bestuur staan, hanteert en handhaaft. Met grof koloniaal geweld.
Overigens is zo’n Palestijnse optocht met bovengenoemde leuzen en houding om nog een reden ondenkbaar. Geen serieuze Palestijnse activist zou aan zoiets mee willen doen. De Palestijnse strijd is in essentie een antikoloniale vrijheidsstrijd, geen antisemitische pogrom-beweging. Dat er mensen zijn die voor Palestijnen zeggen op te komen en zich wel aan Jodenhaat schuldig maken, is een feit. Dat zulke antisemieten typerend zijn voor het Palestijnse verzet en de pro-Palestijnse solidariteitsbeweging is een kwalijk sprookje van Israël-fans. Het is laster.
Heel charmant is ook wat de minister van Interne Veiligheid verder nog zei. ‘De politie is klaar en zal alles doen wat in haar vermogen ligt om de delicate draad van de co-existentie te bewaren.’ De ‘co-existentie’ bleek zo ‘delicaat’ dat Palestijnen met grof geweld weerhouden werden van hun maken van hun o zo terechte punt. Het betreft hier de co-existentie tussen koloniale maatschappij en gekoloniseerde Palestijnse bevolking. Natuurlijk wil een regering die de suprematie van de ene bevolkingsgroep boven de andere hooghoudt zulke co-existentie wel. Die komt er immers op neer dat de gekoloniseerde Palestijnse bevolking ‘haar plaats weet’ en en zich ‘vrijwillig’ schikt in haar lot. Or else. Die verhoudingen nog eens intimiderende kracht bij zetten is precies de strekking van de fascistische, door Israëlische militaire macht en door de Israëlische regering gefaciliteerde mars die op 15 mei door de straten van Jeruzalem is getrokken.
Noten:
1 Ilan Pappe, ‘De etnische zuivering van Palestina’ (Kampen, 2008), vertaling van: Ilan Pappe, ‘The Ethnic Cleansing of Palestine’ (Oxford, 2006), pag. 57.
”Goedenavond, Hugo de Jonge en ik hebben op deze plek meerdere keren de hoop en verwachting uitgesproken dat we op weg waren naar een mooie zomer. En die verwachting komt gelukkig uit” Dat was de Beginzin van de Corona Persconferentiedd 18 juni, door ons premier Rutte uitgesproken. [1]Ons premier, die eerder door schrijfster dezes werd betiteld als ”Gevaarlijke Gek” [2], vanwege de haars inziens onverantwoorde risico’s bij zijn Coronabeleid. En nu, nu de cijfers inderdaad de goede kant uitgaan [3] [daarin heeft Rutte gelijk en klopt ook met de feitelijkheid, neemt Rutte weer onverantwoorde risico’sDeze keer wel ERG gewaagde. Natuurlijk, versoepeling is gerechtvaardigd, nu het de goede kant lijkt uit te gaan, maar zowat alles behalve de anderhalve meter loslaten [4], is van de Gekke.Dan is het Hek van de Dam! [5] TE veel is er nog, dat onzeker is.TE veel is er nog, dat onvoorspelbaar is. Laten we enkele maatregelen eens onder de loupe nemen: Maar eerst dit Rutte merkt in zijn Persconferentie op”Een: alles wat op anderhalve meter kan, mag dan weer. Zonder beperkingen in de groepsgrootte, zonder verplichte sluitingstijden, zonder een verbod op alcoholverkoop na een bepaalde tijd, binnen én buiten, en vooral ook: zonder advies over het aantal gasten thuis en zonder mondkapjesplicht in winkels en andere publiek toegankelijke ruimtes.” [6] Dat dat risicovol blijft, ga ik zo betogen Rutte merkt ook op ”Twee: daar waar de anderhalve meter onvermijdelijk niet altijd haalbaar is, blijft de mondkapjesplicht voorlopig gelden.” [7]Op dat punt twee kom ik straks terug, want daarin ziteen tegenstrijdigheid. Een Gevaarlijke Tegenstrijdigheid: DE MAATREGELEN:[Ik zal ze waarschijnlijk niet allemaal noemen, iik pik een paar belangrijke eruit] MONDKAPJESPLICHT/NIET MEER IN SUPERMARKTEN: In de Letterlijke Tekst van de Persconferentie lees ikhet [8], en ook op ”Rijksoverheid: Nederland zet grote stap: bijna alles kan op anderhalve meter” Ik citeer uit deze laatste bron uit ”Stap 4 Openingsplan vanaf 26 juni”:”Mondkapjesplicht vervalt grotendeelsDe mondkapjesplicht vervalt grotendeels. Alleen waar de anderhalve meter echt niet kan worden gehandhaafd blijft de mondkapjesplicht gelden. Dit is het geval in het personenvervoer, in het OV en op aangewezen plekken rond het OV, bijvoorbeeld stations. Ook op luchthavens en in vliegtuigen. En in het voortgezet onderwijs.” [9]
Daaruit haal ik dus, dat de mondkapjesplicht in supermarkten vervalt.Maar dat is gevaarlijk.Dat is tegenstrijdig beleid!Gevaarlijk, omdat bij drukte, wanneer de anderhalve meter niet te handhaven is, het besmettingsrisico weer toemeemt.En tegenstrijdig beleid, omdat Rutte zelf in zijn persconferentietekst zegt:”Twee: daar waar de anderhalve meter onvermijdelijk niet altijd haalbaar is, blijft de mondkapjesplicht voorlopig gelden.” [10]Maar bij drukte in de supermarkten IS de anderhalve meter niet haalbaar en dan zou er nog een mondkapjesplicht moeten gelden, volgens Rutte’s eigen woorden [11], maar tegelijkertijd zegt hij, dat de mondkapjesplicht in winkels wordt afgeschaft!”Eén: alles wat op anderhalve meter kan, mag dan weer. Zonder beperkingen in de groepsgrootte, zonder verplichte sluitingstijden, zonder een verbod op alcoholverkoop na een bepaalde tijd, binnen én buiten, en vooral ook: zonder advies over het aantal gasten thuis en zonder mondkapjesplicht in winkels en andere publiek toegankelijke ruimtes.” [12] Dit is, lezers, het tegenstrijdige beleid van een Gek, een Gevaarlijke Gek! OPENSTELLING DISCOTHEKEN EN NACHTCLUBS MET ”TOEGANGSBEWIJZEN”/RUSSISCHE ROULETTE, MENEER DE MINISTER PRESIDENT! Ik citeer uit de tekst van de Persconferentie:”Tot slot, de derde mogelijke situatie: welke voorwaarden gelden als je iets wilt organiseren of openstellen zonder de anderhalve meter regel in acht te nemen. Kort gezegd kan dat vanaf zaterdag 26 juni door te werken met toegangsbewijzen. Elke klant, gast of bezoeker die minder dan 40 uur geleden negatief is getest, of volledig is gevaccineerd, of minder dan 6 maanden geleden corona heeft gehad, kan dan worden toegelaten……………..”En daarmee kom ik ook bij een laatste bijzondere situatie die ik graag wil noemen en die geldt voor de discotheken en de nachtclubs. Een sector die nu al heel lang is gesloten en een activiteit die veel mensen hebben gemist. Daar is openstelling op anderhalve meter afstand natuurlijk geen realistische optie. Maar met deze toegangsbewijzen kan ook deze sector weer open, en dan meteen zonder beperkingen.” [13] Goed zo, meneer de minister president, speel maar weer Russische Roulette!Zelf geeft Rutte al aan [vanzelfsprekend], dat bij uitgaansgelegenheden als nachtclubs en discothekengeen anderhalve meter te handhaven is.Natuurlijk niet!Dus dan maar met ”toegangsbewijzen”Voordat ik dat fileer, eerst dit: Uit der aard des amusements zijn dit drukke gelegenheden.Ideaal dus voor de verspreiding van Corona.Dansen, zweten, intiem samenzijn……Maar hoe zit het dan met die zogenaamde ”toegangsbewijzen”?Nu kan ik mij nog wel iets voorstellen bij een negatieve test, die minder dan 40 uur oud is.Maar een volledige vaccinatie? [14]Dat laatste lijkt eveneens plausibel, maar is het NIET!Want het RIVM vermeldt hierover:”
Besmettelijkheid na vaccinatie
Vaccinatie beschermt tegen ziekte door het coronavirus. We weten nog niet of iemand die gevaccineerd nog anderen kan besmetten. Daarom nemen we het zekere voor het onzekere: voor gevaccineerde mensen gelden voorlopig dezelfde algemene coronaregels als voor mensen die niet gevaccineerd zijn.” [15]
Dat betekent dus, in gewoon Nederlands, dat een vaccinatiebewijs helemaal geen ” veilig” bewijs is voor discotheek en nachtclub bezoek.
Het is dus, meneer Rutte, een Russische Roulette spel, dat u speelt [16], door gevaccineerde mensen te laten feesten in discotheken, zonder dat er anderhalve meter afstand gehouden kan worden.
OVER CHECKGESPREKKEN IN DE HORECA EN SPROOKJESLAND
Tijdens de persconferentie kwam Rutte weer met zijn mantra
”checkgesprekken”
Ik citeer:
”Wel blijven in de horeca, de culturele sector en overal waar mensen zitten, een checkgesprek, registratie en een vaste zitplaats verplicht.” [17]
HAHAHAHA
In welke wereld leeft Rutte eigenlijk.
In een parallel Universum?
Zowel uit mijn eigen ervaring als uit die van betrouwbare bronnen blijkt, dat er in veel gevallen
noch bij reserveringen, noch bij een spontaan bezoek aan horeca gelegenheden ook maar sprake is
van zaken als ”checkgesprekken”.
Ik zeg niet, dat dat voor ALLE horeca gelegenheden geldt [dat zou ik ook niet kunnen weten], maar in een
flink aantal gevallen vinden de ”checkgesprekken” slechts in Sprookjesland plaats.
Iets van de logica daarvan begrijp ik wel.
De horeca wil zoveel mogelijk verdienen, juist in
coronatijden, dus veel zaken zullen niet geneigd zijn
tot checkgesprekken.
En dan nog:
Tenzij iemand snipverkouden is, is er toch geen enkel
bewijs, dat hij/zij de waarheid zou spreken, als er
een horeca vraag zou komen over eventueel ”corona gerelateerde klachten..?
WAKE UP, RUTTE!
THUISWERKEN OF NIET, VERWARRING COMPLEET!
In de persconferentie werd door Rutte aangekondigd, dat de ”thuiswerken” norm niet meer geldt
Ik citeer:
”Voor het werk op kantoor en op andere werkplekken wordt anderhalve meter ook de norm, met dien verstande dat we maximaal 50 procent van onze werktijd op kantoor zijn.” [18]
Dat opheffen van het thuiswerk principe lees je ook
op de website van Rijksoverheid ”Nederland zet grote stap: Bijna alles kan op anderhalve meter” [19]
Ik citeer:
”Van thuis werken naar deels op kantoorHet advies ‘Werk thuis, tenzij het niet anders kan’ verandert. Werknemers die nu nog thuis werken, mogen in overleg met hun werkgever maximaal de helft van hun tijd ook op kantoor werken. Op kantoor geldt altijd de anderhalvemeterregel, ook in de lift of de kantine.” [20]Dus dat lijkt duidelijk:Deels op kantoor, deels thuisMaar dan lezen we weer in de tekst van de Persconferentie:[Ik citeer]” Voor het werk op kantoor en op andere werkplekken wordt anderhalve meter ook de norm, met dien verstande dat we maximaal 50 procent van onze werktijd op kantoor zijn. In de praktijk zal dat overigens vaak minder zijn, omdat dat met anderhalve meter niet haalbaar is” [21]Dus met andere woorden:Geen thuiswerken meer, maar deels op kantoorEn dan weer:Dat op kantoor werken zal ook wel minder zijn. omdat dat met de anderhalve meter vaak niet haalbaar is….[22]Ik vind het nogal verwarrendLezers?Want wanneer nou wel thuiswerken, wanneer op kantoorEn als dat in de praktijk toch lastig is, waarom dan niet gewoon dat thuiswerken gehandhaafd, want zo is de kans op besmettingen alleen maar groter en krijg jeoeverloze discussies, wanneer wel op kantoor enwanneer niet!
NIEUWE CORONAGOLF?/
OPMARS DER CORONAVARIANTEN
Het is grappig, dat dit demissionaire kabinet Rutte
verregaande versoepelingen heeft aangekondigd [23], terwijl wij tegelijkertijd in de media lezen, dat ditzelde destructieve kabinet [pardon ”demissionair”] heeft
verklaard [hier volgens RTL Nieuws], dat een opleving van het coronavirus in het najaar een ”reeel risico” is [24]
Toegegeven:
We staan er nu WEL heel anders voor dan vorig jaar, vanwege de massale vaccinaties en omdat er, op dit moment van schrijven [21 juni 2021] meer dan 13 miljoen prikken gezet zijn [25], maar zeker vanwege de nieuwe oprukkende varianten van welke het niet allemaal zeker is, of ze vaccinbestendig zijn [daarover zo meer]is het een veel te groot risico om nu als een Gek te gaan versoepelen.
Wat als er in het najaar TOCH nog een gevaarlijke situatie
uitbreekt!
Wat als alle maatregelen weer moeten worden aangescherpt?
En hoe zit het na de zomer met al die vakantiegangers,
die terugkeren?
Russische Roulette politiek………
DE BRAZILIAANSE VARIANT
Neem nu die Braziliaanse variant, waaraan in Brazilie meer dan 500 000 mensen zijn overleden. [26]
Het RIVM vermeldt, dat deze al in Nederland is [27]
En dat belooft weinig goeds:
Want niet alleen is deze besmettelijker dan het ”oude” virus, ook
is de afweer door vaccinatie [de mate waarin je door vaccinatie tegen
het virus wordt beschermd] minder goed. [28]
Tel uit je winst…..
DE DELTA VARIANT
Een ander Onheil is de Indiase variant, oftewel de
Delta variant.
Ook over deze vermeldt het RIVM een grotere besmettelijkheid. [29]
Ook deze is in Nederland aanwezig. [30]
Het laatste verontrustende nieuws:
Afgelopen weekend moest de Portugese hoofdstad
Lissabon op slot vanwege de verontrustende toename
van besmettingen door die Delta variant [31], die ook
in Groot-Britannie in verontrustende mate aanwezig is. [32]
Ook dreigt deze Delta variant volgens de Wereld Gezondheids Organisatie [WHO] wereldwijd dominant te worden. [33]
MOSKOUVARIANT?
Maar deze Onheilen zijn nog niet genoeg!
Er dreigt ook nog [naast de vele andere mutaties van
het Coronavirus [34] die we voorlopig, gelukkig nog niet
hebben leren kennen] een Moskouse COVID [Corona dus] Variant actief te worden, die al heeft gezorgd voor
een explosief aantal besmettingsstijgingen in Moskou! en die behoorlijk agressief lijkt te zijn door het snelle aantal stijgingen! [35]
En dat is dan het moment, waarop dit idiote demissionaire kabinet het besluit tot versoepelen neemt!
EPILOOG
Betekent dat nu, dat schrijfster dezes tegen versoepelingen is?
Absoluut niet.
Het is zinnig, verantwoord en bevrijdend, om te
gaan versoepelen, nu de cijfers onverminderd de goede kant uit lijken te gaan. [36]
Maar dat moet dan wel verantwoord gebeuren en niet
in een klap alle verstandige voorzorgsmaatregelen overboord gooien, zoals mondkapjesplicht in winkels, het belang van thuiswerken, het voorlopig afzien van
drukke en voor de volksgezondheid gevaarlijke plekken als drukke en zweterige discotheken en nachtclubs.
Ik heb in bovenstaande al betoogd, waarom dat gevaarlijk is.
Ook verwarrend zijn sommige nieuwe ”maatregelen”,
zoals het afschaffen van de mondkapjesplicht in winkels,
maar dan wel weer de suggestie doen, dat mondkapjes noodzakelijk zijn, als de anderhalve meter niet te handhaven is [zoals tijdens winkeldrukte natuurlijk
het geval is] [37]
Zoals het beeindigen van de noodzaak tot thuiswerk,
[nu deels op kantoor, deels thuis], maar dan wel weer weg van kantoor, als de anderhalve meter niet te handhaven valt [38]
Je kunt je voorstellen, tot wat voor een verwarring dat alles kan leiden.
En ronduit gevaarlijk:
Het vaccinatiebewijs als toegangsbewijs bij nachtclubs en discotheken, terwijl het helemaal nog niet zeker is,
of gevaccineerden anderen niet kunnen besmetten! [39]
Bovendien:
De wel overdreven optimistische toon in de persconferentie [40] geeft kwaadwilligen, maar ook
mensen, die wel verantwoordelijk zijn, impliciet
de idee, dat nu weer alles kan.
Dat, met de in bovenstaande geschetste nieuwe varianten, is wel oer en oerstom, om het maar eens
in niet ambtelijke taal te zeggen.
Bovendien is het HET sein voor wat ik al eerder heb aangeduid als ”strand en parkgekkies” [41] om weer ongeremd los te gaan, net zoals vorige zomer, met een
nieuwe uitbraak als gevolg. [42]
Toegegeven, er zijn nu de vaccins, maar wat als er
zich een Corona variant ontwikkelt, waartegen het vaccin weinig tot geen bescherming biedt?
Zoals nu al
gedeeltelijk bij die Delta variant? [43]
Duidelijk is, en daarin heeft schrijver en activist Peter Storm gelijk, dat we ons niet moeten verlaten op Regering en Overheid, wat bescherming betreft.
[44]
Sterker nog, als ministers en Koning door hun gedrag nu
niet bepaald een voorbeeld geven [45], blijft eigen alertheid
en kritisch de ontwikkelingen volgen, van het grootste belang.
Een Ding is voor mij zeker:
Die laatste versoepelingen van de Coronamaatregelen
bewijzen het maar weer:
Wat Corona betreft wordt er een Kip Zonder Kop beleid gevoerd.
Met Rutte, Gevaarlijke Gek, aan het Roer!
Astrid Essed
ZIE VOOR NOTEN
NOTEN 1 T/M 15
NOTEN 16 T/M 25
NOTEN 26 T/M 35
NOTEN 36 T/M 45
Reacties uitgeschakeld voor Op weg naar een mooie zomer, premier Rutte/En daarna?/Rutte, Gevaarlijke Gek, Deel Vijf
AANDe leden van de commissie-Buitenlandse Zaken van de Tweede Kamer Uw taakomschrijving:
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken behandelt de onderwerpen die te maken hebben met het beleid van de minister van Buitenlandse Zaken, behalve het interne beleid van de Europese Unie (EU). EU-onderwerpen worden namelijk behandeld door de commissie voor Europese Zaken. De commissie voor Buitenlandse Zaken overlegt regelmatig met de minister over actuele kwesties, zoals de situatie in conflictgebieden, mensenrechten en het uitzenden van Nederlandse militairen naar crisisgebieden. Ook behandelt de commissie de begroting van Buitenlandse Zaken, ontvangt ze internationale delegaties en gaat ze ieder jaar op werkbezoek naar het buitenland.
Onderwerp: Israelisch gewelddadig optreden tegen Palestijnse gevangenen [Deze mail is tevens gestuurd aan uw Tweede Kamer collegae],
Geachte dames en heren, Zoals u wellicht nog weet, wend ik mij wel vaker tot uw Tweede Kamer inverband met het onrecht in verband met het Midden-Oostenconflict, maar ookbetreffende andere onderwerpen, de mensenrechten betreffende [1]Meestal geef ik u dan een uitgebreide toelichting, waarin ik dieper inga opallerlei internatiionaalrechtelijke aspecten [2] In dit geval echter ga ik het kort[er] houden, omdat de zaak vrij simpel is:Het betreft hier een schokkend geval van mishandeling van Palestijnsegevangenen, waartegen u, binnen uw mogelijkheden uiteraard, moet optreden en wel nu! SCHOKKENDE BEELDEN/MISHANDELING PALESTIJNSE GEVANGENEN Mij bereikte het bericht over de schokkende mishandeling van Palestijnsegevangenen in de Israelische gevangenis Ketziot [3] en de beelden daarvan werden gepubliceerd door de Israelische krant de Haaretz in zijnHebreeuwse editie [4] Zie onder noot 5 de Beelden, die ook te zien zijn onder noot 6, op de sitevan The Rights Forum en waarvan afbeeldingen op de Hebreeuwse editievan de Haaretz, noot 7 Wat u ziet is overduidelijk:Gevangenen worden over de grond gesleept, op een hoop gegooid enmishandeld.Wat u ziet is onacceptabel! De zaak, die dateert uit 2019 [8] naar buiten is gebracht door de Haaretz [waarvoor van mijnkant waardering], werd ”onderzocht” ”Onderzocht”, schrijf ik tussen aanhalingstekens, omdat dat ”onderzoek”geen naam mocht hebben, waardoor de term ”in de doofpot stoppen”,beter gekozen is. In een redactioneel artikel schrijft de Haaretz daarover: ”It wasn’t only the Prison Service that looked the other way. In the Israel Police, Lahav 433’s National Prison Investigation Unit did as little as possible to probe the affair: Only one guard was questioned and even though he admitted that he had engaged in gratuitous violence, it wasn’t enough for the police or prosecutors to proceed with an indictment. This was a negligent investigation – with no real effort to identify the guards and no police lineup – which proves that even when such an unusual case of abuse has been fully documented, the police still prefer to sweep it under the rug. [9] EN ”It’s hard to believe that the investigation would have ended this way if the prisoners had been Jews. But in this case, the victims were Palestinian terrorists and security prisoners belonging to Hamas. Therefore, not only was the case closed on the grounds that “the offender is not known,” but the warden on duty at the time, General Avichai Ben-Hamo, was promoted to the rank of major general. The other guards allegedly involved in the incident remain at their jobs.” [10] STRUCTUREEL Hoewel dit incident al erg genoeg is, staat het niet opzichzelf, maar is dit Israelische gewelddadige optredenjegens Palestijnse gevangenen structureel.Amnesty International schrijft hierover in haar Jaaroverzicht 2020 onder andere:”The Israeli authorities arbitrarily detained in Israel thousands of Palestinians from the OPT, holding hundreds in administrative detention without charge or trial. Torture and other ill-treatment of detainees, including children, were committed with impunity.” [11] Dit is zeer ernstigDaar moet tegen worden opgetreden, waarde Tweede Kamerleden,want ik hoef u niet uit te leggen dat het, los van de bestialiteit, ingaattegen alle mogelijke internationale Verdragen! [12]
UW INZET Van u als Kamerleden verwacht ik, dat u dit structurele Israelische’geweld tegen Palestijnse gevangenen, waarbij ook hoort structurelefoltering bij ondervraging [13], op alle u ten dienste staande middelenaankaart, zoals het stellen van Kamervragen en wat dies meer zij, zoalsijveren voor de opschorting van het Associatie Verdrag met Israel[dat een mensenrechtenclausule heeft] [14], mocht Israel hiermee doorgaan. Te lang heeft dit onrecht voortgeduurd en u kunt er niet van wegkijken.U hebt een Eed of Belofte afgelegd op de Grondwet, waarin artikel 90:”De Nederlandse regering bevordert de Internationale Rechtsorde” [15] Ik reken op uw inzet Vriendelijke groeten Astrid EssedAmsterdam
Tientallen gevangenen worden geboeid over de grond gesleurd, op een hoop gegooid en afgeranseld. De zaak verdween in de doofpot, en dat is geen uitzondering.
De beelden dateren uit 2019 en zijn naar buiten gebracht door de Israëlische krant Haaretz in zijn Hebreeuwse editie. Ze tonen de mishandeling van een kleine zestig Palestijnse gevangenen door zo’n vijftien gevangenisbewaarders in de C-vleugel van de Ketziot-gevangenis in de Negev/Naqab in Israël. De gevangenen worden geboeid over de betonnen vloer gesleept, boven op elkaar gegooid, geschopt en met wapenstokken geslagen. Vijftien gevangenen raakten zodanig gewond dat ze in het ziekenhuis belandden. De beelden roepen herinneringen op aan de mishandeling van Iraakse gevangenen door Amerikaanse militairen en CIA-medewerkers in de Abu Ghraib-gevangenis bij Bagdad in 2004.
Doofpot
In zijn redactioneel commentaar schrijft Haaretz dat het geweld kennelijk een wraakactie was voor het neersteken van een bewaarder elders in het gevangeniscomplex – volgens Wikipedia het grootste detentiecentrum van Israël en zelfs ter wereld. De Israel Prison Service maakte destijds bekend dat veiligheidstroepen op de bewuste dag ‘een opstand van gevangenen onder controle hadden gebracht’. Op de beelden is van een opstand echter niets te zien.
De zaak is door de autoriteiten in de doofpot gestopt, schrijft Haaretz. De Prison Service ‘keek de andere kant op’ en de onderzoeksafdeling van de Israëlische politie – de National Prison Investigation Unit – volstond met het ondervragen van één gevangenisbewaarder. Hoewel die toegaf zich schuldig te hebben gemaakt aan ‘onnodig geweld’, werd geen vervolging ingesteld. De zaak werd gesloten onder het mom dat ‘de dader onbekend is’.
De politie ‘veegde de zaak onder het tapijt’, concludeert Haaretz, en ook de openbaar aanklager kwam niet in actie. ‘Het is moeilijk voor te stellen dat het zo zou zijn gelopen als de gevangenen Joden waren geweest’, voegt de krant daaraan toe. In dit geval ging het echter om ‘terroristen en veiligheidsgevangenen die lid waren van Hamas’.
Geen uitzondering, maar regel
Overigens betekent dat niet dat de gevangenen daadwerkelijk lid waren van Hamas en een misdaad op hun geweten hebben. Afgelopen jaar besteedden wij in een brede analyse aandacht aan het oppakken van Palestijnen onder het mom van ‘betrokkenheid bij terrorisme’. Onder die noemer verdwijnen aan de lopende band Palestijnen uit de door Israël bezette gebieden in Israëlische gevangenissen. Het is onderdeel van ‘het intimideren en terroriseren van de bevolking door het Israëlische bezettingsregime’, concludeerden wij.
Daarop wijst vandaag ook de vooraanstaande Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem. In een persbericht schrijft het dat het ‘witwassen’ van de zaak door de autoriteiten geen uitzondering is, maar regel: de Israëlische overheersing van de Palestijnen is gebaseerd op geweld en het witwassen daarvan. De nu naar buiten gekomen zaak onderstreept volgens B’Tselem het belang van onderzoek en vervolging door internationale gerechtshoven als het Internationaal Gerechtshof en het Internationaal Strafhof in Den Haag:
Het Israëlische apartheidsregime is gebaseerd op constant, georganiseerd geweld tegen Palestijnen. Dat geweld is cruciaal voor zijn voortbestaan. Daarom is het regime noch bereid, noch in staat om degenen die het geweld plannen en uitvoeren te onderzoeken, laat staan te vervolgen. […] De zaak bewijst eens te meer dat Palestijnse slachtoffers van geweld van Israëlische veiligheidstroepen binnen het bestaande Israëlische systeem geen gerechtigheid kunnen krijgen, en alleen kunnen hopen op behandeling van hun zaken door internationale gerechtshoven.
Mishandeling schering en inslag
Het mishandelen en martelen van Palestijnse ‘verdachten’ en ‘veiligheidsgevangenen’ is in Israëlische ondervragings- en detentiecentra schering en inslag. Het Israëlische Hooggerechtshof staat echter ‘speciale ondervragingsmethoden’ toe als er sprake is van ‘bijzondere veiligheidsrisico’s’, en die bepaling biedt politiediensten, de Prison Service en de veiligheidsdienst Shin Bet een vrijbrief om verdachten te mishandelen zonder dat er een haan naar kraait. Het Israëlische Comité tegen Marteling (PCATI) diende tussen 2001 en 2020 circa 1300 officiële klachten wegens marteling door de Shin Bet in. Dat leidde in slechts één geval tot strafrechtelijk onderzoek, dat uitliep op seponering.
Het martelen van gevangenen is onder internationaal recht en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens strikt verboden en geldt in het oprichtingsverdrag van het Internationaal Strafhof – het Statuut van Rome – als een oorlogsmisdaad. Eerder dit jaar maanden zeven mensenrechtenexperts van de VN Israël zich aan het internationaal recht te houden en rigoureus een eind te maken aan de verboden praktijken. De autoriteiten dienen alle wetten, voorschriften, beleidslijnen en praktijken die zulke misdaden mogelijk maken met spoed te herzien. Staten zijn verplicht marteling en mishandeling te voorkomen en, in het geval zulk wangedrag toch plaatsvindt, te bestraffen. Slachtoffers dienen gerehabiliteerd en gecompenseerd te worden.
[6] YOUTUBE BEELDEN IN ARTIKEL THE RIGHTS FORUM ”De beelden dateren uit 2019 en zijn naar buiten gebracht door de Israëlische krant Haaretz in zijn Hebreeuwse editie. Ze tonen de mishandeling van een kleine zestig Palestijnse gevangenen door zo’n vijftien gevangenisbewaarders in de C-vleugel van de Ketziot-gevangenis in de Negev/Naqab in Israël. ”[YOUTUBE FILMPJE IN ARTIKEL THE RIGHTS FORUM]
The shocking video from Wing 3 of Ketziot Prison should have set off an earthquake in the Israel Prison Service, police and the State Prosecutor’s Office: Scores of Arab security prisoners were forcibly thrown down onto a concrete floor, sometimes on top of each other, as guards passed between them for long minutes, beating them with batons and kicking them randomly, without any resistance from their victims (as Josh Breiner reported Thursday).
The unrestrained violence is believed to have been carried out in revenge for the stabbing of a guard shortly beforehand near the wing. The guards’ act of revenge, which left 15 prisoners injured, was described by the Prison Service as “gaining control over a riot.” But the evidence clearly shows there was no riot, just the abuse of prisoners. The evidence was an open secret in the Prison Service: Top officials had viewed the video and knew exactly what occurred but acted as if nothing happened. The Prison Service knew that Ketziot’s officers turned a blind eye while at least 10 guards brutally beat the bound prisoners.
It wasn’t only the Prison Service that looked the other way. In the Israel Police, Lahav 433’s National Prison Investigation Unit did as little as possible to probe the affair: Only one guard was questioned and even though he admitted that he had engaged in gratuitous violence, it wasn’t enough for the police or prosecutors to proceed with an indictment. This was a negligent investigation – with no real effort to identify the guards and no police lineup – which proves that even when such an unusual case of abuse has been fully documented, the police still prefer to sweep it under the rug.
It’s hard to believe that the investigation would have ended this way if the prisoners had been Jews. But in this case, the victims were Palestinian terrorists and security prisoners belonging to Hamas. Therefore, not only was the case closed on the grounds that “the offender is not known,” but the warden on duty at the time, General Avichai Ben-Hamo, was promoted to the rank of major general. The other guards allegedly involved in the incident remain at their jobs.
Now, when the evidence has been revealed to the public, the affair can no longer remain behind prison walls. The state prosecutor must immediately order a thorough investigation that includes all the guards alleged to have been involved, and bring indictments. Any other outcome will only prove that from the state’s viewpoint, security prisoners don’t deserve to be treated like human beings.
Israel continued to impose institutionalized discrimination against Palestinians living under its rule in Israel and the Occupied Palestinian Territories (OPT). It displaced hundreds of Palestinians in Israel and the occupied West Bank, including East Jerusalem, as a result of home demolitions and imposition of other coercive measures. Israeli forces continued to use excessive force during law enforcement activities in Israel and the OPT. Israeli forces killed 31 Palestinians, including nine children, in the OPT; many were unlawfully killed while posing no imminent threat to life. Israel maintained its illegal blockade on the Gaza Strip, subjecting its residents to collective punishment and deepening the humanitarian crisis there. It also continued to restrict freedom of movement of Palestinians in the OPT through checkpoints and roadblocks. The Israeli authorities arbitrarily detained in Israel thousands of Palestinians from the OPT, holding hundreds in administrative detention without charge or trial. Torture and other ill-treatment of detainees, including children, were committed with impunity. The authorities used a range of measures to target human rights defenders, journalists and others who criticized Israel’s continuing occupation of the West Bank, Gaza Strip and Syrian Golan Heights. Violence against women persisted, especially against Palestinian citizens of Israel. The authorities denied asylum-seekers access to a fair or prompt refugee status determination process. Conscientious objectors to military service were imprisoned.
Background
Israel held parliamentary elections in March, the third in just over a year. In May, the two largest parties in the Knesset, Likud and the Blue and White alliance, reached a power-sharing agreement that included an announcement that Israel would further annex territories in the occupied West Bank starting in July 2020. This followed US President Donald Trump’s announcement of his “deal of the century”, which included a formal extension of Israel’s sovereignty over the Jordan Valley and the vast majority of the illegal settlements in the rest of the occupied West Bank in exchange for land currently inside Israel. Israel postponed the annexation plans following diplomatic deals with the United Arab Emirates and Bahrain in September. The parliament was again dissolved in December, triggering another round of elections in three months’ time.
Israel imposed lockdown measures in March and in September to contain the spread of COVID-19, triggering waves of protests calling on the Prime Minister to step down. The measures allowed the Israel Security Agency (ISA) to use surveillance capabilities usually reserved for Palestinians to trace COVID-19 infections. The Prime Minister’s trial on corruption charges began in May.
In February, the Palestinian armed group Islamic Jihad fired around 80 rockets and mortar shells from the Gaza Strip towards Israel, causing minor injuries to over 20 people, after Israeli forces killed an Islamic Jihad operative. The Israeli army carried out multiple airstrikes in Gaza, injuring 12 Palestinians, according to the Palestinian Ministry of Health in Gaza.
In August and September, Israel launched artillery and airstrikes against Gaza in retaliation for incendiary balloons and kites launched from Gaza into Israel. Palestinian armed groups launched indiscriminate rockets into Israel in response.
In August, Israel launched airstrikes against Hizbullah targets in Lebanon after it said that shots were fired from Lebanon into Israel. Israel also launched airstrikes against Iranian and Hizbullah targets in Syria.
In July, a district court rejected a case to force the Ministry of Defense to revoke the export licence of spyware company NSO Group, dealing a blow to victims of unlawful and targeted international surveillance.
Forcible transfers, forced evictions and demolitions
Israel demolished 848 Palestinian residential and livelihood structures in the occupied West Bank, including East Jerusalem, displacing 996 people, according to the UN Office for the Coordination of Humanitarian Affairs (OCHA). Israeli authorities said many of the demolished buildings lacked Israeli-issued permits, which are virtually impossible for Palestinians to obtain, or were in closed military zones. The law of occupation prohibits such destruction unless necessary for military operations.
In other cases, Israel confiscated residential and livelihood structures, including some that were donated for humanitarian purposes. Israeli forces also punitively demolished at least six Palestinian homes, leaving 22 people, including seven children, homeless, according to B’Tselem. Punitive demolitions constitute collective punishment and are prohibited under international law.
On 5 March, Israeli forces demolished the homes of Walid Hanatsheh, in Ramallah, and Yazan Mughamis, in Birzeit, displacing six Palestinians, after an Israeli court rejected a petition by the families against the punitive demolition. On 11 March, Israeli forces punitively demolished the home of Qassam Barghouti in Kobar village near Ramallah. The three men are in prison in Israel for alleged involvement in an attack in August 2019 that killed an Israeli civilian and injured two others outside Ramallah city in the occupied West Bank.
Israeli settler organizations initiated, with the support of the Israeli authorities, forcible evictions of Palestinians from their homes in East Jerusalem.
OCHA estimated in December that around 200 Palestinian households in the occupied West Bank, including East Jerusalem, had eviction cases pending against them, placing 800 adults and children at risk of displacement.
Israeli authorities demolished at least 29 residential and livelihood structures that belonged to Bedouin citizens living in “unrecognized” villages in the Negev/Naqab, according to the Negev Coexistence Forum, an Israeli NGO.
Discrimination
Israel continued to discriminate against Palestinian citizens of Israel in areas of planning, budget allocation, policing and political participation. According to the Adalah-The Legal Center for Arab Minority Rights in Israel, Israel maintains over 65 laws that discriminate against Palestinians.
Local Palestinian councils in Israel went on strike to protest against discrimination in the distribution of the state budget for local councils. The vast majority of Palestinians in Israel, comprising over 20% of the total population, live in around 139 towns and villages. They received only 1.7% of the state budget for local councils.
In August, Adalah and the Arab Center for Alternative Planning filed a petition to the Israeli Supreme Court on behalf of 10 local Palestinian councils and dozens of Palestinian citizens of Israel against government policy discriminating against these communities in the distribution of housing, construction and land development benefits compared to neighbouring Jewish communities that enjoy higher socio-economic status and have access to such benefits.
Israel continued to deny Palestinians from the West Bank and Gaza married to Palestinian citizens of Israel the right to nationality by enforcing the discriminatory Entry to Israel Law.
In December, the magistrate court in Krayot, near Haifa, rejected a petition for access to education by Palestinian citizens of Israel living in Karmiel, citing the discriminatory Nation State Law. The decision said that establishing an Arabic school in the town or funding transport for its Palestinian residents to study in Arabic schools in nearby communities would undermine the town’s “Jewish character”.
In December, the Israeli Health Ministry began the distribution of COVID-19 vaccines that excluded the nearly 5 million Palestinians who live under Israeli military occupation in the West Bank and Gaza Strip.
Unlawful killings and excessive use of force
Israeli military and police used unnecessary and excessive force during law enforcement activities, including search and arrest operations, and when policing demonstrations.
Military and security forces killed at least 31 Palestinians, including nine children, in the Gaza Strip and West Bank, according to OCHA. Many were unlawfully killed by live ammunition or other excessive force when posing no imminent threat to life. Some of the unlawful killings appeared to be wilful, which would constitute war crimes.
Israeli forces frequently used excessive force against protesters in Kufr Qadum who continued weekly protests against settlements and settlement expansion. According to OCHA, 214 protesters and bystanders were injured during the year.
On 15 February, Israeli forces shot and injured in the eye nine-year-old Malek Issa while he was returning home from school in the East Jerusalem neighbourhood of Issawiya. No clashes were recorded at the time, according to OCHA. Israeli forces were maintaining a violent and intense police operation in Issawiya as a form of collective punishment.
Israeli forces frequently opened fire on fishermen and farmers in Gaza. According to Al Mezan Center for Human Rights, 12 fishermen and five farmers were injured.
Freedom of movement
For the 13th consecutive year, Israel continued its illegal air, land and sea blockade of the Gaza Strip, restricting the movement of people and goods in and out of the area, which continued to have a devastating impact on the human rights of Gaza’s 2 million inhabitants. Israel stopped the entry of construction materials and fuel into Gaza repeatedly. This shut down the only power plant in Gaza, leading to a further reduction in the supply of electricity, which had already been available for only about four hours a day. Israel also imposed a full maritime closure and repeatedly limited entry of goods to food and medicine only. The measures amounted to collective punishment at a time of increasing COVID-19 infections in Gaza.
On 2 February, following an exchange of attacks between Israeli forces and Palestinian armed groups, Israel cancelled the permits of 500 traders from Gaza that enable their holders to travel to Israel and the West Bank for business. The permits were reactivated on 18 February.
On 18 June, Omar Yaghi, a baby with a cardiac condition, died in Gaza after Israel denied the family a permit to enter Israel for a scheduled operation on 24 May at the Sheba Medical Center in Ramat Gan city.
In the West Bank, at least 593 Israeli checkpoints and roadblocks continued to heavily restrict the movement of Palestinians and access to rights, including health, education and work. Holders of Palestinian identification cards faced an ongoing bar on using roads built for Israeli settlers.
Israeli restrictions on freedom of movement continued to impede Palestinians’ access to health care, posing further threats to vulnerable populations during the COVID-19 pandemic. Lack of access to hospitals and specialized clinics during the pandemic particularly affected Palestinian residents of the East Jerusalem neighbourhoods of Kufr Aqab and Shu’fat Refugee Camp, which are segregated from the rest of the city by military structures, including checkpoints, and the fence/wall.
Arbitrary detention
Israeli authorities conducted hundreds of raids throughout the West Bank to arrest Palestinians, usually at their homes at night. Those arrested were detained in prisons in Israel, along with thousands of other Palestinians from the OPT arrested in previous years. This violated international humanitarian law, which prohibits the transfer of detainees into the territory of the occupying power.
Israeli authorities used renewable administrative detention orders to hold Palestinians without charge or trial. Some 4,300 Palestinians from the OPT, including 397 administrative detainees, were held in Israeli prisons as of December, according to the Israel Prison Service. Many families of Palestinian detainees in Israel, particularly those living in Gaza, were not permitted entry to Israel to visit their relatives.
On 16 July, Israeli forces arrested Iyad Barghouti, an astrophysicist and professor at Jerusalem’s Al-Quds University, at a checkpoint near Jerusalem and placed him in administrative detention. He had previously been administratively detained in 2014 and 2016.
Israel held 157 Palestinian children in prison, including two in administrative detention, as of October. Defense for Children International Palestine said that children were interrogated without their parents present and placed with adults in prison. Under international law, detention of children should be a measure of last resort and for the shortest appropriate time.
Unfair trials
Palestinian civilians, including children, from the OPT were prosecuted in military courts that did not meet international fair trial standards.
Torture and other ill-treatment
Israeli soldiers, police and ISA officers continued to torture and otherwise ill-treat Palestinian detainees, including children, with impunity. Reported methods included beating, slapping, painful shackling, sleep deprivation, use of stress positions and threats of violence against family members. Prolonged solitary confinement, sometimes lasting months, was commonly used as a punishment.
Israeli forces occasionally denied medical help for Palestinians injured during law enforcement activities.
Freedoms of expression and association
The authorities used a range of measures, including raids, incitement campaigns, movement restrictions and judicial harassment, to target human rights defenders who criticized Israel’s continuing military occupation of Palestinian and Syrian territories.
Israel continued to deny human rights bodies entry to the OPT, including the UN Special Rapporteur on the situation of human rights in the OPT.
On 30 July, Israeli forces arrested Mahmoud Nawajaa, a human rights defender and co-ordinator of the Boycott, Divestment and Sanctions movement in the occupied West Bank, from his home in Ramallah. A prisoner of conscience, he was released without charge on 17 August.
On 13 November, the Jerusalem District Court rejected a petition by Amnesty International against the arbitrary and punitive travel ban imposed on its employee, human rights defender Laith Abu Zeyad. For undisclosed reasons, Israeli security forces continued to bar him from entering occupied East Jerusalem and from travelling abroad through Jordan.
Rights of refugees, asylum-seekers and migrants
Israel continued to deny asylum-seekers access to a fair and prompt refugee status determination process, leaving many without access to basic services. About 31,000 asylum-seekers were living in Israel.
Gender-based violence
Violence against women persisted in Israel, especially against Palestinian citizens.
At least 21 women were killed as a result of gender-based violence.
Conscientious objectors
At least four Israeli conscientious objectors to military service were imprisoned. Hillel Rabin spent 56 days in military prison for refusing to serve in the Israeli army citing oppressive policies against Palestinians.
EINDE ARTIKEL
[12]
Body of Principles for the Protection of All Persons under Any Form of Detention or Imprisonment
Convention against Torture and Other Cruel, Inhuman or Degrading Treatment or Punishment
[13]
BTSELEM
TORTURE AND ABUSE IN INTERROGATION
In interrogating Palestinian residents of the Occupied Territories, the Israel Security Agency (ISA, also known by the Hebrew acronyms Shin Bet or Shabak) routinely used methods that constituted ill-treatment and even torture until the late 1990s. In doing so, the ISA relied on the 1987 recommendations of a state commission headed by retired Supreme Court Justice Moshe Landau. The commission had held that, in order to “prevent terrorism”, ISA interrogators were permitted to use “psychological pressure” and a “moderate degree of physical pressure”. This permission was grounded, in the commission’s opinion, in the “necessity defense” laid out in Israeli Penal Law. In practice, the interrogation methods used by the ISA during that time went far beyond a reasonable interpretation of the term “moderate physical pressure”.
This state of affairs persisted for years, despite the right not to be subjected to ill-treatment or torture – whether physical or psychological – being one of the few human rights that are considered absolute. As an absolute right, it may never be balanced against other rights and values and cannot be suspended or limited, even in difficult circumstances.
In September 1999, following a series of petitions filed by human rights organizations and by Palestinians interrogated by the ISA, Israel’s High Court of Justice (HCJ) ruled that Israeli law does not empower ISA interrogators to use physical means in interrogation. The justices ruled that the specific methods discussed in the petitions – including painful binding, shaking, placing a sack on a person’s head for prolonged periods of time and sleep deprivation – were unlawful. However, they also held that ISA agents who exceed their authority and use “physical pressure” may not necessarily bear criminal responsibility for their actions, if they are later found to have used these methods in a “ticking bomb” case, based on the “necessity defense”. Following this ruling, reports of torture and ill-treatment in ISA interrogations did drop. However, ISA agents continued to use interrogation methods that constitute abuse and even torture, relying on the court’s recognition of the “ticking bomb” exception. These methods were not limited to exceptional cases and quickly became standard interrogation policy.
Several joint research reports published by B’Tselem and HaMoked: Center for the Defence of the Individual, based on hundreds of affidavits and testimonials given by Palestinians who underwent ISA interrogations after the HCJ ruling, indicate that the ISA still routinely employs psychological and physical abuse in interrogations. While interrogators steer clear of the specific methods that the court disqualified, the rationale is the same: using isolation from the outside world and harsh incarceration conditions, in addition to the interrogation itself, to psychologically pressure and physically weaken the individual. This combined use of holding conditions and interrogation methods constitutes abuse and inhuman, degrading treatment, at times even amounting to torture. It is regularly employed against Palestinians in ISA interrogations, in blatant violation of international law and basic moral standards.
According to the accounts of Palestinians who have undergone ISA interrogation, they are held in inhuman conditions, including narrow, windowless cells that are sometimes moldy and foul-smelling and are constantly lit with artificial lighting that is painful to the eyes. Some detainees reported being held in solitary confinement, completely cut off from their surroundings. Some reported exposure to extremes of heat and cold, as well as sleep deprivation. Many described abominable hygienic conditions; among other things, they stated that the prison authorities do not allow them to shower, change clothes, brush their teeth or even use toilet paper. The food is intentionally poor in quality and quantity, and detainees lose weight while in custody. In the interrogation room, they are forced to sit bound to a chair, without moving, for hours and even days on end. Interrogators threaten the detainees, including threats to harm their relatives, as well as shouting and employing violence against them.
Most Palestinians who are physically or mental abused in interrogation have no way to complain until the interrogation is over. This is because Palestinian detainees are regularly denied the right to meet with counsel, and HCJ petitions against the denial of this right have been repeatedly dismissed. Also, they usually cannot use the opportunity of coming before a judge in a remand hearing to air their grievances: Most hearings are extremely cursory and, in some of them, detainees are not represented or are denied the opportunity to confer with the lawyer representing them. Most detainees are not aware of the fact that they may approach the judge on their own initiative. In any case, they shy away from sharing what they are undergoing with the judge for fear of reprisal back in the interrogation room. Even when detainees do come forward, the authorities take no action, as years of monitoring by human rights organizations reveal. Since 2001, not a single criminal investigation has been launched into a complaint against an ISA interrogator, despite hundreds of complaints being lodged with the relevant authorities. Although formal changes have been made to the apparatus charged with looking into these complaints – including the appointment of an Inspector of Complaints by ISA Interrogees inside the ISA, and the subsequent transfer of the position to the Ministry of Justice – they have done nothing to alter the situation: Hundreds of complaints, zero criminal investigations.
This system of interrogation, which relies on a combination of holding conditions and interrogator conduct, was shaped by state authorities. It is not the personal initiative of any particular interrogator or prison guard, and the actions described here are not anomalies to be weeded out by the justice system. The cruel, inhuman and degrading treatment of Palestinian detainees is inherent to the ISA’s violent interrogation policy. This policy is dictated from above, and not set by interrogators in the field.
While the ISA runs the system, a broad network of partners collaborates to facilitate it. The Israel Prison Service (IPS) adapts prison conditions to match the interrogation plan designed to break the detainee’s spirit. Medical and mental health personnel greenlight the interrogation of Palestinians who arrive at the facility – including in cases of poor health – and even hand detainees back to the interrogators after caring for physical and mental injuries they sustained in interrogation, knowing full well that they would be subjected to measures of abuse and torture; soldiers and police officers abuse detainees while transporting them to the ISA, with their commanders turning a blind eye and the MAG Corps and State Attorney’s Office not bringing them to justice or holding them fully accountable. Military judges almost automatically sign off on motions for remand in custody and effectively sanction the continued abuse and inhuman conditions. The State Attorney’s Office and the Attorney General have thus far provided ISA interrogators with full immunity. Finally, HCJ judges regularly reject petitions seeking to overturn the denial of detainee’s rights to meet with legal counsel, clearing the way for continued abuse.
All these are party, in one form or another, to the cruel, inhuman, degrading and abusive treatment to which Palestinians are subjected in ISA interrogations. By enabling the existence of this abusive interrogation regime, they all bear responsibility for the severe violations of interrogatees’ human rights and for the mental and physical harm inflicted on these individuals.
[14]
Article 2
Relations between the Parties, as well as all the provisions of the Agreement itself, shall be based on respect for human rights and democratic principles, which guides their internal and international policy and constitutes an essential element of this Agreement.
EURO MEDITERRANEAN AGREEMENT
establishing an association between the European Communities and their Member States, of the one part, and the State of Israel, of the other part
[15]
ARTIKEL 90, NEDERLANDSE GRONDWET
De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.
TREEDT OP TEGEN MISHANDELING PALESTIJNSE GEVANGENEN!/BRIEF AAN TWEEDE KAMERLEDEN
Screenshot uit de door Haaretz naar buiten gebrachte video.
HEBREEUWSE EDITIE THE HAARETZ MET FILMBEELDEN
VAN MISHANDELING
YOUTUBE FILMPJE VAN MISHANDELING
AAN DE LEDEN VAN DE TWEEDE KAMER
Onderwerp: Israelisch gewelddadig optreden tegen Palestijnse gevangenen [Deze mail is tevens gestuurd aan uw andere Tweede Kamer collegae,met uitzondering van de partijen de PVV, Forum voor Democratie, JA21 en de Staatkundig Gereformeerde Partij, gezien hun standpunten in dergelijke zaken]
Geachte dames en heren, Zoals u wellicht nog weet, wend ik mij wel vaker tot uw Tweede Kamer inverband met het onrecht in verband met het Midden-Oostenconflict, maar ookbetreffende andere onderwerpen, de mensenrechten betreffende [1]Meestal geef ik u dan een uitgebreide toelichting, waarin ik dieper inga opallerlei internatiionaalrechtelijke aspecten [2] In dit geval echter ga ik het kort[er] houden, omdat de zaak vrij simpel is:Het betreft hier een schokkend geval van mishandeling van Palestijnsegevangenen, waartegen u, binnen uw mogelijkheden uiteraard, moet optreden en wel nu! SCHOKKENDE BEELDEN/MISHANDELING PALESTIJNSE GEVANGENEN Mij bereikte het bericht over de schokkende mishandeling van Palestijnsegevangenen in de Israelische gevangenis Ketziot [3] en de beelden daarvan werden gepubliceerd door de Israelische krant de Haaretz in zijnHebreeuwse editie [4] Zie onder noot 5 de Beelden, die ook te zien zijn onder noot 6, op de sitevan The Rights Forum en waarvan afbeeldingen op de Hebreeuwse editievan de Haaretz, noot 7 Wat u ziet is overduidelijk:Gevangenen worden over de grond gesleept, op een hoop gegooid enmishandeld.Wat u ziet is onacceptabel! De zaak, die dateert uit 2019 [8] naar buiten is gebracht door de Haaretz [waarvoor van mijnkant waardering], werd ”onderzocht” ”Onderzocht”, schrijf ik tussen aanhalingstekens, omdat dat ”onderzoek”geen naam mocht hebben, waardoor de term ”in de doofpot stoppen”,beter gekozen is. In een redactioneel artikel schrijft de Haaretz daarover: ”It wasn’t only the Prison Service that looked the other way. In the Israel Police, Lahav 433’s National Prison Investigation Unit did as little as possible to probe the affair: Only one guard was questioned and even though he admitted that he had engaged in gratuitous violence, it wasn’t enough for the police or prosecutors to proceed with an indictment. This was a negligent investigation – with no real effort to identify the guards and no police lineup – which proves that even when such an unusual case of abuse has been fully documented, the police still prefer to sweep it under the rug. [9] EN ”It’s hard to believe that the investigation would have ended this way if the prisoners had been Jews. But in this case, the victims were Palestinian terrorists and security prisoners belonging to Hamas. Therefore, not only was the case closed on the grounds that “the offender is not known,” but the warden on duty at the time, General Avichai Ben-Hamo, was promoted to the rank of major general. The other guards allegedly involved in the incident remain at their jobs.” [10] STRUCTUREEL Hoewel dit incident al erg genoeg is, staat het niet opzichzelf, maar is dit Israelische gewelddadige optredenjegens Palestijnse gevangenen structureel.Amnesty International schrijft hierover in haar Jaaroverzicht 2020 onder andere:”The Israeli authorities arbitrarily detained in Israel thousands of Palestinians from the OPT, holding hundreds in administrative detention without charge or trial. Torture and other ill-treatment of detainees, including children, were committed with impunity.” [11] Dit is zeer ernstigDaar moet tegen worden opgetreden, waarde Tweede Kamerleden,want ik hoef u niet uit te leggen dat het, los van de bestialiteit, ingaattegen alle mogelijke internationale Verdragen! [12]
UW INZET Van u als Kamerleden verwacht ik, dat u dit structurele Israelische’geweld tegen Palestijnse gevangenen, waarbij ook hoort structurelefoltering bij ondervraging [13], op alle u ten dienste staande middelenaankaart, zoals het stellen van Kamervragen en wat dies meer zij, zoalsijveren voor de opschorting van het Associatie Verdrag met Israel[dat een mensenrechtenclausule heeft] [14], mocht Israel hiermee doorgaan. Te lang heeft dit onrecht voortgeduurd en u kunt er niet van wegkijken.U hebt een Eed of Belofte afgelegd op de Grondwet, waarin artikel 90:”De Nederlandse regering bevordert de Internationale Rechtsorde” [15] Ik reken op uw inzet Vriendelijke groeten Astrid Essed Amsterdam
Tientallen gevangenen worden geboeid over de grond gesleurd, op een hoop gegooid en afgeranseld. De zaak verdween in de doofpot, en dat is geen uitzondering.
De beelden dateren uit 2019 en zijn naar buiten gebracht door de Israëlische krant Haaretz in zijn Hebreeuwse editie. Ze tonen de mishandeling van een kleine zestig Palestijnse gevangenen door zo’n vijftien gevangenisbewaarders in de C-vleugel van de Ketziot-gevangenis in de Negev/Naqab in Israël. De gevangenen worden geboeid over de betonnen vloer gesleept, boven op elkaar gegooid, geschopt en met wapenstokken geslagen. Vijftien gevangenen raakten zodanig gewond dat ze in het ziekenhuis belandden. De beelden roepen herinneringen op aan de mishandeling van Iraakse gevangenen door Amerikaanse militairen en CIA-medewerkers in de Abu Ghraib-gevangenis bij Bagdad in 2004.
Doofpot
In zijn redactioneel commentaar schrijft Haaretz dat het geweld kennelijk een wraakactie was voor het neersteken van een bewaarder elders in het gevangeniscomplex – volgens Wikipedia het grootste detentiecentrum van Israël en zelfs ter wereld. De Israel Prison Service maakte destijds bekend dat veiligheidstroepen op de bewuste dag ‘een opstand van gevangenen onder controle hadden gebracht’. Op de beelden is van een opstand echter niets te zien.
De zaak is door de autoriteiten in de doofpot gestopt, schrijft Haaretz. De Prison Service ‘keek de andere kant op’ en de onderzoeksafdeling van de Israëlische politie – de National Prison Investigation Unit – volstond met het ondervragen van één gevangenisbewaarder. Hoewel die toegaf zich schuldig te hebben gemaakt aan ‘onnodig geweld’, werd geen vervolging ingesteld. De zaak werd gesloten onder het mom dat ‘de dader onbekend is’.
De politie ‘veegde de zaak onder het tapijt’, concludeert Haaretz, en ook de openbaar aanklager kwam niet in actie. ‘Het is moeilijk voor te stellen dat het zo zou zijn gelopen als de gevangenen Joden waren geweest’, voegt de krant daaraan toe. In dit geval ging het echter om ‘terroristen en veiligheidsgevangenen die lid waren van Hamas’.
Geen uitzondering, maar regel
Overigens betekent dat niet dat de gevangenen daadwerkelijk lid waren van Hamas en een misdaad op hun geweten hebben. Afgelopen jaar besteedden wij in een brede analyse aandacht aan het oppakken van Palestijnen onder het mom van ‘betrokkenheid bij terrorisme’. Onder die noemer verdwijnen aan de lopende band Palestijnen uit de door Israël bezette gebieden in Israëlische gevangenissen. Het is onderdeel van ‘het intimideren en terroriseren van de bevolking door het Israëlische bezettingsregime’, concludeerden wij.
Daarop wijst vandaag ook de vooraanstaande Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem. In een persbericht schrijft het dat het ‘witwassen’ van de zaak door de autoriteiten geen uitzondering is, maar regel: de Israëlische overheersing van de Palestijnen is gebaseerd op geweld en het witwassen daarvan. De nu naar buiten gekomen zaak onderstreept volgens B’Tselem het belang van onderzoek en vervolging door internationale gerechtshoven als het Internationaal Gerechtshof en het Internationaal Strafhof in Den Haag:
Het Israëlische apartheidsregime is gebaseerd op constant, georganiseerd geweld tegen Palestijnen. Dat geweld is cruciaal voor zijn voortbestaan. Daarom is het regime noch bereid, noch in staat om degenen die het geweld plannen en uitvoeren te onderzoeken, laat staan te vervolgen. […] De zaak bewijst eens te meer dat Palestijnse slachtoffers van geweld van Israëlische veiligheidstroepen binnen het bestaande Israëlische systeem geen gerechtigheid kunnen krijgen, en alleen kunnen hopen op behandeling van hun zaken door internationale gerechtshoven.
Mishandeling schering en inslag
Het mishandelen en martelen van Palestijnse ‘verdachten’ en ‘veiligheidsgevangenen’ is in Israëlische ondervragings- en detentiecentra schering en inslag. Het Israëlische Hooggerechtshof staat echter ‘speciale ondervragingsmethoden’ toe als er sprake is van ‘bijzondere veiligheidsrisico’s’, en die bepaling biedt politiediensten, de Prison Service en de veiligheidsdienst Shin Bet een vrijbrief om verdachten te mishandelen zonder dat er een haan naar kraait. Het Israëlische Comité tegen Marteling (PCATI) diende tussen 2001 en 2020 circa 1300 officiële klachten wegens marteling door de Shin Bet in. Dat leidde in slechts één geval tot strafrechtelijk onderzoek, dat uitliep op seponering.
Het martelen van gevangenen is onder internationaal recht en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens strikt verboden en geldt in het oprichtingsverdrag van het Internationaal Strafhof – het Statuut van Rome – als een oorlogsmisdaad. Eerder dit jaar maanden zeven mensenrechtenexperts van de VN Israël zich aan het internationaal recht te houden en rigoureus een eind te maken aan de verboden praktijken. De autoriteiten dienen alle wetten, voorschriften, beleidslijnen en praktijken die zulke misdaden mogelijk maken met spoed te herzien. Staten zijn verplicht marteling en mishandeling te voorkomen en, in het geval zulk wangedrag toch plaatsvindt, te bestraffen. Slachtoffers dienen gerehabiliteerd en gecompenseerd te worden.
[6] YOUTUBE BEELDEN IN ARTIKEL THE RIGHTS FORUM ”De beelden dateren uit 2019 en zijn naar buiten gebracht door de Israëlische krant Haaretz in zijn Hebreeuwse editie. Ze tonen de mishandeling van een kleine zestig Palestijnse gevangenen door zo’n vijftien gevangenisbewaarders in de C-vleugel van de Ketziot-gevangenis in de Negev/Naqab in Israël. ”[YOUTUBE FILMPJE IN ARTIKEL THE RIGHTS FORUM]
The shocking video from Wing 3 of Ketziot Prison should have set off an earthquake in the Israel Prison Service, police and the State Prosecutor’s Office: Scores of Arab security prisoners were forcibly thrown down onto a concrete floor, sometimes on top of each other, as guards passed between them for long minutes, beating them with batons and kicking them randomly, without any resistance from their victims (as Josh Breiner reported Thursday).
The unrestrained violence is believed to have been carried out in revenge for the stabbing of a guard shortly beforehand near the wing. The guards’ act of revenge, which left 15 prisoners injured, was described by the Prison Service as “gaining control over a riot.” But the evidence clearly shows there was no riot, just the abuse of prisoners. The evidence was an open secret in the Prison Service: Top officials had viewed the video and knew exactly what occurred but acted as if nothing happened. The Prison Service knew that Ketziot’s officers turned a blind eye while at least 10 guards brutally beat the bound prisoners.
It wasn’t only the Prison Service that looked the other way. In the Israel Police, Lahav 433’s National Prison Investigation Unit did as little as possible to probe the affair: Only one guard was questioned and even though he admitted that he had engaged in gratuitous violence, it wasn’t enough for the police or prosecutors to proceed with an indictment. This was a negligent investigation – with no real effort to identify the guards and no police lineup – which proves that even when such an unusual case of abuse has been fully documented, the police still prefer to sweep it under the rug.
It’s hard to believe that the investigation would have ended this way if the prisoners had been Jews. But in this case, the victims were Palestinian terrorists and security prisoners belonging to Hamas. Therefore, not only was the case closed on the grounds that “the offender is not known,” but the warden on duty at the time, General Avichai Ben-Hamo, was promoted to the rank of major general. The other guards allegedly involved in the incident remain at their jobs.
Now, when the evidence has been revealed to the public, the affair can no longer remain behind prison walls. The state prosecutor must immediately order a thorough investigation that includes all the guards alleged to have been involved, and bring indictments. Any other outcome will only prove that from the state’s viewpoint, security prisoners don’t deserve to be treated like human beings.
Israel continued to impose institutionalized discrimination against Palestinians living under its rule in Israel and the Occupied Palestinian Territories (OPT). It displaced hundreds of Palestinians in Israel and the occupied West Bank, including East Jerusalem, as a result of home demolitions and imposition of other coercive measures. Israeli forces continued to use excessive force during law enforcement activities in Israel and the OPT. Israeli forces killed 31 Palestinians, including nine children, in the OPT; many were unlawfully killed while posing no imminent threat to life. Israel maintained its illegal blockade on the Gaza Strip, subjecting its residents to collective punishment and deepening the humanitarian crisis there. It also continued to restrict freedom of movement of Palestinians in the OPT through checkpoints and roadblocks. The Israeli authorities arbitrarily detained in Israel thousands of Palestinians from the OPT, holding hundreds in administrative detention without charge or trial. Torture and other ill-treatment of detainees, including children, were committed with impunity. The authorities used a range of measures to target human rights defenders, journalists and others who criticized Israel’s continuing occupation of the West Bank, Gaza Strip and Syrian Golan Heights. Violence against women persisted, especially against Palestinian citizens of Israel. The authorities denied asylum-seekers access to a fair or prompt refugee status determination process. Conscientious objectors to military service were imprisoned.
Background
Israel held parliamentary elections in March, the third in just over a year. In May, the two largest parties in the Knesset, Likud and the Blue and White alliance, reached a power-sharing agreement that included an announcement that Israel would further annex territories in the occupied West Bank starting in July 2020. This followed US President Donald Trump’s announcement of his “deal of the century”, which included a formal extension of Israel’s sovereignty over the Jordan Valley and the vast majority of the illegal settlements in the rest of the occupied West Bank in exchange for land currently inside Israel. Israel postponed the annexation plans following diplomatic deals with the United Arab Emirates and Bahrain in September. The parliament was again dissolved in December, triggering another round of elections in three months’ time.
Israel imposed lockdown measures in March and in September to contain the spread of COVID-19, triggering waves of protests calling on the Prime Minister to step down. The measures allowed the Israel Security Agency (ISA) to use surveillance capabilities usually reserved for Palestinians to trace COVID-19 infections. The Prime Minister’s trial on corruption charges began in May.
In February, the Palestinian armed group Islamic Jihad fired around 80 rockets and mortar shells from the Gaza Strip towards Israel, causing minor injuries to over 20 people, after Israeli forces killed an Islamic Jihad operative. The Israeli army carried out multiple airstrikes in Gaza, injuring 12 Palestinians, according to the Palestinian Ministry of Health in Gaza.
In August and September, Israel launched artillery and airstrikes against Gaza in retaliation for incendiary balloons and kites launched from Gaza into Israel. Palestinian armed groups launched indiscriminate rockets into Israel in response.
In August, Israel launched airstrikes against Hizbullah targets in Lebanon after it said that shots were fired from Lebanon into Israel. Israel also launched airstrikes against Iranian and Hizbullah targets in Syria.
In July, a district court rejected a case to force the Ministry of Defense to revoke the export licence of spyware company NSO Group, dealing a blow to victims of unlawful and targeted international surveillance.
Forcible transfers, forced evictions and demolitions
Israel demolished 848 Palestinian residential and livelihood structures in the occupied West Bank, including East Jerusalem, displacing 996 people, according to the UN Office for the Coordination of Humanitarian Affairs (OCHA). Israeli authorities said many of the demolished buildings lacked Israeli-issued permits, which are virtually impossible for Palestinians to obtain, or were in closed military zones. The law of occupation prohibits such destruction unless necessary for military operations.
In other cases, Israel confiscated residential and livelihood structures, including some that were donated for humanitarian purposes. Israeli forces also punitively demolished at least six Palestinian homes, leaving 22 people, including seven children, homeless, according to B’Tselem. Punitive demolitions constitute collective punishment and are prohibited under international law.
On 5 March, Israeli forces demolished the homes of Walid Hanatsheh, in Ramallah, and Yazan Mughamis, in Birzeit, displacing six Palestinians, after an Israeli court rejected a petition by the families against the punitive demolition. On 11 March, Israeli forces punitively demolished the home of Qassam Barghouti in Kobar village near Ramallah. The three men are in prison in Israel for alleged involvement in an attack in August 2019 that killed an Israeli civilian and injured two others outside Ramallah city in the occupied West Bank.
Israeli settler organizations initiated, with the support of the Israeli authorities, forcible evictions of Palestinians from their homes in East Jerusalem.
OCHA estimated in December that around 200 Palestinian households in the occupied West Bank, including East Jerusalem, had eviction cases pending against them, placing 800 adults and children at risk of displacement.
Israeli authorities demolished at least 29 residential and livelihood structures that belonged to Bedouin citizens living in “unrecognized” villages in the Negev/Naqab, according to the Negev Coexistence Forum, an Israeli NGO.
Discrimination
Israel continued to discriminate against Palestinian citizens of Israel in areas of planning, budget allocation, policing and political participation. According to the Adalah-The Legal Center for Arab Minority Rights in Israel, Israel maintains over 65 laws that discriminate against Palestinians.
Local Palestinian councils in Israel went on strike to protest against discrimination in the distribution of the state budget for local councils. The vast majority of Palestinians in Israel, comprising over 20% of the total population, live in around 139 towns and villages. They received only 1.7% of the state budget for local councils.
In August, Adalah and the Arab Center for Alternative Planning filed a petition to the Israeli Supreme Court on behalf of 10 local Palestinian councils and dozens of Palestinian citizens of Israel against government policy discriminating against these communities in the distribution of housing, construction and land development benefits compared to neighbouring Jewish communities that enjoy higher socio-economic status and have access to such benefits.
Israel continued to deny Palestinians from the West Bank and Gaza married to Palestinian citizens of Israel the right to nationality by enforcing the discriminatory Entry to Israel Law.
In December, the magistrate court in Krayot, near Haifa, rejected a petition for access to education by Palestinian citizens of Israel living in Karmiel, citing the discriminatory Nation State Law. The decision said that establishing an Arabic school in the town or funding transport for its Palestinian residents to study in Arabic schools in nearby communities would undermine the town’s “Jewish character”.
In December, the Israeli Health Ministry began the distribution of COVID-19 vaccines that excluded the nearly 5 million Palestinians who live under Israeli military occupation in the West Bank and Gaza Strip.
Unlawful killings and excessive use of force
Israeli military and police used unnecessary and excessive force during law enforcement activities, including search and arrest operations, and when policing demonstrations.
Military and security forces killed at least 31 Palestinians, including nine children, in the Gaza Strip and West Bank, according to OCHA. Many were unlawfully killed by live ammunition or other excessive force when posing no imminent threat to life. Some of the unlawful killings appeared to be wilful, which would constitute war crimes.
Israeli forces frequently used excessive force against protesters in Kufr Qadum who continued weekly protests against settlements and settlement expansion. According to OCHA, 214 protesters and bystanders were injured during the year.
On 15 February, Israeli forces shot and injured in the eye nine-year-old Malek Issa while he was returning home from school in the East Jerusalem neighbourhood of Issawiya. No clashes were recorded at the time, according to OCHA. Israeli forces were maintaining a violent and intense police operation in Issawiya as a form of collective punishment.
Israeli forces frequently opened fire on fishermen and farmers in Gaza. According to Al Mezan Center for Human Rights, 12 fishermen and five farmers were injured.
Freedom of movement
For the 13th consecutive year, Israel continued its illegal air, land and sea blockade of the Gaza Strip, restricting the movement of people and goods in and out of the area, which continued to have a devastating impact on the human rights of Gaza’s 2 million inhabitants. Israel stopped the entry of construction materials and fuel into Gaza repeatedly. This shut down the only power plant in Gaza, leading to a further reduction in the supply of electricity, which had already been available for only about four hours a day. Israel also imposed a full maritime closure and repeatedly limited entry of goods to food and medicine only. The measures amounted to collective punishment at a time of increasing COVID-19 infections in Gaza.
On 2 February, following an exchange of attacks between Israeli forces and Palestinian armed groups, Israel cancelled the permits of 500 traders from Gaza that enable their holders to travel to Israel and the West Bank for business. The permits were reactivated on 18 February.
On 18 June, Omar Yaghi, a baby with a cardiac condition, died in Gaza after Israel denied the family a permit to enter Israel for a scheduled operation on 24 May at the Sheba Medical Center in Ramat Gan city.
In the West Bank, at least 593 Israeli checkpoints and roadblocks continued to heavily restrict the movement of Palestinians and access to rights, including health, education and work. Holders of Palestinian identification cards faced an ongoing bar on using roads built for Israeli settlers.
Israeli restrictions on freedom of movement continued to impede Palestinians’ access to health care, posing further threats to vulnerable populations during the COVID-19 pandemic. Lack of access to hospitals and specialized clinics during the pandemic particularly affected Palestinian residents of the East Jerusalem neighbourhoods of Kufr Aqab and Shu’fat Refugee Camp, which are segregated from the rest of the city by military structures, including checkpoints, and the fence/wall.
Arbitrary detention
Israeli authorities conducted hundreds of raids throughout the West Bank to arrest Palestinians, usually at their homes at night. Those arrested were detained in prisons in Israel, along with thousands of other Palestinians from the OPT arrested in previous years. This violated international humanitarian law, which prohibits the transfer of detainees into the territory of the occupying power.
Israeli authorities used renewable administrative detention orders to hold Palestinians without charge or trial. Some 4,300 Palestinians from the OPT, including 397 administrative detainees, were held in Israeli prisons as of December, according to the Israel Prison Service. Many families of Palestinian detainees in Israel, particularly those living in Gaza, were not permitted entry to Israel to visit their relatives.
On 16 July, Israeli forces arrested Iyad Barghouti, an astrophysicist and professor at Jerusalem’s Al-Quds University, at a checkpoint near Jerusalem and placed him in administrative detention. He had previously been administratively detained in 2014 and 2016.
Israel held 157 Palestinian children in prison, including two in administrative detention, as of October. Defense for Children International Palestine said that children were interrogated without their parents present and placed with adults in prison. Under international law, detention of children should be a measure of last resort and for the shortest appropriate time.
Unfair trials
Palestinian civilians, including children, from the OPT were prosecuted in military courts that did not meet international fair trial standards.
Torture and other ill-treatment
Israeli soldiers, police and ISA officers continued to torture and otherwise ill-treat Palestinian detainees, including children, with impunity. Reported methods included beating, slapping, painful shackling, sleep deprivation, use of stress positions and threats of violence against family members. Prolonged solitary confinement, sometimes lasting months, was commonly used as a punishment.
Israeli forces occasionally denied medical help for Palestinians injured during law enforcement activities.
Freedoms of expression and association
The authorities used a range of measures, including raids, incitement campaigns, movement restrictions and judicial harassment, to target human rights defenders who criticized Israel’s continuing military occupation of Palestinian and Syrian territories.
Israel continued to deny human rights bodies entry to the OPT, including the UN Special Rapporteur on the situation of human rights in the OPT.
On 30 July, Israeli forces arrested Mahmoud Nawajaa, a human rights defender and co-ordinator of the Boycott, Divestment and Sanctions movement in the occupied West Bank, from his home in Ramallah. A prisoner of conscience, he was released without charge on 17 August.
On 13 November, the Jerusalem District Court rejected a petition by Amnesty International against the arbitrary and punitive travel ban imposed on its employee, human rights defender Laith Abu Zeyad. For undisclosed reasons, Israeli security forces continued to bar him from entering occupied East Jerusalem and from travelling abroad through Jordan.
Rights of refugees, asylum-seekers and migrants
Israel continued to deny asylum-seekers access to a fair and prompt refugee status determination process, leaving many without access to basic services. About 31,000 asylum-seekers were living in Israel.
Gender-based violence
Violence against women persisted in Israel, especially against Palestinian citizens.
At least 21 women were killed as a result of gender-based violence.
Conscientious objectors
At least four Israeli conscientious objectors to military service were imprisoned. Hillel Rabin spent 56 days in military prison for refusing to serve in the Israeli army citing oppressive policies against Palestinians.
EINDE ARTIKEL
[12]
Body of Principles for the Protection of All Persons under Any Form of Detention or Imprisonment
Convention against Torture and Other Cruel, Inhuman or Degrading Treatment or Punishment
[13]
BTSELEM
TORTURE AND ABUSE IN INTERROGATION
In interrogating Palestinian residents of the Occupied Territories, the Israel Security Agency (ISA, also known by the Hebrew acronyms Shin Bet or Shabak) routinely used methods that constituted ill-treatment and even torture until the late 1990s. In doing so, the ISA relied on the 1987 recommendations of a state commission headed by retired Supreme Court Justice Moshe Landau. The commission had held that, in order to “prevent terrorism”, ISA interrogators were permitted to use “psychological pressure” and a “moderate degree of physical pressure”. This permission was grounded, in the commission’s opinion, in the “necessity defense” laid out in Israeli Penal Law. In practice, the interrogation methods used by the ISA during that time went far beyond a reasonable interpretation of the term “moderate physical pressure”.
This state of affairs persisted for years, despite the right not to be subjected to ill-treatment or torture – whether physical or psychological – being one of the few human rights that are considered absolute. As an absolute right, it may never be balanced against other rights and values and cannot be suspended or limited, even in difficult circumstances.
In September 1999, following a series of petitions filed by human rights organizations and by Palestinians interrogated by the ISA, Israel’s High Court of Justice (HCJ) ruled that Israeli law does not empower ISA interrogators to use physical means in interrogation. The justices ruled that the specific methods discussed in the petitions – including painful binding, shaking, placing a sack on a person’s head for prolonged periods of time and sleep deprivation – were unlawful. However, they also held that ISA agents who exceed their authority and use “physical pressure” may not necessarily bear criminal responsibility for their actions, if they are later found to have used these methods in a “ticking bomb” case, based on the “necessity defense”. Following this ruling, reports of torture and ill-treatment in ISA interrogations did drop. However, ISA agents continued to use interrogation methods that constitute abuse and even torture, relying on the court’s recognition of the “ticking bomb” exception. These methods were not limited to exceptional cases and quickly became standard interrogation policy.
Several joint research reports published by B’Tselem and HaMoked: Center for the Defence of the Individual, based on hundreds of affidavits and testimonials given by Palestinians who underwent ISA interrogations after the HCJ ruling, indicate that the ISA still routinely employs psychological and physical abuse in interrogations. While interrogators steer clear of the specific methods that the court disqualified, the rationale is the same: using isolation from the outside world and harsh incarceration conditions, in addition to the interrogation itself, to psychologically pressure and physically weaken the individual. This combined use of holding conditions and interrogation methods constitutes abuse and inhuman, degrading treatment, at times even amounting to torture. It is regularly employed against Palestinians in ISA interrogations, in blatant violation of international law and basic moral standards.
According to the accounts of Palestinians who have undergone ISA interrogation, they are held in inhuman conditions, including narrow, windowless cells that are sometimes moldy and foul-smelling and are constantly lit with artificial lighting that is painful to the eyes. Some detainees reported being held in solitary confinement, completely cut off from their surroundings. Some reported exposure to extremes of heat and cold, as well as sleep deprivation. Many described abominable hygienic conditions; among other things, they stated that the prison authorities do not allow them to shower, change clothes, brush their teeth or even use toilet paper. The food is intentionally poor in quality and quantity, and detainees lose weight while in custody. In the interrogation room, they are forced to sit bound to a chair, without moving, for hours and even days on end. Interrogators threaten the detainees, including threats to harm their relatives, as well as shouting and employing violence against them.
Most Palestinians who are physically or mental abused in interrogation have no way to complain until the interrogation is over. This is because Palestinian detainees are regularly denied the right to meet with counsel, and HCJ petitions against the denial of this right have been repeatedly dismissed. Also, they usually cannot use the opportunity of coming before a judge in a remand hearing to air their grievances: Most hearings are extremely cursory and, in some of them, detainees are not represented or are denied the opportunity to confer with the lawyer representing them. Most detainees are not aware of the fact that they may approach the judge on their own initiative. In any case, they shy away from sharing what they are undergoing with the judge for fear of reprisal back in the interrogation room. Even when detainees do come forward, the authorities take no action, as years of monitoring by human rights organizations reveal. Since 2001, not a single criminal investigation has been launched into a complaint against an ISA interrogator, despite hundreds of complaints being lodged with the relevant authorities. Although formal changes have been made to the apparatus charged with looking into these complaints – including the appointment of an Inspector of Complaints by ISA Interrogees inside the ISA, and the subsequent transfer of the position to the Ministry of Justice – they have done nothing to alter the situation: Hundreds of complaints, zero criminal investigations.
This system of interrogation, which relies on a combination of holding conditions and interrogator conduct, was shaped by state authorities. It is not the personal initiative of any particular interrogator or prison guard, and the actions described here are not anomalies to be weeded out by the justice system. The cruel, inhuman and degrading treatment of Palestinian detainees is inherent to the ISA’s violent interrogation policy. This policy is dictated from above, and not set by interrogators in the field.
While the ISA runs the system, a broad network of partners collaborates to facilitate it. The Israel Prison Service (IPS) adapts prison conditions to match the interrogation plan designed to break the detainee’s spirit. Medical and mental health personnel greenlight the interrogation of Palestinians who arrive at the facility – including in cases of poor health – and even hand detainees back to the interrogators after caring for physical and mental injuries they sustained in interrogation, knowing full well that they would be subjected to measures of abuse and torture; soldiers and police officers abuse detainees while transporting them to the ISA, with their commanders turning a blind eye and the MAG Corps and State Attorney’s Office not bringing them to justice or holding them fully accountable. Military judges almost automatically sign off on motions for remand in custody and effectively sanction the continued abuse and inhuman conditions. The State Attorney’s Office and the Attorney General have thus far provided ISA interrogators with full immunity. Finally, HCJ judges regularly reject petitions seeking to overturn the denial of detainee’s rights to meet with legal counsel, clearing the way for continued abuse.
All these are party, in one form or another, to the cruel, inhuman, degrading and abusive treatment to which Palestinians are subjected in ISA interrogations. By enabling the existence of this abusive interrogation regime, they all bear responsibility for the severe violations of interrogatees’ human rights and for the mental and physical harm inflicted on these individuals.
[14]
Article 2
Relations between the Parties, as well as all the provisions of the Agreement itself, shall be based on respect for human rights and democratic principles, which guides their internal and international policy and constitutes an essential element of this Agreement.
EURO MEDITERRANEAN AGREEMENT
establishing an association between the European Communities and their Member States, of the one part, and the State of Israel, of the other part
[15]
ARTIKEL 90, NEDERLANDSE GRONDWET
De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.
ANTISEMIET ANNABEL NANNINGA STELT HET VERMEENDE”ANTISEMITISME” VAN TOFIK DIBI AAN DE ORDE/WAT EEN LEF EN HYPOCRISIE!
”Raadslid Annabel Nanninga (JA21) stelde de kwestie woensdag in de gemeenteraad aan de kaak. Zij wilde van burgemeester Femke Halsema, die in het verleden in haar hoedanigheid als Tweede Kamerlid van GL met Dibi in de GL-fractie samenwerkte, weten of de uitlatingen van Dibi door het stadsbestuur gedeeld worden en of deze in lijn zijn met de gedragscode voor ambtenaren.” [1] ”WAT EEN LEF!” ging er door mij heen, toen ik dit las.Hierover zo meer
DE AFFAIRE TOFIK DIBI Recentelijk heb ik in een klacht brief aan de NPO Ombudsvrouwuit de doeken gedaan, waarom de beschuldigingen van anti-semitismeaan het adres van ex politicus en huidig bestuursambtenaar Tofik Dibials een Tang op een Varken sloegen. [2]Het ging hier om twee gewraakte tweets, de ”buikgriep” tweet ende ”kakkerlakken” tweets, waarvan met name de hetze omroep Pownewsin een Youtube filmpje beweerde, dat zij anti-semitisch zouden zijn. [3]Dat is dus ONZIN!De ”buikgriep” tweet [niet erg kies, dat geef ik toe], was gericht tegen vijf kamerleden, die hadden deelgenomen aan een pro Israel demonstratieop 20 mei jongstleden. [4]De ”kakkerlakken tweet” was een aanval op de Telegraaf hetze tegen Dibi, naaraanleiding van zijn solidariteit met Palestina en zijn kritiek op Israel. [5]Op slinkse wijze noemde Pownews deze tweets ”anti-semitisch” waardoorzij een eigen leven gingen leiden. En….wat wel te verwachten was…..het ging tot in de Gemeenteraad!Want ja, Tofik Dibi is een ambtenaar [6], is Israel kritisch, waarmee je jein zekere kringen niet piopulair maakt en dan is de Toon gauw gezet. GEMEENTELIJKE GEDRAGSCODE En derhalve werd den aanval ingezet en wel door mevrouw Annabel Nanninga[JA21] [7], die aan burgemeester mevrouw Halsema de vraag stelde [volgens de Telegraaf, die ik nu citeer] ”of de uitlatingen van Dibi door het stadsbestuur gedeeld worden en of deze in lijn zijn met de gedragscode voor ambtenaren” [8]En in die gedragscode staat onder 21.6 [Regels over gedrag in deprivesfeer] o.a. onder 6.3 ”Meningsuitingen””Voor elke burger geldt het grondrecht van vrije meningsuiting. Dus ook voor ambtenaren. Maar voor jou als ambtenaar is dit recht beperkt, vanwege jouw ambtelijke functie. Dat komt omdat uitlatingen van jou als ambtenaar gezien kunnen worden als uitlatingen van het gemeentebestuur. Maar je bent geen bestuurder!
Daarom moet je voorzichtig zijn met het openlijk geven van jouw persoonlijke opvattingen. Je kunt dus niet zomaar alles zeggen, schrijven of op social media zetten (bijvoorbeeld op Twitter, Facebook, Snapchat, Instagram). Dat geldt ook voor het plaatsen van foto’s en afbeeldingen.” [9] Burgemeester Halsema ging in de kritiek van Nanninga mee en kondigde aan, dat er mogelijk disciplinaire maatregelen tegen Dibi genomen zoudenworden. [10] ANNABEL NANNINGA, DE ANTI-SEMIET! Nu is die Gemeentelijke Gedragscode er nu eenmaal en staat het iederGemeenteraadslid vrij, er vragen over te stellen naar aanleiding vande handel en wandel van ambtenaren, ook mevrouw Nanninga. ECHTER: Niet alleen is hier geen sprake van ”anti-semitisme” [11], iets waar Nanningamet goed lezen [maar door haar natuurlijk bewust ”anders” geinterpreteerd]achter zou kunnen komen.Het gaat veel dieper Want deze mevrouw Nanninga is een anti-semiete for real: LEES EN HUIVER!
ANTI-SEMITISCHE UITSPRAKEN/TWEETS ANNABEL NANNINGA, IN HERINNERING GEBRACHT
AMSTERDAM – De gemeente Amsterdam neemt mogelijk disciplinaire maatregelen tegen Tofik Dibi, het oud-Tweede Kamerlid voor GL en momenteel hoge ambtenaar in het Amsterdamse stadsdeel Nieuw-West. Dat meldde burgemeester Femke Halsema woensdagmiddag aan de gemeenteraad. Dibi liet zich op 21 mei op Twitter uit over het Israëlisch-Palestijns conflict. De ambtenaar sprak daarbij zijn expliciete steun uit voor het boycotten van producten uit Israël en voor sancties tegen dat land. Dat kwam hem op veel kritiek te staan. Daarop twitterde hij een foto van kakkerlakken, hetgeen in Joodse kringen veel pijn deed. Tevens wenste hij Tweede Kamerleden die afgelopen weken op de foto gingen met de Israëlische vlag „in een door het Centrum Informatie en Documentatie Israël georkestreerde goedpraterijshow van misdaden tegen de menselijkheid” buikgriep toe als zij iets zouden gaan eten bij een van de ondernemers die sinds korte tijd hun terrassen weer mogen openen.GedragscodeRaadslid Annabel Nanninga (JA21) stelde de kwestie woensdag in de gemeenteraad aan de kaak. Zij wilde van burgemeester Femke Halsema, die in het verleden in haar hoedanigheid als Tweede Kamerlid van GL met Dibi in de GL-fractie samenwerkte, weten of de uitlatingen van Dibi door het stadsbestuur gedeeld worden en of deze in lijn zijn met de gedragscode voor ambtenaren.Want hoewel ook ambtenaren recht hebben op de vrijheid van meningsuiting, is die wel beperkt. In de gemeentelijke gedragscode is opgenomen: „Dat komt omdat uitlatingen van jou als ambtenaar gezien kunnen worden als uitlatingen van het gemeentebestuur. Maar je bent geen bestuurder. Daarom moet je voorzichtig zijn met het openlijk geven van jouw persoonlijke opvattingen. Je kunt dus niet zomaar alles zeggen, schrijven of op sociale media zetten.”Ook staat in de code dat ’de actualiteit en politieke gevoeligheid van het onderwerp’ moet worden meegewogen. „Ook zijn de actualiteit en politieke gevoeligheid van het onderwerp belangrijk. Je moet extra voorzichtig zijn bij onderwerpen die in het nieuws zijn, of waarvoor bij belangengroepen (lobbyisten) bijzondere belangstelling geldt. Discriminerende of racistische uitlatingen passen nooit bij het ambtenaarschap. Het maakt niet uit of je dat nu binnen of buiten werktijd doet.”’Gesprek’Burgemeester Halsema antwoordde Nanninga dat Dibi de gedragsregels heeft overtreden. „U heeft gelijk: de uitspraken die zijn gedaan, zijn niet conform de gedragscode. Dat betekent ook dat er gevolgen zullen zijn. Op dit moment is de ambtenaar niet beschikbaar, maar op het moment dat hij terugkeert, zal er een gesprek plaatsvinden met zijn leidinggevende in aanwezigheid van het Bureau Integriteit.”Dibi heeft zijn omstreden Twitterberichten – die hij eerst afdeed als ’grapje’– inmiddels verwijderd. Dibi laat aan een D66-Statenlid op Twitter weten dat het ’twee ietwat groffe grappen’ waren ’die makkelijk verdraaid konden worden en blijkbaar door u ook persoonlijk konden worden opgevat’.Hij kwam eerder in opspraak toen hij een foto twitterde van een scherpschutter waarbij hij de tekst plaatste: ’Ik tijdens de ramadan als jullie op een terrasje een drankje doen’.Dibi werd in 2018 bestuursadviseur van stadsdeelvoorzitter Emre Ünver (GL), een jeugdvriend van Dibi. Volgens het stadsdeel is de sollicitatieprocedure destijds goed verlopen en werd Dibi vanwege zijn talenten verkozen boven de vijftig andere sollicitaties die binnen waren gekomen, meldde het stadsdeel destijds op vragen van De Telegraaf.
REL ROND TOFIK DIBI NA KAKKERKAK-TWEET ISRAEL Tekst [Interview Powned] ”[: ”…Dat hij niet weet, dat Arabische inwoners in dat gebied nota benenaar Tel Aviv emigreren, omdat ze daar hun leven niet zeker zijn. Dus hoe werkt dat in dat hoofd?” [POWNEWS][Interviewster]”Een opvallende tweet van de altijd zo woke Tofik Dibi:Hij twiiterde er lustig op los en het had een opvallend anti-semitisch karakter…. [Presentratrice presenteert in beeld een tweet van Tofik Dibi met als tekst: Tofik@Tofik Dibi Als antwoord op @Tofik Dibi Ik sluit af met de wens, dat alle Kamerleden die met de Israelischevlag [plaatje van de Israelische vlag] op de foto gingen in een doorCIDI georchestreerde goedpraterij show van misdaden tegen de menselijkheid bij hun eerstvolgende terrasbezoek pas na 1 uur geholpen worden in hetEngels en buikgriep krijgen van iets op t menu 8.28 p.m. 21 mei Twitter for iPhone [Vervolg presentratrice 0.23] ”De vraag is:Moet dit verhaal een staartje krijgen?”[Hanna Luden, directrice van het CIDI]:”Ik was verbijsterd, ik ben eigenlijk geschokt.Want ik heb zoiets van die tweets die….hij probeertneem ik aan, hoop ik, dat hij probeert kritiek te uiten, maar het kwamover als haat, niet als kritiek en dat is precies het probleem.”[Esther Voet, hoofdredactrice Nieuw Israelitisch Weekblad]:”Het was werkelijk buiten alle perken, hij had het over…dat iemensen, die bij de demonstratie waren geweest voor Israel, dat ie diebuikpijn toewenste en hij had het ook nog een keertje over….. [Er komt een screenshot van een Tweet van Tofik Dibi in beeld, zie teksthieronder] Tofik@ TofikDibi
Als antwoord op @TofikDibiJe tl zodra iemand van de T je adresseert Daaronder een plaatje met door elkaar krioelende kakkerlakken 9.17 p.m. 21 mei 2021 Twitter for iPhone [Esther Voet, hoofdredactrice Nieuw Israelitisch Weekblad]:”…..kakkerlakken. Nou weten we allemaal dat kakkerlakkenongedierte is, het is een ding dat vaak bij antisemieten wordtgenoemd he, Joden zijn kakkerlakken, dus ik stond wel eenbeetje versteld.”[Een voorbijgangster]”Je ziet hier veel Joodse mensen lopen met keppeltjes en zo,maar ik heb begrepen, dat er ook….keppeltje niet durven opte houden, omdat ze bang zijn voor problemen.”[Een voorbijganger] ”Onbegrijpelijk, dat de Gemeente toch eigenlijk zelf eh, in huneigen, hoe noem je dat, personeelsbestand, dat eens moet aankaarten.”[Hanna Luden, directrice van het CIDI]: ”Het is natuurlijk een ex politicus, het is een hoge ambtenaar in Amsterdam,het is een boegbeeld in dezen, en dan moet je goed op je woorden engoed op je beelden passen.”[Esther Voet, hoofdredactrice Nieuw Israelitisch Weekblad]:”Ik begrijp niet wat er in het hoofd van Tofik Dibi omgaat.Hij is binnen de Marokkaanse gemeenschap, staat hij bekend bijvoorbeeldom zijn homosexualiteit, dat hij daar openlijk voor uitkomt, hulde, hulde!, maarhij heeft, hij zegt dingen over Israel, waarvan ik denk, man, heb je ook ooit als homosexueel in Gaza rondgelopen, of in Ramallah rondgelopen.Ik denk, dat hij niet weet, dat Arabische inwoners in dat gebied nota benenaar Tel Aviv emigreren, omdat ze daar hun leven niet zeker zijn, dus hoe werktdat in dat hoofd?[Een voorbijgangster]:”Ik vind het belachelijk, maar ja, heel veel moslims denken er zo over, denk ikJe ziet ook dat in Amsterdam hier ook niet opgetreden wordt, als er vanalles geroepen wordt bij demonstraties tegen de Joden.En dan zeggen ze ”ja, anders gaat het escaleren” , maar ik denk, ik vindhet belachelijk, dat het zomaar kan.”[Hanna Luden, directrice van het CIDI] :’Hij moet heel helder afstand nemen van ….. die zaken, daar moet hij echt heel helder afstand nemen.Nou hoop ik, dat hij het ook gaat doen, want uiteindelijk hebben we met zijn allen als samenleving veel meer aan een discussie, gesprekken, dan aan elkaarcancelen de hele tijd.”[Interviewster vraagt een voorbijgangster]: ”Denkt u, dat hij ook, eh ja, berispt gaat worden of een straf krijgt?”[Voorbijgangster]:”Ik denk het niet. ik denk dat Femke Halsema daar zelf heel uitgesprokenmeningen over heeft …”[Interviewster]”Ja….”[Voorbijgangster]:”En zelf ook met twee maten meet.Maar ja, dat is mijn persoonlijke mening.”[In beeld komen twee opgeplakte posters:Onbekend maakt onbemind?Lees het Joods Tijdschrift 2020-2021 EN daarnaast hangend: ”Buitenreclame geeft geen vervelende pop”[Met bloemetjesachtergrond [Voorbijganger]”De mensen zouden eigenlijk door een aantal mensen gehoord moeten worden, in het openbaar”[Voorbijganger, andere dan voorafgaande]:”Uit de functie zetten. Of excuus aanbieden of anders uit de functie.”[ Esther Voet, hoofdredactrice Nieuw Israelitisch Weekblad]:”Ik denkt, dat het een …straf wordt. Ik heb het gevoel, dat Tofik Dibi nietvoor niets zit op de plek waar hij nu zit, weet je, het hypocriete is ook, datTofik Dibi zich voorstaat op bestrijden van anti-semitisme aan de ene kanten aan de andere kant doet hij het zelf.Dus dit is totaal hypocriet, waarmee hij bezig is.”
DIBI NIET ANTI-SEMITISCH!/BRIEF AAN NPO OMBUDSVROUW
ASTRID ESSED
7 JUNI 2021
[5]
ZIE NOOT 4
[6]
WIKIPEDIA
TOFIK DIBI
[7]
WIKIPEDIA
ANNABEL NANNINGA
WIKIPEDIA
JA21
[8]” Raadslid Annabel Nanninga (JA21) stelde de kwestie woensdag in de gemeenteraad aan de kaak. Zij wilde van burgemeester Femke Halsema, die in het verleden in haar hoedanigheid als Tweede Kamerlid van GL met Dibi in de GL-fractie samenwerkte, weten of de uitlatingen van Dibi door het stadsbestuur gedeeld worden en of deze in lijn zijn met de gedragscode voor ambtenaren.”
TELEGRAAFFEMKE HALSEMA: GEVOLGEN VOOR TOFIK DIBINA TWEETS OVER ISRAEL26 MEI 2021 https://www.telegraaf.nl/nieuws/683048231/femke-halsema-gevolgen-voor-tofik-dibi-na-tweets-over-israel ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 1 [9] ”Voor elke burger geldt het grondrecht van vrije meningsuiting. Dus ook voor ambtenaren. Maar voor jou als ambtenaar is dit recht beperkt, vanwege jouw ambtelijke functie. Dat komt omdat uitlatingen van jou als ambtenaar gezien kunnen worden als uitlatingen van het gemeentebestuur. Maar je bent geen bestuurder!
Daarom moet je voorzichtig zijn met het openlijk geven van jouw persoonlijke opvattingen. Je kunt dus niet zomaar alles zeggen, schrijven of op social media zetten (bijvoorbeeld op Twitter, Facebook, Snapchat, Instagram). Dat geldt ook voor het plaatsen van foto’s en afbeeldingen.”
21.6 REGELS OVER GEDRAG IN DE PRIVESFEER
BRON
GEDRAGSCODE VOOR AMBTENAREN VAN DE GEMEENTE AMSTERAM file:///C:/Users/Essed/Downloads/brochure_gedragscode_gemeente_amsterdam_2020.pdf [10]
DIBI NIET ANTI-SEMITISCH!/BRIEF AAN NPO OMBUDSVROUW
ASTRID ESSED
7 JUNI 2021
[12]
ANNABEL NANNINGA STAPT UIT FORUM VOOR DEMOCRATIE/
HOE ZAT HET OOK ALWEER MET HET ANTISEMITISME VAN
ANNABEL NANNINGA?
ASTRID ESSED
28 NOVEMBER 2020
[13]
”BUIKGRIEP” EN ”KAKKERLAKKEN” TWEETS VAN TOFIK
DIBI NIET ANTI-SEMITISCH!/BRIEF AAN NPO OMBUDSVROUW
ASTRID ESSED
7 JUNI 2021
[14]
ANNABEL NANNINGA STAPT UIT FORUM VOOR DEMOCRATIE/
HOE ZAT HET OOK ALWEER MET HET ANTISEMITISME VAN
ANNABEL NANNINGA?
ASTRID ESSED
28 NOVEMBER 2020
EINDE NOTEN
Reacties uitgeschakeld voor Antisemiet Annabel Nanninga stelt het vermeende ”antisemitisme” van Tofik Dibi aan de orde/Wat een lef!/Wat een hypocrisie!
Kunnen we dat hier in Neederland ook, wat ze in Glasgow deden afgelopen donderdag,13 mei? [1] Enkele honderden mensen blokkeerden daar in Kenmure street, Pollokshields, een bus van ‘Immigration Enforcement’ waarin twee Indiase mannen waren opgesloten. De twee zouden worden weggevoerd met hun deportatie als doel. De immigratiedienst had daarvoor wel een bijzonder ongelukkige dag uitgekozen: die van de eerste dag van het Suikerfeest.
Het begon ermee dat iemand die bus zag staan en een bericht op Facebook plaatste. In zeer korte tijd verspreidde het nieuws van de inval en de arrestaties zich in de wijk. De eerste mensen die aan kwamen gingen voor de bus zitten. Een man ging er zelfs onder liggen, waardoor de bus niet meer kon wegrijden. Zelf zegt hij erover: “I was just buying time”. En dat lukte. Buurtbewoners stroomden toe.
De gebeurtenissen in Glasgow deden denken aan acties ondernomen in London in 2015. East Street market in Walworth, 21 juni [2]: Al vijf opeenvolgende dagen waren er razzia’s van de immigratiedienst geweest op een markt en de vijfde dag kwamen ze er niet meer mee weg. Terwijl ze met een arrestant in een busje waren gedoken, werden barricades opgeworpen om de bus blokkeren, de banden lek gesneden en de bus bekogeld met rot fruit en eieren van de markt. Ook daar kwamen toen heel veel mensen op af. Riot cops werden erbij gehaald om de immigratiedienst te ontzetten. Ze werden onthaald op flessen, stenen en wat er verder voor handen was. En ook daar slaagde de menigte erin de arrestant, plus een tweede die bij de actie was opgepakt, te bevrijden. Barricades hielden de Engelse ME op afstand. Victory!
Chapman Street, Shadwell, East London, 22 juli 2015 [3]: Ditmaal kwam de immigratiedienst vergezeld van pers even laten zien dat ze stevig optraden. Opnieuw ging het niet van een leien dakje. Autobanden werden lek gesneden, en de deportatie-officieren werden vanaf een hoog gebouw met eieren bekogeld. Smeris erbij en helaas volgens het bericht twee mensen opgepakt. Het verhaal vertelt niet hoe het met die twee arrestanten is afgelopen, maar de kern van het verhaal is: verzet is mogelijk, en het kan succesvol zijn. Het voert ook druk op. Het laat zien: je kunt niet zomaar even mensen komen oppakken om ze te deporteren.
Er zit natuurlijk heel wat tijd tussen deze verzetsdaden uit 2015 en die van afgelopen donderdag, maar ze hebben een ding gemeen: ze gebeuren in wijken met een hechte gemeenschap, waar mensen elkaar goed kennen en elkaar ook razendsnel waarschuwen. Als een kleine groep vast zorgt dat de bus niet weg kan, is er tijd om te mobiliseren. Dan heeft die immigratiedienst het nakijken. In 2015 ging het om invallen op een markt en in winkels, waar vermoed werd dat mensen ‘illegaal’ aan het werk waren. In Glasgow ging het om woninginvallen. Nu zijn ze daar in het VK ook nog zo aardig om in zeer herkenbare bussen aan te komen rijden waardoor iedereen meteen weet wat er aan de hand is: dit is geen gewone inval, dit is een ‘deportation raid’.
Terug naar Glasgow. Terwijl de menigte groeide, werd er politie bij geroepen. Op de beelden zie je de bus met daaromheen een dikke linie politie. Daaromheen zit en staat een menigte en roept: “Refugees are welcome here!” Dit ging niet alleen om de ruwe verstoring van het Suikerfeest. Dit is een gemeenschap die het niet pikt. Maar vooral ook: een gemeenschap die al lang en breed goed georganiseerd is rond en met vluchtelingen en ook actie onderneemt. Het is dus geen toeval. Mensen weten elkaar razendsnel te bereiken via chatdiensten en sociale media, waar groepen als het Anti Raids Network [4] en No Eviction Network [5] op zitten. [6]
Wat kunnen we hier nu van leren en overnemen in Neederland, polderland bij uitstek? Wat kunnen we hier doen, waar de IND of de DT&V niet met herkenbare busjes binnenvallen en de misdadige taak van de arrestaties bij de niet als zodanig herkenbare vreemdelingenpolitie wordt neergelegd? Wat kunnen we hier doen, in een land waar vluchtelingen zo onzichtbaar mogelijk worden gemaakt, waar afgewezen vluchtelingen vaak heel ver weg van alles en iedereen worden ‘opgevangen’ in de ‘vertreklocatie’ in Ter Apel of in een van de vele ‘gezinslocaties’ om vervolgens daar in het geniep met invallen te worden weggevoerd? [7] Afgelegen als het allemaal is, je bent er maar moeilijk op tijd bij. Toch is er maar een klein groepje voor nodig om tijd te winnen. En: het kan toch niet anders of zulke invallen vinden hier ook plaats in buurten waar veel migranten wonen en werken? En ja, ook daar zijn zij vaak onzichtbaar. Wie geen papieren heeft, kijkt wel uit. Maar wat maakt dan het verschil? In Glasgow en London slagen mensen er toch in zich te verenigen. Mensen kennen elkaar. Het is lokale organisatie. Communicatiekanalen opbouwen. In London zoeken ze zelfs uit waar en wanneer die razzia’s zoal plaatsvinden. [8] Dan weet je waar je op moet letten.
Full inzetten op het voorkomen en hinderen van invallen dus. En als het al gebeurd is, ze niet laten wegrijden met hun arrestanten. Verzet voorbereiden. Afspraken maken. Plannen. Laten we om ons heen kijken en zien of we dit in onze eigen buurt, gemeente, regio ook kunnen doen. En laten we landelijke netwerken opbouwen die ervaringen en informatie delen. Want: arrestaties voorkomen is deportaties voorkomen. Het is een kwestie van grenzen slechten, niet alleen die herkenbare om de staten heen, maar ook die tussen mensen. Als we dat kunnen, dan kan ‘Glasgow’ ook in Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht of willekeurig welke andere plaats en ja, misschien zelfs in het geïsoleerde Ter Apel of in een van de gezinslocaties.
ISRAELISCHE BOMBARDEMENTEN OP GAZA IN MEI 2021/TERREUR EN BEZETTING/BRIEF AAN DE LEDEN VAN DE COMMISSIE BUITENLANDSE ZAKEN VAN DE TWEEDE KAMER
MISDADEN VAN DE ISRAELISCHE BEZETTINGVERWOESTING VAN GAZA
BEZETTINGSTERREUR foto Oda Hulsen Hebron 2 mei 2017/Verwijst naar foto van een Palestijnse jongen, die tegen de muur wordt gezet doorIsraelische soldaten, die hem toeriepen ”Where is your knife!”/Later vrijgelaten
NB Het is dus NIET de foto van een Palestijnse jongen, die bij de kraag wordt gegrepen
De leden van de commissie-Buitenlandse Zaken van de Tweede Kamer Uw taakomschrijving:
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken behandelt de onderwerpen die te maken hebben met het beleid van de minister van Buitenlandse Zaken, behalve het interne beleid van de Europese Unie (EU). EU-onderwerpen worden namelijk behandeld door de commissie voor Europese Zaken. De commissie voor Buitenlandse Zaken overlegt regelmatig met de minister over actuele kwesties, zoals de situatie in conflictgebieden, mensenrechten en het uitzenden van Nederlandse militairen naar crisisgebieden. Ook behandelt de commissie de begroting van Buitenlandse Zaken, ontvangt ze internationale delegaties en gaat ze ieder jaar op werkbezoek naar het buitenland.
[Vooraf:Mocht u in tijdnood zijn, lees dan alleen het stukje onderin:OPROEP/EIS AAN U] Onderwerp:De voortdurende Israelische agressie tegen het Palestijnse volk Geachte dames en heren, [Een mail van gelijke strekking is tevens verzonden aan uw Tweede Kamer collegae, met uitzondering van drie fracties, die geen respect tonen voor het Internationaal Recht] Geachte dames en heren,
De walrus sprak:De tijd is daar Om over allerlei te praten”Een schoen, een schip, een kandelaar,Of koningen ook liegenEn of de zee soms koken kanEn een biggetje kan vliegen. Uit het Engels vertaald uit:
THE WALRUS AND THE CARPENTERLEWIS CARROLL: ALICE IN WONDERLAND
https://en.wikipedia.org/wiki/The_Walrus_and_the_Carpenter Zoals de Walrus sprak in het onvergetelijke ”Alice in Wonderland”[1] sprak ,zeg ik:”Het is tijd.”Het is hoog tijd om spijkers met koppen te slaan en als Commissie,binnen de mogelijkheden van uw taakomschrijving, ferm en fel stelling te nemen tegen de systematische Israelische onderdrukking en terreur jegens debezette Palestijnse bevolking!En daarmee bedoel ik niet alleen ”het uiten van bezorgdheid”, maar ook echt het Israelische onrecht benoemen en ernaar handelen!Want zoals ik al schreef:Het is niet van vandaag.Het is structureel! En het Kwaad schuilt in de bezetting.Daarover zo meerNu eerst dit: AANLEIDING: Natuurlijk kent u de aanleiding tot de huidige Ellende:Dreigende [misschien is het nu zelfs al wel gebeurd] huisuitzettingvan Palestijnse families in het bezette Oost-Jeruzalem [2] om plaatste maken voor een stel Israelische kolonisten [3], ondanks het feit, dat datillegaal is, omdat nederzettingen in bezet gebied en dus de bewoningdoor kolonisten aldaar, in strijd is met het Internationaal Recht. [4]Terecht verzetten de Palestijnen zich daartegen, de Israelische politie reageerde met grof geweld tegen de demonstranten en ook extreem-rechtse kolonisten vielen Palestijnse demonstranten aan [5], waarbij doorde Israelische politie zelfs de Al Aqsa Moskee werd bestormd! [6] ESCALATIE Zoals wel kon worden verwacht, escaleerde het geweld:Door Israelische bombardementen op Gaza vielen tientallen doden, waarbij onder andere een huis van een Hamas leider is getargeted en een gebouw is aangevallen, waarin internationale media waren gevestigd. [7]Om nog exacter te zijn over het aantal en u [hoewel u dat al dient te weten], een indruk te geven:Op het moment van schrijven zijn er volgens berichtgeving uit de mediaStuk voor stuk oorlogsmisdaden, omdat voornamelijk burgers en burgerdoelen zijn getarget en geraakt!Lees het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht er maar op na. [8]De media melden 197 Palestijnse doden en meer dan duizend gewonden. [9]Ook zijn er tenminste twee Israelische vrouwen zijn gedood door raketten,die uit Gaza zijn afgevuurd. [10]Later hebben de Israelische autoriteiten melding gemaakt van 10 Israelische slachtoffers, [zie media] [11]Uiteraard even onacceptabel, omdat het om burgers gaat.Zie ook verklaring Amnesty International [12]Amnesty International heeft trouwens-en dat moet u bekend zijn, anders weet u het nu-in niet mis te verstane termen het Israelische geweld in bezet Oost-Jeruzalem veroordeeld. [13]Verder melden de media, dat zo’n 42 duizend Palestijnen op de vlucht zijn geslagen vanwege Israelische bombardementen! [14]Dat is niet niks, waarde Commissieleden.Dat is een humanitaire ramp! ISRAELISCHE AANVALLEN NIET NIEUW Waarom ik het ook zo belangrijk vind, dat u ingrijpt, is omdat deze Israelische aanvallen op Gaza en de keiharde onderdrukking van de Palestijnen in bezet Oost-Jeruzalem en de bezette Westbank bepaald niet nieuw zijn, zoals u hoort te weten:Neem alleen al de militaire aanval ”Protective Edge” uit 2014:In die specifieke Israelische militaire aanval op Gaza, heeft Israel zich schuldig gemaakt aan zware oorlogsmisdaden:In de aanval op Gaza in 2014 , zijn in twee maanden tijd meer dan 1400 Palestijnen gedood [voornamelijk burgers] [15] waaronder 526 kinderen [16], een VN school werd gebombardeerd [17], een ziekenhuis werd beschoten [18], moet ik doorgaan?Ik denk, dat dit wel een Beeld geeft.
ROOTS OF THE EVIL:BEZETTING EN ONDERDRUKKING Maar hoe bizar het ook klinkt, deze herhaalde Israelische terreur enoorlogsmisdaden zijn niet de wortel.Hoe gruwelijk ook, zij zijn de Kippendoder niet. Wat natuurlijk de bron van alle Kwaad is, is die nu al vanaf 1967 [reken zelf maar uit, hoe lang] durende Israelische bezetting is, die gebaard heeft:OnderdrukkingOorlogsmisdadenDe uithongeringsblokkade van Gaza [19] en misdaden tegen de menselijkheid, zoals de etnische zuiveringen van de Bedoeienen. [20]Landddiefstal en terreur, middels die illegale nederzettingenEn zo meer Zolang die bezetting doorgaat, zullen bestialiteiten als militaire aanvallen, die keer op keer mensenlevens als tol eisen, doorgaanLees meer onder noot 21U hoort het trouwens te weten OPROEP/EIS AAN U Ik heb u een uitgebreid overzicht gegeven van aan u reeds bekende en/of onbekende feiten.Maar wat u in ieder geval weet is de zoveelste tragedie, die zich hier en nuover het Palestijnse volk voltrekt.En daarom wordt het meer dan hoog tijd, dat u handelend optreedt enzich voor de volgende zaken inzet: Een onmiddellijk einde aan alle militaire agressie tegen bezet Gaza [22], de Palestijnse bewoners in bezet Oost-Jeruzalem en de bezette Westbank.Eisen, dat de Nederlandse regering Israel, zelfstandig of in EU verband,oproept om zich per direct uit de Bezette Palestijnse gebieden terug te trekken.Dat Israel stopt met uitbreiding van de nederzettingen en de reeds bestaande nederzettingen ontmantelt.Dat Israel per direct de Gaza Blokkade opheft. Ik verwacht geen moment, dat Israel daaraan gehoor geeft, daarom moet u, als parlement, aandringen op drukmiddelen, zoals het opschorten, danwel opzeggen van het EU Associatie Verdrag met Israel, dat immers eenmensenrechtenclausule heeft. [23]En zo zijn er meer drukmiddelen, nationaal en internationaal, die u kuntaanwenden.Van u als parlementsleden, die trouw hebben gezworen aan de Grondwet[of dat hebben beloofd], verwacht ik, dat u artikel 90 [de regering bevordert de Internationale Rechtsorde] [24] respecteert en uitvoert.
U mag niet toestaan, dat welk land dan ook zo grof de mensenrechtenmet voeten treedt.Doe uw best! Vriendelijke groeten Astrid EssedAmsterdam
Huisuitzettingen Vrijdagavond escaleerde opnieuw het geweld tussen Israëlische politie en Palestijnse demonstranten in Jeruzalem, vooral vanwege de dreigende huisuitzettingen van Palestijnse families in Oost-Jeruzalem.
Flits. Knal. Rennende en struikelende mensen, loeiende sirenes. Het is weer raak in Jeruzalem. Bij confrontaties tussen Palestijnen en de Israëlische politie bij de Al-Aqsamoskee in de oude stad en in de nabijgelegen wijk Sjeikh Jarrah zijn vrijdagavond zeker 205 Palestijnen en 17 Israëlische politieagenten gewond geraakt. De politie zette onder meer traangas, lawaaigranaten en rubberkogels in. Volgens de politie gooiden Palestijnse demonstranten met stenen en vuurwerk.
In de islamitische vastenmaand ramadan is het vaker onrustig in Jeruzalem, maar dit keer volgt escalatie op escalatie. Het begon met de afsluiting van de trappen naar de Damascuspoort, de belangrijkste ingang naar de oude stad. Die dienen in de ramadan als centraal plein voor de tienduizenden Palestijnen die naar de Al-Aqsamoskee komen om te bidden. Na protesten en geweld stelden de Israëlische autoriteiten de trappen weer open. Ook kwam de politie hardhandig tussenbeide toen ultrarechtse activisten een mars naar de oude stad organiseerden waarbij ze „dood aan de Arabieren” riepen en Palestijnen op straat aanvielen. De directe aanleiding voor de mars was een filmpje op sociale media van een Palestijnse jongen die een Joodse leeftijdgenoot een klap gaf.
Centraal in de recente onrust staat de dreigende huisuitzetting van vier Palestijnse families in de wijk Sjeikh Jarrah, vlakbij de oude binnenstad. Veertien families dreigen hun huizen te worden uitgezet, waarvan vier acuut. Jordanië, dat destijds het oostelijke deel van Jeruzalem beheerste, bouwde de huizen in 1956 samen met VN-organisatie UNRWA voor Palestijnse vluchtelingen. De inwoners van de wijk protesteren elke avond tegen de uitzettingen, daarbij gesteund door Joodse en Palestijnse activisten. Politieoptreden leidde de afgelopen week tot gewonden en arrestaties.
Stinkwater
Je weet dat je in de richting van Sjeikh Jarrah loopt dankzij de penetrante geur die hier al dagen hangt. De politie gebruikt stinkwater, een chemisch goedje dat niet uit kleren en huizen te krijgen is, tegen demonstranten.
Abed Fattah Eskafi (71) woont met dertien kinderen en kleinkinderen in het huis dat zijn familie destijds kreeg toegewezen, nadat ze in 1948 uit een wijk in West-Jeruzalem waren verdreven. Eskafi en zijn buren zijn al decennia in rechtszaken verwikkeld om hun huis te behouden. Sinds Israël in 1967 het oostelijke gedeelte van Jeruzalem heroverde en vervolgens annexeerde, eisen nationalistische Joodse organisaties de grond op omdat die vóór 1948 in bezit was van Joden. Volgens de Israëlische wet mogen Joodse Israëliërs die in de oorlog met de Arabische buurlanden zijn verdreven, hun bezit opeisen. Dat geldt echter niet voor de vele Palestijnen die hun grond en bezit kwijtraakten, zoals de Eskafi’s.
Ook hier wakkeren rechtse groeperingen het vuur met graagte aan. Donderdag zette een ultrarechts Knessetlid zijn tent op recht tegenover de nu bedreigde huizen, bij een huis waar al in 2009 Joodse bewoners in de plaats kwamen van Palestijnen. Het mondde uit in over en weer gesmijt met stoelen en stenen.
Vrijdag hebben zich tientallen Joodse activisten in hetzelfde huis verzameld. Zodra de schemering invalt, komen ze de straat op om luidkeels te bidden en zingen voor de sjabbat. Aan de overkant zitten de Palestijnse bewoners aan grote tafels voor de iftar, het breken van de vasten, dat eveneens met zonsondergang begint. Beide groepen proberen elkaar te overstemmen. Ertussen staan agenten van de Israëlische grenspolitie.
Volgens de VN-mensenrechtenraad zou uitzetting van de Palestijnse bewoners neerkomen op gedwongen verplaatsing, volgens mensenrechtenverdragen verboden. De Amerikaanse regering sprak vrijdag haar bezorgdheid uit over het escalerende geweld en ook over de dreigende uitzettingen in Sjeikh Jarrah.
‘Onroerendgoedkwestie’
De Palestijnse bewoners en hun medestanders zien de huisuitzettingen als deel van een grotere beweging om zoveel mogelijk Joodse Israëliërs te vestigen in Oost-Jeruzalem, dat de Palestijnen zien als de hoofdstad van een toekomstige Palestijnse staat. Israël beschouwt heel Jeruzalem als Israëls ondeelbare hoofdstad.
Palestijnse huizen in Oost-Jeruzalem worden met regelmaat gesloopt en in Palestijnse wijken betrekken steeds meer Joodse families Palestijnse huizen. „Ze willen geen Arabieren hier”, zegt Eskafi. „Ze verdrijven ons van hier, dan vanuit de volgende wijk, en ten slotte uit Al-Aqsa.” Israël ontkent dat. Het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken stelde vrijdag dat de Palestijnen „een onroerend-goedkwestie tussen private partijen presenteren als een nationalistische kwestie, om geweld op te roepen.”
Veiligheidsdiensten en bewoners houden hun hart vast voor de komende dagen. Ook deze zaterdag zijn demonstraties aangekondigd in Israël en de Palestijnse gebieden. Volgens de militante beweging Hamas speelt de Israëlische premier Netanyahu „met vuur”.
Zondagavond en maandag is het Jeruzalemdag. Ultranationalistische Joden vieren dan dat de stad in 1967 werd ‘verenigd’ met een mars door de oude stad, waarbij ze nationalistische en anti-Arabische slogans roepen. De Israëlische politie adviseert Palestijnse winkeliers doorgaans hun zaak gesloten te houden om vernielingen te voorkomen, maar dit jaar valt het samen met één van de belangrijkste en drukste avonden van de ramadan.
Maandag bepaalt het Hooggerechtshof bovendien of de bewoners van Sjeikh Jarrah nog in beroep mogen tegen hun uitzetting.
EINDE NRC ARTIKEL[3]
”De belangrijkste aanleiding tot de onlusten ligt in de wijk Sheikh Jarrah, even ten noorden van de Oude Stad, waar vier Palestijnse families acuut op straat dreigen te worden gezet ten gunste van Israëlische kolonisten” THE RIGHTS FORUMESCALATIE IN OOST-JERUZALEM HOUDT GROTE RISICO’SIN10 MEI 2021
De verdrijving van Palestijnse inwoners, het permanente Israëlisch geweld en andere factoren hebben in Oost-Jeruzalem geleid tot een explosieve situatie, die zich inmiddels tot ver buiten de stad uitstrekt. Decennia van kolonisering hebben een rampzalige situatie opgeleverd.
De afgelopen dagen is in Oost-Jeruzalem de spanning geëscaleerd die zich afgelopen weken heeft opgebouwd tussen de Israëlische autoriteiten, politie, groepen rechtse nationalisten en kolonisten enerzijds, en de lokale Palestijnse bevolking anderzijds. Vrijdag-, zaterdag- en zondagavond, en ook al daarvoor, vonden harde botsingen plaats in de wijk Sheikh Jarrah, bij de Damascuspoort en in andere delen van de Oude Stad.
Op media zoals Middle East Eye, dat eigen verslaggevers ter plaatse heeft, is een aaneenschakeling te zien van video’s waarin zwaar bewapende Israëlische troepen grof geweld gebruiken tegen Palestijnen, die vanwege het einde van de vastenmaand Ramadan juist massaal bijeenkomen. Vrijdag bestormden Israëlische troepen zelfs de voor moslims heilige Al-Aqsa-moskee. Aan Palestijnse zijde werden circa 290 gewonden gemeld, van wie er ruim honderd in ziekenhuizen moesten worden opgenomen. Ook 18 Israëlische politieagenten raakten gewond. Die aantallen liepen zondagavond verder op.
Sheikh Jarrah
De belangrijkste aanleiding tot de onlusten ligt in de wijk Sheikh Jarrah, even ten noorden van de Oude Stad, waar vier Palestijnse families acuut op straat dreigen te worden gezet ten gunste van Israëlische kolonisten. In de wijk wacht in totaal 78 families dit lot. Simultaan vindt hetzelfde proces van huisuitzettingen plaats in andere wijken van Oost-Jeruzalem, waaronder Silwan. In een eerder artikel beschreven wij een aantal concrete voorbeelden, onder meer in Sheikh Jarrah.
De Palestijnse families in Sheikh Jarrah maken deel uit van (nazaten van) de circa 750 duizend Palestijnen die in 1947-48 door Joodse milities op de vlucht werden gejaagd of verdreven uit hun woonplaatsen binnen het huidige Israël. Nadat Israël hen het recht van terugkeer naar hun woonplaatsen en bezittingen ontzegde, werden 28 families in 1956 gehuisvest in het onder Jordaans gezag staande Palestijnse Oost-Jeruzalem, waar de VN-organisatie UNRWA de bouw van woningen faciliteerde op door Jordanië beschikbaar gesteld land. Het is deze, sindsdien toegenomen, gemeenschap die nu in Sheikh Jarrah uit haar huizen dreigt te worden gezet.
Joodse meerderheid
Cruciaal hierin was de bezetting van Oost-Jeruzalem, samen met de Westoever en Gaza, door Israël in 1967. Die vormde het startschot van de Israëlische politiek om in Oost-Jeruzalem een ‘Joodse meerderheid’ tot stand te brengen. Sindsdien wordt het stadsdeel agressief gekoloniseerd. Israël heeft intussen ruim 225 duizend burgers naar Oost-Jeruzalem overgebracht (cijfers 2019).
Daarnaast worden Palestijnse inwoners door Israël op alle denkbare manieren de stad uitgedreven: door het intrekken van vergunningen, landconfiscatie, huisuitzettingen, afbraak van woningen, en de aanleg van parken en archeologische zones op Palestijns land of tussen Palestijnse gemeenschappen, die zich daardoor niet kunnen uitbreiden. Per 2017 was ruim 14 duizend Palestijnen het inwonerschap van Oost-Jeruzalem ontnomen, en waren ruim tweeduizend Palestijnse woningen gesloopt. Het huidige aantal Palestijnse inwoners van Oost-Jeruzalem bedraagt circa 350 duizend.
De huisuitzettingen in Sheikh Jarrah, Silwan en andere wijken passen in deze praktijk van etnische zuivering, die tot doel heeft het Palestijnse deel van de bevolking van Jeruzalem te vervangen door Joods-Israëlische kolonisten. Daarover wordt niet geheimzinnig gedaan: in een video legt een woordvoerder van de Israëlische kolonisten in Sheikh Jarrah uit hoe dat proces in zijn werk gaat, en erkent hij volmondig dat dit neerkomt op verdrijving van de Palestijnen. Een andere video toont een kolonist die het stelen van een Palestijns huis legitimeert met de opmerking dat anders een ander dat wel zal doen.
Israëlisch ‘recht’
Daartoe wordt gebruik gemaakt van Israëlische wetgeving, die buiten de eigen grenzen wordt toegepast op bezet Palestijns gebied. Zaterdag werd Israël door de Hoge VN-Commissaris voor de Mensenrechten gewezen op de ondeugdelijkheid van die constructie, en gewaarschuwd dat op Oost-Jeruzalem het internationaal recht van toepassing is, waarbinnen de Israëlische kolonisering als mogelijke oorlogsmisdaad geldt, en acties als huisuitzettingen strikt verboden zijn. Als bezettingsmacht is Israël verantwoordelijk voor het welzijn van de lokale bevolking.
De door Israël gebruikte wetgeving is een amendement op de zogenoemde Absentee Property Law, waarmee Israël in 1950 al het land en de bezittingen confisqueerde van de ‘absente’ Palestijnse eigenaren – de 750 duizend verdreven en gevluchte Palestijnen die tegelijkertijd het recht van terugkeer werd onthouden. Dit nadat de bezittingen van 600 duizend Palestijnen al in 1948 in een nationale plundertocht door Joden geroofd waren, zoals verleden jaar na Israëlisch onderzoek kwam vast te staan.
Nadat Israël in 1967 Oost-Jeruzalem en de overige Palestijnse gebieden bezette, werd de Israëlische wet in 1970 uitgebreid met een amendement dat (uitsluitend) Joden het recht geeft om in bezet Oost-Jeruzalem land en onroerend goed op te eisen dat voor 1948 Joods bezit was. De wet wordt vervolgens afgedwongen door het Israëlische juridische systeem van toepassing te verklaren op bezet gebied, wat de Palestijnen kansloos maakt, zelfs al kunnen die hun eigendomsrecht aantonen.
Kapot geprocedeerd
Met toepassing van het amendement kende Israël het eigendom van het land waarop de bedreigde families in Sheikh Jarrah wonen in 1972 toe aan twee Joodse organisaties, die het in de jaren negentig doorverkochten aan de private kolonistenorganisatie Nahalat Shimon International, een in de VS geregistreerd bedrijf met onbekende geldschieters. Het bedrijf diende al in 2009 een plan in bij het Israëlische gemeentebestuur van Jeruzalem voor de vestiging van een nieuwe Joodse kolonie van tweehonderd woningen in Sheikh Jarrah, waarvoor tenminste vijfhonderd Palestijnen het veld dienen te ruimen.
De door de kolonisten van Nahalat Shimon gevolgde strategie loopt via de Israëlische rechter. De Palestijnse eigenaren worden jaren achtereen letterlijk kapot geprocedeerd, tot aan het Israëlische Hooggerechtshof toe. Dat gaf de vier bedreigde Palestijnse families op 2 mei jl. vier dagen de tijd om met de kolonisten tot een vergelijk te komen, wat door de Palestijnen rigoreus werd afgewezen. Daarop wees het hof vandaag aan voor een besluit, waarop het echter zondag terugkwam: de zaak is voorlopig uitgesteld.
Wereldwijde protesten
Reden voor het uitstel is dat de woede en frustratie onder de Palestijnen zich heeft verspreid over de Westoever, Gaza en steden binnen Israël zelf. In Haifa werd zondagavond massaal gedemonstreerd, waarbij door de politie geweld werd gebruikt en 18 arrestaties werden verricht. Ook in onder meer Nazareth en Ramallah werd gedemonstreerd.
Maar ook internationaal is de maat vol. Wereldwijd werden zondag protestacties gehouden, waaronder in Amsterdam, Londen, Berlijn en Chicago. Talloze landen, waaronder de VS en Israëls nieuwe Arabische vrienden Bahrein en de VAE, hebben Israël aangesproken op zijn politiek in Oost-Jeruzalem en de dreigende gevolgen. Deze maandag komt de VN-Veiligheidsraad bijeen op verzoek van onder meer Frankrijk, Ierland en Noorwegen.
Grote risico’s
Intussen neemt het risico op complete ontsporing toe. Juist deze maandag viert Israël ‘Jeruzalemdag’, ter ere van de ‘hereniging’ van West- en Oost-Jeruzalem in 1967. Het is gebruikelijk dat ‘s avonds een vlaggenparade plaatsvindt, waarbij duizenden nationalistische Israëli’s provocatief door het bezette Oost-Jeruzalem marcheren. Gezien de explosieve situatie, die bovendien samenvalt met het einde van de vastenmaand Ramadan, ligt een verbod van de parade voor de hand.
Van Israëlische politici en bestuurders valt zo’n verbod echter niet te verwachten, vervlochten als de meesten zijn met de kolonistenbeweging. Symbool van die cultuur is locoburgemeester Aryeh King van Jerusalem, die vrijdag aan de New York Times in alle openheid uitlegde dat de huisuitzettingen deel uitmaken van de strategie om ‘de vijand’ (de Palestijnen en andere niet-Joden) te vervangen door ‘Joden’.
De Israëlische regering heeft elke verantwoordelijkheid voor de huidige escalatie van de hand gewezen met de bizarre redenering dat rond de huisuitzettingen sprake is van een ‘privaat geschil’, dat door de Palestijnen wordt gebruikt om herrie te schoppen. Zondag paaide premier Netanyahu zijn rechtse bondgenoten met de belofte dat Israël zal doorgaan met het koloniseren van Oost-Jeruzalem.
‘Pogrom’ als voorproefje
Diezelfde houding leidde minder dan drie weken geleden tot een voorproefje van wat de Palestijnen vanavond mogelijk te wachten staat, toen de ultra rechts-nationalistische organisatie Lehava toestemming kreeg voor een massale demonstratie in Oost-Jeruzalem onder het motto ‘herstel van Joodse waardigheid’. Locoburgemeester King zette de toon met de oproep aan de politie om Palestijnse demonstranten die ‘s nachts op straat waren dood te schieten.
Aldus zette zich op 22 april een horde aan extremistische Israëli’s in beweging onder uitroepen als ‘Dood aan de Arabieren’ en ‘We branden je dorp af’. Ondanks pogingen van de Israëlische politie om hen tegen te houden, werden op talloze plaatsen Palestijnen aangevallen, huizen binnengedrongen, en keerde ook de politie zich met grof geweld tegen de Palestijnen. Gevolg: 105 gewonde Palestijnen, van wie er 22 moesten worden opgenomen, en twee gewonde Israëli’s. Vijftig personen werden gearresteerd, de meesten Palestijn. Diverse media berichtten over de Lehava-actie als een ‘pogrom’.
In de avonden daaraan voorafgaand liepen groepen Israëlische Joden ook al door het stadscentrum, ‘Dood aan de Arabieren’ scanderend, en Palestijnse voorbijgangers bekogelend met stenen en traangas. Een getuige zag een groep van zestig Joden die ‘op zoek waren naar Arabieren’ en willekeurige Palestijnen aanvielen. Binnen de groep werd met trots verteld dat ‘ze acht Arabieren hebben gegrepen’ en er ‘één bijna hebben vermoord’.
In deze traditie zal deze maandag dus een Israëlische vlaggenparade plaatsvinden door de Oude Stad, waarbij ook een bezoek aan de Al-Haram al-Sharif (Tempelberg) op het programma staat – de locatie van de Al-Aqsa-moskee, waar tienduizenden Palestijnen deze week de rituelen rond het einde van de Ramadan volbrengen. Vijf dagen later gedenken de Palestijnen de Nakba, de ‘Catastrofe’ waarbij in 1947-48 circa 750 duizend Palestijnen werden verdreven. Voor veel Palestijnen in Oost-Jeruzalem, waaronder in Sheikh Jarrah, gebeurt dat in het vooruitzicht van een nieuwe verdrijving. In alle opzichten reden om het ergste te vrezen. EINDE BERICHT EINDE BERICHT
[4]
ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN
”The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.”
”It is unlawful under the Fourth Geneva Convention for an occupying power to transfer parts of its own population into the territory it occupies. This means that international humanitarian law prohibits the establishment of settlements, as these are a form of population transfer into occupied territory”
WHAT DOES THE LAW SAY ABOUT THE ESTABLISHMENT OF SETTLEMENTS
05-10-2010 FAQ
When a territory is placed under the authority of a hostile army, the rules of international humanitarian law dealing with occupation apply. Occupation confers certain rights and obligations on the occupying power.
Prohibited actions include forcibly transferring protected persons from the occupied territories to the territory of the occupying power. It is unlawful under the Fourth Geneva Convention for an occupying power to transfer parts of its own population into the territory it occupies. This means that international humanitarian law prohibits the establishment of settlements, as these are a form of population transfer into occupied territory. Any measure designed to expand or consolidate settlements is also illegal. Confiscation of land to build or expand settlements is similarly prohibited.
ILLEGALITEIT NEDERZETTINGEN VOLGENS ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”
Targeted by Israeli security forces, the symbolic mosque was at the centre of much of Jerusalem’s long weekend of violence
Al-Aqsa Mosque, one of the three holiest sites in Islam, has long been an emblem of Palestinian resistance to Israeli occupation.
Al-Haram al-Sharif (the Noble Sanctuary), the complex in Jerusalem’s Old City that houses the mosque – which includes the Dome of the Rock and other Islamic shrines – is arguably the most significant symbol of Palestinian sovereignty.
Jerusalem has been on edge for weeks over Israel’s restrictions on Palestinian access to parts of the Old City during the Muslim holy month of Ramadan, and Israeli authorities’ attempted eviction of several Palestinian families in the Sheikh Jarrah neighbourhood to make way for Israeli settlers.
Al-Aqsa found itself at the centre of a long weekend of violence from Friday, that left hundreds of people injured and led to a series of deadly rocket exchanges between the Israel military and Hamas in Gaza.
By Tuesday night, Israeli security forces had raided the holy site four times in five days.
This is how the prayer, protest and violence at al-Aqsa unfolded.
In total, more than 70,000 congregated to take part in the final Friday prayers of the holy month, according to Sheikh Azzam al-Khatib, head of the Waqf Islamic affairs council.
Tensions between Israelis and Palestinians had reached boiling point in recent days, as events in Sheikh Jarrah continued to unfold. While Palestinians in the neighbourhood were resisting eviction orders that would force 40 Palestinians, including 10 children, out of their homes, supporters inside Israel, East Jerusalem and the occupied West Bank organised protests in solidarity with them and others facing imminent eviction.
After Friday prayers, Palestinians at the mosque began their own demonstration, raising both Palestinian and Hamas flags.
Israeli police had deployed large numbers of officers to the city of Jerusalem, especially in the Old City, and closed off the surrounding streets that led to the mosque. Those who came to take part in the prayers were met with iron barriers and forced to go through identity checks.
Israeli police violently dispersed the protesters around Jerusalem throughout the day, forcing many to retreat to the mosque and hide within the confines of the shrines inside the complex.
Later that evening, Israeli forces used tear gas, stun grenades and rubber-coated steel bullets to disperse worshippers at the mosque. Hundreds were injured and hospitalised, according to the Palestinian Red Crescent.
The Red Crescent said that many of the injuries reported were to the head and eyes. Israeli police said six officers were injured as tensions intensified throughout the night.
Videos showed worshippers trying to ignore the tear gas canisters exploding around them as they prayed. Some appeared to be struck directly, others were engulfed in smoke. All fled the armed Israeli security forces flooding the complex. The man who remained longest appeared to be hit by one of the men in uniform.
Palestinian civil society called for a day of anger on Saturday in response to the crackdown.
Saturday 8 May
Friday’s violence prompted protests by Palestinian citizens of Israel in towns throughout the country, including Jaffa and Nazareth, in a show of anger against the Sheikh Jarrah evictions and the storming of al-Aqsa.
Israeli forces carried out arrests and raids throughout occupied East Jerusalem and built up their presence in the city on Saturday. This created a tense atmosphere ahead of the 27th night of Ramadan, one of the month’s holiest nights, which typically draws large crowds of worshippers to al-Aqsa, completely filling its courtyards.
Israeli Police Commissioner Yaakov Shabtai said that the force was sending extra officers to Jerusalem in anticipation of more protests on Saturday night.
Despite the febrile atmosphere in the city, some 90,000 Palestinian worshippers flocked to al-Aqsa for prayers.
Many travelled long distances from the occupied West Bank or from Palestinian-majority towns inside Israel, but Israeli forces reportedly blocked buses bringing them to Jerusalem, forcing them to walk along highways. Some Palestinians in the city drove down to ferry the stranded worshippers to Al-Aqsa.
Mohammed Atiq, from the West Bank town of Jenin, said Friday’s raids on al-Aqsa did not deter him from making the journey.
“They began attempts to clear out al-Aqsa, attempts to ruin the night of worship,” he told Middle East Eye. “But the will of the worshippers is stronger than bullets.”
Suad Abu Eraim, from the town of Yatta in the southern West Bank, said she spent hours waiting at Israeli checkpoints before finally reaching Jerusalem.
“This is al-Aqsa mosque, this mosque is ours, we must stay tied to it,” she told MEE. “We must be present here, young or old, from every place.”
Though the prayers were conducted safely, Israeli forces quickly began cracking down on Palestinians trickling out of the Old City after the service, arresting many and wounding at least 90, according to medics.
Rubber-coated metal bullets, tear gas and smoke grenades were fired at Palestinians at the Damascus Gate, which was adorned with lights to mark Ramadan. Women with bloody faces were seen being led away by medics. A short distance away, Israeli forces and settlers tore up a protest camp in Sheikh Jarrah.
Sunday 9 May
Jerusalem remained on edge on Sunday following another night of violence, as solidarity protests took place in cities worldwide, including Amman, Berlin, Chicago, London and Istanbul.
Staff and volunteers in al-Aqsa washed down the mosque’s courtyards the morning after Laylat al-Qadr, while hundreds of Palestinians rallied under the Dome of the Rock after the dawn Fajr prayer.
The passage between the Dome of the Rock and al-Qibli Mosque was packed with people clapping and chanting: “In spirit, in blood, we sacrifice for you al-Aqsa.”
There were some confrontations with Israeli forces at the nearby Chain Gate, which many of the protesters had exited through, still chanting. Palestinians threw rocks while Israeli forces lobbed stun grenades into the mosque complex.
Compared to other days, Sunday was relatively quiet. But fears were growing about an event planned on Monday as part of Jerusalem Day, which marks Israel’s capture and subsequent occupation of East Jerusalem during the 1967 war.
Thousands of Israelis, many from the religious far-right, planned to enter the al-Aqsa complex and chant anti-Palestinian slogans as part of the Flag March.
But Israeli security officials feared that the march would only add fuel to the fire after a week of confrontations in the city, and lobbied politicians to either postpone the event or limit the number of attendees and shorten the route.
Monday 10 May
Half an hour before the Flag March was scheduled to begin, organisers called it off. Hundreds of Israelis gathered nonetheless, the vast majority of whom were right-wing religious nationalists. The crowds made their way into the plaza after a march through parts of Jerusalem’s Old City, under the protection of Israeli police.
But the main development on Monday morning was Israeli security forces again raiding Al-Aqsa, firing multiple projectiles into the ancient building.
According to the Palestinian Red Crescent, 305 Palestinians were injured and 228 others hospitalised – some in a field hospital set up near al-Aqsa – including four in a critical condition.
Ehab Jallad, a historical researcher from Jerusalem, was in the mosque when Israeli forces stormed in and attacked worshippers. He recounted his experience to MEE.
“We prayed Fajr [dawn prayers] at around 4am and watched the settlers as they continued marching in, carrying with them stones and whatever materials they could to form a barrier. Israeli forces were positioned in strategic locations, targeting worshippers in the area.
“While young people were preparing for their seminar at 8am, Israeli police started targeting us with snipers using rubber bullets. Some of the young people reacted with stone-throwing,” he added.
“I was near the Qibli Mosque when the police started attacking us. They were positioned in rows, and were targeting us with tear gas. They were aiming to drag people to the north side, and from there to the gate to evacuate the mosque.”
It was terrible,” Jallad told MEE. “Within minutes, it felt like the sky was falling down on us. I wanted to try and escape the rubber-coated bullets, so I hid, in order to be out of sight.
During the raid, videos emerged of calls blasting out over al-Aqsa’s tannoy, appealing for help for Palestinians trapped inside al-Aqsa’s al-Qibli Mosque. Footage from inside the Qibli mosque also showed vast plumes of tear gas.
A spokesperson for the Jerusalem emergency medical services said Israel was denying medics access to the mosque and had even confiscated some carts used to evacuate the wounded. Israelis also reportedly seized the mosque’s audio control room at one point, hampering the Palestinians’ ability to safely coordinate.
Speaking to Middle East Eye in Jerusalem, Palestinian activist Hanady Halawani said many had been wounded on Monday, and journalists covering the raid had also been targeted by Israeli forces.
She added that Israeli police stormed al-Aqsa’s Qibli shrine, located in the southern part of the complex, as people were praying.
“We have reached a new point now, and it’s very dangerous. The occupation has crossed all the red lines and all the feelings of Muslims. Al-Aqsa, Ramadan, women: there are no lines which have not been crossed,” Halawani said.
The director of Jerusalem’s Endowments Department also told Al Jazeera Arabic that Israeli forces had confiscated the keys to all entrances to al-Aqsa complex.
At some point during the raid, some of the stained glass windows at al-Aqsa were smashed by Israeli security forces.
Following the morning’s violence, the mosque was littered with rocks and shards of glass, and the carpets were stained.
However, despite the violence and unrest caused by the raid, Palestinians were quick to return to the mosque to start cleaning it again. With Israeli forces no longer in al-Aqsa Mosque’s complex, some Palestinians were able to return to the courtyard.
MEE correspondent Latifeh Abdellatif reported that only Palestinians above the age of 40 were allowed into the courtyard by Israeli police via the Lions’ Gate.
Israeli forces violently stormed al-Aqsa for the third time in four days on Monday evening. Tear gas was used to disperse crowds, sound grenades were aimed at people, and heavily armed police made their way into al-Aqsa, causing further damage to the interior of the buildings.
After hours of attacks against worshippers, trapping hundreds inside the mosque’s buildings, Israeli forces withdrew from the complex.
Tuesday 11 May
Much of the attention turned to Gaza on Tuesday, with Hamas and Israel exchanging rocket fire amid warnings of a “full-scale war”.
According to Gaza’s health ministry, the number of Palestinians killed by Israeli air strikes on the besieged enclave since Monday has increased to 36 civilians, including 12 children, while 220 people have been wounded.
In Israel, at least five civilians have been killed by missiles fired from Gaza in retaliation for the air strikes, according to Haaretz, including one teenager and her father.
On Tuesday evening, Israeli security forces again stormed al-Aqsa – the fourth time since Friday.
Media outlets and social media users shared footage of heavily armed Israeli officers running towards the mosque from two separate directions.
The Palestinian Red Crescent reported that Israeli forces blocked medics from entering the mosque, amid attacks on Palestinians inside.
“Blocking medical rescue teams from reaching the wounded is a blatant violation of international humanitarian law, which requires the occupying force to facilitate the mission of medics and provide healthcare to the sick and injured,” the Red Crescent said in a Facebook post.
In Gaza Stad zijn zondagochtend zeker 26 mensen omgekomen door Israëlische luchtaanvallen. Dat melden artsen aan persbureau Reuters. Het is daarmee een dieptepunt van de laatste geweldsopleving in de regio.
Volgens het gezondheidsministerie in Gaza zijn er tien vrouwen en acht kinderen onder slachtoffers. Behalve de 26 doden zijn er zeker vijftig mensen gewond geraakt.
Het huis van Hamasleider Yehya al-Sinwar werd in de nacht van zaterdag op zondag gebombardeerd. De woning is vernietigd, liet de top van het Israëlische leger weten. Het was de derde woning van leidende figuren in Hamas die met de grond gelijk werd gemaakt.
Rond middernacht ging zondagochtend het luchtalarm af in Tel Aviv vanwege inkomend raketvuur. Ongeveer tien mensen raakten gewond tijdens rennen naar schuilplaatsen, zeiden medici. Eerder op zaterdag hadden Palestijnse militanten al drie keer kort na elkaar raketten afgevuurd op het gebied rond Tel Aviv. In de naburige stad Ramat Gan kwam een man bij een raketinslag om het leven.
EU-overleg over Gaza
Ministers van buitenlandse zaken van EU-landen vergaderen dinsdag over het geweld in de Gazastrook. De Europese buitenlandchef Josep Borrell wil vergaderen vanwege het “onacceptabele aantal burgerslachtoffers”.
De ministers gaan bespreken hoe de EU het best een bijdrage kan leveren aan het beëindigen van het aanhoudende geweld. Internationale pogingen om te bemiddelen lijken tot dusver niets te hebben opgeleverd. De VN-veiligheidsraad komt later op zondag weer bijeen om de situatie te bespreken.
Opgelaaid geweld
De spanningen tussen Israël en de Palestijnen zijn opgelaaid door de dreigende uitzetting van gezinnen uit een Arabische wijk in Oost-Jeruzalem. Ze moeten zoals vaker in de bezette gebieden plaatsmaken voor Joodse kolonisten. Het leidde tot felle protesten bij de al-Aqsamoskee en beschietingen over en weer tussen strijders van onder meer de beweging Hamas in Gaza en de Israëlische strijdkrachten.
De Israëlische strijdkrachten zeggen dat militante Palestijnen in enkele dagen tijd zo’n 2900 raketten hebben afgevuurd op Israël. Dat reageerde met honderden luchtaanvallen op doelen in de Palestijnse enclave aan de kust.
De autoriteiten in de Gazastrook zeggen dat inmiddels al 174 doden zijn gevallen en 1200 mensen gewond zijn geraakt. Israël verwijt de Hamasbeweging bewust militaire doelen te plaatsen in dichtbevolkte gebieden. In Israël is melding gemaakt van zeker tien doden en honderden gewonden door de aanhoudende raketbeschietingen.
De Verenigde Naties zeggen dat zo’n 10.000 inwoners van de Gazastrook hun huizen bij de grens zijn ontvlucht omdat ze vrezen voor een Israëlisch grondoffensief. “Ze schuilen tijdens de coronapandemie in scholen, moskeeën en op andere plaatsen”, zei een VN-functionaris, die waarschuwde dat de vluchtelingen maar beperkt toegang hebben tot voedsel, water en medische diensten.
VN-chef ‘diep verontrust’ over aanval Israël op mediagebouw
VN-chef António Guterres is “ontzet” door de burgerslachtoffers in de Gazastrook en “diep verontrust” over de aanval van Israël op een gebouw waarin internationale media waren gevestigd, zei een woordvoerder in een zaterdag vrijgegeven verklaring.
Hij is ook “ontzet” door het “toenemende aantal burgerslachtoffers, waaronder de dood van tien leden van dezelfde familie, onder wie kinderen, als gevolg van een Israëlische luchtaanval gisteravond”, vervolgde Dujarric. “De secretaris-generaal herinnert alle partijen eraan dat elke willekeurige aanval op burger- en mediastructuren in strijd is met het internationaal recht en koste wat kost moet worden vermeden”, zei hij.
In Gaza-Stad is een pand waarin meerdere mediaorganisaties zijn ondergebracht, gebombardeerd door het Israëlische leger. Het pand van twaalf verdiepingen, waarin ook appartementen en kantoren zaten, is ingestort. Volgens het internationale persbureau AP werd de eigenaar van het pand een uur van tevoren door het Israëlische leger gewaarschuwd dat het gebouw bestookt zou worden.
Twee raketten raakten het gebouw kort na elkaar. Journalisten hadden vlak daarvoor tevergeefs gevraagd om spullen uit het complex te halen. Ze moesten toezien hoe het gebouw na de tweede inslag instortte
Voor zover bekend raakte niemand gewond. Volgens het Israëlische leger was het gebouw een legitiem militair doelwit omdat onder meer de inlichtingendienst van Hamas er actief was. Het leger stelt dat Hamas de mediaorganisaties gebruikte als menselijk schild.
In het gebouw hadden onder meer nieuwszender Al Jazeera en persbureau AP hun kantoren. Het aanwezige personeel ontvluchtte volgens ooggetuigen in paniek het pand. De inslag was live te zien op Al Jazeera.
Een verslaggever van persbureau AP schrijft op Twitter dat hij en zijn collega’s vanaf de 11e verdieping via de trap naar beneden zijn gerend, en vanaf een afstand de toren in de gaten hebben gehouden. AP noemt de raketaanval “een nieuwe stap van het Israëlische leger om de verslaggeving vanuit het gebied aan banden te leggen”.
Geschokte reacties
Van veel kanten is geschokt gereageerd op de aanval op het persgebouw. Onder meer Turkije heeft een veroordeling uitgesproken.
Het Witte Huis heeft Israël laten weten dat het land de veiligheid van journalisten moet garanderen. Dat is hun “grootste verantwoordelijkheid”, zo zegt de woordvoerder van het Witte Huis. President Biden heeft na de vernietiging van het flatgebouw met zowel de Israëlische premier Netanyahu als de Palestijnse leider Abbas gebeld.
Directeur Pruitt van AP zegt: “We konden maar net voorkomen dat er doden vielen. Door wat er vandaag is gebeurd, weet de wereld minder goed wat zich in Gaza afspeelt.”
Ook Al Jazeera wijst daarop. “Al Jazeera roept media en humanitaire organisaties op om gezamenlijk deze meedogenloze bombardementen af te wijzen. De directeur-generaal van Al Jazeera, Mostefa Souag, sprak van een oorlogsmisdaad.
Volgens persbureau Reuters zijn sinds maandag zeker 140 mensen om het leven gekomen in de Gazastrook, onder wie 39 kinderen. In Israël zijn tien mensen om het leven gekomen, onder wie twee kinderen.
Bombardementen
Bij Israëlische bombardementen kwamen vannacht en vandaag tot dusver 15 Palestijnen om het leven, zeggen medici tegen Reuters, onder wie een vrouw en vier van haar kinderen. Dat gebeurde bij een bombardement op een vluchtelingenkamp. Ook vijf anderen kwamen om het leven. Israël zegt dat het een appartement heeft geraakt dat door Hamas werd gebruikt.
Militanten van Hamas vuren al de hele dag raketten af op Israël. In een aantal Israëlische plaatsen en steden ging vandaag meerdere keren het luchtalarm af, berichten Israëlische media. In de plaats Ramat Gan, ten oosten van Tel Aviv, kwam een man om het leven toen zijn huis werd geraakt door scherven van een raket.
Na de aanval op het kantoor in Gaza-Stad heeft Hamas gedreigd met aanvallen op Tel Aviv. “De inwoners van Tel Aviv moeten zich voorbereiden op een reactie die de aarde zal doen schudden”, zegt een woordvoerder volgens lokale media.
Waarvoor velen vreesden is gebeurd. De Israëlische provocaties in Jeruzalem leidden maandagavond tot raketbeschietingen van Hamas op Israël en Israëlische bombardementen op de Gazastrook. In Gaza vielen 27 doden, onder wie negen kinderen. In Israël vonden twee vrouwen de dood. De beschietingen houden ook vandaag aan.
De vrees voor meer geweld die wij maandag in ons artikel over Jeruzalem uitspraken, werd nog diezelfde dag bewaarheid. In de vooravond schoot de militaire tak van Hamas na een ultimatum aan Israël vanuit de Gazastrook zeven raketten af. Israël antwoordde met bombardementen op de strook, waarna de wederzijdse beschietingen escaleerden. Ook vandaag houdt het geweld aan.
In Gaza vielen 27 doden, onder wie negen kinderen, en meer dan honderd gewonden. In Ashkelon vonden twee Israëlische vrouwen de dood. Daar en in andere plaatsen in Zuid-Israël raakten circa veertig Israëli’s gewond, van wie er één in kritieke toestand zou verkeren. In de Israëlische stad Lod werd tijdens een demonstratie een Palestijnse Israëli gedood door een Joodse inwoner.
Escalatie
Het ultimatum van de Al-Qassam-brigades, de militaire tak van Hamas, volgde op een nieuwe bestorming door Israëlische troepen van de Al-Aqsa-moskee in bezet Oost-Jeruzalem, en provocaties van Israëlische politici in de wijk Sheikh Jarrah in hetzelfde stadsdeel, waar 78 Palestijnse families hun woningen dreigen te worden uitgezet ten gunste van Israëlische kolonisten. In de namiddag dreigde Al-Qassam met vergelding als Israël niet voor zes uur ‘s avonds zijn troepen zou hebben teruggetrokken uit het gebied rond de Al-Aqsa-moskee en de wijk Sheikh Jarrah. Ook werd de vrijlating geëist van alle recent in Jeruzalem gearresteerde Palestijnen. Israël negeerde de eisen.
Even na zes uur maakten de brigades bekend vanuit de Gazastrook een aantal raketten te hebben afgeschoten in de richting van Jeruzalem. In de stad klonk het luchtalarm en werd het parlement kort ontruimd. Israëlische media maakten melding van zes raketten die de stad niet hadden bereikt en geen schade hadden aangericht. Een zevende werd onderschept door de Iron Dome-luchtafweer. Israël reageerde met bombardementen op Gaza. Het beschieten van Israëlische bevolkingscentra met raketten is een oorlogsmisdaad, zoals door mensenrechtenorganisaties als Human Rights Watch veelvuldig onderstreept, en hetzelfde geldt voor Israëlische bombardementen die niet op militaire doelen gericht zijn.
Het was de opmaat tot een nacht van wederzijdse beschietingen en bombardementen. Rond middernacht waren volgens het Israëlische leger 150 raketten op Israël afgeschoten door de Al-Qassam-brigades en Islamitische Jihad, die veelal door Iron Dome waren onderschept en nauwelijks schade aanrichtten. Eén Israëli raakte gewond toen zijn auto werd geraakt door een anti-tankraket. In de vroege dinsdagochtend werden raketten afgeschoten op de Israëlische stad Ashkelon en later ook op andere plaatsen, waaronder Ashdod. In beide steden zouden gebouwen zijn geraakt. Daar vielen ook de twee Israëlische doden en de meeste Israëlische gewonden.
Een woordvoerder van het Israëlische leger maakte vanochtend bekend dat Israël 130 aanvallen op militaire doelen in de Gazastrook had uitgevoerd met gevechtsvliegtuigen en -helikopters. Daarbij zouden 15 commandanten van Hamas en Islamitische Jihad zijn omgekomen. Volgens het ministerie van Gezondheid in Gaza en journalisten ter plaatse kwamen echter ook negen kinderen om het leven. Israël heeft de Gazastrook volledig afgesloten van de aanvoer van hulpgoederen.
Bestorming Al-Aqsa-moskee
De escalatie volgt op weken van Israëlische provocaties en geweld tegen Palestijnen in bezet Oost-Jeruzalem. De dreigende huisuitzettingen in Sheikh Jarrah en andere wijken en het geweld tegen Palestijnse demonstranten en tegen gelovigen in de Al-Aqsa-moskee kregen harde internationale kritiek.
Maandagochtend bestormden Israëlische troepen opnieuw met grof geweld het complex rond de Al-Aqsa-moskee. Daarbij raakten gelovigen, verzameld voor het ochtendgebed, ingesloten. Op beelden is te zien hoe de Israëlische politie traangas en schokgranaten op de duizenden bezoekers afschiet. Palestijnen schreeuwden om hulp via de luidsprekers op de minaret. Bij de bestorming raakten 305 Palestijnen gewond, van wie er 228 naar ziekenhuizen werden vervoerd.
In de middag bezochten de parlementsleden Itamar Ben-Gvir en Bezalel Smotrich van de partij Religieus Zionisme de wijk Sheikh Jarrah. Beiden zijn notoire ophitsers, die Palestijnen als minderwaardig aan Joden beschouwen en het liefst vandaag nog alle Palestijnen uit Jeruzalem zien vertrekken. Alleen al hun aanwezigheid is voldoende om de gemoederen te verhitten.
Elders in de stad maakten grote groepen religieus-nationalistische Israëli’s zich op voor de jaarlijkse ‘vlaggenparade’ door de Oude Stad van Oost-Jeruzalem ter gelegenheid van ‘Jeruzalemdag’, de viering van de Israëlische bezetting van Oost-Jeruzalem in 1967. De parade gaat altijd gepaard met provocaties en geweld, en gezien de explosieve situatie had afgelasting door de autoriteiten voor de hand gelegen. Pas op het laatste moment pasten die de geheel door veiligheidstroepen afgezette route enigszins aan. Halverwege de tocht werden de organisatoren door de politie opgeroepen de parade te ontbinden wegens het ultimatum van Al-Qassam. De meeste deelnemers zetten de tocht niettemin voort. Tot botsingen met Palestijnen kwam het dit keer niet.
‘s Avonds vielen Israëlische troepen opnieuw het complex rond de Al-Aqsa-moskee aan – de derde aanval na vrijdagavond en maandagochtend –, waarbij opnieuw zwaar geweld werd gebruikt. Naar verluidt raakten vijfhonderd gelovigen ingesloten in de Qibli-moskee op het terrein. Volgens de Palestijnse Rode Halve Maan raakten maandag in Jeruzalem in totaal 520 Palestijnen gewond, van wie er 333 in het ziekenhuis behandeld moesten worden.
Olie op het vuur
Dat Israël geenszins van plan is het geweld en de provocaties in Jeruzalem te staken maakten de autoriteiten gisteren in alle toonaarden duidelijk. Israëls hoofd van politie Kobi Shabtai liet weten dat de politie tot dusver uiterst ‘terughoudend’ had geopereerd, maar die houding nu liet varen: ‘De kinderhandschoenen gaan uit.’
Premier Benjamin Netanyahu maakte bekend dat de regering het optreden van de politie voluit steunt. Hij stelde het geweld in Jeruzalem voor als ‘een gevecht om het hart van Jeruzalem tussen [de krachten van] intolerantie en tolerantie, tussen gewelddadige wetsovertreders en law and order’. Het geweld van de veiligheidsdiensten is volgens hem bedoeld om ‘de rechten van iedereen te verzekeren’.
In een telefoongesprek met zijn Amerikaanse collega Jake Sullivan voer Israëls nationaal veiligheidsadviseur Meir Ben-Shabbat eenzelfde koers. Hij kapittelde Sullivan, die in voorzichtige bewoordingen bezorgdheid over het Israëlische optreden in Jeruzalem uitte. Die bezorgdheid is een ‘beloning voor de oproerkraaiers’, aldus Ben-Shabbat. Sullivan zou zich met zijn kritiek juist tot ‘degenen die tot het geweld hebben aangezet’ moeten wenden. Het Israëlische optreden was juist ‘verantwoord en gebaseerd op gezond verstand, ondanks de provocaties’.
Intussen gooide ook het Israëlische parlement olie op het vuur. Maandag gaf het ook bij tweede stemming goedkeuring aan een wetsvoorstel dat de ‘legalisering’ van zeventig zogenoemde ‘buitenposten’ op de bezette Westelijke Jordaanoever beoogt. Deze outposts zijn niet alleen onder internationaal recht, maar ook volgens de Israëlische wet illegaal. Wordt het voorstel wet – daarvoor is nog één stemronde nodig–, dan voegt Israël officieel zeventig kolonies (‘nederzettingen’) aan zijn totaal toe. Opmerkelijk is dat de buitenposten in het Israëlische spraakgebruik een naamsverandering hebben ondergaan: ze worden tegenwoordig aangeduid als ‘jonge nederzettingen’. Na hun ‘legalisering’ zullen ze zonder twijfel snel worden uitgebouwd tot ‘volwassen nederzettingen’.
Protesten waaieren uit
De protesten tegen het Israëlische optreden in Oost-Jeruzalem hebben inmiddels ook tal van steden in Israël bereikt. De afgelopen dagen vonden in meerdere steden demonstraties van Palestijnse Israëli’s plaats, en maandagavond gingen in onder meer Nazareth, Jaffa, Haifa, Umm al-Fahm, Ramla, Lod en Shaqib al-Salam grote aantallen Palestijnen de straat op. In veel steden leidde dat tot botsingen met de politie, waarbij gewonden vielen en 46 Palestijnse demonstranten zouden zijn gearresteerd. In Lod werd een Palestijnse Israëli door een Joodse inwoner gedood.
Ook op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever werd geprotesteerd, onder meer in Hebron, Bethlehem, Nablus, Tulkarm, Jenin, Qalqiliya en Tubas. Bij botsingen met Israëlische troepen vielen veel gewonden. Twee Palestijnen liepen schotwonden op.
Het heeft er alle schijn van dat Israël met zijn gewelddadige en provocerende optreden in Jeruzalem een brug heeft geslagen die de Palestijnen in Israël, Oost-Jeruzalem, Gaza en de Westoever met elkaar verbindt. Grenzen, muren en politieke verdeeldheid maken plaats voor solidariteit, gebaseerd op de discriminatie of zelfs onderdrukking die zij dagelijks ervaren en het grote historische onrecht en leed dat hen collectief is aangedaan.
EINDE BERICHT
[8] ”7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to
spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the
object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.”
BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED
CONFLICTS
The seven fundamental rules which are the basis of the Geneva Conventions and the Additional Protocols.
1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their
lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely
without any adverse distinction.
2 – It is forbidden to kill or injure an enemy who surrenders or who is hors de combat .
3 – The wounded and sick shall be collected and cared for by the party to the conflict which has them in its power.
Protection also covers medical personnel, establishments, transports and equipment. The emblem of the red
cross or the red crescent is the sign of such protection and must be respected.
4 – Captured combatants and civilians under the authority of an adverse party are entitled to respect for their lives,dignity, personal rights and convictions. They shall be protected against all acts of violence and reprisals. They shall have the right to correspond with their families and to receive relief.
5 – Everyone shall be entitled to benefit from fundamental judicial guarantees. No one shall be held responsible for an act he has not committed. No one shall be subjected to physical or mental torture, corporal punishment or cruel or degrading treatment.
6 – Parties to a conflict and members of their armed forces do not have an unlimited choice of methods and means of warfare. It is prohibited to employ weapons or methods of warfare of a nature to cause unnecessary losses or excessive suffering.
7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to
spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the
object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.
Het Israëlische leger heeft vannacht opnieuw luchtaanvallen uitgevoerd op meerdere plekken in Gaza-Stad. In een korte verklaring spreekt het leger van “uitgebreide aanvallen” op “terroristische doelwitten” in de Gazastrook. Volgens Israël is daarbij 15 kilometer aan Hamas-tunnels vernietigd en negen woningen van vermoedelijke Hamas-commandanten.
Een vooraanstaande commandant van Islamitische Jihad is ook gedood bij een luchtaanval, meldt persbureau Reuters op basis van een bron binnen de groep en het Israëlische leger. Het leger houdt deze Abu Harbeed verantwoordelijk voor een reeks aanslagen met anti-tank-raketten.
Ook vanuit Gaza zijn vannacht raketten afgevuurd op Israëlische doelen. Volgens Israëlische media waren onder meer de zuidelijke steden Ashkelon en Beër Sjeva doelwit. Het is nog onduidelijk hoe groot de schade aan beide kanten is. Ook is er nog niets gemeld over slachtoffers.
Sponsfabriek
In Gaza-Stad is in ieder geval één gebouw zwaar beschadigd. Bewoners zeggen tegen persbureau AP dat ze tien minuten voor de aanval zijn gewaarschuwd door het Israëlische leger, waardoor iedereen tijdig naar buiten kon komen. Veel van de luchtaanvallen door Israël troffen volgens hen akkers in de buurt.
Ook een sponsfabriek in Gaza werd geraakt door een luchtaanval. De brandweer probeert de grote brand die daarna uitbrak al uren onder controle te krijgen.
Volgens persbureau AP waren afgelopen nacht ongeveer tien minuten explosies te horen, en waren de luchtaanvallen zwaarder dan die op Gaza van dit weekend. In de nacht van zaterdag op zondag vielen daarbij volgens Palestijnse gezondheidsautoriteiten zeker 42 doden.
‘Zo lang als nodig’
Premier Netanyahu van Israël had gisteravond al aangekondigd dat de militaire operatie van het Israëlische leger tegen Hamas-doelen in de Gazastrook voorlopig niet voorbij zou zijn. Hamas is de militante organisatie die sinds 2007 de macht heeft in Gaza. Netanyahu zei dat het Israëlische leger “zo lang als nodig” actie zal ondernemen om de rust te herstellen.
Zaterdagavond had de Israëlische premier zich in soortgelijke bewoordingen uitgelaten. Daarop reageerde Hamas-leider Ismail Haniyeh dat het verzet van Hamas niet is gebroken.
Staakt-het-vuren
Ondertussen neemt de internationale druk toe om tot een staakt-het-vuren te komen. Zo spraken de vijftien leden van de VN-Veiligheidsraad gisteren in een digitale bijeenkomst hun zorgen uit over het escalerende conflict tussen Israël en de Palestijnen.
De raad slaagde er echter opnieuw niet in om met een gezamenlijke verklaring over het geweld te komen. Tot nu toe heeft de Amerikaanse delegatie zo’n verklaring tegengehouden. De Amerikanen zouden vrezen dat een veroordeling van het geweld hun bemiddeling tussen de twee partijen zou bemoeilijken. Zaterdag landde de Amerikaanse topdiplomaat Hady Amr in Tel Aviv, met als doel de partijen om de tafel te krijgen.
President Biden zei gisteravond in een vooraf opgenomen video dat zijn regering met Israëliërs en Palestijnen werkt aan “blijvende rust”. Beide partijen verdienen het om in veiligheid en zekerheid te leven en in dezelfde mate te genieten van vrijheid, welvaart en democratie, zei hij.
“Israël heeft denk ik nog een paar dagen de tijd gekregen van Amerika om zijn lijstje van doelwitten af te werken”, zei correspondent Ankie Rechess in het NOS Radio 1 Journaal. “De internationale druk wordt ook opgevoerd op Israël, dus het lijkt eigenlijk dat er een bestand of een wapenstilstand aan zit te komen.”
“Het gevaarlijkste moment is nu, want voordat een bestand er is, wil iedereen nog even doorgaan met laten zien wie de overwinning heeft gehaald”, aldus Rechess. “Als er dan een of andere aanval komt, van welke zijde dan ook, die een hoop slachtoffers eist, dan zijn we weer terug bij af en dan gaat het geweld gewoon weer door.”
Zware gevechten
Het conflict tussen Israël en Palestijnse militanten in de Gazastrook laaide een week geleden op, met luchtaanvallen over en weer. Het zijn de zwaarste gevechten sinds de Gaza-oorlog van 2014.
Volgens het Palestijnse ministerie van Volksgezondheid zijn sinds maandag 197 Palestijnen om het leven gekomen, onder wie 58 kinderen. Ook zijn er zeker 1235 gewonden gevallen. Aan Israëlische zijde zijn de afgelopen week tot nu toe tien doden gevallen, onder wie twee kinderen, meldt persbureau Reuters.
EINDE BERICHT ”Het gezondheidsministerie van Gaza meldde zondag dat er 197 Palestijnen zijn omgekomen, onder wie 58 kinderen. ”
De Amerikaanse president Biden heeft zijn steun uitgesproken voor een wapenstilstand tussen Israël en Hamas. Biden liet dit de Israëlische premier Netanyahu maandag weten in een telefoongesprek. Het is voor het eerst dat Biden Israël zo duidelijk laat weten dat hij voorstander is van een staakt-het-vuren.
Biden staat onder druk, onder andere van progressieve partijgenoten in het Congres, om zich hard te maken voor een onmiddellijke wapenstilstand. In het gesprek met Netanyahu is hij echter niet zo ver gegaan. Ook heeft hij Israël niet opgeroepen om in te stemmen met een staakt-het-vuren.
Bij de luchtaanvallen over en weer tussen Israël en Gaza zijn inmiddels meer dan 200 mensen gedood. Het gezondheidsministerie van Gaza meldde zondag dat er 197 Palestijnen zijn omgekomen, onder wie 58 kinderen. Ook zijn er meer dan duizend gewonden gevallen. De Israëlische autoriteiten hebben een totaal van 10 Israëlische slachtoffers gemeld. Steeds meer partijen dringen aan op een staakt-het-vuren, maar een einde van het conflict lijkt vooralsnog niet in zicht.
Op maandag werden, voor de tweede keer in vijf dagen, raketten vanuit Libanon afgevuurd op het noorden van Israël. Volgens het Israëlische leger kwamen de zes raketten terecht in Zuid-Libanon. Israël bestookte het gebied van waaruit de raketten waren afgevuurd korte tijd met artillerie. Wie verantwoordelijk is voor de aanval, is nog onduidelijk.
Verwoesting onmiskenbaar
De verwoestende gevolgen van de Israëlische luchtaanvallen op de Gazastrook zijn na een week onmiskenbaar. Zeker 2.500 burgers zijn dakloos geworden, vele tienduizenden zijn hun huis ontvlucht. De burgemeester van Gaza-Stad, Yahya Sarraj, zei tegen Al Jazeera dat de wegen en infrastructuur ernstig zijn beschadigd, wat het steeds moeilijker maakt de slachtoffers te bereiken. ‘Als de aanvallen doorgaan, verwachten we dat de omstandigheden verslechteren.’
Zo’n 42 duizend Palestijnen in de Gazastrook zijn op de vlucht geslagen voor de aanhoudende Israëlische bombardementen. Dat meldt het UNRWA, de VN-organisatie die hulp biedt aan Palestijnse vluchtelingen in het Midden-Oosten. Inwoners verlaten hun huizen op zoek naar een veilige plaats in het arme en dichtbevolkte kustgebied, waar twee miljoen mensen wonen. De organisatie heeft vijftig scholen opengesteld om onderdak te bieden aan de vluchtelingen.
De bombardementen hebben ook het elektriciteitsnet beschadigd, waardoor grote delen van de Gazastrook zonder stroom zitten. Een woordvoerder van het elektriciteitsbedrijf zei tegen persbureau AP dat nu de toevoer van brandstof stilligt hij nog maar genoeg heeft om Gaza twee of drie dagen van stroom te voorzien. De inwoners beschikken gewoonlijk enkele uren per dag over elektriciteit.
Luchtaanvallen
Israël voerde in de nacht van zondag op maandag opnieuw een reeks bombardementen uit op verschillende locaties in Gaza-Stad. Volgens inwoners waren het de zwaarste luchtaanvallen tot nu toe. Het Israëlische leger meldt de woningen van negen Hamas-commandanten en 15 kilometer aan ondergrondse tunnels, die Hamas en andere militante groeperingen gebruiken, te hebben vernietigd. Bij de luchtaanvallen is een hooggeplaatste commandant, Hussam Abu Harbeed, van de militante groep Islamitische Jihad omgekomen. Het Israëlische leger hield hem verantwoordelijk voor een deel van de raketaanvallen op Israël.
Staakt-het-vuren
De wereldwijde roep om een staakt-het-vuren neemt toe. In een televisieoptreden zei de Egyptische minister van Buitenlandse Zaken maandag samen met internationale partners hard te werken aan een bestand. Hij benadrukte dat Egypte hoopt dat de Verenigde Staten zich zullen inzetten voor een politieke oplossing voor het conflict.
De VS blokkeerden maandag opnieuw, voor de derde keer, een voorstel voor een verklaring van de Veiligheidsraad van de VN, waarin ‘grote bezorgdheid’ zou worden geuit over het conflict en het toenemend aantal slachtoffers. Met deze stap van Washington, Israëls belangrijkste bondgenoot, is zo’n unanieme verklaring van alle vijftien leden van de Veiligheidsraad voorlopig van de baan.
De Amerikaanse regering keerde zich ook tegen oproepen van onder andere Democraten in het Congres voor een direct staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas. President Bidens woordvoerder, en zijn nationale veiligheidsadviseur benadrukten dat Washington de voorkeur gaf aan ‘stille maar intensieve diplomatie’ om de strijd te beëindigen.
De Franse president Macron en de Egyptische president El-Sissi hebben elkaar maandag gesproken en hun gedeelde zorgen over het geweld geuit. Het Elysée bevestigde haar steun voor de Egyptische pogingen tot bemiddeling.
De Turkse president Erdogan belde paus Franciscus maandag met de vraag of hij wil helpen ‘de massamoord op Palestijnen in de Gazastrook te stoppen’. Erdogan wil een internationale coalitie vormen die Israël met sancties onder druk kan zetten. Paus Franciscus zei zondag dat het verlies van onschuldige levens in de Gazastrook ‘afgrijselijk en onaanvaardbaar’ is, en riep op tot een einde aan het geweld. De paus ontmoette maandag ook de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken, die op werkbezoek was in Rome.
Twee Israëlische vrouwen zijn in de kuststad Ashkelon omgekomen door raketaanvallen vanuit de Gazastrook, melden de hulpdiensten. Het zijn de eerste dodelijke slachtoffers aan Israëlische kant sinds beide partijen elkaar bestoken. Aan Palestijnse zijde zouden al 26 mensen zijn omgekomen.
De Israëlische vrouwen overleden toen raketten hun huizen raakten. Het is vrij uitzonderlijk dat mensen in Israël overlijden door projectielen die door de Palestijnen worden afgeschoten. Een raketschild houdt veel raketten tegen, maar het verdedigingssysteem zou niet bestand zijn tegen het grote aantal raketten, mogelijk wel honderd. Ashkelon zou in een tijdsbestek van nog geen halfuur met zeventig raketten zijn bestookt.
Hamas zal worden geraakt op manieren die het niet verwachtIsraëlische premier Benjamin Netanyahu
Ook de stad Ashdod, 40 kilometer ten zuiden van Tel Aviv, is doelwit. In beide plaatsen zijn volgens de politie in totaal acht gebouwen geraakt, waaronder een lege school. Volgens media vielen er bij de aanvallen meer dan dertig gewonden. De militaire vleugel van Hamas, dat de Gazastrook bestuurt, heeft de verantwoordelijkheid opgeëist.
Palestijnse kinderen gedood
Het Israëlische leger heeft als vergelding zeker 140 keer doelen in de Gazastrook aangevallen en treft voorbereidingen de strook weer met grondtroepen binnen te vallen. Door luchtaanvallen op de Gazastrook zouden zeker 26 mensen zijn gedood, onder wie negen kinderen, en ruim 125 mensen gewond zijn geraakt.
Premier Benjamin Netanyahu kondigde na het nieuws over de dode vrouwen aan dat zowel de kracht als de frequentie van de Israëlische aanvallen tegen Hamas wordt verhoogd. “Sinds gisteren heeft het leger honderden aanvallen op Hamas en de Islamitische Jihad uitgevoerd in de Gazastrook en we gaan de kracht van onze aanvallen nog opdrijven”, zei Netanyahu in een video die door zijn diensten werd verspreid. Hij voegde eraan toe dat Hamas “een aframmeling zal krijgen waaraan het zich niet verwacht”.
De Palestijnse Hamas-beweging heeft dan weer gedreigd van Ashkelon “een hel” te maken als Israël doorgaat met aanvallen. De als terroristisch bestempelde beweging begon met de raketaanvallen in reactie op rellen in Jeruzalem, waar tientallen Palestijnen uit hun woning dreigen te worden gezet.
Ook België roept op om het geweld te stoppen. “Het geweld in Oost-Jeruzalem is onaanvaardbaar. België roept op tot respect voor de status quo van de heilige plaatsen, het internationaal recht en de mensenrechten. We veroordelen het afvuren van raketten vanuit Gaza en de Israëlische raids. We roepen op tot onmiddellijke de-escalatie”, schrijft minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès (MR) op Twitter.
Israeli forces and Palestinian armed groups in Gaza must not repeat violations of international humanitarian law that led to killing and maiming of civilians and destruction of homes and infrastructure in previous rounds of fighting, said Amnesty International today.
Since 10 May Palestinian armed groups have fired more than 1,500 rockets towards civilian areas in central Israel and towns near the Gaza border killing and injuring civilians. Israeli forces have carried out air strikes killing and injuring civilians in Gaza. They have also damaged or destroyed at least two residential buildings housing tens of Palestinian families and one office building in Gaza, in targeted attacks amounting to collective punishment of the Palestinian population. In total at least 53 people, including 14 children, in Gaza and seven people in Israel have been killed in the violence.
“The intensification of armed hostilities between Israel and Palestinian armed groups in Gaza raises fears of a further spike in civilian bloodshed and destruction of homes and infrastructure over the coming days. All sides in the conflict have an absolute obligation to protect civilians. They must remember that there is an active investigation before the International Criminal Court and must not assume they will enjoy past impunity for violations,” said Saleh Higazi, Deputy Director for the Middle East and North Africa at Amnesty International.
“This escalation is reminiscent of horrific hostilities from 2008, 2012, and 2014 where civilians bore the brunt of the suffering, with massive death and destruction in Gaza, which has been under an illegal blockade amounting to collective punishment since 2007.
“Both Israeli forces and Palestinian armed groups have carried out war crimes and other violations with impunity. Israel has a deplorable record of carrying out unlawful attacks in Gaza killing and injuring civilians including war crimes and crimes against humanity. Palestinian armed groups have also committed violations of international humanitarian law with impunity.”
Amnesty International has consistently condemned indiscriminate rocket fire by Palestinian armed groups.
“Firing rockets which cannot be accurately aimed into populated areas can amount to a war crime and endangers civilian lives on both sides of the Israel/ Gaza border,” said Saleh Higazi.
In Israel a 50-year-old Palestinian citizen of Israel and his 15-year-old daughter were killed in a suspected rocket attack in the unrecognized village Dohmosh outside the city of Lydda in central Israel. The community does not have access to shelters, and the alarm system of sirens warning of oncoming projectiles from Gaza does not function in these communities.
Collective punishment
In Gaza, Israeli forces carried out attacks on a number of residential buildings from the early hours of 11 May. One 13-storey high rise residential building – Hanadi Residential Tower – was completely destroyed and reduced to rubble. Civilians had been warned to evacuate the area before it was hit. Al-Jawhara office building was also severely damaged on and Al-Shurouq building was also destroyed and reduced to rubble on 12 May. Other buildings were partially damaged as specific apartments were targeted.
“Deliberate targeting of civilian objects and extensive, unjustified destruction of property are war crimes. Destroying entire multi-storey homes making tens of families homeless amounts to collective punishment of the Palestinian population and is a breach of international law,” said Saleh Higazi.
“Even if part of a building is being used for military purposes Israeli authorities have an obligation to choose means and methods of attack that would minimize risks posed to civilians and their property.”
An attack targeting an apartment on the top floor of the seven- storey “Tiba Apartments” building killed one woman and her son, a 19-year old with special needs, who lived on the floor below.
An attack on the 14-storey residential tower called “al-Jundi al-Majhoul” killed three Palestinian members of Islamic Jihad. One civilian resident in the building who was woken up by the attack said:
“The building was shaking crazily… When we got to the windows…we saw everyone looking at us and then people screaming ‘vacate the building immediately’ because it was hit… minutes afterwards I was outside, with people pulling me away from danger … which now feels funny to say, as we have no idea where a safe place would be to seek refuge in.
“So far [the building] hasn’t [ been destroyed], but the terror of the thought alone is enough. We haven’t slept a wink, the strikes have been non-stop. I have a two and a half year old daughter and this is her first war, I was terrified myself and did not know what to do to calm her,” she said, adding “what drives me crazy, is that they can easily just target precisely whoever they want as they’ve done with our building, and yet they choose to level entire buildings to the ground. What does that tell you? I’m sure not an entire building is a security threat.”
Amnesty International is calling on the international community, UN Security Council members – including the United States – to publicly denounce violations of humanitarian law and pressure all sides to the conflict to protect civilians. The United States needs to stop stalling and allow the UN Security Council to release a strong statement immediately.
UN Security Council members must take a strong and public stand and immediately impose a comprehensive arms embargo on Israel, Hamas and other Palestinian armed groups with the aim of preventing further serious violations of international humanitarian law and human rights by the parties to the conflict,” said Saleh Higazi.
“The international community must also press Israel to address root causes of the latest flare up in violence which include longstanding impunity for war crimes and other serious violations of international law as well as Israel’s ongoing illegal settlement expansion, the blockade of Gaza, and the forcible eviction and dispossession of Palestinians such as those in Sheikh Jarrah.”
De Israëlische veiligheidsdiensten hebben herhaaldelijk onaangekondigd en buitensporig geweld ingezet tegen Palestijnse demonstranten in het bezette Oost-Jeruzalem. Dit volgde op vier dagen vol geweld waarin 840 Palestijnen gewond raakten. Ook raakten volgens de Israëlische politie ten minste 21 Israëlische politieagenten en zeven Israëlische burgers gewond.
De Palestijnen demonstranten protesteren tegen gedwongen huisuitzettingen in de wijk Sheikh Jarrah. Amnesty International roept de Israëlische autoriteiten op onmiddellijk een einde te maken aan deze huisuitzettingen, en aan het voortdurende verdrijven van Palestijnen uit Oost-Jeruzalem.
Bij de laatste escalatie vuurden gewapende Palestijnse groepen raketten af op Israël. Daarbij raakte ten minste een Israëli gewond. Er zijn berichten dat bij wraakaanvallen door Israël op Gaza verschillende mensen omkwamen. Amnesty International roept alle partijen op om het internationale humanitaire recht te respecteren en alle mogelijke voorzorgsmaatregelen te treffen om burgerslachtoffers te voorkomen.
Grof en lichtzinnig geweld
‘Bewijs dat Amnesty International heeft verzameld, toont een angstaanjagend patroon van Israëlische troepen die de afgelopen dagen grof en lichtzinnig geweld gebruikten tegen grotendeels vreedzame Palestijnse demonstranten’, zegt Saleh Higazi van Amnesty International. ‘Sommige van de mensen die gewond raakten bij het geweld in Oost-Jeruzalem waren omstanders of mensen die aan Ramadan-gebeden meededen.
‘Dit recente geweld laat weer eens duidelijk zien hoe de illegale Israëlische campagne van uitbreiding van de Israëlische nederzettingen voortduurt, en dat er een toename is van gedwongen uitzettingen van Palestijnse bewoners – zoals in Sheikh Jarrah – om plaats te maken voor Israëlische kolonisten. Deze gedwongen uitzettingen maken deel uit van een voortdurend patroon in Sheikh Jarrah. Het zijn grove schendingen van het internationale recht en oorlogsmisdaden.’
Ooggetuigenverslagen en video’s en foto’s die Amnesty-onderzoekers maakten laten zien hoe de Israëlische troepen tijdens gewelddadige aanvallen op de al-Aqsa-moskee herhaaldelijk buitenproportioneel en onwettig geweld gebruikten om demonstranten uiteen te jagen. Ook voerden ze willekeurige aanvallen uit op vreedzame demonstranten in Sheikh Jarrah.
Onwettig gebruik van geweld
Sinds het begin van de Ramadan op 13 april liepen de spanningen in Oost-Jeruzalem op. Palestijnen protesteerden tegen de Israëlische beperkingen die hun toegang tot de hoofdingang tot de Oude Stad beperkten. Op 26 april trokken de Israëlische autoriteiten deze beperkingen weer in, als antwoord op de voortdurende demonstraties. Daarnaast zijn mensen kwaad over de aanstaande plannen om vier Palestijnse gezinnen uit Sheikh Jarrah uit hun huis te zetten om plaats te maken voor Israëlische kolonisten.
Op 7 mei bereikten de spanningen hun kookpunt, toen meer dan 170 Palestijnen gewond raakten bij een aanval van Israëlische troepen op de al-Aqsa-moskee in een poging biddende mensen en demonstranten uiteen te jagen. Daarbij schoten ze met 40mm kinetic impact projectiles (KIPs) en concussion granaten op het publiek, dat bijeen was gekomen voor het laatste vrijdaggebed van de Ramadan.
Een Palestijnse journalist die ter plekke was, beschrijft hoe Israëlische soldaten tekeer gingen en projectielen en traangas afvuurden. Hij vertelde ook hoe ze de kliniek bij de moskee bestormden en demonstranten sloegen. Hij zei tegen Amnesty: ‘Ik doe al 10 jaar verslag van gebeurtenissen in Jeruzalem… En ik ben nog nooit in mijn hele leven zo bang geweest. Iedereen was doelwit. Ik zou willen zeggen dat de beschietingen willekeurig waren, maar dat zou een leugen zijn. Ze wisten precies op wie en wat ze hun kogels en granaten richtten. De meeste mensen werden beschoten in hun bovenlichamen (ogen, gezicht, borst).’ De journalist werd zelf ook geraakt in zijn rug, terwijl hij zijn camera omhoog hield en probeerde het gebied te verlaten.
Als reactie gooiden demonstranten bij al-Aqsa stenen en staken ze vuren aan, terwijl de Israëlische strijdkrachten op paarden en in gevechtsuitrusting schoten met schokgranaten om hen af te schrikken.
Bestorming van 10 mei
Op 10 mei raakten meer dan 300 Palestijnse demonstranten gewond toen de Israëlische strijdkrachten voor de tweede keer in een paar dagen het gebied rond de al-Aqsa-moskee bestormden. Een woordvoerder van de Rode Halve Maan vertelde Amnesty dat het geweld had geleid tot de ziekenhuisopname van ten minste 250 Palestijnen. Zeven van hen verkeren in kritieke toestand.
Een ooggetuige vertelde hoe Israëlische soldaten ramen braken en traangas en schokgranaten afvuurden. De mensen in de gebouwen hadden moeite om nog te kunnen ademhalen.
Volgens een andere getuige ter plekke begonnen de Israëlische soldaten vanaf een dak traangas af te vuren, voordat meer troepen het al-Haram-plein bestormden vanuit de Magharbeh-toegangspoort. ‘Ze kwamen steeds dichterbij, en drukten mensen de al-Aqsa-moskee in. Ze sloten de deuren af met metalen kettingen… en braken vervolgens een raam om traangas naar de mensen binnen te gooien die letterlijk opgesloten zaten met weinig ruimte om te ademen of medische hulp te krijgen… Daarnaast begonnen ze ook nog rubberen kogels af te vuren op mensen die binnen aan het bidden waren’, zei hij.
Hij gaf ook aan gezien te hebben hoe Israëlische soldaten omstanders sloegen en auto’s stopten die gewonden wegbrachten. Ze namen foto’s van de gewonde mensen voordat ze verder mochten. Hij werd zelf in zijn borst geraakt toen hij naar een medische hulpverlener liep die zelf gewond was.
Sheihk Jarrah
De afgelopen week hielden Palestijnen in de Sheikh Jarrah-buurt iedere nacht demonstraties in reactie op de dreiging van aanstaande gedwongen huisuitzettingen. Amnesty documenteerde daarbij willekeurige arrestaties van vreedzame demonstranten, buitensporig geweld, het willekeurige gebruik van geluids- en schokgranaten en het willekeurig bespuiten van demonstranten en huizen met stinkwater (met de geur van stinkdieren) uit waterkanonnen.
Vier Palestijnse gezinnen uit de buurt lopen risico gedwongen hun huizen uit te worden gezet nadat een rechtbank in Jeruzalem hun beroep tegen een uitzettingsbevel afwees. Het kolonisten-bedrijf Nahalat Shimon International heeft verschillende rechtszaken aangespannen om de huizen van tientallen gezinnen in Sheikh Jarrah in beslag te nemen. Dit doen ze door discriminerend wetten te gebruiken, zoals de ‘Legale en Administratieve Zaken Wet’ en de ‘Wet over het Bezit van Afwezigen’ uit 1950. Op basis van deze wetten nemen ze Palestijns land of eigendom in beslag en dragen het over aan groepen kolonisten. Het gedwongen uitzetten van de bevolking die oner een bezetting leeft is verboden onder internationaal humanitaire recht en vormt een oorlogsmisdaad volgens het Statuut van Rome van het Internationale Strafhof.
Amnesty bij willekeurige aanval
Amnesty-onderzoekers zagen op 9 mei een willekeurige aanval van Israëlische troepen op een groep vreedzame demonstranten in Sheihk Jarrah. De Israëlische troepen kwamen aan kort voor iftar – de avondmaaltijd in de Ramadan. Na de maaltijd vormden een tiental vreedzame demonstranten een cirkel en begonnen ze leuzen te zingen tegen de plannen om Palestijnse gezinnen uit te zetten. De demonstranten waren ten minste tien meter verwijderd van de Israëlische soldaten, die dichtbij gestationeerd waren in het huis van een Israëlische kolonist. Kort daarna vielen de Israëlische troepen de demonstranten aan. Op paarden reden ze naar de menigte. Een man die hinkte van de pijn zei dat hij door de politiepaarden vertrapt was terwijl hij probeerde weg te rennen. Bewoners werden tegen de muren van hun huizen gedrukt en vijf mannen werden willekeurig gearresteerd.
De Israëlische soldaten begonnen de mensen te duwen en slaan – onder hen was een Amnesty-onderzoeker die de demonstratie aan het monitoren was. Rond 10 uur ’s avonds brachten ze waterkanonnen met stinkdierwater en geluidsgranaten en begonnen willekeurig te schieten op de demonstranten.
Arrestaties op 6 mei
Osama Dweik werd op 6 mei gearresteerd tijdens een nachtelijke demonstratie in Sheikh Jarrah, toen de Israëlische politie plotseling een groep demonstranten aanviel en hem meteen oppakte. Op het politiebureau zag hij hoe de politie vier Palestijnen die waren opgepakt bij opstanden bij de Damascus-poort en in Sheikh Jarrah trapten en sloegen met wapenstokken. Die nacht werden nog zeven andere mensen in Sheikh Jarrah opgepakt.
Geweld op 7 mei
Gil Hammerschlag, een Israëlische activist die op 7 mei demonstreerde tegen de gedwongen uitzettingen in Sheikh Jarrah, werd geduwd en getrapt door Israëlische soldaten die vanaf minder dan 10 meter afstand geluidsgranaten gooiden naar vreedzame demonstranten.
Op dezelfde dag werd een Palestijnse man van middelbare leeftijd in zijn dij geraakt door een schokgranaat. Een fotograaf die ook ter plekke was vertelde hoe Israëlische troepen, ook politie te paard, een vreedzame menigte aanviel nadat een van de demonstranten een waterfles naar hen had gegooid.
Boodschap van een bedreigde bewoner
Nabil el-Kurd is een van de bewoners die gedwongen zijn huis uitgezet kan worden in Sheikh Jarrah. Hij vertelde Amnesty International:
‘Sheikh Jarrah heeft een bericht voor de hele wereld, en voor de Amerikaanse regering, het parlement in het Verenigd Koninkrijk, het Franse parlement, het parlement van de EU, het Internationale Strafhof: wat er met ons gebeurt, is een oorlogsmisdaad. Het is niet slechts een uitzetting, maar een oorlogsmisdaad. Vergeet dat niet. Ik weet niet waarom de hele wereld toekijkt naar wat er gebeurt en Israël ermee weg laat komen. Het is tijd dat ze stoppen Israël te verwennen.’
Amnesty’s oproep
‘Amnesty-onderzoekers zagen afkeurenswaardig gedrag bij de veiligheidsdiensten in Sheikh Jarrah. Onder meer willekeurige aanvallen op vreedzame demonstranten die opkomen voor hun rechten en roepen om het respecteren van internationale wetgeving. De Israëlische autoriteiten de geplande huisuitzettingen onmiddellijk stoppen in plaats van de rechten van de bewoners van Sheikh Jarrah en activistennog verder te schenden’, zegt Saleh Higazi.
Amnesty International roept de internationale gemeenschap op om Israël ter verantwoording te roepen voor de systematische schendingen onder internationaal recht.
‘Israël mag niet doorgaan met deze razernij tegen Palestijnen die slechts hun bestaansrecht verdedigen en demonstreren tegen hun gedwongen uitzetting. Simpele uitingen van bezorgdheid over Israëls verontachtzaming van zijn verplichtingen onder internationaal recht zijn niet genoeg. Er moeten duidelijke en sterke afkeuringen komen van deze overduidelijke schendingen, zoals gedwongen uitzettingen, de uitbreiding van illegale nederzettingen en de wrede onderdrukking van mensen die demonstreren tegen deze ernstige schendingen.’
We roepen nu de leden van de VN-Veiligheidsraad op om een open sessie te organiseren, en de Speciale Coördinator voor het Vredesproces in het Midden-Oosten om de lidstaten te instrueren.
‘More than 1,400 Palestinians, mostly civilians, have been killed since Israel began its latest offensive in Gaza on 8 July. ” AMNESTY INTERNATIONALUSA: STOP ARMS TRANSFERS TO ISRAEL AMIDGROWING EVIDENCE OF WAR CRIMES IN GAZA31 JULY 2014
31 July 2014, 00:00 UTC
The US government must immediately end its ongoing deliveries of large quantities of arms to Israel, which are providing the tools to commit further serious violations of international law in Gaza, said Amnesty International, as it called for a total arms embargo on all parties to the conflict.
The call comes amid reports that the Pentagon has approved the immediate transfer of grenades and mortar rounds to the Israeli armed forces from a US arms stockpile pre-positioned in Israel, and follows a shipment of 4.3 tons of US-manufactured rocket motors, which arrived in the Israeli port of Haifa on 15 July.
These deliveries add to more than US$62 million worth of munitions, including guided missile parts and rocket launchers, artillery parts and small arms, already exported from the USA to Israel between January and May this year.
“The US government is adding fuel to the fire by continuing its supply of the type of arms being used by Israel’s armed forces to violate human rights. The US government must accept that by repeatedly shipping and paying for such arms on this scale they are exacerbating and further enabling grave abuses to be committed against civilians during the conflict in Gaza,” said Brian Wood, Head of Arms Control and Human Rights at Amnesty International.
Palestinian armed groups have continued to fire rockets indiscriminately into Israel, endangering civilians in flagrant violation of international law. Amnesty International has repeatedly called for an immediate end to such attacks, which amount to war crimes.
Last week the speaker of the Iranian parliament said Iran had provided arms manufacturing know-how to Hamas in Gaza. In November 2012 he said Iran had given both financial and military support to Hamas and the Commander of Iran’s Revolutionary Guards said missile technology has been supplied. Hamas fighters have admitted to firing Iranian-type Fajr 5 missiles towards Tel Aviv, but mostly fire shorter-range M25 or “Qassam” rockets.
The USA is by far the largest exporter of military equipment to Israel. According to data made public by the US government, its arms transfers to Israel from January to May 2014 included nearly $27million for “rocket launchers”, $9.3 million worth in “parts of guided missiles” and nearly $762,000 for “bombs, grenades and munitions of war”.
The news on 30 July that the USA had allowed the resupply of munitions to Israel came the same day the US government condemned the shelling of a UN school in Gaza which killed at least 20 people, including children and UN humanitarian workers.
“It is deeply cynical for the White House to condemn the deaths and injuries of Palestinians, including children, and humanitarian workers, when it knows full well that the Israeli military responsible for such attacks are armed to the teeth with weapons and equipment bankrolled by US taxpayers,” said Brian Wood.
Amnesty International is calling on the UN to immediately impose a comprehensive arms embargo on Israel, Hamas and Palestinian armed groups with the aim of preventing violations of international humanitarian law and human rights by all sides.
In the absence of a UN arms embargo, the organization is calling on all states to unilaterally suspend all transfers of military equipment, assistance and munitions to all parties to the conflict. They should not resume until violations committed in previous conflicts are properly investigated with those responsible brought to justice.
“As the leading arms exporter to Israel, the USA must lead the way and demonstrate its proclaimed respect for human rights and international humanitarian law by urgently suspending arms transfers to Israel and pushing for a UN arms embargo on all parties to the conflict. By failing to do so it is displaying a callous disregard for lives being lost in the conflict on all sides,” said Brian Wood.
More than 1,400 Palestinians, mostly civilians, have been killed since Israel began its latest offensive in Gaza on 8 July. At least 56 Israeli soldiers have died in the conflict, as well as three civilians in Israel, including a Thai national.
EINDE BERICHT
[16]
”1391, or 63%, of the 2,202 Palestinians killed by Israeli security forces in Operation “Protective Edge” did not take part in the hostilities. Of these, 526 – a quarter of all Palestinians killed in the operation – were children under eighteen years of age”
Israël heeft een staakt-het-vuren afgekondigd in de Gaza-strook. Het leger spreekt van een ‘humanitair bestand’ dat op maandag geldt van 7 tot 14 uur.
Het volgt op scherpe wereldwijde kritiek op de Israëlische beschieting van een VN-school in Gaza. De Verenigde Staten reageerden buitengewoon scherp op de tweede raketaanval in een week op een VN-school in de Gaza-strook. Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zegt ‘geschokt’ te zijn door de ‘schandelijke beschieting van de VN-school’.
Diplomaten zijn verrast over de sterke bewoordingen die het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse zaken gebruikt. Vooral de worden ‘geschokt’ en ‘schandelijk’ worden als opmerkelijk bestempeld. ‘De Verenigde Staten zijn geschokt door de schandelijke beschieting vandaag van een VN-school in Rafah, waar zo’n 3.000 ontheemde mensen hun toevlucht hadden gezocht en waarbij minstens tien Palestijnse burgers tragisch om het leven kwamen’, stelt Washington.
‘De locatie van de school was, zoals alle VN-gebouwen in Gaza, herhaaldelijk medegedeeld aan het Israëlische leger. We benadrukken nog maar eens dat Israel meer moet doen om zijn eigen normen te handhaven en burgerslachtoffers te vermijden. VN-gebouwen, en in het bijzonder die die burgers opvangen, moeten worden beschermd en mogen niet gebruikt worden als basis van waaruit aanvallen worden gelanceerd. De verdenking dat militanten in de buurt van de VN-gebouwen opereren rechtvaardigt geen aanvallen die het leven van zoveel onschuldige burgers in gevaar brengt’, klinkt het.
VN
Eerder op de dag had de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Ban Ki-moon, al zijn afschuw uitgesproken over de beschieting van de VN-school in Rafah waar zo’n 3.000 Palestijnse vluchtelingen verbleven. Zeker tien mensen werden gedood toen een raket insloeg bij de ingang van de school, aldus medische bronnen in Gaza.
Tientallen mensen raakten gewond. Veel Palestijnen hadden hun toevlucht gezocht tot de onderwijsinstelling die wordt gerund door de Verenigde Naties. Het Israëlische leger heeft nog niet gereageerd. Het is nog niet duidelijk wie verantwoordelijk is voor de raketinslag. Ongeveer 3.000 Palestijnen hadden hun toevlucht gezocht in de school.
De secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Ban Ki-moon, noemt de aanval ‘een morele schande en een misdaad’. Volgens Ban is het Israëlische leger meerdere keren geïnformeerd over de locatie van de school.
Van Rompuy
De Europese Unie heeft het aanhoudende bloedvergieten in de Gazastrook zondag nog eens nadrukkelijk veroordeeld. Bij monde van de voorzitter van de Europese Raad, Herman Van Rompuy en de voorzitter van de Europese Commissie, José Manuel Barroso werd het ‘onmiddellijke einde’ van de militaire acties geeist. ‘Alleen een onderhandelde oplossing gebaseerd op twee staten die elkaar respecteren kan tot vrede leiden’, stelt Van Rompuy.
Het Israëlische leger heeft toegegeven te hebben gevuurd nabij de VN-school. ‘Het Israëlische leger viseerde drie terroristen op de motorfiets nabij de school in Rafah’, stelt het leger in een mededeling. ‘De Israëlische defensie onderzoekt de gevolgen van die inslag.’ De Israelische regering kondigde in de nacht van zondag op maandag een ‘humanitair bestand’ af dat maandag van 7 tot 14 uur zou gelden.
Het is de derde aanval op een VN-school in de Gaza-strook in tien dagen tijd. Op 24 juli werd een school in Beit Hanoun getroffen en afgelopen donderdag werd een school in Jabaliya geraakt. Bij die twee aanvallen kwamen meer dan dertig Palestijnen om het leven. De Verenigde Naties legden verantwoordelijkheid voor het drama in Jabaliya bij Israël.
250.000
In de Gazastrook schuilen circa 250.000 mensen in gebouwen van de VN voor het Israëlische geweld. Volgens Israël is er vanuit de buurt geschoten. Vertegenwoordigers van de VN vonden raketopslagplaatsen van Palestijnse strijders in drie schoolgebouwen.
De raketinslag op de school in Rafah volgt op de aankondiging door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu zaterdagavond dat het Gaza-offensief voorlopig zal worden doorgezet. Het leger zal zijn operaties zolang voortzetten totdat het doel is bereikt: ‘de vrede naar Israël terugbrengen’, zei hij zaterdagavond in Tel Aviv.
Vernietigen
‘We zullen alle tunnels vernietigen’, voegde hij eraan toe. ‘Het leger wordt zolang ingezet tot alle werk is volbracht.’ En dat bleek ook meteen. Bij meerdere luchtaanvallen zijn volgens Palestijnse bronnen zondagmorgen zeven mensen om het leven gekomen. Vijftien Palestijnen raakten gewond. Palestijnen die aan de kust wonen, vertelden dat de Israëlische luchtmacht zware bombardementen heeft uitgevoerd in verschillende Palestijnse gebieden.
Na de vernietiging van de tunnels van de ‘radicaal-islamitische’ Hamas zal Israël de situatie opnieuw evalueren en bijkomende stappen ondernemen die nodig zijn voor de veiligheid.
EINDE BERICHT
[18]
”We explicitly and loudly condemned the direct shelling of the Al Aqsa hospital on July 21st that killed at least four people”
INTERNATIONAL RED CROSSNO WONDER GAZANS ARE ANGRY.THE RED CROSS CAN’T PROTECT THEM
25 JULI 2014
No wonder Gazans are angry. The Red Cross can’t protect them
25-07-2014 Article
Three ICRC vehicles are leaving Shujaia. They have rescued 11 people from the rubble but the intense combat has forced them back. As they depart an angry crowd of Palestinians attacks the vehicles with stones and sticks. “You are useless,” the crowd shouts. “You must protect us.”
But we cannot. The anger is unpleasant and misplaced, but understandable. We do our utmost, risking the lives of our staff to rescue who we can, but we cannot end the conflict. As ever, humanitarian organisations are a sticking plaster, not the solution.
If your home in Gaza was being shelled, who would you call in desperation? On the night Israel’s ground offensive began intense fire struck north-east Gaza. The emergency services, including our partners at the Palestinian Red Crescent (PRCS), were overloaded. Many Gazans tried to telephone us. Our office switchboard couldn’t cope. In the dark violent hours of the night we could not send ambulances or restore the water supply or treat the injured dying of their wounds. Isolated and terrified, with nowhere to flee and no help in sight, the anger of Palestinian families grew.
Two nights later in Shujaia hundreds more families went through the same ordeal. Again ICRC staff and PRCS volunteers could do little. With no guarantees of safety it would have been folly to attempt a rescue. In the daylight a temporary ceasefire was agreed, at our request. It was quickly broken, but nevertheless several dozen injured were brought from their ruined homes to hospitals and hundreds took advantage of our presence on the spot to flee. It was little and late. No wonder the helpless families have accused us of callous disregard. When your one faint hope of help is snuffed out the intensity of disappointment is all the deeper.
Other accusations have been levelled.
We were charged with collaborating with the Israeli Defence Forces in the destruction of Wafa hospital. In truth, we sought to protect the hospital through our dialogue with both sides. When combat came perilously close we intervened to win time for a possible last-resort evacuation of gravely ill patients, many on life support.
We are upbraided for not taking sides and refusing to apportion blame. Given our strict political neutrality it is usual that we get criticised by all sides at different times. But the ICRC is not silent in the face of clear breaches of international law. We explicitly and loudly condemned the direct shelling of the Al Aqsa hospital on July 21st that killed at least four people. We clearly denounce the indiscriminate rocketing of Israel. We stated categorically that even in the midst of warfare, people must be able to receive medical care in safety.
We are horrified at the death toll. We have repeatedly called for both sides to protect and spare civilians. We have warned of the need to protect Gaza’s perilously fragile water supply – many residents of the densely populated area are now without water, at the height of the scorching hot Mediterranean summer. Today our priority is the civilians, in Beit Hanoun and many other places all over Gaza. We are calling on all sides, based on the humanitarian imperatives of the situation, to ensure that their combat operations be conducted in accordance with the fundamental principles of international laws protecting civilians. But will our pleas for restraint, and the constant efforts of nearly 140 staff and more than 400 PRCS teams to rescue civilians and restock hospitals, be enough to quell the anger of grieving families? We hope so but we understand that it might not.
We do ask one thing: understand the limits of our role and look to the politicians to end this deadly, miserable conflict.
Jacques de Maio
Head of Delegation ICRC Israel and Occupied Territories
EINDE BERICHT[19]
AMNESTY INTERNATIONALGAZA:LOOMING HUMANITARIAN CATASTROPHE HIGHLIGHTS NEEDTO LIFT ISRAEL’S TEN YEAR ILLEGAL BLOCKADE15 JUNE 2017
The Israeli authorities’ latest decision to slash the electricity supply to the Gaza Strip could have catastrophic humanitarian consequences for residents who have already endured a decade of suffering under Israel’s brutal blockade, Amnesty International has warned.
The latest round of power cuts announced by Israel on 11 June restricting the electricity supply to between two and three hours a day, will have a disastrous impact on Gaza’s battered infrastructure and cause a public health disaster. The move will also endanger thousands of lives including those of hospital patients with chronic conditions or in intensive care, including babies on life support.
“For 10 years the siege has unlawfully deprived Palestinians in Gaza of their most basic rights and necessities. Under the burden of the illegal blockade and three armed conflicts, the economy has sharply declined and humanitarian conditions have deteriorated severely. The latest power cuts risk turning an already dire situation into a full-blown humanitarian catastrophe,” said Magdalena Mughrabi, Deputy Regional Director for the Middle East and North Africa at Amnesty International.
The power cuts will have a severe impact on essential services such as healthcare, wastewater management and access to clean water for Gaza’s entire population.
“As the occupying power, Israel has obligations to ensure the basic needs of the civilian population are met. At the very least, Israel must not continue to cut off access to essential supplies. The Israeli authorities must immediately lift the illegal blockade and end their collective punishment of Gaza’s population,” said Magdalena Mughrabi.
“Ten years on, the international community can no longer turn a blind eye to the devastating suffering caused by Israel’s cruel and inhuman isolation of Gaza.”
This month marks 10 years since Israel began its land, sea and air blockade of Gaza. The blockade, combined with restrictions by Egypt has cut off virtually all access to the outside world for more than two million residents. Since then, unemployment rates have skyrocketed and many families have been forced into extreme poverty leaving approximately 80% of the population dependent on humanitarian aid.
Electricity cuts
For more than a decade Gaza has suffered a chronic electricity deficit. In 2013, Gaza’s sole power plant began to buy fuel exclusively from Israel after cheap Egyptian fuel was no longer available. The higher price of fuel forced the power plant to reduce capacity by half. The power plant has had to shut down repeatedly because it was unable to afford the fuel needed to keep it running.
Even before the latest power crisis this week, electricity supply was rationed to around eight hours a day. In the past two months, it was further slashed to four hours a day as a result of a dispute between Palestinian authorities in the West Bank and Hamas before the latest cuts announced this week.
Residents told Amnesty International the power cuts have affected all aspects of their daily lives. With many people in Gaza living in high rise apartment buildings, the lack of electricity means clean water cannot be pumped to their homes, leaving them reliant on expensive bottled water to cook, clean and shower. Residents are also unable to use the lifts to get in and out of their homes, causing particular hardship for the elderly and those with disabilities.
Mohammad Abu Rahma, a Gaza City resident, described how the power cuts have affected him and his wife and three children. The lack of electricity means they have no water and cannot do simple things like use a fridge to store food and in the evening there is no light for the children to study or read.
“Ever since the [blockade] on Gaza 10 years ago our life has been in crisis. This is not new. But what is happening now…it is a catastrophe… It is immoral that they make us live like this. Everyone in Gaza has been harmed by what is happening. There is no one that is spared,” he said.
“This has meant having to live in this intolerable heat without fans, let alone air conditioners, and that’s for those of us who luckily still have our homes after the last war. It’s like we’re suffocating.” Nour al-Sweiki, from Gaza City, told Amnesty International that families are struggling to squeeze all their domestic tasks into the three- hour window when the electricity comes on each day.
“People here live without rights… Everything is backwards. Nothing here progresses except for time. Poverty, unemployment, lack of water – everything is deteriorating,” she said.
Another Gaza resident, Sami Abd al-Rahman, also said he and his family, like most Gazans, have reorganized their lives around the few hours of electricity –getting up in the middle of the night to do simple things such as use the washing machine or take showers. He fears for the mental and emotional effects the continuing crisis is having on his children.
“The Israeli authorities must ensure the level of electricity is restored to meet and sustain basic humanitarian needs, including health, water and sanitation,” said Magdalena Mughrabi.
“The Palestinian authorities in the West Bank, Hamas and Israel must all ensure that their political disputes are not dealt with in a manner that tramples on the basic rights of Gazans.”
Wider impact of blockade
The situation in the Gaza Strip has become so untenable that in 2015 the UN warned it would become “uninhabitable” by 2020.
Under Israel’s illegal blockade, movement of people and goods is severely restricted and the majority of exports and imports, raw materials have been banned. Meanwhile, Egypt has imposed tight restrictions on the Rafah crossing, keeping it closed most of this time.
The destruction wrought by three armed conflicts between Israel and Palestinian armed groups in the Gaza Strip in the 10 years since the blockade was imposed has also had devastating consequences on essential infrastructure and the deterioration of Gaza’s economy. All sides have committed violations of international humanitarian law, including war crimes during these conflicts.
In each of these wars, Israel targeted civilian infrastructure, including electricity, water, sewage and sanitation plants as well as destroying tens of thousands of civilian properties, including homes, shops and factories. Israel has subsequently refused to allow into Gaza much of the construction materials needed to rebuild the civilian infrastructure.
“The wanton destruction of Gaza’s residential homes and infrastructure coupled with the economic deprivation means that daily existence for many Palestinians there is a living nightmare with no end in sight,” said Magdalena Mughrabi.
This week’s Gaza-Egypt border breach temporarily eased the humanitarian impact of Israel’s blockade, but Israel as the occupying power remains responsible for the well-being of Gaza’s 1.4 million residents, Human Rights Watch said today. Gazans remain almost completely dependent on Israel for fuel, electricity, medicine, food, and other essential commodities.
Human Rights Watch also called upon Palestinian armed groups in Gaza to stop their indiscriminate rocket attacks into populated areas in Israel in violation of international humanitarian law. The attacks have wounded 82 Israeli civilians in the past six months.
“Israel’s rightful self-defense against unlawful rocket attacks does not justify a blockade that denies civilians the food, fuel and medicine needed to survive, a policy amounting to collective punishment,” said Joe Stork, acting director of Human Rights Watch’s Middle East division. “Gazans can’t turn on the lights, get tap water, buy enough food, or earn a living without Israel’s consent.”
Some Israeli officials have suggested that the temporary breach in the Egypt-Gaza border means that Israel has relinquished all responsibility for Gaza. “We need to understand that when Gaza is open to the other side, we lose responsibility for it,” said Israeli Deputy Defense Minister Matan Vilnai on January 24, 2008. “So we want to disconnect from it.”
Israel withdrew its military forces and settlers from the Gaza Strip in 2005, but it still controls Gaza’s airspace, territorial waters, and land borders – with the exception this week of the Rafah border area with Egypt. Israel is Gaza’s primary supplier of electricity, which is essential for water availability and sewage treatment. In addition, Israel controls Gaza’s telecommunications network, its population registry, and its customs and tax revenues. Israeli security forces have frequently re-entered Gaza at will.
“The sudden opening of Gaza’s border with Egypt has changed, for the time being, only one of the many indices of Israel’s control over essential aspects of life in Gaza,” Stork said. “Israel remains responsible for the well-being of Gaza’s civilians.”
Aside from the fact that the irregular opening of Gaza’s border with Egypt may be temporary, any end to Israel’s legal responsibilities for the welfare of Gaza’s inhabitants would require an end to its effective control over the Gaza Strip, including its territorial waters and airspace, and its tax and customs revenues, Human Rights Watch said. It would also require a new infrastructure so Gaza’s residents can meet their requirements for fuel, electricity, cargo transshipment and the like through harbors, an airport, and over the 17-kilometer border with Egypt.
The border breach at Rafah began on January 23, after Hamas helped Palestinians break through sections of the wall and fence separating Gaza and Egypt, to the west of the official Rafah crossing, which remains closed. Tens of thousands of Palestinians – by some estimates hundreds of thousands – flooded into Egypt to acquire food, fuel, and essential supplies. Tens of thousands more entered Egypt the following day.
On January 25, Egyptian security forces attempted to control the entry of Palestinians from Gaza and re-seal the border, but Palestinians bulldozed a new opening. By the afternoon, the traffic was flowing unhindered again, with Palestinians driving into Egypt in their private cars.
Human Rights Watch on January 24 visited a makeshift market with Egyptian and Palestinian traders in the no-man’s land at the border, known as the Philadelphi Corridor. Palestinians bought cigarettes, cement, fuel, electrical supplies, generators, car parts, farm animals, and other goods in short supply in Gaza due to Israel’s drastic restrictions on imports dating back to June 2006.
Human Rights Watch observed four significant breaks in the border barriers. The largest of the breaches, near the former Israel Defense Forces post known as Salaheddin, was roughly 250 meters wide.
Egyptian border forces in riot gear have tried to maintain order on the Egyptian side. Additional Egyptian security forces manned checkpoints near the city of al-Arish, about 30 miles southwest of Rafah. The governor of northern Sinai, Gen. Ahmad `Abd al-Hamid, said Egypt would not allow Palestinians to travel beyond al-Arish.
On the Gaza side, Human Rights Watch saw uniformed Hamas-controlled security forces and members of the Qassam Brigades, the Hamas militia, in black uniforms and civilian clothes, randomly checking cars and individuals with goods purchased in Egypt. Members of the security forces told Human Rights Watch that they were primarily checking for illegal drugs.
Two Qassam Brigades members at the border told Human Rights Watch that they were not permitting arms to enter, but another said the restriction only applied to persons not known to be active in “the resistance.” The heavy traffic and lack of controls made it impossible for Hamas forces to check the vast majority of individuals and vehicles.
Hamas security forces also established checkpoints at key intersections inside Gaza, checking cars. Human Rights Watch observed them arresting one man, apparently for drug possession.
Since Hamas took over the Palestinian Authority in March 2006, following its electoral victory the previous January, and especially after Hamas captured Israeli corporal Gilad Shalit that June, Israel has made it exceedingly difficult for Palestinians to leave Gaza. Following Hamas’s violent seizure of power in Gaza from rival Fatah forces in June 2007, Israel has arbitrarily blocked, delayed and harassed people with emergency medical problems who need to leave Gaza for urgent care. Some Palestinian patients unable to reach hospitals in Israel or Egypt have died.
Approximately 6,000 people with foreign citizenship, permanent foreign residency, work permits, student visas, or university admissions abroad, have been trapped inside the territory and denied exit permits for unspecified “security reasons.”
It remains unclear how many of these people left Gaza for Egypt in recent days and whether they will be able to travel beyond al-Arish to Cairo.
The border breach occurred five days after Israel imposed a complete blockade on the entry of goods into Gaza in response to continued Palestinian rocket attacks. An earlier breach of the same border, at the time of Israel’s military withdrawal in September 2005, was quickly repaired.
Israeli officials have said they would not allow the blockade to cause a humanitarian crisis. “We will not hit food supplies for children or medicines for the needy,” Prime Minister Ehud Olmert said this week.
“Israeli leaders have been playing word games, claiming that each new turn of the screw would not create a humanitarian crisis,” Stork said. “But the ordinary people of Gaza – those with no connection to militants – have been living such a crisis for more than a year as the economy collapses, the lights go out, and the sewage overflows.”
Statements by Israeli officials this week appear to acknowledge that the blockade amounts to collective punishment. Olmert on January 24 said: “There is no justification for demanding we allow residents of Gaza to live normal lives while shells and rockets are fired from their streets and courtyards at Sderot and other communities in the south.”
Defense Ministry spokesman Shlomo Dror said that, “If Palestinians don’t stop the violence, I have a feeling the life of people in Gaza is not going to be easy.”
Israel slightly eased the blockade on January 23 after a wave of international criticism, agreeing to supply one week’s worth of fuel for Gaza’s sole electric power plant, but it limited supplies again soon after the border breach.
Approximately 60 percent of Gaza’s electricity is supplied commercially by an Israeli provider. Egypt supplies about 10 percent to southern Gaza, and Gaza’s sole power plant produces about 25 percent.
On the evening of January 20, the power plant had to stop production entirely due to the lack of industrial diesel fuel allowed in from Israel. Kanaan Obeid, deputy director of the Palestinian Energy Authority, told Human Rights Watch that the power plant had only enough fuel to last through January 27.
Israel’s calibrated restrictions on regular diesel, industrial diesel and benzene fuel began on October 28, 2007, in response to continued rocket attacks by Palestinian armed groups. In November, the Israeli Supreme Court approved the fuel cuts but ordered the state to halt proposed electricity cuts until it could prove that such cuts would not harm medical and other services essential to the civilian population.
Intended to pressure Hamas to take action against the armed groups, the fuel cuts have had a direct impact on the well-being of the civilian population. Gaza residents are suffering increasingly serious disruptions to their daily lives from power cuts.
According to the United Nations, the electricity shortage caused at least 40 percent of Gazans being denied access to running water and a breakdown in the sewage system. Thirty million liters of raw sewage was released into the sea per day, a UN report said. Forced to rely on generators, Gaza hospitals reduced their services.
The UN World Food Program reported shortages of meat, wheat flour and frozen food. Between January 14 and 20, the humanitarian and commercial foods entering Gaza totaled only 31 percent of basic food needs.
Israel’s decision to limit fuel, and potentially electricity, to Gaza in retaliation for rocket attacks violates a basic principle of international humanitarian law, which prohibits a government with effective control over a territory from attacking or withholding objects that are essential to the survival of the civilian population, Human Rights Watch said. It also violates Israel’s duty as the occupying power to safeguard the health and welfare of the population under occupation.
On January 27, the Israeli Supreme Court will hear an appeal from Israeli and Palestinian human rights groups, asserting that the electricity cuts amount to collective punishment in violation of international humanitarian law.
Egypt shares some of the blame for the humanitarian crisis in Gaza, having largely kept its border with Rafah closed during the Israeli blockade, Human Rights Watch said. In the future, it should take steps to facilitate the flow of people and goods, especially humanitarian aid and emergency medical cases, while controlling the flow of arms and material used to attack Israeli civilians.
“The past three days prove that Egypt can contribute to alleviating the humanitarian crisis in Gaza,” Stork said. EINDE BERICHT
[20] CRIMES AGAINST HUMANITY
Article 7 Crimes against humanity 1. For the purpose of this Statute, “crime against humanity” means any of the following acts when committed as part of a widespread or systematic attack directed against any civilian population, with knowledge of the attack: (a) Murder; (b) Extermination; (c) Enslavement; (d) Deportation or forcible transfer of population; (e) Imprisonment or other severe deprivation of physical liberty in violation of fundamental rules of international law; (f) Torture; (g) Rape, sexual slavery, enforced prostitution, forced pregnancy, enforced sterilization, or any other form of sexual violence of comparable gravity; (h) Persecution against any identifiable group or collectivity on political, racial, national, ethnic, cultural, religious, gender as defined in paragraph 3, or other grounds that are universally recognized as impermissible under international law, in connection with any act referred to in this paragraph or any crime within the jurisdiction of the Court; (i) Enforced disappearance of persons; (j) The crime of apartheid; (k) Other inhumane acts of a similar ch haracter intentionally causing great suffering, or serious injury to body or to mental or physical health.
The razing of a Bedouin village by Israeli police shows how far the state will go to achieve its aim of Judaising the Negev region
A menacing convoy of bulldozers was heading back to Be’er Sheva as I drove towards al-Arakib, a Bedouin village located not more than 10 minutes from the city. Once I entered the dirt road leading to the village I saw scores of vans with heavily armed policemen getting ready to leave. Their mission, it seems, had been accomplished.
The signs of destruction were immediately evident. I first noticed the chickens and geese running loose near a bulldozed house, and then saw another house and then another one, all of them in rubble. A few children were trying to find a shaded spot to hide from the scorching desert sun, while behind them a stream of black smoke rose from the burning hay. The sheep, goats and the cattle were nowhere to be seen – perhaps because the police had confiscated them.
Scores of Bedouin men were standing on a yellow hill, sharing their experiences from the early morning hours, while all around them uprooted olive trees lay on the ground. A whole village comprising between 40 and 45 houses had been completely razed in less than three hours.
I suddenly experienced deja vu: an image of myself walking in the rubbles of a destroyed village somewhere on the outskirts of the Lebanese city of Sidon emerged. It was over 25 years ago, during my service in the Israeli paratroopers. But in Lebanon the residents had all fled long before my platoon came, and we simply walked in the debris. There was something surreal about the experience, which prevented me from fully understanding its significance for several years. At the time, it felt like I was walking on the moon.
This time the impact of the destruction sank in immediately. Perhaps because the 300 people who resided in al-Arakib, including their children, were sitting in the rubble when I arrived, and their anguish was evident; or perhaps because the village is located only 10 minutes from my home in Be’er Sheva and I drive past it every time I go to Tel Aviv or Jerusalem; or perhaps because the Bedouins are Israeli citizens, and I suddenly understood how far the state is ready to go to accomplish its objective of Judaising the Negev region; what I witnessed was, after all, an act of ethnic cleansing.
They say the next intifada will be the Bedouin intifada. There are 155,000 Bedouins in the Negev, and more than half of them live in unrecognised villages without electricity or running water. I do not know what they might do, but by making 300 people homeless, 200 of them children, Israel is surely sowing dragon’s teeth for the future. EINDE BERICHT BBCISRAEL POLICE RAZE ”ILLEGAL” BEDOUIN VILLAGE IN NEGEV
Around 300 Bedouins living in Israel’s Negev desert have been made homeless after police raided their village and razed their homes.
Israeli activists said 1,500 police arrived in Al-Arakib village at dawn.
They destroyed 30 to 40 makeshift homes and uprooted hundreds of olive trees belonging to the villagers, they said.
Police spokesman Mickey Rosenfeld said the homes had been “illegally built” and were destroyed in line with a court ruling issued 11 years ago.
“Several hundred people were taken back to the Rahat area where they originally came from,” he told the AFP news agency, referring to a nearby Bedouin town in Israel’s arid south.
More than 150,000 Bedouin live in Israel, mostly in and around the Negev desert.
Around half live in villages that are not recognised by the state, and have no access to municipal services like water and electricity.
Many live in extreme poverty.
Land battle
At dawn on Tuesday, women and children in Al-Arakib watched as Land Administration bulldozers demolished their houses, Israeli press reports said.
Minor scuffles erupted as the villagers and around 150 rights activists tried to stop the police from carrying out the demolitions, said Chaya Noach, head of the Negev Coexistence Forum, a group fighting to protect the rights of the Bedouin in the Negev.
“We were stunned to witness the violent force being used,” Al-Arakib spokesman Awad Abu-Farikh told Israeli newspaper Yediot Ahronot following the razing.
“This operation is the first step in the uprooting of many villages. We shall return to our villages, build our homes and not leave this place.”
The authorities say all the homes are illegal, built without permission.
The Bedouin say they have lived in the area since before the foundation of the state of Israel.
They resist efforts to re-settle them in towns and villages, saying it goes against their traditional way of life.
A Land Administration official, Shlomo Tziser, told Yediot Ahronot the officers were implementing a final court order for the evacuation of the area.
“Today we shall evacuate them and should they return we’ll do it again,” he said.
EINDE BERICHT
”The 130-page report, “Off the Map: Land and Housing Rights Violations in Israel’s Unrecognized Bedouin Villages,” documents how discriminatory Israeli laws and practices force tens of thousands of Bedouin in the south of Israel to live in “unrecognized” shanty towns where they are under constant threat of seeing their homes demolished and their communities torn apart.”
HUMAN RIGHTS WATCH
ISRAEL: END SYSTEMATIC BIAS AGAINST
BEDOUIN
Stop Demolishing Homes, Remedy Discriminatory Land Allocation
Israel should declare an immediate moratorium on demolitions of Bedouin homes and create an independent commission to investigate pervasive land and housing discrimination against its Bedouin citizens in the Negev, Human Rights Watch said in a new report released today.
The 130-page report, “Off the Map: Land and Housing Rights Violations in Israel’s Unrecognized Bedouin Villages,” documents how discriminatory Israeli laws and practices force tens of thousands of Bedouin in the south of Israel to live in “unrecognized” shanty towns where they are under constant threat of seeing their homes demolished and their communities torn apart.
Human Rights Watch based its findings on interviews conducted in 13 unrecognized Bedouin villages and three government-planned Bedouin townships in the Negev. It interviewed dozens of Bedouin residents, as well as activists, community organizations, nongovernmental organizations (NGOs), academics, and lawyers in Israel. Human Rights Watch submitted a detailed letter to the government in 2007 with preliminary findings and questions, and incorporated relevant information from the Ministry of Justice’s response into the report.
“Israeli policies have put the Bedouin in a lose-lose situation,” said Joe Stork, Middle East director at Human Rights Watch. “The state has forced them off the land they claimed as their own and into illegal shanty towns, cut off from basic necessities like water and electricity.”
Israel has demolished thousands of Negev Bedouin homes since the 1970s, and hundreds in 2007 alone. Authorities say that 45,000 existing Bedouin homes in approximately 39 “unrecognized” villages were built illegally and thus potential targets for demolition. Israeli officials contend that they are simply enforcing zoning and building codes. But Human Rights Watch found that officials systematically demolish Bedouin homes while often overlooking or retroactively legalizing unlawful construction by Jewish citizens.
While the Bedouin suffer an acute need for adequate housing and for new (or recognized) residential communities, the state instead is developing new homes and communities for Jewish citizens even though some of the more than 100 existing Jewish communities in the Negev sit half-empty. In theory, any citizen can apply to live in these Negev communities, but in practice selection committees screen applicants and accept people based on undefined notions of “suitability” that systematically exclude Bedouin.
“Israel is willing and able to build new Negev towns for Jewish Israelis seeking a rural way of life, but not for the people who have lived and worked this land for generations,” Stork said. “This is grossly unfair.”
Israeli officials insist that Bedouin can relocate to seven existing government-planned townships or a handful of newly recognized villages. Human Rights Watch found that the government-planned townships constitute seven of the eight poorest communities in Israel and are ill-equipped to handle any influx of residents. Most Bedouin reject the idea of relocating to the townships, with their deplorable infrastructure, high crime rates, scarce job opportunities, and insufficient land for traditional livelihoods such as herding and grazing. In addition, the state requires Bedouin who move to the townships to renounce their ancestral land claims – unthinkable for most Bedouin who have claims to land passed down from parent to child over generations.
The state controls 93 percent of the land in Israel, and a government agency, the Israel Land Administration (ILA), manages and allocates this land. No Israeli law requires the ILA to ensure fair and just distribution of land. Almost half its governing body are members of the Jewish National Fund, which has an explicit mandate to develop land for Jewish use only. Today, the Bedouin community comprises 25 percent of the population of the northern Negev, but controls less than 2 percent of the land there.
Authorities have allocated large tracts of land and public funds for family ranches or farms. The state connects these farms to national electric and water grids despite the fact that some lack proper planning permits and retroactively legalizes them rather than demolish them.
“The hypocrisy in the policy towards these large individual farms is not lost on the Bedouin,” said Stork. “The state’s claims that the Bedouin villages are too dispersed to receive state utilities don’t seem to matter when it comes to the farms.”
In October 2007, the Ministry of Housing appointed a commission headed by former state comptroller and retired Supreme Court Justice Eliezer Goldberg to examine the land-ownership dispute between the state and the Bedouin community in the Negev. The eight-member Goldberg Commission, which does not include a representative from the unrecognized Bedouin villages, began work in January 2008, proposing to publish its findings and recommendations within six months.
Human Rights Watch urged the commission to base its recommendations on Israel’s international human rights obligations prohibiting discrimination and guaranteeing rights to adequate and secure housing, and protection from forced evictions.
“One recommendation should be for a special commission that can conduct an impartial and comprehensive examination of the problem of the unrecognized villages,” Stork said. “Because the state itself is responsible for this systematic discrimination and denial of basic rights, an independent investigative body is needed.”
Many Bedouin told Human Rights Watch about the devastating impact of home demolitions on their families. The authorities typically demolished the homes without specific advanced warning, often leaving families with nothing more than a tent for shelter.
Testimonies
Sarah Kishkher of Um Mitnan told Human Rights Watch what this meant. “Everything used to be so clean and neat. We could keep the home organized – we had cupboards to fold the children’s clothes and keep them in. We could bathe the children whenever we wanted. Everything [in a tent] is in this sandy dirt. We can’t keep food for the baby in a fridge. We have lost everything.”
Some Bedouin have seen their homes destroyed more than once. Fatima al-Ghanami, a 60-year-old widow in Um Mitnan, suffers from diabetes. Officials demolished her home several years ago. Shortly after she rebuilt, she received another demolition warning order. “When I got the demolition order for the old house, I was sure they would never come. Now I know better. I know they’ll come and do it. … They might come tomorrow, they might come anytime. If they demolish this place, I have nowhere to go and no money left. I have no idea what I’ll do.”
Background
Some Bedouin villages pre-date the creation of the state of Israel in 1948, while others sprang up after Israel forcibly displaced the Bedouin from ancestral lands in the early days of the state. Israel passed laws in the 1950s and 1960s enabling the government to lay claim to large areas of the Negev where the Bedouin had formerly owned or used the land. Planning authorities ignored the existence of Bedouin villages when they created Israel’s first master plan in the late 1960s, embedding discrimination in policies that continue today, some 40 years later.
According to the United Nations committee responsible for interpreting the International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights, which Israel ratified in 1991, governments can carry out forced evictions only in “the most exceptional circumstances,” and in accordance with international law. Even in exceptional circumstances, human rights principles require that the government must consult with the affected individuals or communities, identify a clear public interest requiring the eviction, ensure that those affected have a meaningful opportunity to challenge the eviction, and provide appropriate compensation and adequate alternative land and housing arrangements.
In almost all cases, Human Rights Watch found that the state met none of these criteria.
In the unrecognized villages of Um al-Hieran and Atir, near the Yatir forest, the state filed lawsuits to evacuate and expel the approximately 1,500 residents in April 2004. In September 2006, the state obtained approximately 40 judicial demolition orders against almost all the houses in Um al-Hieran, and in June 2007 the ILA demolished 25 of those homes. Um al-Hieran dates from 1956, when the government moved the residents from their land in the western Negev, around today’s Kibbutz Shoval. Now the government wants the land of Um al-Hieran to construct a larger Jewish settlement, Hiran. The government never informed Um al-Hieran’s residents of its plans or invited them to be a part of the new community before attempting to displace them forcibly again.
After planning officials distributed demolition warnings or orders on all the homes in the village of al-Sira in September 2006, village residents approached the authorities but found there were no alternatives envisaged for the community. Resident Khalil al-Amour told Human Rights Watch: “They always say ‘maybe’. Maybe you’ll get a neighborhood when [the township of] Rahat expands; maybe you can go to the [newly planned] township of Marit which does not even exist yet. We are invisible people to them, so perhaps we can live in invisible houses.” All the homes in the village now have demolition orders.
The Human Rights Watch report discusses examples of countries where governments have attempted to address indigenous land claims and provide redress where there have been historical injustices. New Zealand, Canada, and Australia, for instance, have established national processes, ranging from commissions to tribunals, and in some cases these have resulted in returning land which was owned or traditionally used by indigenous populations to their control.EINDE BERICHT
[21]
CIVIS MUNDI
ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.
MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT
ASTRID ESSED
”Yes, Palestinians living in Gaza and East Jerusalem are fully entitled to respect of the rights they have under international human rights law, and the protections due to them as residents of occupied territory.”
”Despite dismantling its military government in the Gaza Strip and withdrawing its settler population from there in 2005, Israel continues to exercise significant control over the 2 million Palestinians living in Gaza and therefore continues to have obligations toward them under the law of occupation and must respect their rights.”Israel also has obligations under the law of occupation to Palestinians in East Jerusalem and must respect their rights and freedoms, despite its annexation of the territory in 1967 in a unilateral move that was not recognized by the international community and does not alter its status as occupied under international law.
HUMAN RIGHTS WATCH
4.ARE THE REPORT RECOMMENDATIONS APPLICABLE TO THE GAZA STRIP AND EAST JERUSALEM?
Yes, Palestinians living in Gaza and East Jerusalem are fully entitled to respect of the rights they have under international human rights law, and the protections due to them as residents of occupied territory.
Despite dismantling its military government in the Gaza Strip and withdrawing its settler population from there in 2005, Israel continues to exercise significant control over the 2 million Palestinians living in Gaza and therefore continues to have obligations toward them under the law of occupation and must respect their rights.
Israel also has obligations under the law of occupation to Palestinians in East Jerusalem and must respect their rights and freedoms, despite its annexation of the territory in 1967 in a unilateral move that was not recognized by the international community and does not alter its status as occupied under international law.
EINDE BERICHT
ORIGINELE BRON
HUMAN RIGHTS WATCH
Q & A: BORN WITHOUT CIVIL RIGHTS
ISRAEL’S USE OF DRACONIAN MILITARY ORDERS TO REPRESS PALESTINIANS IN
Relations between the Parties, as well as all the provisions of the Agreement itself, shall be based on respect for human rights and democratic principles, which guides their internal and international policy and constitutes an essential element of this Agreement.
EURO MEDITERRANEAN AGREEMENT
establishing an association between the European Communities and their Member States, of the one part, and the State of Israel, of the other part
[24]
ARTIKEL 90, NEDERLANDSE GRONDWET
De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.
ISRAELISCHE BOMBARDEMENTEN OP GAZA IN MEI 2021/TERREUR IN OOST-JERUZALEM EN DE WESTBANK/BRIEF AAN TWEEDE KAMERLEDEN/STOP ISRAELISCHE TERREUR!/STOP DE BEZETTING!
MISDADEN VAN DE ISRAELISCHE BEZETTINGVERWOESTING VAN GAZA
BEZETTINGSTERREUR foto Oda Hulsen Hebron 2 mei 2017/Verwijst naar foto van een Palestijnse jongen, die tegen de muur wordt gezet doorIsraelische soldaten, die hem toeriepen ”Where is your knife!”/Later vrijgelaten
NB Het is dus NIET de foto van een Palestijnse jongen, die bij de kraag wordt gegrepen
Naar aanleiding van de beestachtige Israelische aanval op Gaza [ik weet nog niet wat voor naam ze aan deze duivelse militaire operatie hebben gegeven]heb ik de Tweede Kamerleden van alle politieke partijen aangeschreven, behalvede [fascistische, PVV/Forum voor Democratie] en pro Israel partijen, de PVV, Forum voor Democratie en de SGP [Staatkundig Gereformeerde Partij] ZIE MIJN BRIEF, LEZERS!
BRIEF!
AAN DE LEDEN VAN DE TWEEDE KAMER Geachte dames en heren,
[Vooraf:Mocht u in tijdnood zijn, lees dan alleen het stukje onderin:OPROEP/EIS AAN U] Onderwerp:De voortdurende Israelische agressie tegen het Palestijnse volk Geachte dames en heren, [Een mail van gelijke strekking is tevens verzonden aan al uw Tweede Kamer collegae,met als uitzondering de fracties van de PVV, SGP en Forum voor Democratie]
De walrus sprak:De tijd is daar Om over allerlei te praten”Een schoen, een schip, een kandelaar,Of koningen ook liegenEn of de zee soms koken kanEn een biggetje kan vliegen. Uit het Engels vertaald uit:
THE WALRUS AND THE CARPENTERLEWIS CARROLL: ALICE IN WONDERLAND
https://en.wikipedia.org/wiki/The_Walrus_and_the_Carpenter Zoals de Walrus sprak in het onvergetelijke ”Alice in Wonderland”[1] sprak ,zeg ik:”Het is tijd.”Het is hoog tijd om spijkers met koppen te slaan en als Tweede Kamer,binnen de mogelijkheden, die u daartoe heeft, ferm en fel op te tredentegen de systematische Israelische onderdrukking en terreur jegens debezette Palestijnse bevolking!En daarmee bedoel ik niet alleen ”het uiten van bezorgdheid”, maar ook echt het Israelische onrecht benoemen en ernaar handelen!Want zoals ik al schreef:Het is niet van vandaag.Het is structureel! En het Kwaad schuilt in de bezetting.Daarover zo meerNu eerst dit: AANLEIDING: Natuurlijk kent u de aanleiding tot de huidige Ellende:Dreigende [misschien is het nu zelfs al wel gebeurd] huisuitzettingvan Palestijnse families in het bezette Oost-Jeruzalem [2] om plaatste maken voor een stel Israelische kolonisten [3], ondanks het feit, dat datillegaal is, omdat nederzettingen in bezet gebied en dus de bewoningdoor kolonisten aldaar, in strijd is met het Internationaal Recht. [4]Terecht verzetten de Palestijnen zich daartegen, de Israelische politie reageerde met grof geweld tegen de demonstranten en ook extreem-rechtse kolonisten vielen Palestijnse demonstranten aan [5], waarbij doorde Israelische politie zelfs de Al Aqsa Moskee werd bestormd! [6] ESCALATIE Zoals wel kon worden verwacht, escaleerde het geweld:Door Israelische bombardementen op Gaza vielen tientallen doden, waarbij onder andere een huis van een Hamas leider is getargeted en een gebouw is aangevallen, waarin internationale media waren gevestigd. [7]Om nog exacter te zijn over het aantal en u [hoewel u dat al dient te weten], een indruk te geven:Op het moment van schrijven zijn er volgens berichtgeving uit de mediaStuk voor stuk oorlogsmisdaden, omdat voornamelijk burgers en burgerdoelen zijn getarget en geraakt!Lees het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht er maar op na. [8]De media melden 197 Palestijnse doden en meer dan duizend gewonden. [9]Ook zijn er tenminste twee Israelische vrouwen zijn gedood door raketten,die uit Gaza zijn afgevuurd. [10]Later hebben de Israelische autoriteiten melding gemaakt van 10 Israelische slachtoffers, [zie media] [11]Uiteraard even onacceptabel, omdat het om burgers gaat.Zie ook verklaring Amnesty International [12]Amnesty International heeft trouwens-en dat moet u bekend zijn, anders weet u het nu-in niet mis te verstane termen het Israelische geweld in bezet Oost-Jeruzalem veroordeeld. [13]Verder melden de media, dat zo’n 42 duizend Palestijnen op de vlucht zijn geslagen vanwege Israelische bombardementen! [14]Dat is niet niks, waarde Kamerleden.Dat is een humanitaire ramp! ISRAELISCHE AANVALLEN NIET NIEUW Waarom ik het ook zo belangrijk vind, dat u ingrijpt, is omdat deze Israelische aanvallen op Gaza en de keiharde onderdrukking van de Palestijnen in bezet Oost-Jeruzalem en de bezette Westbank bepaald niet nieuw zijn, zoals u hoort te weten:Neem alleen al de militaire aanval ”Protective Edge” uit 2014:In die specifieke Israelische militaire aanval op Gaza, heeft Israel zich schuldig gemaakt aan zware oorlogsmisdaden:In de aanval op Gaza in 2014 , zijn in twee maanden tijd meer dan 1400 Palestijnen gedood [voornamelijk burgers] [15] waaronder 526 kinderen [16], een VN school werd gebombardeerd [17], een ziekenhuis werd beschoten [18], moet ik doorgaan?Ik denk, dat dit wel een Beeld geeft.
ROOTS OF THE EVIL:BEZETTING EN ONDERDRUKKING Maar hoe bizar het ook klinkt, deze herhaalde Israelische terreur enoorlogsmisdaden zijn niet de wortel.Hoe gruwelijk ook, zij zijn de Kippendoder niet. Wat natuurlijk de bron van alle Kwaad is, is die nu al vanaf 1967 [reken zelf maar uit, hoe lang] durende Israelische bezetting is, die gebaard heeft:OnderdrukkingOorlogsmisdadenDe uithongeringsblokkade van Gaza [19] en misdaden tegen de menselijkheid, zoals de etnische zuiveringen van de Bedoeienen. [20]Landddiefstal en terreur, middels die illegale nederzettingenEn zo meer Zolang die bezetting doorgaat, zullen bestialiteiten als militaire aanvallen, die keer op keer mensenlevens als tol eisen, doorgaanLees meer onder noot 21U hoort het trouwens te weten OPROEP/EIS AAN U Ik heb u een uitgebreid overzicht gegeven van aan u reeds bekende en/of onbekende feiten.Maar wat u in ieder geval weet is de zoveelste tragedie, die zich hier en nuover het Palestijnse volk voltrekt.En daarom wordt het meer dan hoog tijd, dat u handelend optreedt enzich voor de volgende zaken inzet: Een onmiddellijk einde aan alle militaire agressie tegen bezet Gaza [22], de Palestijnse bewoners in bezet Oost-Jeruzalem en de bezette Westbank.Eisen, dat de Nederlandse regering Israel, zelfstandig of in EU verband,oproept om zich per direct uit de Bezette Palestijnse gebieden terug te trekken.Dat Israel stopt met uitbreiding van de nederzettingen en de reeds bestaande nederzettingen ontmantelt.Dat Israel per direct de Gaza Blokkade opheft. Ik verwacht geen moment, dat Israel daaraan gehoor geeft, daarom moet u, als parlement, aandringen op drukmiddelen, zoals het opschorten, danwel opzeggen van het EU Associatie Verdrag met Israel, dat immers eenmensenrechtenclausule heeft. [23]En zo zijn er meer drukmiddelen, nationaal en internationaal, die u kuntaanwenden.Van u als parlementsleden, die trouw hebben gezworen aan de Grondwet[of dat hebben beloofd], verwacht ik, dat u artikel 90 [de regering bevordert de Internationale Rechtsorde] [24] respecteert en uitvoert.
Nu zijn er fracties en partijen [dit is een algemene brief, zoals u begrepen hebt], die zich WEL consequent hebben ingezet voor de mensenrechten en het Internationaal Recht in dezen.Dat is mooi:Maar ook die roep ik op, zich nogmaals in te zetten voor bovenstaande doelen. U mag niet toestaan, dat welk land dan ook zo grof de mensenrechtenmet voeten treedt.Doe uw best! Vriendelijke groeten Astrid EssedAmsterdam
Huisuitzettingen Vrijdagavond escaleerde opnieuw het geweld tussen Israëlische politie en Palestijnse demonstranten in Jeruzalem, vooral vanwege de dreigende huisuitzettingen van Palestijnse families in Oost-Jeruzalem.
Flits. Knal. Rennende en struikelende mensen, loeiende sirenes. Het is weer raak in Jeruzalem. Bij confrontaties tussen Palestijnen en de Israëlische politie bij de Al-Aqsamoskee in de oude stad en in de nabijgelegen wijk Sjeikh Jarrah zijn vrijdagavond zeker 205 Palestijnen en 17 Israëlische politieagenten gewond geraakt. De politie zette onder meer traangas, lawaaigranaten en rubberkogels in. Volgens de politie gooiden Palestijnse demonstranten met stenen en vuurwerk.
In de islamitische vastenmaand ramadan is het vaker onrustig in Jeruzalem, maar dit keer volgt escalatie op escalatie. Het begon met de afsluiting van de trappen naar de Damascuspoort, de belangrijkste ingang naar de oude stad. Die dienen in de ramadan als centraal plein voor de tienduizenden Palestijnen die naar de Al-Aqsamoskee komen om te bidden. Na protesten en geweld stelden de Israëlische autoriteiten de trappen weer open. Ook kwam de politie hardhandig tussenbeide toen ultrarechtse activisten een mars naar de oude stad organiseerden waarbij ze „dood aan de Arabieren” riepen en Palestijnen op straat aanvielen. De directe aanleiding voor de mars was een filmpje op sociale media van een Palestijnse jongen die een Joodse leeftijdgenoot een klap gaf.
Centraal in de recente onrust staat de dreigende huisuitzetting van vier Palestijnse families in de wijk Sjeikh Jarrah, vlakbij de oude binnenstad. Veertien families dreigen hun huizen te worden uitgezet, waarvan vier acuut. Jordanië, dat destijds het oostelijke deel van Jeruzalem beheerste, bouwde de huizen in 1956 samen met VN-organisatie UNRWA voor Palestijnse vluchtelingen. De inwoners van de wijk protesteren elke avond tegen de uitzettingen, daarbij gesteund door Joodse en Palestijnse activisten. Politieoptreden leidde de afgelopen week tot gewonden en arrestaties.
Stinkwater
Je weet dat je in de richting van Sjeikh Jarrah loopt dankzij de penetrante geur die hier al dagen hangt. De politie gebruikt stinkwater, een chemisch goedje dat niet uit kleren en huizen te krijgen is, tegen demonstranten.
Abed Fattah Eskafi (71) woont met dertien kinderen en kleinkinderen in het huis dat zijn familie destijds kreeg toegewezen, nadat ze in 1948 uit een wijk in West-Jeruzalem waren verdreven. Eskafi en zijn buren zijn al decennia in rechtszaken verwikkeld om hun huis te behouden. Sinds Israël in 1967 het oostelijke gedeelte van Jeruzalem heroverde en vervolgens annexeerde, eisen nationalistische Joodse organisaties de grond op omdat die vóór 1948 in bezit was van Joden. Volgens de Israëlische wet mogen Joodse Israëliërs die in de oorlog met de Arabische buurlanden zijn verdreven, hun bezit opeisen. Dat geldt echter niet voor de vele Palestijnen die hun grond en bezit kwijtraakten, zoals de Eskafi’s.
Ook hier wakkeren rechtse groeperingen het vuur met graagte aan. Donderdag zette een ultrarechts Knessetlid zijn tent op recht tegenover de nu bedreigde huizen, bij een huis waar al in 2009 Joodse bewoners in de plaats kwamen van Palestijnen. Het mondde uit in over en weer gesmijt met stoelen en stenen.
Vrijdag hebben zich tientallen Joodse activisten in hetzelfde huis verzameld. Zodra de schemering invalt, komen ze de straat op om luidkeels te bidden en zingen voor de sjabbat. Aan de overkant zitten de Palestijnse bewoners aan grote tafels voor de iftar, het breken van de vasten, dat eveneens met zonsondergang begint. Beide groepen proberen elkaar te overstemmen. Ertussen staan agenten van de Israëlische grenspolitie.
Volgens de VN-mensenrechtenraad zou uitzetting van de Palestijnse bewoners neerkomen op gedwongen verplaatsing, volgens mensenrechtenverdragen verboden. De Amerikaanse regering sprak vrijdag haar bezorgdheid uit over het escalerende geweld en ook over de dreigende uitzettingen in Sjeikh Jarrah.
‘Onroerendgoedkwestie’
De Palestijnse bewoners en hun medestanders zien de huisuitzettingen als deel van een grotere beweging om zoveel mogelijk Joodse Israëliërs te vestigen in Oost-Jeruzalem, dat de Palestijnen zien als de hoofdstad van een toekomstige Palestijnse staat. Israël beschouwt heel Jeruzalem als Israëls ondeelbare hoofdstad.
Palestijnse huizen in Oost-Jeruzalem worden met regelmaat gesloopt en in Palestijnse wijken betrekken steeds meer Joodse families Palestijnse huizen. „Ze willen geen Arabieren hier”, zegt Eskafi. „Ze verdrijven ons van hier, dan vanuit de volgende wijk, en ten slotte uit Al-Aqsa.” Israël ontkent dat. Het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken stelde vrijdag dat de Palestijnen „een onroerend-goedkwestie tussen private partijen presenteren als een nationalistische kwestie, om geweld op te roepen.”
Veiligheidsdiensten en bewoners houden hun hart vast voor de komende dagen. Ook deze zaterdag zijn demonstraties aangekondigd in Israël en de Palestijnse gebieden. Volgens de militante beweging Hamas speelt de Israëlische premier Netanyahu „met vuur”.
Zondagavond en maandag is het Jeruzalemdag. Ultranationalistische Joden vieren dan dat de stad in 1967 werd ‘verenigd’ met een mars door de oude stad, waarbij ze nationalistische en anti-Arabische slogans roepen. De Israëlische politie adviseert Palestijnse winkeliers doorgaans hun zaak gesloten te houden om vernielingen te voorkomen, maar dit jaar valt het samen met één van de belangrijkste en drukste avonden van de ramadan.
Maandag bepaalt het Hooggerechtshof bovendien of de bewoners van Sjeikh Jarrah nog in beroep mogen tegen hun uitzetting.
EINDE NRC ARTIKEL[3]
”De belangrijkste aanleiding tot de onlusten ligt in de wijk Sheikh Jarrah, even ten noorden van de Oude Stad, waar vier Palestijnse families acuut op straat dreigen te worden gezet ten gunste van Israëlische kolonisten” THE RIGHTS FORUMESCALATIE IN OOST-JERUZALEM HOUDT GROTE RISICO’SIN10 MEI 2021
De verdrijving van Palestijnse inwoners, het permanente Israëlisch geweld en andere factoren hebben in Oost-Jeruzalem geleid tot een explosieve situatie, die zich inmiddels tot ver buiten de stad uitstrekt. Decennia van kolonisering hebben een rampzalige situatie opgeleverd.
De afgelopen dagen is in Oost-Jeruzalem de spanning geëscaleerd die zich afgelopen weken heeft opgebouwd tussen de Israëlische autoriteiten, politie, groepen rechtse nationalisten en kolonisten enerzijds, en de lokale Palestijnse bevolking anderzijds. Vrijdag-, zaterdag- en zondagavond, en ook al daarvoor, vonden harde botsingen plaats in de wijk Sheikh Jarrah, bij de Damascuspoort en in andere delen van de Oude Stad.
Op media zoals Middle East Eye, dat eigen verslaggevers ter plaatse heeft, is een aaneenschakeling te zien van video’s waarin zwaar bewapende Israëlische troepen grof geweld gebruiken tegen Palestijnen, die vanwege het einde van de vastenmaand Ramadan juist massaal bijeenkomen. Vrijdag bestormden Israëlische troepen zelfs de voor moslims heilige Al-Aqsa-moskee. Aan Palestijnse zijde werden circa 290 gewonden gemeld, van wie er ruim honderd in ziekenhuizen moesten worden opgenomen. Ook 18 Israëlische politieagenten raakten gewond. Die aantallen liepen zondagavond verder op.
Sheikh Jarrah
De belangrijkste aanleiding tot de onlusten ligt in de wijk Sheikh Jarrah, even ten noorden van de Oude Stad, waar vier Palestijnse families acuut op straat dreigen te worden gezet ten gunste van Israëlische kolonisten. In de wijk wacht in totaal 78 families dit lot. Simultaan vindt hetzelfde proces van huisuitzettingen plaats in andere wijken van Oost-Jeruzalem, waaronder Silwan. In een eerder artikel beschreven wij een aantal concrete voorbeelden, onder meer in Sheikh Jarrah.
De Palestijnse families in Sheikh Jarrah maken deel uit van (nazaten van) de circa 750 duizend Palestijnen die in 1947-48 door Joodse milities op de vlucht werden gejaagd of verdreven uit hun woonplaatsen binnen het huidige Israël. Nadat Israël hen het recht van terugkeer naar hun woonplaatsen en bezittingen ontzegde, werden 28 families in 1956 gehuisvest in het onder Jordaans gezag staande Palestijnse Oost-Jeruzalem, waar de VN-organisatie UNRWA de bouw van woningen faciliteerde op door Jordanië beschikbaar gesteld land. Het is deze, sindsdien toegenomen, gemeenschap die nu in Sheikh Jarrah uit haar huizen dreigt te worden gezet.
Joodse meerderheid
Cruciaal hierin was de bezetting van Oost-Jeruzalem, samen met de Westoever en Gaza, door Israël in 1967. Die vormde het startschot van de Israëlische politiek om in Oost-Jeruzalem een ‘Joodse meerderheid’ tot stand te brengen. Sindsdien wordt het stadsdeel agressief gekoloniseerd. Israël heeft intussen ruim 225 duizend burgers naar Oost-Jeruzalem overgebracht (cijfers 2019).
Daarnaast worden Palestijnse inwoners door Israël op alle denkbare manieren de stad uitgedreven: door het intrekken van vergunningen, landconfiscatie, huisuitzettingen, afbraak van woningen, en de aanleg van parken en archeologische zones op Palestijns land of tussen Palestijnse gemeenschappen, die zich daardoor niet kunnen uitbreiden. Per 2017 was ruim 14 duizend Palestijnen het inwonerschap van Oost-Jeruzalem ontnomen, en waren ruim tweeduizend Palestijnse woningen gesloopt. Het huidige aantal Palestijnse inwoners van Oost-Jeruzalem bedraagt circa 350 duizend.
De huisuitzettingen in Sheikh Jarrah, Silwan en andere wijken passen in deze praktijk van etnische zuivering, die tot doel heeft het Palestijnse deel van de bevolking van Jeruzalem te vervangen door Joods-Israëlische kolonisten. Daarover wordt niet geheimzinnig gedaan: in een video legt een woordvoerder van de Israëlische kolonisten in Sheikh Jarrah uit hoe dat proces in zijn werk gaat, en erkent hij volmondig dat dit neerkomt op verdrijving van de Palestijnen. Een andere video toont een kolonist die het stelen van een Palestijns huis legitimeert met de opmerking dat anders een ander dat wel zal doen.
Israëlisch ‘recht’
Daartoe wordt gebruik gemaakt van Israëlische wetgeving, die buiten de eigen grenzen wordt toegepast op bezet Palestijns gebied. Zaterdag werd Israël door de Hoge VN-Commissaris voor de Mensenrechten gewezen op de ondeugdelijkheid van die constructie, en gewaarschuwd dat op Oost-Jeruzalem het internationaal recht van toepassing is, waarbinnen de Israëlische kolonisering als mogelijke oorlogsmisdaad geldt, en acties als huisuitzettingen strikt verboden zijn. Als bezettingsmacht is Israël verantwoordelijk voor het welzijn van de lokale bevolking.
De door Israël gebruikte wetgeving is een amendement op de zogenoemde Absentee Property Law, waarmee Israël in 1950 al het land en de bezittingen confisqueerde van de ‘absente’ Palestijnse eigenaren – de 750 duizend verdreven en gevluchte Palestijnen die tegelijkertijd het recht van terugkeer werd onthouden. Dit nadat de bezittingen van 600 duizend Palestijnen al in 1948 in een nationale plundertocht door Joden geroofd waren, zoals verleden jaar na Israëlisch onderzoek kwam vast te staan.
Nadat Israël in 1967 Oost-Jeruzalem en de overige Palestijnse gebieden bezette, werd de Israëlische wet in 1970 uitgebreid met een amendement dat (uitsluitend) Joden het recht geeft om in bezet Oost-Jeruzalem land en onroerend goed op te eisen dat voor 1948 Joods bezit was. De wet wordt vervolgens afgedwongen door het Israëlische juridische systeem van toepassing te verklaren op bezet gebied, wat de Palestijnen kansloos maakt, zelfs al kunnen die hun eigendomsrecht aantonen.
Kapot geprocedeerd
Met toepassing van het amendement kende Israël het eigendom van het land waarop de bedreigde families in Sheikh Jarrah wonen in 1972 toe aan twee Joodse organisaties, die het in de jaren negentig doorverkochten aan de private kolonistenorganisatie Nahalat Shimon International, een in de VS geregistreerd bedrijf met onbekende geldschieters. Het bedrijf diende al in 2009 een plan in bij het Israëlische gemeentebestuur van Jeruzalem voor de vestiging van een nieuwe Joodse kolonie van tweehonderd woningen in Sheikh Jarrah, waarvoor tenminste vijfhonderd Palestijnen het veld dienen te ruimen.
De door de kolonisten van Nahalat Shimon gevolgde strategie loopt via de Israëlische rechter. De Palestijnse eigenaren worden jaren achtereen letterlijk kapot geprocedeerd, tot aan het Israëlische Hooggerechtshof toe. Dat gaf de vier bedreigde Palestijnse families op 2 mei jl. vier dagen de tijd om met de kolonisten tot een vergelijk te komen, wat door de Palestijnen rigoreus werd afgewezen. Daarop wees het hof vandaag aan voor een besluit, waarop het echter zondag terugkwam: de zaak is voorlopig uitgesteld.
Wereldwijde protesten
Reden voor het uitstel is dat de woede en frustratie onder de Palestijnen zich heeft verspreid over de Westoever, Gaza en steden binnen Israël zelf. In Haifa werd zondagavond massaal gedemonstreerd, waarbij door de politie geweld werd gebruikt en 18 arrestaties werden verricht. Ook in onder meer Nazareth en Ramallah werd gedemonstreerd.
Maar ook internationaal is de maat vol. Wereldwijd werden zondag protestacties gehouden, waaronder in Amsterdam, Londen, Berlijn en Chicago. Talloze landen, waaronder de VS en Israëls nieuwe Arabische vrienden Bahrein en de VAE, hebben Israël aangesproken op zijn politiek in Oost-Jeruzalem en de dreigende gevolgen. Deze maandag komt de VN-Veiligheidsraad bijeen op verzoek van onder meer Frankrijk, Ierland en Noorwegen.
Grote risico’s
Intussen neemt het risico op complete ontsporing toe. Juist deze maandag viert Israël ‘Jeruzalemdag’, ter ere van de ‘hereniging’ van West- en Oost-Jeruzalem in 1967. Het is gebruikelijk dat ‘s avonds een vlaggenparade plaatsvindt, waarbij duizenden nationalistische Israëli’s provocatief door het bezette Oost-Jeruzalem marcheren. Gezien de explosieve situatie, die bovendien samenvalt met het einde van de vastenmaand Ramadan, ligt een verbod van de parade voor de hand.
Van Israëlische politici en bestuurders valt zo’n verbod echter niet te verwachten, vervlochten als de meesten zijn met de kolonistenbeweging. Symbool van die cultuur is locoburgemeester Aryeh King van Jerusalem, die vrijdag aan de New York Times in alle openheid uitlegde dat de huisuitzettingen deel uitmaken van de strategie om ‘de vijand’ (de Palestijnen en andere niet-Joden) te vervangen door ‘Joden’.
De Israëlische regering heeft elke verantwoordelijkheid voor de huidige escalatie van de hand gewezen met de bizarre redenering dat rond de huisuitzettingen sprake is van een ‘privaat geschil’, dat door de Palestijnen wordt gebruikt om herrie te schoppen. Zondag paaide premier Netanyahu zijn rechtse bondgenoten met de belofte dat Israël zal doorgaan met het koloniseren van Oost-Jeruzalem.
‘Pogrom’ als voorproefje
Diezelfde houding leidde minder dan drie weken geleden tot een voorproefje van wat de Palestijnen vanavond mogelijk te wachten staat, toen de ultra rechts-nationalistische organisatie Lehava toestemming kreeg voor een massale demonstratie in Oost-Jeruzalem onder het motto ‘herstel van Joodse waardigheid’. Locoburgemeester King zette de toon met de oproep aan de politie om Palestijnse demonstranten die ‘s nachts op straat waren dood te schieten.
Aldus zette zich op 22 april een horde aan extremistische Israëli’s in beweging onder uitroepen als ‘Dood aan de Arabieren’ en ‘We branden je dorp af’. Ondanks pogingen van de Israëlische politie om hen tegen te houden, werden op talloze plaatsen Palestijnen aangevallen, huizen binnengedrongen, en keerde ook de politie zich met grof geweld tegen de Palestijnen. Gevolg: 105 gewonde Palestijnen, van wie er 22 moesten worden opgenomen, en twee gewonde Israëli’s. Vijftig personen werden gearresteerd, de meesten Palestijn. Diverse media berichtten over de Lehava-actie als een ‘pogrom’.
In de avonden daaraan voorafgaand liepen groepen Israëlische Joden ook al door het stadscentrum, ‘Dood aan de Arabieren’ scanderend, en Palestijnse voorbijgangers bekogelend met stenen en traangas. Een getuige zag een groep van zestig Joden die ‘op zoek waren naar Arabieren’ en willekeurige Palestijnen aanvielen. Binnen de groep werd met trots verteld dat ‘ze acht Arabieren hebben gegrepen’ en er ‘één bijna hebben vermoord’.
In deze traditie zal deze maandag dus een Israëlische vlaggenparade plaatsvinden door de Oude Stad, waarbij ook een bezoek aan de Al-Haram al-Sharif (Tempelberg) op het programma staat – de locatie van de Al-Aqsa-moskee, waar tienduizenden Palestijnen deze week de rituelen rond het einde van de Ramadan volbrengen. Vijf dagen later gedenken de Palestijnen de Nakba, de ‘Catastrofe’ waarbij in 1947-48 circa 750 duizend Palestijnen werden verdreven. Voor veel Palestijnen in Oost-Jeruzalem, waaronder in Sheikh Jarrah, gebeurt dat in het vooruitzicht van een nieuwe verdrijving. In alle opzichten reden om het ergste te vrezen. EINDE BERICHT EINDE BERICHT
[4]
ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN
”The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.”
”It is unlawful under the Fourth Geneva Convention for an occupying power to transfer parts of its own population into the territory it occupies. This means that international humanitarian law prohibits the establishment of settlements, as these are a form of population transfer into occupied territory”
WHAT DOES THE LAW SAY ABOUT THE ESTABLISHMENT OF SETTLEMENTS
05-10-2010 FAQ
When a territory is placed under the authority of a hostile army, the rules of international humanitarian law dealing with occupation apply. Occupation confers certain rights and obligations on the occupying power.
Prohibited actions include forcibly transferring protected persons from the occupied territories to the territory of the occupying power. It is unlawful under the Fourth Geneva Convention for an occupying power to transfer parts of its own population into the territory it occupies. This means that international humanitarian law prohibits the establishment of settlements, as these are a form of population transfer into occupied territory. Any measure designed to expand or consolidate settlements is also illegal. Confiscation of land to build or expand settlements is similarly prohibited.
ILLEGALITEIT NEDERZETTINGEN VOLGENS ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”
Targeted by Israeli security forces, the symbolic mosque was at the centre of much of Jerusalem’s long weekend of violence
Al-Aqsa Mosque, one of the three holiest sites in Islam, has long been an emblem of Palestinian resistance to Israeli occupation.
Al-Haram al-Sharif (the Noble Sanctuary), the complex in Jerusalem’s Old City that houses the mosque – which includes the Dome of the Rock and other Islamic shrines – is arguably the most significant symbol of Palestinian sovereignty.
Jerusalem has been on edge for weeks over Israel’s restrictions on Palestinian access to parts of the Old City during the Muslim holy month of Ramadan, and Israeli authorities’ attempted eviction of several Palestinian families in the Sheikh Jarrah neighbourhood to make way for Israeli settlers.
Al-Aqsa found itself at the centre of a long weekend of violence from Friday, that left hundreds of people injured and led to a series of deadly rocket exchanges between the Israel military and Hamas in Gaza.
By Tuesday night, Israeli security forces had raided the holy site four times in five days.
This is how the prayer, protest and violence at al-Aqsa unfolded.
In total, more than 70,000 congregated to take part in the final Friday prayers of the holy month, according to Sheikh Azzam al-Khatib, head of the Waqf Islamic affairs council.
Tensions between Israelis and Palestinians had reached boiling point in recent days, as events in Sheikh Jarrah continued to unfold. While Palestinians in the neighbourhood were resisting eviction orders that would force 40 Palestinians, including 10 children, out of their homes, supporters inside Israel, East Jerusalem and the occupied West Bank organised protests in solidarity with them and others facing imminent eviction.
After Friday prayers, Palestinians at the mosque began their own demonstration, raising both Palestinian and Hamas flags.
Israeli police had deployed large numbers of officers to the city of Jerusalem, especially in the Old City, and closed off the surrounding streets that led to the mosque. Those who came to take part in the prayers were met with iron barriers and forced to go through identity checks.
Israeli police violently dispersed the protesters around Jerusalem throughout the day, forcing many to retreat to the mosque and hide within the confines of the shrines inside the complex.
Later that evening, Israeli forces used tear gas, stun grenades and rubber-coated steel bullets to disperse worshippers at the mosque. Hundreds were injured and hospitalised, according to the Palestinian Red Crescent.
The Red Crescent said that many of the injuries reported were to the head and eyes. Israeli police said six officers were injured as tensions intensified throughout the night.
Videos showed worshippers trying to ignore the tear gas canisters exploding around them as they prayed. Some appeared to be struck directly, others were engulfed in smoke. All fled the armed Israeli security forces flooding the complex. The man who remained longest appeared to be hit by one of the men in uniform.
Palestinian civil society called for a day of anger on Saturday in response to the crackdown.
Saturday 8 May
Friday’s violence prompted protests by Palestinian citizens of Israel in towns throughout the country, including Jaffa and Nazareth, in a show of anger against the Sheikh Jarrah evictions and the storming of al-Aqsa.
Israeli forces carried out arrests and raids throughout occupied East Jerusalem and built up their presence in the city on Saturday. This created a tense atmosphere ahead of the 27th night of Ramadan, one of the month’s holiest nights, which typically draws large crowds of worshippers to al-Aqsa, completely filling its courtyards.
Israeli Police Commissioner Yaakov Shabtai said that the force was sending extra officers to Jerusalem in anticipation of more protests on Saturday night.
Despite the febrile atmosphere in the city, some 90,000 Palestinian worshippers flocked to al-Aqsa for prayers.
Many travelled long distances from the occupied West Bank or from Palestinian-majority towns inside Israel, but Israeli forces reportedly blocked buses bringing them to Jerusalem, forcing them to walk along highways. Some Palestinians in the city drove down to ferry the stranded worshippers to Al-Aqsa.
Mohammed Atiq, from the West Bank town of Jenin, said Friday’s raids on al-Aqsa did not deter him from making the journey.
“They began attempts to clear out al-Aqsa, attempts to ruin the night of worship,” he told Middle East Eye. “But the will of the worshippers is stronger than bullets.”
Suad Abu Eraim, from the town of Yatta in the southern West Bank, said she spent hours waiting at Israeli checkpoints before finally reaching Jerusalem.
“This is al-Aqsa mosque, this mosque is ours, we must stay tied to it,” she told MEE. “We must be present here, young or old, from every place.”
Though the prayers were conducted safely, Israeli forces quickly began cracking down on Palestinians trickling out of the Old City after the service, arresting many and wounding at least 90, according to medics.
Rubber-coated metal bullets, tear gas and smoke grenades were fired at Palestinians at the Damascus Gate, which was adorned with lights to mark Ramadan. Women with bloody faces were seen being led away by medics. A short distance away, Israeli forces and settlers tore up a protest camp in Sheikh Jarrah.
Sunday 9 May
Jerusalem remained on edge on Sunday following another night of violence, as solidarity protests took place in cities worldwide, including Amman, Berlin, Chicago, London and Istanbul.
Staff and volunteers in al-Aqsa washed down the mosque’s courtyards the morning after Laylat al-Qadr, while hundreds of Palestinians rallied under the Dome of the Rock after the dawn Fajr prayer.
The passage between the Dome of the Rock and al-Qibli Mosque was packed with people clapping and chanting: “In spirit, in blood, we sacrifice for you al-Aqsa.”
There were some confrontations with Israeli forces at the nearby Chain Gate, which many of the protesters had exited through, still chanting. Palestinians threw rocks while Israeli forces lobbed stun grenades into the mosque complex.
Compared to other days, Sunday was relatively quiet. But fears were growing about an event planned on Monday as part of Jerusalem Day, which marks Israel’s capture and subsequent occupation of East Jerusalem during the 1967 war.
Thousands of Israelis, many from the religious far-right, planned to enter the al-Aqsa complex and chant anti-Palestinian slogans as part of the Flag March.
But Israeli security officials feared that the march would only add fuel to the fire after a week of confrontations in the city, and lobbied politicians to either postpone the event or limit the number of attendees and shorten the route.
Monday 10 May
Half an hour before the Flag March was scheduled to begin, organisers called it off. Hundreds of Israelis gathered nonetheless, the vast majority of whom were right-wing religious nationalists. The crowds made their way into the plaza after a march through parts of Jerusalem’s Old City, under the protection of Israeli police.
But the main development on Monday morning was Israeli security forces again raiding Al-Aqsa, firing multiple projectiles into the ancient building.
According to the Palestinian Red Crescent, 305 Palestinians were injured and 228 others hospitalised – some in a field hospital set up near al-Aqsa – including four in a critical condition.
Ehab Jallad, a historical researcher from Jerusalem, was in the mosque when Israeli forces stormed in and attacked worshippers. He recounted his experience to MEE.
“We prayed Fajr [dawn prayers] at around 4am and watched the settlers as they continued marching in, carrying with them stones and whatever materials they could to form a barrier. Israeli forces were positioned in strategic locations, targeting worshippers in the area.
“While young people were preparing for their seminar at 8am, Israeli police started targeting us with snipers using rubber bullets. Some of the young people reacted with stone-throwing,” he added.
“I was near the Qibli Mosque when the police started attacking us. They were positioned in rows, and were targeting us with tear gas. They were aiming to drag people to the north side, and from there to the gate to evacuate the mosque.”
It was terrible,” Jallad told MEE. “Within minutes, it felt like the sky was falling down on us. I wanted to try and escape the rubber-coated bullets, so I hid, in order to be out of sight.
During the raid, videos emerged of calls blasting out over al-Aqsa’s tannoy, appealing for help for Palestinians trapped inside al-Aqsa’s al-Qibli Mosque. Footage from inside the Qibli mosque also showed vast plumes of tear gas.
A spokesperson for the Jerusalem emergency medical services said Israel was denying medics access to the mosque and had even confiscated some carts used to evacuate the wounded. Israelis also reportedly seized the mosque’s audio control room at one point, hampering the Palestinians’ ability to safely coordinate.
Speaking to Middle East Eye in Jerusalem, Palestinian activist Hanady Halawani said many had been wounded on Monday, and journalists covering the raid had also been targeted by Israeli forces.
She added that Israeli police stormed al-Aqsa’s Qibli shrine, located in the southern part of the complex, as people were praying.
“We have reached a new point now, and it’s very dangerous. The occupation has crossed all the red lines and all the feelings of Muslims. Al-Aqsa, Ramadan, women: there are no lines which have not been crossed,” Halawani said.
The director of Jerusalem’s Endowments Department also told Al Jazeera Arabic that Israeli forces had confiscated the keys to all entrances to al-Aqsa complex.
At some point during the raid, some of the stained glass windows at al-Aqsa were smashed by Israeli security forces.
Following the morning’s violence, the mosque was littered with rocks and shards of glass, and the carpets were stained.
However, despite the violence and unrest caused by the raid, Palestinians were quick to return to the mosque to start cleaning it again. With Israeli forces no longer in al-Aqsa Mosque’s complex, some Palestinians were able to return to the courtyard.
MEE correspondent Latifeh Abdellatif reported that only Palestinians above the age of 40 were allowed into the courtyard by Israeli police via the Lions’ Gate.
Israeli forces violently stormed al-Aqsa for the third time in four days on Monday evening. Tear gas was used to disperse crowds, sound grenades were aimed at people, and heavily armed police made their way into al-Aqsa, causing further damage to the interior of the buildings.
After hours of attacks against worshippers, trapping hundreds inside the mosque’s buildings, Israeli forces withdrew from the complex.
Tuesday 11 May
Much of the attention turned to Gaza on Tuesday, with Hamas and Israel exchanging rocket fire amid warnings of a “full-scale war”.
According to Gaza’s health ministry, the number of Palestinians killed by Israeli air strikes on the besieged enclave since Monday has increased to 36 civilians, including 12 children, while 220 people have been wounded.
In Israel, at least five civilians have been killed by missiles fired from Gaza in retaliation for the air strikes, according to Haaretz, including one teenager and her father.
On Tuesday evening, Israeli security forces again stormed al-Aqsa – the fourth time since Friday.
Media outlets and social media users shared footage of heavily armed Israeli officers running towards the mosque from two separate directions.
The Palestinian Red Crescent reported that Israeli forces blocked medics from entering the mosque, amid attacks on Palestinians inside.
“Blocking medical rescue teams from reaching the wounded is a blatant violation of international humanitarian law, which requires the occupying force to facilitate the mission of medics and provide healthcare to the sick and injured,” the Red Crescent said in a Facebook post.
In Gaza Stad zijn zondagochtend zeker 26 mensen omgekomen door Israëlische luchtaanvallen. Dat melden artsen aan persbureau Reuters. Het is daarmee een dieptepunt van de laatste geweldsopleving in de regio.
Volgens het gezondheidsministerie in Gaza zijn er tien vrouwen en acht kinderen onder slachtoffers. Behalve de 26 doden zijn er zeker vijftig mensen gewond geraakt.
Het huis van Hamasleider Yehya al-Sinwar werd in de nacht van zaterdag op zondag gebombardeerd. De woning is vernietigd, liet de top van het Israëlische leger weten. Het was de derde woning van leidende figuren in Hamas die met de grond gelijk werd gemaakt.
Rond middernacht ging zondagochtend het luchtalarm af in Tel Aviv vanwege inkomend raketvuur. Ongeveer tien mensen raakten gewond tijdens rennen naar schuilplaatsen, zeiden medici. Eerder op zaterdag hadden Palestijnse militanten al drie keer kort na elkaar raketten afgevuurd op het gebied rond Tel Aviv. In de naburige stad Ramat Gan kwam een man bij een raketinslag om het leven.
EU-overleg over Gaza
Ministers van buitenlandse zaken van EU-landen vergaderen dinsdag over het geweld in de Gazastrook. De Europese buitenlandchef Josep Borrell wil vergaderen vanwege het “onacceptabele aantal burgerslachtoffers”.
De ministers gaan bespreken hoe de EU het best een bijdrage kan leveren aan het beëindigen van het aanhoudende geweld. Internationale pogingen om te bemiddelen lijken tot dusver niets te hebben opgeleverd. De VN-veiligheidsraad komt later op zondag weer bijeen om de situatie te bespreken.
Opgelaaid geweld
De spanningen tussen Israël en de Palestijnen zijn opgelaaid door de dreigende uitzetting van gezinnen uit een Arabische wijk in Oost-Jeruzalem. Ze moeten zoals vaker in de bezette gebieden plaatsmaken voor Joodse kolonisten. Het leidde tot felle protesten bij de al-Aqsamoskee en beschietingen over en weer tussen strijders van onder meer de beweging Hamas in Gaza en de Israëlische strijdkrachten.
De Israëlische strijdkrachten zeggen dat militante Palestijnen in enkele dagen tijd zo’n 2900 raketten hebben afgevuurd op Israël. Dat reageerde met honderden luchtaanvallen op doelen in de Palestijnse enclave aan de kust.
De autoriteiten in de Gazastrook zeggen dat inmiddels al 174 doden zijn gevallen en 1200 mensen gewond zijn geraakt. Israël verwijt de Hamasbeweging bewust militaire doelen te plaatsen in dichtbevolkte gebieden. In Israël is melding gemaakt van zeker tien doden en honderden gewonden door de aanhoudende raketbeschietingen.
De Verenigde Naties zeggen dat zo’n 10.000 inwoners van de Gazastrook hun huizen bij de grens zijn ontvlucht omdat ze vrezen voor een Israëlisch grondoffensief. “Ze schuilen tijdens de coronapandemie in scholen, moskeeën en op andere plaatsen”, zei een VN-functionaris, die waarschuwde dat de vluchtelingen maar beperkt toegang hebben tot voedsel, water en medische diensten.
VN-chef ‘diep verontrust’ over aanval Israël op mediagebouw
VN-chef António Guterres is “ontzet” door de burgerslachtoffers in de Gazastrook en “diep verontrust” over de aanval van Israël op een gebouw waarin internationale media waren gevestigd, zei een woordvoerder in een zaterdag vrijgegeven verklaring.
Hij is ook “ontzet” door het “toenemende aantal burgerslachtoffers, waaronder de dood van tien leden van dezelfde familie, onder wie kinderen, als gevolg van een Israëlische luchtaanval gisteravond”, vervolgde Dujarric. “De secretaris-generaal herinnert alle partijen eraan dat elke willekeurige aanval op burger- en mediastructuren in strijd is met het internationaal recht en koste wat kost moet worden vermeden”, zei hij.
In Gaza-Stad is een pand waarin meerdere mediaorganisaties zijn ondergebracht, gebombardeerd door het Israëlische leger. Het pand van twaalf verdiepingen, waarin ook appartementen en kantoren zaten, is ingestort. Volgens het internationale persbureau AP werd de eigenaar van het pand een uur van tevoren door het Israëlische leger gewaarschuwd dat het gebouw bestookt zou worden.
Twee raketten raakten het gebouw kort na elkaar. Journalisten hadden vlak daarvoor tevergeefs gevraagd om spullen uit het complex te halen. Ze moesten toezien hoe het gebouw na de tweede inslag instortte
Voor zover bekend raakte niemand gewond. Volgens het Israëlische leger was het gebouw een legitiem militair doelwit omdat onder meer de inlichtingendienst van Hamas er actief was. Het leger stelt dat Hamas de mediaorganisaties gebruikte als menselijk schild.
In het gebouw hadden onder meer nieuwszender Al Jazeera en persbureau AP hun kantoren. Het aanwezige personeel ontvluchtte volgens ooggetuigen in paniek het pand. De inslag was live te zien op Al Jazeera.
Een verslaggever van persbureau AP schrijft op Twitter dat hij en zijn collega’s vanaf de 11e verdieping via de trap naar beneden zijn gerend, en vanaf een afstand de toren in de gaten hebben gehouden. AP noemt de raketaanval “een nieuwe stap van het Israëlische leger om de verslaggeving vanuit het gebied aan banden te leggen”.
Geschokte reacties
Van veel kanten is geschokt gereageerd op de aanval op het persgebouw. Onder meer Turkije heeft een veroordeling uitgesproken.
Het Witte Huis heeft Israël laten weten dat het land de veiligheid van journalisten moet garanderen. Dat is hun “grootste verantwoordelijkheid”, zo zegt de woordvoerder van het Witte Huis. President Biden heeft na de vernietiging van het flatgebouw met zowel de Israëlische premier Netanyahu als de Palestijnse leider Abbas gebeld.
Directeur Pruitt van AP zegt: “We konden maar net voorkomen dat er doden vielen. Door wat er vandaag is gebeurd, weet de wereld minder goed wat zich in Gaza afspeelt.”
Ook Al Jazeera wijst daarop. “Al Jazeera roept media en humanitaire organisaties op om gezamenlijk deze meedogenloze bombardementen af te wijzen. De directeur-generaal van Al Jazeera, Mostefa Souag, sprak van een oorlogsmisdaad.
Volgens persbureau Reuters zijn sinds maandag zeker 140 mensen om het leven gekomen in de Gazastrook, onder wie 39 kinderen. In Israël zijn tien mensen om het leven gekomen, onder wie twee kinderen.
Bombardementen
Bij Israëlische bombardementen kwamen vannacht en vandaag tot dusver 15 Palestijnen om het leven, zeggen medici tegen Reuters, onder wie een vrouw en vier van haar kinderen. Dat gebeurde bij een bombardement op een vluchtelingenkamp. Ook vijf anderen kwamen om het leven. Israël zegt dat het een appartement heeft geraakt dat door Hamas werd gebruikt.
Militanten van Hamas vuren al de hele dag raketten af op Israël. In een aantal Israëlische plaatsen en steden ging vandaag meerdere keren het luchtalarm af, berichten Israëlische media. In de plaats Ramat Gan, ten oosten van Tel Aviv, kwam een man om het leven toen zijn huis werd geraakt door scherven van een raket.
Na de aanval op het kantoor in Gaza-Stad heeft Hamas gedreigd met aanvallen op Tel Aviv. “De inwoners van Tel Aviv moeten zich voorbereiden op een reactie die de aarde zal doen schudden”, zegt een woordvoerder volgens lokale media.
Waarvoor velen vreesden is gebeurd. De Israëlische provocaties in Jeruzalem leidden maandagavond tot raketbeschietingen van Hamas op Israël en Israëlische bombardementen op de Gazastrook. In Gaza vielen 27 doden, onder wie negen kinderen. In Israël vonden twee vrouwen de dood. De beschietingen houden ook vandaag aan.
De vrees voor meer geweld die wij maandag in ons artikel over Jeruzalem uitspraken, werd nog diezelfde dag bewaarheid. In de vooravond schoot de militaire tak van Hamas na een ultimatum aan Israël vanuit de Gazastrook zeven raketten af. Israël antwoordde met bombardementen op de strook, waarna de wederzijdse beschietingen escaleerden. Ook vandaag houdt het geweld aan.
In Gaza vielen 27 doden, onder wie negen kinderen, en meer dan honderd gewonden. In Ashkelon vonden twee Israëlische vrouwen de dood. Daar en in andere plaatsen in Zuid-Israël raakten circa veertig Israëli’s gewond, van wie er één in kritieke toestand zou verkeren. In de Israëlische stad Lod werd tijdens een demonstratie een Palestijnse Israëli gedood door een Joodse inwoner.
Escalatie
Het ultimatum van de Al-Qassam-brigades, de militaire tak van Hamas, volgde op een nieuwe bestorming door Israëlische troepen van de Al-Aqsa-moskee in bezet Oost-Jeruzalem, en provocaties van Israëlische politici in de wijk Sheikh Jarrah in hetzelfde stadsdeel, waar 78 Palestijnse families hun woningen dreigen te worden uitgezet ten gunste van Israëlische kolonisten. In de namiddag dreigde Al-Qassam met vergelding als Israël niet voor zes uur ‘s avonds zijn troepen zou hebben teruggetrokken uit het gebied rond de Al-Aqsa-moskee en de wijk Sheikh Jarrah. Ook werd de vrijlating geëist van alle recent in Jeruzalem gearresteerde Palestijnen. Israël negeerde de eisen.
Even na zes uur maakten de brigades bekend vanuit de Gazastrook een aantal raketten te hebben afgeschoten in de richting van Jeruzalem. In de stad klonk het luchtalarm en werd het parlement kort ontruimd. Israëlische media maakten melding van zes raketten die de stad niet hadden bereikt en geen schade hadden aangericht. Een zevende werd onderschept door de Iron Dome-luchtafweer. Israël reageerde met bombardementen op Gaza. Het beschieten van Israëlische bevolkingscentra met raketten is een oorlogsmisdaad, zoals door mensenrechtenorganisaties als Human Rights Watch veelvuldig onderstreept, en hetzelfde geldt voor Israëlische bombardementen die niet op militaire doelen gericht zijn.
Het was de opmaat tot een nacht van wederzijdse beschietingen en bombardementen. Rond middernacht waren volgens het Israëlische leger 150 raketten op Israël afgeschoten door de Al-Qassam-brigades en Islamitische Jihad, die veelal door Iron Dome waren onderschept en nauwelijks schade aanrichtten. Eén Israëli raakte gewond toen zijn auto werd geraakt door een anti-tankraket. In de vroege dinsdagochtend werden raketten afgeschoten op de Israëlische stad Ashkelon en later ook op andere plaatsen, waaronder Ashdod. In beide steden zouden gebouwen zijn geraakt. Daar vielen ook de twee Israëlische doden en de meeste Israëlische gewonden.
Een woordvoerder van het Israëlische leger maakte vanochtend bekend dat Israël 130 aanvallen op militaire doelen in de Gazastrook had uitgevoerd met gevechtsvliegtuigen en -helikopters. Daarbij zouden 15 commandanten van Hamas en Islamitische Jihad zijn omgekomen. Volgens het ministerie van Gezondheid in Gaza en journalisten ter plaatse kwamen echter ook negen kinderen om het leven. Israël heeft de Gazastrook volledig afgesloten van de aanvoer van hulpgoederen.
Bestorming Al-Aqsa-moskee
De escalatie volgt op weken van Israëlische provocaties en geweld tegen Palestijnen in bezet Oost-Jeruzalem. De dreigende huisuitzettingen in Sheikh Jarrah en andere wijken en het geweld tegen Palestijnse demonstranten en tegen gelovigen in de Al-Aqsa-moskee kregen harde internationale kritiek.
Maandagochtend bestormden Israëlische troepen opnieuw met grof geweld het complex rond de Al-Aqsa-moskee. Daarbij raakten gelovigen, verzameld voor het ochtendgebed, ingesloten. Op beelden is te zien hoe de Israëlische politie traangas en schokgranaten op de duizenden bezoekers afschiet. Palestijnen schreeuwden om hulp via de luidsprekers op de minaret. Bij de bestorming raakten 305 Palestijnen gewond, van wie er 228 naar ziekenhuizen werden vervoerd.
In de middag bezochten de parlementsleden Itamar Ben-Gvir en Bezalel Smotrich van de partij Religieus Zionisme de wijk Sheikh Jarrah. Beiden zijn notoire ophitsers, die Palestijnen als minderwaardig aan Joden beschouwen en het liefst vandaag nog alle Palestijnen uit Jeruzalem zien vertrekken. Alleen al hun aanwezigheid is voldoende om de gemoederen te verhitten.
Elders in de stad maakten grote groepen religieus-nationalistische Israëli’s zich op voor de jaarlijkse ‘vlaggenparade’ door de Oude Stad van Oost-Jeruzalem ter gelegenheid van ‘Jeruzalemdag’, de viering van de Israëlische bezetting van Oost-Jeruzalem in 1967. De parade gaat altijd gepaard met provocaties en geweld, en gezien de explosieve situatie had afgelasting door de autoriteiten voor de hand gelegen. Pas op het laatste moment pasten die de geheel door veiligheidstroepen afgezette route enigszins aan. Halverwege de tocht werden de organisatoren door de politie opgeroepen de parade te ontbinden wegens het ultimatum van Al-Qassam. De meeste deelnemers zetten de tocht niettemin voort. Tot botsingen met Palestijnen kwam het dit keer niet.
‘s Avonds vielen Israëlische troepen opnieuw het complex rond de Al-Aqsa-moskee aan – de derde aanval na vrijdagavond en maandagochtend –, waarbij opnieuw zwaar geweld werd gebruikt. Naar verluidt raakten vijfhonderd gelovigen ingesloten in de Qibli-moskee op het terrein. Volgens de Palestijnse Rode Halve Maan raakten maandag in Jeruzalem in totaal 520 Palestijnen gewond, van wie er 333 in het ziekenhuis behandeld moesten worden.
Olie op het vuur
Dat Israël geenszins van plan is het geweld en de provocaties in Jeruzalem te staken maakten de autoriteiten gisteren in alle toonaarden duidelijk. Israëls hoofd van politie Kobi Shabtai liet weten dat de politie tot dusver uiterst ‘terughoudend’ had geopereerd, maar die houding nu liet varen: ‘De kinderhandschoenen gaan uit.’
Premier Benjamin Netanyahu maakte bekend dat de regering het optreden van de politie voluit steunt. Hij stelde het geweld in Jeruzalem voor als ‘een gevecht om het hart van Jeruzalem tussen [de krachten van] intolerantie en tolerantie, tussen gewelddadige wetsovertreders en law and order’. Het geweld van de veiligheidsdiensten is volgens hem bedoeld om ‘de rechten van iedereen te verzekeren’.
In een telefoongesprek met zijn Amerikaanse collega Jake Sullivan voer Israëls nationaal veiligheidsadviseur Meir Ben-Shabbat eenzelfde koers. Hij kapittelde Sullivan, die in voorzichtige bewoordingen bezorgdheid over het Israëlische optreden in Jeruzalem uitte. Die bezorgdheid is een ‘beloning voor de oproerkraaiers’, aldus Ben-Shabbat. Sullivan zou zich met zijn kritiek juist tot ‘degenen die tot het geweld hebben aangezet’ moeten wenden. Het Israëlische optreden was juist ‘verantwoord en gebaseerd op gezond verstand, ondanks de provocaties’.
Intussen gooide ook het Israëlische parlement olie op het vuur. Maandag gaf het ook bij tweede stemming goedkeuring aan een wetsvoorstel dat de ‘legalisering’ van zeventig zogenoemde ‘buitenposten’ op de bezette Westelijke Jordaanoever beoogt. Deze outposts zijn niet alleen onder internationaal recht, maar ook volgens de Israëlische wet illegaal. Wordt het voorstel wet – daarvoor is nog één stemronde nodig–, dan voegt Israël officieel zeventig kolonies (‘nederzettingen’) aan zijn totaal toe. Opmerkelijk is dat de buitenposten in het Israëlische spraakgebruik een naamsverandering hebben ondergaan: ze worden tegenwoordig aangeduid als ‘jonge nederzettingen’. Na hun ‘legalisering’ zullen ze zonder twijfel snel worden uitgebouwd tot ‘volwassen nederzettingen’.
Protesten waaieren uit
De protesten tegen het Israëlische optreden in Oost-Jeruzalem hebben inmiddels ook tal van steden in Israël bereikt. De afgelopen dagen vonden in meerdere steden demonstraties van Palestijnse Israëli’s plaats, en maandagavond gingen in onder meer Nazareth, Jaffa, Haifa, Umm al-Fahm, Ramla, Lod en Shaqib al-Salam grote aantallen Palestijnen de straat op. In veel steden leidde dat tot botsingen met de politie, waarbij gewonden vielen en 46 Palestijnse demonstranten zouden zijn gearresteerd. In Lod werd een Palestijnse Israëli door een Joodse inwoner gedood.
Ook op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever werd geprotesteerd, onder meer in Hebron, Bethlehem, Nablus, Tulkarm, Jenin, Qalqiliya en Tubas. Bij botsingen met Israëlische troepen vielen veel gewonden. Twee Palestijnen liepen schotwonden op.
Het heeft er alle schijn van dat Israël met zijn gewelddadige en provocerende optreden in Jeruzalem een brug heeft geslagen die de Palestijnen in Israël, Oost-Jeruzalem, Gaza en de Westoever met elkaar verbindt. Grenzen, muren en politieke verdeeldheid maken plaats voor solidariteit, gebaseerd op de discriminatie of zelfs onderdrukking die zij dagelijks ervaren en het grote historische onrecht en leed dat hen collectief is aangedaan.
EINDE BERICHT
[8] ”7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to
spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the
object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.”
BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED
CONFLICTS
The seven fundamental rules which are the basis of the Geneva Conventions and the Additional Protocols.
1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their
lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely
without any adverse distinction.
2 – It is forbidden to kill or injure an enemy who surrenders or who is hors de combat .
3 – The wounded and sick shall be collected and cared for by the party to the conflict which has them in its power.
Protection also covers medical personnel, establishments, transports and equipment. The emblem of the red
cross or the red crescent is the sign of such protection and must be respected.
4 – Captured combatants and civilians under the authority of an adverse party are entitled to respect for their lives,dignity, personal rights and convictions. They shall be protected against all acts of violence and reprisals. They shall have the right to correspond with their families and to receive relief.
5 – Everyone shall be entitled to benefit from fundamental judicial guarantees. No one shall be held responsible for an act he has not committed. No one shall be subjected to physical or mental torture, corporal punishment or cruel or degrading treatment.
6 – Parties to a conflict and members of their armed forces do not have an unlimited choice of methods and means of warfare. It is prohibited to employ weapons or methods of warfare of a nature to cause unnecessary losses or excessive suffering.
7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to
spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the
object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.
Het Israëlische leger heeft vannacht opnieuw luchtaanvallen uitgevoerd op meerdere plekken in Gaza-Stad. In een korte verklaring spreekt het leger van “uitgebreide aanvallen” op “terroristische doelwitten” in de Gazastrook. Volgens Israël is daarbij 15 kilometer aan Hamas-tunnels vernietigd en negen woningen van vermoedelijke Hamas-commandanten.
Een vooraanstaande commandant van Islamitische Jihad is ook gedood bij een luchtaanval, meldt persbureau Reuters op basis van een bron binnen de groep en het Israëlische leger. Het leger houdt deze Abu Harbeed verantwoordelijk voor een reeks aanslagen met anti-tank-raketten.
Ook vanuit Gaza zijn vannacht raketten afgevuurd op Israëlische doelen. Volgens Israëlische media waren onder meer de zuidelijke steden Ashkelon en Beër Sjeva doelwit. Het is nog onduidelijk hoe groot de schade aan beide kanten is. Ook is er nog niets gemeld over slachtoffers.
Sponsfabriek
In Gaza-Stad is in ieder geval één gebouw zwaar beschadigd. Bewoners zeggen tegen persbureau AP dat ze tien minuten voor de aanval zijn gewaarschuwd door het Israëlische leger, waardoor iedereen tijdig naar buiten kon komen. Veel van de luchtaanvallen door Israël troffen volgens hen akkers in de buurt.
Ook een sponsfabriek in Gaza werd geraakt door een luchtaanval. De brandweer probeert de grote brand die daarna uitbrak al uren onder controle te krijgen.
Volgens persbureau AP waren afgelopen nacht ongeveer tien minuten explosies te horen, en waren de luchtaanvallen zwaarder dan die op Gaza van dit weekend. In de nacht van zaterdag op zondag vielen daarbij volgens Palestijnse gezondheidsautoriteiten zeker 42 doden.
‘Zo lang als nodig’
Premier Netanyahu van Israël had gisteravond al aangekondigd dat de militaire operatie van het Israëlische leger tegen Hamas-doelen in de Gazastrook voorlopig niet voorbij zou zijn. Hamas is de militante organisatie die sinds 2007 de macht heeft in Gaza. Netanyahu zei dat het Israëlische leger “zo lang als nodig” actie zal ondernemen om de rust te herstellen.
Zaterdagavond had de Israëlische premier zich in soortgelijke bewoordingen uitgelaten. Daarop reageerde Hamas-leider Ismail Haniyeh dat het verzet van Hamas niet is gebroken.
Staakt-het-vuren
Ondertussen neemt de internationale druk toe om tot een staakt-het-vuren te komen. Zo spraken de vijftien leden van de VN-Veiligheidsraad gisteren in een digitale bijeenkomst hun zorgen uit over het escalerende conflict tussen Israël en de Palestijnen.
De raad slaagde er echter opnieuw niet in om met een gezamenlijke verklaring over het geweld te komen. Tot nu toe heeft de Amerikaanse delegatie zo’n verklaring tegengehouden. De Amerikanen zouden vrezen dat een veroordeling van het geweld hun bemiddeling tussen de twee partijen zou bemoeilijken. Zaterdag landde de Amerikaanse topdiplomaat Hady Amr in Tel Aviv, met als doel de partijen om de tafel te krijgen.
President Biden zei gisteravond in een vooraf opgenomen video dat zijn regering met Israëliërs en Palestijnen werkt aan “blijvende rust”. Beide partijen verdienen het om in veiligheid en zekerheid te leven en in dezelfde mate te genieten van vrijheid, welvaart en democratie, zei hij.
“Israël heeft denk ik nog een paar dagen de tijd gekregen van Amerika om zijn lijstje van doelwitten af te werken”, zei correspondent Ankie Rechess in het NOS Radio 1 Journaal. “De internationale druk wordt ook opgevoerd op Israël, dus het lijkt eigenlijk dat er een bestand of een wapenstilstand aan zit te komen.”
“Het gevaarlijkste moment is nu, want voordat een bestand er is, wil iedereen nog even doorgaan met laten zien wie de overwinning heeft gehaald”, aldus Rechess. “Als er dan een of andere aanval komt, van welke zijde dan ook, die een hoop slachtoffers eist, dan zijn we weer terug bij af en dan gaat het geweld gewoon weer door.”
Zware gevechten
Het conflict tussen Israël en Palestijnse militanten in de Gazastrook laaide een week geleden op, met luchtaanvallen over en weer. Het zijn de zwaarste gevechten sinds de Gaza-oorlog van 2014.
Volgens het Palestijnse ministerie van Volksgezondheid zijn sinds maandag 197 Palestijnen om het leven gekomen, onder wie 58 kinderen. Ook zijn er zeker 1235 gewonden gevallen. Aan Israëlische zijde zijn de afgelopen week tot nu toe tien doden gevallen, onder wie twee kinderen, meldt persbureau Reuters.
EINDE BERICHT ”Het gezondheidsministerie van Gaza meldde zondag dat er 197 Palestijnen zijn omgekomen, onder wie 58 kinderen. ”
De Amerikaanse president Biden heeft zijn steun uitgesproken voor een wapenstilstand tussen Israël en Hamas. Biden liet dit de Israëlische premier Netanyahu maandag weten in een telefoongesprek. Het is voor het eerst dat Biden Israël zo duidelijk laat weten dat hij voorstander is van een staakt-het-vuren.
Biden staat onder druk, onder andere van progressieve partijgenoten in het Congres, om zich hard te maken voor een onmiddellijke wapenstilstand. In het gesprek met Netanyahu is hij echter niet zo ver gegaan. Ook heeft hij Israël niet opgeroepen om in te stemmen met een staakt-het-vuren.
Bij de luchtaanvallen over en weer tussen Israël en Gaza zijn inmiddels meer dan 200 mensen gedood. Het gezondheidsministerie van Gaza meldde zondag dat er 197 Palestijnen zijn omgekomen, onder wie 58 kinderen. Ook zijn er meer dan duizend gewonden gevallen. De Israëlische autoriteiten hebben een totaal van 10 Israëlische slachtoffers gemeld. Steeds meer partijen dringen aan op een staakt-het-vuren, maar een einde van het conflict lijkt vooralsnog niet in zicht.
Op maandag werden, voor de tweede keer in vijf dagen, raketten vanuit Libanon afgevuurd op het noorden van Israël. Volgens het Israëlische leger kwamen de zes raketten terecht in Zuid-Libanon. Israël bestookte het gebied van waaruit de raketten waren afgevuurd korte tijd met artillerie. Wie verantwoordelijk is voor de aanval, is nog onduidelijk.
Verwoesting onmiskenbaar
De verwoestende gevolgen van de Israëlische luchtaanvallen op de Gazastrook zijn na een week onmiskenbaar. Zeker 2.500 burgers zijn dakloos geworden, vele tienduizenden zijn hun huis ontvlucht. De burgemeester van Gaza-Stad, Yahya Sarraj, zei tegen Al Jazeera dat de wegen en infrastructuur ernstig zijn beschadigd, wat het steeds moeilijker maakt de slachtoffers te bereiken. ‘Als de aanvallen doorgaan, verwachten we dat de omstandigheden verslechteren.’
Zo’n 42 duizend Palestijnen in de Gazastrook zijn op de vlucht geslagen voor de aanhoudende Israëlische bombardementen. Dat meldt het UNRWA, de VN-organisatie die hulp biedt aan Palestijnse vluchtelingen in het Midden-Oosten. Inwoners verlaten hun huizen op zoek naar een veilige plaats in het arme en dichtbevolkte kustgebied, waar twee miljoen mensen wonen. De organisatie heeft vijftig scholen opengesteld om onderdak te bieden aan de vluchtelingen.
De bombardementen hebben ook het elektriciteitsnet beschadigd, waardoor grote delen van de Gazastrook zonder stroom zitten. Een woordvoerder van het elektriciteitsbedrijf zei tegen persbureau AP dat nu de toevoer van brandstof stilligt hij nog maar genoeg heeft om Gaza twee of drie dagen van stroom te voorzien. De inwoners beschikken gewoonlijk enkele uren per dag over elektriciteit.
Luchtaanvallen
Israël voerde in de nacht van zondag op maandag opnieuw een reeks bombardementen uit op verschillende locaties in Gaza-Stad. Volgens inwoners waren het de zwaarste luchtaanvallen tot nu toe. Het Israëlische leger meldt de woningen van negen Hamas-commandanten en 15 kilometer aan ondergrondse tunnels, die Hamas en andere militante groeperingen gebruiken, te hebben vernietigd. Bij de luchtaanvallen is een hooggeplaatste commandant, Hussam Abu Harbeed, van de militante groep Islamitische Jihad omgekomen. Het Israëlische leger hield hem verantwoordelijk voor een deel van de raketaanvallen op Israël.
Staakt-het-vuren
De wereldwijde roep om een staakt-het-vuren neemt toe. In een televisieoptreden zei de Egyptische minister van Buitenlandse Zaken maandag samen met internationale partners hard te werken aan een bestand. Hij benadrukte dat Egypte hoopt dat de Verenigde Staten zich zullen inzetten voor een politieke oplossing voor het conflict.
De VS blokkeerden maandag opnieuw, voor de derde keer, een voorstel voor een verklaring van de Veiligheidsraad van de VN, waarin ‘grote bezorgdheid’ zou worden geuit over het conflict en het toenemend aantal slachtoffers. Met deze stap van Washington, Israëls belangrijkste bondgenoot, is zo’n unanieme verklaring van alle vijftien leden van de Veiligheidsraad voorlopig van de baan.
De Amerikaanse regering keerde zich ook tegen oproepen van onder andere Democraten in het Congres voor een direct staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas. President Bidens woordvoerder, en zijn nationale veiligheidsadviseur benadrukten dat Washington de voorkeur gaf aan ‘stille maar intensieve diplomatie’ om de strijd te beëindigen.
De Franse president Macron en de Egyptische president El-Sissi hebben elkaar maandag gesproken en hun gedeelde zorgen over het geweld geuit. Het Elysée bevestigde haar steun voor de Egyptische pogingen tot bemiddeling.
De Turkse president Erdogan belde paus Franciscus maandag met de vraag of hij wil helpen ‘de massamoord op Palestijnen in de Gazastrook te stoppen’. Erdogan wil een internationale coalitie vormen die Israël met sancties onder druk kan zetten. Paus Franciscus zei zondag dat het verlies van onschuldige levens in de Gazastrook ‘afgrijselijk en onaanvaardbaar’ is, en riep op tot een einde aan het geweld. De paus ontmoette maandag ook de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken, die op werkbezoek was in Rome.
Twee Israëlische vrouwen zijn in de kuststad Ashkelon omgekomen door raketaanvallen vanuit de Gazastrook, melden de hulpdiensten. Het zijn de eerste dodelijke slachtoffers aan Israëlische kant sinds beide partijen elkaar bestoken. Aan Palestijnse zijde zouden al 26 mensen zijn omgekomen.
De Israëlische vrouwen overleden toen raketten hun huizen raakten. Het is vrij uitzonderlijk dat mensen in Israël overlijden door projectielen die door de Palestijnen worden afgeschoten. Een raketschild houdt veel raketten tegen, maar het verdedigingssysteem zou niet bestand zijn tegen het grote aantal raketten, mogelijk wel honderd. Ashkelon zou in een tijdsbestek van nog geen halfuur met zeventig raketten zijn bestookt.
Hamas zal worden geraakt op manieren die het niet verwachtIsraëlische premier Benjamin Netanyahu
Ook de stad Ashdod, 40 kilometer ten zuiden van Tel Aviv, is doelwit. In beide plaatsen zijn volgens de politie in totaal acht gebouwen geraakt, waaronder een lege school. Volgens media vielen er bij de aanvallen meer dan dertig gewonden. De militaire vleugel van Hamas, dat de Gazastrook bestuurt, heeft de verantwoordelijkheid opgeëist.
Palestijnse kinderen gedood
Het Israëlische leger heeft als vergelding zeker 140 keer doelen in de Gazastrook aangevallen en treft voorbereidingen de strook weer met grondtroepen binnen te vallen. Door luchtaanvallen op de Gazastrook zouden zeker 26 mensen zijn gedood, onder wie negen kinderen, en ruim 125 mensen gewond zijn geraakt.
Premier Benjamin Netanyahu kondigde na het nieuws over de dode vrouwen aan dat zowel de kracht als de frequentie van de Israëlische aanvallen tegen Hamas wordt verhoogd. “Sinds gisteren heeft het leger honderden aanvallen op Hamas en de Islamitische Jihad uitgevoerd in de Gazastrook en we gaan de kracht van onze aanvallen nog opdrijven”, zei Netanyahu in een video die door zijn diensten werd verspreid. Hij voegde eraan toe dat Hamas “een aframmeling zal krijgen waaraan het zich niet verwacht”.
De Palestijnse Hamas-beweging heeft dan weer gedreigd van Ashkelon “een hel” te maken als Israël doorgaat met aanvallen. De als terroristisch bestempelde beweging begon met de raketaanvallen in reactie op rellen in Jeruzalem, waar tientallen Palestijnen uit hun woning dreigen te worden gezet.
Ook België roept op om het geweld te stoppen. “Het geweld in Oost-Jeruzalem is onaanvaardbaar. België roept op tot respect voor de status quo van de heilige plaatsen, het internationaal recht en de mensenrechten. We veroordelen het afvuren van raketten vanuit Gaza en de Israëlische raids. We roepen op tot onmiddellijke de-escalatie”, schrijft minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès (MR) op Twitter.
Israeli forces and Palestinian armed groups in Gaza must not repeat violations of international humanitarian law that led to killing and maiming of civilians and destruction of homes and infrastructure in previous rounds of fighting, said Amnesty International today.
Since 10 May Palestinian armed groups have fired more than 1,500 rockets towards civilian areas in central Israel and towns near the Gaza border killing and injuring civilians. Israeli forces have carried out air strikes killing and injuring civilians in Gaza. They have also damaged or destroyed at least two residential buildings housing tens of Palestinian families and one office building in Gaza, in targeted attacks amounting to collective punishment of the Palestinian population. In total at least 53 people, including 14 children, in Gaza and seven people in Israel have been killed in the violence.
“The intensification of armed hostilities between Israel and Palestinian armed groups in Gaza raises fears of a further spike in civilian bloodshed and destruction of homes and infrastructure over the coming days. All sides in the conflict have an absolute obligation to protect civilians. They must remember that there is an active investigation before the International Criminal Court and must not assume they will enjoy past impunity for violations,” said Saleh Higazi, Deputy Director for the Middle East and North Africa at Amnesty International.
“This escalation is reminiscent of horrific hostilities from 2008, 2012, and 2014 where civilians bore the brunt of the suffering, with massive death and destruction in Gaza, which has been under an illegal blockade amounting to collective punishment since 2007.
“Both Israeli forces and Palestinian armed groups have carried out war crimes and other violations with impunity. Israel has a deplorable record of carrying out unlawful attacks in Gaza killing and injuring civilians including war crimes and crimes against humanity. Palestinian armed groups have also committed violations of international humanitarian law with impunity.”
Amnesty International has consistently condemned indiscriminate rocket fire by Palestinian armed groups.
“Firing rockets which cannot be accurately aimed into populated areas can amount to a war crime and endangers civilian lives on both sides of the Israel/ Gaza border,” said Saleh Higazi.
In Israel a 50-year-old Palestinian citizen of Israel and his 15-year-old daughter were killed in a suspected rocket attack in the unrecognized village Dohmosh outside the city of Lydda in central Israel. The community does not have access to shelters, and the alarm system of sirens warning of oncoming projectiles from Gaza does not function in these communities.
Collective punishment
In Gaza, Israeli forces carried out attacks on a number of residential buildings from the early hours of 11 May. One 13-storey high rise residential building – Hanadi Residential Tower – was completely destroyed and reduced to rubble. Civilians had been warned to evacuate the area before it was hit. Al-Jawhara office building was also severely damaged on and Al-Shurouq building was also destroyed and reduced to rubble on 12 May. Other buildings were partially damaged as specific apartments were targeted.
“Deliberate targeting of civilian objects and extensive, unjustified destruction of property are war crimes. Destroying entire multi-storey homes making tens of families homeless amounts to collective punishment of the Palestinian population and is a breach of international law,” said Saleh Higazi.
“Even if part of a building is being used for military purposes Israeli authorities have an obligation to choose means and methods of attack that would minimize risks posed to civilians and their property.”
An attack targeting an apartment on the top floor of the seven- storey “Tiba Apartments” building killed one woman and her son, a 19-year old with special needs, who lived on the floor below.
An attack on the 14-storey residential tower called “al-Jundi al-Majhoul” killed three Palestinian members of Islamic Jihad. One civilian resident in the building who was woken up by the attack said:
“The building was shaking crazily… When we got to the windows…we saw everyone looking at us and then people screaming ‘vacate the building immediately’ because it was hit… minutes afterwards I was outside, with people pulling me away from danger … which now feels funny to say, as we have no idea where a safe place would be to seek refuge in.
“So far [the building] hasn’t [ been destroyed], but the terror of the thought alone is enough. We haven’t slept a wink, the strikes have been non-stop. I have a two and a half year old daughter and this is her first war, I was terrified myself and did not know what to do to calm her,” she said, adding “what drives me crazy, is that they can easily just target precisely whoever they want as they’ve done with our building, and yet they choose to level entire buildings to the ground. What does that tell you? I’m sure not an entire building is a security threat.”
Amnesty International is calling on the international community, UN Security Council members – including the United States – to publicly denounce violations of humanitarian law and pressure all sides to the conflict to protect civilians. The United States needs to stop stalling and allow the UN Security Council to release a strong statement immediately.
UN Security Council members must take a strong and public stand and immediately impose a comprehensive arms embargo on Israel, Hamas and other Palestinian armed groups with the aim of preventing further serious violations of international humanitarian law and human rights by the parties to the conflict,” said Saleh Higazi.
“The international community must also press Israel to address root causes of the latest flare up in violence which include longstanding impunity for war crimes and other serious violations of international law as well as Israel’s ongoing illegal settlement expansion, the blockade of Gaza, and the forcible eviction and dispossession of Palestinians such as those in Sheikh Jarrah.”
De Israëlische veiligheidsdiensten hebben herhaaldelijk onaangekondigd en buitensporig geweld ingezet tegen Palestijnse demonstranten in het bezette Oost-Jeruzalem. Dit volgde op vier dagen vol geweld waarin 840 Palestijnen gewond raakten. Ook raakten volgens de Israëlische politie ten minste 21 Israëlische politieagenten en zeven Israëlische burgers gewond.
De Palestijnen demonstranten protesteren tegen gedwongen huisuitzettingen in de wijk Sheikh Jarrah. Amnesty International roept de Israëlische autoriteiten op onmiddellijk een einde te maken aan deze huisuitzettingen, en aan het voortdurende verdrijven van Palestijnen uit Oost-Jeruzalem.
Bij de laatste escalatie vuurden gewapende Palestijnse groepen raketten af op Israël. Daarbij raakte ten minste een Israëli gewond. Er zijn berichten dat bij wraakaanvallen door Israël op Gaza verschillende mensen omkwamen. Amnesty International roept alle partijen op om het internationale humanitaire recht te respecteren en alle mogelijke voorzorgsmaatregelen te treffen om burgerslachtoffers te voorkomen.
Grof en lichtzinnig geweld
‘Bewijs dat Amnesty International heeft verzameld, toont een angstaanjagend patroon van Israëlische troepen die de afgelopen dagen grof en lichtzinnig geweld gebruikten tegen grotendeels vreedzame Palestijnse demonstranten’, zegt Saleh Higazi van Amnesty International. ‘Sommige van de mensen die gewond raakten bij het geweld in Oost-Jeruzalem waren omstanders of mensen die aan Ramadan-gebeden meededen.
‘Dit recente geweld laat weer eens duidelijk zien hoe de illegale Israëlische campagne van uitbreiding van de Israëlische nederzettingen voortduurt, en dat er een toename is van gedwongen uitzettingen van Palestijnse bewoners – zoals in Sheikh Jarrah – om plaats te maken voor Israëlische kolonisten. Deze gedwongen uitzettingen maken deel uit van een voortdurend patroon in Sheikh Jarrah. Het zijn grove schendingen van het internationale recht en oorlogsmisdaden.’
Ooggetuigenverslagen en video’s en foto’s die Amnesty-onderzoekers maakten laten zien hoe de Israëlische troepen tijdens gewelddadige aanvallen op de al-Aqsa-moskee herhaaldelijk buitenproportioneel en onwettig geweld gebruikten om demonstranten uiteen te jagen. Ook voerden ze willekeurige aanvallen uit op vreedzame demonstranten in Sheikh Jarrah.
Onwettig gebruik van geweld
Sinds het begin van de Ramadan op 13 april liepen de spanningen in Oost-Jeruzalem op. Palestijnen protesteerden tegen de Israëlische beperkingen die hun toegang tot de hoofdingang tot de Oude Stad beperkten. Op 26 april trokken de Israëlische autoriteiten deze beperkingen weer in, als antwoord op de voortdurende demonstraties. Daarnaast zijn mensen kwaad over de aanstaande plannen om vier Palestijnse gezinnen uit Sheikh Jarrah uit hun huis te zetten om plaats te maken voor Israëlische kolonisten.
Op 7 mei bereikten de spanningen hun kookpunt, toen meer dan 170 Palestijnen gewond raakten bij een aanval van Israëlische troepen op de al-Aqsa-moskee in een poging biddende mensen en demonstranten uiteen te jagen. Daarbij schoten ze met 40mm kinetic impact projectiles (KIPs) en concussion granaten op het publiek, dat bijeen was gekomen voor het laatste vrijdaggebed van de Ramadan.
Een Palestijnse journalist die ter plekke was, beschrijft hoe Israëlische soldaten tekeer gingen en projectielen en traangas afvuurden. Hij vertelde ook hoe ze de kliniek bij de moskee bestormden en demonstranten sloegen. Hij zei tegen Amnesty: ‘Ik doe al 10 jaar verslag van gebeurtenissen in Jeruzalem… En ik ben nog nooit in mijn hele leven zo bang geweest. Iedereen was doelwit. Ik zou willen zeggen dat de beschietingen willekeurig waren, maar dat zou een leugen zijn. Ze wisten precies op wie en wat ze hun kogels en granaten richtten. De meeste mensen werden beschoten in hun bovenlichamen (ogen, gezicht, borst).’ De journalist werd zelf ook geraakt in zijn rug, terwijl hij zijn camera omhoog hield en probeerde het gebied te verlaten.
Als reactie gooiden demonstranten bij al-Aqsa stenen en staken ze vuren aan, terwijl de Israëlische strijdkrachten op paarden en in gevechtsuitrusting schoten met schokgranaten om hen af te schrikken.
Bestorming van 10 mei
Op 10 mei raakten meer dan 300 Palestijnse demonstranten gewond toen de Israëlische strijdkrachten voor de tweede keer in een paar dagen het gebied rond de al-Aqsa-moskee bestormden. Een woordvoerder van de Rode Halve Maan vertelde Amnesty dat het geweld had geleid tot de ziekenhuisopname van ten minste 250 Palestijnen. Zeven van hen verkeren in kritieke toestand.
Een ooggetuige vertelde hoe Israëlische soldaten ramen braken en traangas en schokgranaten afvuurden. De mensen in de gebouwen hadden moeite om nog te kunnen ademhalen.
Volgens een andere getuige ter plekke begonnen de Israëlische soldaten vanaf een dak traangas af te vuren, voordat meer troepen het al-Haram-plein bestormden vanuit de Magharbeh-toegangspoort. ‘Ze kwamen steeds dichterbij, en drukten mensen de al-Aqsa-moskee in. Ze sloten de deuren af met metalen kettingen… en braken vervolgens een raam om traangas naar de mensen binnen te gooien die letterlijk opgesloten zaten met weinig ruimte om te ademen of medische hulp te krijgen… Daarnaast begonnen ze ook nog rubberen kogels af te vuren op mensen die binnen aan het bidden waren’, zei hij.
Hij gaf ook aan gezien te hebben hoe Israëlische soldaten omstanders sloegen en auto’s stopten die gewonden wegbrachten. Ze namen foto’s van de gewonde mensen voordat ze verder mochten. Hij werd zelf in zijn borst geraakt toen hij naar een medische hulpverlener liep die zelf gewond was.
Sheihk Jarrah
De afgelopen week hielden Palestijnen in de Sheikh Jarrah-buurt iedere nacht demonstraties in reactie op de dreiging van aanstaande gedwongen huisuitzettingen. Amnesty documenteerde daarbij willekeurige arrestaties van vreedzame demonstranten, buitensporig geweld, het willekeurige gebruik van geluids- en schokgranaten en het willekeurig bespuiten van demonstranten en huizen met stinkwater (met de geur van stinkdieren) uit waterkanonnen.
Vier Palestijnse gezinnen uit de buurt lopen risico gedwongen hun huizen uit te worden gezet nadat een rechtbank in Jeruzalem hun beroep tegen een uitzettingsbevel afwees. Het kolonisten-bedrijf Nahalat Shimon International heeft verschillende rechtszaken aangespannen om de huizen van tientallen gezinnen in Sheikh Jarrah in beslag te nemen. Dit doen ze door discriminerend wetten te gebruiken, zoals de ‘Legale en Administratieve Zaken Wet’ en de ‘Wet over het Bezit van Afwezigen’ uit 1950. Op basis van deze wetten nemen ze Palestijns land of eigendom in beslag en dragen het over aan groepen kolonisten. Het gedwongen uitzetten van de bevolking die oner een bezetting leeft is verboden onder internationaal humanitaire recht en vormt een oorlogsmisdaad volgens het Statuut van Rome van het Internationale Strafhof.
Amnesty bij willekeurige aanval
Amnesty-onderzoekers zagen op 9 mei een willekeurige aanval van Israëlische troepen op een groep vreedzame demonstranten in Sheihk Jarrah. De Israëlische troepen kwamen aan kort voor iftar – de avondmaaltijd in de Ramadan. Na de maaltijd vormden een tiental vreedzame demonstranten een cirkel en begonnen ze leuzen te zingen tegen de plannen om Palestijnse gezinnen uit te zetten. De demonstranten waren ten minste tien meter verwijderd van de Israëlische soldaten, die dichtbij gestationeerd waren in het huis van een Israëlische kolonist. Kort daarna vielen de Israëlische troepen de demonstranten aan. Op paarden reden ze naar de menigte. Een man die hinkte van de pijn zei dat hij door de politiepaarden vertrapt was terwijl hij probeerde weg te rennen. Bewoners werden tegen de muren van hun huizen gedrukt en vijf mannen werden willekeurig gearresteerd.
De Israëlische soldaten begonnen de mensen te duwen en slaan – onder hen was een Amnesty-onderzoeker die de demonstratie aan het monitoren was. Rond 10 uur ’s avonds brachten ze waterkanonnen met stinkdierwater en geluidsgranaten en begonnen willekeurig te schieten op de demonstranten.
Arrestaties op 6 mei
Osama Dweik werd op 6 mei gearresteerd tijdens een nachtelijke demonstratie in Sheikh Jarrah, toen de Israëlische politie plotseling een groep demonstranten aanviel en hem meteen oppakte. Op het politiebureau zag hij hoe de politie vier Palestijnen die waren opgepakt bij opstanden bij de Damascus-poort en in Sheikh Jarrah trapten en sloegen met wapenstokken. Die nacht werden nog zeven andere mensen in Sheikh Jarrah opgepakt.
Geweld op 7 mei
Gil Hammerschlag, een Israëlische activist die op 7 mei demonstreerde tegen de gedwongen uitzettingen in Sheikh Jarrah, werd geduwd en getrapt door Israëlische soldaten die vanaf minder dan 10 meter afstand geluidsgranaten gooiden naar vreedzame demonstranten.
Op dezelfde dag werd een Palestijnse man van middelbare leeftijd in zijn dij geraakt door een schokgranaat. Een fotograaf die ook ter plekke was vertelde hoe Israëlische troepen, ook politie te paard, een vreedzame menigte aanviel nadat een van de demonstranten een waterfles naar hen had gegooid.
Boodschap van een bedreigde bewoner
Nabil el-Kurd is een van de bewoners die gedwongen zijn huis uitgezet kan worden in Sheikh Jarrah. Hij vertelde Amnesty International:
‘Sheikh Jarrah heeft een bericht voor de hele wereld, en voor de Amerikaanse regering, het parlement in het Verenigd Koninkrijk, het Franse parlement, het parlement van de EU, het Internationale Strafhof: wat er met ons gebeurt, is een oorlogsmisdaad. Het is niet slechts een uitzetting, maar een oorlogsmisdaad. Vergeet dat niet. Ik weet niet waarom de hele wereld toekijkt naar wat er gebeurt en Israël ermee weg laat komen. Het is tijd dat ze stoppen Israël te verwennen.’
Amnesty’s oproep
‘Amnesty-onderzoekers zagen afkeurenswaardig gedrag bij de veiligheidsdiensten in Sheikh Jarrah. Onder meer willekeurige aanvallen op vreedzame demonstranten die opkomen voor hun rechten en roepen om het respecteren van internationale wetgeving. De Israëlische autoriteiten de geplande huisuitzettingen onmiddellijk stoppen in plaats van de rechten van de bewoners van Sheikh Jarrah en activistennog verder te schenden’, zegt Saleh Higazi.
Amnesty International roept de internationale gemeenschap op om Israël ter verantwoording te roepen voor de systematische schendingen onder internationaal recht.
‘Israël mag niet doorgaan met deze razernij tegen Palestijnen die slechts hun bestaansrecht verdedigen en demonstreren tegen hun gedwongen uitzetting. Simpele uitingen van bezorgdheid over Israëls verontachtzaming van zijn verplichtingen onder internationaal recht zijn niet genoeg. Er moeten duidelijke en sterke afkeuringen komen van deze overduidelijke schendingen, zoals gedwongen uitzettingen, de uitbreiding van illegale nederzettingen en de wrede onderdrukking van mensen die demonstreren tegen deze ernstige schendingen.’
We roepen nu de leden van de VN-Veiligheidsraad op om een open sessie te organiseren, en de Speciale Coördinator voor het Vredesproces in het Midden-Oosten om de lidstaten te instrueren.
‘More than 1,400 Palestinians, mostly civilians, have been killed since Israel began its latest offensive in Gaza on 8 July. ” AMNESTY INTERNATIONALUSA: STOP ARMS TRANSFERS TO ISRAEL AMIDGROWING EVIDENCE OF WAR CRIMES IN GAZA31 JULY 2014
31 July 2014, 00:00 UTC
The US government must immediately end its ongoing deliveries of large quantities of arms to Israel, which are providing the tools to commit further serious violations of international law in Gaza, said Amnesty International, as it called for a total arms embargo on all parties to the conflict.
The call comes amid reports that the Pentagon has approved the immediate transfer of grenades and mortar rounds to the Israeli armed forces from a US arms stockpile pre-positioned in Israel, and follows a shipment of 4.3 tons of US-manufactured rocket motors, which arrived in the Israeli port of Haifa on 15 July.
These deliveries add to more than US$62 million worth of munitions, including guided missile parts and rocket launchers, artillery parts and small arms, already exported from the USA to Israel between January and May this year.
“The US government is adding fuel to the fire by continuing its supply of the type of arms being used by Israel’s armed forces to violate human rights. The US government must accept that by repeatedly shipping and paying for such arms on this scale they are exacerbating and further enabling grave abuses to be committed against civilians during the conflict in Gaza,” said Brian Wood, Head of Arms Control and Human Rights at Amnesty International.
Palestinian armed groups have continued to fire rockets indiscriminately into Israel, endangering civilians in flagrant violation of international law. Amnesty International has repeatedly called for an immediate end to such attacks, which amount to war crimes.
Last week the speaker of the Iranian parliament said Iran had provided arms manufacturing know-how to Hamas in Gaza. In November 2012 he said Iran had given both financial and military support to Hamas and the Commander of Iran’s Revolutionary Guards said missile technology has been supplied. Hamas fighters have admitted to firing Iranian-type Fajr 5 missiles towards Tel Aviv, but mostly fire shorter-range M25 or “Qassam” rockets.
The USA is by far the largest exporter of military equipment to Israel. According to data made public by the US government, its arms transfers to Israel from January to May 2014 included nearly $27million for “rocket launchers”, $9.3 million worth in “parts of guided missiles” and nearly $762,000 for “bombs, grenades and munitions of war”.
The news on 30 July that the USA had allowed the resupply of munitions to Israel came the same day the US government condemned the shelling of a UN school in Gaza which killed at least 20 people, including children and UN humanitarian workers.
“It is deeply cynical for the White House to condemn the deaths and injuries of Palestinians, including children, and humanitarian workers, when it knows full well that the Israeli military responsible for such attacks are armed to the teeth with weapons and equipment bankrolled by US taxpayers,” said Brian Wood.
Amnesty International is calling on the UN to immediately impose a comprehensive arms embargo on Israel, Hamas and Palestinian armed groups with the aim of preventing violations of international humanitarian law and human rights by all sides.
In the absence of a UN arms embargo, the organization is calling on all states to unilaterally suspend all transfers of military equipment, assistance and munitions to all parties to the conflict. They should not resume until violations committed in previous conflicts are properly investigated with those responsible brought to justice.
“As the leading arms exporter to Israel, the USA must lead the way and demonstrate its proclaimed respect for human rights and international humanitarian law by urgently suspending arms transfers to Israel and pushing for a UN arms embargo on all parties to the conflict. By failing to do so it is displaying a callous disregard for lives being lost in the conflict on all sides,” said Brian Wood.
More than 1,400 Palestinians, mostly civilians, have been killed since Israel began its latest offensive in Gaza on 8 July. At least 56 Israeli soldiers have died in the conflict, as well as three civilians in Israel, including a Thai national.
EINDE BERICHT
[16]
”1391, or 63%, of the 2,202 Palestinians killed by Israeli security forces in Operation “Protective Edge” did not take part in the hostilities. Of these, 526 – a quarter of all Palestinians killed in the operation – were children under eighteen years of age”
Israël heeft een staakt-het-vuren afgekondigd in de Gaza-strook. Het leger spreekt van een ‘humanitair bestand’ dat op maandag geldt van 7 tot 14 uur.
Het volgt op scherpe wereldwijde kritiek op de Israëlische beschieting van een VN-school in Gaza. De Verenigde Staten reageerden buitengewoon scherp op de tweede raketaanval in een week op een VN-school in de Gaza-strook. Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zegt ‘geschokt’ te zijn door de ‘schandelijke beschieting van de VN-school’.
Diplomaten zijn verrast over de sterke bewoordingen die het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse zaken gebruikt. Vooral de worden ‘geschokt’ en ‘schandelijk’ worden als opmerkelijk bestempeld. ‘De Verenigde Staten zijn geschokt door de schandelijke beschieting vandaag van een VN-school in Rafah, waar zo’n 3.000 ontheemde mensen hun toevlucht hadden gezocht en waarbij minstens tien Palestijnse burgers tragisch om het leven kwamen’, stelt Washington.
‘De locatie van de school was, zoals alle VN-gebouwen in Gaza, herhaaldelijk medegedeeld aan het Israëlische leger. We benadrukken nog maar eens dat Israel meer moet doen om zijn eigen normen te handhaven en burgerslachtoffers te vermijden. VN-gebouwen, en in het bijzonder die die burgers opvangen, moeten worden beschermd en mogen niet gebruikt worden als basis van waaruit aanvallen worden gelanceerd. De verdenking dat militanten in de buurt van de VN-gebouwen opereren rechtvaardigt geen aanvallen die het leven van zoveel onschuldige burgers in gevaar brengt’, klinkt het.
VN
Eerder op de dag had de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Ban Ki-moon, al zijn afschuw uitgesproken over de beschieting van de VN-school in Rafah waar zo’n 3.000 Palestijnse vluchtelingen verbleven. Zeker tien mensen werden gedood toen een raket insloeg bij de ingang van de school, aldus medische bronnen in Gaza.
Tientallen mensen raakten gewond. Veel Palestijnen hadden hun toevlucht gezocht tot de onderwijsinstelling die wordt gerund door de Verenigde Naties. Het Israëlische leger heeft nog niet gereageerd. Het is nog niet duidelijk wie verantwoordelijk is voor de raketinslag. Ongeveer 3.000 Palestijnen hadden hun toevlucht gezocht in de school.
De secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Ban Ki-moon, noemt de aanval ‘een morele schande en een misdaad’. Volgens Ban is het Israëlische leger meerdere keren geïnformeerd over de locatie van de school.
Van Rompuy
De Europese Unie heeft het aanhoudende bloedvergieten in de Gazastrook zondag nog eens nadrukkelijk veroordeeld. Bij monde van de voorzitter van de Europese Raad, Herman Van Rompuy en de voorzitter van de Europese Commissie, José Manuel Barroso werd het ‘onmiddellijke einde’ van de militaire acties geeist. ‘Alleen een onderhandelde oplossing gebaseerd op twee staten die elkaar respecteren kan tot vrede leiden’, stelt Van Rompuy.
Het Israëlische leger heeft toegegeven te hebben gevuurd nabij de VN-school. ‘Het Israëlische leger viseerde drie terroristen op de motorfiets nabij de school in Rafah’, stelt het leger in een mededeling. ‘De Israëlische defensie onderzoekt de gevolgen van die inslag.’ De Israelische regering kondigde in de nacht van zondag op maandag een ‘humanitair bestand’ af dat maandag van 7 tot 14 uur zou gelden.
Het is de derde aanval op een VN-school in de Gaza-strook in tien dagen tijd. Op 24 juli werd een school in Beit Hanoun getroffen en afgelopen donderdag werd een school in Jabaliya geraakt. Bij die twee aanvallen kwamen meer dan dertig Palestijnen om het leven. De Verenigde Naties legden verantwoordelijkheid voor het drama in Jabaliya bij Israël.
250.000
In de Gazastrook schuilen circa 250.000 mensen in gebouwen van de VN voor het Israëlische geweld. Volgens Israël is er vanuit de buurt geschoten. Vertegenwoordigers van de VN vonden raketopslagplaatsen van Palestijnse strijders in drie schoolgebouwen.
De raketinslag op de school in Rafah volgt op de aankondiging door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu zaterdagavond dat het Gaza-offensief voorlopig zal worden doorgezet. Het leger zal zijn operaties zolang voortzetten totdat het doel is bereikt: ‘de vrede naar Israël terugbrengen’, zei hij zaterdagavond in Tel Aviv.
Vernietigen
‘We zullen alle tunnels vernietigen’, voegde hij eraan toe. ‘Het leger wordt zolang ingezet tot alle werk is volbracht.’ En dat bleek ook meteen. Bij meerdere luchtaanvallen zijn volgens Palestijnse bronnen zondagmorgen zeven mensen om het leven gekomen. Vijftien Palestijnen raakten gewond. Palestijnen die aan de kust wonen, vertelden dat de Israëlische luchtmacht zware bombardementen heeft uitgevoerd in verschillende Palestijnse gebieden.
Na de vernietiging van de tunnels van de ‘radicaal-islamitische’ Hamas zal Israël de situatie opnieuw evalueren en bijkomende stappen ondernemen die nodig zijn voor de veiligheid.
EINDE BERICHT
[18]
”We explicitly and loudly condemned the direct shelling of the Al Aqsa hospital on July 21st that killed at least four people”
INTERNATIONAL RED CROSSNO WONDER GAZANS ARE ANGRY.THE RED CROSS CAN’T PROTECT THEM
25 JULI 2014
No wonder Gazans are angry. The Red Cross can’t protect them
25-07-2014 Article
Three ICRC vehicles are leaving Shujaia. They have rescued 11 people from the rubble but the intense combat has forced them back. As they depart an angry crowd of Palestinians attacks the vehicles with stones and sticks. “You are useless,” the crowd shouts. “You must protect us.”
But we cannot. The anger is unpleasant and misplaced, but understandable. We do our utmost, risking the lives of our staff to rescue who we can, but we cannot end the conflict. As ever, humanitarian organisations are a sticking plaster, not the solution.
If your home in Gaza was being shelled, who would you call in desperation? On the night Israel’s ground offensive began intense fire struck north-east Gaza. The emergency services, including our partners at the Palestinian Red Crescent (PRCS), were overloaded. Many Gazans tried to telephone us. Our office switchboard couldn’t cope. In the dark violent hours of the night we could not send ambulances or restore the water supply or treat the injured dying of their wounds. Isolated and terrified, with nowhere to flee and no help in sight, the anger of Palestinian families grew.
Two nights later in Shujaia hundreds more families went through the same ordeal. Again ICRC staff and PRCS volunteers could do little. With no guarantees of safety it would have been folly to attempt a rescue. In the daylight a temporary ceasefire was agreed, at our request. It was quickly broken, but nevertheless several dozen injured were brought from their ruined homes to hospitals and hundreds took advantage of our presence on the spot to flee. It was little and late. No wonder the helpless families have accused us of callous disregard. When your one faint hope of help is snuffed out the intensity of disappointment is all the deeper.
Other accusations have been levelled.
We were charged with collaborating with the Israeli Defence Forces in the destruction of Wafa hospital. In truth, we sought to protect the hospital through our dialogue with both sides. When combat came perilously close we intervened to win time for a possible last-resort evacuation of gravely ill patients, many on life support.
We are upbraided for not taking sides and refusing to apportion blame. Given our strict political neutrality it is usual that we get criticised by all sides at different times. But the ICRC is not silent in the face of clear breaches of international law. We explicitly and loudly condemned the direct shelling of the Al Aqsa hospital on July 21st that killed at least four people. We clearly denounce the indiscriminate rocketing of Israel. We stated categorically that even in the midst of warfare, people must be able to receive medical care in safety.
We are horrified at the death toll. We have repeatedly called for both sides to protect and spare civilians. We have warned of the need to protect Gaza’s perilously fragile water supply – many residents of the densely populated area are now without water, at the height of the scorching hot Mediterranean summer. Today our priority is the civilians, in Beit Hanoun and many other places all over Gaza. We are calling on all sides, based on the humanitarian imperatives of the situation, to ensure that their combat operations be conducted in accordance with the fundamental principles of international laws protecting civilians. But will our pleas for restraint, and the constant efforts of nearly 140 staff and more than 400 PRCS teams to rescue civilians and restock hospitals, be enough to quell the anger of grieving families? We hope so but we understand that it might not.
We do ask one thing: understand the limits of our role and look to the politicians to end this deadly, miserable conflict.
Jacques de Maio
Head of Delegation ICRC Israel and Occupied Territories
EINDE BERICHT[19]
AMNESTY INTERNATIONALGAZA:LOOMING HUMANITARIAN CATASTROPHE HIGHLIGHTS NEEDTO LIFT ISRAEL’S TEN YEAR ILLEGAL BLOCKADE15 JUNE 2017
The Israeli authorities’ latest decision to slash the electricity supply to the Gaza Strip could have catastrophic humanitarian consequences for residents who have already endured a decade of suffering under Israel’s brutal blockade, Amnesty International has warned.
The latest round of power cuts announced by Israel on 11 June restricting the electricity supply to between two and three hours a day, will have a disastrous impact on Gaza’s battered infrastructure and cause a public health disaster. The move will also endanger thousands of lives including those of hospital patients with chronic conditions or in intensive care, including babies on life support.
“For 10 years the siege has unlawfully deprived Palestinians in Gaza of their most basic rights and necessities. Under the burden of the illegal blockade and three armed conflicts, the economy has sharply declined and humanitarian conditions have deteriorated severely. The latest power cuts risk turning an already dire situation into a full-blown humanitarian catastrophe,” said Magdalena Mughrabi, Deputy Regional Director for the Middle East and North Africa at Amnesty International.
The power cuts will have a severe impact on essential services such as healthcare, wastewater management and access to clean water for Gaza’s entire population.
“As the occupying power, Israel has obligations to ensure the basic needs of the civilian population are met. At the very least, Israel must not continue to cut off access to essential supplies. The Israeli authorities must immediately lift the illegal blockade and end their collective punishment of Gaza’s population,” said Magdalena Mughrabi.
“Ten years on, the international community can no longer turn a blind eye to the devastating suffering caused by Israel’s cruel and inhuman isolation of Gaza.”
This month marks 10 years since Israel began its land, sea and air blockade of Gaza. The blockade, combined with restrictions by Egypt has cut off virtually all access to the outside world for more than two million residents. Since then, unemployment rates have skyrocketed and many families have been forced into extreme poverty leaving approximately 80% of the population dependent on humanitarian aid.
Electricity cuts
For more than a decade Gaza has suffered a chronic electricity deficit. In 2013, Gaza’s sole power plant began to buy fuel exclusively from Israel after cheap Egyptian fuel was no longer available. The higher price of fuel forced the power plant to reduce capacity by half. The power plant has had to shut down repeatedly because it was unable to afford the fuel needed to keep it running.
Even before the latest power crisis this week, electricity supply was rationed to around eight hours a day. In the past two months, it was further slashed to four hours a day as a result of a dispute between Palestinian authorities in the West Bank and Hamas before the latest cuts announced this week.
Residents told Amnesty International the power cuts have affected all aspects of their daily lives. With many people in Gaza living in high rise apartment buildings, the lack of electricity means clean water cannot be pumped to their homes, leaving them reliant on expensive bottled water to cook, clean and shower. Residents are also unable to use the lifts to get in and out of their homes, causing particular hardship for the elderly and those with disabilities.
Mohammad Abu Rahma, a Gaza City resident, described how the power cuts have affected him and his wife and three children. The lack of electricity means they have no water and cannot do simple things like use a fridge to store food and in the evening there is no light for the children to study or read.
“Ever since the [blockade] on Gaza 10 years ago our life has been in crisis. This is not new. But what is happening now…it is a catastrophe… It is immoral that they make us live like this. Everyone in Gaza has been harmed by what is happening. There is no one that is spared,” he said.
“This has meant having to live in this intolerable heat without fans, let alone air conditioners, and that’s for those of us who luckily still have our homes after the last war. It’s like we’re suffocating.” Nour al-Sweiki, from Gaza City, told Amnesty International that families are struggling to squeeze all their domestic tasks into the three- hour window when the electricity comes on each day.
“People here live without rights… Everything is backwards. Nothing here progresses except for time. Poverty, unemployment, lack of water – everything is deteriorating,” she said.
Another Gaza resident, Sami Abd al-Rahman, also said he and his family, like most Gazans, have reorganized their lives around the few hours of electricity –getting up in the middle of the night to do simple things such as use the washing machine or take showers. He fears for the mental and emotional effects the continuing crisis is having on his children.
“The Israeli authorities must ensure the level of electricity is restored to meet and sustain basic humanitarian needs, including health, water and sanitation,” said Magdalena Mughrabi.
“The Palestinian authorities in the West Bank, Hamas and Israel must all ensure that their political disputes are not dealt with in a manner that tramples on the basic rights of Gazans.”
Wider impact of blockade
The situation in the Gaza Strip has become so untenable that in 2015 the UN warned it would become “uninhabitable” by 2020.
Under Israel’s illegal blockade, movement of people and goods is severely restricted and the majority of exports and imports, raw materials have been banned. Meanwhile, Egypt has imposed tight restrictions on the Rafah crossing, keeping it closed most of this time.
The destruction wrought by three armed conflicts between Israel and Palestinian armed groups in the Gaza Strip in the 10 years since the blockade was imposed has also had devastating consequences on essential infrastructure and the deterioration of Gaza’s economy. All sides have committed violations of international humanitarian law, including war crimes during these conflicts.
In each of these wars, Israel targeted civilian infrastructure, including electricity, water, sewage and sanitation plants as well as destroying tens of thousands of civilian properties, including homes, shops and factories. Israel has subsequently refused to allow into Gaza much of the construction materials needed to rebuild the civilian infrastructure.
“The wanton destruction of Gaza’s residential homes and infrastructure coupled with the economic deprivation means that daily existence for many Palestinians there is a living nightmare with no end in sight,” said Magdalena Mughrabi.
This week’s Gaza-Egypt border breach temporarily eased the humanitarian impact of Israel’s blockade, but Israel as the occupying power remains responsible for the well-being of Gaza’s 1.4 million residents, Human Rights Watch said today. Gazans remain almost completely dependent on Israel for fuel, electricity, medicine, food, and other essential commodities.
Human Rights Watch also called upon Palestinian armed groups in Gaza to stop their indiscriminate rocket attacks into populated areas in Israel in violation of international humanitarian law. The attacks have wounded 82 Israeli civilians in the past six months.
“Israel’s rightful self-defense against unlawful rocket attacks does not justify a blockade that denies civilians the food, fuel and medicine needed to survive, a policy amounting to collective punishment,” said Joe Stork, acting director of Human Rights Watch’s Middle East division. “Gazans can’t turn on the lights, get tap water, buy enough food, or earn a living without Israel’s consent.”
Some Israeli officials have suggested that the temporary breach in the Egypt-Gaza border means that Israel has relinquished all responsibility for Gaza. “We need to understand that when Gaza is open to the other side, we lose responsibility for it,” said Israeli Deputy Defense Minister Matan Vilnai on January 24, 2008. “So we want to disconnect from it.”
Israel withdrew its military forces and settlers from the Gaza Strip in 2005, but it still controls Gaza’s airspace, territorial waters, and land borders – with the exception this week of the Rafah border area with Egypt. Israel is Gaza’s primary supplier of electricity, which is essential for water availability and sewage treatment. In addition, Israel controls Gaza’s telecommunications network, its population registry, and its customs and tax revenues. Israeli security forces have frequently re-entered Gaza at will.
“The sudden opening of Gaza’s border with Egypt has changed, for the time being, only one of the many indices of Israel’s control over essential aspects of life in Gaza,” Stork said. “Israel remains responsible for the well-being of Gaza’s civilians.”
Aside from the fact that the irregular opening of Gaza’s border with Egypt may be temporary, any end to Israel’s legal responsibilities for the welfare of Gaza’s inhabitants would require an end to its effective control over the Gaza Strip, including its territorial waters and airspace, and its tax and customs revenues, Human Rights Watch said. It would also require a new infrastructure so Gaza’s residents can meet their requirements for fuel, electricity, cargo transshipment and the like through harbors, an airport, and over the 17-kilometer border with Egypt.
The border breach at Rafah began on January 23, after Hamas helped Palestinians break through sections of the wall and fence separating Gaza and Egypt, to the west of the official Rafah crossing, which remains closed. Tens of thousands of Palestinians – by some estimates hundreds of thousands – flooded into Egypt to acquire food, fuel, and essential supplies. Tens of thousands more entered Egypt the following day.
On January 25, Egyptian security forces attempted to control the entry of Palestinians from Gaza and re-seal the border, but Palestinians bulldozed a new opening. By the afternoon, the traffic was flowing unhindered again, with Palestinians driving into Egypt in their private cars.
Human Rights Watch on January 24 visited a makeshift market with Egyptian and Palestinian traders in the no-man’s land at the border, known as the Philadelphi Corridor. Palestinians bought cigarettes, cement, fuel, electrical supplies, generators, car parts, farm animals, and other goods in short supply in Gaza due to Israel’s drastic restrictions on imports dating back to June 2006.
Human Rights Watch observed four significant breaks in the border barriers. The largest of the breaches, near the former Israel Defense Forces post known as Salaheddin, was roughly 250 meters wide.
Egyptian border forces in riot gear have tried to maintain order on the Egyptian side. Additional Egyptian security forces manned checkpoints near the city of al-Arish, about 30 miles southwest of Rafah. The governor of northern Sinai, Gen. Ahmad `Abd al-Hamid, said Egypt would not allow Palestinians to travel beyond al-Arish.
On the Gaza side, Human Rights Watch saw uniformed Hamas-controlled security forces and members of the Qassam Brigades, the Hamas militia, in black uniforms and civilian clothes, randomly checking cars and individuals with goods purchased in Egypt. Members of the security forces told Human Rights Watch that they were primarily checking for illegal drugs.
Two Qassam Brigades members at the border told Human Rights Watch that they were not permitting arms to enter, but another said the restriction only applied to persons not known to be active in “the resistance.” The heavy traffic and lack of controls made it impossible for Hamas forces to check the vast majority of individuals and vehicles.
Hamas security forces also established checkpoints at key intersections inside Gaza, checking cars. Human Rights Watch observed them arresting one man, apparently for drug possession.
Since Hamas took over the Palestinian Authority in March 2006, following its electoral victory the previous January, and especially after Hamas captured Israeli corporal Gilad Shalit that June, Israel has made it exceedingly difficult for Palestinians to leave Gaza. Following Hamas’s violent seizure of power in Gaza from rival Fatah forces in June 2007, Israel has arbitrarily blocked, delayed and harassed people with emergency medical problems who need to leave Gaza for urgent care. Some Palestinian patients unable to reach hospitals in Israel or Egypt have died.
Approximately 6,000 people with foreign citizenship, permanent foreign residency, work permits, student visas, or university admissions abroad, have been trapped inside the territory and denied exit permits for unspecified “security reasons.”
It remains unclear how many of these people left Gaza for Egypt in recent days and whether they will be able to travel beyond al-Arish to Cairo.
The border breach occurred five days after Israel imposed a complete blockade on the entry of goods into Gaza in response to continued Palestinian rocket attacks. An earlier breach of the same border, at the time of Israel’s military withdrawal in September 2005, was quickly repaired.
Israeli officials have said they would not allow the blockade to cause a humanitarian crisis. “We will not hit food supplies for children or medicines for the needy,” Prime Minister Ehud Olmert said this week.
“Israeli leaders have been playing word games, claiming that each new turn of the screw would not create a humanitarian crisis,” Stork said. “But the ordinary people of Gaza – those with no connection to militants – have been living such a crisis for more than a year as the economy collapses, the lights go out, and the sewage overflows.”
Statements by Israeli officials this week appear to acknowledge that the blockade amounts to collective punishment. Olmert on January 24 said: “There is no justification for demanding we allow residents of Gaza to live normal lives while shells and rockets are fired from their streets and courtyards at Sderot and other communities in the south.”
Defense Ministry spokesman Shlomo Dror said that, “If Palestinians don’t stop the violence, I have a feeling the life of people in Gaza is not going to be easy.”
Israel slightly eased the blockade on January 23 after a wave of international criticism, agreeing to supply one week’s worth of fuel for Gaza’s sole electric power plant, but it limited supplies again soon after the border breach.
Approximately 60 percent of Gaza’s electricity is supplied commercially by an Israeli provider. Egypt supplies about 10 percent to southern Gaza, and Gaza’s sole power plant produces about 25 percent.
On the evening of January 20, the power plant had to stop production entirely due to the lack of industrial diesel fuel allowed in from Israel. Kanaan Obeid, deputy director of the Palestinian Energy Authority, told Human Rights Watch that the power plant had only enough fuel to last through January 27.
Israel’s calibrated restrictions on regular diesel, industrial diesel and benzene fuel began on October 28, 2007, in response to continued rocket attacks by Palestinian armed groups. In November, the Israeli Supreme Court approved the fuel cuts but ordered the state to halt proposed electricity cuts until it could prove that such cuts would not harm medical and other services essential to the civilian population.
Intended to pressure Hamas to take action against the armed groups, the fuel cuts have had a direct impact on the well-being of the civilian population. Gaza residents are suffering increasingly serious disruptions to their daily lives from power cuts.
According to the United Nations, the electricity shortage caused at least 40 percent of Gazans being denied access to running water and a breakdown in the sewage system. Thirty million liters of raw sewage was released into the sea per day, a UN report said. Forced to rely on generators, Gaza hospitals reduced their services.
The UN World Food Program reported shortages of meat, wheat flour and frozen food. Between January 14 and 20, the humanitarian and commercial foods entering Gaza totaled only 31 percent of basic food needs.
Israel’s decision to limit fuel, and potentially electricity, to Gaza in retaliation for rocket attacks violates a basic principle of international humanitarian law, which prohibits a government with effective control over a territory from attacking or withholding objects that are essential to the survival of the civilian population, Human Rights Watch said. It also violates Israel’s duty as the occupying power to safeguard the health and welfare of the population under occupation.
On January 27, the Israeli Supreme Court will hear an appeal from Israeli and Palestinian human rights groups, asserting that the electricity cuts amount to collective punishment in violation of international humanitarian law.
Egypt shares some of the blame for the humanitarian crisis in Gaza, having largely kept its border with Rafah closed during the Israeli blockade, Human Rights Watch said. In the future, it should take steps to facilitate the flow of people and goods, especially humanitarian aid and emergency medical cases, while controlling the flow of arms and material used to attack Israeli civilians.
“The past three days prove that Egypt can contribute to alleviating the humanitarian crisis in Gaza,” Stork said. EINDE BERICHT
[20] CRIMES AGAINST HUMANITY
Article 7 Crimes against humanity 1. For the purpose of this Statute, “crime against humanity” means any of the following acts when committed as part of a widespread or systematic attack directed against any civilian population, with knowledge of the attack: (a) Murder; (b) Extermination; (c) Enslavement; (d) Deportation or forcible transfer of population; (e) Imprisonment or other severe deprivation of physical liberty in violation of fundamental rules of international law; (f) Torture; (g) Rape, sexual slavery, enforced prostitution, forced pregnancy, enforced sterilization, or any other form of sexual violence of comparable gravity; (h) Persecution against any identifiable group or collectivity on political, racial, national, ethnic, cultural, religious, gender as defined in paragraph 3, or other grounds that are universally recognized as impermissible under international law, in connection with any act referred to in this paragraph or any crime within the jurisdiction of the Court; (i) Enforced disappearance of persons; (j) The crime of apartheid; (k) Other inhumane acts of a similar ch haracter intentionally causing great suffering, or serious injury to body or to mental or physical health.
The razing of a Bedouin village by Israeli police shows how far the state will go to achieve its aim of Judaising the Negev region
A menacing convoy of bulldozers was heading back to Be’er Sheva as I drove towards al-Arakib, a Bedouin village located not more than 10 minutes from the city. Once I entered the dirt road leading to the village I saw scores of vans with heavily armed policemen getting ready to leave. Their mission, it seems, had been accomplished.
The signs of destruction were immediately evident. I first noticed the chickens and geese running loose near a bulldozed house, and then saw another house and then another one, all of them in rubble. A few children were trying to find a shaded spot to hide from the scorching desert sun, while behind them a stream of black smoke rose from the burning hay. The sheep, goats and the cattle were nowhere to be seen – perhaps because the police had confiscated them.
Scores of Bedouin men were standing on a yellow hill, sharing their experiences from the early morning hours, while all around them uprooted olive trees lay on the ground. A whole village comprising between 40 and 45 houses had been completely razed in less than three hours.
I suddenly experienced deja vu: an image of myself walking in the rubbles of a destroyed village somewhere on the outskirts of the Lebanese city of Sidon emerged. It was over 25 years ago, during my service in the Israeli paratroopers. But in Lebanon the residents had all fled long before my platoon came, and we simply walked in the debris. There was something surreal about the experience, which prevented me from fully understanding its significance for several years. At the time, it felt like I was walking on the moon.
This time the impact of the destruction sank in immediately. Perhaps because the 300 people who resided in al-Arakib, including their children, were sitting in the rubble when I arrived, and their anguish was evident; or perhaps because the village is located only 10 minutes from my home in Be’er Sheva and I drive past it every time I go to Tel Aviv or Jerusalem; or perhaps because the Bedouins are Israeli citizens, and I suddenly understood how far the state is ready to go to accomplish its objective of Judaising the Negev region; what I witnessed was, after all, an act of ethnic cleansing.
They say the next intifada will be the Bedouin intifada. There are 155,000 Bedouins in the Negev, and more than half of them live in unrecognised villages without electricity or running water. I do not know what they might do, but by making 300 people homeless, 200 of them children, Israel is surely sowing dragon’s teeth for the future. EINDE BERICHT BBCISRAEL POLICE RAZE ”ILLEGAL” BEDOUIN VILLAGE IN NEGEV
Around 300 Bedouins living in Israel’s Negev desert have been made homeless after police raided their village and razed their homes.
Israeli activists said 1,500 police arrived in Al-Arakib village at dawn.
They destroyed 30 to 40 makeshift homes and uprooted hundreds of olive trees belonging to the villagers, they said.
Police spokesman Mickey Rosenfeld said the homes had been “illegally built” and were destroyed in line with a court ruling issued 11 years ago.
“Several hundred people were taken back to the Rahat area where they originally came from,” he told the AFP news agency, referring to a nearby Bedouin town in Israel’s arid south.
More than 150,000 Bedouin live in Israel, mostly in and around the Negev desert.
Around half live in villages that are not recognised by the state, and have no access to municipal services like water and electricity.
Many live in extreme poverty.
Land battle
At dawn on Tuesday, women and children in Al-Arakib watched as Land Administration bulldozers demolished their houses, Israeli press reports said.
Minor scuffles erupted as the villagers and around 150 rights activists tried to stop the police from carrying out the demolitions, said Chaya Noach, head of the Negev Coexistence Forum, a group fighting to protect the rights of the Bedouin in the Negev.
“We were stunned to witness the violent force being used,” Al-Arakib spokesman Awad Abu-Farikh told Israeli newspaper Yediot Ahronot following the razing.
“This operation is the first step in the uprooting of many villages. We shall return to our villages, build our homes and not leave this place.”
The authorities say all the homes are illegal, built without permission.
The Bedouin say they have lived in the area since before the foundation of the state of Israel.
They resist efforts to re-settle them in towns and villages, saying it goes against their traditional way of life.
A Land Administration official, Shlomo Tziser, told Yediot Ahronot the officers were implementing a final court order for the evacuation of the area.
“Today we shall evacuate them and should they return we’ll do it again,” he said.
EINDE BERICHT
”The 130-page report, “Off the Map: Land and Housing Rights Violations in Israel’s Unrecognized Bedouin Villages,” documents how discriminatory Israeli laws and practices force tens of thousands of Bedouin in the south of Israel to live in “unrecognized” shanty towns where they are under constant threat of seeing their homes demolished and their communities torn apart.”
HUMAN RIGHTS WATCH
ISRAEL: END SYSTEMATIC BIAS AGAINST
BEDOUIN
Stop Demolishing Homes, Remedy Discriminatory Land Allocation
Israel should declare an immediate moratorium on demolitions of Bedouin homes and create an independent commission to investigate pervasive land and housing discrimination against its Bedouin citizens in the Negev, Human Rights Watch said in a new report released today.
The 130-page report, “Off the Map: Land and Housing Rights Violations in Israel’s Unrecognized Bedouin Villages,” documents how discriminatory Israeli laws and practices force tens of thousands of Bedouin in the south of Israel to live in “unrecognized” shanty towns where they are under constant threat of seeing their homes demolished and their communities torn apart.
Human Rights Watch based its findings on interviews conducted in 13 unrecognized Bedouin villages and three government-planned Bedouin townships in the Negev. It interviewed dozens of Bedouin residents, as well as activists, community organizations, nongovernmental organizations (NGOs), academics, and lawyers in Israel. Human Rights Watch submitted a detailed letter to the government in 2007 with preliminary findings and questions, and incorporated relevant information from the Ministry of Justice’s response into the report.
“Israeli policies have put the Bedouin in a lose-lose situation,” said Joe Stork, Middle East director at Human Rights Watch. “The state has forced them off the land they claimed as their own and into illegal shanty towns, cut off from basic necessities like water and electricity.”
Israel has demolished thousands of Negev Bedouin homes since the 1970s, and hundreds in 2007 alone. Authorities say that 45,000 existing Bedouin homes in approximately 39 “unrecognized” villages were built illegally and thus potential targets for demolition. Israeli officials contend that they are simply enforcing zoning and building codes. But Human Rights Watch found that officials systematically demolish Bedouin homes while often overlooking or retroactively legalizing unlawful construction by Jewish citizens.
While the Bedouin suffer an acute need for adequate housing and for new (or recognized) residential communities, the state instead is developing new homes and communities for Jewish citizens even though some of the more than 100 existing Jewish communities in the Negev sit half-empty. In theory, any citizen can apply to live in these Negev communities, but in practice selection committees screen applicants and accept people based on undefined notions of “suitability” that systematically exclude Bedouin.
“Israel is willing and able to build new Negev towns for Jewish Israelis seeking a rural way of life, but not for the people who have lived and worked this land for generations,” Stork said. “This is grossly unfair.”
Israeli officials insist that Bedouin can relocate to seven existing government-planned townships or a handful of newly recognized villages. Human Rights Watch found that the government-planned townships constitute seven of the eight poorest communities in Israel and are ill-equipped to handle any influx of residents. Most Bedouin reject the idea of relocating to the townships, with their deplorable infrastructure, high crime rates, scarce job opportunities, and insufficient land for traditional livelihoods such as herding and grazing. In addition, the state requires Bedouin who move to the townships to renounce their ancestral land claims – unthinkable for most Bedouin who have claims to land passed down from parent to child over generations.
The state controls 93 percent of the land in Israel, and a government agency, the Israel Land Administration (ILA), manages and allocates this land. No Israeli law requires the ILA to ensure fair and just distribution of land. Almost half its governing body are members of the Jewish National Fund, which has an explicit mandate to develop land for Jewish use only. Today, the Bedouin community comprises 25 percent of the population of the northern Negev, but controls less than 2 percent of the land there.
Authorities have allocated large tracts of land and public funds for family ranches or farms. The state connects these farms to national electric and water grids despite the fact that some lack proper planning permits and retroactively legalizes them rather than demolish them.
“The hypocrisy in the policy towards these large individual farms is not lost on the Bedouin,” said Stork. “The state’s claims that the Bedouin villages are too dispersed to receive state utilities don’t seem to matter when it comes to the farms.”
In October 2007, the Ministry of Housing appointed a commission headed by former state comptroller and retired Supreme Court Justice Eliezer Goldberg to examine the land-ownership dispute between the state and the Bedouin community in the Negev. The eight-member Goldberg Commission, which does not include a representative from the unrecognized Bedouin villages, began work in January 2008, proposing to publish its findings and recommendations within six months.
Human Rights Watch urged the commission to base its recommendations on Israel’s international human rights obligations prohibiting discrimination and guaranteeing rights to adequate and secure housing, and protection from forced evictions.
“One recommendation should be for a special commission that can conduct an impartial and comprehensive examination of the problem of the unrecognized villages,” Stork said. “Because the state itself is responsible for this systematic discrimination and denial of basic rights, an independent investigative body is needed.”
Many Bedouin told Human Rights Watch about the devastating impact of home demolitions on their families. The authorities typically demolished the homes without specific advanced warning, often leaving families with nothing more than a tent for shelter.
Testimonies
Sarah Kishkher of Um Mitnan told Human Rights Watch what this meant. “Everything used to be so clean and neat. We could keep the home organized – we had cupboards to fold the children’s clothes and keep them in. We could bathe the children whenever we wanted. Everything [in a tent] is in this sandy dirt. We can’t keep food for the baby in a fridge. We have lost everything.”
Some Bedouin have seen their homes destroyed more than once. Fatima al-Ghanami, a 60-year-old widow in Um Mitnan, suffers from diabetes. Officials demolished her home several years ago. Shortly after she rebuilt, she received another demolition warning order. “When I got the demolition order for the old house, I was sure they would never come. Now I know better. I know they’ll come and do it. … They might come tomorrow, they might come anytime. If they demolish this place, I have nowhere to go and no money left. I have no idea what I’ll do.”
Background
Some Bedouin villages pre-date the creation of the state of Israel in 1948, while others sprang up after Israel forcibly displaced the Bedouin from ancestral lands in the early days of the state. Israel passed laws in the 1950s and 1960s enabling the government to lay claim to large areas of the Negev where the Bedouin had formerly owned or used the land. Planning authorities ignored the existence of Bedouin villages when they created Israel’s first master plan in the late 1960s, embedding discrimination in policies that continue today, some 40 years later.
According to the United Nations committee responsible for interpreting the International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights, which Israel ratified in 1991, governments can carry out forced evictions only in “the most exceptional circumstances,” and in accordance with international law. Even in exceptional circumstances, human rights principles require that the government must consult with the affected individuals or communities, identify a clear public interest requiring the eviction, ensure that those affected have a meaningful opportunity to challenge the eviction, and provide appropriate compensation and adequate alternative land and housing arrangements.
In almost all cases, Human Rights Watch found that the state met none of these criteria.
In the unrecognized villages of Um al-Hieran and Atir, near the Yatir forest, the state filed lawsuits to evacuate and expel the approximately 1,500 residents in April 2004. In September 2006, the state obtained approximately 40 judicial demolition orders against almost all the houses in Um al-Hieran, and in June 2007 the ILA demolished 25 of those homes. Um al-Hieran dates from 1956, when the government moved the residents from their land in the western Negev, around today’s Kibbutz Shoval. Now the government wants the land of Um al-Hieran to construct a larger Jewish settlement, Hiran. The government never informed Um al-Hieran’s residents of its plans or invited them to be a part of the new community before attempting to displace them forcibly again.
After planning officials distributed demolition warnings or orders on all the homes in the village of al-Sira in September 2006, village residents approached the authorities but found there were no alternatives envisaged for the community. Resident Khalil al-Amour told Human Rights Watch: “They always say ‘maybe’. Maybe you’ll get a neighborhood when [the township of] Rahat expands; maybe you can go to the [newly planned] township of Marit which does not even exist yet. We are invisible people to them, so perhaps we can live in invisible houses.” All the homes in the village now have demolition orders.
The Human Rights Watch report discusses examples of countries where governments have attempted to address indigenous land claims and provide redress where there have been historical injustices. New Zealand, Canada, and Australia, for instance, have established national processes, ranging from commissions to tribunals, and in some cases these have resulted in returning land which was owned or traditionally used by indigenous populations to their control.EINDE BERICHT
[21]
CIVIS MUNDI
ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.
MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT
ASTRID ESSED
”Yes, Palestinians living in Gaza and East Jerusalem are fully entitled to respect of the rights they have under international human rights law, and the protections due to them as residents of occupied territory.”
”Despite dismantling its military government in the Gaza Strip and withdrawing its settler population from there in 2005, Israel continues to exercise significant control over the 2 million Palestinians living in Gaza and therefore continues to have obligations toward them under the law of occupation and must respect their rights.”Israel also has obligations under the law of occupation to Palestinians in East Jerusalem and must respect their rights and freedoms, despite its annexation of the territory in 1967 in a unilateral move that was not recognized by the international community and does not alter its status as occupied under international law.
HUMAN RIGHTS WATCH
4.ARE THE REPORT RECOMMENDATIONS APPLICABLE TO THE GAZA STRIP AND EAST JERUSALEM?
Yes, Palestinians living in Gaza and East Jerusalem are fully entitled to respect of the rights they have under international human rights law, and the protections due to them as residents of occupied territory.
Despite dismantling its military government in the Gaza Strip and withdrawing its settler population from there in 2005, Israel continues to exercise significant control over the 2 million Palestinians living in Gaza and therefore continues to have obligations toward them under the law of occupation and must respect their rights.
Israel also has obligations under the law of occupation to Palestinians in East Jerusalem and must respect their rights and freedoms, despite its annexation of the territory in 1967 in a unilateral move that was not recognized by the international community and does not alter its status as occupied under international law.
EINDE BERICHT
ORIGINELE BRON
HUMAN RIGHTS WATCH
Q & A: BORN WITHOUT CIVIL RIGHTS
ISRAEL’S USE OF DRACONIAN MILITARY ORDERS TO REPRESS PALESTINIANS IN
Relations between the Parties, as well as all the provisions of the Agreement itself, shall be based on respect for human rights and democratic principles, which guides their internal and international policy and constitutes an essential element of this Agreement.
EURO MEDITERRANEAN AGREEMENT
establishing an association between the European Communities and their Member States, of the one part, and the State of Israel, of the other part
[24]
ARTIKEL 90, NEDERLANDSE GRONDWET
De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.
EINDE NOTEN
Reacties uitgeschakeld voor Israelische bombardementen op Gaza in mei 2021/Terreur in Oost-Jeruzalem en de West Bank/Brief aan Tweede Kamerleden/Stop Israelische terreur!/Stop de bezetting!
TOEVOEGING ASTRID ESSED Weer een scherp en zeer ter zake doend artikel van Peter Storm, waarvoor waardering!Maar…..men is het zelden op alle fronten eens en dat hoeft ook nietZo deel ik zijn oordeel over Rutte cs, maar ben ik het niet eens metde afschaffing van gevangenissen, rechtbanken en politiekorpsen, want wiegaat dan ernstige misdadigers [moord, mishandeling, verkrachting etc] verantwoordelijk houden?WEL deel ik van harte de mening van Storm, dat deze instituties vaakde belangen van het huidige economische stelsel en dus ongelijkheiden racisme, dienen en dat zij daarom Ondingen zijnMaar zolang wij leven onder kapitalisme en ongelijkheid, moeten wij,gewone burgers,wel beschermd worden tegen alle vormen van nietpolitieke criminaliteit.Een duivels dilemma, dat wel….
Onderstaand stuk schreef ik voor Konfrontatie Digitaal. Daar staat het al eventjes te lezen.
Ruttes regering en de bijbehorende parlementsfracties zijn samen een stel misdadigers. Maar aangezien zij ons de wet stellen, en aangezien zij de gewapende macht uiteindelijk besturen, hebben we binnen deze wettelijke orde geen mogelijkheid om deze misdadigers af te komen. Geen agent gaat ze arresteren, geen rechtbank gaat ze veroordelen, en geen gevangenis gaat ze herbergen. Dat is niet zo’n ramp, want gevangenissen, rechtbanken en politiekorpsen zijn sowieso onderdrukkingsapparaten waar we per direct van af moeten. Maar het laat wel zien dat we eigenlijk geen legale opties hebben tegen de misdadigers die ons besturen. We zullen het moeten hebben van middelen die het staatsgezag als illegaal zal bestempelen. Het is tijd voor wat dat staatsgezag opruiing noemt, en voor daden waartoe die opruiing aanzet. Het is allang tijd voor de hooivorken.
Wegstemmen, zei je? Dat hebben we in maart mogen proberen. Het is niet erg gelukt, wel? Maar bovendien: is met de verkiezingsmeerderheid die de misdadigersbende nog steeds achter zich heeft, de reeks misdaden er minder misdadig op geworden? Is massale dood-door-schuld via moedwillig gefaciliteerde virusverspreiding, het langs diezelfde weg moedwillig aanrichten van grootschalige gezondheidsschade bij honderdduizenden mensen, het afpersen via de belastingdienst van vele tienduizenden arme mensen, opzettelijk extra gefocust op mensen met een migratie-achtergrond, en het systematisch liegen over deze zaken… is dat allemaal opeens niet misdadig meer, enkel omdat een parlementaire meerderheid er nog altijd mee akkoord gaat? En gaan we rustig wachten tot we over vier jaar onze verkiezingskans weer krijgen toebedeeld?
En denken we dat als verkiezingen hadden geleid tot een kabinet-Kaag of kabinet Klaver in plaats van het dreigend naderende Rutte Vier, dat er dan er wezenlijk iets veranderd zou zijn? De leugens zouden anders zijn geformuleerd. De accenten van de misdadigheid zouden iets anders worden gelegd. En de misdadigerskliek van Rutte zou dan gewoon vanuit de oppositiebankjes doorgegaan zijn, zij aan zij met de andere criminele bendes die de afgelopen maanden voor oppositie hebben gespeeld: de bendes van Wilders en die van Baudet die trouwens maar wat graag de plek van Rutte in zouden nemen, met catastrofale gevolgen.
Dat goede mensen op 17 maart Sylvana Simons de Tweede Kamer in hebben gestemd, betekent dat daar nu een scherp en welbespraakt openbaar aanklager heeft plaatsgenomen tegenover de hoofdverdachte Rutte en zijn medeplichtigen. Dat levert boeiend theater op, en het is aardig dat Rutte voelbaar de wind van voren krijgt van de enige linkse parlementariër die Nederland momenteel heeft, de eerste links-radicale parlementariër ook sinds PSP-er Fred van der Spek de Kamer verliet. Aan de machtsverhoudingen verandert het verder fundamenteel niets. En het feit dat ook haar naam stond onder een motie van wantrouwen waaraan ook Wilders en Baudet zich als ondertekenaars hadden verbonden, deed ook bij mij de wenkbrauwen fronsen. Je bestrijdt de misdaad niet geloofwaardig als je daarbij leunt op een concurrerend misdaadsyndicaat. Een linkse oppositie kan dat echt beter laten. Dat geldt trouwens vooral ook waar die linkse oppositie pas in haar element is: op straat. Daar dient de strijd te worden gevoerd, op eigen kracht en nevernooitniet met extreem-rechts als bondgenoot. Maar dan dient de strijd om te beginnen wel eens te worden aangegaan.
Ik begrijp al tijden niet waar de oproepen vanuit linkse groepen en personen blijven om Rutte en zijn kabinet te verdrijven, eigenhandig en desnoods hardhandig. Ik snap niet waarom de straten rond Binnenhof en Catshuis zo rustig blijven. Ik vind het buitengewoon verontrustend dat de man die het luidst roept, week in week uit en in woorden die geen ruimte laten tot misverstand, uitgerekend Geert Wilders is. Hij zegt het criminele regeringsstel de wacht aan. Hij roept ze tot onmiddellijk vertrek op. En hij is de enige die dat consistent en luidruchtig doet, als we een doodenkele eenzame twitteraar en blogger ter uiterste autonoom/anarchistische linkerzijde eventjes niet meerekenen. Dat Wilders vrijwel de enige is die deze toon aanslaat, is levensgevaarlijk. Dat het straatprotest dat er wel degelijk is, vrijwel uitsluitend van rechts en extreem-rechts komt – veelal verpakt als ‘protest tegen de coronamaatregelen’ – komt is dat ook. Rechts heeft tegen Rutte vrijwel vrij spel. Nogmaals, levensgevaarlijk is dat.
Heel veel mensen willen wel degelijk dat Rutte vertrekt. Daar zitten rechtse mensen tussen die Wilders wel een regering willen zien vormen met Baudet, of andersom. Maar daar zitten ook linkse mensen bij, plus een heleboel mensen boordevol terechte boosheid maar zonder dat die een duidelijke politieke kleur of bedding heeft weten te vinden. Daar zitten gedupeerden wegens het toeslagenschandaal bij, arme en voor een aanzienlijk deel niet-witte mensen.
Als alleen een fascist als Wilders al deze boosheid mobiliseert, dan wint Wilders en het fascisme als Rutte inderdaad ten val komt. Dan zijn die arme en vooral die niet-witte mensen nog veel harder de dupe. Als alleen een fascist als Wilders die boosheid mobiliseert, zonder dat Rutte valt… dan ziet het er uit alsof het enige obstakel tegen oprukkend fascisme bestaat uit Rutte en zijn misdadigersbende. Zolang linkse mensen feitelijk Rutte de hand boven het hoofd houden uit angst voor Wilders, speelt datzelfde links Wilders als meest prominente opponent van Rutte juist in de kaart: andere oppositie is dan immers nauwelijks te bespeuren. Zolang linkse mensen de hooivorken in de schuur laat staan, blijven ook die hooivorken het exclusieve wapen van extreem-rechts dat er dan ongetwijfeld tractoren aan toevoegt. Is dat echt wat we willen?
Peter Storm
Reacties uitgeschakeld voor [Artikel Peter Storm]/Hoog tijd voor opruiing