MOIWANA MONUMENT/TER HERDENKING VAN DE MASSASLACHTINGIN BOSNEGERDORP MOIWANA, WAARBIJ IN 1986 39 BURGERS WERDENDOODGESCHOTEN TIJDENS DE BINNENLANDSE OORLOG, ONDERVERANTWOORDELIJKHEID VAN LEGERBEVELHEBBER BOUTERSEhttp://en.wikipedia.org/wiki/Moiwana
INGEZONDEN STUK/SURINAME MONOLOGEN/GEEN PLAATS VOOR DESI BOUTERSE Beste lezers, Zoals op mijn website te zien is, ben ik in het geweer gekomen tegen het feit, dat bij de Suriname Monologen [initiatief van De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft]een reeks van zes voorstellingen over prominenten uit de geschiedenis van Suriname, een van die voorstellingen gaat over Desi Bouterse, de huidige president van Suriname, ex dictator, legerbevelhebber en verantwoordelijke voor buitengerechtelijke executies [Decembermoorden, 1982] en de masaslachting te Moiwana, tijdens de Binnenlandse Oorlog tussen hem [Bouterse] en zijn ex lijfwacht R Brunswijk [huidig politicus]Zie mijn brief aan De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft https://www.astridessed.nl/suriname-tentoonstelling-in-suriname-monologen-is-geen-plaats-voor-desi-bouterse/
Naar aanleiding daarvan startte een korte, maar felle discussie tussen mij en De Nieuwe Kerk
https://www.astridessed.nl/reactie-de-nieuwe-kerk-op-mijn-brief-over-de-suriname-monologen-mijn-antwoord/ https://www.astridessed.nl/de-aanhouder-wint-niet-tweede-reactie-de-nieuwe-kerk-op-mijn-brief-over-de-suriname-monologen-mijn-laatste-woord-hierover/ In een allerlaatste reactie heeft De Nieuwe Kerk nog getracht, mij over te halen te komen kijken naar de voorstelling, maar dat heb ik geweigerd.Zie de mails daarover geheel onderaan INGEZONDEN STUK Het schrijven van de brief was mij echter nog niet genoeg!Ook heb ik naar aanleiding van deze kwestie een Ingezonden Stuk gestuurd aan een aantal Nederlandse en Belgische media. Of het wordt gepubliceerd, weet ik natuurlijk niet, maar daarom het in ieder geval met u, lezers, gedeeld. Zie mijn Ingezonden Stuk direct hieronder.En geheel daaronder de laatste mails met de Nieuwe Kerk [onder B], waarin aan mij het -dat moet ik toegeven-sportieve aanbod, naar de voorstelling te komen kijken.Waarom ik dat toch hen geweigerd, kunt u dan lezen in mijn reactie Aangezien ik uit mijn correspondentie met de Nieuwe Kerk de indruk gekregen heb, dat ik een van de weinigen ben, die hiertegen in het geweer gekomen ben, citeer ik nog even de onvergetelijke tekst van Mahatma Gandhi ”EVEN IF YOU ARE A MINORITY OF ONE, THE TRUTH IS THE TRUTH” https://www.brainyquote.com/quotes/mahatma_gandhi_137654
VEEL LEESPLEZIER! Astrid Essed A
INGEZONDEN STUK: ”GEEN PLAATS VOOR DESI BOUTERSE BIJ THEATERVOORSTELLING”SURINAME MONOLOGEN” INGEZONDEN STUK Geachte Redactie, Soms is de werkelijkheid bizarder dan de fantasie. Dat overkwam bij toen ik zag, dat bij de ”Suriname Monologen” onder een aantal illustere personen, ook de naam van Suriname’s president D. Bouterse voorkwam.Even uitleggen: De Suriname Monologen, direct samenhangend met de indrukwekkende Grote Suriname Tentoonstelling in de Nieuwe Kerk, zijn een reeks van zes theatervoorstellingen over bekende Surinamers, die een belangrijke rol hebben gespeeld in de Surinaamse geschiedenis.De bedoeling is, dat de acteur in de huid van de personages kruipt om ze zo tot leven te brengen.In die reeks komen voor:Anton de Kom, strijder tegen het Nederlandse kolonialisme en verzetsstrijder tegen de Duitse bezetting in Nederland. Omgekomen in een concentratiekamp en postuum drager van het Verzetsherdenkingskruis.Johan Ferrier, politicus en eerste president van Suriname.Jagernath Lachmon, Henck Arron en Adolf Pengel, belangrijke politici, van wie de eerste VHP [politieke partij] voorman, de tweede, premier [eerste premier na de onafhankelijkheid] en de derde, premier. Nola Hatterman, in Suriname wonende Nederlandse kunstenares, die grote invloed heeft gehad op de Surinaamse kunstenaarsbeweging.Sophie Redmond, Surinaamse volksarts en belangrijke inspiratiebron voor de vrouwenemancipatie in Suriname.Ik ben van mening, dat huidig president Bouterse, ex dictator en legerbevelhebber, die onder andere verantwoordelijk is voor buitengerechtelijke executies van 15 politieke tegenstanders [Decembermoorden, 1982] waarvoor hij nu berecht wordt en voor de massaslachting in het bosnegerdorp Moiwana [tijdens de Binnenlandse Oorlog tussen Bouterse en R Brunswijk, huidig politicus], niet thuishoort bij Monologen over bovenstaande personages, die een belangrijke bijdrage geleverd hebben en geen van allen oorlogsmisdadigers zijn.Ik hoop dan ook, dat de voorstelling over Desi Bouterse [19 en 20 december] alsnog wordt afgelast door initiatiefnemers De Nieuwe Kerk en de Stichting Julius Leeft.
B3 MAILS VAN DERDE REACTIE VAN DE NIEUWE KERK MET MIJN DEFINITIEVE ANTWOORD MAIL VAN DE NIEUWE KERKOn Saturday, November 9, 2019, 07:38:25 PM GMT+1, Paul Mosterd – Hermitage Amsterdam <p.mosterd@hermitage.nl> wrote:
Geachte mevrouw Essed, beste Astrid, Neemt u mij niet kwalijk dat ik reageer op uw laatste mail. Ik hecht eraan om ook – als u de discussie nu opeens sluit – nog een opmerking te kunnen maken. Het onderwerp (en de discussie hierover) is te belangrijk. Ik denk dat u dat met mij eens bent. Laten we ook daar even bij stilstaan. Ik nodig u daarom uit om naar de voorstelling te komen. Wilt u onze gast zijn? Het is een bijzondere voorstelling in de serie: kopstukken (alstublieft u aandacht voor juist deze karakterisering) uit de Surinaamse geschiedenis. Het verplicht u tot niets. We verwelkomen u graag. Met vriendelijk groet, Paul MosterdDe Nieuwe Kerk Amsterdam
B4 MAIL/ALLERLAATSTE ANTWOORD VAN ASTRID ESSED
Astrid Essed To:Paul Mosterd – Hermitage AmsterdamCc:Paul Mosterd – De Nieuwe KerkNov 10 at 6:38 AM
Geachte heer Mosterd, Vriendelijk bedankt voor uw aanbod, de voorstelling bij te wonen.Ik zal hiervan echter geen gebruik maken Ik blijf bij mijn standpunt, dat D Bouterse in Suriname Monologen niet thuishoort Maar ik waardeer uw sportieve aanbod Vriendelijke groeten/Astrid Essed
P/S Ook al gaat u niet in op mijn eis, de voorstelling te schrappen, hoop ik, dat mocht u in de toekomst nog eens een dergelijke Monologen opzet overwegen,D Bouterse NIET meer in uw serie voorkomt, in welke vorm dan ook www.astridessed.nl
Reacties uitgeschakeld voor Ingezonden Stuk/Suriname Monologen/Geen plaats voor Desi Bouterse
MOIWANA MONUMENT/TER HERDENKING VAN DE MASSASLACHTINGIN BOSNEGERDORP MOIWANA, WAARBIJ IN 1986 39 BURGERS WERDENDOODGESCHOTEN TIJDENS DE BINNENLANDSE OORLOG, ONDERVERANTWOORDELIJKHEID VAN LEGERBEVELHEBBER BOUTERSEhttp://en.wikipedia.org/wiki/Moiwana
DE AANHOUDER WINT NIET!/TWEEDE REACTIE NIEUWE KERK OP MIJN BRIEF OVER DE SURINAME MONOLOGEN/MIJN LAATSTE WOORD HIEROVER’ Beste lezers, De aanhouder wint niet!Tenminste niet in mijn discussie met de Nieuwe Kerk over de Suriname Monologen. U weet, lezers, hoe het begon: Ik uitte kritiek tegenover initiatiefnemers de Nieuwe Kerk en de Stichting Julius Leeft over het feit, dat de huidige Surinaamse president D Bouterse, ex dictator en legerbevelhebber en verantwoordelijke voor buitengerechtelijke executies [Decembermoorden, 1982] en de massaslachting te Moiwana tijdens de Binnenlandse oorlog tussen Bouterse en ex lijfwacht [en huidig politicus] R. Brunswijk, voorkomt in een serie van zes theatervoorstellingen over prominenten uit de Surinaamse geschiedenis.De voorstellingen heten ”Suriname Monologen. Zie brief aan De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft
Ook heb ik over deze kwestie een Ingezonden Stuk geschreven naar een aantal Nederlandse en Belgische media, dat hierna op mijn website wordt geplaatst.
REACTIE DE NIEUWE KERK Enfin, om een Lang Verhaal kort te maken:De Nieuwe Kerk heeft op mijn brief gereageerd, waarop wederom een reactie van mij
ZIE
Aangezien ik meende, hierop mijn standpunt nogeens duidelijk te hebben uitgelegd, dacht ik dat de zaak was afgedaan. Toch kwam er weer een reactie -een tweede dus- van de Nieuwe Kerk, waarin ze in herhaling vielen. Toch heb ik nog de moeite genomen te reageren en hen middels deze post opnieuw de kans op hoor en wederhoor te bieden. Zie hieronder mijn reactie. Daarmee is voor mij de zaak afgedaan en gesloten, zoals ik de Nieuwe Kerk ook gemeld heb. LEES HIERONDER Astrid Essed
A
EERSTE REACTIE VAN DE NIEUWE KERK EN MIJN ANTWOORD
B
TWEEDE REACTIE VAN DE NIEUWE KERK EN MIJN LAATSTE ANTWOORD: MAILS:
B 1 TWEEDE REACTIE NIEUWE KERK
Paul Mosterd – Hermitage Amsterdam <p.mosterd@hermitage.nl>To:‘Astrid Essed’Nov 8 at 3:00 PM
Geachte mevrouw Essed,
Wij ontvingen uw reactie in goede orde.
Er zijn toch nog misverstanden denk ik.
Ik merk graag op dat De Nieuwe Kerk en het team van Stichting Julius Leeft! in juli van dit jaar bij de perspresentatie het volgende schreven:
Geachte persrelatie,
De Nieuwe Kerk Amsterdam en Stichting Julius Leeft! organiseren vanaf najaar 2019 De Suriname Monologen. Acht belangrijke personen uit de Surinaamse geschiedenis staan centraal in zes bijzondere theaterproducties.
Mensen zoals de laatste gouverneur en de eerste president van Suriname, Johan Ferrier; schrijver en vakbondsman Anton de Kom; politieke spelers in de weg van de onafhankelijkheid van Suriname,
Jagernath Lachmon, Henck Arron en Johan Adolf Pengel; actrice, beeldend kunstenares en activiste van de onafhankelijkheid Nola Hatterman; verhalen over de controversiële figuur Desi Bouterse en Suriname’s eerste vrouwelijke arts, Sophie Redmond.
Graag nodigen wij u uit voor de perspresentatie van De Suriname Monologen, op woensdag 17 juli van 9:15 – 11:00 in De Nieuwe Kerk Amsterdam.
U kunt hier zelf lezen hoe wij de serie al manden gelden hebben gepresenteerd en uitgelegd.
Ik hoop dat ik u hiermee van dienst ben geweest. Laten we de voorstelling zelf bespreken als u hem gezien heeft. Dat lijkt mij de beste volgorde. Of laten we even bellen. Ik sta u natuurlijk te woord.
Met vriendelijke groet en een goed weekend,
Paul Mosterd
De Nieuwe Kerk Amsterdam
B 2
MIJN LAATSTE ANTWOORD OP DE TWEEDE REACTIE VAN DE NIEUWE KERKAstrid Essed To:Paul Mosterd – Hermitage AmsterdamNov 9 at 1:20 PM
Geachte heer Mosterd, Ik ben het niet met u eens, dat er misverstanden zijn betreffende mijn opmerkingen over de positie van Desi Bouterse in ”Suriname Monologen” en meen dat terdege duidelijk te hebben gemaakt.U hebt in zoverre gelijk, dat ik de voorstelling niet gezien heb.Dat kan ook niet, want deze heeft -nog- niet plaatsgehad. Maar als u mijn brief [voor de laatste keer uitgelegd] goed gelezen hebt, dan hebt u kunnen begrijpen, dat ik van mening ben -EN BLIJF- dat, ook al is er geen sprake van een uitgesproken pro Bouterse Verhaal -wat ik ook nergens beweerd heb, Desi Bouterse hoe dan ook NIET thuishoort in het rijtje prominenten, die, de een meer dan de ander, een belangrijke rol hebben gespeeld in de Surinaamse geschiedenis. Voor de laatste maal herhaal ik ”Het was anders geweest, als u monologen van dieven, moordenaars en andere zware criminelen gemaakt had……”’ En ik blijf erbij, dat u, door Bouterse in deze reeks van prominenten op te nemen, toch het gevaar loopt, dat er een te weinig negatief beeld van hem ontstaat. Daarom blijf ik bij mijn oproep -ook al zou deze door niemand anders worden gesteund- Desi Bouterse te verwijderen uit de reeks monologen. Dit is mijn laatste woord over deze kwestie
Reacties uitgeschakeld voor De aanhouder wint niet!/Tweede reactie De Nieuwe Kerk op mijn brief over de Suriname Monologen/Mijn laatste woord hierover!
MOIWANA MONUMENT/TER HERDENKING VAN DE MASSASLACHTINGIN BOSNEGERDORP MOIWANA, WAARBIJ IN 1986 39 BURGERS WERDENDOODGESCHOTEN TIJDENS DE BINNENLANDSE OORLOG, ONDERVERANTWOORDELIJKHEID VAN LEGERBEVELHEBBER BOUTERSEhttp://en.wikipedia.org/wiki/Moiwana
REACTIE DE NIEUWE KERK OP MIJN BRIEF OVER DE SURINAME MONOLOGEN/MIJN ANTWOORD!
VOORAF De oplettende lezer heeft gezien, dat ik recentelijk De Nieuwe Kerk en ook Stichting Julius Leeft heb aangeschreven over hun initiatief ”De Suriname Monologen”, waarin zes voorstellingen worden gegeven van mensen, die een belangrijke rol hebben gespeeld in de geschiedenis van Suriname. Een VrijheidsstrijderDe eerste president van de Republiek SurinameDrie politiciEen kunstinfluencerEen vrouwelijke volksdokter en motor achter de Surinaamse vrouwenemancipatie Zie https://www.nieuwekerk.nl/tentoonstellingen/de-suriname-monologen/ Wie schetst echter mijn ONaangename verbazing, dat in dit rijtje eveneens voorkwam D. Bouterse, de huidige president van Suriname, ex dictator en legerbevelhebber en verantwoordelijk voor buitengerechtelijke executies van 15 politieke tegenstanders [Decembermoorden, 1982] en de massaslachting in bosnegerdorp Moiwana [tijdens de Binnenlandse Oorlog tussen Bouterse en ex lijfwacht D Brunswijk, huidig politicus] Ik vond en vind, dat D Bouterse niet thuishoort in het rijtje van bovengenoemde personen, die ieder op hun eigen wijze, de een meer dan de ander, een bijdrage geleverd hebben aan de geschiedenis van Suriname. Zie mijn brief aan de Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft https://www.astridessed.nl/suriname-tentoonstelling-in-suriname-monologen-is-geen-plaats-voor-desi-bouterse/
REACTIE NIEUWE KERK Reeds zeer snel heb ik dan een reactie ontvangen van de Nieuwe Kerk, in de persoon van de heer Mosterd, die ik hieronder zal vermelden, omdat ik geloof in het principe van hoor en wederhoor.Daaronder mijn antwoord op zijn reactie. Enkele meer persoonlijke opmerkingen aan het eind van zijn brief, gericht aan mijn adres heb ik vanwege privacy overwegingen weggelaten en vervangen door …….. DUS: Lezen maar lezers! Geheel onderaan mijn oorspronkelijke mail aan De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft. RECHT EN WAARHEID MAKEN VRIJ! Astrid Essed
Paul Mosterd – De Nieuwe Kerk <p.mosterd@nieuwekerk.nl>To:Astrid EssedCc:Madeleine Wansink – De Nieuwe KerkNov 7 at 11:11 AM
Geachte mevrouw Essed, beste Astrid,
Ik kreeg van mijn collega’s uw mail onder ogen. Ik las ‘m goed. Ik denk dat er een misverstand is. Maar ik begrijp de verwarring ook wel. U denkt dat de voorstelling waar u het over heeft er een is zoals de anderen. Dat is echter niet zo. Het is een bijzondere in de serie, want we vertellen het verhaal in deze monoloog juist vanuit de observaties van een journalist………………………………..
………………………………………………..
Met vriendelijke groet,
Paul Mosterd
De Nieuwe Kerk Amsterdam
C
MIJN ANTWOORD OP DE REACTIE VAN DE NIEUWE KERK
To:Paul Mosterd – De Nieuwe KerkCc:Madeleine Wansink – De Nieuwe KerkNov 7 at 12:06 PM Geachte meneer Mosterd, beste Paul Mosterd, Vriendelijk bedankt voor uw zeer snelle reactie.Voor het gemak citeer ik even de inhoud van uw mail U schrijft ”k kreeg van mijn collega’s uw mail onder ogen. Ik las ‘m goed. Ik denk dat er een misverstand is. Maar ik begrijp de verwarring ook wel. U denkt dat de voorstelling waar u het over heeft er een is zoals de anderen. Dat is echter niet zo. Het is een bijzondere in de serie, want we vertellen het verhaal in deze monoloog juist vanuit de observaties van een journalist.” Toch blijf ik bij mijn standpunt, en dat wel om twee redenen: Kijk, meneer Mosterd, ik waardeer het, dat u de moeite genomen hebt, een en ander toe te lichten en ik geef toe, dat het in ieder geval een pluspunt is, dat dit bekeken wordt vanuit het standpunt van een journalist, zoals inderdaad uit uw tekst blijkt: Ik citeer: ”Bezien door de ogen van journalist Rudy Lion Sin Tjoe (gespeeld door Michiel Blankwaardt)……. [1] Uw tekst is echter sowieso verwarrend, want verderop staat er: ”Lion Sjin Tjoe interviewde Bouterse vlak na de decembermoorden en tien jaar later nog eens” [2] Wanneer een journalist iemand, in casu Bouterse, interviewt, komt grotendeels diens standpunt naar voren, ook al is de betreffende journalist kritisch.Dus wordt dan deels toch het standpunt van Bouterse belicht. Maar als u mijn brief goed gelezen hebt, zoals u opmerkte, gaat het mij er vooral om, dat een figuur als president Bouterse, ex-dictator, legerbevelhebber en verantwoordelijke voor buitengerechtelijke executies [Decembermoorden] en de massaslachting bij Moiwana, niet in een rijtje Monologen thuishoort, waarbij worden belicht politici, die GEEN oorlogsmisdadigers zijn,een vrijheidsstrijder, een kunstinfluencer en een volksdokter/ motor van de vrouwenemancipatie. Nogmaals, wanneer u Bouterse had geplaatst in een Monologenserie over dieven, drugsdealers en moordenaars, ofom het meer ”politiek” te brengen, dictators, zou dat beter gepast hebben. Opnieuw herhaal ik dus de oproep, deze Monoloog over Bouterse te schrappen uit uw programma Vriendelijke groeten Astrid EssedAmsterdam
Uw theatervoorstellingen ”Suriname Monologen”, met als
onderwerp ”Desi Bouterse”
Geacht Bestuur van de Nieuwe Kerk
Geacht Bestuur van Stichting Julius Leeft
In het kader van het bewustzijnsproces van zwarte mensen en mensen van kleur, hier specifiek gericht op Suriname, vind ik het byzonder, dat u met ”Surinaamse Monologen”, theatervoorstellingen hebt opgezet, waarbij een aantal acteurs in de huid kruipen van mensen, die een byzondere betekenis hebben gehad in de geschiedenis van Suriname en haar vorming als natiestaat EN haar ontwikkeling als land in de gemeenschap der volkeren.
Ik lees in uw aankondiging:
”De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft! presenteren: De Suriname Monologen
Zes bijzondere voorstellingen waarin bekende acteurs in de huid kruipen van kopstukken uit de Surinaamse geschiedenis.” [1]
Uw monologen passen ook uitstekend in het kader van de Suriname tentoonstelling, waarvan ze, naar ik begrijp, een onderdeel zijn. [2]
Tot zover dus lof.
Maar er is een dissonant en niet zo’n kleine ook.
In feite vraag ik mij af, om het in populair Nederlands te zeggen, hoe u het in uw hoofd gehaald hebt, tot een dergelijke actie over te gaan!
Ik duid op de aanwezigheid, in die Monologen, van Suriname’s president D Bouterse, ex coupist, legerbevelhebber en, zoals u zelf in uw ”Monologen” opmerkt:
”hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport.” [3]
Hoe durft u iemand met een dergelijke belaste ”carriere”, ook al is hij dan nu Staatshoofd van Suriname, een plaats te geven tussen een vrijheidsstrijder als Anton de Kom, die juist streed, niet alleen tegen het kolonialisme, maar ook tegen dictatuur en terreur [4], een vrouw als Sophie Redmond, volksdokter en peiler van de emancipatie van de Surinaamse vrouw [5], een belangrijke kunst motivator als Nola Hatterman [6] en politici als oud president Johan Ferrier [7] en oud VHP voorman Jaggernath Lachmon [8], op wie zo het een en ander is aan te merken, maar die in ieder geval geen moordenaars waren, of om het neutraler te zeggen. werden verdacht van buitengerechtelijke executies! [9]
Nou zult u waarschijnlijk ter verdediging aanvoeren, dat u in uw ”Monologen” Bouterse benoemd hebt voor wat betreft zijn twijfelachtige ”carriere” en verdachtstelling
Ik citeer u in ”Monologen”
”Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;”'[10]
Maar die verdediging houdt geen stand, want de opzet van uw Monologen is nu juist, dat in de huid van het personage wordt gekropen!
Ik citeer u wat betreft Bouterse:
”In ‘Desi Bouterse, een Surinaamse Caudillo’, blikt ex-sergeant, baas, legerbevelhebber Desi Bouterse terug op zijn leven als ex-president van Suriname.” [11]
En aangezien de acteur, in de persoon van Bouterse, terugkijkt op diens leven en een mens nu eenmaal de neiging heeft [vaak naarmate zijn acties twijfelachtiger en crimineler zijn] zichzelf en zijn daden te rechtvaardigen of op zijn zachtst gezegd te bagatelliseren [vrijwel niemand zegt van zichzelf, ”ik ben een galgenaas……], in welke vorm van ook, kan het niet anders dan dat er een te positief beeld van deze Schurk in de Surinaamse samenleving wordt geschilderd.
VERDER
BOUTERSE:
U noemt, terecht, Bouterse als hoofdverdachte in het Decembermoordenproces en zijn veroordeling, door Nederland wegens betrokkenheid bij drugshandel. [12]
Maar hij heeft meer op zijn kerfstok!
A
Onder zijn verantwoordelijkheid als lid van de Nationale Militaire Raad en
vanaf juli 1980 bevelhebber van het leger vallen, arrestaties op vage gronden
en de slechte detentieomstandigheden/mishandelingen van arrestanten onder
detentieomstandigheden onder voormalige politici
de zogenaamde oude politiek en ”dissidente” militairen. [13]
B
Standrechtelijke executie van Sergeant Majoor Hawker
In maart 1982 vond een mislukte coup plaats onder leiding van Hawker en Rambocus
Enkele dagen later werd de gewonde Hawker op zijn brancard, voor het oog
van de wereld, standrechtelijk geexecuteerd [14]
Volgens de Geneefse Conventies, het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht en de Internationale Mensenrechtenverdragen is een standrechtelijke executie een oorlogsmisdaad!
C
Moiwana/Massaslachting
In het gewapende conflict tussen Bouterse en de leider van het zgn Jungle
Commando, Brunswijk van 1986 tot 1992, zijn aan beide zijden [15] een groot aantal mensenrechtenschendingen
en oorlogsmisdaden gepleegd
De beruchtste is de door het Nationaal Leger onder leiding van Bouterse aangerichte massaslachting
onder de bewoners van Moiwana, een dorp in het binnenland van Suriname,
van wie tientallen werden gedood [16]
Het Inter Amerikaans Hof voor de Mensenrechten veroordeelde Suriname
in 2005 voor de massamoord [17]
Zowel de Decembermoorden als de massaslachting in
Moiwana zijn gekwalificeerd als misdaden tegen de menselijkheid. [18]
EPILOOG
Er valt nog veel meer op te merken over de handel en wandel van Suriname’s huidige president, D. Bouterse, maar ik laat het hierbij.
Duidelijk lijkt mij, dat u lelijk in de fout gegaan bent met het toevoegen van president Bouterse aan de rij personages bij uw Monologen, die, ieder op hun eigen wijze [en de een meer dan de ander] een zeer waardevolle bijdrage aan Suriname hebben geleverd.
Daar past oorlogsmisdadiger [Moiwana], ex dictator en ex legerbevelhebber D Bouterse NIET tussen!
Het was anders geweest, als u monologen van dieven, moordenaars en andere zware criminelen gemaakt had……
Ik eindig dan ook met een dringend appel aan uw adres, de voorstelling
”Monologen” over Desi Bouterse, die op 19 en 20 december wordt opgevoerd [ook zo smakeloos om dit in de maand van de Decembermoorden te laten plaatsvinden…..] alsnog af te gelasten.
Zo niet, dan is er een lelijke smet geworpen op uw voorstellingen
”De Monologen”
Wilt u zo de geschiedenis ingaan!
Ik dacht het niet.
Vriendelijke groeten
Astrid Essed
Amsterdam
NOTEN
1]
”De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft! presenteren: De Suriname Monologen
Zes bijzondere voorstellingen waarin bekende acteurs in de huid kruipen van kopstukken uit de Surinaamse geschiedenis. Locatie: De Nieuwe Kerk Amsterdam.”
DE SURINAME MONOLOGEN
TEKST
De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft! presenteren: De Suriname Monologen Zes bijzondere voorstellingen waarin bekende acteurs in de huid kruipen van kopstukken uit de Surinaamse geschiedenis. Locatie: De Nieuwe Kerk Amsterdam. Met:
· Johan Ferrier, de laatste gouverneur en eerste president van de onafhankelijke republiek Suriname, overleden in Nederland in 2010. Gespeeld door Kenneth Herdigein;
· Anton de Kom, auteur van het beroemde boek ‘Wij slaven van Suriname’, anti-kolonialist, en na zijn verbanning naar Nederland omgekomen als verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. Gespeeld door Urmie Plein;
· Jagernath Lachmon, Henck Arron en Johan Adolf Pengel, drie Surinaamse politici die voor de onafhankelijkheid van Suriname een cruciale rol speelden in het publieke debat. Gespeeld door Prem Radhakishun, Ruurt de Maesschalck en Roy Ristie;
· Nola Hatterman, Nederlandse actrice, kunstenares. Voorvechtster voor een zelfstandig Surinaamse kunstenaarsbeweging. Zij vestigde zich in Suriname in 1953 als beeldend kunstenaar. Gespeeld door Monic Hendrickx;
· Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;
· Dr. Sophie Redmond, de eerste zwarte vrouw die arts werd in Suriname. Zij werd voorvechter van Suriname, zij droeg traditionele Surinaamse kleding en weigerde importvoedsel te eten. Gespeeld door Dorothy Blokland.
De Suriname Monologen hebben een topcast, zang door Gerda Havertong, Jeannine la Rose, Anna Makaloy. Muziek van Harto Soemodihardjo en zijn in de regie van John Leerdam.
Programma 19 uur: deuren open 19.30 uur: start voorstelling (geen pauze) 20.30 uur: einde voorstelling, mogelijkheid om de tentoonstelling te bezoeken 22 uur: einde avond
Maandag 21 en dinsdag 22 oktober Johan Ferrier door Kenneth Herdigein, script: Paulette Smit Meer info Deze voorstelling is al geweest, er is een extra voorstelling in het Bijlmerparktheater (zie hieronder)
Vrijdag 8 en zondag 10 november Anton de Kom door Urmie Plein, script: Noraly Beyer Meer info Koop online tickets
Maandag 25 (Onafhankelijkheidsdag) en dinsdag 26 november Jagernath Lachmon, Henck Arron en Johan Adolf Pengel door Prem Radhakishun, Ruurt de Maesschalck en Roy Ristie, script: Sheila Sitalsing Meer info Koop online tickets
Maandag 2 en dinsdag 3 december Nola Hatterman door Monic Hendrickx, script: Bodil de la Parra Meer info Koop online tickets
Donderdag 19 en vrijdag 20 december Desi Bouterse door Michiel Blankwaardt, script: Rudy Lion Sjin Tjoe, Remco Meijer, Paulette Smit en Jeffrey Spalburg Meer info Koop online tickets
Dinsdag 14 (haar geboortedag) en woensdag 15 januari Dr. Sophie Redmond door Dorothy Blokland, zang: Gerda Havertong, script: Ayden Carlo Meer info Koop online tickets
Woensdag 13 november (extra voorstelling) Johan Ferrier in het Bijlmer Parktheater, script: Paulette Smit Meer info en kaartverkoop
Partners van de Suriname Monologen De Suriname Monologen zijn mogelijk gemaakt door genereuze bijdragen van: – Stichting Vrienden van De Nieuwe Kerk – Amsterdams Fonds voor de Kunst – Lira Fonds – Fonds21 – Gemeente Amsterdam
– OZ Architects
[2]
”De Suriname Monologen
Speciaal voor De Grote Suriname-tentoonstelling komt Stichting Julius Leeft! dit najaar met zes theaterproducties over de Surinaamse geschiedenis. Met een topcast en muziek van Harto Soemodihardjo en in de regie van John Leerdam. Klik hier voor meer informatie & online tickets.”
NIEUWE KERK
DE GROTE SURINAME TENTOONSTELLING
TEKST
Vanaf 5 oktober te zien in De Nieuwe Kerk: een veelomvattende tentoonstelling over Suriname. De Grote Suriname-tentoonstelling brengt het meeslepende epos van het land en zijn bewoners met zeer verschillende achtergronden, die samenkwamen in het land. Musea, archieven en particulieren in Suriname en Nederland werkten mee en het verhaal wordt verteld door Surinamers zelf. Een groots verhaal dat de hele cultuurgeschiedenis bestrijkt, van de oudste nederzettingen tot de onafhankelijke republiek van vandaag.
Tickets
Tickets voor De Grote Suriname-tentoonstelling zijn hier online verkrijgbaar.
Rijke collectie
In een spectaculaire setting reis je door het land en haar geschiedenis. Ruim driehonderd objecten worden gepresenteerd: archeologische vondsten, historische foto’s en documenten, kledingstukken, hedendaagse kunst, film- en muziekfragmenten, sieraden en toegepaste kunst. Ze zijn afkomstig uit tientallen musea en privécollecties in Suriname en Nederland, waaronder ook het Koninklijk Huis Archief. Samen met grote audiovisuele voorstellingen vormen zij een kleurrijk, veelzijdig geheel.
Onverwachte en persoonlijke invalshoeken
Vanuit verrassende perspectieven verbeeldt de tentoonstelling talloze aspecten van Suriname. Met eyeopeners over de oorspronkelijke bewoners, de plantagecultuur, de slavernij en contractarbeiders, het veelkleurige culturele leven, de monumentale binnenstad van Paramaribo tot de Surinamerivier en de rijke flora en fauna van het land. Bekende historische momenten worden afgewisseld met persoonlijke verhalen. De bewoners laten letterlijk hun stem horen, in interviews en audiovisuals.
De Grote Suriname-fotowedstrijd In het kader van deze tentoonstelling organiseert De Nieuwe Kerk De Grote Suriname-fotowedstrijd, waaraan het publiek kan meedoen door een eigen herinnering, beeld of beleving van Suriname te delen. De winnende foto – te kiezen door een gerenommeerde vakjury – krijgt een plaats in de tentoonstelling en wordt een van de campagnebeelden. Elke maand wordt er een nieuwe winnaar gekozen en aan de tentoonstelling toegevoegd. De wedstrijd start op donderdag 1 augustus, inzendingen kunnen op deze pagina worden ge-upload.
De Suriname Monologen
Speciaal voor De Grote Suriname-tentoonstelling komt Stichting Julius Leeft! dit najaar met zes theaterproducties over de Surinaamse geschiedenis. Met een topcast en muziek van Harto Soemodihardjo en in de regie van John Leerdam. Klik hier voor meer informatie & online tickets.
Samenwerking De tentoonstellingsmakers van De Nieuwe Kerk werken niet alleen nauw samen met een veelheid aan musea, archieven, verzamelaars en kunstenaars in Suriname en Nederland. Er zijn tal van prominenten die zich inzetten als ambassadeur van deze tentoonstelling. Van schrijvers, historici en artiesten tot tv-persoonlijkheden, algemeen geïnteresseerden en betrokken jongeren. Met organisaties als Kwaku Summer Festival, Stichting Julius Leeft! en Stichting Johan Ferrier Fonds worden gezamenlijke activiteiten opgezet.
Meer Suriname in Amsterdam In het Tropenmuseum, gulle bruikleengever voor de tentoonstelling in De Nieuwe Kerk, is dit najaar een Suriname-expositie voor kinderen te zien. Tegelijk met De Grote Suriname-tentoonstelling opent Museum Van Loon Aan de Surinaamse grachten, over de betrokkenheid van de familie Van Loon met de WIC en Suriname in de achttiende en negentiende eeuw.
Aanleiding De geschiedenis van Suriname krijgt in Nederland weinig aandacht, ook niet in het onderwijs, terwijl de beide landen een eeuwenlange geschiedenis delen. Daaruit ontstond de ambitie om het land, de bewoners en haar geschiedenis met alle mooie én minder mooie aspecten, te laten zien aan een breed publiek. Bovendien is Suriname volgend jaar 45 jaar zelfstandig. Belangstelling, die het land verdient. Door een tentoonstelling die, net als het land zelf, veelzijdig en kleurrijk is en die verbindt, verrijkt en verrast.
[3]
”Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;”
DE SURINAAMSE MONOLOGEN
[4]
”Na de Duitse inval in 1940, sloot De Kom zich aan bij het communistisch georiënteerde Nederlands verzet. Hij schreef op verzoek van Nico Wijnen artikelen voor het communistische verzetsblad De Vonk en later voor het Revolutionair Socialistische blad met dezelfde naam, waarvan hij een van de oprichters, de schrijver Jef Last kende.
”Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;”
DE SURINAME MONOLOGEN
[11]
”In ‘Desi Bouterse, een Surinaamse Caudillo’, blikt ex-sergeant, baas, legerbevelhebber Desi Bouterse terug op zijn leven als ex-president van Suriname.”
DE SURINAAMSE MONOLOGEN
DE NIEUWE KERK
DESI BOUTERSE
TEKST
Desi Bouterse: een Surinaamse Caudillo
In ‘Desi Bouterse, een Surinaamse Caudillo’, blikt ex-sergeant, baas, legerbevelhebber Desi Bouterse terug op zijn leven als ex-president van Suriname.
Spel: Michiel Blankwaardt (als verteller) Tekst: Rudi Lion Sin Tjoe en Remco Meijer Muziek: Harto Soemodihardjo (muzikale regie, gitaar), Jeannine la Rose, Gerda Havertong, Jeffrey Spalburg, Anna Makaloy (zang) Regie: John Leerdam
De Suriname Monologen zijn mogelijk gemaakt door genereuze bijdragen van Stichting Vrienden van De Nieuwe Kerk, Amsterdams Fonds voor de Kunst, Lira Fonds, Fonds21, Gemeente Amsterdam en OZ Architects.
Bouterse werd op 16 juli 1999 in Nederland voor zijn betrokkenheid bij een drugstransport van 474 kilogram cocaïne, dat in 1997 werd onderschept in de haven van Stellendam, bij verstek tot zestien jaar gevangenisstraf veroordeeld.”
WIKIPEDIA
DESI BOUTERSE/DRUGSCRIMINALITEIT
ORIGINELE BRON
WIKIPEDIA
DESI BOUTERSE
[13]
Ik refereer hier o.a. aan mishandelingen en slechte detentieomstandigheden van adviseurs en oud politici in 1980/1981 en de slechte detentieomstandigheden van de in augustus 1980 gearresteerde militairen Sital, Mijnals en Joeman, met wie Bouterse cs een politiek-ideologisch conflict hadden
”Op 15 augustus 2005 werd bekend dat het Inter-Amerikaans Hof voor de Mensenrechten de regering van Suriname heeft veroordeeld inzake de massamoord. De regering moet nabestaanden van de slachtoffers een vergoeding uitkeren; moet smartengeld en schadevergoeding uitkeren aan de overlevenden; moet de daders vervolgen; en moet fondsen ter beschikking stellen voor de ontwikkeling van het dorp. De regering van Suriname is ook veroordeeld in de kosten van het proces.”
”Op 15 augustus 2005 werd bekend dat het Inter-Amerikaans Hof voor de Mensenrechten de regering van Suriname heeft veroordeeld inzake de massamoord. De regering moet nabestaanden van de slachtoffers een vergoeding uitkeren; moet smartengeld en schadevergoeding uitkeren aan de overlevenden; moet de daders vervolgen; en moet fondsen ter beschikking stellen voor de ontwikkeling van het dorp. De regering van Suriname is ook veroordeeld in de kosten van het proces.
”’Decembermoorden’ uit 1982 in Suriname kunnen naar internationaal volkenrecht worden gezien als een misdaad tegen de menselijkheid. Dat concludeert de Zuid-Afrikaanse hoogleraar volkenrecht prof. C. Dugard in een rapport dat hij heeft opgesteld voor het gerechtshof in Amsterdam.”
” Mr.dr. John Dugard is een internationaal gerenommeerd hoogleraar Internationaal Recht. Hij was een vooraanstaand criticus van de Apartheid, een architect van de nieuwe democratische grondwet van Zuid Afrika en wordt als een ‘vader van de mensenrechten in Zuid Afrika’ beschouwd.
In 2000 schreef hij, op verzoek van het Gerechtshof Amsterdam als Amicus Curiae (speciaal deskundige) een gedocumenteerd rapport over de vraag of de folteringen en moorden van 8 december 1982 kwalificeerden als misdrijven tegen de menselijkheid. Zijn antwoord, in de terughoudende stijl van de adviseur geschreven, liet er geen misverstand over bestaan: ‘De folteringen en moorden in Paramaribo in 1982 lijken te vallen binnen de definitie van misdrijven tegen de menselijkheid. Ze werden gepleegd door militaire autoriteiten in Suriname (staatsactoren) tegen een groep burgers die tot doelwit werden, niet vanwege hun individuele eigenschappen maar vanwege hun status als leiders van de Surinaamse intellectuele elite. Bovendien, zij werden gepleegd op een systematische manier als onderdeel van een georganiseerd plan, met gebruikmaking van publieke middelen, gericht op vernietiging van potentiële opponenten van de militaire autoriteiten’. Dugard wees er bovendien op dat ernstige schendingen van de mensenrechten door het militaire regime zich ook voor en na december 1982 hadden voltrokken.”
”5.1 Het hof verenigt zich met de opmerkingen en conclusies van de deskundige, hierop neerkomende dat de onderhavige feiten kunnen worden beschouwd als misdrijven tegen de menselijkheid/folteringen naar internationaal gewoonterecht, omdat zij zijn begaan op een systematische manier volgens een tevoren beraamd plan door de militaire autoriteiten, aan wie Verdachte leiding gaf, en gericht waren tegen een groep burgers, met het doel bekentenissen te verkrijgen of om leden van de burgerbevolking te intimideren of te dwingen.”
……
……
”11 Beslissing
Het hof:
beveelt de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam [voornamen] Verdachte, geboren op[geboortedatum en -plaats], Suriname, te vervolgen wegens de feiten waarop de beklagen betrekking hebben, gepleegd op of omstreeks 8/9 december 1982 in Paramaribo, Suriname;
gelast de officier van justitie bij de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de arrondissementsrechtbank te Amsterdam
een vordering te doen strekkende tot instelling van een gerechtelijk vooronderzoek met betrekking tot genoemde feiten;
– stelt de tekst van deze beschikking algemeen verkrijgbaar.
Deze beschikking is gegeven door de vijfde meervoudige burgerlijke kamer van het gerechtshof te Amsterdam, waarin zitting hadden mrs. H.L.C. Hermans, J.H.M. Willems en M.W.E. Koopmann, bijgestaan door mr. M.R. Jöbsis als griffier, en uitgesproken in raadkamer op 20 november 2000.”
Beschikking van 20 november 2000 van de vijfde meervoudige kamer belast met de behandeling van burgerlijke zaken op het beklag met de rekestnummers R 97/163/12 Sv en R 97/176/12 Sv van
[Klager 1] en [Klager 2],
klagers,
raadsman: mr. J.S. Pen,
Keizersgracht 332,
1016 EZ Amsterdam.
1 De verdere behandeling van de klaagschriften
1.1 Het hof verwijst naar zijn beschikkingen in deze zaak van 30 september 1998, 3 maart 2000 en 26 april 2000. De tekst van deze beschikkingen, die in kopie hierbij zijn gevoegd, wordt geacht hier te zijn ingelast.
1.2 Het hof heeft in de beschikking van 3 maart 2000 aangegeven voorlichting nodig te achten van een deskundige op het gebied van het volkenrechtelijk gewoonterecht en elke verdere beslissing aangehouden.
1.3 Bij de beschikking van 26 april 2000 heeft het hof prof. C.J.R. Dugard, hoogleraar in het volkenrecht aan de Universiteit Leiden en Senior Council, Supreme Court of South-Africa, tot deskundige benoemd, verder te noemen: “de deskundige”.
1.4 De deskundige heeft op 7 juli 2000 een rapport over de vragen, zoals geformuleerd in de beschikking van 3 maart 2000, aan het hof doen toekomen.
Dit rapport is in kopie aan deze beschikking gehecht.
1.5 Op 19 september 2000 heeft het hof een raadkamerzitting gehouden waarin voornoemd rapport van de deskundige in diens aanwezigheid aan de orde werd gesteld.
1.6 Klagers zijn in raadkamer verschenen, bijgestaan door mr. J.S. Pen en mr. dr. D. van der Landen, beiden advocaat te Amsterdam. Zij hebben bij monde van mr. Pen volhard in het beklag.
1.7 Ook de advocaat-generaal was in raadkamer aanwezig. Hij heeft gepersisteerd bij zijn eerdere standpunt.
1.8 Verdachte is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet in raadkamer verschenen. Zijn raadsman, mr. A. Moszkowicz, advocaat te Amsterdam, is wel in raadkamer verschenen.
Mr. Moszkowicz heeft aan de hand van nadien overgelegde pleitnotities primair gevraagd klagers niet ontvankelijk te verklaren en subsidiair gevraagd het beklag af te wijzen.
2 De omvang en strekking van de klachten
2.1 De raadsman van Verdachte heeft aangevoerd dat de klagers kennelijk slechts hebben willen klagen met betrekking tot de misdrijven die gepleegd zijn jegens hun respectieve verwanten en dat het rechtens niet mogelijk is dat de klachten zich mede uitstrekken tot feiten die betrekking hebben op andere slachtoffers.
2.2 Dienaangaande geldt het volgende. Weliswaar wordt de positie van klagers als belanghebbenden in de zin van art. 12 Sv. in dit geval bepaald door de verwantschap die zij met de desbetreffende slachtoffers van het gebeurde hebben, maar dat brengt geenszins mee dat de door hen verlangde vervolging van Verdachte niet mede op gedragingen ten opzichte van andere slachtoffers in dezelfde context betrekking zou kunnen hebben. Voor een zo beperkte uitleg van de klachten als bepleit door de raadsman van Verdachte geeft overigens noch de tekst daarvan, noch de daarop gegeven toelichting voldoende grond.
3 Opportuniteit van berechting door de Nederlandse rechter
3.1 In zijn beschikking van 3 maart 2000 heeft het hof vooropgesteld dat het instellen van een strafrechtelijk onderzoek ter zake van de op eigen grondgebied gepleegde strafbare feiten, die schendingen van mensenrechten opleverden, in beginsel een verplichting is die voor de Republiek Suriname voortvloeit uit het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, waarbij het land sedert 1977 partij is. Het hof sprak echter uit dat niet te verwachten viel dat Verdachte in Suriname op afzienbare termijn zou worden vervolgd en berecht ter zake van de feiten waarop het beklag betrekking heeft.
3.2 Inmiddels zijn in de pers recentelijk berichten verschenen die inhouden dat tegen Verdachte in verband met deze feiten in Suriname een gerechtelijk vooronderzoek is aangevangen. Dit roept de vraag op of een vervolging hier te lande nog opportuun moet worden geacht, zoals in het slot van de overweging 4.2 van de beschikking van 3 maart 2000 werd overwogen.
3.3. Omtrent het vermelde gerechtelijk vooronderzoek heeft het hof geen officiële mededeling bereikt en over de eventuele uitkomst daarvan kan geen voorspelling worden gedaan, zo min als zekerheid bestaat over de vraag of vervolgens besloten zal worden een strafzaak tegen Verdachte ter zitting van een rechterlijk college aanhangig te maken. Bij deze stand van zaken ziet het hof onvoldoende aanleiding af te wijken van zijn op 3 maart 2000 ter zake ingenomen standpunt over de opportuniteit van een vervolging hier te lande.
3.4 Die vervolging kan met bewilliging van het hof tenslotte nog worden gestaakt, indien ontwikkelingen in een eventueel Surinaams strafproces daartoe aanleiding zouden geven. Daarbij geldt dat een Surinaams gewijsde door de Nederlandse rechter in beginsel, dat wil zeggen buitengewone omstandigheden daargelaten, moet worden gerespecteerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 68, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht. Hetzelfde geldt voor een afdoening buiten het strafgeding, zij het dat het, gezien de bijzondere ernst van de feiten, niet goed voorstelbaar is dat daartoe zal worden overgegaan.
4 Geen immuniteit van Verdachte als staatshoofd
4.1 De raadsman van Verdachte heeft gesteld dat deze in verband met de onderhavige feiten niet kan worden vervolgd omdat deze toentertijd de positie van staatshoofd zou hebben bekleed.
4.2 Het hof kan in het midden laten of die onvoldoende gemotiveerde stelling omtrent de positie van Verdachte juist is.
Het plegen van zeer ernstige strafbare feiten als waarom het hier gaat, kan immers niet tot de officiële taken van een staatshoofd worden gerekend.
5 De strafbaarheid van de onderhavige feiten naar volkenrecht en de toepasselijkheid van het universaliteitsbeginsel
5.1 Het hof verenigt zich met de opmerkingen en conclusies van de deskundige, hierop neerkomende dat de onderhavige feiten kunnen worden beschouwd als misdrijven tegen de menselijkheid/folteringen naar internationaal gewoonterecht, omdat zij zijn begaan op een systematische manier volgens een tevoren beraamd plan door de militaire autoriteiten, aan wie Verdachte leiding gaf, en gericht waren tegen een groep burgers, met het doel bekentenissen te verkrijgen of om leden van de burgerbevolking te intimideren of te dwingen.
5.2 Het hof schaart zich eveneens achter het oordeel van de deskundige:
dat foltering als misdrijf tegen de menselijkheid reeds in 1982 een misdrijf was volgens internationaal gewoonterecht en dat de dader daarvan persoonlijk strafrechtelijk aansprakelijk kan worden gesteld;
dat het in 1982 waarschijnlijk niet (meer) zo was dat een misdrijf tegen de menselijkheid alleen in tijd van oorlog of tijdens een gewapend conflict kon worden begaan, maar ook in tijd van vrede;
dat misdrijven tegen de menselijkheid niet verjaren;
– dat een staat volgens het internationaal gewoonterecht naar de stand van 1982
bevoegd was extraterritoriale (universele) rechtsmacht uit te oefenen ten opzichte van een niet-onderdaan die verdacht werd van een misdrijf tegen de menselijkheid.
5.3 Voorts begrijpt het hof uit het rapport van de deskundige dat het voor de uitoefening van rechtsmacht niet nodig is dat het slachtoffer onderdaan is of de slachtoffers onderdanen zijn van de vervolgende staat, maar dat dit – zoals in het onderhavige geval waarin de klagers verwanten zijn van slachtoffers – de juridische grondslag van een vervolging wel versterkt.
5.4 In het rapport van de deskundige heeft het hof onvoldoende aanknopingspunten kunnen vinden voor de opvatting dat vervolging van Verdachte hier te lande naar maatstaven van internationaal (gewoonte)recht niet mogelijk en toelaatbaar zou zijn, zo lang hij zich niet in Nederland bevindt.
6 Folteringen
6.1 Wat betreft folteringen verwijst het hof naar zijn overwegingen in zijn beschikking van 3 maart 2000, onder 5.2, en volhardt daarbij.
In de lijn hiervan en van hetgeen in de onderhavige beschikking eveneens onder 5.2 is overwogen, ligt besloten dat vervolging van Verdachte wegens folteringen rechtens mogelijk is en derhalve zal worden bevolen.
6.2 Het hof heeft echter in het slot van vermelde overwegingen de vraag opgeworpen of de Uitvoeringswet Folteringverdrag kan worden toegepast op feiten die zijn gepleegd op 8/9 december 1982. Dit zijn immers data die liggen vóór de inwerkingtreding van de wet op 20 januari 1989. Het hof had daarbij het oog op de bedenking, dat alsdan aan de wet terugwerkende kracht zou worden verleend en derhalve mogelijk schending zou plaatsvinden van het legaliteitsbeginsel. Dat beginsel houdt in, dat geen misdaad en geen straf kunnen bestaan dan op grond van een wet die aan de misdaad voorafgaat.
6.3 De deskundige heeft in paragraaf 8.4.3 en volgende van zijn rapport daaromtrent aangegeven dat het Folteringverdrag een declaratoir karakter draagt. Met andere woorden: het verdrag bevestigt slechts wat reeds besloten lag in het internationaal gewoonterecht ten aanzien van het verbod, de bestraffing en de omschrijving van foltering als misdrijf tegen de menselijkheid.
Hieruit volgt naar het oordeel van de deskundige dat de Uitvoeringswet Folteringverdrag met terugwerkende kracht kan worden toegepast op gedrag dat naar Nederlands recht onwettig was vóór 1989, doch niet onder de naam foltering strafbaar was gesteld, zoals mishandeling en moord.
De deskundige heeft in dit verband een onderscheid gemaakt tussen een “retroactieve” en een “retrospectieve” wetgeving. Een retroactieve wet maakt een feit strafbaar dat niet strafbaar was toen het werd begaan. Een retrospectieve wet daarentegen is er niet op gericht nieuwe strafbare feiten in het leven te roepen.
6.4 Het hof sluit zich aan bij deze overwegingen van de deskundige en diens conclusie, hierop neerkomende dat, indien de Nederlandse rechter de Uitvoeringswet Folteringverdrag op een retrospectieve wijze zou toepassen bij de vervolging en berechting van Verdachte op basis van universele rechtsmacht – hetgeen naar het oordeel van het hof niet alleen mogelijk is, maar ook aangewezen voorkomt – artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten niet wordt geschonden. Dit artikel bepaalt, voor zover hier van belang, dat het legaliteitsbeginsel niet in de weg staat aan het vonnis en de straf van iemand die schuldig is aan een handelen of nalaten, hetwelk ten tijde dat het handelen of nalaten geschiedde, van strafrechtelijke aard was overeenkomstig de algemene rechtsbeginselen die door de volkerengemeenschap worden erkend.
Op grond van dezelfde overwegingen oordeelt het hof dat voormelde retrospectieve toepassing geen strijd oplevert met artikel 16 van de Grondwet, inhoudende dat geen feit strafbaar is dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling.
6.5 Gezien al het voorgaande kan derhalve niet worden geoordeeld dat vervolging, berechting en mogelijk bestraffing van Verdachte inbreuk zouden maken op het legaliteitsbeginsel en/of dat Verdachte er geen rekening mee zou hebben kunnen houden dat hij elders dan in Suriname, in het bijzonder in Nederland, te eniger tijd zou worden vervolgd. Hetgeen de raadsman van Verdachte dienaangaande heeft betoogd kan hieraan niet afdoen.
7 Het begrip foltering in de Uitvoeringswet Folteringverdrag
7.1 In de beschikking van 3 maart 2000 heeft het hof vragen opgeworpen met betrekking tot de toepasselijkheid van de Uitvoeringswet Folteringverdrag, voor zover de feiten betrekking hebben op het ter dood brengen van de slachtoffers. Het hof verwijst naar de overwegingen 5.2.5 tot en met 5.2.7 van die beschikking.
7.2 Bij nadere beschouwing vindt het hof onvoldoende zwaarwegende aanwijzingen om uit te sluiten dat ook het “zelfstandig” doden, dat wil zeggen los van een daaraan voorafgaande foltering, onder de werking van de wet valt.
7.3 In dit verband is van belang dat artikel 1, tweede lid, van de Uitvoeringswet Folteringverdrag met mishandeling gelijkstelt het opzettelijk teweegbrengen van een toestand van hevige angst of een andere vorm van geestelijke ontreddering, hetgeen in het algemeen het geval zal zijn als men de slachtoffers confronteert met een naderende executie. Zoals reeds eerder aangegeven, valt niet wel in te zien dat dit teweegbrengen wèl als een foltering dient te worden beschouwd, doch de executie – de ultieme mishandeling – niet. Eén van de gronden waarop volgens de Memorie van Toelichting op de Uitvoeringswet Folteringverdrag (Tweede Kamer, vergaderjaar 1986-1987, 20 042, nr.3, p.5) de toepasselijkheid van het universaliteitsbeginsel berust, is de ondraaglijkheid van de gedachte dat folteraars, zolang hun door het regime van hun eigen land de hand boven het hoofd gehouden wordt, zich vrijelijk naar andere landen kunnen begeven en daar zelfs ongestraft oog in oog kunnen komen te staan met hun naar het buitenland gevluchte slachtoffers of met, voegt het hof hieraan toe, verwanten of andere bekenden van dezen. Deze overweging is moeilijk verenigbaar met een beperkte uitleg van de wet, die erop zou neerkomen dat juist de daders van de ernstigste misdrijven tegen de menselijkheid van vervolging en eventuele bestraffing gevrijwaard zouden blijven.
7.4 Dit gezichtspunt brengt mee dat alle hier mogelijk te verwijten feiten – mishandeling, al dan niet de dood ten gevolge hebbende én het doden als op zichzelf staande delict – met toepassing van de Uitvoeringswet Folterverdrag hier te lande kunnen worden vervolgd.
7.5 Het hof is van oordeel dat dit niet in strijd is met het uitgangspunt dat strafbepalingen in het algemeen restrictief dienen te worden uitgelegd (Tweede Kamer, vergaderjaar 1986-1987, 20 042, B, p.6, r.k.), omdat alleen dan zou kunnen worden voorkomen dat een strafrechtelijke vervolging volgt op basis van een rechtsnorm waarvan de betrokkene niet bij voorbaat – en in het bijzonder tijdens het begaan van de feiten – redelijkerwijs had kunnen of behoeven te weten, dat zijn gedrag daarmee in strijd is. Het hof verwijst hiervoor naar hetgeen in het rapport van de deskundige in (het slot van) 8.4.4. omtrent het begrip “foltering” is overwogen – in welk verband uitdrukkelijk “murder” (moord) wordt genoemd – en waarmee het hof zich verenigt.
7.6 Het hof onderkent dat op het onderhavige punt verschil van inzicht mogelijk is en dat niet is uit te sluiten dat de strafrechter voor een meer beperkte uitleg zal kiezen. Aangezien de meer uitgebreide uitleg op de door het hof vermelde gronden echter geenszins kan worden uitgesloten, zal de vervolgingsgrondslag te dezen niet worden beperkt. Het hof verwijst in dit verband nog naar hetgeen in rechtsoverweging 8.4 van deze beschikking over de vervolgingsgrondslag zal worden overwogen.
7.7 Daarbij komt dat het hof wenst te vermijden dat het te bevelen onderzoek naar de reeds lang geleden gepleegde feiten waar het in deze zaak om gaat bij voorbaat extra wordt gecompliceerd doordat een onderscheid zou moeten worden gemaakt tussen gevallen waarin een foltering de dood ten gevolge heeft gehad en gevallen waarin de dood, ofschoon mogelijk voorafgegaan door een foltering, niet als een gevolg van de foltering kan worden gezien.
8 Andere grondslagen voor een vervolging
8.1 De gebeurtenissen op 8/9 december 1982 kunnen niet als oorlogsmisdrijven worden gezien. Dit was reeds het voorlopig oordeel van het hof in zijn beschikking van 3 maart 2000. De deskundige heeft in paragraaf 3 van zijn rapport aangegeven zich daarmee te kunnen verenigen. Het hof komt mede aan de hand daarvan niet tot een andere zienswijze.
8.2 De deskundige heeft in zijn rapport voorts vermeld dat Verdachte naar internationaal gewoonterecht voor vervolging in aanmerking komt, maar er tevens – naar het oordeel van het hof terecht – op gewezen dat het Nederlandse recht een nationale wet vereist om internationaalrechtelijke verplichtingen in het eigen stelsel te verwerken voor zover het betreft de strafbaarstelling van menselijk gedrag (vergelijk artikel 94 van de Grondwet).
Het hof deelt de visie van de deskundige, dat misdrijven tegen de menselijkheid buiten het kader van de Uitvoeringswet Folteringverdrag in het Nederlandse recht beperkt strafbaar zijn gesteld, namelijk in de Wet Oorlogsstrafrecht. In die wet worden misdrijven tegen de menselijkheid niet als op zichzelf staande strafbare feiten gezien, maar als strafverzwarende omstandigheden in verband met oorlogsmisdrijven. Oorlogsmisdrijven doen zich, zoals hiervoor overwogen, echter in casu niet voor.
8.3 Het voorgaande brengt mee dat het hof geen reden ziet de vervolging van Verdachte op een andere of ruimere grondslag dan de Uitvoeringswet Folteringverdrag te doen plaatsvinden.
8.4 Het hof acht het evenwel wenselijk dat de rechter die over deze zaak ten gronde zal oordelen de vrijheid behoudt het feit of de feiten naar eigen inzicht te kwalificeren. Daarom zal het bevel tot vervolging niet worden geclausuleerd ten aanzien van de precieze juridische grondslag waarop de vervolging zal dienen te geschieden.
9 Slotsom
De klachten zijn gegrond. Vervolging van Verdachte zal worden bevolen. Onder verwijzing naar de overweging 3.7 van zijn beschikking van 3 maart 2000 zal het hof tevens gelasten dat een gerechtelijk vooronderzoek zal worden gevorderd.
10 De verkrijgbaarheid van deze beschikking
Het hof ziet aanleiding deze beschikking algemeen verkrijgbaar te stellen.
11 Beslissing
Het hof:
beveelt de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam [voornamen] Verdachte, geboren op[geboortedatum en -plaats], Suriname, te vervolgen wegens de feiten waarop de beklagen betrekking hebben, gepleegd op of omstreeks 8/9 december 1982 in Paramaribo, Suriname;
gelast de officier van justitie bij de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de arrondissementsrechtbank te Amsterdam
een vordering te doen strekkende tot instelling van een gerechtelijk vooronderzoek met betrekking tot genoemde feiten;
– stelt de tekst van deze beschikking algemeen verkrijgbaar.
Deze beschikking is gegeven door de vijfde meervoudige burgerlijke kamer van het gerechtshof te Amsterdam, waarin zitting hadden mrs. H.L.C. Hermans, J.H.M. Willems en M.W.E. Koopmann, bijgestaan door mr. M.R. Jöbsis als griffier, en uitgesproken in raadkamer op 20 november 2000.
MOIWANA MONUMENT/TER HERDENKING VAN DE MASSASLACHTINGIN BOSNEGERDORP MOIWANA, WAARBIJ IN 1986 39 BURGERS WERDENDOODGESCHOTEN TIJDENS DE BINNENLANDSE OORLOG, ONDERVERANTWOORDELIJKHEID VAN LEGERBEVELHEBBER BOUTERSEhttp://en.wikipedia.org/wiki/Moiwana
SURINAME TENTOONSTELLING/IN SURINAME MONOLOGEN IS GEEN PLAATS VOOR DESI BOUTERSE!
AANDE NIEUWE KERKSTICHTING JULIUS LEEFT Onderwerp”Uw theatervoorstellingen ”Suriname Monologen”, met als onderwerp ”Desi Bouterse” Geacht Bestuur van de Nieuwe KerkGeacht Bestuur van Stichting Julius Leeft In het kader van het bewustzijnsproces van zwarte mensen en mensen van kleur, hier specifiek gericht op Suriname, vind ik het byzonder, dat u met ”Surinaamse Monologen”, theatervoorstellingen hebt opgezet, waarbij een aantal acteurs in de huid kruipen van mensen, die een byzondere betekenis hebben gehad in de geschiedenis van Suriname en haar vorming als natiestaat EN haar ontwikkeling als land in de gemeenschap der volkeren.Ik lees in uw aankondiging:”De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft! presenteren: De Suriname MonologenZes bijzondere voorstellingen waarin bekende acteurs in de huid kruipen van kopstukken uit de Surinaamse geschiedenis.” [1] Uw monologen passen ook uitstekend in het kader van de Suriname tentoonstelling, waarvan ze, naar ik begrijp, een onderdeel zijn. [2] Tot zover dus lof. Maar er is een dissonant en niet zo’n kleine ook.In feite vraag ik mij af, om het in populair Nederlands te zeggen, hoe u het in uw hoofd gehaald hebt, tot een dergelijke actie over te gaan! Ik duid op de aanwezigheid, in die Monologen, van Suriname’s president D Bouterse, ex coupist, legerbevelhebber en, zoals u zelf in uw ”Monologen” opmerkt:”hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport.” [3] Hoe durft u iemand met een dergelijke belaste ”carriere”, ook al is hij dan nu Staatshoofd van Suriname, een plaats te geven tussen een vrijheidsstrijder als Anton de Kom, die juist streed, niet alleen tegen het kolonialisme, maar ook tegen dictatuur en terreur [4], een vrouw als Sophie Redmond, volksdokter en peiler van de emancipatie van de Surinaamse vrouw [5], een belangrijke kunst motivator als Nola Hatterman [6] en politici als oud president Johan Ferrier [7] en oud VHP voorman Jaggernath Lachmon [8], op wie zo het een en ander is aan te merken, maar die in ieder geval geen moordenaars waren, of om het neutraler te zeggen. werden verdacht van buitengerechtelijke executies! [9] Nou zult u waarschijnlijk ter verdediging aanvoeren, dat u in uw ”Monologen” Bouterse benoemd hebt voor wat betreft zijn twijfelachtige ”carriere” en verdachtstelling Ik citeer u in ”Monologen””Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;”'[10] Maar die verdediging houdt geen stand, want de opzet van uw Monologen is nu juist, dat in de huid van het personage wordt gekropen!Ik citeer u wat betreft Bouterse:”In ‘Desi Bouterse, een Surinaamse Caudillo’, blikt ex-sergeant, baas, legerbevelhebber Desi Bouterse terug op zijn leven als ex-president van Suriname.” [11] En aangezien de acteur, in de persoon van Bouterse, terugkijkt op diens leven en een mens nu eenmaal de neiging heeft [vaak naarmate zijn acties twijfelachtiger en crimineler zijn] zichzelf en zijn daden te rechtvaardigen of op zijn zachtst gezegd te bagatelliseren [vrijwel niemand zegt van zichzelf, ”ik ben een galgenaas……], in welke vorm van ook, kan het niet anders dan dat er een te positief beeld van deze Schurk in de Surinaamse samenleving wordt geschilderd. VERDERBOUTERSE: U noemt, terecht, Bouterse als hoofdverdachte in het Decembermoordenproces en zijn veroordeling, door Nederland wegens betrokkenheid bij drugshandel. [12]Maar hij heeft meer op zijn kerfstok!
A
Onder zijn verantwoordelijkheid als lid van de Nationale Militaire Raad en
vanaf juli 1980 bevelhebber van het leger vallen, arrestaties op vage gronden
en de slechte detentieomstandigheden/mishandelingen van arrestanten onder
detentieomstandigheden onder voormalige politicide zogenaamde oude politiek en ”dissidente” militairen. [13]
B
Standrechtelijke executie van Sergeant Majoor Hawker
In maart 1982 vond een mislukte coup plaats onder leiding van Hawker en Rambocus
Enkele dagen later werd de gewonde Hawker op zijn brancard, voor het oog
van de wereld, standrechtelijk geexecuteerd [14]
Volgens de Geneefse Conventies, het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht en de Internationale Mensenrechtenverdragen is een standrechtelijke executie een oorlogsmisdaad!
C
Moiwana/Massaslachting
In het gewapende conflict tussen Bouterse en de leider van het zgn Jungle
Commando, Brunswijk van 1986 tot 1992, zijn aan beide zijden [15] een groot aantal mensenrechtenschendingen
en oorlogsmisdaden gepleegd
De beruchtste is de door het Nationaal Leger onder leiding van Bouterse aangerichte massaslachting
onder de bewoners van Moiwana, een dorp in het binnenland van Suriname,
van wie tientallen werden gedood [16]
Het Inter Amerikaans Hof voor de Mensenrechten veroordeelde Suriname
in 2005 voor de massamoord [17]
Zowel de Decembermoorden als de massaslachting in
Moiwana zijn gekwalificeerd als misdaden tegen de menselijkheid. [18]
EPILOOG
Er valt nog veel meer op te merken over de handel en wandel van Suriname’s huidige president, D. Bouterse, maar ik laat het hierbij.
Duidelijk lijkt mij, dat u lelijk in de fout gegaan bent met het toevoegen van president Bouterse aan de rij personages bij uw Monologen, die, ieder op hun eigen wijze [en de een meer dan de ander] een zeer waardevolle bijdrage aan Suriname hebben geleverd.
Daar past oorlogsmisdadiger [Moiwana], ex dictator en ex legerbevelhebber D Bouterse NIET tussen!
Het was anders geweest, als u monologen van dieven, moordenaars en andere zware criminelen gemaakt had……
Ik eindig dan ook met een dringend appel aan uw adres, de voorstelling
”Monologen” over Desi Bouterse, die op 19 en 20 december wordt opgevoerd [ook zo smakeloos om dit in de maand van de Decembermoorden te laten plaatsvinden…..] alsnog af te gelasten.
Zo niet, dan is er een lelijke smet geworpen op uw voorstellingen
”De Monologen”
Wilt u zo de geschiedenis ingaan!
Ik dacht het niet.
Vriendelijke groeten
Astrid Essed
Amsterdam
NOTEN1]
”De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft! presenteren: De Suriname MonologenZes bijzondere voorstellingen waarin bekende acteurs in de huid kruipen van kopstukken uit de Surinaamse geschiedenis. Locatie: De Nieuwe Kerk Amsterdam.”
De Nieuwe Kerk en Stichting Julius Leeft! presenteren: De Suriname Monologen Zes bijzondere voorstellingen waarin bekende acteurs in de huid kruipen van kopstukken uit de Surinaamse geschiedenis. Locatie: De Nieuwe Kerk Amsterdam. Met:
Johan Ferrier, de laatste gouverneur en eerste president van de onafhankelijke republiek Suriname, overleden in Nederland in 2010. Gespeeld door Kenneth Herdigein;
Anton de Kom, auteur van het beroemde boek ‘Wij slaven van Suriname’, anti-kolonialist, en na zijn verbanning naar Nederland omgekomen als verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. Gespeeld door Urmie Plein;
Jagernath Lachmon, Henck Arron en Johan Adolf Pengel, drie Surinaamse politici die voor de onafhankelijkheid van Suriname een cruciale rol speelden in het publieke debat. Gespeeld door Prem Radhakishun, Ruurt de Maesschalck en Roy Ristie;
Nola Hatterman, Nederlandse actrice, kunstenares. Voorvechtster voor een zelfstandig Surinaamse kunstenaarsbeweging. Zij vestigde zich in Suriname in 1953 als beeldend kunstenaar. Gespeeld door Monic Hendrickx;
Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;
Dr. Sophie Redmond, de eerste zwarte vrouw die arts werd in Suriname. Zij werd voorvechter van Suriname, zij droeg traditionele Surinaamse kleding en weigerde importvoedsel te eten. Gespeeld door Dorothy Blokland.
De Suriname Monologen hebben een topcast, zang door Gerda Havertong, Jeannine la Rose, Anna Makaloy. Muziek van Harto Soemodihardjo en zijn in de regie van John Leerdam.
Programma 19 uur: deuren open 19.30 uur: start voorstelling (geen pauze) 20.30 uur: einde voorstelling, mogelijkheid om de tentoonstelling te bezoeken 22 uur: einde avond
Maandag 21 en dinsdag 22 oktober Johan Ferrier door Kenneth Herdigein, script: Paulette Smit Meer info Deze voorstelling is al geweest, er is een extra voorstelling in het Bijlmerparktheater (zie hieronder)
Vrijdag 8 en zondag 10 november Anton de Kom door Urmie Plein, script: Noraly Beyer Meer info Koop online tickets
Maandag 25 (Onafhankelijkheidsdag) en dinsdag 26 november Jagernath Lachmon, Henck Arron en Johan Adolf Pengel door Prem Radhakishun, Ruurt de Maesschalck en Roy Ristie, script: Sheila Sitalsing Meer info Koop online tickets
Maandag 2 en dinsdag 3 december Nola Hatterman door Monic Hendrickx, script: Bodil de la Parra Meer info Koop online tickets
Donderdag 19 en vrijdag 20 december Desi Bouterse door Michiel Blankwaardt, script: Rudy Lion Sjin Tjoe, Remco Meijer, Paulette Smit en Jeffrey Spalburg Meer info Koop online tickets
Dinsdag 14 (haar geboortedag) en woensdag 15 januari Dr. Sophie Redmond door Dorothy Blokland, zang: Gerda Havertong, script: Ayden Carlo Meer info Koop online tickets
Woensdag 13 november (extra voorstelling) Johan Ferrier in het Bijlmer Parktheater, script: Paulette Smit Meer info en kaartverkoop
Partners van de Suriname Monologen De Suriname Monologen zijn mogelijk gemaakt door genereuze bijdragen van: – Stichting Vrienden van De Nieuwe Kerk – Amsterdams Fonds voor de Kunst – Lira Fonds – Fonds21 – Gemeente Amsterdam – OZ Architects
[2]
”De Suriname MonologenSpeciaal voor De Grote Suriname-tentoonstelling komt Stichting Julius Leeft! dit najaar met zes theaterproducties over de Surinaamse geschiedenis. Met een topcast en muziek van Harto Soemodihardjo en in de regie van John Leerdam. Klik hier voor meer informatie & online tickets.” NIEUWE KERKDE GROTE SURINAME TENTOONSTELLING https://www.nieuwekerk.nl/tentoonstellingen/de-grote-suriname-tentoonstelling/ TEKST
Vanaf 5 oktober te zien in De Nieuwe Kerk: een veelomvattende tentoonstelling over Suriname. De Grote Suriname-tentoonstelling brengt het meeslepende epos van het land en zijn bewoners met zeer verschillende achtergronden, die samenkwamen in het land. Musea, archieven en particulieren in Suriname en Nederland werkten mee en het verhaal wordt verteld door Surinamers zelf. Een groots verhaal dat de hele cultuurgeschiedenis bestrijkt, van de oudste nederzettingen tot de onafhankelijke republiek van vandaag.
Tickets Tickets voor De Grote Suriname-tentoonstelling zijn hier online verkrijgbaar.Rijke collectie In een spectaculaire setting reis je door het land en haar geschiedenis. Ruim driehonderd objecten worden gepresenteerd: archeologische vondsten, historische foto’s en documenten, kledingstukken, hedendaagse kunst, film- en muziekfragmenten, sieraden en toegepaste kunst. Ze zijn afkomstig uit tientallen musea en privécollecties in Suriname en Nederland, waaronder ook het Koninklijk Huis Archief. Samen met grote audiovisuele voorstellingen vormen zij een kleurrijk, veelzijdig geheel.Onverwachte en persoonlijke invalshoeken Vanuit verrassende perspectieven verbeeldt de tentoonstelling talloze aspecten van Suriname. Met eyeopeners over de oorspronkelijke bewoners, de plantagecultuur, de slavernij en contractarbeiders, het veelkleurige culturele leven, de monumentale binnenstad van Paramaribo tot de Surinamerivier en de rijke flora en fauna van het land. Bekende historische momenten worden afgewisseld met persoonlijke verhalen. De bewoners laten letterlijk hun stem horen, in interviews en audiovisuals.
De Grote Suriname-fotowedstrijd In het kader van deze tentoonstelling organiseert De Nieuwe Kerk De Grote Suriname-fotowedstrijd, waaraan het publiek kan meedoen door een eigen herinnering, beeld of beleving van Suriname te delen. De winnende foto – te kiezen door een gerenommeerde vakjury – krijgt een plaats in de tentoonstelling en wordt een van de campagnebeelden. Elke maand wordt er een nieuwe winnaar gekozen en aan de tentoonstelling toegevoegd. De wedstrijd start op donderdag 1 augustus, inzendingen kunnen op deze pagina worden ge-upload. De Suriname Monologen Speciaal voor De Grote Suriname-tentoonstelling komt Stichting Julius Leeft! dit najaar met zes theaterproducties over de Surinaamse geschiedenis. Met een topcast en muziek van Harto Soemodihardjo en in de regie van John Leerdam. Klik hier voor meer informatie & online tickets.
Samenwerking De tentoonstellingsmakers van De Nieuwe Kerk werken niet alleen nauw samen met een veelheid aan musea, archieven, verzamelaars en kunstenaars in Suriname en Nederland. Er zijn tal van prominenten die zich inzetten als ambassadeur van deze tentoonstelling. Van schrijvers, historici en artiesten tot tv-persoonlijkheden, algemeen geïnteresseerden en betrokken jongeren. Met organisaties als Kwaku Summer Festival, Stichting Julius Leeft! en Stichting Johan Ferrier Fonds worden gezamenlijke activiteiten opgezet.
Meer Suriname in Amsterdam In het Tropenmuseum, gulle bruikleengever voor de tentoonstelling in De Nieuwe Kerk, is dit najaar een Suriname-expositie voor kinderen te zien. Tegelijk met De Grote Suriname-tentoonstelling opent Museum Van Loon Aan de Surinaamse grachten, over de betrokkenheid van de familie Van Loon met de WIC en Suriname in de achttiende en negentiende eeuw.
Aanleiding De geschiedenis van Suriname krijgt in Nederland weinig aandacht, ook niet in het onderwijs, terwijl de beide landen een eeuwenlange geschiedenis delen. Daaruit ontstond de ambitie om het land, de bewoners en haar geschiedenis met alle mooie én minder mooie aspecten, te laten zien aan een breed publiek. Bovendien is Suriname volgend jaar 45 jaar zelfstandig. Belangstelling, die het land verdient. Door een tentoonstelling die, net als het land zelf, veelzijdig en kleurrijk is en die verbindt, verrijkt en verrast.
[3]
”Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;”
DE SURINAAMSE MONOLOGEN
[4]
”Na de Duitse inval in 1940, sloot De Kom zich aan bij het communistisch georiënteerde Nederlands verzet. Hij schreef op verzoek van Nico Wijnen artikelen voor het communistische verzetsblad De Vonk en later voor het Revolutionair Socialistische blad met dezelfde naam, waarvan hij een van de oprichters, de schrijver Jef Last kende.
”Desi Bouterse, hoofdverdachte in het strafproces van de decembermoorden en veroordeeld tot 11 jaar celstraf in Nederland wegens betrokkenheid bij een drugstransport. In 2010 werd hij democratisch verkozen tot president van Suriname en in 2015 herkozen. Gespeeld door Michiel Blankwaardt;” DE SURINAME MONOLOGEN https://www.nieuwekerk.nl/tentoonstellingen/de-suriname-monologen/
In ‘Desi Bouterse, een Surinaamse Caudillo’, blikt ex-sergeant, baas, legerbevelhebber Desi Bouterse terug op zijn leven als ex-president van Suriname.
Spel: Michiel Blankwaardt (als verteller) Tekst: Rudi Lion Sin Tjoe en Remco Meijer Muziek: Harto Soemodihardjo (muzikale regie, gitaar), Jeannine la Rose, Gerda Havertong, Jeffrey Spalburg, Anna Makaloy (zang) Regie: John Leerdam
De Suriname Monologen zijn mogelijk gemaakt door genereuze bijdragen van Stichting Vrienden van De Nieuwe Kerk, Amsterdams Fonds voor de Kunst, Lira Fonds, Fonds21, Gemeente Amsterdam en OZ Architects.
Bouterse werd op 16 juli 1999 in Nederland voor zijn betrokkenheid bij een drugstransport van 474 kilogram cocaïne, dat in 1997 werd onderschept in de haven van Stellendam, bij verstek tot zestien jaar gevangenisstraf veroordeeld.”
[15] WIKIPEDIA BINNENLANDSE OORLOG http://nl.wikipedia.org/wiki/B innenlandse_Oorlog [16] AMNESTY INTERNATIONAL DECEMBERMOORDEN EN MOIWANA https://www.amnesty.nl/encyclo pedie/decembermoorden-en-moiwa na-suriname DE GROENE AMSTERDAMMER DE HEER BOUTERSE LUST IK RAUW PIJNLIJKE GESCHIEDENIS DE DECEMBERMOORDEN IN SURINAME 6 JANUARI 2010 http://www.groene.nl/artikel/d e-heer-bouterse-lust-ik-rauw ”Op 15 augustus 2005 werd bekend dat het Inter-Amerikaans Hof voor de Mensenrechten de regering van Suriname heeft veroordeeld inzake de massamoord. De regering moet nabestaanden van de slachtoffers een vergoeding uitkeren; moet smartengeld en schadevergoeding uitkeren aan de overlevenden; moet de daders vervolgen; en moet fondsen ter beschikking stellen voor de ontwikkeling van het dorp. De regering van Suriname is ook veroordeeld in de kosten van het proces.” WIKIPEDIA MOIWANA http://nl.wikipedia.org/wiki/M oiwana [17] ”Op 15 augustus 2005 werd bekend dat het Inter-Amerikaans Hof voor de Mensenrechten de regering van Suriname heeft veroordeeld inzake de massamoord. De regering moet nabestaanden van de slachtoffers een vergoeding uitkeren; moet smartengeld en schadevergoeding uitkeren aan de overlevenden; moet de daders vervolgen; en moet fondsen ter beschikking stellen voor de ontwikkeling van het dorp. De regering van Suriname is ook veroordeeld in de kosten van het proces. ”WIKIPEDIA MOIWANA http://nl.wikipedia.org/wiki/M oiwana [18] ZOWEL DE DECEMBERMOORDEN ALS DE MASSASLACHTING INMOIWANA ZIJN GEKWALIFICEERD ALS MISDADEN TEGEN DEMENSELIJKHEIDDECEMBERMOORDEN ”’Decembermoorden’ uit 1982 in Suriname kunnen naar internationaal volkenrecht worden gezien als een misdaad tegen de menselijkheid. Dat concludeert de Zuid-Afrikaanse hoogleraar volkenrecht prof. C. Dugard in een rapport dat hij heeft opgesteld voor het gerechtshof in Amsterdam.” NRCMOORDEN IN ’82 MISDAAD TEGEN DEMENSELIJKHEID12 JULI 2000
http://retro.nrc.nl/W2/Lab/ HAL15/000712a.html ” Mr.dr. John Dugard is een internationaal gerenommeerd hoogleraar Internationaal Recht. Hij was een vooraanstaand criticus van de Apartheid, een architect van de nieuwe democratische grondwet van Zuid Afrika en wordt als een ‘vader van de mensenrechten in Zuid Afrika’ beschouwd.
In 2000 schreef hij, op verzoek van het Gerechtshof Amsterdam als Amicus Curiae (speciaal deskundige) een gedocumenteerd rapport over de vraag of de folteringen en moorden van 8 december 1982 kwalificeerden als misdrijven tegen de menselijkheid. Zijn antwoord, in de terughoudende stijl van de adviseur geschreven, liet er geen misverstand over bestaan: ‘De folteringen en moorden in Paramaribo in 1982 lijken te vallen binnen de definitie van misdrijven tegen de menselijkheid. Ze werden gepleegd door militaire autoriteiten in Suriname (staatsactoren) tegen een groep burgers die tot doelwit werden, niet vanwege hun individuele eigenschappen maar vanwege hun status als leiders van de Surinaamse intellectuele elite. Bovendien, zij werden gepleegd op een systematische manier als onderdeel van een georganiseerd plan, met gebruikmaking van publieke middelen, gericht op vernietiging van potentiële opponenten van de militaire autoriteiten’. Dugard wees er bovendien op dat ernstige schendingen van de mensenrechten door het militaire regime zich ook voor en na december 1982 hadden voltrokken.”STARNIEUWS.COMDECEMBERMOORDEN, MISDRIJVEN TEGEN DE MENSELIJKHEIDTHEO PARA20 OCTOBER 2015 http://www.starnieuws.com/ index.php/welcome/index/ nieuwsitem/31833 ”5.1 Het hof verenigt zich met de opmerkingen en conclusies van de deskundige, hierop neerkomende dat de onderhavige feiten kunnen worden beschouwd als misdrijven tegen de menselijkheid/folteringen naar internationaal gewoonterecht, omdat zij zijn begaan op een systematische manier volgens een tevoren beraamd plan door de militaire autoriteiten, aan wie Verdachte leiding gaf, en gericht waren tegen een groep burgers, met het doel bekentenissen te verkrijgen of om leden van de burgerbevolking te intimideren of te dwingen.”…………”11 Beslissing
Het hof:
beveelt de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam [voornamen] Verdachte, geboren op[geboortedatum en -plaats], Suriname, te vervolgen wegens de feiten waarop de beklagen betrekking hebben, gepleegd op of omstreeks 8/9 december 1982 in Paramaribo, Suriname;
gelast de officier van justitie bij de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de arrondissementsrechtbank te Amsterdam
een vordering te doen strekkende tot instelling van een gerechtelijk vooronderzoek met betrekking tot genoemde feiten;
– stelt de tekst van deze beschikking algemeen verkrijgbaar.
Deze beschikking is gegeven door de vijfde meervoudige burgerlijke kamer van het gerechtshof te Amsterdam, waarin zitting hadden mrs. H.L.C. Hermans, J.H.M. Willems en M.W.E. Koopmann, bijgestaan door mr. M.R. Jöbsis als griffier, en uitgesproken in raadkamer op 20 november 2000.”
Beschikking van 20 november 2000 van de vijfde meervoudige kamer belast met de behandeling van burgerlijke zaken op het beklag met de rekestnummers R 97/163/12 Sv en R 97/176/12 Sv van
[Klager 1] en [Klager 2],
klagers,
raadsman: mr. J.S. Pen,
Keizersgracht 332,
1016 EZ Amsterdam.
1 De verdere behandeling van de klaagschriften
1.1 Het hof verwijst naar zijn beschikkingen in deze zaak van 30 september 1998, 3 maart 2000 en 26 april 2000. De tekst van deze beschikkingen, die in kopie hierbij zijn gevoegd, wordt geacht hier te zijn ingelast.
1.2 Het hof heeft in de beschikking van 3 maart 2000 aangegeven voorlichting nodig te achten van een deskundige op het gebied van het volkenrechtelijk gewoonterecht en elke verdere beslissing aangehouden.
1.3 Bij de beschikking van 26 april 2000 heeft het hof prof. C.J.R. Dugard, hoogleraar in het volkenrecht aan de Universiteit Leiden en Senior Council, Supreme Court of South-Africa, tot deskundige benoemd, verder te noemen: “de deskundige”.
1.4 De deskundige heeft op 7 juli 2000 een rapport over de vragen, zoals geformuleerd in de beschikking van 3 maart 2000, aan het hof doen toekomen.
Dit rapport is in kopie aan deze beschikking gehecht.
1.5 Op 19 september 2000 heeft het hof een raadkamerzitting gehouden waarin voornoemd rapport van de deskundige in diens aanwezigheid aan de orde werd gesteld.
1.6 Klagers zijn in raadkamer verschenen, bijgestaan door mr. J.S. Pen en mr. dr. D. van der Landen, beiden advocaat te Amsterdam. Zij hebben bij monde van mr. Pen volhard in het beklag.
1.7 Ook de advocaat-generaal was in raadkamer aanwezig. Hij heeft gepersisteerd bij zijn eerdere standpunt.
1.8 Verdachte is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet in raadkamer verschenen. Zijn raadsman, mr. A. Moszkowicz, advocaat te Amsterdam, is wel in raadkamer verschenen.
Mr. Moszkowicz heeft aan de hand van nadien overgelegde pleitnotities primair gevraagd klagers niet ontvankelijk te verklaren en subsidiair gevraagd het beklag af te wijzen.
2 De omvang en strekking van de klachten
2.1 De raadsman van Verdachte heeft aangevoerd dat de klagers kennelijk slechts hebben willen klagen met betrekking tot de misdrijven die gepleegd zijn jegens hun respectieve verwanten en dat het rechtens niet mogelijk is dat de klachten zich mede uitstrekken tot feiten die betrekking hebben op andere slachtoffers.
2.2 Dienaangaande geldt het volgende. Weliswaar wordt de positie van klagers als belanghebbenden in de zin van art. 12 Sv. in dit geval bepaald door de verwantschap die zij met de desbetreffende slachtoffers van het gebeurde hebben, maar dat brengt geenszins mee dat de door hen verlangde vervolging van Verdachte niet mede op gedragingen ten opzichte van andere slachtoffers in dezelfde context betrekking zou kunnen hebben. Voor een zo beperkte uitleg van de klachten als bepleit door de raadsman van Verdachte geeft overigens noch de tekst daarvan, noch de daarop gegeven toelichting voldoende grond.
3 Opportuniteit van berechting door de Nederlandse rechter
3.1 In zijn beschikking van 3 maart 2000 heeft het hof vooropgesteld dat het instellen van een strafrechtelijk onderzoek ter zake van de op eigen grondgebied gepleegde strafbare feiten, die schendingen van mensenrechten opleverden, in beginsel een verplichting is die voor de Republiek Suriname voortvloeit uit het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, waarbij het land sedert 1977 partij is. Het hof sprak echter uit dat niet te verwachten viel dat Verdachte in Suriname op afzienbare termijn zou worden vervolgd en berecht ter zake van de feiten waarop het beklag betrekking heeft.
3.2 Inmiddels zijn in de pers recentelijk berichten verschenen die inhouden dat tegen Verdachte in verband met deze feiten in Suriname een gerechtelijk vooronderzoek is aangevangen. Dit roept de vraag op of een vervolging hier te lande nog opportuun moet worden geacht, zoals in het slot van de overweging 4.2 van de beschikking van 3 maart 2000 werd overwogen.
3.3. Omtrent het vermelde gerechtelijk vooronderzoek heeft het hof geen officiële mededeling bereikt en over de eventuele uitkomst daarvan kan geen voorspelling worden gedaan, zo min als zekerheid bestaat over de vraag of vervolgens besloten zal worden een strafzaak tegen Verdachte ter zitting van een rechterlijk college aanhangig te maken. Bij deze stand van zaken ziet het hof onvoldoende aanleiding af te wijken van zijn op 3 maart 2000 ter zake ingenomen standpunt over de opportuniteit van een vervolging hier te lande.
3.4 Die vervolging kan met bewilliging van het hof tenslotte nog worden gestaakt, indien ontwikkelingen in een eventueel Surinaams strafproces daartoe aanleiding zouden geven. Daarbij geldt dat een Surinaams gewijsde door de Nederlandse rechter in beginsel, dat wil zeggen buitengewone omstandigheden daargelaten, moet worden gerespecteerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 68, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht. Hetzelfde geldt voor een afdoening buiten het strafgeding, zij het dat het, gezien de bijzondere ernst van de feiten, niet goed voorstelbaar is dat daartoe zal worden overgegaan.
4 Geen immuniteit van Verdachte als staatshoofd
4.1 De raadsman van Verdachte heeft gesteld dat deze in verband met de onderhavige feiten niet kan worden vervolgd omdat deze toentertijd de positie van staatshoofd zou hebben bekleed.
4.2 Het hof kan in het midden laten of die onvoldoende gemotiveerde stelling omtrent de positie van Verdachte juist is.
Het plegen van zeer ernstige strafbare feiten als waarom het hier gaat, kan immers niet tot de officiële taken van een staatshoofd worden gerekend.
5 De strafbaarheid van de onderhavige feiten naar volkenrecht en de toepasselijkheid van het universaliteitsbeginsel
5.1 Het hof verenigt zich met de opmerkingen en conclusies van de deskundige, hierop neerkomende dat de onderhavige feiten kunnen worden beschouwd als misdrijven tegen de menselijkheid/folteringen naar internationaal gewoonterecht, omdat zij zijn begaan op een systematische manier volgens een tevoren beraamd plan door de militaire autoriteiten, aan wie Verdachte leiding gaf, en gericht waren tegen een groep burgers, met het doel bekentenissen te verkrijgen of om leden van de burgerbevolking te intimideren of te dwingen.
5.2 Het hof schaart zich eveneens achter het oordeel van de deskundige:
dat foltering als misdrijf tegen de menselijkheid reeds in 1982 een misdrijf was volgens internationaal gewoonterecht en dat de dader daarvan persoonlijk strafrechtelijk aansprakelijk kan worden gesteld;
dat het in 1982 waarschijnlijk niet (meer) zo was dat een misdrijf tegen de menselijkheid alleen in tijd van oorlog of tijdens een gewapend conflict kon worden begaan, maar ook in tijd van vrede;
dat misdrijven tegen de menselijkheid niet verjaren;
– dat een staat volgens het internationaal gewoonterecht naar de stand van 1982
bevoegd was extraterritoriale (universele) rechtsmacht uit te oefenen ten opzichte van een niet-onderdaan die verdacht werd van een misdrijf tegen de menselijkheid.
5.3 Voorts begrijpt het hof uit het rapport van de deskundige dat het voor de uitoefening van rechtsmacht niet nodig is dat het slachtoffer onderdaan is of de slachtoffers onderdanen zijn van de vervolgende staat, maar dat dit – zoals in het onderhavige geval waarin de klagers verwanten zijn van slachtoffers – de juridische grondslag van een vervolging wel versterkt.
5.4 In het rapport van de deskundige heeft het hof onvoldoende aanknopingspunten kunnen vinden voor de opvatting dat vervolging van Verdachte hier te lande naar maatstaven van internationaal (gewoonte)recht niet mogelijk en toelaatbaar zou zijn, zo lang hij zich niet in Nederland bevindt.
6 Folteringen
6.1 Wat betreft folteringen verwijst het hof naar zijn overwegingen in zijn beschikking van 3 maart 2000, onder 5.2, en volhardt daarbij.
In de lijn hiervan en van hetgeen in de onderhavige beschikking eveneens onder 5.2 is overwogen, ligt besloten dat vervolging van Verdachte wegens folteringen rechtens mogelijk is en derhalve zal worden bevolen.
6.2 Het hof heeft echter in het slot van vermelde overwegingen de vraag opgeworpen of de Uitvoeringswet Folteringverdrag kan worden toegepast op feiten die zijn gepleegd op 8/9 december 1982. Dit zijn immers data die liggen vóór de inwerkingtreding van de wet op 20 januari 1989. Het hof had daarbij het oog op de bedenking, dat alsdan aan de wet terugwerkende kracht zou worden verleend en derhalve mogelijk schending zou plaatsvinden van het legaliteitsbeginsel. Dat beginsel houdt in, dat geen misdaad en geen straf kunnen bestaan dan op grond van een wet die aan de misdaad voorafgaat.
6.3 De deskundige heeft in paragraaf 8.4.3 en volgende van zijn rapport daaromtrent aangegeven dat het Folteringverdrag een declaratoir karakter draagt. Met andere woorden: het verdrag bevestigt slechts wat reeds besloten lag in het internationaal gewoonterecht ten aanzien van het verbod, de bestraffing en de omschrijving van foltering als misdrijf tegen de menselijkheid.
Hieruit volgt naar het oordeel van de deskundige dat de Uitvoeringswet Folteringverdrag met terugwerkende kracht kan worden toegepast op gedrag dat naar Nederlands recht onwettig was vóór 1989, doch niet onder de naam foltering strafbaar was gesteld, zoals mishandeling en moord.
De deskundige heeft in dit verband een onderscheid gemaakt tussen een “retroactieve” en een “retrospectieve” wetgeving. Een retroactieve wet maakt een feit strafbaar dat niet strafbaar was toen het werd begaan. Een retrospectieve wet daarentegen is er niet op gericht nieuwe strafbare feiten in het leven te roepen.
6.4 Het hof sluit zich aan bij deze overwegingen van de deskundige en diens conclusie, hierop neerkomende dat, indien de Nederlandse rechter de Uitvoeringswet Folteringverdrag op een retrospectieve wijze zou toepassen bij de vervolging en berechting van Verdachte op basis van universele rechtsmacht – hetgeen naar het oordeel van het hof niet alleen mogelijk is, maar ook aangewezen voorkomt – artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten niet wordt geschonden. Dit artikel bepaalt, voor zover hier van belang, dat het legaliteitsbeginsel niet in de weg staat aan het vonnis en de straf van iemand die schuldig is aan een handelen of nalaten, hetwelk ten tijde dat het handelen of nalaten geschiedde, van strafrechtelijke aard was overeenkomstig de algemene rechtsbeginselen die door de volkerengemeenschap worden erkend.
Op grond van dezelfde overwegingen oordeelt het hof dat voormelde retrospectieve toepassing geen strijd oplevert met artikel 16 van de Grondwet, inhoudende dat geen feit strafbaar is dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling.
6.5 Gezien al het voorgaande kan derhalve niet worden geoordeeld dat vervolging, berechting en mogelijk bestraffing van Verdachte inbreuk zouden maken op het legaliteitsbeginsel en/of dat Verdachte er geen rekening mee zou hebben kunnen houden dat hij elders dan in Suriname, in het bijzonder in Nederland, te eniger tijd zou worden vervolgd. Hetgeen de raadsman van Verdachte dienaangaande heeft betoogd kan hieraan niet afdoen.
7 Het begrip foltering in de Uitvoeringswet Folteringverdrag
7.1 In de beschikking van 3 maart 2000 heeft het hof vragen opgeworpen met betrekking tot de toepasselijkheid van de Uitvoeringswet Folteringverdrag, voor zover de feiten betrekking hebben op het ter dood brengen van de slachtoffers. Het hof verwijst naar de overwegingen 5.2.5 tot en met 5.2.7 van die beschikking.
7.2 Bij nadere beschouwing vindt het hof onvoldoende zwaarwegende aanwijzingen om uit te sluiten dat ook het “zelfstandig” doden, dat wil zeggen los van een daaraan voorafgaande foltering, onder de werking van de wet valt.
7.3 In dit verband is van belang dat artikel 1, tweede lid, van de Uitvoeringswet Folteringverdrag met mishandeling gelijkstelt het opzettelijk teweegbrengen van een toestand van hevige angst of een andere vorm van geestelijke ontreddering, hetgeen in het algemeen het geval zal zijn als men de slachtoffers confronteert met een naderende executie. Zoals reeds eerder aangegeven, valt niet wel in te zien dat dit teweegbrengen wèl als een foltering dient te worden beschouwd, doch de executie – de ultieme mishandeling – niet. Eén van de gronden waarop volgens de Memorie van Toelichting op de Uitvoeringswet Folteringverdrag (Tweede Kamer, vergaderjaar 1986-1987, 20 042, nr.3, p.5) de toepasselijkheid van het universaliteitsbeginsel berust, is de ondraaglijkheid van de gedachte dat folteraars, zolang hun door het regime van hun eigen land de hand boven het hoofd gehouden wordt, zich vrijelijk naar andere landen kunnen begeven en daar zelfs ongestraft oog in oog kunnen komen te staan met hun naar het buitenland gevluchte slachtoffers of met, voegt het hof hieraan toe, verwanten of andere bekenden van dezen. Deze overweging is moeilijk verenigbaar met een beperkte uitleg van de wet, die erop zou neerkomen dat juist de daders van de ernstigste misdrijven tegen de menselijkheid van vervolging en eventuele bestraffing gevrijwaard zouden blijven.
7.4 Dit gezichtspunt brengt mee dat alle hier mogelijk te verwijten feiten – mishandeling, al dan niet de dood ten gevolge hebbende én het doden als op zichzelf staande delict – met toepassing van de Uitvoeringswet Folterverdrag hier te lande kunnen worden vervolgd.
7.5 Het hof is van oordeel dat dit niet in strijd is met het uitgangspunt dat strafbepalingen in het algemeen restrictief dienen te worden uitgelegd (Tweede Kamer, vergaderjaar 1986-1987, 20 042, B, p.6, r.k.), omdat alleen dan zou kunnen worden voorkomen dat een strafrechtelijke vervolging volgt op basis van een rechtsnorm waarvan de betrokkene niet bij voorbaat – en in het bijzonder tijdens het begaan van de feiten – redelijkerwijs had kunnen of behoeven te weten, dat zijn gedrag daarmee in strijd is. Het hof verwijst hiervoor naar hetgeen in het rapport van de deskundige in (het slot van) 8.4.4. omtrent het begrip “foltering” is overwogen – in welk verband uitdrukkelijk “murder” (moord) wordt genoemd – en waarmee het hof zich verenigt.
7.6 Het hof onderkent dat op het onderhavige punt verschil van inzicht mogelijk is en dat niet is uit te sluiten dat de strafrechter voor een meer beperkte uitleg zal kiezen. Aangezien de meer uitgebreide uitleg op de door het hof vermelde gronden echter geenszins kan worden uitgesloten, zal de vervolgingsgrondslag te dezen niet worden beperkt. Het hof verwijst in dit verband nog naar hetgeen in rechtsoverweging 8.4 van deze beschikking over de vervolgingsgrondslag zal worden overwogen.
7.7 Daarbij komt dat het hof wenst te vermijden dat het te bevelen onderzoek naar de reeds lang geleden gepleegde feiten waar het in deze zaak om gaat bij voorbaat extra wordt gecompliceerd doordat een onderscheid zou moeten worden gemaakt tussen gevallen waarin een foltering de dood ten gevolge heeft gehad en gevallen waarin de dood, ofschoon mogelijk voorafgegaan door een foltering, niet als een gevolg van de foltering kan worden gezien.
8 Andere grondslagen voor een vervolging
8.1 De gebeurtenissen op 8/9 december 1982 kunnen niet als oorlogsmisdrijven worden gezien. Dit was reeds het voorlopig oordeel van het hof in zijn beschikking van 3 maart 2000. De deskundige heeft in paragraaf 3 van zijn rapport aangegeven zich daarmee te kunnen verenigen. Het hof komt mede aan de hand daarvan niet tot een andere zienswijze.
8.2 De deskundige heeft in zijn rapport voorts vermeld dat Verdachte naar internationaal gewoonterecht voor vervolging in aanmerking komt, maar er tevens – naar het oordeel van het hof terecht – op gewezen dat het Nederlandse recht een nationale wet vereist om internationaalrechtelijke verplichtingen in het eigen stelsel te verwerken voor zover het betreft de strafbaarstelling van menselijk gedrag (vergelijk artikel 94 van de Grondwet).
Het hof deelt de visie van de deskundige, dat misdrijven tegen de menselijkheid buiten het kader van de Uitvoeringswet Folteringverdrag in het Nederlandse recht beperkt strafbaar zijn gesteld, namelijk in de Wet Oorlogsstrafrecht. In die wet worden misdrijven tegen de menselijkheid niet als op zichzelf staande strafbare feiten gezien, maar als strafverzwarende omstandigheden in verband met oorlogsmisdrijven. Oorlogsmisdrijven doen zich, zoals hiervoor overwogen, echter in casu niet voor.
8.3 Het voorgaande brengt mee dat het hof geen reden ziet de vervolging van Verdachte op een andere of ruimere grondslag dan de Uitvoeringswet Folteringverdrag te doen plaatsvinden.
8.4 Het hof acht het evenwel wenselijk dat de rechter die over deze zaak ten gronde zal oordelen de vrijheid behoudt het feit of de feiten naar eigen inzicht te kwalificeren. Daarom zal het bevel tot vervolging niet worden geclausuleerd ten aanzien van de precieze juridische grondslag waarop de vervolging zal dienen te geschieden.
9 Slotsom
De klachten zijn gegrond. Vervolging van Verdachte zal worden bevolen. Onder verwijzing naar de overweging 3.7 van zijn beschikking van 3 maart 2000 zal het hof tevens gelasten dat een gerechtelijk vooronderzoek zal worden gevorderd.
10 De verkrijgbaarheid van deze beschikking
Het hof ziet aanleiding deze beschikking algemeen verkrijgbaar te stellen.
11 Beslissing
Het hof:
beveelt de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam [voornamen] Verdachte, geboren op[geboortedatum en -plaats], Suriname, te vervolgen wegens de feiten waarop de beklagen betrekking hebben, gepleegd op of omstreeks 8/9 december 1982 in Paramaribo, Suriname;
gelast de officier van justitie bij de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de arrondissementsrechtbank te Amsterdam
een vordering te doen strekkende tot instelling van een gerechtelijk vooronderzoek met betrekking tot genoemde feiten;
– stelt de tekst van deze beschikking algemeen verkrijgbaar.
Sandew Hira en president Desi Bouterse op een boomstronk in Brokobaka.
HELPER VAN DE DICTATOR:SANDEW HIRA, BROER VAN EEN VAN DE DECEMBERMOORDENSLAC HTOFFERS, ZIT ”GEZELLIG” MET DECEMBERMOORDEN HOOFDVERDACHTE D. BOUTERSE TE PRATEN OP EEN BOOMSTRONKIN BROKOBAKA [BUITENHUIS VAN D. BOUTERSE] IN HET KADERVAN HIRA’S ”GETUIGENIS” PROJECT, EEN POGING TOTSTRAFFELOOSHEID VAN DE DECEMBERMOORDEN http://www.starnieuws.com/index.php/welcome/index/nieuwsitem/32543
HET NINSEE HAD SANDEW HIRA NIET MOETEN UITNODIGEN WAT HIERAAN VOORAF GING:
Beste lezers, De oplettende lezer herinnert zich misschien nog [al gaan de ontwikkelingen inhet nieuws erg snel], dat ik eind juni een artikel geschreven heb, waarin ikprotesteerde tegen een lezing door historicus en econoom Sandew Hirain het Scheepvaartmuseum, over het Surinaamse slavernijverleden, naar aanleiding van de jaarlijkseKeti Koti [Gebroken Ketenen] Herdenking, waarbij de afschaffing vande slavernij door het Koninkrijk der Nederlanden, op 1 juli 1863, in Surinameen de Nederlandse Antillen, wordt herdacht en gevierd. Dankzij protesten van een aantal dappere ijveraars voor de mensenrechtenheeft NINSEE [Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden En Erfenis], dat Hira voor de lezing had uitgenodigd, zijnbijdrage aan die lezing geannuleerd. REDEN VOOR DE PROTESTEN?Het feit, dat publicist Sandew Hira met zijn ”Getuigenis vanpresident Bouterse” een pleidooi heeft gehouden voorhet niet strafrechtelijk vervolgen van de verdachten vande Decembermoorden in 1982, waarbij 15 tegenstandersvan het militaire regime Bouterse [toen dictator] standrechtelijk zijn geexecuteerd.Naar mijn oordeel en dat van de andere protesterenden houdt Hira met zijn ”Getuigenis” project een pleidooi voor straffeloosheid van nota bene een van de ergste politiekemisdaden in Suriname’s geschiedenis sinds de afschaffingvan de slavernij.En daarom is het in mijn ogen moreel onacvceptabel,dat Hira een lezing houdt over de tijdens slavernij enslavenhandel door het Nederlandse ”Gezag” straffeloosgepleegde misdaden! Ziehier mijn artikel: https://www.astridessed.nl/keti-koti-lezing-geannuleerd-wegens-onrust-om-spreker-ninsees-betrokkenheid-bij-straffeloosheidspleidooi-sandew-hira/
PUBLICATIE Het is natuurlijk altijd afwachten, of je Ingezonden Stuk ook gepubliceerd wordt en daarom was ik aangenaam verrast, dat mijn stuk inderdaad is gepubliceerd in de Lezersbrief van Het Parool [de papieren krant] en ook online staat! Ik wil u er graag deelgenoot van maken, vandaar hieronder mijn Ingezonden Stuk! Zie direct hieronder het Stuk van uw Wreker van het Onrecht!
Astrid Essed
PUBLICATIE IN HET PAROOL
LINK
Lezersbrief
‘Het Ninsee had Sandew Hira niet moeten uitnodigen’
Paroollezer Astrid Essed betoogt in deze lezersbrief dat het Ninsee een terecht besluit heeft genomen door Sandew Hira niet te laten spreken voor de Jaarlijkse Keti Kotilezing. Het Parool20 juni 2019, 12:24
Sandew Hira BEELD ANP
Dankzij de acties van een aantal dappere verdedigers van de mensenrechten, waaronder publicist Theo Para, heeft het bestuur van het Ninsee (Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden En Erfenis) een terecht besluit genomen door schrijver en publicist Sandew Hira te annuleren als spreker voor de Jaarlijkse Keti Kotilezing in het Scheepvaartmuseum.advertentie
Feitelijk is het Ninsee al de fout ingegaan door Hira, pseudoniem voor historicus en econoom Dew Baboeram, als spreker uit te nodigen. Sinds 2015 heeft Hira zich met zijn project ‘Getuigenis van president Bouterse’ ingezet om het Decembermoordenproces zo veel mogelijk te frustreren. De huidige president Desi Bouterse staat daarin als voormalig dictator en legerbevelhebber als hoofdverdachte terecht. Hira pleit voor de stopzetting van dit proces.
Dat is hoogst bizar omdat Hira’s broer, John Baboeram, een van de slachtoffers van de Decembermoorden was. Hira’s actie staat bovendien haaks op de beginselen van de rechtsstaat, waarbij mensen verantwoordelijk worden gehouden voor gepleegde misdrijven.
In feite waren Hira’s acties erop gericht de verantwoordelijken voor de Decembermoorden weg te laten komen met wat zij gedaan hadden. Straffeloosheid dus.
Tijdens de militaire dictatuur van Desi Bouterse werden in 1982 vijftien critici van het militaire regime gefolterd en standrechtelijk geëxecuteerd. Dat maakt de Decebermoorden een van de ergste politieke misdrijven sinds de afschaffing van de slavernij in 1863.
Toch wil Hira dat de verantwoordelijken voor deze misdaden niet worden bestraft. Daarom is het moreel ongepast dat deze pleitbezorger van straffeloosheid als spreker stilstaat bij alle onbestrafte misdaden die de tot slaaf gemaakten in die drie eeuwen van koloniale bestialiteit en terreur zijn aangedaan.
Astrid Essed, Amsterdam
Reacties uitgeschakeld voor Het NINSEE had Sandew Hira niet moeten uitnodigen/Publicatie in Het Parool
Het maandblad Obsession Magazine publiceerde in 2008 een foto waarop de zwaargewonde Hawker, liggend op een brancard, wordt verhoord door drie militairen. Hawker werd kort na het verhoor geëxecuteerd.
Deze foto van de tweede grote vrouwenmars in Paramaribo, vorige week donderdag, is nu pas naar buiten gekomen. De politie dreef de betogers op het onafhankelijkheidsplein uiteen. (Nieuws van de Dag, 22 december 1982)
DAPPERE VROUWEN, DIE NA DE DECEMBERMOORDEN,
HET AANDURFDEN DE STRAAT OP TE GAAN OM TE PROTESTEREN!
Het maandblad Obsession Magazine publiceerde in 2008 een foto waarop de zwaargewonde Hawker, liggend op een brancard, wordt verhoord door drie militairen. Hawker werd kort na het verhoor geëxecuteerd.
Deze foto van de tweede grote vrouwenmars in Paramaribo, vorige week donderdag, is nu pas naar buiten gekomen. De politie dreef de betogers op het onafhankelijkheidsplein uiteen. (Nieuws van de Dag, 22 december 1982)
DAPPERE VROUWEN, DIE NA DE DECEMBERMOORDEN,
HET AANDURFDEN DE STRAAT OP TE GAAN OM TE PROTESTEREN!
Het maandblad Obsession Magazine publiceerde in 2008 een foto waarop de zwaargewonde Hawker, liggend op een brancard, wordt verhoord door drie militairen. Hawker werd kort na het verhoor geëxecuteerd.
Deze foto van de tweede grote vrouwenmars in Paramaribo, vorige week donderdag, is nu pas naar buiten gekomen. De politie dreef de betogers op het onafhankelijkheidsplein uiteen. (Nieuws van de Dag, 22 december 1982)
DAPPERE VROUWEN, DIE NA DE DECEMBERMOORDEN,
HET AANDURFDEN DE STRAAT OP TE GAAN OM TE PROTESTEREN!
Voor wie dit direct wil lezen, sla de Inleiding over.
INLEIDING:
Voor het slagen van het kwaad, Is niets anders nodig dan dat goede mensen niets doen.
Als goede mensen niets anders doen dan voor hun gezinsleden zorgen, hun sport beoefenen, televisie kijken, kunnen kwade krachten ongestoord hun rampzalige praktijken uitvoeren.
De kwade krachten worden dan niet gehinderd door de zogenaamde zwijgende meerderheid.