PC HOOFTPRIJS VOOR SCHRIJVER ARNON GRUNBERG/OVER EENENG MANNETJE, EEN FALENDE STAATSSECRETARIS EN EEN LAKSEOVERHEID Waar een groot schrijver klein in kan zijn
Geschreven op de Dag van de Uitreiking van de PC Hooftprijs, 19 mei 2022
LEZERS
Op 19 mei anno Domini 2022, welgeteld vandaag dus, wordt aan de schrijverArnon Grunberg [1] de PC Hooftprijs, een pretentieuze Literatuurprijs, uitgereikt [2]De Stichting PC Hooftprijs beschrijft haar motivatie tot toekenning als volgt:” ‘Hij blijft onverminderd nieuwsgierig en maatschappelijk betrokken. Hij is obsessief in zijn zoektocht naar het liefdevolle in de mens en nietsontziend waar het de duistere kanten van het bestaan betreft. In zijn romanuniversum heeft hij een eigen stijl, taal en grammatica ontwikkeld waarin hij gruwel en tederheid met elkaar weet te verenigen, satire en oprechtheid. Daarmee heeft hij een immense bijdrage geleverd aan de Nederlandse literatuur.’ [3] Dat kan allemaal waar wezen, aan zijn literaire prestaties wilik niets afdoen.Maar er is een ANDERE kant van Grunberg, die ik graag nogeven voor het Voetlicht breng, die hem op heel andere wijze belicht.En dat is geen fraaie!Maar eerst complimenten aan zijn adres 4 MEI LEZING ”NEE”/ANTI- RACISME Waarvoor ik Grunberg complimenten wil geven, is voor zijn op 2020 gehouden 4 Mei lezing, getiteld ”NEE”Zie onder noot 4Ik citeer welke passage o.a. indruk op mij maakte”Ik had toen niet gedacht dat ik een paar decennia later als columnist voor eenNederlandse krant een reeks onbeschaamd antisemitische e-mails zou ontvangen. Ik dacht toen dat het taboe te groot was. Dat was naïef. En het is ook logisch dat als er gesproken wordt over bepaalde bevolkingsgroepen op een manier die doet denken aan de meest duistere tijd uit de twintigste eeuw, als dat gewoon is geworden, er vroeg of laat op die manier ook weer over Joden gesproken kan worden. Voor mij was het van begin af aan duidelijk: als ze het over Marokkanen hebben, dan hebben ze het over mij.” [5]Indrukwekkend, hoe hij niet alleen [terecht!] praat overzijn eigen getraumatiseerde verleden, maar deze linkdoortrekt naar het heden, naar discriminatie nu.Naar uitsluiting nu. Een ander compliment maak ik hem omzijn Volkskrant column: ”Een slordig Excuus voor haat” [6], waarin geschreven”Het gebruik van het woord ”zandnegers” lijkt me geen toeval.De reacties op de gebeurtenissen in Keulen herinneren aan de duistere tijden in het zuiden van de Verenigde Staten toen vermeend of werkelijk geweld van zwarte mannen tegen blanke vrouwen een excuus was voor lynchpartijen.De hedendaagse morele verontwaardiging heeft niets van doen met empathie voor slachtoffers of de behoefte problemen op te lossen.Pegida en haar aanhangers willen gewoon, dat alles wat niet wit, ziek of anderszins onrein is, uit Europa verdwijnt.Moraal anno 2016? Een slordig excuus voor haat” [7] Goed zo, Arnon Grunberg!En dat is dan ook direct het laatste compliment EEN ENG MANNETJE Want Grunberg blijkt, meer prive, een eng mannetje te zijn, dat zijn tegenstanders, in casu hier een tegenstander, genadeloos afserveert, criminaliseert,in een Kwaad Daglicht zet en zich niet ontziet, ook hunouders te beledigen, die aan de discussie [het was eenmaildiscussie] part noch deel hebben/hadden. Dat overkwam oud ambassadeur Jan Wijenberg,onvermoeibaar voorvechter voor een rechtvaardige vrede,volgens het Internationaal Recht, inzake hetMidden-Oostenconflict [8] HET ENGE MANNETJE ARNON GRUNBERG ENDE KARAKTERMOORD OP JAN WIJENBERG Achtergrond:
In 2020 ontbrandde een verhitte discussie tussen Jan Wijenberg, genoemd oud ambassadeur en schrijver Arnon Grunberg.
Directe aanleiding vormde een brief van de heer Wijenberg aan premier Rutte en de voorzitter Nationaal Comite 4 en 5 mei, met kritische kanttekeningen over de jaarlijkse wijze van herdenking, met bijgevoegd rapportage over de Israelische bezettings en terreurpolitiek jegens de bezette Palestijnse bevolking, als ook kritische kanttekeningen over de 4 mei lezing van genoemde schrijver, de heer Grunberg. [9] Daarop ontstond een discussie tussen Wijenberg en Grunberg, die niet alleen fel was [dat zou geen probleem geweest zijn], maar van de kant van Grunberg ronduit beledigend, waarbij hij zich niet ontzag de heer Wijenberg, die hem inhoudelijk beleefd van repliek diende, uit te maken voor neo nazi en sympathisant van de Waffen SS, die er bovendien
vreugde aan ontleend zou hebben, in de WO II Oost-Europese
Joden neer te schieten….
U gelooft mij niet?
Letterlijk schrijft Grunberg in zijn mail:
”U bent een antisemiet. Het spijt me zeer dat u net iets te laat bent geboren om lid teworden van de Waffen-SS om eigenhandig Joden in Oost-Europa te fusilleren, dat
spijt u zelf kennelijk ook.”
EN
”Ik raad u bijvoorbeeld aan het werk van Carl Schmitt te lezen.U weet ongetwijfeld wat Nietzsche zei, word wie je bent. Er zijn op het internet vinden nog wel SS-uniformen te vinden, die kunt u aantrekken en daarmee kunt u door het huis en wellicht uw tuin paraderen. Als u wordt aangevallen zal ik u als uw hulpverlener verdedigen. Noodzakelijke en alternatieve therapie neemt soms curieuze vormen aan. Het zou u ook buitengewoon helpen als u onder uw mails vanaf nu consequent Sieg Heil schrijft.
Laat me over een maand weten hoe het genezingsproces verloopt.”
[10]
Maar dat was nog niet alles!To add insult to injury, werd ook de vader van Wijenbergmeegetrokken in dat onzalige nazi carrousselLetterlijk schreef Grunberg in zijn laatste mailaan Wijenberg:”Ook ben ik benieuwd naar uw ouders. Was uw vader lid van de NSB en/of van de waffen-SS?” [11]
Zoiets doe je eenvoudig niet!Je gaat in een discussie, hoe verhit ook, geen familieleden en zeker geen ouders, die part noch deelaan de discussie hebben, erbij betrekken en/of blameren,zoals hier wel gebeurde. Ook werden de geestelijke vermogens van Wijenbergim Frage gesteld:Eveneens in zijn laatste mail aan Wijenberg [waarinhij had aangekondigd, wel een langerdurend bezoekaan hem te willen brengen], schrijft Grunberg:”Maar graag eerst even een officiële bevestiging van de arts die u behandelt dat u handelings-en wilsbekwaam bent en daarna zetten we dit in de steigers.” [12]
Niet alleen kinderachtig dus en ronduit karaktermoord [13],maar ook een zwaktebod, om, als je de discussie[kennelijk] niet kan winnen, iemand’s ouders of zijn/haaral dan niet geestelijk functionneren erbij te halen. De eigenaardige messianistische onzin gedachtenover zichzelf [14] laat ik verder aan Grunberg, maar werpt wel een interessant licht op de man en ik moetbekennen, dat ik mijn lachen nauwelijks kon inhouden[nou ja, eerlijk gezegd, ik heb er hartelijk om moetenlachen hoor], toen ik Grunberg’s ”Heiland gedachten”las [15] DE PC HOOFTSTICHTING Nogmaals, DAT Arnon Grunberg de literatuurprijskrijgt, was en is nooit mijn probleem geweest.Een goede schrijver verdient een duidelijke erkenning.Maar een goede schrijver zijn is geen excuus voor karaktermoord en gebrek aan respect voor de medemens.Daarom besloot ik de PC Hooftstichting erop aan te schrijven met als eis, dat Grunberg niet in het openbaar gehuldigd zou worden, maar dat hij deprijs toegezonden zou krijgen.Iemand, die zich zo lomp en respectloos gedraagt,verdient geen openbare Huldiging.Dat is mijn standpunt en dat heb ik de Stichtingdan ook per mail duidelijk gemaakt. [16]Na een rappel gestuurd te hebben [er kwam maargeen reactie van deze Stichting], een totaal nietszeggende reactie ontvangen, die luidde:”Aad Meinderts <aad.meinderts@stichtingnll.nl>To:Astrid EssedWed, Mar 30 at 1:54 PMGeachte mevrouw Essed,Van uw brief / bericht inzake Grunberg en de P.C. Hooftprijs heeft het bestuur kennisgenomen; het bestuur voelt niet de noodzaak een standpunt in te nemen aangaande de mailwisseling Grunberg – Weijenberg.Hoogachtend,namens het bestuur,Aad Meinderts,ambtelijk secretaris Stichting P.C. Hooftprijs voor Letterkunde.
Aad MeindertsDirecteur Bezoek ons online museum thuis vanaf de bank. Literatuurmuseum.nl: 24/7 geopend! Prins Willem‑Alexanderhof 5, 2595 BE Den Haag Postbus 90515, 2509 LM Den Haag ” [17]
Uiteraard heb ik ze hierop goed op hun nummer gezet! [18]
STAATSSECRETARIS SCHITTERT DOOR NONCHALANCE EN RESPECTLOOS GEDRAG Maar ik had meer IJzers in het Vuur!Ook de Staatssecretaris van Cultuur en Media hebik per aangetekende post hierover aangeschreven,met het verzoek, of ze de prijsuitreiking NIETmet haar aanwezigheid wilde vereren. [19]Hierop heb ik tot op de Dag van Vandaag [19 mei]geen reactie ontvangen, op een aangetekendebrief van 23 maart anno Domini! [20]Nonchalant en respectloos OVERHEID, DIE HAAR EIGEN BEGINSELENVAN BEHOORLIJK BESTUUR NIET NALEEFT!! Zeer kwalijk is ook de rol van Rijksoverheid.nl!Aangezien de Staatssecretaris geen mailadresheeft [geen bekende althans] en dat eveneens geldt voor het ministerie waaronder zij valt [Ministerievan Onderwijs, Cultuur en Wetenschap] moest alleverdere niet schriftelijke post via het contactadresvan de Overheid, Rijksoverheid.nl, volgens welkeik twee rappels aan de Staatssecretaris hebgestuurd [21]Wie schetst echter mijn verbazing, dat ik van Rijksoverheid.nl bericht kreeg, dat zij weigerdemijn Rappels aan de Staatssectretaris door te sturen?Typisch een voorbeeld van obstructie en ontmoedigingdoor de Overheid, die de eigen beginselenvan Behoorlijk Bestuur niet naleeft! Heb ik Rijksoverheid ook laten weten via hun contactformulier!! [22]Daarna had toch nog de Overheid het Lef mij te benaderen, waarop ik definitief met haar afrekende [23]Zo gaat de Overheid dus met burgers om! GROOT SCHRIJVER, TOCH KLEIN Zo lezers, ik denk zo wel een indruk gegeven tehebben van de mentaliteit en handelwijze vanschrijver Arnon Grunberg, waar het zijn opposanten\betreftOndanks mijn hierboven geuite waardering voor hem, die er ook is, vind ik deze kant van zijngedrag buitengewoon min.Dat wil ik even gezegd hebben en heb ik dan ookaan instanties en instellingen duidelijk gemaakt. Waar een groot schrijver klein in kan zijn ASTRID ESSED NOTEN
NOTEN 1 T/M 3
NOTEN 4 T/M 7
NOOT 8
NOTEN 9 T/M 15
NOTEN 16 T/M 23
Reacties uitgeschakeld voor PC Hooftprijs voor schrijver Arnon Grunberg/Over een Eng Mannetje, een Falende Staatssecretaris en een Lakse Overheid
U vraagt opnieuw onze aandacht voor uw situatie. Wij hebben u eerder de informatie gegeven waarover wij beschikken. Wij kunnen u verder niet helpen. In het vervolg volstaan wij daarom met kennisneming van uw e-mail(s) over dit onderwerp. U ontvangt dan van ons geen reactie meer.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Sophie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid
Ik hoor graag of u tevreden bent over mijn reactie.
VERGIS U NIET OVERHEID, AL LEEST U DIT NIET,ANDEREN LEZEN DIT WELDAARVOOR ZAL IK ZORGEN! AANMelanie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid FIRST THEY IGNORE YOUTHEN THEY LAUGH AT YOU THEN THEY FIGHT YOUTHEN….YOU WIN Mahatma Gandhi
UW REACTIE OP MIJN BOVENSTAANDE INZENDING: ”noreply@informatierijksoverheid.nl <noreply@informatierijksoverheid.nl>To:astridessed@yahoo.comFri, May 6 at 4:43 PMShow original message Naar aanleiding van uw No Reply schrijven, het volgende: Ik sta versteld over uw arrogantie en beschouw uw reactiedan ook als een stuitend gebrek aan respect van Overheid naar burger!PUNT 1Ik heb destijds de Staatssecretaris een AANGETEKENDE BRIEFPER POST doen toekomen, dd 23 maart 2022, waarop nooit een antwoord is gekomen.Dit is respectloos en onvoorstelbaar arrogantPUNT 2Naar aanleiding daarvan twee rappels gestuurd via uw contactcformulierRijksoverheid, via mijn website links, aangezien deStaatsecretaris niet via mail te bereiken is.Dat ik daarvoor dus mijn website gebruik, is niet mijn fout, maar die vande Overheid, aangezien de Staatssecretaris alleen bereikbaar isvia dat contactformulier Rijksoverheid. Verder blijkt uit de TITEL van mijn website link duidelijk,dat het om een RAPPEL aan de Staatssecretaris gaat.Daaruit moet voor u blijken [als u althans in staat bent gebleken, uw Middelbarfe School af te ronden, waarvan ik wel overtuigd mag zijn], dat het hiereen niet door de Staatssecretaris gegeven respons op een eerder schrijvenvan mij betreft. UW SCHRIJVEN 1 U schrijft aan mij het volgende: ”Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen.” Uw opmerkingen slaan nergens op.Ik doe u een verzoek/eis om informatie over te brengen aan de Staatssecretarisen dat hebt u gewoon te doen.Trouwens, als u de moeite genomen had om de meegestuurde link telezen, dan had u kunnen zien, dat deze boordevol nuttige, rationeleen goed doorwrochte informatie zat en, wat belangrijker is, een verwijzingnaar het feit, dat ik tot op de dag van heden geen beantwoordingdoor de Staatssecretaris gehad heb op mijn dd 23 maart 2022 toegezondenbrief per aangetekende post!In herinnering breng ik u vervolgens het volgende:Volgens de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur [1] bent uVERPLICHT, niet zozeer mijn website te lezen, maar de aan u viamijn website doorgestuurde informatie, DIRECT en ONVERWIJLDover te brengen aan de Staatssecretaris!Dat is uw wettelijke plicht.
UW SCHRIJVEN 2/UW EIGEN BEGINSELEN, NOGMAALS UITGELEGD Verder schrijft u mij het volgende: ”Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.” EEN TOONTJE LAGER GRAAGUw reactie toont een onvoorstelbare arrogantie en u lijkt vergeten te zijn,dat de Overheid er is voor de burger, niet de burger voor de Overheid!Bovendien en dat is NOG belangrijker:U lijkt uw eigen Beginselen, namelijk de Beginselen van Behoorlijk Bestuur, uit het oog te hebben verloren:Die zijn, o Onwetende Overheid:zorgvuldigheid;- vertrouwen;- verbod op willekeur;- het motiveringsbeginsel-fair play;- rechtszekerheid.[2]
RESPECTLOOS EN LAF! Ik heb uw respectloosheid via bovenstaande dus al aangetoond Daarnaast bent u, als Overheid, ook nog eens laf, om mijeen No Reply antwoord te sturen, waardoor ik in feite machteloossta in mijn reactie, omdat ik mijn antwoord geretourneerdteruggestuurd krijgt.Toch ga ik u nu per mail op uw No Reply antwoorden. ”Machteloos” denkt u, maar mooi niet!Want deze reactie komt ook op mijn website[s] te staan,ik stuur dit bcc door aan belanghebbenden [u weet lekker’niet, wie dat zijn, HAHAHA] en via mijn website link bereiktmijn reactie u weer op het contactformulier Rijksoverheid ZOLEKKER! TENSLOTTE: ”Waarom nu zoveel moeite doen, een arrogante Overheid op zo’nmooie zaterdagmiddag nog een reactie te doen toekomen, zo is de vraag,die ik mijzelf aan mijzelf stel en vele anderen mij misschien ookzullen stellen? Dat is om u als Overheid niet zomaar te laten wegkomen met uwarrogantie en lafheid [No Reply antwoorden, hoe kinderachtig kan je zijn]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, voor zover u dat nog nietwist, dat ik verbaal sterk ben, mijn rechten als burger ken en dewettelijke bepalingen ken, [3]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, dat ik het recht heb,mijn recht te halen en mij niet door u op de Kop te laten zitten, zoalsu en uw Instanties met anderen op schandelijke wijze gedaan hebben [4] Maar bovenal om u hieraan te herinneren: DE OVERHEID IS ER VOOR DE BURGER, NIET DE BURGERVOOR DE OVERHEID! Dus laat uw arrogantie vallen, stuur de brief ONVERWIJLD door aande Staatssecretaris en stap in de Wereld na de Franse Revolutie! [5] We leven niet meer in de Duistere Achttiende Eeuw van Uitbuiting,Slavernij en Onderdrukking! Doe dus datgene, waarvoor u bent aangesteld De burger dienen Vriendelijke groeten Astrid Essed Amsterdam WEBSITE[Waarmee ik de Overheid blijf lastigvallen] www.astridessed.nl
Besluiten van overheidsorganen moeten altijd voldoen aan de beginselen van behoorlijk bestuur. Deze beginselen gelden op grond van artikel 3:14 van het Burgerlijk Wetboek, echter ook voor privaatrechtelijke handelingen van de overheid. De overheid is dus beperkt in het nemen van besluiten en het aangaan van overeenkomsten. In een juridische procedure kan dan ook worden aangevoerd dat een besluit of overeenkomst in strijd is met de beginselen van behoorlijk bestuur. Als de rechter dat bevestigt wordt zo’n besluit of overeenkomst doorgaans vernietigd. Genoeg reden dus om de belangrijkste beginselen van behoorlijk bestuur op een rijtje te zetten en een korte toelichting te geven.MotiveringsbeginselEen overheidsbesluit of andere rechtshandeling moet altijd een heldere motivering hebben. Er moet zijn onderbouwd waarom deze handeling wordt verricht en (tot op zekere hoogte) waarom niet anders wordt gehandeld. De feiten moeten worden uiteengezet en de keuze moet begrijpelijk zijn. Dit is vastgelegd in artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (afgekort: Awb).Voorbeeld is een bestemmingsplan waarbij niet is toegelicht dat er vraag naar een ontwikkeling is (zie de ladder voor duurzame ontwikkeling).GelijkheidsbeginselGelijke gevallen moeten op een gelijke manier worden behandeld. Een overheidsinstantie mag geen onderscheid maken tussen partijen bij haar besluitvorming of het aangaan van contracten. Iedereen moet gelijke kansen krijgen. Dit is een zware inbreuk op de contractsvrijheid. Contractsvrijheid houdt in dat een ieder mag keuze met wie hij een overeenkomst gaat en onder welke voorwaarden. Dit beginsel komt voort uit artikel 1 van de Grondwet.Een particulier mag bijvoorbeeld een stuk grond voor 100 euro per vierkante meter verkopen aan partij X en weigeren diezelfde grond voor 200 euro per vierkante meter aan Y te verkopen. De verkoper doet dat omdat hij Y geen sympathiek persoon vind. Deze keuze van de verkoper is toegestaan, want hij heeft volledige vrijheid zijn contractspartij en de voorwaarden overeen te komen. Een overheidspartij mag dit niet, tenzij er objectieve redenen om de grond niet aan Y te verkopen; bijvoorbeeld dat hij een wanbetaler is, of geen goede bouwplannen voor de grond kan overleggen.RechtszekerheidsbeginselBesluiten en overeenkomsten moeten helder zijn geformuleerd en moeten begrijpelijk zijn voor de partijen die erbij betrokken zijn. Verder moeten ze voldoen aan gerechtvaardigde verwachtingen die op grond van rechtsregels en eerdere toezeggingen en afspraken bestaan. Met andere woorden: besluiten en overeenkomst moeten aansluiten bij verwachtingen en mogen niet tegenstrijdig zijn met eerdere uitlatingen en handelingen.Wanneer een gemeente grond verkoopt aan een ontwikkelaar en voorspiegelt dat hij daar op een bepaalde manier gebruik van kan maken, dan mag diezelfde overheid niet korte tijd laten de bestemming zodanig wijzigen dat het beoogde gebruik niet meer mogelijk is. Dit zou in strijd met de rechtszekerheid zijn.EvenredigheidsbeginselDe gevolgen van een overheidsbesluit moeten zo min mogelijk negatieve gevolgen hebben voor de betrokken personen. Daarbij kan het natuurlijk zo zijn dat de belangen van een (rechts)persoon moet worden geschaad om het algemeen belang te kunnen dienen. Die negatieve gevolgen moeten wel zo beperkt mogelijk zijn en dus evenredig aan de noodzakelijke handelingen. Dit is vastgelegd in artikel 3:4 lid 2 Awb.Een voorbeeld is de afsluiting van een weg omdat er veiligheidsrisico’s zijn geconstateerd. Volledige afsluiting is misschien het makkelijkst, maar voor bedrijven aan die weg wel het meest ingrijpend. Een gedeeltelijke of tijdelijke afsluiting kan dan een ingewikkeldere oplossing zijn, maar de belangen van de betrokken zijn daar beter mee gediend. De volledige afsluiting kan dan in strijd met het evenredigheidsbeginsel zijn.SamenvattingBeginselen van behoorlijk bestuur zijn van grote invloed op overheidshandelen. Naast de belangrijkste beginselen die hierboven zijn genoemd, zijn er nog verschillende andere beginselen. Bijvoorbeeld het fair-play-beginsel, het verbod op détournement de pouvoir, het legaliteitsbeginsel, het specialiteitsbeginsel etc. Deze beginselen gelden zowel bij besluiten van de overheid als bij andere (rechts)handelingen. Het is dus voor beide partijen van belang in de gaten te houden of deze beginselen worden nageleefd. EINDE STUK
EINDE STUK
ZIE OOK
Beginselen van behoorlijk bestuurBesluiten moet een wettelijke basis hebben en bovendien mag een besluit niet in strijd zijn met met de beginselen van behoorlijk bestuur. Welke zijn die beginselen, die een rol spelen bij besluitvorming door de overheid en bestuursorganen?mr. Mark van Weeren, advocaat bestuursrechthet Zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 AWB)Dit bepaalt dat bij de voorbereiding van een besluit het bestuursorgaan de nodige kennis vergaart omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen. Het zorgvuldigheidsbeginsel houdt ook in dat de overheid de schijn van partijdigheid dient te vermijden.. Vaak geldt: een zorgvuldig handelend bestuursorgaan had in redelijkheid niet tot dit besluit kunnen komen.het Evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 AWB)De overheid dient de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af te wegen, zo ver als niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van de uit te oefenen bevoegdheid een beperking voortvloeit. De nadelige gevolgen van een besluit mogen voor één of meer belanghebbenden niet onevenredig zijn in de verhouding met de tot het besluit te dienen doelen. het Vertrouwensbeginsel (uitspraak 5 september 2012, LJN BX6483)Dit beginsel brengt met zich mede dat het door haar opgewekte vertrouwen, al dan niet door toezeggingen, dient te honoreren. Voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel is nodig dat er aan het bestuursorgaan toe te rekenen concrete, ondubbelzinnige toezeggingen zijn gedaan door een daartoe bevoegd persoon, waarvan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.het GelijkheidsbeginselDit betekent dat gelijke gevallen in beginsel gelijk behandeld dienen te worden. Indien in een specifike situatie er reden is om af te wijken van de eerdere aanpak in een vergelijkbare situatie, dan dient dit door de overheid voldoende en duidelijk gemotiveerd te worden waarom in het voorliggende geval anders wordt gehandeld. het Verbod van willekeur (détournement de pouvoir; art. 3:3 AWB)Dit verbod houdt in dat de overheid de bevoegdheid tot het nemen van een besluit niet voor een ander doel gebruikt dan waarvoor die bevoegdheid is verleend. het Motiveringsbeginsel (art. 3:46 AWB)Het besluit dient volledig, voldoende en begrijpelijk gemotiveerd te zijn. In het besluit dient de overheid in het kader van dit beginsel voldoende inzicht te geven in de reden(en) die aanleiding zijn of de onderbouwing zijn van het besluit en de beoogde gevolgen daarvan. Een gebrekkige motivering van een besluit is een beroepsgrond die regelmatig doel treft. Fair play bij de overheid (art. 2:4 AWB)Het beginsel van fair play brengt met zich mee dat de overheid onbevooroordeeld, onpartijdig en zonder vooringenomenheid haar taken dient te vervullen en besluiten dient te nemen. Bij de overheid werkzame personen, die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, kunnen de besluitvorming niet beïnvloeden. het RechtszekerheidsbeginselHieruit volgt dat de burger er op moet kunnen vertrouwen dat de overheid consequent handelt en het geldend beleid en regels consequent toepast. Wetgeving dient duidelijk te zijn, kenbaar en ondubbelzinnig. De rechtspositie van de burger mag niet op onverwachte of onberekenbare wijze door de overheid worden aangetast. Rechtszekerheid betekent ook dat niet met terugwerkende kracht nadelige maatregelen genomen mogen worden door de overheid.
Van drie grote kwesties die in aanmerking komen voor een parlementaire enquête heeft met name de Toeslagenaffaire het vertrouwen van burgers in de overheid geschaad. Ook de afhandeling van de gasboringen en herstelwerken in Groningen heeft het vertrouwen in de overheid negatief beïnvloed. Voor de aanpak van de coronacrisis geldt dit minder. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van NRC.Toeslagenaffaire legt structurele, bestuurlijke weeffout blootDe Toeslagenaffaire beïnvloedde het vertrouwen in “de overheid” in 71 procent van de gevallen negatief. Naar aanleiding van de Toeslagenaffaire trad het kabinet Rutte III af, maar bijna de helft (47%) van degenen die er iets van meekregen vindt dat onvoldoende. Zij zouden meer of andere consequenties willen zien. Welke? De overheid moet vooral menselijker worden (59%) en moet stoppen met etnisch profileren (mensen op afkomst controleren) (57%).
Vooral het vertrouwen in de overheid van FvD-, PvdD-, Volt-, SP-, D66-, GL-, PvdA- en PVV-kiezers werd geschaad door de Toeslagenaffaire. Ook dat van VVD- en CDA-kiezers, maar beduidend minder. Ook uit de (open) antwoorden op de vraag om een toelichting blijkt dat de Toeslagenaffaire mensen het meest raakt: de meeste respondenten beginnen over deze kwestie. Velen lichten hun verontwaardiging toe met de observatie dat het hier duidelijk niet gaat om een incident, maar dat we te maken hebben met een structurele, bestuurlijke weeffout. Het feit dat de overheid burgers stelselmatig wantrouwt, uitgaat van het kwade en hierbij ook nog eens discriminerend te werk gaat, maakt mensen boos.Een CDA-kiezer: “De gaswinning laat een gebrek aan daadkracht zien en legt veel bureaucratie bloot. Maar de toeslagenaffaire laat het falen van het systeem in zijn geheel zien. Het zit veel dieper dan in het politieke laagje.”
Een FvD-kiezer: “De gevestigde partijen kunnen overal mee weg komen (denken ze) en ik vind dat ze allemaal direct hadden moeten opstappen. Nu zijn ze demissionair maar er is geen verschil, ze kunnen nog steeds gewoon hun slechte gang gaan. Wat een krankzinnig voorbeeld!”
Een DENK-kiezer: “We worden al jarenlang al gediscrimineerd wegens ons afkomst en geloof en dit moet gestopt worden en ook mensen of politieke leiders die dit aanwakkeren veroordeeld worden en niet meer verkiesbaar stellen…”Gaswinning in Groningen: Murphy’s lawOok afhandeling van de Gaswinning in Groningen heeft het vertrouwen geen goed gedaan: de helft (51%) zegt dat deze kwestie zijn of haar vertrouwen in de overheid negatief heeft beïnvloed. Toch lijkt de Groningse zaak meer als een kwestie van Murphy’s law te worden gezien, wat het niet goed praat: het is ongelooflijk dat het keer op keer niet wordt opgelost. Het feit dat onschuldige burgers worden geschaad door de overheid is de rode draad tussen de twee kwesties. De nasleep van de gaswinning in Groningen deed vooral afbreuk aan het vertrouwen van FvD-, SP, PvdD- en JA21-kiezers.
Een JA21-kiezer: “Afwikkeling gasschade Groningen duurt veel te lang en omdat het ver van de randstad is krijgt het te weinig aandacht. In toeslagenaffaire was er daadwerkelijk sprake van fraude en het is onbegrijpelijk dat mensen die er geen recht op hebben toch een schadeloosstelling krijgen of een te hoge vergoeding.”
Een CDA-kiezer: “De problemen in Groningen zijn van een heel ander kaliber. Het hele land heeft geprofiteerd van de gaswinning en aardbevingen waren oorspronkelijk niet voorzien. Dat wil niet zeggen dat de financiële gevolgen voor de getroffen bewoners in Groningen niet beter en sneller hadden kunnen worden afgehandeld.”
Een D66-kiezer: “Zowel bij de toeslagenaffaire als bij de gaswinning zijn individuen slachtoffer geworden van iets waar zij geen invloed op kunnen uitoefenen, maar waardoor hun leven door de staat totaal overhoop gegooid wordt.”Coronacrisis: moeilijk goed te doenDe manier waarop de coronacrisis wordt gemanaged wordt de overheid iets minder hard aangerekend: een derde zegt dat het hen negatief heeft beïnvloed, en ongeveer een op zes zelfs positief. Burgers zijn relatief mild. Of men zegt dat het kabinet doet wat het kan, of men zegt begrip te hebben voor fouten die worden gemaakt, het is immers een nieuwe crisissituatie. Dat geldt niet voor PVV-, FvD-kiezers, die nemen de overheid dit beleid wel echt kwalijk.
VVD-kiezer: “Corona-aanpak sta ik achter, toeslagenaffaire heeft heel de politiek schuld aan, in het geval van Groningen zijn wel foute keuzes gemaakt.”
SP-kiezer: “Wat betreft de coronacrisis: het was voor iedereen een nieuwe situatie: het is moeilijk dat goed te doen.”
FvD-kiezer: “Nederland is een politiestaat, oefent terreur uit om mensen te dwingen zich aan maatregelen te houden. Anders denkenden worden weggezet al gekkies en complotdenkers. Alleen de mening van de overheid is de waarheid.”VerantwoordingI&O Research voerde dit onderzoek uit in opdracht van NRC Handelsblad. Het onderzoek vond plaats van maandagochtend 1 maart tot dinsdagmiddag 2 maart 2021. In totaal werkten 1.448 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. Het grootste deel hiervan is afkomstig uit het I&O Research Panel, een beperkt aantal vulde de vragenlijst in via het panel van PanelClix. RAPPORT VERTROUWEN IN OVERHEID NA DRIE GROTE KWESTIEShttps://065.wpcdnnode.com/ioresearch.nl/wp-content/uploads/2021/03/bwebpr21_mrt_nrc_betrouwbare-overheid_def.pdf
Hieronder volgt een reactie op uw e-mail waarin u eist dat uw bericht wordt doorgestuurd naar de staatssecretaris van Cultuur en Media.
Dit kunnen wij helaas niet doen.
Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen. Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.
Daarna kunnen wij nagaan welke mogelijkheden wij hebben om te zorgen dat u een antwoord krijgt.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd en ik wens u een fijne dag toe.
Astrid Essed <astridessed@yahoo.com>To:noreply@informatierijksoverheid.nlSat, May 7 at 2:50 PMVERGIS U NIET OVERHEID, AL LEEST U DIT NIET,ANDEREN LEZEN DIT WELDAARVOOR ZAL IK ZORGEN! AANMelanie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid FIRST THEY IGNORE YOUTHEN THEY LAUGH AT YOU THEN THEY FIGHT YOUTHEN….YOU WIN Mahatma Gandhi
UW REACTIE OP MIJN BOVENSTAANDE INZENDING: ”noreply@informatierijksoverheid.nl <noreply@informatierijksoverheid.nl>To:astridessed@yahoo.comFri, May 6 at 4:43 PMShow original message Naar aanleiding van uw No Reply schrijven, het volgende: Ik sta versteld over uw arrogantie en beschouw uw reactiedan ook als een stuitend gebrek aan respect van Overheid naar burger!PUNT 1Ik heb destijds de Staatssecretaris een AANGETEKENDE BRIEFPER POST doen toekomen, dd 23 maart 2022, waarop nooit een antwoord is gekomen.Dit is respectloos en onvoorstelbaar arrogantPUNT 2Naar aanleiding daarvan twee rappels gestuurd via uw contactcformulierRijksoverheid, via mijn website links, aangezien deStaatsecretaris niet via mail te bereiken is.Dat ik daarvoor dus mijn website gebruik, is niet mijn fout, maar die vande Overheid, aangezien de Staatssecretaris alleen bereikbaar isvia dat contactformulier Rijksoverheid. Verder blijkt uit de TITEL van mijn website link duidelijk,dat het om een RAPPEL aan de Staatssecretaris gaat.Daaruit moet voor u blijken [als u althans in staat bent gebleken, uw Middelbarfe School af te ronden, waarvan ik wel overtuigd mag zijn], dat het hiereen niet door de Staatssecretaris gegeven respons op een eerder schrijvenvan mij betreft. UW SCHRIJVEN 1 U schrijft aan mij het volgende: ”Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen.” Uw opmerkingen slaan nergens op.Ik doe u een verzoek/eis om informatie over te brengen aan de Staatssecretarisen dat hebt u gewoon te doen.Trouwens, als u de moeite genomen had om de meegestuurde link telezen, dan had u kunnen zien, dat deze boordevol nuttige, rationeleen goed doorwrochte informatie zat en, wat belangrijker is, een verwijzingnaar het feit, dat ik tot op de dag van heden geen beantwoordingdoor de Staatssecretaris gehad heb op mijn dd 23 maart 2022 toegezondenbrief per aangetekende post!In herinnering breng ik u vervolgens het volgende:Volgens de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur [1] bent uVERPLICHT, niet zozeer mijn website te lezen, maar de aan u viamijn website doorgestuurde informatie, DIRECT en ONVERWIJLDover te brengen aan de Staatssecretaris!Dat is uw wettelijke plicht.
UW SCHRIJVEN 2/UW EIGEN BEGINSELEN, NOGMAALS UITGELEGD Verder schrijft u mij het volgende: ”Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.” EEN TOONTJE LAGER GRAAGUw reactie toont een onvoorstelbare arrogantie en u lijkt vergeten te zijn,dat de Overheid er is voor de burger, niet de burger voor de Overheid!Bovendien en dat is NOG belangrijker:U lijkt uw eigen Beginselen, namelijk de Beginselen van Behoorlijk Bestuur, uit het oog te hebben verloren:Die zijn, o Onwetende Overheid:zorgvuldigheid;- vertrouwen;- verbod op willekeur;- het motiveringsbeginsel-fair play;- rechtszekerheid.[2]
RESPECTLOOS EN LAF! Ik heb uw respectloosheid via bovenstaande dus al aangetoond Daarnaast bent u, als Overheid, ook nog eens laf, om mijeen No Reply antwoord te sturen, waardoor ik in feite machteloossta in mijn reactie, omdat ik mijn antwoord geretourneerdteruggestuurd krijgt.Toch ga ik u nu per mail op uw No Reply antwoorden. ”Machteloos” denkt u, maar mooi niet!Want deze reactie komt ook op mijn website[s] te staan,ik stuur dit bcc door aan belanghebbenden [u weet lekker’niet, wie dat zijn, HAHAHA] en via mijn website link bereiktmijn reactie u weer op het contactformulier Rijksoverheid ZOLEKKER! TENSLOTTE: ”Waarom nu zoveel moeite doen, een arrogante Overheid op zo’nmooie zaterdagmiddag nog een reactie te doen toekomen, zo is de vraag,die ik mijzelf aan mijzelf stel en vele anderen mij misschien ookzullen stellen? Dat is om u als Overheid niet zomaar te laten wegkomen met uwarrogantie en lafheid [No Reply antwoorden, hoe kinderachtig kan je zijn]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, voor zover u dat nog nietwist, dat ik verbaal sterk ben, mijn rechten als burger ken en dewettelijke bepalingen ken, [3]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, dat ik het recht heb,mijn recht te halen en mij niet door u op de Kop te laten zitten, zoalsu en uw Instanties met anderen op schandelijke wijze gedaan hebben [4] Maar bovenal om u hieraan te herinneren: DE OVERHEID IS ER VOOR DE BURGER, NIET DE BURGERVOOR DE OVERHEID! Dus laat uw arrogantie vallen, stuur de brief ONVERWIJLD door aande Staatssecretaris en stap in de Wereld na de Franse Revolutie! [5] We leven niet meer in de Duistere Achttiende Eeuw van Uitbuiting,Slavernij en Onderdrukking! Doe dus datgene, waarvoor u bent aangesteld De burger dienen Vriendelijke groeten Astrid Essed/Amsterdam WEBSITE[Waarmee ik de Overheid blijf lastigvallen] www.astridessed.nl
Besluiten van overheidsorganen moeten altijd voldoen aan de beginselen van behoorlijk bestuur. Deze beginselen gelden op grond van artikel 3:14 van het Burgerlijk Wetboek, echter ook voor privaatrechtelijke handelingen van de overheid. De overheid is dus beperkt in het nemen van besluiten en het aangaan van overeenkomsten. In een juridische procedure kan dan ook worden aangevoerd dat een besluit of overeenkomst in strijd is met de beginselen van behoorlijk bestuur. Als de rechter dat bevestigt wordt zo’n besluit of overeenkomst doorgaans vernietigd. Genoeg reden dus om de belangrijkste beginselen van behoorlijk bestuur op een rijtje te zetten en een korte toelichting te geven.MotiveringsbeginselEen overheidsbesluit of andere rechtshandeling moet altijd een heldere motivering hebben. Er moet zijn onderbouwd waarom deze handeling wordt verricht en (tot op zekere hoogte) waarom niet anders wordt gehandeld. De feiten moeten worden uiteengezet en de keuze moet begrijpelijk zijn. Dit is vastgelegd in artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (afgekort: Awb).Voorbeeld is een bestemmingsplan waarbij niet is toegelicht dat er vraag naar een ontwikkeling is (zie de ladder voor duurzame ontwikkeling).GelijkheidsbeginselGelijke gevallen moeten op een gelijke manier worden behandeld. Een overheidsinstantie mag geen onderscheid maken tussen partijen bij haar besluitvorming of het aangaan van contracten. Iedereen moet gelijke kansen krijgen. Dit is een zware inbreuk op de contractsvrijheid. Contractsvrijheid houdt in dat een ieder mag keuze met wie hij een overeenkomst gaat en onder welke voorwaarden. Dit beginsel komt voort uit artikel 1 van de Grondwet.Een particulier mag bijvoorbeeld een stuk grond voor 100 euro per vierkante meter verkopen aan partij X en weigeren diezelfde grond voor 200 euro per vierkante meter aan Y te verkopen. De verkoper doet dat omdat hij Y geen sympathiek persoon vind. Deze keuze van de verkoper is toegestaan, want hij heeft volledige vrijheid zijn contractspartij en de voorwaarden overeen te komen. Een overheidspartij mag dit niet, tenzij er objectieve redenen om de grond niet aan Y te verkopen; bijvoorbeeld dat hij een wanbetaler is, of geen goede bouwplannen voor de grond kan overleggen.RechtszekerheidsbeginselBesluiten en overeenkomsten moeten helder zijn geformuleerd en moeten begrijpelijk zijn voor de partijen die erbij betrokken zijn. Verder moeten ze voldoen aan gerechtvaardigde verwachtingen die op grond van rechtsregels en eerdere toezeggingen en afspraken bestaan. Met andere woorden: besluiten en overeenkomst moeten aansluiten bij verwachtingen en mogen niet tegenstrijdig zijn met eerdere uitlatingen en handelingen.Wanneer een gemeente grond verkoopt aan een ontwikkelaar en voorspiegelt dat hij daar op een bepaalde manier gebruik van kan maken, dan mag diezelfde overheid niet korte tijd laten de bestemming zodanig wijzigen dat het beoogde gebruik niet meer mogelijk is. Dit zou in strijd met de rechtszekerheid zijn.EvenredigheidsbeginselDe gevolgen van een overheidsbesluit moeten zo min mogelijk negatieve gevolgen hebben voor de betrokken personen. Daarbij kan het natuurlijk zo zijn dat de belangen van een (rechts)persoon moet worden geschaad om het algemeen belang te kunnen dienen. Die negatieve gevolgen moeten wel zo beperkt mogelijk zijn en dus evenredig aan de noodzakelijke handelingen. Dit is vastgelegd in artikel 3:4 lid 2 Awb.Een voorbeeld is de afsluiting van een weg omdat er veiligheidsrisico’s zijn geconstateerd. Volledige afsluiting is misschien het makkelijkst, maar voor bedrijven aan die weg wel het meest ingrijpend. Een gedeeltelijke of tijdelijke afsluiting kan dan een ingewikkeldere oplossing zijn, maar de belangen van de betrokken zijn daar beter mee gediend. De volledige afsluiting kan dan in strijd met het evenredigheidsbeginsel zijn.SamenvattingBeginselen van behoorlijk bestuur zijn van grote invloed op overheidshandelen. Naast de belangrijkste beginselen die hierboven zijn genoemd, zijn er nog verschillende andere beginselen. Bijvoorbeeld het fair-play-beginsel, het verbod op détournement de pouvoir, het legaliteitsbeginsel, het specialiteitsbeginsel etc. Deze beginselen gelden zowel bij besluiten van de overheid als bij andere (rechts)handelingen. Het is dus voor beide partijen van belang in de gaten te houden of deze beginselen worden nageleefd. EINDE STUK
EINDE STUK
ZIE OOK
Beginselen van behoorlijk bestuurBesluiten moet een wettelijke basis hebben en bovendien mag een besluit niet in strijd zijn met met de beginselen van behoorlijk bestuur. Welke zijn die beginselen, die een rol spelen bij besluitvorming door de overheid en bestuursorganen?mr. Mark van Weeren, advocaat bestuursrechthet Zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 AWB)Dit bepaalt dat bij de voorbereiding van een besluit het bestuursorgaan de nodige kennis vergaart omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen. Het zorgvuldigheidsbeginsel houdt ook in dat de overheid de schijn van partijdigheid dient te vermijden.. Vaak geldt: een zorgvuldig handelend bestuursorgaan had in redelijkheid niet tot dit besluit kunnen komen.het Evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 AWB)De overheid dient de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af te wegen, zo ver als niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van de uit te oefenen bevoegdheid een beperking voortvloeit. De nadelige gevolgen van een besluit mogen voor één of meer belanghebbenden niet onevenredig zijn in de verhouding met de tot het besluit te dienen doelen. het Vertrouwensbeginsel (uitspraak 5 september 2012, LJN BX6483)Dit beginsel brengt met zich mede dat het door haar opgewekte vertrouwen, al dan niet door toezeggingen, dient te honoreren. Voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel is nodig dat er aan het bestuursorgaan toe te rekenen concrete, ondubbelzinnige toezeggingen zijn gedaan door een daartoe bevoegd persoon, waarvan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.het GelijkheidsbeginselDit betekent dat gelijke gevallen in beginsel gelijk behandeld dienen te worden. Indien in een specifike situatie er reden is om af te wijken van de eerdere aanpak in een vergelijkbare situatie, dan dient dit door de overheid voldoende en duidelijk gemotiveerd te worden waarom in het voorliggende geval anders wordt gehandeld. het Verbod van willekeur (détournement de pouvoir; art. 3:3 AWB)Dit verbod houdt in dat de overheid de bevoegdheid tot het nemen van een besluit niet voor een ander doel gebruikt dan waarvoor die bevoegdheid is verleend. het Motiveringsbeginsel (art. 3:46 AWB)Het besluit dient volledig, voldoende en begrijpelijk gemotiveerd te zijn. In het besluit dient de overheid in het kader van dit beginsel voldoende inzicht te geven in de reden(en) die aanleiding zijn of de onderbouwing zijn van het besluit en de beoogde gevolgen daarvan. Een gebrekkige motivering van een besluit is een beroepsgrond die regelmatig doel treft. Fair play bij de overheid (art. 2:4 AWB)Het beginsel van fair play brengt met zich mee dat de overheid onbevooroordeeld, onpartijdig en zonder vooringenomenheid haar taken dient te vervullen en besluiten dient te nemen. Bij de overheid werkzame personen, die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, kunnen de besluitvorming niet beïnvloeden. het RechtszekerheidsbeginselHieruit volgt dat de burger er op moet kunnen vertrouwen dat de overheid consequent handelt en het geldend beleid en regels consequent toepast. Wetgeving dient duidelijk te zijn, kenbaar en ondubbelzinnig. De rechtspositie van de burger mag niet op onverwachte of onberekenbare wijze door de overheid worden aangetast. Rechtszekerheid betekent ook dat niet met terugwerkende kracht nadelige maatregelen genomen mogen worden door de overheid.
Van drie grote kwesties die in aanmerking komen voor een parlementaire enquête heeft met name de Toeslagenaffaire het vertrouwen van burgers in de overheid geschaad. Ook de afhandeling van de gasboringen en herstelwerken in Groningen heeft het vertrouwen in de overheid negatief beïnvloed. Voor de aanpak van de coronacrisis geldt dit minder. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van NRC.Toeslagenaffaire legt structurele, bestuurlijke weeffout blootDe Toeslagenaffaire beïnvloedde het vertrouwen in “de overheid” in 71 procent van de gevallen negatief. Naar aanleiding van de Toeslagenaffaire trad het kabinet Rutte III af, maar bijna de helft (47%) van degenen die er iets van meekregen vindt dat onvoldoende. Zij zouden meer of andere consequenties willen zien. Welke? De overheid moet vooral menselijker worden (59%) en moet stoppen met etnisch profileren (mensen op afkomst controleren) (57%).
Vooral het vertrouwen in de overheid van FvD-, PvdD-, Volt-, SP-, D66-, GL-, PvdA- en PVV-kiezers werd geschaad door de Toeslagenaffaire. Ook dat van VVD- en CDA-kiezers, maar beduidend minder. Ook uit de (open) antwoorden op de vraag om een toelichting blijkt dat de Toeslagenaffaire mensen het meest raakt: de meeste respondenten beginnen over deze kwestie. Velen lichten hun verontwaardiging toe met de observatie dat het hier duidelijk niet gaat om een incident, maar dat we te maken hebben met een structurele, bestuurlijke weeffout. Het feit dat de overheid burgers stelselmatig wantrouwt, uitgaat van het kwade en hierbij ook nog eens discriminerend te werk gaat, maakt mensen boos.Een CDA-kiezer: “De gaswinning laat een gebrek aan daadkracht zien en legt veel bureaucratie bloot. Maar de toeslagenaffaire laat het falen van het systeem in zijn geheel zien. Het zit veel dieper dan in het politieke laagje.”
Een FvD-kiezer: “De gevestigde partijen kunnen overal mee weg komen (denken ze) en ik vind dat ze allemaal direct hadden moeten opstappen. Nu zijn ze demissionair maar er is geen verschil, ze kunnen nog steeds gewoon hun slechte gang gaan. Wat een krankzinnig voorbeeld!”
Een DENK-kiezer: “We worden al jarenlang al gediscrimineerd wegens ons afkomst en geloof en dit moet gestopt worden en ook mensen of politieke leiders die dit aanwakkeren veroordeeld worden en niet meer verkiesbaar stellen…”Gaswinning in Groningen: Murphy’s lawOok afhandeling van de Gaswinning in Groningen heeft het vertrouwen geen goed gedaan: de helft (51%) zegt dat deze kwestie zijn of haar vertrouwen in de overheid negatief heeft beïnvloed. Toch lijkt de Groningse zaak meer als een kwestie van Murphy’s law te worden gezien, wat het niet goed praat: het is ongelooflijk dat het keer op keer niet wordt opgelost. Het feit dat onschuldige burgers worden geschaad door de overheid is de rode draad tussen de twee kwesties. De nasleep van de gaswinning in Groningen deed vooral afbreuk aan het vertrouwen van FvD-, SP, PvdD- en JA21-kiezers.
Een JA21-kiezer: “Afwikkeling gasschade Groningen duurt veel te lang en omdat het ver van de randstad is krijgt het te weinig aandacht. In toeslagenaffaire was er daadwerkelijk sprake van fraude en het is onbegrijpelijk dat mensen die er geen recht op hebben toch een schadeloosstelling krijgen of een te hoge vergoeding.”
Een CDA-kiezer: “De problemen in Groningen zijn van een heel ander kaliber. Het hele land heeft geprofiteerd van de gaswinning en aardbevingen waren oorspronkelijk niet voorzien. Dat wil niet zeggen dat de financiële gevolgen voor de getroffen bewoners in Groningen niet beter en sneller hadden kunnen worden afgehandeld.”
Een D66-kiezer: “Zowel bij de toeslagenaffaire als bij de gaswinning zijn individuen slachtoffer geworden van iets waar zij geen invloed op kunnen uitoefenen, maar waardoor hun leven door de staat totaal overhoop gegooid wordt.”Coronacrisis: moeilijk goed te doenDe manier waarop de coronacrisis wordt gemanaged wordt de overheid iets minder hard aangerekend: een derde zegt dat het hen negatief heeft beïnvloed, en ongeveer een op zes zelfs positief. Burgers zijn relatief mild. Of men zegt dat het kabinet doet wat het kan, of men zegt begrip te hebben voor fouten die worden gemaakt, het is immers een nieuwe crisissituatie. Dat geldt niet voor PVV-, FvD-kiezers, die nemen de overheid dit beleid wel echt kwalijk.
VVD-kiezer: “Corona-aanpak sta ik achter, toeslagenaffaire heeft heel de politiek schuld aan, in het geval van Groningen zijn wel foute keuzes gemaakt.”
SP-kiezer: “Wat betreft de coronacrisis: het was voor iedereen een nieuwe situatie: het is moeilijk dat goed te doen.”
FvD-kiezer: “Nederland is een politiestaat, oefent terreur uit om mensen te dwingen zich aan maatregelen te houden. Anders denkenden worden weggezet al gekkies en complotdenkers. Alleen de mening van de overheid is de waarheid.”VerantwoordingI&O Research voerde dit onderzoek uit in opdracht van NRC Handelsblad. Het onderzoek vond plaats van maandagochtend 1 maart tot dinsdagmiddag 2 maart 2021. In totaal werkten 1.448 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. Het grootste deel hiervan is afkomstig uit het I&O Research Panel, een beperkt aantal vulde de vragenlijst in via het panel van PanelClix. RAPPORT VERTROUWEN IN OVERHEID NA DRIE GROTE KWESTIEShttps://065.wpcdnnode.com/ioresearch.nl/wp-content/uploads/2021/03/bwebpr21_mrt_nrc_betrouwbare-overheid_def.pdf
Hieronder volgt een reactie op uw e-mail waarin u eist dat uw bericht wordt doorgestuurd naar de staatssecretaris van Cultuur en Media.
Dit kunnen wij helaas niet doen.
Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen. Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.
Daarna kunnen wij nagaan welke mogelijkheden wij hebben om te zorgen dat u een antwoord krijgt.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd en ik wens u een fijne dag toe.
Als u nog vragen heeft dan kunt u ons mailen via het contactformulier, bellen met 1400 of gebruik maken van onze social media kanalen. Contact met de Rijksoverheid
U vraagt opnieuw onze aandacht voor uw situatie. Wij hebben u eerder de informatie gegeven waarover wij beschikken. Wij kunnen u verder niet helpen. In het vervolg volstaan wij daarom met kennisneming van uw e-mail(s) over dit onderwerp. U ontvangt dan van ons geen reactie meer.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Sophie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid
Ik hoor graag of u tevreden bent over mijn reactie.
Reacties uitgeschakeld voor Toch nog, ondanks mijn verzoek het niet te doen, een reactie van de Overheid op mijn laatste mail/Overheid, stop ermee, ik lees uw verdichtstels van onzin toch niet
U vraagt opnieuw onze aandacht voor uw situatie. Wij hebben u eerder de informatie gegeven waarover wij beschikken. Wij kunnen u verder niet helpen. In het vervolg volstaan wij daarom met kennisneming van uw e-mail(s) over dit onderwerp. U ontvangt dan van ons geen reactie meer.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Sophie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid
Ik hoor graag of u tevreden bent over mijn reactie.
VERGIS U NIET OVERHEID, AL LEEST U DIT NIET,ANDEREN LEZEN DIT WELDAARVOOR ZAL IK ZORGEN! AANMelanie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid FIRST THEY IGNORE YOUTHEN THEY LAUGH AT YOU THEN THEY FIGHT YOUTHEN….YOU WIN Mahatma Gandhi
UW REACTIE OP MIJN BOVENSTAANDE INZENDING: ”noreply@informatierijksoverheid.nl <noreply@informatierijksoverheid.nl>To:astridessed@yahoo.comFri, May 6 at 4:43 PMShow original message Naar aanleiding van uw No Reply schrijven, het volgende: Ik sta versteld over uw arrogantie en beschouw uw reactiedan ook als een stuitend gebrek aan respect van Overheid naar burger!PUNT 1Ik heb destijds de Staatssecretaris een AANGETEKENDE BRIEFPER POST doen toekomen, dd 23 maart 2022, waarop nooit een antwoord is gekomen.Dit is respectloos en onvoorstelbaar arrogantPUNT 2Naar aanleiding daarvan twee rappels gestuurd via uw contactcformulierRijksoverheid, via mijn website links, aangezien deStaatsecretaris niet via mail te bereiken is.Dat ik daarvoor dus mijn website gebruik, is niet mijn fout, maar die vande Overheid, aangezien de Staatssecretaris alleen bereikbaar isvia dat contactformulier Rijksoverheid. Verder blijkt uit de TITEL van mijn website link duidelijk,dat het om een RAPPEL aan de Staatssecretaris gaat.Daaruit moet voor u blijken [als u althans in staat bent gebleken, uw Middelbarfe School af te ronden, waarvan ik wel overtuigd mag zijn], dat het hiereen niet door de Staatssecretaris gegeven respons op een eerder schrijvenvan mij betreft. UW SCHRIJVEN 1 U schrijft aan mij het volgende: ”Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen.” Uw opmerkingen slaan nergens op.Ik doe u een verzoek/eis om informatie over te brengen aan de Staatssecretarisen dat hebt u gewoon te doen.Trouwens, als u de moeite genomen had om de meegestuurde link telezen, dan had u kunnen zien, dat deze boordevol nuttige, rationeleen goed doorwrochte informatie zat en, wat belangrijker is, een verwijzingnaar het feit, dat ik tot op de dag van heden geen beantwoordingdoor de Staatssecretaris gehad heb op mijn dd 23 maart 2022 toegezondenbrief per aangetekende post!In herinnering breng ik u vervolgens het volgende:Volgens de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur [1] bent uVERPLICHT, niet zozeer mijn website te lezen, maar de aan u viamijn website doorgestuurde informatie, DIRECT en ONVERWIJLDover te brengen aan de Staatssecretaris!Dat is uw wettelijke plicht.
UW SCHRIJVEN 2/UW EIGEN BEGINSELEN, NOGMAALS UITGELEGD Verder schrijft u mij het volgende: ”Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.” EEN TOONTJE LAGER GRAAGUw reactie toont een onvoorstelbare arrogantie en u lijkt vergeten te zijn,dat de Overheid er is voor de burger, niet de burger voor de Overheid!Bovendien en dat is NOG belangrijker:U lijkt uw eigen Beginselen, namelijk de Beginselen van Behoorlijk Bestuur, uit het oog te hebben verloren:Die zijn, o Onwetende Overheid:zorgvuldigheid;- vertrouwen;- verbod op willekeur;- het motiveringsbeginsel-fair play;- rechtszekerheid.[2]
RESPECTLOOS EN LAF! Ik heb uw respectloosheid via bovenstaande dus al aangetoond Daarnaast bent u, als Overheid, ook nog eens laf, om mijeen No Reply antwoord te sturen, waardoor ik in feite machteloossta in mijn reactie, omdat ik mijn antwoord geretourneerdteruggestuurd krijgt.Toch ga ik u nu per mail op uw No Reply antwoorden. ”Machteloos” denkt u, maar mooi niet!Want deze reactie komt ook op mijn website[s] te staan,ik stuur dit bcc door aan belanghebbenden [u weet lekker’niet, wie dat zijn, HAHAHA] en via mijn website link bereiktmijn reactie u weer op het contactformulier Rijksoverheid ZOLEKKER! TENSLOTTE: ”Waarom nu zoveel moeite doen, een arrogante Overheid op zo’nmooie zaterdagmiddag nog een reactie te doen toekomen, zo is de vraag,die ik mijzelf aan mijzelf stel en vele anderen mij misschien ookzullen stellen? Dat is om u als Overheid niet zomaar te laten wegkomen met uwarrogantie en lafheid [No Reply antwoorden, hoe kinderachtig kan je zijn]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, voor zover u dat nog nietwist, dat ik verbaal sterk ben, mijn rechten als burger ken en dewettelijke bepalingen ken, [3]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, dat ik het recht heb,mijn recht te halen en mij niet door u op de Kop te laten zitten, zoalsu en uw Instanties met anderen op schandelijke wijze gedaan hebben [4] Maar bovenal om u hieraan te herinneren: DE OVERHEID IS ER VOOR DE BURGER, NIET DE BURGERVOOR DE OVERHEID! Dus laat uw arrogantie vallen, stuur de brief ONVERWIJLD door aande Staatssecretaris en stap in de Wereld na de Franse Revolutie! [5] We leven niet meer in de Duistere Achttiende Eeuw van Uitbuiting,Slavernij en Onderdrukking! Doe dus datgene, waarvoor u bent aangesteld De burger dienen Vriendelijke groeten Astrid Essed Amsterdam WEBSITE[Waarmee ik de Overheid blijf lastigvallen] www.astridessed.nl
Besluiten van overheidsorganen moeten altijd voldoen aan de beginselen van behoorlijk bestuur. Deze beginselen gelden op grond van artikel 3:14 van het Burgerlijk Wetboek, echter ook voor privaatrechtelijke handelingen van de overheid. De overheid is dus beperkt in het nemen van besluiten en het aangaan van overeenkomsten. In een juridische procedure kan dan ook worden aangevoerd dat een besluit of overeenkomst in strijd is met de beginselen van behoorlijk bestuur. Als de rechter dat bevestigt wordt zo’n besluit of overeenkomst doorgaans vernietigd. Genoeg reden dus om de belangrijkste beginselen van behoorlijk bestuur op een rijtje te zetten en een korte toelichting te geven.MotiveringsbeginselEen overheidsbesluit of andere rechtshandeling moet altijd een heldere motivering hebben. Er moet zijn onderbouwd waarom deze handeling wordt verricht en (tot op zekere hoogte) waarom niet anders wordt gehandeld. De feiten moeten worden uiteengezet en de keuze moet begrijpelijk zijn. Dit is vastgelegd in artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (afgekort: Awb).Voorbeeld is een bestemmingsplan waarbij niet is toegelicht dat er vraag naar een ontwikkeling is (zie de ladder voor duurzame ontwikkeling).GelijkheidsbeginselGelijke gevallen moeten op een gelijke manier worden behandeld. Een overheidsinstantie mag geen onderscheid maken tussen partijen bij haar besluitvorming of het aangaan van contracten. Iedereen moet gelijke kansen krijgen. Dit is een zware inbreuk op de contractsvrijheid. Contractsvrijheid houdt in dat een ieder mag keuze met wie hij een overeenkomst gaat en onder welke voorwaarden. Dit beginsel komt voort uit artikel 1 van de Grondwet.Een particulier mag bijvoorbeeld een stuk grond voor 100 euro per vierkante meter verkopen aan partij X en weigeren diezelfde grond voor 200 euro per vierkante meter aan Y te verkopen. De verkoper doet dat omdat hij Y geen sympathiek persoon vind. Deze keuze van de verkoper is toegestaan, want hij heeft volledige vrijheid zijn contractspartij en de voorwaarden overeen te komen. Een overheidspartij mag dit niet, tenzij er objectieve redenen om de grond niet aan Y te verkopen; bijvoorbeeld dat hij een wanbetaler is, of geen goede bouwplannen voor de grond kan overleggen.RechtszekerheidsbeginselBesluiten en overeenkomsten moeten helder zijn geformuleerd en moeten begrijpelijk zijn voor de partijen die erbij betrokken zijn. Verder moeten ze voldoen aan gerechtvaardigde verwachtingen die op grond van rechtsregels en eerdere toezeggingen en afspraken bestaan. Met andere woorden: besluiten en overeenkomst moeten aansluiten bij verwachtingen en mogen niet tegenstrijdig zijn met eerdere uitlatingen en handelingen.Wanneer een gemeente grond verkoopt aan een ontwikkelaar en voorspiegelt dat hij daar op een bepaalde manier gebruik van kan maken, dan mag diezelfde overheid niet korte tijd laten de bestemming zodanig wijzigen dat het beoogde gebruik niet meer mogelijk is. Dit zou in strijd met de rechtszekerheid zijn.EvenredigheidsbeginselDe gevolgen van een overheidsbesluit moeten zo min mogelijk negatieve gevolgen hebben voor de betrokken personen. Daarbij kan het natuurlijk zo zijn dat de belangen van een (rechts)persoon moet worden geschaad om het algemeen belang te kunnen dienen. Die negatieve gevolgen moeten wel zo beperkt mogelijk zijn en dus evenredig aan de noodzakelijke handelingen. Dit is vastgelegd in artikel 3:4 lid 2 Awb.Een voorbeeld is de afsluiting van een weg omdat er veiligheidsrisico’s zijn geconstateerd. Volledige afsluiting is misschien het makkelijkst, maar voor bedrijven aan die weg wel het meest ingrijpend. Een gedeeltelijke of tijdelijke afsluiting kan dan een ingewikkeldere oplossing zijn, maar de belangen van de betrokken zijn daar beter mee gediend. De volledige afsluiting kan dan in strijd met het evenredigheidsbeginsel zijn.SamenvattingBeginselen van behoorlijk bestuur zijn van grote invloed op overheidshandelen. Naast de belangrijkste beginselen die hierboven zijn genoemd, zijn er nog verschillende andere beginselen. Bijvoorbeeld het fair-play-beginsel, het verbod op détournement de pouvoir, het legaliteitsbeginsel, het specialiteitsbeginsel etc. Deze beginselen gelden zowel bij besluiten van de overheid als bij andere (rechts)handelingen. Het is dus voor beide partijen van belang in de gaten te houden of deze beginselen worden nageleefd. EINDE STUK
EINDE STUK
ZIE OOK
Beginselen van behoorlijk bestuurBesluiten moet een wettelijke basis hebben en bovendien mag een besluit niet in strijd zijn met met de beginselen van behoorlijk bestuur. Welke zijn die beginselen, die een rol spelen bij besluitvorming door de overheid en bestuursorganen?mr. Mark van Weeren, advocaat bestuursrechthet Zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 AWB)Dit bepaalt dat bij de voorbereiding van een besluit het bestuursorgaan de nodige kennis vergaart omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen. Het zorgvuldigheidsbeginsel houdt ook in dat de overheid de schijn van partijdigheid dient te vermijden.. Vaak geldt: een zorgvuldig handelend bestuursorgaan had in redelijkheid niet tot dit besluit kunnen komen.het Evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 AWB)De overheid dient de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af te wegen, zo ver als niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van de uit te oefenen bevoegdheid een beperking voortvloeit. De nadelige gevolgen van een besluit mogen voor één of meer belanghebbenden niet onevenredig zijn in de verhouding met de tot het besluit te dienen doelen. het Vertrouwensbeginsel (uitspraak 5 september 2012, LJN BX6483)Dit beginsel brengt met zich mede dat het door haar opgewekte vertrouwen, al dan niet door toezeggingen, dient te honoreren. Voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel is nodig dat er aan het bestuursorgaan toe te rekenen concrete, ondubbelzinnige toezeggingen zijn gedaan door een daartoe bevoegd persoon, waarvan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.het GelijkheidsbeginselDit betekent dat gelijke gevallen in beginsel gelijk behandeld dienen te worden. Indien in een specifike situatie er reden is om af te wijken van de eerdere aanpak in een vergelijkbare situatie, dan dient dit door de overheid voldoende en duidelijk gemotiveerd te worden waarom in het voorliggende geval anders wordt gehandeld. het Verbod van willekeur (détournement de pouvoir; art. 3:3 AWB)Dit verbod houdt in dat de overheid de bevoegdheid tot het nemen van een besluit niet voor een ander doel gebruikt dan waarvoor die bevoegdheid is verleend. het Motiveringsbeginsel (art. 3:46 AWB)Het besluit dient volledig, voldoende en begrijpelijk gemotiveerd te zijn. In het besluit dient de overheid in het kader van dit beginsel voldoende inzicht te geven in de reden(en) die aanleiding zijn of de onderbouwing zijn van het besluit en de beoogde gevolgen daarvan. Een gebrekkige motivering van een besluit is een beroepsgrond die regelmatig doel treft. Fair play bij de overheid (art. 2:4 AWB)Het beginsel van fair play brengt met zich mee dat de overheid onbevooroordeeld, onpartijdig en zonder vooringenomenheid haar taken dient te vervullen en besluiten dient te nemen. Bij de overheid werkzame personen, die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, kunnen de besluitvorming niet beïnvloeden. het RechtszekerheidsbeginselHieruit volgt dat de burger er op moet kunnen vertrouwen dat de overheid consequent handelt en het geldend beleid en regels consequent toepast. Wetgeving dient duidelijk te zijn, kenbaar en ondubbelzinnig. De rechtspositie van de burger mag niet op onverwachte of onberekenbare wijze door de overheid worden aangetast. Rechtszekerheid betekent ook dat niet met terugwerkende kracht nadelige maatregelen genomen mogen worden door de overheid.
Van drie grote kwesties die in aanmerking komen voor een parlementaire enquête heeft met name de Toeslagenaffaire het vertrouwen van burgers in de overheid geschaad. Ook de afhandeling van de gasboringen en herstelwerken in Groningen heeft het vertrouwen in de overheid negatief beïnvloed. Voor de aanpak van de coronacrisis geldt dit minder. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van NRC.Toeslagenaffaire legt structurele, bestuurlijke weeffout blootDe Toeslagenaffaire beïnvloedde het vertrouwen in “de overheid” in 71 procent van de gevallen negatief. Naar aanleiding van de Toeslagenaffaire trad het kabinet Rutte III af, maar bijna de helft (47%) van degenen die er iets van meekregen vindt dat onvoldoende. Zij zouden meer of andere consequenties willen zien. Welke? De overheid moet vooral menselijker worden (59%) en moet stoppen met etnisch profileren (mensen op afkomst controleren) (57%).
Vooral het vertrouwen in de overheid van FvD-, PvdD-, Volt-, SP-, D66-, GL-, PvdA- en PVV-kiezers werd geschaad door de Toeslagenaffaire. Ook dat van VVD- en CDA-kiezers, maar beduidend minder. Ook uit de (open) antwoorden op de vraag om een toelichting blijkt dat de Toeslagenaffaire mensen het meest raakt: de meeste respondenten beginnen over deze kwestie. Velen lichten hun verontwaardiging toe met de observatie dat het hier duidelijk niet gaat om een incident, maar dat we te maken hebben met een structurele, bestuurlijke weeffout. Het feit dat de overheid burgers stelselmatig wantrouwt, uitgaat van het kwade en hierbij ook nog eens discriminerend te werk gaat, maakt mensen boos.Een CDA-kiezer: “De gaswinning laat een gebrek aan daadkracht zien en legt veel bureaucratie bloot. Maar de toeslagenaffaire laat het falen van het systeem in zijn geheel zien. Het zit veel dieper dan in het politieke laagje.”
Een FvD-kiezer: “De gevestigde partijen kunnen overal mee weg komen (denken ze) en ik vind dat ze allemaal direct hadden moeten opstappen. Nu zijn ze demissionair maar er is geen verschil, ze kunnen nog steeds gewoon hun slechte gang gaan. Wat een krankzinnig voorbeeld!”
Een DENK-kiezer: “We worden al jarenlang al gediscrimineerd wegens ons afkomst en geloof en dit moet gestopt worden en ook mensen of politieke leiders die dit aanwakkeren veroordeeld worden en niet meer verkiesbaar stellen…”Gaswinning in Groningen: Murphy’s lawOok afhandeling van de Gaswinning in Groningen heeft het vertrouwen geen goed gedaan: de helft (51%) zegt dat deze kwestie zijn of haar vertrouwen in de overheid negatief heeft beïnvloed. Toch lijkt de Groningse zaak meer als een kwestie van Murphy’s law te worden gezien, wat het niet goed praat: het is ongelooflijk dat het keer op keer niet wordt opgelost. Het feit dat onschuldige burgers worden geschaad door de overheid is de rode draad tussen de twee kwesties. De nasleep van de gaswinning in Groningen deed vooral afbreuk aan het vertrouwen van FvD-, SP, PvdD- en JA21-kiezers.
Een JA21-kiezer: “Afwikkeling gasschade Groningen duurt veel te lang en omdat het ver van de randstad is krijgt het te weinig aandacht. In toeslagenaffaire was er daadwerkelijk sprake van fraude en het is onbegrijpelijk dat mensen die er geen recht op hebben toch een schadeloosstelling krijgen of een te hoge vergoeding.”
Een CDA-kiezer: “De problemen in Groningen zijn van een heel ander kaliber. Het hele land heeft geprofiteerd van de gaswinning en aardbevingen waren oorspronkelijk niet voorzien. Dat wil niet zeggen dat de financiële gevolgen voor de getroffen bewoners in Groningen niet beter en sneller hadden kunnen worden afgehandeld.”
Een D66-kiezer: “Zowel bij de toeslagenaffaire als bij de gaswinning zijn individuen slachtoffer geworden van iets waar zij geen invloed op kunnen uitoefenen, maar waardoor hun leven door de staat totaal overhoop gegooid wordt.”Coronacrisis: moeilijk goed te doenDe manier waarop de coronacrisis wordt gemanaged wordt de overheid iets minder hard aangerekend: een derde zegt dat het hen negatief heeft beïnvloed, en ongeveer een op zes zelfs positief. Burgers zijn relatief mild. Of men zegt dat het kabinet doet wat het kan, of men zegt begrip te hebben voor fouten die worden gemaakt, het is immers een nieuwe crisissituatie. Dat geldt niet voor PVV-, FvD-kiezers, die nemen de overheid dit beleid wel echt kwalijk.
VVD-kiezer: “Corona-aanpak sta ik achter, toeslagenaffaire heeft heel de politiek schuld aan, in het geval van Groningen zijn wel foute keuzes gemaakt.”
SP-kiezer: “Wat betreft de coronacrisis: het was voor iedereen een nieuwe situatie: het is moeilijk dat goed te doen.”
FvD-kiezer: “Nederland is een politiestaat, oefent terreur uit om mensen te dwingen zich aan maatregelen te houden. Anders denkenden worden weggezet al gekkies en complotdenkers. Alleen de mening van de overheid is de waarheid.”VerantwoordingI&O Research voerde dit onderzoek uit in opdracht van NRC Handelsblad. Het onderzoek vond plaats van maandagochtend 1 maart tot dinsdagmiddag 2 maart 2021. In totaal werkten 1.448 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. Het grootste deel hiervan is afkomstig uit het I&O Research Panel, een beperkt aantal vulde de vragenlijst in via het panel van PanelClix. RAPPORT VERTROUWEN IN OVERHEID NA DRIE GROTE KWESTIEShttps://065.wpcdnnode.com/ioresearch.nl/wp-content/uploads/2021/03/bwebpr21_mrt_nrc_betrouwbare-overheid_def.pdf
Hieronder volgt een reactie op uw e-mail waarin u eist dat uw bericht wordt doorgestuurd naar de staatssecretaris van Cultuur en Media.
Dit kunnen wij helaas niet doen.
Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen. Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.
Daarna kunnen wij nagaan welke mogelijkheden wij hebben om te zorgen dat u een antwoord krijgt.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd en ik wens u een fijne dag toe.
Astrid Essed <astridessed@yahoo.com>To:noreply@informatierijksoverheid.nlSat, May 7 at 2:50 PMVERGIS U NIET OVERHEID, AL LEEST U DIT NIET,ANDEREN LEZEN DIT WELDAARVOOR ZAL IK ZORGEN! AANMelanie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid FIRST THEY IGNORE YOUTHEN THEY LAUGH AT YOU THEN THEY FIGHT YOUTHEN….YOU WIN Mahatma Gandhi
UW REACTIE OP MIJN BOVENSTAANDE INZENDING: ”noreply@informatierijksoverheid.nl <noreply@informatierijksoverheid.nl>To:astridessed@yahoo.comFri, May 6 at 4:43 PMShow original message Naar aanleiding van uw No Reply schrijven, het volgende: Ik sta versteld over uw arrogantie en beschouw uw reactiedan ook als een stuitend gebrek aan respect van Overheid naar burger!PUNT 1Ik heb destijds de Staatssecretaris een AANGETEKENDE BRIEFPER POST doen toekomen, dd 23 maart 2022, waarop nooit een antwoord is gekomen.Dit is respectloos en onvoorstelbaar arrogantPUNT 2Naar aanleiding daarvan twee rappels gestuurd via uw contactcformulierRijksoverheid, via mijn website links, aangezien deStaatsecretaris niet via mail te bereiken is.Dat ik daarvoor dus mijn website gebruik, is niet mijn fout, maar die vande Overheid, aangezien de Staatssecretaris alleen bereikbaar isvia dat contactformulier Rijksoverheid. Verder blijkt uit de TITEL van mijn website link duidelijk,dat het om een RAPPEL aan de Staatssecretaris gaat.Daaruit moet voor u blijken [als u althans in staat bent gebleken, uw Middelbarfe School af te ronden, waarvan ik wel overtuigd mag zijn], dat het hiereen niet door de Staatssecretaris gegeven respons op een eerder schrijvenvan mij betreft. UW SCHRIJVEN 1 U schrijft aan mij het volgende: ”Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen.” Uw opmerkingen slaan nergens op.Ik doe u een verzoek/eis om informatie over te brengen aan de Staatssecretarisen dat hebt u gewoon te doen.Trouwens, als u de moeite genomen had om de meegestuurde link telezen, dan had u kunnen zien, dat deze boordevol nuttige, rationeleen goed doorwrochte informatie zat en, wat belangrijker is, een verwijzingnaar het feit, dat ik tot op de dag van heden geen beantwoordingdoor de Staatssecretaris gehad heb op mijn dd 23 maart 2022 toegezondenbrief per aangetekende post!In herinnering breng ik u vervolgens het volgende:Volgens de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur [1] bent uVERPLICHT, niet zozeer mijn website te lezen, maar de aan u viamijn website doorgestuurde informatie, DIRECT en ONVERWIJLDover te brengen aan de Staatssecretaris!Dat is uw wettelijke plicht.
UW SCHRIJVEN 2/UW EIGEN BEGINSELEN, NOGMAALS UITGELEGD Verder schrijft u mij het volgende: ”Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.” EEN TOONTJE LAGER GRAAGUw reactie toont een onvoorstelbare arrogantie en u lijkt vergeten te zijn,dat de Overheid er is voor de burger, niet de burger voor de Overheid!Bovendien en dat is NOG belangrijker:U lijkt uw eigen Beginselen, namelijk de Beginselen van Behoorlijk Bestuur, uit het oog te hebben verloren:Die zijn, o Onwetende Overheid:zorgvuldigheid;- vertrouwen;- verbod op willekeur;- het motiveringsbeginsel-fair play;- rechtszekerheid.[2]
RESPECTLOOS EN LAF! Ik heb uw respectloosheid via bovenstaande dus al aangetoond Daarnaast bent u, als Overheid, ook nog eens laf, om mijeen No Reply antwoord te sturen, waardoor ik in feite machteloossta in mijn reactie, omdat ik mijn antwoord geretourneerdteruggestuurd krijgt.Toch ga ik u nu per mail op uw No Reply antwoorden. ”Machteloos” denkt u, maar mooi niet!Want deze reactie komt ook op mijn website[s] te staan,ik stuur dit bcc door aan belanghebbenden [u weet lekker’niet, wie dat zijn, HAHAHA] en via mijn website link bereiktmijn reactie u weer op het contactformulier Rijksoverheid ZOLEKKER! TENSLOTTE: ”Waarom nu zoveel moeite doen, een arrogante Overheid op zo’nmooie zaterdagmiddag nog een reactie te doen toekomen, zo is de vraag,die ik mijzelf aan mijzelf stel en vele anderen mij misschien ookzullen stellen? Dat is om u als Overheid niet zomaar te laten wegkomen met uwarrogantie en lafheid [No Reply antwoorden, hoe kinderachtig kan je zijn]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, voor zover u dat nog nietwist, dat ik verbaal sterk ben, mijn rechten als burger ken en dewettelijke bepalingen ken, [3]Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, dat ik het recht heb,mijn recht te halen en mij niet door u op de Kop te laten zitten, zoalsu en uw Instanties met anderen op schandelijke wijze gedaan hebben [4] Maar bovenal om u hieraan te herinneren: DE OVERHEID IS ER VOOR DE BURGER, NIET DE BURGERVOOR DE OVERHEID! Dus laat uw arrogantie vallen, stuur de brief ONVERWIJLD door aande Staatssecretaris en stap in de Wereld na de Franse Revolutie! [5] We leven niet meer in de Duistere Achttiende Eeuw van Uitbuiting,Slavernij en Onderdrukking! Doe dus datgene, waarvoor u bent aangesteld De burger dienen Vriendelijke groeten Astrid Essed/Amsterdam WEBSITE[Waarmee ik de Overheid blijf lastigvallen] www.astridessed.nl
Besluiten van overheidsorganen moeten altijd voldoen aan de beginselen van behoorlijk bestuur. Deze beginselen gelden op grond van artikel 3:14 van het Burgerlijk Wetboek, echter ook voor privaatrechtelijke handelingen van de overheid. De overheid is dus beperkt in het nemen van besluiten en het aangaan van overeenkomsten. In een juridische procedure kan dan ook worden aangevoerd dat een besluit of overeenkomst in strijd is met de beginselen van behoorlijk bestuur. Als de rechter dat bevestigt wordt zo’n besluit of overeenkomst doorgaans vernietigd. Genoeg reden dus om de belangrijkste beginselen van behoorlijk bestuur op een rijtje te zetten en een korte toelichting te geven.MotiveringsbeginselEen overheidsbesluit of andere rechtshandeling moet altijd een heldere motivering hebben. Er moet zijn onderbouwd waarom deze handeling wordt verricht en (tot op zekere hoogte) waarom niet anders wordt gehandeld. De feiten moeten worden uiteengezet en de keuze moet begrijpelijk zijn. Dit is vastgelegd in artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (afgekort: Awb).Voorbeeld is een bestemmingsplan waarbij niet is toegelicht dat er vraag naar een ontwikkeling is (zie de ladder voor duurzame ontwikkeling).GelijkheidsbeginselGelijke gevallen moeten op een gelijke manier worden behandeld. Een overheidsinstantie mag geen onderscheid maken tussen partijen bij haar besluitvorming of het aangaan van contracten. Iedereen moet gelijke kansen krijgen. Dit is een zware inbreuk op de contractsvrijheid. Contractsvrijheid houdt in dat een ieder mag keuze met wie hij een overeenkomst gaat en onder welke voorwaarden. Dit beginsel komt voort uit artikel 1 van de Grondwet.Een particulier mag bijvoorbeeld een stuk grond voor 100 euro per vierkante meter verkopen aan partij X en weigeren diezelfde grond voor 200 euro per vierkante meter aan Y te verkopen. De verkoper doet dat omdat hij Y geen sympathiek persoon vind. Deze keuze van de verkoper is toegestaan, want hij heeft volledige vrijheid zijn contractspartij en de voorwaarden overeen te komen. Een overheidspartij mag dit niet, tenzij er objectieve redenen om de grond niet aan Y te verkopen; bijvoorbeeld dat hij een wanbetaler is, of geen goede bouwplannen voor de grond kan overleggen.RechtszekerheidsbeginselBesluiten en overeenkomsten moeten helder zijn geformuleerd en moeten begrijpelijk zijn voor de partijen die erbij betrokken zijn. Verder moeten ze voldoen aan gerechtvaardigde verwachtingen die op grond van rechtsregels en eerdere toezeggingen en afspraken bestaan. Met andere woorden: besluiten en overeenkomst moeten aansluiten bij verwachtingen en mogen niet tegenstrijdig zijn met eerdere uitlatingen en handelingen.Wanneer een gemeente grond verkoopt aan een ontwikkelaar en voorspiegelt dat hij daar op een bepaalde manier gebruik van kan maken, dan mag diezelfde overheid niet korte tijd laten de bestemming zodanig wijzigen dat het beoogde gebruik niet meer mogelijk is. Dit zou in strijd met de rechtszekerheid zijn.EvenredigheidsbeginselDe gevolgen van een overheidsbesluit moeten zo min mogelijk negatieve gevolgen hebben voor de betrokken personen. Daarbij kan het natuurlijk zo zijn dat de belangen van een (rechts)persoon moet worden geschaad om het algemeen belang te kunnen dienen. Die negatieve gevolgen moeten wel zo beperkt mogelijk zijn en dus evenredig aan de noodzakelijke handelingen. Dit is vastgelegd in artikel 3:4 lid 2 Awb.Een voorbeeld is de afsluiting van een weg omdat er veiligheidsrisico’s zijn geconstateerd. Volledige afsluiting is misschien het makkelijkst, maar voor bedrijven aan die weg wel het meest ingrijpend. Een gedeeltelijke of tijdelijke afsluiting kan dan een ingewikkeldere oplossing zijn, maar de belangen van de betrokken zijn daar beter mee gediend. De volledige afsluiting kan dan in strijd met het evenredigheidsbeginsel zijn.SamenvattingBeginselen van behoorlijk bestuur zijn van grote invloed op overheidshandelen. Naast de belangrijkste beginselen die hierboven zijn genoemd, zijn er nog verschillende andere beginselen. Bijvoorbeeld het fair-play-beginsel, het verbod op détournement de pouvoir, het legaliteitsbeginsel, het specialiteitsbeginsel etc. Deze beginselen gelden zowel bij besluiten van de overheid als bij andere (rechts)handelingen. Het is dus voor beide partijen van belang in de gaten te houden of deze beginselen worden nageleefd. EINDE STUK
EINDE STUK
ZIE OOK
Beginselen van behoorlijk bestuurBesluiten moet een wettelijke basis hebben en bovendien mag een besluit niet in strijd zijn met met de beginselen van behoorlijk bestuur. Welke zijn die beginselen, die een rol spelen bij besluitvorming door de overheid en bestuursorganen?mr. Mark van Weeren, advocaat bestuursrechthet Zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 AWB)Dit bepaalt dat bij de voorbereiding van een besluit het bestuursorgaan de nodige kennis vergaart omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen. Het zorgvuldigheidsbeginsel houdt ook in dat de overheid de schijn van partijdigheid dient te vermijden.. Vaak geldt: een zorgvuldig handelend bestuursorgaan had in redelijkheid niet tot dit besluit kunnen komen.het Evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 AWB)De overheid dient de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af te wegen, zo ver als niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van de uit te oefenen bevoegdheid een beperking voortvloeit. De nadelige gevolgen van een besluit mogen voor één of meer belanghebbenden niet onevenredig zijn in de verhouding met de tot het besluit te dienen doelen. het Vertrouwensbeginsel (uitspraak 5 september 2012, LJN BX6483)Dit beginsel brengt met zich mede dat het door haar opgewekte vertrouwen, al dan niet door toezeggingen, dient te honoreren. Voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel is nodig dat er aan het bestuursorgaan toe te rekenen concrete, ondubbelzinnige toezeggingen zijn gedaan door een daartoe bevoegd persoon, waarvan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.het GelijkheidsbeginselDit betekent dat gelijke gevallen in beginsel gelijk behandeld dienen te worden. Indien in een specifike situatie er reden is om af te wijken van de eerdere aanpak in een vergelijkbare situatie, dan dient dit door de overheid voldoende en duidelijk gemotiveerd te worden waarom in het voorliggende geval anders wordt gehandeld. het Verbod van willekeur (détournement de pouvoir; art. 3:3 AWB)Dit verbod houdt in dat de overheid de bevoegdheid tot het nemen van een besluit niet voor een ander doel gebruikt dan waarvoor die bevoegdheid is verleend. het Motiveringsbeginsel (art. 3:46 AWB)Het besluit dient volledig, voldoende en begrijpelijk gemotiveerd te zijn. In het besluit dient de overheid in het kader van dit beginsel voldoende inzicht te geven in de reden(en) die aanleiding zijn of de onderbouwing zijn van het besluit en de beoogde gevolgen daarvan. Een gebrekkige motivering van een besluit is een beroepsgrond die regelmatig doel treft. Fair play bij de overheid (art. 2:4 AWB)Het beginsel van fair play brengt met zich mee dat de overheid onbevooroordeeld, onpartijdig en zonder vooringenomenheid haar taken dient te vervullen en besluiten dient te nemen. Bij de overheid werkzame personen, die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, kunnen de besluitvorming niet beïnvloeden. het RechtszekerheidsbeginselHieruit volgt dat de burger er op moet kunnen vertrouwen dat de overheid consequent handelt en het geldend beleid en regels consequent toepast. Wetgeving dient duidelijk te zijn, kenbaar en ondubbelzinnig. De rechtspositie van de burger mag niet op onverwachte of onberekenbare wijze door de overheid worden aangetast. Rechtszekerheid betekent ook dat niet met terugwerkende kracht nadelige maatregelen genomen mogen worden door de overheid.
Van drie grote kwesties die in aanmerking komen voor een parlementaire enquête heeft met name de Toeslagenaffaire het vertrouwen van burgers in de overheid geschaad. Ook de afhandeling van de gasboringen en herstelwerken in Groningen heeft het vertrouwen in de overheid negatief beïnvloed. Voor de aanpak van de coronacrisis geldt dit minder. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van NRC.Toeslagenaffaire legt structurele, bestuurlijke weeffout blootDe Toeslagenaffaire beïnvloedde het vertrouwen in “de overheid” in 71 procent van de gevallen negatief. Naar aanleiding van de Toeslagenaffaire trad het kabinet Rutte III af, maar bijna de helft (47%) van degenen die er iets van meekregen vindt dat onvoldoende. Zij zouden meer of andere consequenties willen zien. Welke? De overheid moet vooral menselijker worden (59%) en moet stoppen met etnisch profileren (mensen op afkomst controleren) (57%).
Vooral het vertrouwen in de overheid van FvD-, PvdD-, Volt-, SP-, D66-, GL-, PvdA- en PVV-kiezers werd geschaad door de Toeslagenaffaire. Ook dat van VVD- en CDA-kiezers, maar beduidend minder. Ook uit de (open) antwoorden op de vraag om een toelichting blijkt dat de Toeslagenaffaire mensen het meest raakt: de meeste respondenten beginnen over deze kwestie. Velen lichten hun verontwaardiging toe met de observatie dat het hier duidelijk niet gaat om een incident, maar dat we te maken hebben met een structurele, bestuurlijke weeffout. Het feit dat de overheid burgers stelselmatig wantrouwt, uitgaat van het kwade en hierbij ook nog eens discriminerend te werk gaat, maakt mensen boos.Een CDA-kiezer: “De gaswinning laat een gebrek aan daadkracht zien en legt veel bureaucratie bloot. Maar de toeslagenaffaire laat het falen van het systeem in zijn geheel zien. Het zit veel dieper dan in het politieke laagje.”
Een FvD-kiezer: “De gevestigde partijen kunnen overal mee weg komen (denken ze) en ik vind dat ze allemaal direct hadden moeten opstappen. Nu zijn ze demissionair maar er is geen verschil, ze kunnen nog steeds gewoon hun slechte gang gaan. Wat een krankzinnig voorbeeld!”
Een DENK-kiezer: “We worden al jarenlang al gediscrimineerd wegens ons afkomst en geloof en dit moet gestopt worden en ook mensen of politieke leiders die dit aanwakkeren veroordeeld worden en niet meer verkiesbaar stellen…”Gaswinning in Groningen: Murphy’s lawOok afhandeling van de Gaswinning in Groningen heeft het vertrouwen geen goed gedaan: de helft (51%) zegt dat deze kwestie zijn of haar vertrouwen in de overheid negatief heeft beïnvloed. Toch lijkt de Groningse zaak meer als een kwestie van Murphy’s law te worden gezien, wat het niet goed praat: het is ongelooflijk dat het keer op keer niet wordt opgelost. Het feit dat onschuldige burgers worden geschaad door de overheid is de rode draad tussen de twee kwesties. De nasleep van de gaswinning in Groningen deed vooral afbreuk aan het vertrouwen van FvD-, SP, PvdD- en JA21-kiezers.
Een JA21-kiezer: “Afwikkeling gasschade Groningen duurt veel te lang en omdat het ver van de randstad is krijgt het te weinig aandacht. In toeslagenaffaire was er daadwerkelijk sprake van fraude en het is onbegrijpelijk dat mensen die er geen recht op hebben toch een schadeloosstelling krijgen of een te hoge vergoeding.”
Een CDA-kiezer: “De problemen in Groningen zijn van een heel ander kaliber. Het hele land heeft geprofiteerd van de gaswinning en aardbevingen waren oorspronkelijk niet voorzien. Dat wil niet zeggen dat de financiële gevolgen voor de getroffen bewoners in Groningen niet beter en sneller hadden kunnen worden afgehandeld.”
Een D66-kiezer: “Zowel bij de toeslagenaffaire als bij de gaswinning zijn individuen slachtoffer geworden van iets waar zij geen invloed op kunnen uitoefenen, maar waardoor hun leven door de staat totaal overhoop gegooid wordt.”Coronacrisis: moeilijk goed te doenDe manier waarop de coronacrisis wordt gemanaged wordt de overheid iets minder hard aangerekend: een derde zegt dat het hen negatief heeft beïnvloed, en ongeveer een op zes zelfs positief. Burgers zijn relatief mild. Of men zegt dat het kabinet doet wat het kan, of men zegt begrip te hebben voor fouten die worden gemaakt, het is immers een nieuwe crisissituatie. Dat geldt niet voor PVV-, FvD-kiezers, die nemen de overheid dit beleid wel echt kwalijk.
VVD-kiezer: “Corona-aanpak sta ik achter, toeslagenaffaire heeft heel de politiek schuld aan, in het geval van Groningen zijn wel foute keuzes gemaakt.”
SP-kiezer: “Wat betreft de coronacrisis: het was voor iedereen een nieuwe situatie: het is moeilijk dat goed te doen.”
FvD-kiezer: “Nederland is een politiestaat, oefent terreur uit om mensen te dwingen zich aan maatregelen te houden. Anders denkenden worden weggezet al gekkies en complotdenkers. Alleen de mening van de overheid is de waarheid.”VerantwoordingI&O Research voerde dit onderzoek uit in opdracht van NRC Handelsblad. Het onderzoek vond plaats van maandagochtend 1 maart tot dinsdagmiddag 2 maart 2021. In totaal werkten 1.448 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. Het grootste deel hiervan is afkomstig uit het I&O Research Panel, een beperkt aantal vulde de vragenlijst in via het panel van PanelClix. RAPPORT VERTROUWEN IN OVERHEID NA DRIE GROTE KWESTIEShttps://065.wpcdnnode.com/ioresearch.nl/wp-content/uploads/2021/03/bwebpr21_mrt_nrc_betrouwbare-overheid_def.pdf
Hieronder volgt een reactie op uw e-mail waarin u eist dat uw bericht wordt doorgestuurd naar de staatssecretaris van Cultuur en Media.
Dit kunnen wij helaas niet doen.
Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen. Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.
Daarna kunnen wij nagaan welke mogelijkheden wij hebben om te zorgen dat u een antwoord krijgt.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd en ik wens u een fijne dag toe.
Als u nog vragen heeft dan kunt u ons mailen via het contactformulier, bellen met 1400 of gebruik maken van onze social media kanalen. Contact met de Rijksoverheid
U vraagt opnieuw onze aandacht voor uw situatie. Wij hebben u eerder de informatie gegeven waarover wij beschikken. Wij kunnen u verder niet helpen. In het vervolg volstaan wij daarom met kennisneming van uw e-mail(s) over dit onderwerp. U ontvangt dan van ons geen reactie meer.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Sophie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid
Ik hoor graag of u tevreden bent over mijn reactie.
Reacties uitgeschakeld voor Overheid is te laf om argumentatie Astrid Essed te weerleggen/Astrid Essed is er helemaal klaar mee en stelt nieuwe reactie van Overheid NIET op prijs
OVERHEID HOUDT ZICH NIET AAN EIGEN BEGINSELEN VANBEHOORLIJK BESTUUR EN WEIGERT RAPPEL AAN STAATSSECRETARISVAN CULTUUR EN MEDIA DOOR TE STUREN!/ASTRID ESSED ATTACK OPLAF EN RESPECTLOOS NO REPLY ANTWOORD OVERHEID
VERGIS U NIET OVERHEID, AL LEEST U DIT NIET,ANDEREN LEZEN DIT WELDAARVOOR ZAL IK ZORGEN! AANMelanie Publieksvoorlichter Informatie Rijksoverheid FIRST THEY IGNORE YOUTHEN THEY LAUGH AT YOU THEN THEY FIGHT YOUTHEN….YOU WIN Mahatma Gandhi
Hieronder volgt een reactie op uw e-mail waarin u eist dat uw bericht wordt doorgestuurd naar de staatssecretaris van Cultuur en Media.
Dit kunnen wij helaas niet doen.
Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen. Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.
Daarna kunnen wij nagaan welke mogelijkheden wij hebben om te zorgen dat u een antwoord krijgt.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd en ik wens u een fijne dag toe.
Naar aanleiding van uw No Reply schrijven, het volgende: Ik sta versteld over uw arrogantie en beschouw uw reactiedan ook als een stuitend gebrek aan respect van Overheid naar burger!PUNT 1Ik heb destijds de Staatssecretaris een AANGETEKENDE BRIEFPER POST doen toekomen, dd 23 maart 2022, waarop nooit een antwoord is gekomen.Dit is respectloos en onvoorstelbaar arrogantPUNT 2Naar aanleiding daarvan twee rappels gestuurd via uw contactcformulierRijksoverheid, via mijn website links, aangezien deStaatsecretaris niet via mail te bereiken is.Dat ik daarvoor dus mijn website gebruik, is niet mijn fout, maar die vande Overheid, aangezien de Staatssecretaris alleen bereikbaar isvia dat contactformulier Rijksoverheid. Verder blijkt uit de TITEL van mijn website link duidelijk,dat het om een RAPPEL aan de Staatssecretaris gaat.Daaruit moet voor u blijken [als u althans in staat bent gebleken, uw Middelbarfe School af te ronden, waarvan ik wel overtuigd mag zijn], dat het hiereen niet door de Staatssecretaris gegeven respons op een eerder schrijvenvan mij betreft. UW SCHRIJVEN 1 U schrijft aan mij het volgende: ”Uw bericht bevat geen vraag die wij op een zinvolle wijze door kunnen sturen.” Uw opmerkingen slaan nergens op.Ik doe u een verzoek/eis om informatie over te brengen aan de Staatssecretarisen dat hebt u gewoon te doen.Trouwens, als u de moeite genomen had om de meegestuurde link telezen, dan had u kunnen zien, dat deze boordevol nuttige, rationeleen goed doorwrochte informatie zat en, wat belangrijker is, een verwijzingnaar het feit, dat ik tot op de dag van heden geen beantwoordingdoor de Staatssecretaris gehad heb op mijn dd 23 maart 2022 toegezondenbrief per aangetekende post!In herinnering breng ik u vervolgens het volgende:Volgens de Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur [1] bent uVERPLICHT, niet zozeer mijn website te lezen, maar de aan u viamijn website doorgestuurde informatie, DIRECT en ONVERWIJLDover te brengen aan de Staatssecretaris!Dat is uw wettelijke plicht.
UW SCHRIJVEN 2/UW EIGEN BEGINSELEN, NOGMAALS UITGELEGD Verder schrijft u mij het volgende: ”Wij gaan niet uw website lezen om daar een vraag uit te destilleren. Als u een vraag heeft aan ons, dan verzoek ik u deze ook daadwerkelijk te stellen.” EEN TOONTJE LAGER GRAAGUw reactie toont een onvoorstelbare arrogantie en u lijkt vergeten te zijn,dat de Overheid er is voor de burger, niet de burger voor de Overheid!Bovendien en dat is NOG belangrijker:U lijkt uw eigen Beginselen, namelijk de Beginselen van Behoorlijk Bestuur, uit het oog te hebben verloren:Die zijn, o Onwetende Overheid:
zorgvuldigheid;
– vertrouwen;
– verbod op willekeur;
– het motiveringsbeginsel
-fair play;
– rechtszekerheid.[2]
RESPECTLOOS EN LAF!
Ik heb uw respectloosheid via bovenstaande dus al aangetoond
Daarnaast bent u, als Overheid, ook nog eens laf, om mij
een No Reply antwoord te sturen, waardoor ik in feite machteloos
sta in mijn reactie, omdat ik mijn antwoord geretourneerd
teruggestuurd krijgt.
Toch ga ik u nu per mail op uw No Reply antwoorden.
”Machteloos” denkt u, maar mooi niet!
Want deze reactie komt ook op mijn website[s] te staan,
ik stuur dit bcc door aan belanghebbenden [u weet lekker’
niet, wie dat zijn, HAHAHA] en via mijn website link bereikt
mijn reactie u weer op het contactformulier Rijksoverheid
ZO
LEKKER!
TENSLOTTE:
”Waarom nu zoveel moeite doen, een arrogante Overheid op zo’n
mooie zaterdagmiddag nog een reactie te doen toekomen, zo is de vraag,
die ik mijzelf aan mijzelf stel en vele anderen mij misschien ook
zullen stellen?
Dat is om u als Overheid niet zomaar te laten wegkomen met uw
arrogantie en lafheid [No Reply antwoorden, hoe kinderachtig kan je zijn]
Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, voor zover u dat nog niet
wist, dat ik verbaal sterk ben, mijn rechten als burger ken en de
wettelijke bepalingen ken, [3]
Dat is om u als Overheid duidelijk te maken, dat ik het recht heb,
mijn recht te halen en mij niet door u op de Kop te laten zitten, zoals
u en uw Instanties met anderen op schandelijke wijze gedaan hebben [4]
Maar bovenal om u hieraan te herinneren:
DE OVERHEID IS ER VOOR DE BURGER, NIET DE BURGER
VOOR DE OVERHEID!
Dus laat uw arrogantie vallen, stuur de brief ONVERWIJLD door aan
de Staatssecretaris en stap in de Wereld na de Franse Revolutie! [5]
We leven niet meer in de Duistere Achttiende Eeuw van Uitbuiting,
Besluiten van overheidsorganen moeten altijd voldoen aan de beginselen van behoorlijk bestuur. Deze beginselen gelden op grond van artikel 3:14 van het Burgerlijk Wetboek, echter ook voor privaatrechtelijke handelingen van de overheid. De overheid is dus beperkt in het nemen van besluiten en het aangaan van overeenkomsten. In een juridische procedure kan dan ook worden aangevoerd dat een besluit of overeenkomst in strijd is met de beginselen van behoorlijk bestuur. Als de rechter dat bevestigt wordt zo’n besluit of overeenkomst doorgaans vernietigd. Genoeg reden dus om de belangrijkste beginselen van behoorlijk bestuur op een rijtje te zetten en een korte toelichting te geven.
Motiveringsbeginsel
Een overheidsbesluit of andere rechtshandeling moet altijd een heldere motivering hebben. Er moet zijn onderbouwd waarom deze handeling wordt verricht en (tot op zekere hoogte) waarom niet anders wordt gehandeld. De feiten moeten worden uiteengezet en de keuze moet begrijpelijk zijn. Dit is vastgelegd in artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (afgekort: Awb).
Voorbeeld is een bestemmingsplan waarbij niet is toegelicht dat er vraag naar een ontwikkeling is (zie de ladder voor duurzame ontwikkeling).
Gelijkheidsbeginsel
Gelijke gevallen moeten op een gelijke manier worden behandeld. Een overheidsinstantie mag geen onderscheid maken tussen partijen bij haar besluitvorming of het aangaan van contracten. Iedereen moet gelijke kansen krijgen. Dit is een zware inbreuk op de contractsvrijheid. Contractsvrijheid houdt in dat een ieder mag keuze met wie hij een overeenkomst gaat en onder welke voorwaarden. Dit beginsel komt voort uit artikel 1 van de Grondwet.
Een particulier mag bijvoorbeeld een stuk grond voor 100 euro per vierkante meter verkopen aan partij X en weigeren diezelfde grond voor 200 euro per vierkante meter aan Y te verkopen. De verkoper doet dat omdat hij Y geen sympathiek persoon vind. Deze keuze van de verkoper is toegestaan, want hij heeft volledige vrijheid zijn contractspartij en de voorwaarden overeen te komen. Een overheidspartij mag dit niet, tenzij er objectieve redenen om de grond niet aan Y te verkopen; bijvoorbeeld dat hij een wanbetaler is, of geen goede bouwplannen voor de grond kan overleggen.
Rechtszekerheidsbeginsel
Besluiten en overeenkomsten moeten helder zijn geformuleerd en moeten begrijpelijk zijn voor de partijen die erbij betrokken zijn. Verder moeten ze voldoen aan gerechtvaardigde verwachtingen die op grond van rechtsregels en eerdere toezeggingen en afspraken bestaan. Met andere woorden: besluiten en overeenkomst moeten aansluiten bij verwachtingen en mogen niet tegenstrijdig zijn met eerdere uitlatingen en handelingen.
Wanneer een gemeente grond verkoopt aan een ontwikkelaar en voorspiegelt dat hij daar op een bepaalde manier gebruik van kan maken, dan mag diezelfde overheid niet korte tijd laten de bestemming zodanig wijzigen dat het beoogde gebruik niet meer mogelijk is. Dit zou in strijd met de rechtszekerheid zijn.
Evenredigheidsbeginsel
De gevolgen van een overheidsbesluit moeten zo min mogelijk negatieve gevolgen hebben voor de betrokken personen. Daarbij kan het natuurlijk zo zijn dat de belangen van een (rechts)persoon moet worden geschaad om het algemeen belang te kunnen dienen. Die negatieve gevolgen moeten wel zo beperkt mogelijk zijn en dus evenredig aan de noodzakelijke handelingen. Dit is vastgelegd in artikel 3:4 lid 2 Awb.
Een voorbeeld is de afsluiting van een weg omdat er veiligheidsrisico’s zijn geconstateerd. Volledige afsluiting is misschien het makkelijkst, maar voor bedrijven aan die weg wel het meest ingrijpend. Een gedeeltelijke of tijdelijke afsluiting kan dan een ingewikkeldere oplossing zijn, maar de belangen van de betrokken zijn daar beter mee gediend. De volledige afsluiting kan dan in strijd met het evenredigheidsbeginsel zijn.
Samenvatting
Beginselen van behoorlijk bestuur zijn van grote invloed op overheidshandelen. Naast de belangrijkste beginselen die hierboven zijn genoemd, zijn er nog verschillende andere beginselen. Bijvoorbeeld het fair-play-beginsel, het verbod op détournement de pouvoir, het legaliteitsbeginsel, het specialiteitsbeginsel etc. Deze beginselen gelden zowel bij besluiten van de overheid als bij andere (rechts)handelingen. Het is dus voor beide partijen van belang in de gaten te houden of deze beginselen worden nageleefd.
EINDE STUK
EINDE STUK
ZIE OOK
Beginselen van behoorlijk bestuur
Besluiten moet een wettelijke basis hebben en bovendien mag een besluit niet in strijd zijn met met de beginselen van behoorlijk bestuur. Welke zijn die beginselen, die een rol spelen bij besluitvorming door de overheid en bestuursorganen?
mr. Mark van Weeren, advocaat bestuursrecht
het Zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 AWB)
Dit bepaalt dat bij de voorbereiding van een besluit het bestuursorgaan de nodige kennis vergaart omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen. Het zorgvuldigheidsbeginsel houdt ook in dat de overheid de schijn van partijdigheid dient te vermijden.. Vaak geldt: een zorgvuldig handelend bestuursorgaan had in redelijkheid niet tot dit besluit kunnen komen.
het Evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 AWB)
De overheid dient de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af te wegen, zo ver als niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van de uit te oefenen bevoegdheid een beperking voortvloeit. De nadelige gevolgen van een besluit mogen voor één of meer belanghebbenden niet onevenredig zijn in de verhouding met de tot het besluit te dienen doelen.
het Vertrouwensbeginsel (uitspraak 5 september 2012, LJN BX6483)
Dit beginsel brengt met zich mede dat het door haar opgewekte vertrouwen, al dan niet door toezeggingen, dient te honoreren. Voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel is nodig dat er aan het bestuursorgaan toe te rekenen concrete, ondubbelzinnige toezeggingen zijn gedaan door een daartoe bevoegd persoon, waarvan rechtens te honoreren verwachtingen kunnen worden ontleend.
het Gelijkheidsbeginsel
Dit betekent dat gelijke gevallen in beginsel gelijk behandeld dienen te worden. Indien in een specifike situatie er reden is om af te wijken van de eerdere aanpak in een vergelijkbare situatie, dan dient dit door de overheid voldoende en duidelijk gemotiveerd te worden waarom in het voorliggende geval anders wordt gehandeld.
het Verbod van willekeur (détournement de pouvoir; art. 3:3 AWB)
Dit verbod houdt in dat de overheid de bevoegdheid tot het nemen van een besluit niet voor een ander doel gebruikt dan waarvoor die bevoegdheid is verleend.
het Motiveringsbeginsel (art. 3:46 AWB)
Het besluit dient volledig, voldoende en begrijpelijk gemotiveerd te zijn. In het besluit dient de overheid in het kader van dit beginsel voldoende inzicht te geven in de reden(en) die aanleiding zijn of de onderbouwing zijn van het besluit en de beoogde gevolgen daarvan. Een gebrekkige motivering van een besluit is een beroepsgrond die regelmatig doel treft.
Fair play bij de overheid (art. 2:4 AWB)
Het beginsel van fair play brengt met zich mee dat de overheid onbevooroordeeld, onpartijdig en zonder vooringenomenheid haar taken dient te vervullen en besluiten dient te nemen. Bij de overheid werkzame personen, die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, kunnen de besluitvorming niet beïnvloeden.
het Rechtszekerheidsbeginsel
Hieruit volgt dat de burger er op moet kunnen vertrouwen dat de overheid consequent handelt en het geldend beleid en regels consequent toepast. Wetgeving dient duidelijk te zijn, kenbaar en ondubbelzinnig. De rechtspositie van de burger mag niet op onverwachte of onberekenbare wijze door de overheid worden aangetast. Rechtszekerheid betekent ook dat niet met terugwerkende kracht nadelige maatregelen genomen mogen worden door de overheid.
[2]
ZIE NOOT 1
[3]
ZIE NOOT 1
[4]
WIKIPEDIA
TOESLAGENAFFAIRE
IORESEARCH
VOORAl DE TOESLAGENAFFAIRE SCHAADT
VERTROUWEN IN OVERHEID
5 MAART 2021
Van drie grote kwesties die in aanmerking komen voor een parlementaire enquête heeft met name de Toeslagenaffaire het vertrouwen van burgers in de overheid geschaad. Ook de afhandeling van de gasboringen en herstelwerken in Groningen heeft het vertrouwen in de overheid negatief beïnvloed. Voor de aanpak van de coronacrisis geldt dit minder. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van NRC.
De Toeslagenaffaire beïnvloedde het vertrouwen in “de overheid” in 71 procent van de gevallen negatief. Naar aanleiding van de Toeslagenaffaire trad het kabinet Rutte III af, maar bijna de helft (47%) van degenen die er iets van meekregen vindt dat onvoldoende. Zij zouden meer of andere consequenties willen zien. Welke? De overheid moet vooral menselijker worden (59%) en moet stoppen met etnisch profileren (mensen op afkomst controleren) (57%).
Vooral het vertrouwen in de overheid van FvD-, PvdD-, Volt-, SP-, D66-, GL-, PvdA- en PVV-kiezers werd geschaad door de Toeslagenaffaire. Ook dat van VVD- en CDA-kiezers, maar beduidend minder.
Ook uit de (open) antwoorden op de vraag om een toelichting blijkt dat de Toeslagenaffaire mensen het meest raakt: de meeste respondenten beginnen over deze kwestie. Velen lichten hun verontwaardiging toe met de observatie dat het hier duidelijk niet gaat om een incident, maar dat we te maken hebben met een structurele, bestuurlijke weeffout. Het feit dat de overheid burgers stelselmatig wantrouwt, uitgaat van het kwade en hierbij ook nog eens discriminerend te werk gaat, maakt mensen boos.
Een CDA-kiezer: “De gaswinning laat een gebrek aan daadkracht zien en legt veel bureaucratie bloot. Maar de toeslagenaffaire laat het falen van het systeem in zijn geheel zien. Het zit veel dieper dan in het politieke laagje.”
Een FvD-kiezer: “De gevestigde partijen kunnen overal mee weg komen (denken ze) en ik vind dat ze allemaal direct hadden moeten opstappen. Nu zijn ze demissionair maar er is geen verschil, ze kunnen nog steeds gewoon hun slechte gang gaan. Wat een krankzinnig voorbeeld!”
Een DENK-kiezer: “We worden al jarenlang al gediscrimineerd wegens ons afkomst en geloof en dit moet gestopt worden en ook mensen of politieke leiders die dit aanwakkeren veroordeeld worden en niet meer verkiesbaar stellen…”
Gaswinning in Groningen: Murphy’s law
Ook afhandeling van de Gaswinning in Groningen heeft het vertrouwen geen goed gedaan: de helft (51%) zegt dat deze kwestie zijn of haar vertrouwen in de overheid negatief heeft beïnvloed. Toch lijkt de Groningse zaak meer als een kwestie van Murphy’s law te worden gezien, wat het niet goed praat: het is ongelooflijk dat het keer op keer niet wordt opgelost. Het feit dat onschuldige burgers worden geschaad door de overheid is de rode draad tussen de twee kwesties. De nasleep van de gaswinning in Groningen deed vooral afbreuk aan het vertrouwen van FvD-, SP, PvdD- en JA21-kiezers.
Een JA21-kiezer: “Afwikkeling gasschade Groningen duurt veel te lang en omdat het ver van de randstad is krijgt het te weinig aandacht. In toeslagenaffaire was er daadwerkelijk sprake van fraude en het is onbegrijpelijk dat mensen die er geen recht op hebben toch een schadeloosstelling krijgen of een te hoge vergoeding.”
Een CDA-kiezer: “De problemen in Groningen zijn van een heel ander kaliber. Het hele land heeft geprofiteerd van de gaswinning en aardbevingen waren oorspronkelijk niet voorzien. Dat wil niet zeggen dat de financiële gevolgen voor de getroffen bewoners in Groningen niet beter en sneller hadden kunnen worden afgehandeld.”
Een D66-kiezer: “Zowel bij de toeslagenaffaire als bij de gaswinning zijn individuen slachtoffer geworden van iets waar zij geen invloed op kunnen uitoefenen, maar waardoor hun leven door de staat totaal overhoop gegooid wordt.”
Coronacrisis: moeilijk goed te doen
De manier waarop de coronacrisis wordt gemanaged wordt de overheid iets minder hard aangerekend: een derde zegt dat het hen negatief heeft beïnvloed, en ongeveer een op zes zelfs positief. Burgers zijn relatief mild. Of men zegt dat het kabinet doet wat het kan, of men zegt begrip te hebben voor fouten die worden gemaakt, het is immers een nieuwe crisissituatie. Dat geldt niet voor PVV-, FvD-kiezers, die nemen de overheid dit beleid wel echt kwalijk.
VVD-kiezer: “Corona-aanpak sta ik achter, toeslagenaffaire heeft heel de politiek schuld aan, in het geval van Groningen zijn wel foute keuzes gemaakt.”
SP-kiezer: “Wat betreft de coronacrisis: het was voor iedereen een nieuwe situatie: het is moeilijk dat goed te doen.”
FvD-kiezer: “Nederland is een politiestaat, oefent terreur uit om mensen te dwingen zich aan maatregelen te houden. Anders denkenden worden weggezet al gekkies en complotdenkers. Alleen de mening van de overheid is de waarheid.”
Verantwoording
I&O Research voerde dit onderzoek uit in opdracht van NRC Handelsblad. Het onderzoek vond plaats van maandagochtend 1 maart tot dinsdagmiddag 2 maart 2021. In totaal werkten 1.448 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. Het grootste deel hiervan is afkomstig uit het I&O Research Panel, een beperkt aantal vulde de vragenlijst in via het panel van PanelClix.
RAPPORT
VERTROUWEN IN OVERHEID NA DRIE GROTE KWESTIES
EINDE ARTIKEL
[5]
WIKIPEDIA
FRANSE REVOLUTIE
EINDE NOTEN
ONDERSTAANDE MAIL IS VERZONDEN VANAF HET CONTACTFORMULIER RIJKSOVERHEID
Bedankt voor uw bericht. U krijgt zo snel mogelijk een antwoord op uw vraag. Stuurde u een idee of tip? Dan krijgt u niet altijd een reactie.
Uw vraag en uw gegevens
Niet altijd een antwoord op een mening
Uw vraag
VraagOVERHEID HOUDT ZICH NIET AAN EIGEN BEGINSELEN VAN BEHOORLIJK BESTUUR EN WEIGERT RAPPEL AAN STAATSSECRETARIS VAN CULTUUR EN MEDIA DOOR TE STUREN!/ASTRID ESSED ATTACK OP LAF EN RESPECTLOOS NO REPLY ANTWOORD OVERHEID/ EIS TOT DOORSTUREN GEHANDHAAFD!! [Stelt nieuwe No Reply reactie NIET op prijs!]
Vriendelijke groeten/Astrid Essed
Uw gegevens
Telefoonnummer E-mailadresastridessed@yahoo.comReferentienummerEM2230441AkkoordverklaringIk heb gelezen en begrepen wat er met mijn persoonsgegevens wordt gedaan. referringWebsitehttps://www.rijksoverheid.nl/
Reacties uitgeschakeld voor Overheid houdt zich niet aan eigen Beginselen van Behoorlijk Bestuur en weigert rappel aan Staatssecretaris van Cultuur en Media door te sturen!/Astrid Essed Attack op laf en respectloos No Reply Antwoord Overheid/Eis tot doorsturen gehandhaafd!!
Wie schetst mijn verbazing, toen ik een reactie ontving [No Reply]van de Rijksoverheid, waarmee zij mij meedeelde, per mail, mijn simpelverzoek om een antwoord van de Staatssecretarisop mijn aangetekende brief niet te ”begrijpen”Ik citeer uit de maIl van de Rijksoverheid:”Hieronder volgt een reactie op uw e-mail. Uw vraag over de zaak wijenberg/gunrberg is ons niet geheel duidelijk. Wij verzoeken u om telefonisch contact op te nemen met Informatie Rijksoverheid, zodat wij uw vraag zo goed mogelijk kunnen beantwoorden. Onderstaand vindt u het telefoonnummer van Informatie Rijksoverheid.” Zie direct onder P/S Hierop heb ik, eveneens per mail, een reactie verstuurdMaar aangezien deze ‘No Reply” was, kreeg ik mijn reactie geretourneerdterug per mail.Vandaar, dat ik deze link dan maar weer opstuurvia het contactadres van de Rijksoverheid! https://www.rijksoverheid.nl/contact/informatie-rijksoverheid
Zie, geheel onderin, mijn reactie op de No Reply mailvan de Rijksoverheid Zou de Rijksoverheid mijn correspondentie nu wel vatten? Zou Rijksoverheid het nu wel snappen?Zo niet, dan acht ik mij gesterkt in mijn reeds gekoesterde overtuiging, dat het Onderwijs in de Nederlanden sinds de 70er jaren van de vorigeEeuw wel erg is achteruitgegaan, zeker wat begrijpend lezen betreft Ben benieuwd! ASTRID ESSED
P/S NO REPLY ANTWOORD RIJKSOVERHEID OP MIJNTWEEDE EN LAATSTE RAPPEL AAN DE STAATSSECRETARIS VANCULTUUR EN MEDIA[Per mail verzonden]
Uw vraag over de zaak wijenberg/gunrberg is ons niet geheel duidelijk. Wij verzoeken u om telefonisch contact op te nemen met Informatie Rijksoverheid, zodat wij uw vraag zo goed mogelijk kunnen beantwoorden. Onderstaand vindt u het telefoonnummer van Informatie Rijksoverheid.
Informatie Rijksoverheid Telefoon: 1400 Vanuit het buitenland: + 31 70 2140214. Openingstijden: maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 20.00 uur
Wij informeren u graag telefonisch verder.
Ik vertrouw erop dat ik u voldoende heb geïnformeerd.
Reacties uitgeschakeld voor De Zaak Wijenberg/Grunberg/Rijksoverheid, stuur mijn Tweede Rappel om antwoord door naar de Staatssecretaris van Cultuur en Media/Is dat zo ingewikkeld?