NOOT 80/WEES PARAAT!

[80]

FRANS TIMMERMANS/”NU BREEKT HET UUR AAN, DAT WIJ DE

DEMOCRATIE GAAN VERDEDIGEN!”

ASTRID ESSED

YOUTUBE.COM

FRANS TIMMERMANS (GROENLINKS-PVDA) REAGEERT OP DE EXITPOLL

[Frans Timmermans komt op het podium

Applaus….!]

[Frans Timmermans]

0.23:

”Wat ontzettend…wat ontzettend fijn…om jullie allemaal te zien.

….

Ik heb jullie ook even nodig vanavond…..

[Opnieuw gejuich, applaus…]

[Frans Timmermans, vervolgt]

0.45: ”En ik zal heus wel al die dingen zeggen die nu

van mij verwacht worden, maar voordat ik dat doe

…..

[Frans Timmermans vervolgt]:

0.52

”Hou mekaar nou even vast….

0.56

”Wij laten in Nederland niemand los!….

[Gejuich, applaus….!]

[Frans Timmermans vervolgt]:

1.12 

”En als je in de komende dagen in de buurt, op school, op het werk,

mensen tegenkomt, die na vanavond denken ”hoor ik hier nog wel?”

dan zeg je heel duidelijk: ”JA!”….

1.27

[Gejuich]……

[Timmermans vervolgt]

”1.28

”JA!”

[Opnieuw gejuich, geklap!…]

[Frans Timmermans vervolgt]

1.34

”En …en…en doe me een plezier, doe me een plezier

en zeg er dan meteen bij:

1.44 

”GroenLinks-Partij van de Arbeid is mede die linkse samenwerking aangegaan

om tegen jullie te kunnen zeggen:

1,53 

”We’ve got your back!

[Applaus, gejuich….]

[Frans Timmermans vervolgt]

2.00

”In Nederland is iedereen gelijk!

[Gejuich!]

2.05

[Frans Timmermans vervolgt]

”Het maakt …..[gejuich!]……

[Frans Timmermans vervolgt]

2.10

”Het maakt niets uit waar jouw wieg stond, waar de wieg van je

ouders stonden, waar de wiegen van je grootouders stonden

2.18 ”Je hoort erbij!”

Gejuich….!]

[Frans Timmermans vervolgt]

2.24

”En ook ….[gejuich…!]

2.27 

zeg ik tegen mensen: die op dit moment op plekken

op de aarde wonen waar misschien oorlog uitbreekt

en dat ze moeten vluchten…en dan zeg ik daar ook tegen

die mensen: 

2.42

”In Nederland …als Groen Links en Partij van de Arbeid

het voor het zeggen zouden hebben, ben je welkom als

je vlucht voor oorlog en geweld.

2.50

[Gejuich….!]

[Frans Timmermans]

2.51 

”Dat zal nooit veranderen voor ons!”

2.53

[Gejuich….!]

[Frans Timmermans]

3.10

”En natuurlijk, natuurlijk …we blijven netjes…ik feliciteer

Geert Wilders met zijn verkiezingsoverwinning [3.19]

[Boegeroep!….]

Frans Timmermans

3.22

”Nee, wij zijn democraten, de democratie heeft gesproken,

nu breekt het uur aan, dat wij de democratie gaan verdedigen!…[3.31]

‘3.31 ‘JA! vanuit de Zaal, Gejuich!……,,,,,,

[Frans Timmermans]

3.37

”Dus wij zullen…wij zullen schouder aan schouder met al

die andere democraten in Nederland, die het met ons eens zijn,

de rechtsstaat blijven verdedigen, de rechtsstaat is heilig voor ons!

[3.50]

[Gejuich…..!]

[Frans Timmermans]

3.58

En ja….en ja….en ja….en ja….ook ik ben teleurgesteld

in de uitslag, ook in onze uitslag.

Ik had op veel meer gehoopt.

Maar tegelijkertijd is het ook zo, dat twee partijen, die mekaar

gevonden hebben nog niet zo lang geleden, die samen de

verkiezingen ingaan, met al die mensen, die zo hard gewerkt hebben, 

vanaf de campagneleiding onder leiding van Sava Buren [?] tot jullie

allemaal, tot al die afdelingen in het land, schouder aan schouder.

Geen verschil meer tussen Groen en Rood, ja wel in kleur,

maar niet in inzicht.

Dat heb ik gemerkt de afgelopen maanden.

En dat mensen, is iets wat we moeten uitbouwen, we moeten tegen

die andere linkse partijen zeggen:

”Kijk wat er gebeurt, als wij niet verenigd zijn.

Sluit je bij ons aan. Laten we een vuist maken tegen

onrecht, een vuist maken tegen discriminatie, een vuist maken tegen

uitsluiting, en een vuist maken in de strijd tegen armoede,

Laten we dat doen! [5.01]

[Gejuich….!]

5.14

[Frans Timmermans]

”En tegen jullie …tegen jullie hoef ik dat niet …tegen jullie hoef ik

dat niet te zeggen..

Maar ik zeg het ook voor de professionele volgers hier aanwezig.

5.25 ”Wij zullen nooit in een coalitie stappen met een partij, die

Nederlanders uitsluit!” [5.31]

[Gejuich!….]

[Frans Timmermans]:

5.41

”Wij zullen nooit een coalitie vormen met partijen, die doen alsof

asielzoekers de bron zijn van alle ellende..5.50 .[Gejuich]

5.50

”Nee!

[Gejuich!….]

6.02

[Frans Timmermans]

”En we hebben wel nog een grote taak:

Als ik naar deze verkiezingen kijk en ook sommige reacties

die ik zie, dan denk ik dat het bij heel veel mensen nog niet echt

is doorgedrongen, wat er vanavond echt is gebeurd.

Dat zal in de komende dagen en weken steeds duidelijker worden.

En in die komende dagen en weken zullen wij steeds meer gaan

zien hoe zwaar, hoe belangrijk, hoe essentieel onze opdracht is

om te staan voor dat Nederland waar we niemand uitsluiten.

Om te staan voor dat Nederland waar we iedereen omarmen.

Om te staan voor dat Nederland waar we niet kijken wat je achtergrond is,

wat je religie is, wat je huidskleur is.

Dat Nederland vertegenwoordigen wij en we zullen ervoor zorgen, dat

steeds meer Nederlanders aan onze kant komen te staan! 6.50

[Gejuich….!]

[Frans Timmermans]

7.10

”En jongens, tot slot, tot slot:

Ik kan niet verstoppen, dat ik ontzettend verdrietig ben vanavond.

En dat heeft niets te maken met onze uitslag, want dat hebben we

keurig gedaan.

Het heeft zeker niks te maken met jullie harde knokken, want dat

hebben jullie fantastisch gedaan.

[Gejuich….!]

Echt waar.

7.32

”Maar het heeft te maken met het feit, dat we tot nu toe nog niet

voldoende Nederlanders hebben overtuigd van dat je niet de problemen,

die we hebben-en die zijn groot-kunt oplossen over de rug van andere

mensen, dat gaat niet.

We doen het samen of het lukt niet.

Wij gaan het samen doen, wij blijven samen strijden, we zullen

laten zien, dat een solidair, ander, beter Nederland mogelijk is,

samen met jullie gaan we ook al die mensen overtuigen, die

nu nog niet echt gezien hebben, wat er op het spel stond, maar die

dat in de komende dagen en weken zullen zien.

Met hen samen maken we dit betere, solidaire Nederland.

Ik geloof erin, jullie ook…8.12

[Gejuich…..!]

[Frans Timmermans heft de vuist]

EINDE YOUTUBE FILMPJE

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 80/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 79/WEES PARAAT!

[79]

WILDERS’ HEILSTAAT VOOR WIT NEDERLAND/PARADIJS OP

AARDE?

ASTRID ESSED

24 DECEMBER 2021

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 79/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 78/WEES PARAAT!

[78]

HISTORIEK

GESCHIEDENIS VAN HET ANTI-SEMITISME IN WEST EUROPA

8 FEBRUARI 2023

Vooroordelen over Joden bestaan al duizenden jaren. De lange geschiedenis van anti-Joods denken en doen, met als voornaamste aandachtsgebied West-Europa, is het onderwerp van Chris Quispels fraaie boek Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat. De geschiedenis van het antisemitisme in West-Europa (Uitgeverij Verloren, 2016). Het boek is een uitwerking van een collegereeks die Quispel al ruim twintig jaar geeft aan de opleiding Geschiedenis van de Universiteit van Leiden.

Quispel kiest voor West-Europa als aandachtsgebied, omdat hier de eerste massale Jodenvervolgingen plaatsvonden in de Middeleeuwen en omdat het West-Europeanen waren die tijdens de Tweede Wereldoorlog plannen maakten én uitvoerden om miljoenen Joden te vermoorden. Op deze manier bakent Quispel de thematiek goed af. Natuurlijk valt er genoeg voor te zeggen om (bijvoorbeeld) ook het islamitische, Russische of Amerikaanse antisemitisme in een historische analyse van de Jodenhaat op te nemen, maar dit zou wel geleid hebben tot een enorm handboek. Door Quispels geografische afbakening blijft de hoeveelheid stof behapbaar.

Quispels boek is zowel chronologisch als thematisch-geografische van opzet. Na een hoofdstuk over de voorchristelijke Oudheid, volgen onder meer bijdragen over de Joodse visie in de vroegchristelijke kerk, de opvattingen van Luther en andere opiniemakers uit de vroegmoderne tijd en het racistisch denken in de negentiende eeuw. Vanuit een thematisch-geografisch oogpunt gaat Quispel in op het antisemitisme in DuitslandFrankrijk, Oostenrijk en Nederland. Tot slot passeren de ‘Protocollen van de Wijzen van Sion’ en de ontwikkeling van het antisemitisme na de Tweede Wereldoorlog de revue.

Joden: ‘bitter als gal en zuur als azijn’

De vroegste Jodenvervolgingen in Europa deden zich voor tijdens de Eerste Kruistocht van 1096, toen de kruisvaarders het leven van Joden in de Rijnstreek zuur maakten (lees: aan veel levens een eind maakten). Eeuwen eerder waren Joden echter ook al stelselmatig de zondebok. Zo beschreef de Romeinse historicus Flavius Josephus (37-100) in zijn werk al talloze voorbeelden van hevige anti-Joodse uitlatingen van Hellenistische en Egyptische schrijvers uit de pre-christelijke Oudheid. Later deden theologen en kerkvaders er in hun geschriften nog een flinke schep bovenop.

Met name de bekendste kerkvader Augustinus van Hippo (354-430) was in zijn geschriften expliciet als het over de Joden ging. Hij schreef dat Joden ‘bitter als gal en zuur als azijn’ waren’. En ‘aards en zinnelijk, wellustig en verdorven’. Het Joodse volk, aldus Augustinus, ‘danste rondom het gouden kalf’. Quispel vervolgt met:

In zijn werk ‘Tractatus Adversos Judaeos’ (Traktaat tegen de Joden), waaruit deze uitspraken komen, nam Augustinus geen blad voor de mond. Hij was niet de enige kerkvader die zich tegen de Joden keerde. Preken en geschriften van vroegchristelijke theologen, bisschoppen en andere vooraanstaande geestelijke leiders uit de eerste eeuwen van onze jaartelling, staan vol met anti-Joodse uitspraken. Dat begint al in het Nieuwe Testament, in het evangelie van Johannes en dat zal eigenlijk niet meer ophouden.” (29)

In theologische geschriften en werken uit de vroegchristelijke tijd kwamen telkens dezelfde thema’s terug. Een vaak aangehaald argument was dat Joden Godsmoordenaars waren: zij hadden Jezus gekruisigd. Ook leefden ze volgens starre wetten en regels, los van het religieuze gevoel, en geloofden ze niet in Jezus als de Messias. Ten slotte stuitte de Joodse bekeringsijver tegen het zere been van de kerkvaders en theologen.

Maarten Luther

In het boek komt uiteraard ook de reformator Maarten Luther voorbij. Aan het eind van zijn leven schreef hij felle antisemitische pamfletten. Mede hierom zou Adolf Hitler deze reformator betitelen als ‘de grootste Duitser ooit’. Terecht constateert Quispel dat Luther niet altijd op dezelfde manier over Joden schreef. Tot 1517 schreef hij over de Joden als arrogant en liefdeloos, maar in de eerste jaren vanaf de Reformatie kreeg hij meer begrip voor Joden, omdat hij inzag dat de slechte behandeling van Joden door de Rooms-Katholieke Kerk een barrière vormde voor Joden om zich tot het christendom te bekeren. Luther schreef bijvoorbeeld:

“Als ik Jood was geweest en de stomkoppen en sukkels had gezien die het christelijke geloof verkondigden, zou ik liever een zeug zijn geworden dan een christen.”

Later in zijn leven was Luther weer een stuk minder verdraagzaam. Het meest bekend is zijn schotschrift uit 1543, Von den Juden und Ihre Lügen. In dit geschrift rekende Luther eerst af met de vermeende Joodse geloofsopvattingen, om vervolgens een scheldkanonnade te openen en voor te stellen wat er met de Joden zou moeten gebeuren:

“Rabbijnen zijn vervloekte leugenaars die hun gelovigen vergiftigen. Joden zijn duivelskinderen, dei wanneer hun Messias ooit zou komen, hem zevenmaal erger zouden kruisigen en belasteren dan ze met de onze hebben gedaan. (…) Geen wonder dat Luther harde maatregelen wilde nemen tegen de Joden. Eerst moesten Joodse scholen en synagogen in brand worden gestoken. Vervolgens moesten de huizen van de Joden worden verwoest en afgebroken. De Talmud en andere Joodse boeken, waaruit zij hun verafgoding en leugens leerden, moesten worden afgenomen en verbrand. Rabbijnen moesten op straffe des doods worden verboden lessen te geven. Joden zouden zich niet meer op straat mogen begeven. Hun geld, hun sieraden en alles van waarde moest worden afgenomen. Daarna zouden Joden worden opgepakt en tewerkgesteld om in hert zweet huns aanzijns hun brood te verdienen.” (99)

Feitelijk was dit het programma dat in de twintigste eeuw, door de nazi’s, tegen de Joden zou worden uitgevoerd, maar dan met genocide als (niet te negeren) ‘aanvulling’. Anachronismen zijn makkelijk gemaakt en ook gevaarlijk, dus Quispel zet Luther een een juist historisch perspectief door op te merken dat Luther net zo fel tekeerging tegen katholieken en islamieten als tegen de Joden. Alle drie godsdiensten zag hij als dwaalleren en gevaren voor het christendom.

Amsterdam: gastvrij en tolerant

De houding van de Nederlanders ten opzichte van Joden, in de zeventiende en achttiende eeuw en ook daarna, was uniek en blijft in Quispels boek dan ook niet onbesproken. In 1795 leefden er zo’n 30.000 Joden in de Republiek, circa 1.5 procent van de totale bevolking. Verreweg de meesten van hen, 2.000 personen, woonden in Amsterdam, waar ze bijna 15 procent van de bevolking uitmaakten. Van de Amsterdamse Joden waren 19.000 Asjkenazisch en 3000 Sefardisch. De mate van acceptatie van de Joden in de Neerlanden was uniek: ze hadden een relatief grote bewegingsvrijheid en er bestond tussen kooplieden geen strikte sociale scheiding tussen Joden en niet-Joden. Quispel:

Een Joodse koopman uit Hannover noemde het verschil in behandeling van de Joodse bevolking tussen Amsterdam en Londen aan de ene kant, en de Duitse staten aan de andere kant: ‘hert verschil tussen hemel en hel’.”(198)

Boek: Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat

WIKIPEDIA

JODENVERVOLGINGEN NA DE ZWARTE DOOD

https://nl.wikipedia.org/wiki/Jodenvervolgingen_na_de_Zwarte_Dood

NEDERLANDS DAGBLAD

WAAROM EUROPA ANTISEMITISCH WERD

15 FEBRUARI 2019

https://www.nd.nl/cultuur/boeken/534748/waarom-europa-antisemitisch-werd

Nieuws

 De Duitse historicus Götz Aly verklaart waarom er in grote delen van Europa werd meegewerkt aan de moord op de Joden.

In de Tweede Wereldoorlog werden zes miljoen Joden vermoord. Volgens een van de overlevenden, de historicus Saul Friedländer, die een standaardwerk over de Jodenvervolging schreef, Het Derde Rijk en de Joden, heeft ‘geen enkele maatschappelijke groepering’ zich toen solidair verklaard met de Joden. Door het ontbreken van ‘noemenswaardige tegenkrachten’ konden de nazi’s hun gang gaan, schreef Friedländer. Waarom ondervond het antisemitisme zo weinig tegenstand en waarom werkten zo veel Polen, Roemenen, Oekraïners, Nederlanders en Fransen mee aan de vernietiging van de Joden in de Tweede Wereldoorlog? Op die vraag wil de Duitse journalist en historicus Götz Aly een antwoord geven in zijn boek ­Europa tegen de Joden 1880-1945. Hij zoekt het antwoord in de tijd na 1880, toen het antisemitisme in Europa sterk toenam. De term ­antisemitisme, in 1860 gemunt door de Joodse oriëntalist Moritz Steinschneider, kwam in zwang. In 1882 vond in Dresden het eerste

Internationale anti-Joodse congres plaats. Dat jaar werden er in Rusland strenge wetten uitgevaardigd tegen de ruim vijf miljoen Joden in het land.

Een jaar eerder, na de moord op tsaar Alexander II, waar de Joden niets mee te maken hadden, waren de Russische Joden het slachtoffer geworden van een geweldsuitbarsting (pogrom), die tientallen van hen het leven had gekost. De pogroms bleven doorgaan. Een onbenullig voorval kon zomaar in een bloedbad eindigen, zoals in Chisinau in 1903, waar enkele jongeren Joden lastigvielen. De politie verjoeg de jongeren, waarna een groep arbeiders ‘Dood de Joden!’ begon te roepen, en de halve stad zich als één man op de Joden wierp. Hun huizen en winkels werden leeggeroofd en vernield. Er vielen 49 doden.

De pogrom in Chisinau vond elders navolging. In anderhalf jaar waren er 639 pogroms, waarbij 985 Joden werden gedood. De pogroms in Rusland brachten een uittocht teweeg. Tussen 1880 en 1904 emigreerden 800.000 Joden uit Oost-Europa naar Amerika.

arbeiders

Het geweld tegen de Joden in Rusland is maar een van de vele huiververhalen in het boek van Götz Aly. Bijna systematisch beschrijft hij wat er in welk land tussen 1880 en 1945 met de ­Joden is gebeurd. Het heeft het karakter van een naslagwerk, maar biedt meer, doordat de schrijver patronen en ontwikkelingen aanwijst en verklaringen geeft voor de Jodenvervolging in Europa vanaf 1880. Volgens Götz Aly is er een verband tussen de groei van het antisemitisme en de sociale en economische emancipatie van de massa’s in Oost-Europa, met name Rusland. De arbeiders en middenstanders die in 1903 in Chisinau tekeergingen tegen de Joden, voelden zich belemmerd en bedreigd. Het lijfeigenschap was afgeschaft, het achterlijke Rusland werd langzamerhand moderner, en een kleine klasse van kooplieden, bankiers, ondernemers en ingenieurs verdiende er goed aan. Die kleine minderheid bestond voor een groot deel uit Joden. Het kwam de regering wel goed uit als de arme massa’s zich tegen de Joden keerden, en niet tegen het gezag. Het antisemitisme werd gedoogd, en geregeld aangemoedigd en wettelijk gelegitimeerd.

Na de revolutie van 1917 werd het Russische antisemitisme eerder sterker dan zwakker. Het kreeg soms een racistisch trekje. De eerste Sovjetminister van Onderwijs, Loenatsjarski, vond dat Joden met Russen moesten trouwen, omdat de Russen zo traag en boers waren en de Joden zo slim en snel. Waarna hij Lenin citeerde: ‘Laten we daarom ons bloed mengen en door deze vruchtbare vermenging het mensentype vinden dat het bloed van Joden als kostelijke, duizend jaar oude wijn in zich meedraagt.’ In 1938 begonnen de Russische autoriteiten een proef met een persoonsbewijs. Joden kregen een persoonsbewijs waarin ze niet als Sovjetburger of als Rus, maar als Jood werden aangeduid.

overwinnaars

Het denken in termen van Joods ras en Joods bloed en het gebruik van persoonsbewijzen om Joden te herkennen waren al gewoon voor de nazi’s er berucht mee werden. Götz Aly geeft meer voorbeelden van nazimethoden die al voor Hitlers machtsovername gangbaar waren. Na de Eerste Wereldoorlog meenden de overwinnaars dat de volken van Europa recht op zelfbeschikking hadden. De grenzen werden opnieuw getrokken, volkeren verhuisden.

Honderdduizenden Duitsers moesten uit voormalige Duitse gebieden vertrekken, zoals Elzas en Lotharingen, die in 1871 op Frankrijk veroverd waren. Na de Duitse nederlaag in 1918 werden ze teruggegeven. Duitsers die zich na 1871 in Elzas en Lotharingen gevestigd hadden, kregen een speciaal persoonsbewijs en verloren hun werk. Inwoners met een Duitse ouder werden gemengdbloedigen genoemd en moesten naar andere delen van Frankrijk verhuizen. De hele bevolking werd geregistreerd aan de hand van de geboorteplaats van hun ouders en grootouders.

Götz Aly spreekt van ‘systematische, met bureaucratische middelen uitgevoerde massale selectie van een complete bevolking’. Het middel was geheel nieuw in Europa en zou in de oorlog navolging vinden. Burgers met Joodse ouders of grootouders kregen een persoonsbewijs met de hoofdletter J. ‘Van de aanpak van de Fransen in de Elzas kan men veel leren’, zou Hitler zeggen.

weerloze minderheid

Na de Eerste Wereldoorlog werden vele gebieden in Midden- en Oost-Europa ‘etnisch homogeen’ gemaakt. Steeds ging het gepaard met geweld, dat zich veelvuldig tegen de Joden keerde. Bij talrijke pogroms vielen meer dan honderdduizend doden. Götz Aly draagt daarvoor allerlei verklaringen aan. De Joden waren een weerloze minderheid, zonder vaderland, gehaat om hun status en rijkdom, veracht om hun armoede. Hun belagers voelden zich onzeker door de snelle modernisering, ze wilden zich etnisch profileren, ze waren gekweld door het oorlogsleed, teleurgesteld in hun verwachtingen. Ze zochten een uitlaatklep, en vonden die in het geweld tegen de Joden. Maar hoe scherpzinnig en aannemelijk die verklaringen ook zijn, de geur van irrationaliteit kunnen ze nooit geheel verdrijven.

Na de Holocaust leek de haat tegen de Joden eerder groter dan kleiner geworden. Joden die terugkeerden uit de kampen, kregen een kil onthaal en waren bijna nergens welkom. Götz Aly geeft vele, schrijnende voorbeelden, gevolgd door een verklaring: miljoenen Euro­peanen hadden het verdwijnen van de Joden toegejuicht, gezwegen over de deportaties, en geprofiteerd van de huizen en het huisraad die de Joden hadden nagelaten.

Weer zo’n waarheid die niet ophoudt te ver­bazen. ¦

Europa tegen de Joden 1880-1945

Götz Aly. Uitg. Verbum, Hilversum 2018. 440 blz. € 29,50

+ nuttig overzichtswerk

+ plaatst Holocaust in perspectief

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 78/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 77/WEES PARAAT!

[77]

NRC

XENOFOBIE IS EEN OEROUDE ANGST, DIE DOOR STRESS KAN OMSLAAN

IN HAAT EN GEWELD

https://www.nrc.nl/nieuws/2025/02/06/xenofobie-is-een-oeroude-angst-die-door-stress-kan-omslaan-in-haat-en-geweld-a4882101?t=1739130688

Xenofobie is een oeroude angst die door stress kan omslaan in haat en

geweld

Vreemdelingenangst is diep geworteld in de mens. Soms speelt die

xenofobie hevig op en worden zondebokken met geweld bejegend. Hoe kan

dat?

Bart Funnekotter

Gepubliceerd op 6 februari 2025

Bij de oude Egyptenaren heetten ze ni-remetjoe, niet-mensen. Bij de

bevolking van Mesopotamië apiru, mensen van het vuil. En de Grieken

hadden het over bárbaros, brabbelaars.

Wie denkt dat xenofobie – Grieks: angst voor vreemdelingen – een modern

verschijnsel is, vergist zich. Zodra een beschaving het schrift ontdekte

– of dat nou hiëroglyfen, spijkerschrift of het alfabet was – bleek dat

er een pejoratief bestond voor buitenstaanders: een woord waarmee mensen

die zich buiten de eigen cultuur bevonden werden gekarakteriseerd als

anders en minderwaardig. Zulke vreemdelingen werden altijd afgezet tegen

het eigen volk. Dat was beschaafd, nobel en bracht orde in chaos.

Vijfduizend jaar later is er aan vreemdelingenangst en -haat nog altijd

geen gebrek. Enkele recente voorbeelden: in Zuid-Afrika klonk tijdens

verkiezingscampagne van 2024 zoveel xenofobische retoriek dat Human

Rights Watch waarschuwde dat dit kon leiden tot geweld tegen migranten;

in China werden afgelopen zomer meerdere Japanners neergestoken nadat

een golf van vreemdelingenhaat sociale media had overspoeld; en overal

in de westerse wereld boeken politici die inspelen op het ongenoegen

over de komst van migranten klinkende verkiezingswinst.

Deze schijnbaar mondiale afkeer voor ‘de ander’ roept vragen op. Waar

komt xenofobie eigenlijk vandaan? Hoe wortelen zulke gevoelens zich in

een samenleving? Waarom speelt deze angst op dit moment zo heftig op?

Wanneer wordt angst haat – met alle gevaarlijke gevolgen van dien? En is

daar iets tegen te doen?

Voor het begin van een antwoord op die vragen moeten we vér terug in de

tijd – veel verder dan toen de oude Egyptenaren, Mesopotamiërs en

Grieken hun afkeer van vreemdelingen op schrift stelden. Volgens

evolutionair psychologen was het onderscheid tussen de eigen groep en

‘de ander’ namelijk al van groot belang in de tweehonderdduizend jaar

dat Homo sapiens als jager-verzamelaar over de aarde trok. „En je ziet

zo’n tweedeling ook bij onze verwanten als chimpansees en bonobo’s”,

zegt Kees van den Bos, hoogleraar sociale psychologie aan de

Universiteit Utrecht. „Alle primaten werken met in- en out-groups.”

    Het proces verloopt geleidelijk: het begint met het dehumaniseren

van de ander

    Kees van den Bos hoogleraar

De jager-verzamelaars die de voorouders waren van de huidige mensheid,

hebben een evolutionair voordeel gehad van dit gedrag, zegt Van den Bos.

„Om het eenvoudig te stellen: je kon pas goed op een mammoet jagen als

je dat samen deed: de een maakte een mooie speer, de ander was de beste

speurder en een derde de beste werper. Mensen die tot dit soort

samenwerking geneigd waren, lagen beter in de groep en hadden daardoor

meer kans hun genen door te geven.”

Samenwerken doe je eerder met een persoon van wie je weet dat die

coöperatief is ingesteld én geen speer in je rug gooit als je even niet

oplet, zegt Van den Bos. „Dat betekent dat ook het vermogen tot

zelfcontrole waarschijnlijk een eigenschap is waarop positieve selectie

heeft plaatsgevonden.”

De voordelen van groepslidmaatschap zijn voor een jager-verzamelaar

evident, aldus Van den Bos. Maar wat te doen met een ander groepje Homo

sapiens dat zijn oog op dezelfde mammoet heeft laten vallen? „Dan

ontstaat er strijd. De groep die zich het scherpst bewust was van de

mogelijke concurrentie en daartegen het trefzekerst optrad, had de

meeste kans op overleven. In een dergelijke competitieve situatie wordt

de band met de eigen groep nog sterker. Mensen houden van zulke

situaties: we willen graag dat onze groep beter is dan de andere groep.

Basking in reflected glory, noemen psychologen dat.”

Een voorliefde voor de eigen groep en afkeer van andere groepen was dus

een belangrijk onderdeel van tweeduizend eeuwen evolutie van Homo

sapiens. De mens is inmiddels al een jaar of 10.000 een honkvaste

landbouwer, maar bezit deze reflexen nog steeds. Van den Bos:

„Harvard-psycholoog Josh Green laat die doorwerking mooi zien in zijn

boek Moral Tribes: Emotion, Reason, and the Gap Between Us and Them. Hij

stelt: we zijn morele wezens – we streven het goede na, het morele, het

juiste. Maar dan wél voor onze eigen stam. En ten opzichte van andere

stammen kunnen we ons juist heel competitief, immoreel of zelfs

agressief gedragen.”

Dit begint vaak met het naar beneden halen van de concurrent. Van den

Bos: „Out-group derogation heet dat. Zoiets kan onschuldig beginnen –

een pesterige opmerking – maar kan escaleren als de andere groep als

moreel onrechtvaardig wordt gezien. Het proces verloopt geleidelijk: het

begint met het dehumaniseren van de ander, zodat je niet meer te maken

hebt met mensen van vlees en bloed. Daarna is de stap naar geweld

makkelijker gezet.”

Ontstaan van de natiestaat

De moderne mens zit dus opgezadeld met een oeroude xenofobische impuls.

Sociologen bestuderen hoe die gevoelens verankerd raken in de

samenleving, zegt Marcel Lubbers. Hij is hoogleraar interdisciplinaire

sociale wetenschap aan de Universiteit Utrecht, gespecialiseerd in

onderzoek naar maatschappelijke cohesie en de invloed van migratie

daarop. „Door instituties te creëren die in dienst staan van de eigen

groep, wordt automatisch ook ‘de ander’ gedefinieerd. Daarmee is er dus

niet langer sprake van een onbestemd gevoel over vreemdelingen, maar

bakenen we duidelijk af wie er wel en wie er niet bij de in-group

hoort.”

Een goed voorbeeld van dit proces, zegt Lubbers, was het ontstaan van de

natiestaat in de negentiende eeuw. „Toen werden allerlei instituties in

het leven geroepen die moesten definiëren wie er tot het ‘wij’ van deze

staten behoorden: denk aan scholen en musea die dit idee van generatie

op generatie hebben doorgegeven.”

Deze instituties zijn er niet alleen op gericht ‘wij’ en ‘zij’ te

definiëren, zegt Lubbers. „Ze willen het ‘wij’ ook bestendigen en

bevoordelen. Daartoe wordt het contrast met het ‘zij’ goed aangezet,

soms zelfs zo stevig dat ‘de ander’ inferieur wordt gemaakt. Dat was

bijvoorbeeld sterk het geval in de tijd van de slavernij, toen het

racisme geïnstitutionaliseerd raakte dat de onmenselijke behandeling van

zwarte mensen mogelijk maakte.”

Naast de behoefte van een samenleving om een duidelijke afscheiding

tussen de eigen groep en de buitenwereld te creëren, is er nog een

sociologische verklaring voor het voortdurende bestaan van xenofobie,

zegt Lubbers. „Het betreft de zondeboktheorie. In een samenleving

ontstaan op allerlei manieren frustratie. Om de samenhang in een

maatschappij te kunnen behouden, wordt er gezocht naar manieren om die

frustraties af te reageren. Daarvoor worden mensen gebruikt die niet

behoren tot de in-group, zodat de interne cohesie van de ‘wij’ niet in

gevaar komt. Dat is een moment dat vreemdelingenangst kan omslaan in

vreemdelingenhaat, al dan niet met geweld. De ‘anderen’ worden een

uitlaatklep.”

Die out-group hoeft daarvoor niet eens als inferieur te worden

afgeschilderd, weet Lubbers. „Het is genoeg om te benadrukken dat deze

mensen anders zijn. Je ziet dat radicaal-rechtse partijen dit doen. Zij

zeggen: deze culturen zijn gewoon te verschillend om te mengen. Die

notie alleen al leidt tot een versterking van het groepsgevoel.”

Existentiële dreiging

Onder welke omstandigheden kan het zover komen? Lubbers: „Als de

onzekerheid in een samenleving te groot wordt. Dat kan op allerlei

manieren: het kan gaan om politieke of economische instabiliteit, maar

ook om de komst van grote groepen migranten. Dat zijn inderdaad zaken

waar de westerse wereld de afgelopen jaren mee te maken heeft gehad.”

Vaak heeft de vreemdelingenhaat nog wel een zetje nodig van bovenaf,

zegt Léonie de Jonge, hoogleraar politicologie aan de universiteit van

Tübingen en gespecialiseerd in radicaal- en extreemrechts. „In de

context waarin ik xenofobie onderzoek, is die angst altijd heel sterk

gekoppeld aan het nativisme: een vorm van nationalisme die stelt dat

alle niet-inheemse elementen – en dan met name personen, maar ook ideeën

– een bedreiging vormen voor de homogene natiestaat.”

Radicaal-rechtse politici mobiliseren culturele onvrede hierover en

presenteren de aanwezigheid van migranten als een existentiële dreiging

voor de maatschappij, ziet De Jonge. „Zij wakkeren de angst aan dat de

samenleving wordt overspoeld door vreemdelingen, en plukken daar

vervolgens de electorale vruchten van.”

Maar liften deze politici niet gewoon mee op sentimenten die sowieso

aanwezig zijn in de maatschappij? De Jonge denkt van niet. „Ik vind

België een fascinerende casus. Daar heb je in Vlaanderen een lange

rechts-extreme politieke traditie, maar in Wallonië niet – terwijl uit

onderzoek blijkt dat kiezers in Wallonië niet per se minder xenofoob

zijn dan Vlamingen. Maar omdat die angst door de politici daar niet

geactiveerd wordt – in Wallonië ligt meer de nadruk op economische

thema’s – komt die vreemdelingenangst niet tot uitdrukking in

stemgedrag.”

De Jonge denkt, net als socioloog Marcel Lubbers, dat radicaal- en

extreemrechtse politici in tijden van crisis dit soort gevoelens

makkelijker kunnen mobiliseren. „Maar maatschappelijk ongenoegen is

hierbij dus niet doorslaggevend – zie Wallonië. Het is van groot belang

of gevestigde politieke partijen en de media in dit soort tijden de

angst voor buitenstaanders aanwakkeren, of juist dempen.”

Uit Nederlands onderzoek blijkt dat alleen al het praten over migratie

in de media ervoor zorgt dat de PVV in de lift raakt, zegt De Jonge. „En

als politici van de reguliere, meer rechtse en conservatieve partijen

het hebben over migratie als een bedreiging voor de eigen cultuur, dan

activeren zij sentimenten waarvan vooral partijen op de rechterflank

profiteren.”

De opkomst van extreemrechts is dus geen natuurverschijnsel, benadrukt

De Jonge. Ook niet nu overal in de westerse wereld hetzelfde lijkt te

gebeuren. „De houding ten opzichte van migratie onder de Europese

bevolking is de afgelopen twintig jaar eigenlijk niet fundamenteel

veranderd, en eerder ietsje positiever dan negatiever geworden. De

Amerikaanse politicoloog Larry Bartels laat dat mooi zien in zijn boek

Democracy Erodes from the Top. Wat er is gebeurd: de gevestigde

politieke partijen hebben het veld omgeploegd waarop Wilders en de

zijnen nu oogsten.”

Opvoeding

De moderne mens zit dus met een 200.000 jaar oude neiging om zijn

omgeving op te delen in ‘wij’ en ‘zij’, die onderverdeling is in de

moderne samenleving geïnstitutionaliseerd geraakt én kan door politici

op scherp worden gesteld voor electoraal gewin. Valt er tegen xenofobie

en de daaruit voortvloeiende vreemdelingenhaat überhaupt wel iets te

beginnen als het verschijnsel zulke sterke wortels heeft?

Daarover verschillen psychologen van mening, zegt Kees van den Bos.

„Iemand als John Bargh, die onderzoek doet naar onbewuste denkprocessen,

is van mening dat deze sentimenten zo diep in onze hersens vastzitten

dat de xenofobische reflex automatisch is. Patricia Devine, een andere

belangrijke wetenschapper op dit gebied, denkt ook dat de angst voor de

ander als vanzelf opkomt – maar ook dat daarmee niet het hele verhaal

verteld is.”

Mensen zijn namelijk bereid om onder de juiste omstandigheden die reflex

te controleren en te temperen, stelt Devine. Van den Bos is het met haar

eens, zegt hij. „Dat vermogen tot zelfcontrole is ook iets waarop

waarschijnlijk al in de tijd van de jagers en verzamelaars is

geselecteerd. Dat zie je in veel culturen terug. We willen kennelijk

niet zo’n persoon zijn die toegeeft aan afkeer voor ‘de ander’. Dit zal

met opvoeding te maken hebben: bij veel culturen wordt geleerd ‘het

juiste’ te doen – ook ten opzichte van vreemdelingen. Uit onderzoek van

Devine blijkt dat mensen echt bereid zijn tijd en energie te investeren

in het onderdrukken van de xenofobische impuls.”

Voor wie moeite heeft om financieel zijn hoofd boven water te houden, of

voor iemand die maar geen woning kan vinden, zal die energie er

misschien niet altijd zijn, realiseert Van den Bos zich. „Hier moeten we

zeker niet te simpel over doen. De overheid moet goed uitleggen waarom

ze doet wat ze doet – denk aan het met voorrang toewijzen van woningen

aan statushouders. Als mensen overheidshandelen als kundig en legitiem

ervaren, zijn ze eerder bereid het te accepteren.”

    Als je iemand wegzet als extreemrechts of racistisch, leidt dat niet

tot een verandering van opvattingen

    Marcel Lubbers hoogleraar

Instituties kunnen hierbij een belangrijke rol spelen, zegt socioloog

Marcel Lubbers. „Je kan daarin namelijk een norm van tolerantie

vastleggen – uitdragen wat het belang daarvan is, en waarschuwen voor

wat er gebeurt als het misgaat op dit vlak. Daarvoor zijn in het Europa

van de twintigste eeuw genoeg voorbeelden te vinden.”

Verder zouden instituties – het gaat hier om de overheid, maar

bijvoorbeeld ook om de media – moeten zoeken naar overkoepelende vormen

van ‘wij-zijn’, vindt Lubbers. „Zoiets als de Europese Unie,

bijvoorbeeld. Die is ontstaan om een eind te maken aan de interne

spanningen in Europa.”

Zo’n pleidooi voor universalisme stuit wel op een belangrijk probleem,

realiseert Lubbers zich. „Ja, want hoe verhoudt het zich tot de wens van

de mens om zich thuis te voelen bij een eigen, duidelijk herkenbare

groep?”

Het valt op dat er in veel landen waar extreemrechts in opmars is, een

groot deel van de bevolking vervreemd is geraakt van een groep die

vroeger voor cohesie zorgde, zegt Lubbers. „Denk aan het wegvallen van

religie, van vakbonden, van het belang van sociale klasse. Daarvoor in

de plaats is het vaderland gekomen, nationalisme.”

Wie hier iets aan wil doen, zal andere groepsgrenzen moeten activeren,

zegt Lubbers. „Hier is veel onderzoek naar gedaan. Michèle Lamont

bijvoorbeeld, een Canadese onderzoeker die ook een tijd in Nederland

heeft gewerkt, heeft laten zien dat andere vormen van erkenning

belangrijk kunnen zijn voor mensen die sterk gehecht zijn aan een

natiestaat of een etnische groep. Door ze te erkennen voor hun bijdrage

aan de maatschappij op andere vlakken – hun werk, hun inzet voor de

regio waar ze wonen – kan je daar de angel uithalen.”

Dat werkt in ieder geval beter dan mensen toebijten dat ze een racist

zijn, zag Lubbers in zijn eigen onderzoek. „Als je iemand wegzet als

extreemrechts of racistisch, leidt dat niet tot een verandering van

opvattingen. Mensen worden eerder nog bozer, omdat anderen het weer

beter zeggen te weten. Dan gaan de hakken in het zand.”

Een versie van dit artikel verscheen ook in de NRC van 8 februari 2025

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 77/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 76/WEES PARAAT!

[76]

‘Extreemrechts heeft de journalistiek in een wurggreep, schreef Trouw-columnist Emine Uğur zaterdag. Ze ging in op de tijdelijke verbanning van Geert Wilders op Twitter, of liever gezegd de reactie van parlementair journalist Dominique van der Heyde van Nieuwsuur die meteen voor hem in de bres sprong, ondanks dat ze niet wist waarom hij geschorst werd.

In het Mediaforum wordt gediscussieerd over de vraag of Uğur gelijk heeft. Volgens Wendelmoet Boersma, adjunct van Trouw, is er sinds Fortuyn wel degelijk sprake van een kramp bij de media. De vrees het rechts-populisme te negeren is zo groot dat er vanalles wordt uitgezonden en gepubliceerd. Daardoor zijn bedenkelijke opvattingen acceptabeler geworden.”

BNN VARA/JOOP.NL

LINKSE MENSEN HAKEN AF OMDAT MEDIA TEVEEL RUIMTE

GEVEN AAN EXTREEM-RECHTS

2 MEI 2022

EINDE

Extreemrechts heeft de journalistiek in een wurggreep, schreef Trouw-columnist Emine Uğur zaterdag. Ze ging in op de tijdelijke verbanning van Geert Wilders op Twitter, of liever gezegd de reactie van parlementair journalist Dominique van der Heyde van Nieuwsuur die meteen voor hem in de bres sprong, ondanks dat ze niet wist waarom hij geschorst werd.

In het Mediaforum wordt gediscussieerd over de vraag of Uğur gelijk heeft. Volgens Wendelmoet Boersma, adjunct van Trouw, is er sinds Fortuyn wel degelijk sprake van een kramp bij de media. De vrees het rechts-populisme te negeren is zo groot dat er vanalles wordt uitgezonden en gepubliceerd. Daardoor zijn bedenkelijke opvattingen acceptabeler geworden.

Podcast-maker Elger van der Wel wijst op een ander gevolg. De mainstream media zijn zo bereidwillig in het doorgeven van extreemrechtse geluiden dat daardoor het linkse deel van het publiek afhaakt. Dat leidt tot nieuwsmijden want linkse media die deze burgers bedienen zijn in Nederland na de uiterst rechtse revolte van begin deze eeuw nog amper te vinden.

TROUW

EXTREEM-RECHTS HEEFT DE JOURNALISTIEK IN

EEN WURGGREEP

30 APRIL 2022

https://www.trouw.nl/leven/extreemrechts-heeft-de-journalistiek-in-een-wurggreep~b140ef4e

Twitter heeft het account van Geert Wilders enige tijd opgeschort van­wege een haatdragende tweet. Ik ga het hier nu niet hebben over de willekeur van de Twitter-moderators, want dit was niet eens zijn meest haatdragende tweet. En ook niet over het feit dat Twitter een particulier bedrijf is en zijn eigen spelregels mag bepalen.

Ik wil het wel hebben over de verontwaar­diging van sommige prominente opinie­makers en journalisten. Dominique van der Heyde, chef van de politieke redactie bij de NOS, tikte Twitter op de vingers omdat ‘dit echt niet kan’. Frappant is dat ze dit had ­getweet nog voordat ze überhaupt wist om welke tweet het ging, waarmee ze op heel pijnlijke wijze aantoont hoe extreemrechts de Nederlandse journalistiek in een wurggreep heeft gekregen de afgelopen twintig jaar.

Media zijn zo bang als links of partijdig bestempeld te worden, dat ze het populistische, extreemrechtse onderbuikgeluid volledig de ruimte willen geven. Ook als dit de regels van een social media-platform overtreedt of in strijd is met artikel 1 van de Grondwet. Dat het veel te vaak niet eens gaat om de bescherming van de vrijheid van meningsuiting, maar om de grootte van ­Wilders’ achterban, is veelzeggend. Als er maar genoeg mensen democratisch kiezen voor haat, uitsluiting en uitzetting, moet daar blijkbaar ruimte voor blijven bestaan.

Zelf vond Van der Heyde de tweet niet problematisch

Het ernstigst vond ik echter dat Van der Heyde zelf niets problematisch zag in de bewoordingen van de tweet. Mijn eerste reflex was jarenlang om in zulke gevallen te vragen hoe iets zou overkomen als exact hetzelfde over Joden geschreven zou worden. Ik heb echter lang geleden voor mezelf besloten om dat niet meer te doen. Ik wil Joden en de Holocaust niet tot een instrument in het debat degraderen. Ik wil niet het gezicht van een andere onderdrukte minderheidsgroep lenen om mijn groep menselijk genoeg te maken in de ogen van anderen. 

Het zou niet zo moeten zijn dat een chef politieke redactie bij de publieke omroep pas ziet hoe kwalijk en gevaarlijk de retoriek van een politicus is, als ze het woord moslim verwisselt met Jood. Dat velen dit gevaar niet meer zien of voelen, komt door de structurele dehumanisering van moslims die afgelopen twintig jaar, en de terughoudendheid van de meeste journalisten om hier fel en kritisch tegen op te treden, uit angst voor links aangezien te worden, want ‘de kogel kwam immers van links’.

Het toont ook aan hoe effectief de retoriek van populisten zoals Wilders is, als het interne filter van mensen zodanig kapot is geraakt, dat een moderator ergens in Silicon Valley beter herkent hoe haatdragend de uitlatingen van een politicus zijn, dan de journalisten die erover moeten berichten.

Onze democratie raakt niet in gevaar als een haatdragende tweet van een haatdragende politicus wordt verwijderd, maar wel als we de grootte van zijn achterban als rechtvaardiging gebruiken om hem vrij baan te geven voor het onbegrensd spuwen van zijn haat.

EINDE

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 76/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 75/WEES PARAAT!

[75]”Bovendien zijn het niet alleen de christendemocraten die naar aanleiding van de peilingen naar rechts opschuiven. Ook centrum-rechtse partijen spoeden zich naar de flank, nu xenofobie en nationalisme weer salonfähig zijn. In navolging van de VVD zetten nu ook christendemocraten en rechts-conservatie- ven in Frankrijk, Duitsland, Denemarken, Zweden en Oostenrijk de deur naar extreem-rechts op een kier.

Het is een riskante strategie, zo ontdekte de VVD in november 2023 nadat partijleider Dilan Yeşilgöz de deur openzette voor samenwerking met de PVV. Yeşilgöz overdreef de omvang van de migratiecrisis en profileerde zich als een soort Wilders light in de hoop extreem- en radicaal-rechtse kiezers aan zich te binden. Het tegenovergestelde gebeurde. Liever dan te stemmen op de light-variant hees de kiezer Wilders op het schild.”


VRIJ NEDERLAND

WAT WIL RADICAAL-RECHTS MET EUROPA?

30 MEI 2024

https://www.vn.nl/radicaal-rechts-europa?srsltid=AfmBOoo8NO1NJLzFbh1BdvpVj-3gDZZidUHztv_N98ikW2Kra0UePsqy

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 74

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 75/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 74/WEES PARAAT!

[74]

WAAROM WINT RADICAAL RECHTS OVERAL IN EUROPA?

30 JANUARI 2025

https://www.mareonline.nl/achtergrond/rechts-door-zee

Wat verklaart het succes van radicaal-rechts? Politicoloog Billy Tsagkroni onderzocht de opmars van de PVV en vergelijkbare Europese partijen. ‘Ze zijn eerlijk in waar ze voor staan.’

‘Ik was op vakantie op Lesbos’, vertelt de Griekse politicoloog Billy Tsagkroni (41). ‘Het eerste wat ik zag, waren de metershoge stapels reddingsvesten die de vluchtelingen hadden achtergelaten. Die enorme hoeveelheden waren echt shocking. Dan gaat wel door je heen: wat is hier allemaal gebeurd?

‘We zaten cocktails te drinken in een beach bar toen we vluchtelingen uit het water zagen komen. Ik voelde me een enorme douchebag dat ik daar heel geprivilegieerd van een drankje aan het genieten was en dit voor mijn ogen zag gebeuren. Ineens schoot door me heen: ik moet wat doen. De volgende dag besloot ik om drie maanden te blijven om te gaan helpen in de vluchtelingenkampen.

‘Ik meldde me aan bij Artsen zonder Grenzen en pikte vluchtelingen op om ze naar de verschillende kampen op het eiland te brengen. Ik heb geen doden gezien, maar het beeld van extreem vermoeide mensen die heel veel nare dingen hebben doorstaan, maakt heel veel indruk. Het was maar drie maanden, maar is het minimale wat ik kon doen.’

Schuiven

De vluchtelingencrisis is een van de ontwikkelingen die Tsagkroni onderzocht voor het onlangs verschenen boek Radicalisation and Crisis Management. De universitair docent politicologie beschrijft daarin hoe rechts-radicale partijen in verschillende landen opereren in het migratiedebat, covid, Brexit en de economische crash in 2008. ‘Ik was vooral geïnteresseerd in hoe ze gebruikmaakten van deze crises om meer macht en invloed te krijgen.’

Wat Tsagkroni opviel, is hoe dicht de partijen bij hun ideologie blijven, óók de PVV. ‘Ik had dat niet verwacht. Je moet de aandacht van het electoraat blijven houden. Vaak zie je dat partijen dan wat gaan schuiven en een beetje wegbewegen van de oorspronkelijke ideologie. Radicaal-rechts doet dat nauwelijks. Ze zijn vrij eerlijk in waar ze voor staan en wijken daar door de tijd heen nauwelijks van af.’

Heel soms maakt Wilders een koerscorrectie. ‘Hij is voorstander van een Nexit, het uit de EU stappen van Nederland. Maar toen duidelijk werd dat de Brexit niet goed uitpakte en super messy werd, richtte hij zich weer vooral op het nativisme: het land beschermen tegen invloeden van buiten.’

Een van de redenen dat Brexit überhaupt kon plaatsvinden, was de vluchtelingencrisis en de discussie over migratie. ‘Maar ook belangrijk was dat een groot deel van de Britten door de overheid generatie op generatie is verwaarloosd. Bijvoorbeeld in de gebieden waar in de jaren ‘80 van de vorige eeuw de mijnen zijn gesloten.’ Dat zorgde voor verlies van vertrouwen in de traditionele partijen en versterkte Ukip, de partij die fel campagne voerde voor Brexit.

‘In Nederland is de situatie anders, maar ook hier voelt een deel van de bevolking zich niet gehoord en dat verklaart deels de stem op Wilders.’

Sfeer

Tsagkroni, die toen nog in Londen werkte, merkte aan den lijve hoe de sfeer veranderde toen de discussie over Brexit oplaaide. ‘Ik ben naar Leiden vertrokken na het referendum. Een dag na die verkiezing ben ik bewust gaan solliciteren naar een baan in een ander land. Ik woonde er tien jaar en het kwam erop neer dat de Britten zeiden: “Wij willen je niet meer”. Ik voelde de dreiging op straat. Als ik Grieks sprak met mijn moeder, kregen we vervelende opmerkingen als: “Ga terug naar je eigen land!” Ik had het gevoel dat ik ergens anders heen moest.’

De PVV is ook succesvol omdat andere partijen in Nederland de keuze maakten om mee te gaan in de retoriek van Wilders. De VVD maar ook de PvdA wilden de PVV counteren door in hun verhaal mee te gaan. ‘Toen ik hier net woonde, begin 2017, zat die brief van Rutte waarin migranten en expats direct werden aangesproken in mijn brievenbus.’

In de zogeheten ‘Doe normaal of ga weg’-brief die ook in dagbladen werd gepubliceerd staat onder andere dat er een ‘groeiend ongemak’ is over mensen die ‘onze vrijheden misbruiken om hier de boel te verstieren, terwijl ze juist naar ons land zijn gekomen voor die vrijheid’. Rond dezelfde tijd zei PvdA-leider Diederik Samsom in NRC dat Marokkaanse jongeren een ‘etnisch monopolie’ hadden op overlast.

Tsagkroni: ‘Als je het verhaal van de PVV overneemt, kiezen mensen voor het origineel. De VVD en de PvdA verliezen dan hun identiteit. De PVV niet. Dat zorgt voor loyaliteit onder hun kiezers.’

Tegelijkertijd trekt radicaal-rechts in heel Europa veel kiezers omdat mensen zich door globalisering steeds meer onthecht voelen. ‘Mensen zijn bang voor het verliezen van hun identiteit en connectie met anderen. Dat gevoel van gemeenschap zie je meer bij de radicaal-rechtse partijen, dat willen mensen graag.’

Het is voor linkse partijen lastig om te ageren tegen rechts, vooral als er een crisis is. ‘Bij radicaal-rechtse partijen zijn de vijanden vrij duidelijk: migranten, de islam, de elite. Als je zelf geen baan of huis kunt vinden, dan is de migrant een ideale zondebok. Bij een crisis is er een dreiging, een gevoel van ongemak. Radicaal-rechts maakt gebruik van die negativiteit.’

Behoefte

De grote vijand van links is een stuk abstracter. ‘Het kapitalisme als zondebok is een ander soort emotie. We leven in een superkapitalistische maatschappij, veel linkse mensen leven zelf ook erg kapitalistisch. Ga dan maar mensen ervan overtuigen dat je dat moet aanpakken. Kiezers kunnen zich daar maar moeilijk toe verhouden. Het is aan de partijen om hier een antwoord op te bedenken.’

Soms is links wel succesvol. Na de economische crisis in 2008 behaalden sommige linkse, populistische partijen in Europa een flinke winst: Podemos in Spanje en SYRIZA in Griekenland bijvoorbeeld. ‘Sindsdien is het populistisch-linkse partijen niet meer gelukt een groot deel van het electoraat voor zich te winnen.’

Als zelfbenoemde outsider zag Tsagkroni de stemming ook in Nederland veranderen. ‘Maar er was veel trots op het Hollandse progressivisme, een deel van de nationale identiteit. De maatschappij is veranderd en veel conservatiever geworden. Als dat gebeurt, moet je proberen te begrijpen waarom en luisteren naar mensen in de samenleving. Het heeft geen zin om tegen kiezers te gaan schreeuwen dat ze niet op radicaal-rechts moeten stemmen. Er is een behoefte bij deze kiezers. Zij zien problemen, daar moet je rekening mee houden, en met oplossingen komen waar zij wat aan hebben.’


Billy TsagkroniRadicalisation and Crisis Management, Shifts of Radical Right Discourse. Springer, 124 pgs., €141,69 e-book €85,59

EINDE

VRIJ NEDERLAND

WAT WIL RADICAAL-RECHTS MET EUROPA?

30 MEI 2024

https://www.vn.nl/radicaal-rechts-europa?srsltid=AfmBOoo8NO1NJLzFbh1BdvpVj-3gDZZidUHztv_N98ikW2Kra0UePsqy

Rechts-radicale partijen doen het goed in veel Europese landen. Daarmee krijgen ze de mogelijkheid om zich ook in Brussel te laten gelden. Dat betekent: minder groene ambities, harder migratiebeleid en een zwakkere EU. Is het tij nog te keren?

Dreigen hier nu ook Amerikaanse toestanden? Trump wist in 2016 met rechts-populisme het Witte Huis te veroveren, en wie weet lukt het hem in november opnieuw. Is het denkbaar dat hij tegen die tijd in Europa gelijkgestemden aan de macht vindt?

Zoals wel vaker iets later dan in de Verenigde Staten, heeft radicaal-rechts nu ook in Europa de wind in de zeilen. Bij lokale en nationale verkiezingen stemmen Europeanen steeds vaker op populistische of antidemocratische partijen. Hoe ongewenst deze opmars vanuit een rechtsstatelijk perspectief ook mag zijn, tot nu toe worden populistische regeringsleiders nog enigszins in toom gehouden door één almachtige bestuurslaag die pal staat voor het behoud van onze vrije, democratische instituties: de Europese Unie.

Maar voor hoe lang nog?

Premier Mark Rutte was nooit te beroerd om de Europese subsidiestroom af te knijpen in een poging om collega’s met autoritaire neigingen in het gareel te houden. Maar Rutte is van het toneel verdwenen en nu het kabinet zal worden aangevoerd door een stroman van de PVV, is de positie van pleitbezorger van democratische waarden in de Europese Raad vacant. Italië, Slowakije, Finland, Zweden en Oostenrijk zullen dit gat voorlopig niet vullen. Ook hier staan radicaal-rechtse – of in het geval van Slowakije zelfs pro-Russische – partijen aan het roer. In Frankrijk en Duitsland ontpoppen Alternative für Deutschland en Rassemblement National zich eveneens als serieuze uitdagers van de macht van het politieke midden.

En nu gooien de rechts-populisten ook bij de Europese verkiezingen hoge ogen. Vooropgesteld, een absolute meerderheid zullen ze niet halen. Bij lange na niet. Ook na 9 juni zal een over- grote meerderheid van de zetels in het Europees Parlement worden bezet door klassieke middenpartijen.

En toch ligt een ommezwaai op de loer. Want waar linkse en gematigd rechtse partijen van oudsher progressieve meerderheden konden vormen binnen het Europees Parlement, kan de christendemocratische Europese Volkspartij (EVP) op basis van de peilingen straks ook meerderheden smeden met de eurosceptische ID-groep (Identiteit en Democratie, waar ook de PVV deel van uitmaakt) en de ECR (de Europese Conservatieven, bestaande uit onder meer JA21, de SGP en de Poolse antidemocratische PiS-partij). Als de voortekenen niet bedriegen, gaat er dan een compleet andere wind waaien in Europa.

Een van de lessen van de opkomst van het trumpisme in de VS is dat extreemrechts helemaal geen electorale meerderheid nodig heeft om het beleid naar hun hand te zetten. Het traditioneel-conservatieve establishment binnen de Republikeinse partij was tijdens de voorverkiezingen in 2016 nog fel gekant tegen de antidemocratische retoriek van Trump. Pas toen ze zich realiseerden dat ze de populariteit van Trump konden gebruiken om hun eigen economische en culturele belangen veilig te stellen, omarmden ze de kandidatuur van de vastgoedtycoon. Liever dan consessies te doen aan het progressieve midden, smeedden ze een monsterverbond met een antidemocratische extremist die, zou later blijken, er zelfs niet voor terugdeinsde om een poging tot staatsgreep te plegen toen de kiezer hem na vier jaar beu was.

Natuurlijk is de situatie in Europa niet een-op-een hetzelfde. Waar de Verenigde Staten een twee-partijenstelsel kent, werkt het Europees Parlement met wisselende meerderheden. Toch is het onderliggende principe vergelijkbaar. De Europese christendemocraten kunnen straks ook naar radicaal-rechts kijken om langgekoesterde dromen te realiseren. Dit is niet hypothetisch. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen sluit samenwerking met de populisten niet langer uit. Wat staat Europa te wachten wanneer de traditionele conservatieven in het parlement meerderheden kunnen vormen met extreemrechts?

isolement

Het succes van de rechts-radicalen komt niet uit de lucht vallen; ze zijn al sinds de jaren negentig bezig aan een opmars. Maar tot nu toe bleven ze meestal in de marges van het debat hangen en hadden ze, geïsoleerd door hun eigen extremisme, amper invloed op het beleid. Zo weten de Belgische middenpartijen het Vlaams Belang – dat in golven ongekend populair is bij de Vlaamse kiezer – al decennia effectief buitenspel te zetten met een cordon sanitaire. Geert Wilders gooide in Nederland aanvankelijk zijn eigen glazen in door zich aan het begin van Ruttes lange premierschap tegen hem te keren.

Kiezersonderzoeken voorspellen aankomende Europese verkiezingen steevast een ‘scherpe ruk naar rechts’. De European Council on Foreign Relations (ECFR), een invloedrijke denktank die onderzoek doet naar Europees beleid, concludeerde in januari al dat rechts-populistische partijen met anti-Europese sentimenten in negen lidstaten, waaronder Nederland, waarschijnlijk zullen winnen en in nog eens negen andere landen als tweede of derde uit de bus komen. Daaronder vallen ‘grote’ landen die veel Europarlementariërs leveren, zoals Duitsland, Italië, Frankrijk en Spanje. Maar ook in ‘kleinere’ landen als Nederland, Polen, Roemenië, Hongarije, Zweden, Oostenrijk en Slowakije stevenen radicaal-rechtse partijen af op grote verkiezingswinsten.

asieltsunami

Tot nu toe lukt het Europa’s politieke midden redelijk om lidstaten die de democratie of het staatsrecht ondermijnen te straffen door hun Europese fondsen te onthouden. Een nieuwe samenstelling van het parlement zou het autoritaire leiders makkelijker kunnen maken om een antirechtsstatelijke koers te varen. Denk aan Hongarije en Slowakije, en voorheen aan Polen. Hoogleraar Sarah de Lange, die aan de Universiteit van Amsterdam onderzoek doet naar populistisch rechtse partijen, ziet dit op korte termijn als het grootste risico van een rechtser parlement. ‘Maatregelen om democratische achteruitgang in lidstaten te voorkomen, kunnen worden opgeschort. Dat is mijn grootste zorg. Dus dat er, specifiek voor Hongarije, niet méér druk wordt gezet om de democratische situatie daar te verbeteren.’

Maar op langere termijn? Het grote verbindende thema op rechts is natuurlijk migratie. Rechts-populisten vertellen graag hoeveel ze willen doen tegen de ‘asieltsunami’ of welk ander label ze ook gebruiken om migratie tot probleem en de migrant tot zondebok te maken. Maar op nationaal niveau worden zij belemmerd door Europese regelgeving. Vele van bijvoorbeeld Wilders’ anti-migratiemaatregelen kúnnen simpelweg niet onder de huidige richtlijnen van de EU. Met meer invloed in Brussel komen de radicaal-rechtse partijen dichter in de buurt om hun verkiezingsbeloften te realiseren. Het eeuwige ‘grenzen dicht’ blijft voor de rechtse kiezer in de lidstaten ook na een verkiezingsoverwinning een utopie: voor het sluiten van binnengrenzen is geen draagvlak in Europa. Maar ‘buitengrenzen dicht’ wordt haalbaarder, bijvoorbeeld doordat een groot rechts blok de druk op de Europese Commissie kan opvoeren om asiel- en migratiebeleid aan te scherpen of meer deals te sluiten met landen als Turkije, Egypte en Libië. Een andere optie is om meer nationale ‘vrijheid’ te geven aan lidstaten om eigen regels op te stellen.

de soap rond de natuurherstelwet

Een ander thema waar radicaal-rechts veel te winnen heeft, is op het gebied van natuur-, klimaat- en milieubeleid. Ze zijn – net als de christendemocraten – vóór de boer (lees: agro-industrie), ook als de agrarische activiteiten ten koste gaan van de natuur. Daarop aansluitend zien ze de Green Deal, het omvangrijke pakket aan maatregelen dat onder de hoede van oud-Eurocommissaris Frans Timmermans tot stand kwam, liever vandaag dan morgen sneuvelen.

Wie wil weten hoe de invloed van radicaal-rechts uitwerkt op beleid, hoeft maar naar de totstandkoming van de Natuurherstelwet te kijken, een van de peilers van de Green Deal. In de aanloop van de verkiezingen maakten de christendemocraten vast een preventief rukje naar rechts bij de behandeling van deze ooit ambitieuze set maatregelen. De Natuurherstelwet moet ertoe leiden dat in 2030 ten minste 20 procent van de land- en zeegebieden in de EU hersteld zijn, en in 2050 alle aangetaste ecosystemen. De regelgeving werd in 2022 voorgesteld door de Europese Commissie, nadat het Europees Milieuagentschap in een rapport vaststelde dat het slecht gesteld is met 81 procent van de natuurgebieden in de EU. Het rapport onderschrijft dat toenemende verstedelijking, vervuiling en landbouwactiviteit de grootste druk op natuurgebieden leggen. Dat is niet alleen een probleem voor planten en dieren. Het behoud van robuuste ecosystemen is cruciaal voor de toevoer van voldoende schoon drinkwater, onze voedselvoorziening en de volksgezondheid. Wetenschappers leggen daarnaast steeds vaker de link tussen de inzet van bestrijdingsmiddelen – door de Natuurherstelwet aan banden gelegd – en het ontstaan van allerhande vormen van kanker en de ziekte van Parkinson bij inwoners van het landelijk gebied.

meeliften met de boeren

Na ellenlange onderhandelingen en flinke afzwakkingen van de regelgeving onder druk van lidstaten (waaronder Nederland) en lobbygroepen, had de Commissie in juli 2023 een tekst klaar die acceptabel zou zijn voor een meerderheid van het Europees Parlement.

Voorafgaand aan de stemming in juli 2023 voerde de Europese Volkspartij campagne tegen de wetgeving. De campagne werd geleid door de Duitse EVP-voorman Manfred Weber, die zich gesterkt voelde door de verpletterende winst van de BBB bij de Nederlandse Provinciale Statenverkiezingen. Door zijn partij aan de lobby van de agro-industrie te binden, hoopte de EVP- leider dat zijn partij zou kunnen meeliften op de populariteit van de boerenprotesten die zich steeds verder uitbreidden over het continent.

De EVP-campagne tegen de al sterk verwaterde Natuurherstelwet gebruikte niet alleen ronduit bedrieglijke slogans – posters beweerden dat de voedselzekerheid in het geding zou komen als de wet werd aangenomen – maar ook absurde persoonlijke aanvallen op voorvechter Timmermans, die ervan werd beschuldigd dat hij met de wet de Kerstman uit zijn dorp in Finland zou verjagen.

Mede dankzij een aantal Ierse EVP-leden die tegen de partijlijn in stemden, werd de wet op 12 juli alsnog nipt aangenomen met 324 tegen 312 stemmen.

Het was een bitterzoete overwinning, want van de natuurbescherming die oorspronkelijk werd beoogd, is weinig meer over. Zo zijn regels geschrapt die landbouwgrond weer moeten herstellen, mogen lidstaten de doelstellingen negeren als de voedselzekerheid in het geding is, zijn vrijwel alle specifieke doelstellingen rondom het herstel van (veen-)grond of het vergroenen van steden geschrapt en is er überhaupt geen verplichting voor lidstaten om voor 2030 iets aan natuurherstel te doen.

Maar het had nog slechter kunnen uitpakken voor de natuur. De huidige centrum-linkse meerderheid in het Europees Parlement, die de Natuurherstelwet vorig jaar aan een nipte meerderheid hielp, lijkt na de verkiezingen te verdwijnen. In plaats van 312 stemmen tegen de wet zouden het er, op basis van de peilingen, straks zo’n 392 zijn. Oftewel: een verpletterende overwinning voor de anti-natuurbehoudgroepen.

Bovendien zijn het niet alleen de christendemocraten die naar aanleiding van de peilingen naar rechts opschuiven. Ook centrum-rechtse partijen spoeden zich naar de flank, nu xenofobie en nationalisme weer salonfähig zijn. In navolging van de VVD zetten nu ook christendemocraten en rechts-conservatie- ven in Frankrijk, Duitsland, Denemarken, Zweden en Oostenrijk de deur naar extreem-rechts op een kier.

Het is een riskante strategie, zo ontdekte de VVD in november 2023 nadat partijleider Dilan Yeşilgöz de deur openzette voor samenwerking met de PVV. Yeşilgöz overdreef de omvang van de migratiecrisis en profileerde zich als een soort Wilders light in de hoop extreem- en radicaal-rechtse kiezers aan zich te binden. Het tegenovergestelde gebeurde. Liever dan te stemmen op de light-variant hees de kiezer Wilders op het schild.

valt het allemaal wel mee?

Nu een herhaling van zetten in Brussel lijkt te volgen, doen we er verstandig aan om in kaart te brengen hoeveel radicaal-rechts vanuit het Europees Parlement daadwerkelijk kan bereiken.

Hoogleraar Sarah de Lange merkt op dat vóór de laatste twee verkiezingen de media beide keren de hype rond de opkomst van radicaal-rechts aanzwengelden, terwijl de verkiezingsresultaten alleszins meevielen. Veel van de berichtgeving over de Europese verkiezingen vertoont een soortgelijke hijgerigheid. De Lange: ‘Er wordt een narratief gecreëerd dat uiterst rechts als geheel in opmars is. Maar dat verhaal gaat eraan voorbij dat dit in sommige landen weliswaar het geval is, maar dat het in andere landen veel minder goed gaat met deze partijen dan in het verleden. Dat is één aspect dat ik problematisch vind.’

Toch zijn er dit keer ook op nationaal niveau in veel EU-landen electorale verschuivingen geweest richting de rechterflank. ‘Natuurlijk geldt dat voor sommige lidstaten. Dat geldt voor Nederland, voor Vlaanderen, voor Oostenrijk. Maar als we kijken naar Denemarken of Spanje, dan gaat het juist helemaal niet goed met deze politieke partijen. Het is geen uniforme trend.’

De uitkomst zou dus ook dit keer kunnen meevallen, om nóg een aantal redenen. Ten eerste zijn er grote verschillen in beleid en politiek tussen de partijen die allemaal onder radicaal-, populistisch- en extreem-rechts worden geschaard. Waar bijvoorbeeld de PVV overeenkomsten met andere partijen heeft als het aankomt op migratie, verschilt de kijk op sociaal-economische en culturele thema’s enorm van andere Europese partijen.

Ook bestaan er grote verschillen in opvattingen tussen Zuid-, Centraal- en Noord-Europese partijen aan de rechterflank, afhankelijk van de vraag of ze ‘netto-betaler’ of ‘netto-ontvanger’ zijn van EU-fondsen. Zo zijn de radicaal-rechtse partijen in rijkere landen uitgesprokener tegen meer geld naar de EU en de radicaal-rechtse partijen in de armere landen tegen beperkingen op uitbetalingen als gevolg van staatsrechtelijke erosie.

In de mix heb je ook nog pro-Russische partijen zoals het Nederlandse Forum voor Democratie, dat door het eveneens als extremistisch aangemerkte Alternative für Deutschland als ‘te extreem’ wordt bestempeld. Ook is er grote onderlinge onenigheid tussen de verschillende extremistische partijen over abortus- en lhbtiq+-rechten.

Deze verschillen tussen groepen als ID en ECR maken het moeilijk is om ze als één rechts blok te bestempelen – en dat ze op veel vlakken wellicht niet als blok zullen optrekken. En dan hebben we het nog niet over de interne groepsdiscipline gehad. Een Europese groep bestaat uit een samenraapsel van nationale partijen die afgesproken hebben om het eens te zijn over bepaalde onderwerpen, en dus ook om als groep te stemmen. Maar er is niets dat een partij binnen een groep tegenhoudt om tegen de groepslijn in te stemmen – wat de afgezwakte Natuurherstelwet in eerste instantie redde.

Het gebrek aan consistentie en groepsdiscipline maakt het dan ook moeilijker voor centrumpartijen als de christendemocratische EVP om een verbond te sluiten met radicaal-rechts. Zelfs wanneer de belangen op één lijn liggen. Nationale politiek speelt namelijk ook een rol; sommige nationalistische partijen in ID of de ECR willen liever niet zichtbaar samenwerken met de christen- of sociaaldemocraten uit angst dat hun kiezers dat als problematisch zien.

Ten slotte is er nog het feit dat de macht van het Europees Parlement, vooral ten opzichte van de Europese Raad van regeringsleiders, vrij beperkt is. Ze mogen regulering en commissieleden goedkeuren en budgetten accorderen, maar de echte macht ligt bij de lidstaten. Zo is een Viktor Orbán of Giorgia Meloni veel effectiever in het doordrukken van beleid dan hun partijleden in het Europees Parlement. Tegelijk kunnen gematigde leiders als Emmanuel Macron en Olaf Scholz hier in de Europese Raad ook zonder parlementaire meerderheid effectief tegenwicht bieden.

kunnen we het tij nog keren?

Recente verkiezingen tonen aan dat in de laatste dagen voor een verkiezing nog veel kan verschuiven. Op basis van kiezersonderzoek in negen invloedrijke lidstaten, stelt de ECFR in haar rapport vier strategieën voor die politieke partijen effectief kunnen inzetten om nog wat stemmen terug te winnen op radicaal-rechts.

Als eerste halen de onderzoekers de massale protesten aan die in Duitsland ontstonden na de onthulling van het medium Correctiv over de deportatieplannen van sommige leden in de top van de AfD. Door polarisatie te instrumentaliseren en partijen met extreme ideeën ver buiten de gangbare normen te plaatsen, kunnen stemmers opgetrommeld worden die uit protest tegen die extremen op meer gangbare partijen gaan stemmen. Dit geldt niet alleen voor xenofobe partijen, maar ook voor partijen die anti-EU zijn of zelfs voor een nationale exit pleiten. Tegelijkertijd waarschuwt de denktank dat deze strategie niet werkt in landen waar radicaal-rechts zijn imago probeert op te poetsen door de Europese Unie te omarmen. Zo is de Italiaanse post-fascistische premier Giorgia Meloni tegenwoordig uitgesproken pro-EU en pleit Geert Wilders niet langer voor een Nexit.

Het is natuurlijk wel heel lastig campagnevoeren als je je successen niet mag vieren; tegelijkertijd moeten partijen volgens het onderzoek opletten dat ze niet gaan leunen op eerder behaalde EU-resultaten, zoals de strijd tegen Covid-19, de steun aan Oekraïne of de snelle afbouw van de afhankelijkheid van het Russische gas. De eurosceptische kiezer kijkt met gemengde gevoelens naar deze onderwerpen, het zou ze kunnen bewegen om tegen de mainstream in te gaan.

De tweede strategie draait om het mobiliseren van pro-Europese kiezers, omdat het onderzoek toont dat veel kiezers die voorheen weinig interesse hadden in Europese verkiezingen nu wel gaan stemmen. Dit is vooral het geval in grote lidstaten als Duitsland, Spanje en Frankrijk, waar in het eerste geval meer AfD-stemmers zeggen ‘zeker’ te gaan stemmen dan de christen- democratische stemmers. In Nederland zegt 40 procent van de PVV-stemmers zeker te gaan stemmen, tegenover 55 procent van de VVD-kiezers.

Ten derde halen de schrijvers het verlies van de lang dominante en anti-democratische Poolse PiS-partij aan. De verkiezingen daar werden beslist in het voordeel van Donald Tusks centrumcoalitie, dankzij de massale mobilisatie van vrouwelijke kiezers, die volgens de auteurs vaker aangeven nog zwevend te zijn. Een campagne gericht op gelijke rechten voor minderheden en arbeidsgelijkheid biedt kansen om deze groep over te halen.

Ten slotte dragen de onderzoekers een onderwerp aan dat de laatste tijd hoog op de politieke agenda staat: Europa als geopolitieke macht. En dan niet door het belang van de strijd tegen Rusland in Oekraïne voorop te stellen, maar de mogelijke overwinning van Trump eind dit jaar. Europese leiders zouden het belang moeten benadrukken van een sterk Europa, dat ondersteund wordt door een pro-Europees Parlement.

nederland in de verkiezingen

Deze laatste aanbeveling krijgt opvolging in de meeste Nederlandse verkiezingsprogramma’s. Zowel de VVD, GroenLinks- PvdA, D66 en het CDA stellen in hun verkiezingsprogramma’s dat de EU zich moet vestigen als geopolitieke speler – onder meer door meer te investeren in defensie.

Opvallend is dat de centrumrechtse partijen, VVD en CDA, beide migratie tot hun speerpunten hebben gebombardeerd: hardere buitengrenzen en beperkingen op immigratie voeren de boventoon. De PVV peilt ondanks – of dankzij – die prioriteiten nog altijd als grootste partij in de aanloop naar de verkiezingen.

Het wordt dus nog spannend.

Intussen schuifelt de Natuurherstelwet, afzwakking na afzwakking, door de Europese instituties. In februari dit jaar, na vele concessies volgend op boerenprotesten in heel Europa, haalde het voorstel een kleine meerderheid in het Europese Parlement. Het voorstel moet nu door naar de Europese Raad, waar regeringsleiders nogmaals moeten stemmen over de wetgeving.

Zweden, Finland, Polen, Italië, Hongarije en Nederland hebben al gezegd tegen de wet te gaan stemmen. België en Oostenrijk zullen zich onthouden. Als dit inderdaad zo uitpakt, haalt de Natuurherstelwet geen meerderheid.

Op 14 mei stuurden elf lidstaten, waaronder Duitsland, Frankrijk en Spanje nog een dringende brief aan de dwarsliggers, waarin ze onderstreepten dat Europa ‘het snelst opwarmende continent’ is en opriepen om ‘dringend en doorslaggevend het politieke proces af te ronden’. Maar aangezien een verdeeld België het roulerende voorzitterschap over de Raad van regeringsleiders houdt, wordt de kans gering geacht dat de wet nog op de agenda komt.

Dat betekent hoogstwaarschijnlijk dat de wetgeving door zal schuiven naar een nieuw Europees Parlement. Het ziet er somber uit voor de Europese natuur.

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 74/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 73/WEES PARAAT!

[73]

RIJKSOVERHEID

MINISTERRAAD: GROEN LICHT VOOR ASIELPLANNEN MINISTER FABER

7 MAART 2025

https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2025/03/07/ministerraad-groen-licht-voor-asielplannen-minister-faber

Nieuwsbericht | 07-03-2025 | 17:00

De ministerraad heeft op voorstel van minister Faber van Asiel en Migratie ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van haar pakket asielbeperkende maatregelen. Het betreft de zogenoemde asielnoodmaatregelenwet en de tweestatusstelselwet. Daarmee is opnieuw een stap gezet naar invoering van het strengste asielbeleid ooit.

De ministerraad besprak het advies van de Raad van State over de plannen. Hierin worden zorgen geuit over onzekerheden bij de uitvoering. ‘Maar ik heb één zekerheid’, aldus minister Faber: ‘Zó kan het niet langer. Het hele systeem is vastgelopen, we moeten zo snel mogelijk handelen. Dit is wat Nederlanders willen: een fundamentele koerswijziging in het beleid om de instroom te beperken en terugkeer te bevorderen.’ 

Asielnoodmaatregelenwet

Minister Faber stuurde eind vorig jaar twee wetsvoorstellen naar de Raad van State voor advies. De Asielnoodmaatregelenwet omvat onder meer de afschaffing van permanente verblijfsvergunningen, beperking van de geldigheidsduur van asielvergunningen tot drie jaar, verruiming van de ongewenstverklaring, strenge voorwaarden voor nareis en maatregelen om asielprocedures efficiënter te maken.

Deze wet is door de minister aangescherpt, waar het gaat om afschaffing van de voornemenprocedure. Dat werkt verlichtend voor de IND, mits ook het bezwaar wordt afgeschaft. Deze onvolkomenheid is gerepareerd met een technische aanpassing.

De memorie van toelichting van beide wetten is ter verduidelijking aangevuld. Dat is gedaan op basis van de nader rapporten dat door de minister is opgesteld naar aanleiding van het advies van de Raad van State. Ook zijn juridische vindplaatsen toegevoegd, en wordt er verwezen naar jurisprudentie. Die toevoegingen veranderen niets aan de inhoud van de wetten.

Tweestatusstelsel

Daarnaast wordt een zogenoemd tweestatusstelsel voorgesteld. Het wetsvoorstel maakt onderscheid tussen vluchtelingen en mensen die op andere gronden bescherming krijgen. Dit geeft extra mogelijkheden om de instroom van nareizigers van mensen in die tweede groep te verlagen.

Een grote groep mensen wacht momenteel in het buitenland om naar Nederland te komen. Dit wetsvoorstel zal voor een deel van deze groep bij de gezinshereniging meer voorwaarden stellen, zoals een wachttijd van twee jaar, de beschikking over huisvesting en inkomen.

Kosten

In totaal is € 115 miljoen nodig om de wetten in te voeren en uitvoerbaar te maken. Er is € 101,8 miljoen nodig voor het tweestatusstelsel, en € 13,3 miljoen voor de asielnoodmaatregelenwet. Het bedrag is hoger dan voorheen voorzien, omdat niet alleen de kosten voor de IND, maar ook die van de rechtspraak zijn meegenomen. Minister Faber: ‘Dit is een investering om op lange termijn enorm veel geld te besparen.’

Overige maatregelen

Eerder zijn al maatregelen genomen of aangekondigd, zoals de invoering van grenscontroles, uitbreiding van de mogelijkheden om criminele vreemdelingen – ook minderjarigen – uit te zetten, een opt-out bij toekomstige wijzigingen in Europese asielverdragen en beëindiging van de Landelijke Vreemdelingen Voorziening per 1 januari.

‘Duidelijk signaal’

Minister Faber: ‘Al deze maatregelen samen geven een duidelijk signaal af. Dit kabinet koerst op het strengste asielregime en de strengste toelatingseisen ooit. Het kabinet verwacht dat deze maatregelen bijdragen aan vermindering van de instroom en tevens een positief effect hebben op terugkeer. Daarbij gaat het om vreemdelingen die geen recht hebben op verblijf en vreemdelingen die terug kunnen wanneer de veiligheidssituatie in hun land van herkomst verbetert. Door minder instroom en meer terugkeer neemt ook de druk af op de asielopvang en de asielketen, en daarmee de druk op huisvesting, zorg en onderwijs.’

Zie ook

Verantwoordelijk

EINDE

TROUW

MINISTER FABER LOODST ASIELWETTEN VRIJWEL ONGEWIJZIGD DOOR MINISTERRAAD

7 MAART 2025

https://www.trouw.nl/politiek/minister-faber-loodst-asielwetten-vrijwel-ongewijzigd-door-ministerraad~bea14c39

NSC-ministers leggen de snoeiharde kritiek van de Raad van State naast zich neer. Asielminister Marjolein Faber mag van het kabinet haar asielwetten met slechts kleine aanpassingen naar de Tweede Kamer sturen.

Even leek het erop dat de forse kritiek van de Raad van State (RvS) op de asielwetten van asielminister Marjolein Faber de vonk zou zijn die het explosieve asieldossier tot ontbranding zou brengen. Maar vrijdag werd duidelijk dat het kabinet zich eensgezind achter Fabers asielwetten schaart, zonder grote wijzigingen aan te brengen.

Faber zegt enkele ‘verduidelijkingen’ in de juridische toelichting van de asielwetten te hebben aangebracht. Rechters maken gebruik van de zogeheten memorie van toelichting om te begrijpen wat de gedachte is achter een wet. De aanpassingen veranderen volgens de asielminister niets aan de inhoud van de wetten.

Terug naar de tekentafel

Het was lange tijd onzeker of Fabers voorstellen voldoende steun zouden krijgen, vanwege stevige kritiek op de plannen. Zo waarschuwde de RvS nadrukkelijk dat de wetten mogelijk averechts uitwerken en voor grote problemen in de uitvoering gaan zorgen. Bovendien zou de wetsvoorbereiding van Faber nogal ‘onzorgvuldig’ zijn en onderbouwt ze de maatregelen onvoldoende.

Het hoge adviesorgaan riep de minister daarom op haar plannen ‘in deze vorm’ niet in te dienen bij de Tweede Kamer. Ook de Raad voor de Rechtspraak en de Nederlandse Orde van Advocaten uitten vernietigende kritiek op de wetsvoorstellen.

Volgens minister-president Dick Schoof scheelt er inhoudelijk niets aan de wetten en zijn ze niet in strijd met internationale verdragen. Hij noemt de asielplannen ‘cruciaal’ om het aantal asielzoekers dat naar Nederland komt terug te dringen. Deze afschrikwekkende werking is volgens de RvS niet bewezen.

Daarnaast heeft Faber volgens hem de adviezen goed bestudeerd. Naast een aantal wijzigingen stelt het kabinet daarom ook extra geld beschikbaar voor de uitvoering van de wetten.

Druk opvoeren

Faber maakte vanaf het begin duidelijk niet gevoelig te zijn voor de bezwaren. Na de adviezen hield de asielminister vol dat ze niets ging veranderen aan haar wetten. Ondertussen voerde Geert Wilders de druk op door te eisen dat de wetten ongewijzigd bleven. De PVV-leider dreigde het kabinet te laten vallen, als de andere partijen ook maar ‘een letter’ zouden aanpassen.

Alle ogen waren daarbij op coalitiepartij NSC gericht. De partij van Pieter Omtzigt zegt steeds veel belang te hechten aan de adviezen van de Raad van State en deugdelijke wetgeving is een kroonjuweel. Vorig jaar maakte de partij nog een groot punt van de asielnoodwet. Mede door bezwaren van NSC trok het kabinet deze plannen in.

‘Onbehoorlijk bestuur’

Nu kiest NSC dus eieren voor zijn geld door in het kabinet de bezwaren naast zich neer te leggen. Faber heeft geen grote wijzigingen aangebracht, terwijl de Raad van State ook fundamentele bezwaren heeft. Zo gaan de nieuwe regels bijvoorbeeld ook voor lopende aanvragen gelden, waardoor de rechtszekerheid van tienduizenden asielzoekers onder druk komt te staan.

Daarnaast waarschuwden de nationale ombudsman en de kinderombudsman vrijdag in een brandbrief dat de asielwetten van Faber in strijd zijn met kinderrechten en getuigen van onbehoorlijk bestuur.

NSC-bewindslieden maken hier geen principieel punt van. De partij steunt vanaf dag één de politieke wens van de coalitie voor een strenger asielbeleid. En inhoudelijk sluiten de wetsvoorstellen ook aan bij het NSC-verkiezingsprogramma.

Zonder geld geen steun

Bij de partij bestaan wel zorgen over de werkdruk op de nu al overbelaste uitvoeringsorganisaties en de rechtspraak. Die druk zal fors toenemen, erkent ook het kabinet. Faber liet vrijdag weten 115 miljoen euro extra uit te trekken voor de uitvoering van haar wetten.

Dat maakt de kans groter dat de asielwetten een meerderheid krijgen in de Eerste Kamer. Want eerder lieten CDA, SGP en Ja21 weten de wetten niet te steunen zonder die extra financiële middelen. Deze partijen heeft het kabinet nodig voor een meerderheid in de Eerste Kamer.

‘Onbehoorlijk bestuur’, oordelen ombudsmannen

De nationale ombudsman en de kinderombudsman zeggen dat de asielvoorstellen in strijd zijn met kinderrechten. In een brandbrief schrijven de twee ook dat de Fabers plannen getuigen van onbehoorlijk bestuur. ‘Nu het kabinet de adviezen van kundige mensen en organisaties in de wind slaat, voelen we de noodzaak om te waarschuwen voor de rampzalige gevolgen van deze wetten op onze samenleving’, schrijven Reinier van Zutphen en Margrite Kalverboer.

Samen vrezen ze dat de behandelduur van asielaanvragen verder zal toenemen door Fabers wetten. Grote zorgen zijn er ook over de kinderen die naar Nederland zijn gekomen en de kinderen van wie de ouders hier al zijn. “Hun rechten zijn niets waard in deze nieuwe wetten. Hun ontwikkeling en toekomst worden in de kiem gesmoord”, zegt Kalverboer.

Wat staat er ook alweer in Fabers asielwetten?

Het kabinet wil met de ene wet onder meer permanente verblijfsvergunningen afschaffen, de geldigheid van asielvergunningen inkorten en strenger toetsen bij asielprocedures.

De andere wet deelt vluchtelingen op in twee groepen, waarbij de grootste groep minder rechten krijgt dan nu.

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 73/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 72/WEES PARAAT!

[72]

Article I

1. For the purposes of this Convention, the term “torture” means any act by which severe pain or suffering, whether physical or mental, is intentionally inflicted on a person for such purposes as obtaining from him or a third person information or a confession, punishing him for an act he or a third person has committed or is suspected of having committed, or intimidating or coercing him or a third person, or for any reason based on discrimination of any kind, when such pain or suffering is inflicted by or at the instigation of or with the consent or acquiescence of a public official or other person acting in an official capacity. It does not include pain or suffering arising only from, inherent in or incidental to lawful sanctions.”

CONVENTION AGAINST TORTURE AND OTHER CRUEL, INHUMAN OR DEGRADING TREATMENT OR

PUNISHMENT

http://hrlibrary.umn.edu/instree/h2catoc.htm

TOELICHTING:

Zoals in het Anti Folterverdrag benoemd, is foltering niet

alleen het toebrengen van fysieke pijn, maar ook mentale.

Echter, een van de nieuwe wetsvoorstellen van asielminister

Faber [PVV], inmiddels ondanks de Raad van State kritiek

goedgekeurd door de ministerraad, houdt in afschaffing van 

de permanente verblijfsvergunning in plaats van een

tijdelijke verblijfsvergunning voor drie jaar, die om de drie

jaar opnieuw wordt bekeken.

Dat leidt tot blijvende onzekerheid voor vluchtelingen,

die niet kunnen integreren, niets definitiefs kunnen

opbouwen en voortdurend in onzekerheid moeten 

leven hierdoor

Dat noem IK geestelijke Foltering en dat schendt mijns inziens het Kabinet Schoof

ZIE OOK

LETTERLIJKE TEKST PERSCONFERENTIE NA

MINISTERRAAD 25 OCTOBER 2024

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/mediateksten/2024/10/25/letterlijke-tekst-persconferentie-na-ministerraad-25-oktober-2024

Mediatekst | 25-10-2024

Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Schoof na afloop van de ministerraad op 25 oktober 2024. Bekijk de hele persconferentie via YouTube.

Pakket maatregelen asielbeleid

Het was een volle week, met twee ministerraden, zowel op maandag als op vrijdag. Vandaag ook voorafgegaan door een Rijksministerraad. En natuurlijk waren er de gesprekken over de uitwerking van de asielafspraken. Constructieve en inhoudelijke gesprekken, die uiteindelijk tot een zeer stevig resultaat hebben geleid. Dankzij de inzet van de fractievoorzitters van de dragende partijen ligt er nu een weloverwogen en omvangrijk pakket maatregelen om het asielbeleid sneller, strenger en soberder te maken. En ik ben blij te kunnen melden dat de ministerraad vandaag heeft ingestemd met deze maatregelen. Ik begrijp heel goed dat de mensen thuis denken: waarom hebben jullie hier nou zo lang over gedaan? Maar dit soort stevige maatregelen vragen om zorgvuldige afwegingen, maar ons doel is onveranderd. Want Nederland zit in een asielcrisis. Door de jarenlange hoge instroom van asielzoekers is het asielsysteem in zijn huidige vorm onhoudbaar. De asielopvang zit overvol, asielaanvragen kunnen niet tijdig worden verwerkt en een deel van de asielzoekers veroorzaakt grote overlast. De mensen die recht hebben op bescherming kunnen niet doorstromen. En van de asielzoekers die niet mogen blijven vertrekt een groot deel niet uit Nederland. Het is dus van groot belang dat we nú aan de slag gaan met het beperken van de instroom en het vlottrekken van de asielketen. We moeten weer grip krijgen op migratie. Daarom komt het kabinet met een asielnoodmaatregelenwet waarin maatregelen zitten die eerder voorzien waren om via de noodwetgeving te regelen. Tevens wordt de geldingsduur van de Asielvergunning Bepaalde Tijd tot drie jaar teruggebracht. Hiermee sluit Nederland aan bij de meer gangbare termijn in de ons omringende landen. Om het wetgevingsproces te bespoedigen vraagt het kabinet een spoedadvies aan de Raad van State.

Naast deze wet zetten we in op een aantal belangrijke aanvullende maatregelen: Zo voeren we vanaf eind november grenscontroles in.  En komen er vanaf begin volgend jaar 50 tot 100 extra cellen voor vreemdelingenbewaring. De hervestiging in VN-verband wordt tot nader order beperkt tot 200 personen per jaar. Het landenbeleid ten aanzien van Syrië wordt aanzienlijk aangescherpt. Dat betekent dat mensen uit veilige gebieden geen asiel meer kunnen krijgen en zo mogelijk daar naartoe terug kunnen keren. Er komt een separaat wetsvoorstel om de Spreidingswet direct in te trekken. De wettelijke taakstelling statushouders voor gemeenten wordt geschrapt. En we komen met een wetsvoorstel om de rechterlijke dwangsom in verband met vreemdelingrechtelijke procedures af te schaffen.

De komende tijd gaan we al deze maatregelen verder uitwerken. Het wetsvoorstel voor de Asielnoodmaatregelenwet wordt zo snel mogelijk ingediend bij de Tweede Kamer. Kortom: de koers is uitgezet, wij gaan voortvarend verder.

De ministerraad heeft vandaag ook de Kamerbrief over de spreiding van de Rijkswerkgelegenheid vastgesteld. De komende jaren willen toe naar een betere spreiding van rijksoverheidsbanen over het land. Regio boven randstad is daarbij het adagium. In de Rijksministerraad hebben we vanochtend de inzet voor deelname aan de COP29, de VN-klimaattop in Baku, vastgesteld. Ik zal hier zelf op 12 en 13 november aan deelnemen. Namens het Koninkrijk zal ik het belang benadrukken van de afspraken rond afbouw van het gebruik van fossiele brandstoffen, het uitbreiden van hernieuwbare energie en het verdubbelen van onze energie-efficiëntie. Vanmiddag heb ik daarnaast de Turkse president Erdogan nogmaals gesproken. Ik heb mijn medeleven overgebracht voor alle nabestaanden van de slachtoffers van de terroristische aanslag op een fabriek bij Ankara. Nederland veroordeelt elke vorm van terrorisme. We leven mee met Turkije en houden de situatie nauwlettend in de gaten.

Na het herfstreces zal ik op donderdag 7 november en vrijdag 8 november deelnemen aan een bijeenkomst van de Europese Politieke Gemeenschap en daarna aan de informele Europese Raad in Boedapest. Vanwege mijn afwezigheid die vrijdag zal de wekelijkse ministerraad op maandag 11 november plaatsvinden. Dat betekent dat ook de eerste persconferentie na het herfstreces op deze maandag zal zijn.

DE ROOY (NOS)

Meneer Schoof, even in den brede. Wat hoopt het kabinet met dit pakket te bereiken?

SCHOOF

Vermindering van de instroom, versnelling van de uitstroom, dat wil zeggen terugkeer van degenen die hier niet rechtmatig verblijven. En de asielketen weer op orde te krijgen, en daarmee de druk op de samenleving te verminderen.

DE ROOY

Probeert u eigenlijk Nederland minder aantrekkelijk te maken?

SCHOOF

Wij proberen het zodanig te doen dat degenen die echt recht op bescherming hebben, die ook krijgen. En degenen die geen recht op bescherming hebben, inderdaad te ontmoedigen naar dit land te komen.

DE ROOY

Hoe kunnen de mensen die wel recht hebben om hier te komen, nog een leven opbouwen in Nederland?

SCHOOF

Op een manier zoals elke Nederlander dat kan. Als men recht krijgt om hier in Nederland te verblijven, dan staan de voorzieningen open voor iedereen. Zoals ook voor elke Nederlander.

DE ROOY

Maar ze weten bijvoorbeeld niet hoe lang ze mogen blijven. In ieder geval niet permanent.

SCHOOF

Dat klopt, het is voor een bepaalde tijd. Maar dat is ook logisch, omdat het gebied waar ze uit zijn weggegaan, als dat gebied weer veilig is, is het logisch dat je dan weer terugkeert naar dat land. Tenzij je inmiddels zo lang in Nederland bent geweest dat je het Nederlanderschap kan aanvragen. Dan zit je natuurlijk in een andere situatie. Maar op zich, je biedt bescherming voor datgene wat er gebeurt in een land of in een gebied van een land. Als die situatie verandert en je hebt een tijdelijke vergunning, is het logisch dat er daarna weer een beroep wordt gedaan om terug te keren.

DE ROOY

Ook als het gaat over woningen. Daar hebben jullie een nieuwe blik op, doorstroomlocaties. Kunt u precies uitleggen wat dat is en hoe dat eruit moet zien? Waar het komt te staan?

SCHOOF

Doorstroomlocaties zijn voorzieningen die vooral gebruikt worden om de statushouders, degene die een vergunning heeft gekregen van de Nederlandse overheid, om het mogelijk te maken dat zij het asielzoekerscentrum verlaten, waardoor er ruimte komt voor degenen die nog geen statushouder zijn. En die doorstroomlocaties zijn nodig voor opvang omdat we constateren dat de woningmarkt zo krap is voor iedereen, dat we deze mensen een alternatieve mogelijkheid willen geven om in een sobere locatie hun leven op te pakken.

DE ROOY

Dus mensen die te horen hebben gekregen dat ze hier mogen blijven, omdat ze vluchten voor oorlog en geweld, krijgen niet meer een woning bijvoorbeeld in een wijk of in een sociale huurwoning, maar ergens op een andere locatie? Hoe moet dat eruitzien?

SCHOOF

Ja, dat zullen verschillende locaties zijn in Nederland. Uiteindelijk zijn statushouders ook gerechtigd om een woning in Nederland te krijgen, zoals elk gezin in Nederland, zoals iedereen in Nederland. Maar we weten dat iedereen moeite heeft om een woning te vinden in Nederland. Dat betekent dat het kabinet het op zich heeft genomen om te kijken: hoe kunnen we toch voor opvang zorgen? En tegelijkertijd het niet zodanig in te richten, en daarom gaat de voorrangsbepaling er vanaf, dat de asielzoekers op de sociale woningmarkt met voorrang kunnen worden geplaatst, zodat er een evenwichtige spreiding kan plaatsvinden, zou je kunnen zeggen, van de diverse mensen die aanspraak maken op sociale woningbouw.

DE ROOY

Vreest u niet dat het voor deze mensen lastig wordt om hier ook echt een leven op te bouwen?

SCHOOF

Nou, ik denk het niet. Ik denk dat in een periode van drie jaar, ook als we in staat zijn om de procedures veel sneller te doen, dat het de mogelijkheid geeft om hier het leven op te bouwen, in het besef van de tijdelijkheid, dat als hun land waar ze ooit uit zijn weggegaan, als het daar weer veilig is, ga ik ervan uit dat die mensen ook daarnaartoe willen terugkeren.

DE ROOY

Dus het besef van tijdelijkheid, dat moet eigenlijk duidelijk worden voor iedereen die hier komt, ook voor wie vlucht voor oorlog en geweld, meer dan hoe dat in het verleden was eigenlijk in Nederland?

SCHOOF

Ja dat klopt, want wij kenden vergunningen voor onbepaalde tijd, die worden afgeschaft, en het worden vergunningen voor bepaalde tijd. Dat beperken we tot een termijn van drie jaar, wat overigens in Europa gangbaar is.

DE ROOY

Dan nog even over iets nieuws wat erin staat, dat gaat over Syrië, het landenbeleid eigenlijk. Waarom kiest het kabinet ervoor om dat landenbeleid politiek te maken?

SCHOOF

Nee, het wordt niet politiek gemaakt. Nog even terug naar hoe het landenbeleid wordt vormgegeven, waarop dat gebaseerd is. Dat is gebaseerd op ambtsberichten vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken. Dat zijn ambtelijke ambtsberichten, die zijn ook onafhankelijk. En de opdracht wordt door de minister van Buitenlandse Zaken gegeven, en in de opdracht zou bijvoorbeeld kunnen staan: welke gebieden in Syrië zijn veilig? Als je daar niet naar vraagt, krijg je daar ook geen antwoord op. Dus dat zou een methode kunnen zijn om dat te doen. Als dan in het ambtsbericht staat dat sommige gebieden veilig zijn, dan is het vervolgens aan de minister van Asiel en Migratie om daar een politiek oordeel over uit te spreken op basis van het ambtsbericht. En als haar oordeel is dat het gebied veilig genoeg is, dan kan het landenbeleid in die zin worden aangepast, dat mensen uit dat gebied geen recht hebben op een asielvergunning. En de vervolgstap is dan dat je ook kan kijken of mensen dan ook terug kunnen keren naar dat gebied. En dat is een op zichzelf genomen buitengewoon ordentelijk proces, waarover ook het debat in de Kamer kan plaatsvinden.

BREMER (RTL)

Waarom kiest u niet voor het noodrecht? We zaten toch in een crisis?

SCHOOF

Nou ik heb net ook in mijn woorden al gesproken dat er nog steeds een crisis is, maar dat we met elkaar en ook met de fractievoorzitters de afgelopen periode hebben geconstateerd, laat ik zeggen, dat onze politieke werkelijkheid wat aan het veranderen was. Waarin er een groot risico was dat de Noodwet het niet zou halen. En we daarom in de gesprekken met de fractievoorzitters ook hebben gekeken: zijn er alternatieven? En ik ben de fractievoorzitters in dat opzicht buitengewoon dankbaar, in alle gesprekken die ik met ze heb gevoerd, dat ze bereid zijn om eigenlijk over hun eigen schaduw heen te springen om tot een aanpak te komen die het mogelijk maakt hetzelfde te bereiken, via wetgeving die in ieder geval niet op weerstand rekent in de Kamers, althans qua proces.

BREMER

Maar dat wist u toch weken geleden ook al, dat dat het niet zou gaan halen?

SCHOOF

Maar dat is een besef wat je met elkaar wel moet opbouwen, want er waren grote politieke belangen. En daarom ben ik blij dat we met elkaar die gesprekken hebben gevoerd, die gesprekken waren ook nodig. Die gesprekken hebben in constructieve sfeer plaatsgevonden. En daarom kunnen we dit nu, gesteund door de vier fractievoorzitters als kabinet ook besluiten.

BREMER

Dus we zitten nog wel in een crisis, maar niet in zo ’n grote crisis?

SCHOOF

We zitten gewoon in een crisis die maatregelen vereist, en het is gewoon noodzakelijk dat Nederland een asielbeleid heeft dat sneller, strenger en soberder wordt, en dat is onverminderd. En dat bedoelde ik ook met de woorden dat het doel nog steeds vaststaat.

BREMER

Heeft u ooit de dragende motivering van minister Faber gezien?

SCHOOF

De dragende motivering is nooit in de ministerraad behandeld, dus daar moet ik ook geen uitspraken over doen.

BREMER

Dus u zei: dank voor uw werk, we gaan er niks mee doen?

SCHOOF

Ik denk dat veel elementen uit het voorwerk wat op het ministerie van Asiel en Migratie is verricht door mevrouw Faber en ook door haar ambtenaren overigens, dat dat heel goed gebruikt kan worden bij de motivering en de opbouw van het wetsvoorstel van de Asielnoodmaatregelenwet.

BREMER

Waarom wilt u de Spreidingswet zo snel intrekken?

SCHOOF

Dat stond al in het hoofdlijnakkoord, dat stond ook in het regeerprogramma, dus het is geen nieuwe lijn van dit kabinet om dat uiteindelijk te doen.

BREMER

Behalve de snelheid, u wilt het snel doen?

SCHOOF

In het hoofdlijnakkoord stond het ook al direct, soortgelijke woorden stonden ook in het regeerprogramma. En nu hebben we gezegd dat we het voorstel naar de Raad van State willen sturen, uiterlijk voor het eind van dit jaar.

BREMER

Maar hij werkt, burgemeesters zijn er blij mee. Zou je dan niet beter kunnen zeggen: we laten hem nog even bestaan en trekken hem in als de instroom daadwerkelijk naar beneden gaat?

SCHOOF

Het kabinet heeft een andere keuze gemaakt.

BREMER

Waarom?

SCHOOF

En dat is een keuze die deze zomer al in het hoofdlijnakkoord stond, die wij in het regeerprogramma hebben uitgewerkt. En dat we denken dat we hiermee, en met de maatregelen die we ook hebben gezegd, dat de minister van Asiel en Migratie en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening ook gaan kijken op welke manier zij ook voor de statushouders iets kunnen doen. Dat we daarmee ook in de asielopvang iets kunnen doen, en dat we daarmee adequaat de opvang in Nederland kunnen regelen.

BREMER

Maar dat is dan toch een keuze voor de beeldvorming? Als burgemeesters zeggen: hij werkt, wij hebben er wat aan, we krijgen plekken, we zoeken plekken, we zien de instroom nog niet naar beneden gaan. Dan bent u toch alleen bezig met beeldvorming?

SCHOOF

Nou als de burgemeesters zo enthousiast zijn over het aanbieden van locaties dan denk ik dat ze dat ook zonder de Spreidingswet kunnen doen.

BREMER

Nee, er zijn burgemeesters enthousiast omdat er nu ook gemeenten zijn die normaal geen plekken aanbieden, die nu wel plekken aanbieden, en die straks misschien wel zeggen: u krijgt ze niet. En dan zit u als kabinet met een probleem.

SCHOOF

Nou ik hoop dat die gemeenten nog steeds die plekken aanbieden, en dat daarmee de opvang van asielzoekers in Nederland kan worden geregeld.

BREMER

Maar u heeft een middel in handen dat werkt. Waarom zou u daar afscheid van nemen?

SCHOOF

Het is een middel waarvan ook politieke afspraken zijn gemaakt, die het kabinet heeft overgenomen om de Spreidingswet in te trekken. In het hoofdlijnakkoord stond dat al direct, in soortgelijke bewoordingen in het regeerprogramma, een soortgelijke bewoording vindt u nu in de brief, met een concrete datum van indiening van het wetsvoorstel bij de Raad van State.

BREMER

Het ging er net al even over. Wat doet u als het ambtsbericht van Buitenlandse Zaken over de veiligheid in Syrië zegt: wij vinden het nog steeds onveilig?

SCHOOF

Nou, laat helder zijn dat als het ambtsbericht geen aanleiding geeft om een gebied veilig te verklaren, kan je niet een gebied politiek veilig verklaren. Maar ik zei ook al, de vraag stellen van wat zijn veilige gebieden, en ik zie dat ook overigens in de Europese Raad hebben we er ook over gesproken, dat veel Europese landen op dit moment aan het kijken zijn en eigenlijk ook de indruk hebben dat sommige gebieden van Syrië wel degelijk veilig zijn. Maar dat zal het ambtsbericht uiteindelijk moeten aantonen.

BREMER

Dus als het ambtsbericht zegt: wij vinden het nog niet veilig, dan gaat deze regel overboord?

SCHOOF

Nou, dan blijft de regel nog steeds staan. Namelijk dat zodra het ambtsbericht de ruimte geeft om gebieden veilig te verklaren, dan worden ze veilig verklaard en geldt datgene wat ik net heb gezegd. En ik heb gelet op ook wat er in landen omheen gebeurt en gelet op de opdracht die we expliciet zullen verstrekken, namelijk welke gebieden zijn veilig, dat dat tot mogelijkheden behoort.

BREMER

Vindt u dit een humaan asielbeleid?

SCHOOF

Ik zou niet weten waarom dit geen humaan asielbeleid is.

BREMER

Ik kan wel een paar voorbeelden noemen. U ziet ze niet?

SCHOOF

Nee.

BREMER

Oké, dank u.

DE WINTHER (DE TELEGRAAF)

Meneer Schoof, voelt het alsof u uw kabinet heeft gered?

SCHOOF

Nou, het voelt alsof we nu aan de slag kunnen op een buitengewoon belangrijk onderwerp, namelijk asiel. En wat we niet hadden kunnen doen als we er niet uit waren gekomen. Dus dat vind ik het allerbelangrijkste. En dat geldt voor asiel, maar dat geldt ook voor de volle breedte van het kabinet. En daar ben ik dus eigenlijk ook wel tevreden over, ook los van de asielafspraak, dat we gewoon echt door kunnen.

DE WINTHER

Maar was het denkbaar dat uw kabinet had overleefd als u het op dit punt niet eens was geworden?

SCHOOF

Nou, ik denk dat daar ook ongetwijfeld zorgen over zouden zijn geweest. En niet voor niets, naast de politieke werkelijkheid, zijn er gesprekken ook gevoerd tussen mij en de fractievoorzitters. Want dit leidt ertoe dat we door kunnen.

DE WINTHER

U heeft wekenlang niks willen zeggen. U bent druk bezig met de gesprekken en u voelde dat het in het kabinet zelf niet ging lukken. Dat u de fractievoorzitters daarbij aan tafel moest hebben of telefonisch moest spreken. Kunt u vertellen wie nou uiteindelijk heeft gezegd: we moeten afwijken van de afspraken die we hebben gemaakt?

SCHOOF

Het is een gezamenlijke afspraak geweest van ons vijven.

DE WINTHER

Ja, uiteindelijk is dat het resultaat. Maar iemand heeft op een gegeven moment aan de bel getrokken. Was dat de NSC of was dat de PVV?

SCHOOF

Misschien was het wel de premier. Laten we zeggen dat de verschillende opties, dat heb ik ook altijd gezegd, zijn aan de orde geweest. Terwijl de kabinetslijn helder was, 110-111. Daarnaast over de verschillende opties zijn gaan spreken. En het is niet interessant de vraag wie heeft het nou als eerste geopperd. Interessant is dat we met z’n vijven tot die conclusie zijn gekomen. En daar ben ik de vier fractievoorzitters dankbaar voor.

DE WINTHER

Ik weet niet of het niet interessant is, want het was de leider van de grootste partij die tijdens de Algemene Beschouwingen heeft gezegd dat dit voor hem heel belangrijk was en dat dit niet voor niks een afspraak was die aan de formatietafel gemaakt is. Dat betekent dus dat er iets wat voor die partij heel belangrijk was eigenlijk door die partij ook is opgegeven en logischerwijs de vraag opwerpt: wat is dan precies het wisselgeld? Want ik neem aan dat je niet elke week met de coalitie aan tafel gaat zitten om dingen te heronderhandelen die je hebt afgesproken?

SCHOOF

De brief is precies datgene wat we met elkaar hebben afgesproken. Er zitten dus geen andere afspraken dan datgene wat we in de kabinetsbrief hebben opgeschreven en dat is datgene waar de vier fractievoorzitters en ik namens het kabinet overeenstemming over hebben bereikt.

DE WINTHER

U heeft niet een moment gezien de afgelopen weken dat bijvoorbeeld Geert Wilders heeft aangegeven dat dit voor hem eens maar nooit weer was?

SCHOOF

Nee, die termen kan ik me inderdaad absoluut niet herinneren. We hebben- nee maar het is voor iedereen was dit best wel een ingewikkeld onderwerp. Daarom hebben we er ook best wel lang over gedaan en hebben we er ook best wel veel uren in gestopt, zelfs tot en met gisteren nog weer een keer acht en een half uur. Dat geeft aan dat het voor iedereen moeilijke onderwerpen zijn, want anders had je het wel even heel snel met elkaar gedaan. Dus dit ligt zwaar, het ligt zwaar bij de PVV, het ligt ook zwaar bij het totaal van alle vier partijen over wat zijn we nu met elkaar aan het doen? Maar uiteindelijk gaf voor iedereen de doorslag: één, men wil dat strenge asielbeleid – strenger, sneller, soberder – en men wil dat het kabinet de kans krijgt om dat te realiseren. En daarom zijn we er uiteindelijk met de vier fractievoorzitters en ondergetekende uitgekomen.

DE WINTHER

Is er een signaal afgegeven of besproken blikkend op de toekomst met betrekking tot de behandeling van de verschillende wetsvoorstellen in de Tweede Kamer, later misschien ook de Senaat, of NSC, ja zich misschien wat milder of wat minder kritisch moet opstellen, als het gaat om te kijken of het allemaal rechtsstatelijk is, omdat ze deze concessie nu voor elkaar hebben gekregen?

SCHOOF

Nee er is gesproken over, zeg maar, de uitkomst zoals die in de brief van het kabinet zijn weerslag heeft gevonden. Die wordt gesteund door alle vier de fractievoorzitters en daarmee ga ik er vanuit dat ook de vier fractievoorzitters de lijn, zoals die in deze brief wordt uitgewerkt, ook ten volle zullen steunen.

DE WINTHER

Dus niet al te moeilijk doen in de Tweede Kamer,

SCHOOF

Ten volle zullen steunen.

DE WINTHER

Dat is ja dus?

SCHOOF

Ten volle zullen steunen.

DE WINTHER

Ja, ja. Laatste vraag dan. Als het gaat om het intrekken van de Spreidingswet, die is natuurlijk net aangenomen door de Senaat, er zitten ook VVD-senatoren, daarbij aan boord, wat is daar eigenlijk over afgesproken? Heeft Dilan Yeşilgöz alvast aangegeven dat haar senatoren het intrekken van die wet zullen steunen?

SCHOOF

Dat is allemaal niet aan de orde geweest. Datgene wat in de brief staat, is wat we met elkaar hebben afgesproken en als u de brief leest over de Spreidingswet, dan ziet u dat er wordt gesproken over de Spreidingswet voor het eind van dit jaar naar de Raad van State, dat er een aantal onderdelen uit de Asielcrisiswet die nog in het hoofdlijnakkoord stond, waarvan een flink deel overigens op andere manieren wordt gerealiseerd, dat die elementen ook worden ingediend, en dat die gezamenlijk in werking zullen treden.

DE WINTHER

Ja, en was dat min of meer een soort voorwaarde, van: ze kunnen alleen maar akkoord gaan in de Senaat als we tegelijkertijd ook er iets tegenover kunnen stellen?

SCHOOF

Nee, dat had niets te maken met de verhouding in de Senaat. Dat had te maken met de verhoudingen met z’n vieren zoals we aan het praten waren, dat het belangrijk was om die koppeling aan te brengen.

DE WINTHER

Maar er is op geen enkele manier gesproken over wat VVD-senatoren of BBB-senatoren in de Senaat gaan doen met datgene wat u hebt afgesproken?

SCHOOF

Nee. Ik heb gesproken met de vier fractievoerders uit de Tweede Kamer en niet met die uit de Eerste Kamer.

BEEKMAN (BNR)

Wat gaat dit pakket qua saldo doen met de instroom?

SCHOOF

Nou, dat is afwachten. Maar de bedoeling is dat de instroom omlaaggaat en dat de terugkeer wordt versneld.

BEEKMAN

Maar vertelt u nou dat het strengste asielbeleid ooit, dat het kabinet eigenlijk niet weet wat dat gaat opleveren?

SCHOOF

Het is heel moeilijk om de asielinstroom één op één te herleiden tot de maatregelen die je neemt. Je kan wel met de maatregelen die je neemt ervoor zorgen dat je de instroom omlaag brengt. Dat kan je niet in nummers uitdrukken. Net zo min als dat je dat met de uitstroom in de terugkeer kan doen. Maar dat je hiermee wel een pakket van maatregelen hebt waarmee één, de doorstroom in de keten wordt versneld, en twee, die effecten op de instroom en terugkeer absoluut zullen optreden.

BEEKMAN

Maar dat is toch heel wonderlijk? Want bijvoorbeeld de nareis, daar heeft u gewoon cijfers van. Dus vertelt u even, wat levert dat op bijvoorbeeld?

SCHOOF

Nou, dan wordt het een beetje quiz-achtig.

BEEKMAN

Nee hoor, nee, nee. Dit is geen quiz-achtig, want u heeft daar weken over zitten praten. Het doel is heel duidelijk, de instroom beperken. Dat is het allerbelangrijkste. Dan moet je toch wel enig beeld hebben van wat dat gaat opleveren?

SCHOOF

Het hele specifieke voorbeeld van de nareis, dat stond ook al in ons regeerprogramma, maar dan onder de noodwet, dus die is daarin één op één op overgenomen. En ik ga hier nou niet aan allerlei cijfers noemen. Wat er staat, staat er namelijk dat meerderjarige kinderen, dat dat zal worden beperkt. En dat zijn kinderen boven de 18 jaar, zoals je weet.

BEEKMAN

Maar er wordt een pakket met stevige maatregelen gepresenteerd, dan heeft u toch wel een kleine indicatie, ja, ik probeer het nog een keer, wat dat oplevert?

SCHOOF

Het zal tot vermindering van de instroom leiden. Het zal tot vermeerdering van de terugkeer leiden.

BEEKMAN

Maar hebben we het dan over honderden mensen? Hebben we het over duizenden mensen? Waar spreken we over met elkaar?

SCHOOF

Nee, ik ga geen getallen noemen. Het is belangrijk dat die instroom, zeg maar, afneemt. En tegelijkertijd is het belangrijk dat overigens diegenen die bescherming hebben, wel degelijk worden beschermd. Daarom ook moet, zeg maar, eigenlijk alles, en daarom is het huidige systeem onhoudbaar, daarom moeten we daar allerlei verandering aan brengen, een samenhangend pakket. Dat moet hiertoe leiden.

BEEKMAN

Maar toch, ik heb de maatregelen doorgenomen. Welke maatregelen doen nou echt iets aan die instroom? Kunt u die even noemen?

SCHOOF

Het is het geheel van het pakket van de maatregelen zoals die in deze brief staan.

BEEKMAN

Nu ontwijkt u mijn vraag, want de Spreidingswet kunnen we opzij leggen, die doet namelijk niks met de instroom. Welke maatregelen doen nou wel iets met de instroom?

SCHOOF

Toch herhaal ik mijn tekst, namelijk dat het het samenhangende pakket is wat in deze brief zit. Plus, dat u ook weet dat we ook nog een aantal hervormingen hebben voor het totaal van het asiel, zoals die ook in het hoofdlijnakkoord en het regeerprogramma zijn genoemd, die komen hier nog achteraan. Dus in verschillende fases pakken we het onhoudbare asielsysteem aan, en dat leidt uiteindelijk tot grip op immigratie. En ik ga niet heel precies op elke maatregel met cijfers werken, dat is onhaalbaar. Het is het samenhangende pakket van maatregelen, wat uiteindelijk ertoe moet leiden dat we grip krijgen op migratie. En daar hoort onder: vermindering van de migratie, versnelling van de procedures en versnelde terugkeer van degenen die hier niet thuis horen.

BEEKMAN

Maar uw antwoord nu eigenlijk is, op het strengste asielbeleid ooit, grip terugkrijgen op migratie, wat is het resultaat daarvan: weten we niet?

SCHOOF

Nou we weten dat we hiermee grip krijgen op die migratie. Maar u vraagt hele precieze getallen, en daar kan ik en wil ik overigens ook geen antwoord op geven, want we hebben een samenhangend pakket gemaakt, we zijn ervan overtuigd dat we hiermee grip krijgen op migratie. Dat is deels deze pakketten die nu in de brief staan, deels de dingen die we overigens anders nog moeten doen. En dan zullen we gaan zien dat we grip krijgen op die migratie, dat die instroom omlaaggaat, dat die terugkeer meer resultaat oplevert en de procedures worden versneld.

BEEKMAN

Maar resultaat niet gegarandeerd dus, want u weet het eigenlijk niet?

SCHOOF

Nee, maar het is een samenhangend pakket waarvan we overtuigd zijn dat het die grip oplevert. Maar asielinstroom heeft ook nog te maken overigens met datgene wat we in Europa doen. Daar vertel ik ook geen geheimzinnigheid mee. Het pact in Europa is ook belangrijk, dus het is een heel pakket aan maatregelen, nationaal en internationaal, die hiertoe zullen moeten leiden.

BEEKMAN

Dan is een ander probleem de vastgelopen asielketen. Het kost de Nederlandse staat ook veel geld. In 2024 is er bijna een miljard bij gegaan voor die crisisnoodopvang op cruiseschepen, hotels worden afgehuurd. Nu de Spreidingswet van tafel gaat en ook de taakstellingen van gemeenten verdwijnen, wat doet dat eigenlijk met de asielketen?

SCHOOF

De verwachting is dat met alle maatregelen die we nemen, het uiteindelijk leidt tot een vermindering van de kosten van de asielketen.

BEEKMAN

Hoe?

SCHOOF

Doordat uiteindelijk die instroom omlaaggaat en de terugkeer wordt versneld, en mensen korter in de procedure zitten. Dus het totaalpakket zal uiteindelijk leiden tot minder kosten in de asielketen, en dat is buitengewoon belangrijk, want als u de begroting en meerjarige begroting heeft gezien, dan ziet u dat daar ook de budgetten fors omlaaggaan, dus des te meer reden om te zorgen dat je grip krijgt door de migratie.

BEEKMAN

Met 5 miljard over twee jaar.

SCHOOF

Ja, inclusief opvang Oekraïne trouwens.

BEEKMAN

Want wanneer gaat dit dan effect hebben? Want nu zit het vol, die asielketen zit nu vast, dit kost nu de Nederlandse Staat honderden miljoenen. Wanneer gaat dit resultaat opleveren?

SCHOOF

De verschillende maatregelen, als het wetten zijn, gaan pas resultaat opleveren op het moment dat ze een wet zijn. Misschien hebben ze een vooruitschuivende werking, dat zou kunnen. Maar echte effecten treden op op het moment dat je ze instelt, en normaal gesproken niet eerder. Dus dat zal geleidelijk aan in de komende periode zijn.

BEEKMAN

Maar ik denk niet dat je een genie hoeft te zijn om te zien dat op het moment dat je de Spreidingswet aan de kant schuift, en ook geen taakstelling meer hebt voor de gemeente, dat in ieder geval die noodopvang voorlopig nog wel vol blijft zitten?

SCHOOF

Maar daarom hebben we ook gezegd dat we die doorstroomlocaties gaan uitwerken, waar de minister van Asiel en Migratie en de minister van Volkshuisvesting en Ruimte en Ordening met elkaar aan de slag gaan, om dat te gaan realiseren. En dat gaat helpen om uiteindelijk de opvang goedkoper te krijgen.

BEEKMAN

Stond de minister van Financiën eigenlijk te juichen om het pakket zoals het er nu ligt? Ik kan me voorstellen dat hij…

SCHOOF

De minister van Financiën is geheel akkoord gegaan met dit pakket, zoals elk lid van het kabinet. En overigens, de minister van Financiën zit in Washington op dit moment bij de jaarvergadering van het IMF, maar werd waargenomen door zijn staatssecretaris. Ik had gisteren ook nog even contact met de minister van Financiën over hele andere dingen, en ook voor hem geldt: belangrijk dat we dit politieke feit met elkaar in de ministerraad uiteindelijk als besluit, dit plan en die wetgeving en de termijnen die we daarin hebben voorgenomen, dat we die in de ministerraad hebben afgerond. En natuurlijk zullen er allerlei dingen zijn die uiteindelijk om nadere uitwekking zullen vragen, en daar hebben we ook absoluut oog voor, maar we gaan nu eerst kijken: wat kunnen we realiseren. Dat is belangrijk.

BEEKMAN

De laatste vraag. De minister van Financiën, heeft hij wel nog eisen gesteld? Van: leuk dat jullie dat allemaal aan de kant schuiven met al die maatregelen, maar mij moet het niet meer geld gaan kosten?

SCHOOF

De minister van Financiën heeft via zijn staatssecretaris vanochtend natuurlijk gezegd: jongens, als dit geld gaat kosten, dan moeten we daar met elkaar over praten. Maar dat is logisch, dat is namelijk de standaardzin van de minister van Financiën, altijd bij elk voorstel wat er gebeurt. Maar veel van deze voorstellen moeten ook in wetgeving worden uitgewerkt. Die wetgeving, dat gaan we snel doen, dat heeft u ook allemaal gehoord, en bij die wetgeving vinden er vervolgens allerlei toetsen plaats, inclusief met betrekking tot het budget.

HOEDEMAN (AD)

Meneer Schoof, ik wil toch even terug naar Syriërs met een verblijfsvergunning. Als ambtenaren vaststellen dat delen van Syrië veilig zijn, kunnen ze dus teruggestuurd worden, nog dit jaar. Maar nu heeft het Europees Hof van Justitie gezegd, nog deze maand, dat een land pas veilig kan worden verklaard als het hele land veilig is, en niet delen. Trekt u zich iets aan van die uitspraak van het Europees Hof van Justitie?

SCHOOF

Die uitspraak is inderdaad van vrij recent, 4 oktober dacht ik uit mijn hoofd gezegd, dus de uitspraak is mij bekend. En wij kijken iets anders naar deze uitspraak dan dat dat zeg maar het beleid ten aanzien van Syrië niet mogelijk zou maken. Dus wij hebben er vertrouwen in dat we ons beleid kunnen doen en dat de uitspraak van het Hof geen beletsel opwerpt voor de uitvoering van dit beleid.

HOEDEMAN

Maar waarom denkt u dat?

SCHOOF

Ik zei al, de uitspraak moet ook bestudeerd worden, maar dat is onze inschatting. En daar komen we ongetwijfeld ook in de volgende Kamerdebatten over… ik weet zeker dat de Kamer het daarover gaat hebben.

HOEDEMAN

Het is fascinerend dat u net zei: ik noem bewust geen getallen over de vermindering van de asielinstroom. Dan kunt u ook nergens aan opgehangen worden, dat is makkelijk. Als het er 300 minder zijn volgend jaar, dan kunt u zeggen: we hebben grip.

SCHOOF

Nee maar een grip is meer dan alleen maar een getal. Grip is ook dat het hele asielstelsel, waarvan ik ook zei dat is onhoudbaar geworden, dat dat uiteindelijk zodanig vorm wordt gegeven dat we grip hebben op het totaal. Niet alleen maar op de instroom, maar dat is een belangrijke indicator.

HOEDEMAN

Nu is het een imposante reeks maatregelen, zo op het eerste gezicht, maar nu staan tussen droom en daad wetten in de weg en praktische bezwaren. Mochten daar nou maatregelen op stuk lopen, komen er dan aanvullende maatregelen?

SCHOOF

We gaan nu eerst kijken dat we deze maatregelen werkelijk gaan uitvoeren. We hebben als kabinet er vertrouwen in dat we dit kunnen doen, en hebben dus niet met elkaar gesproken over allerlei als-dan varianten. We hebben er gewoon vertrouwen in dat we dit kunnen gaan waarmaken.

HOEDEMAN

Waarom maakt u niet net zoveel haast met de aanpak van arbeidsmigratie? Bijvoorbeeld met een Arbeidsmigratienoodmaatregelenwet?

SCHOOF

We hebben met elkaar gezegd: we hebben een asielcrisis, dat systeem zit helemaal vast, dat willen we aanpakken. Dat was de prioriteit van het kabinet. En nu we hier een pakket ook helemaal hebben uitgewerkt waarmee wij ook vinden dat we ook echt door kunnen, en waarover we in het parlement een goede discussie over kunnen voeren, gaan we vervolgens weer verder met de volgende zaken. En daar hoort onder andere ook arbeidsmigratie bij.

HOEDEMAN

Ja, maar dat probleem is minstens zo nijpend, en de minister van Sociale Zaken zegt: er moet een discussie worden gevoerd. Dat is toch hele andere koek dan die verhitte woorden van de afgelopen weken?

SCHOOF

Ja maar we komen ook met een aanpak voor de arbeidsmigratie. Maar daar spelen, ook rondom vraagstukken van welke arbeidsmigratie wil je wel, welke arbeidsmigratie wil je niet, hoe verhoudt zich dat binnen Europa, buiten Europa, dat is een ingewikkeld vraagstuk. Ook de woonomstandigheden, de arbeidsomstandigheden van de arbeidsmigratie kent inderdaad allemaal veel zorgpunten. Maar daarover hebben we niet gezegd dat we met allerlei vormen van spoed- of noodwetgevingen moeten komen. Eerst zorgen dat we dit onderwerp beetpakken, daarmee vol aan de slag gaan en dan komen er ook de volgende onderwerpen.

VAN DEN BERG (REUTERS)

Ik wil nog even terug over Syrië. De Nederlandse Staat heeft samen met Canada een zaak lopen bij het Internationaal Gerechtshof hier in het Vredespaleis, waarbij ze Syrië beschuldigen van grootschalige, doorlopende en systematische schendingen van mensenrechten, onder andere het VN-anti-martelverdrag. We hebben dus aan de ene kant de Nederlandse staat die zegt ‘er zijn misschien gebieden in Syrië die veilig zijn’ en aan de andere kant de Nederlandse staat die zegt ‘doorlopende systematische schendingen van mensenrechten door de Syrische regering’. Waar zijn die veilige gebieden dan? Zijn dat dan gebieden waar de regering geen macht heeft?

SCHOOF

Ze kunnen in ieder geval wat mij betreft samengaan en nogmaals we hebben eerst het ambtsbericht nodig en op basis van het ambtsbericht vindt vervolgens de politieke weging plaats.

VAN DEN BERG

Dus deze politieke weging beïnvloedt niet Nederlands standpunt in de Syrië-martelzaak bij het Internationaal Gerechtshof?

SCHOOF

Die procedure loopt.

VAN DEN BERG

Oké.

VRAAG (ONBEKEND)

Zijn al deze plannen juridisch getoetst?

SCHOOF

Net zo min als dat het hoofdlijnakkoord en het regeerprogramma juridisch zijn getoetst, zijn ook deze plannen in die zin niet aan de juridische toetsing onderhevig. Dat gebeurt op het moment dat de wetsvoorstellen in het kabinet aan de orde zijn, dan heeft er wel degelijk een juridische toetsing plaatsgevonden.

VRAAG

Dus de ministers hebben ingestemd zonder te weten of dit juridisch haalbaar is?

SCHOOF

Nou, we gaan er vanuit dat het juridisch haalbaar is, anders zouden we het niet voorstellen. Maar u vroeg naar de juridische toets en de juridische toets of juridische haalbaarheid zijn twee verschillende dingen.

VRAAG

Ja, maar gelooft u dat deze plannen overeind blijven, ook als u kijkt naar de EU-verdragen?

SCHOOF

Nou, als ik zou denken dat het niet overeind zou blijven, zou ik ze niet hebben ondertekend met de brief die vandaag verzonden is aan de Kamer.

VRAAG

Dan een andere vraag. Met dit pakket, wat wil Nederland eigenlijk proberen uit te stralen?

SCHOOF

Nederland wil uitstralen dat degenen die recht hebben op bescherming in Nederland dat ook krijgen. Maar degenen die dat recht niet hebben, dat we daar willen voorkomen dat die mensen naar Nederland komen.

VRAAG

Ja, maar het opvang wordt soberder. Zelfs Syriërs met een vergunning kunnen teruggestuurd worden. Is dat nog ook wel humaan? Is het belangrijk dat Nederland dat ook nog uitstraalt?

SCHOOF

Ja, want het gaat om vergunningen van bepaalde tijd. Daar gaat het over, als het gaat om terugsturen. En als je een vergunning krijgt om hier te blijven, vanwege je onveilige situatie in je land, als dan in het gebied waar u vandaan komt het veilig is, dan is het niet meer dan logisch dat je vraagt om terug te keren naar je land van herkomst.

VRAAG

Ja, maar is het niet ergens ook opportuun dat hier in Den Haag al wordt nagedacht over veilige gebieden in Syrië en het terugsturen van mensen die gevlucht zijn voor Assad?

SCHOOF

Die discussie is niet, zeg maar, nu vandaag begonnen. Die discussie speelt al langer en speelt ook in de Europese dimensie, dat wil zeggen bij de diverse Europese lidstaten. En iedereen is daarmee bezig, daarom zijn ook die ambtsberichten belangrijk, zijn ook die Europese contacten belangrijk met elkaar te kijken: zijn die gebieden veilig en kunnen we dan vervolgens ook daar de politieke besluiten op nemen?

VRAAG

Ja, Nederland is grotendeels voor al die migratieafspraken afhankelijk van Europese afspraken. In hoeverre rijmt dit asielpakket zich met dat Europese Migratiepact?

SCHOOF

Volgens mij past dat naadloos op elkaar. U had waarschijnlijk geen ander antwoord van mij verwacht. We staan vol achter het Europees Migratiepact, dat heb ik afgelopen maandag naar aanleiding van die Europese top nog gezegd. Wij zijn ook voor versnelling van het Migratiepact, omdat ook uiteindelijk dat ertoe leidt dat er minder asiel en migratie naar Europa komt en daarmee ook naar Nederland. En tegelijkertijd nemen we ook een pakket nationale maatregelen, waarvan dit op dit moment het belangrijkste voorbeeld is. En die twee die zullen ervoor zorgen dat we uiteindelijk grip krijgen op die migratie.

VAN GRONINGEN (CAFÉ KOCKELMANN)

Meneer Schoof, u heeft ooit beruchte woorden gesproken hier in deze persconferentie toen u zei dat Nederland een asielcrisis ervaart. Kunt misschien uitleggen wat er aan die ervaring gaat veranderen als dit pakket eenmaal uitgevoerd wordt?

SCHOOF

Ik denk dat de asielcrisis, die is er vanwege de verstopping van de keten, vanwege de, zeg maar, kijk naar Ter Apel, maar ook het gebrek aan terugkeer. En het moeilijk is om op de Nederlandse woningmarkt een woning te vinden, voor iedereen overigens, maar ook voor asielzoekers. Dat is de crisis. Dat is ook de crisis die mensen zien. En wat we hopen en verwachten met de maatregelen die we nu nemen, is dat we, maar nogmaals, dat is ook niet van vandaag op morgen geregeld, maar dat al die maatregelen toe leiden met grip op migratie, met overigens ook de andere dingen die het kabinet doet – ik heb het al een paar keer over de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening gehad, maar dan over doorstroomlocaties – maar ook ten aanzien van de woningbouw en met de andere maatregelen die Nederland neemt, dat we uiteindelijk in een situatie terechtkomen waarin er niet alleen geen crisis is, maar ook niemand meer die crisis ervaart.

VAN GRONINGEN

Dus mensen die bijvoorbeeld overlast ervaren die in de buurt van Ter Apel wonen, daarvan zegt u, nou dit pakket, u hoopt ermee dat dit ervoor zorgt dat zij geen overlast meer ervaren. Zegt u dat ook?

SCHOOF

Daar is het mede op gericht. Maar ik kan natuurlijk niet zeggen dat dit pakket in Ter Apel leidt tot geen overlast. Dat zou van een aanmatigendheid getuigen die niet past. Maar wat we wel aan het doen zijn met deze maatregelen, is bijvoorbeeld ten aanzien van veiligelanders die hier in Nederland komen, een van die voorstellen die ook uit het hoofdlijnakkoord komt, is kijken of je opvang kan stoppen van mensen die onterecht in Nederland verblijven, en als je die ook weet terug te keren, dan weet je dus een groot probleem van de overlast daarmee uit Nederland te verdrijven.

VAN GRONINGEN

Ja. Oké. Maar u heeft eerder gezegd: we ervaren die crisis. Maar u zegt: ik kan niet één op één zo ’n plek als Ter Apel noemen. Maar u gaat er wel vanuit dat mensen die dat soort dingen ervaren, dat die dat over een termijn niet meer ervaren. Hoe lang is dat? Is dat vijf jaar? Is dat tien jaar? Is dat twintig jaar? Waar hebben we het dan over?

SCHOOF

Nou, ik ga er vanuit dat onze kabinetsperiode van drieënhalf jaar, dat die in belangrijke mate, zeg maar dat, dat er geen- alles is erop gericht om in die kabinetsperiode natuurlijk ervoor te zorgen, en liefst nog sneller, dat je het asielsysteem weer op orde hebt. Dat je grip hebt op die migratie. En een bijeffect daarvan is dat je dus én geen asielcrisis meer hebt, maar dat mensen ook geen crisis meer ervaren.

HAGENS (SBS)

Nog een vraag over het arrest van het Europese Hof. Begrijp ik het goed als u zegt dat u net zei van u heeft het nog niet bekeken?

SCHOOF

Nou, ik wist dat het 4 oktober was, dus dat suggereert niet dat ik het niet gezien heb. Ik heb gezegd dat wij ervan uitgaan, maar nogmaals, het moet zorgvuldig bestudeerd worden, Europese arresten lezen zich meestal niet in één keer volstrekt helder, dat er goed naar gekeken moet worden, maar dat wij ervan uitgaan dat het geen beletsel vormt voor het Syrië-beleid wat wij voorstaan.

HAGENS

Ik begrijp niet helemaal hoe u dan wel weet dat u er anders naar kijkt, als er nog naar gekeken moet worden.

SCHOOF

Ik heb mij natuurlijk laten informeren, maar ik ben voorzichtig in mijn woordkeuze, dat wij ervan uitgaan dat het geen beletsel vormt.

HAGENS

Zijn er, naast wat er nu op tafel ligt en wat nu net verstuurd is, zijn er afspraken gemaakt over hoe om te gaan met adviezen van de Raad van State?

SCHOOF

Het enige wat is afgesproken is dat we spoedadvies vragen aan de Raad van State en dat heb ik ook aangekondigd bij de voorzitter van de Raad van State.

HAGENS

Ik vraag het omdat de fractievoorzitter van NSC op 16 september zei ‘ik kan niet akkoord gaan met de plannen van Marjolein Faber als er een negatief advies ligt’. Geldt dat nog?

SCHOOF

We spraken toen over de noodwet. We praten nu over een hele andere wet.

HAGENS

De maatregelen zijn wel hetzelfde.

SCHOOF

Ja, maar het maakt nogal wat uit in de- ik verwijs maar even naar de parlementaire debatten, of dat in de context plaatsvindt van de noodwet of in de context van een reguliere wet. Maar er zijn, behalve de spoedprocedure met betrekking tot het advies van de Raad van State en het verzoek daartoe, het toch een Hoog College van Staat, zijn er geen andere afspraken gemaakt en op het moment dat wij het advies van de Raad van State terugkrijgen zullen we daar heel normaal als kabinet ons op beraden op basis van het advies van de Raad van State en het dictum wat ze geven.

HAGENS

Je merkt toch wel bij de andere coalitiepartijen dat daar het gevoel bestaat dat NSC op dit gebied misschien niet zo moeilijk zou doen als de vorige keer. Kunt u dat bevestigen?

SCHOOF

Nee, ik denk dat het kabinet, net als onder de noodwet, adviezen van de Raad van State serieus neemt, maar daarbij wel ook zijn eigen afweging maakt.

HAGENS

Nog een vraag over die doorstroomlocaties. Is daar geld voor?

SCHOOF

De doorstroomlocaties dat zijn mensen die nu in de asielopvang zitten. Dus het betaalt zichzelf terug zou ik bijna zeggen.

HAGENS

Ik kan me voorstellen dat als het nog geregeld moet worden dan moeten er plekken georganiseerd worden, misschien wel containers op een plek, is daar budget voor gevonden?

SCHOOF

Daar wordt op dit moment allemaal uitwerking aan gegeven, dus dat gaat absoluut goed komen.

HAGENS

Want het Rijk gaat dat betalen? Gemeenten gaan dat niet betalen?

SCHOOF

Het zal ongetwijfeld samenwerking worden.

HAGENS

Omdat die taakstelling nu is afgeschaft, ik weet niet of gemeenten daar dan op zitten te wachten om dat ook nog te regelen voor de minister.

SCHOOF

We gaan met de overheden gaan we ook het overleg gaan over de vormgeving van de doorstroomlocaties. Dus we gaan er gewoon hard mee aan de slag. En de twee ministers die trekken dat.

VULLINGS (EENVANDAAG)

Ik wil nog even doorgaan op die doorstroomlocaties. Ik begrijp dus, de gemeentes hebben geen taakstelling meer, dus die hoeven eigenlijk geen, niet meer verplicht statushouders op te vangen?

SCHOOF

Nee, ze hoeven niet meer, althans zodra dat is afgeschaft, het gaat niet meteen vandaag in. Dus zodra het is afgeschaft, dat klopt.

VULLINGS

En dan vervolgens gaat de minister in samenspraak met gemeentes dan waarschijnlijk hele grote locaties vinden waar heel veel containers komen, zo ’n soort VINEX-locaties. Maar welke gemeente wil daaraan meewerken? Heeft het kabinet dat al afgetast?

SCHOOF

Er zijn, laat ik zeggen, er is al langer sprake bij het ministerie van Asiel en Migratie om met dit onderwerp aan de slag te gaan. Er zijn gesprekken over. En ik heb het volste vertrouwen dat de beide ministers van Asiel en Migratie en Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, dat in overleg met de medeoverheden dat tot een goed einde weten te brengen.

VULLINGS

Is er overleg geweest met medeoverheden tijdens dit proces?

SCHOOF

Niet specifiek naar aanleiding van de brief van vandaag. Maar de doorstroomlocaties zijn al eerder in gesprek geweest in het overleg met gemeenten.

VULLINGS

Maar die worden nu groter omdat die taakstelling wegvalt.

SCHOOF

Nou, dat is afwachten. Kijk, want het is niet zo dat, laat ik zeggen, asielzoekers of statushouders, als ze zich melden bij een gemeente dingen mee, net zoals anderen, zeg maar, in de prioritering. Dus stel een gezin, en dan krijgen ze de prioriteit ‘gezin’. Dus er blijft nog steeds ruimte voor huizen en huisvesting ook van statushouders in gemeenten.

VULLINGS

En als iemand in zo ’n container zit, hoe kom je daar ooit uit?

SCHOOF

Uiteindelijk door eigen verantwoordelijkheid te nemen en te kijken, en nogmaals, we zijn ook bezig met een woningbouwprogramma, om te zorgen dat iedereen in Nederland een huis krijgt, want het huisvestingsprobleem beperkt zich niet tot statushouders in Nederland. Het beperkt zich tot veel starters, het beperkt zich tot jonge gezinnen. En dat willen we overigens in totaliteit aanpakken met de woningbouwprogramma’s.

VULLINGS

Dus zo’n doorstroomlocatie kan voor veel mensen eigenlijk misschien wel een soort eindstation blijken te zijn?

SCHOOF

Nee, het is een doorstroomlocatie en geen eindstation.

ORNSTEIN (BUITENHOF)

Waarom is dit het strengste asielbeleid ooit?

SCHOOF

Nou, ik denk als u de brief leest, dan heeft u nog niet eerder een dergelijk streng asielbeleid op 1 A4 gezien. Dat is mijn simpele vertaling van dit gegeven, met nog op de achtergrond datgene wat in het regeerprogramma in de hoofdlijn akkoord staat.

ORNSTEIN

Maar u hebt toch in heel veel vorige functies ook aan dat asielbeleid gewerkt. Waarom mislukte dat dan altijd?

SCHOOF

Nou, misschien omdat er geen overeenstemming tussen politieke partijen op werd bereikt en dat we nu wel politieke overeenstemming hebben over dit plan.

ORNSTEIN

Kunt u zich herinneren dat u ook nog meegewerkt hebt aan Job Cohens het allerstrengste asielwet ooit in het jaar 2000?

SCHOOF

Ten tijde van de staatssecretaris Job Cohen was ik hoofddirecteur van de Immigratie- en Naturalisatiedienst en toentertijd is de nieuwe Vreemdelingenwet gekomen en daar ben ik bij betrokken geweest.

ORNSTEIN

Waarom geeft u garanties dat het nu wel gaat lukken?

SCHOOF

We hebben nu in ieder geval een volstrekte overeenstemming politiek met een meerderheid in de Tweede Kamer. En natuurlijk moeten we nog het nodige doen ook in relatie tot de meerderheid in de Eerste Kamer. Er zullen ook ongetwijfeld de komende periode veel gesprekken over plaatsvinden. Maar die politieke overeenstemming is buitengewoon belangrijk, want als je die niet hebt, dan kom je geen meter verder en daarom eindigde ik net mijn introductie ook dat we nu gewoon voorwaarts gaan.

ORNSTEIN

Is het Oeganda-plan nog aan de orde gekomen?

SCHOOF

Nee, het Oeganda-plan is niet aan de orde gekomen.

ORNSTEIN

Komt dat nog aan de orde?

SCHOOF

Het zal ongetwijfeld aan de orde komen, op het moment dat minister Faber vindt dat ze in de ministerraad moet spreken over de hubs.

ORNSTEIN

Wat vindt u ervan?

SCHOOF

Daar heb ik me eerder al over uitgelaten, dat is een idee dat moet worden uitgewerkt.

TUINMAN (JEUGDJOURNAAL)

Even voor het jeugdjournaal, dus misschien even schakelen. Premier Schoof, vandaag zijn de asielplannen bekendgemaakt. Wat betekent dit voor kinderen die met hun ouders naar Nederland vluchten?

SCHOOF

Kinderen waarvan hun ouders recht op bescherming hebben, die krijgen dat. Tegelijkertijd, kinderen van ouders waarvan Nederland vindt dat ze geen recht op bescherming hebben, die krijgen dat niet.

TUINMAN

En voor kinderen die nu wachten in Nederland wat een beslissing wordt?

SCHOOF

Kinderen, als hun ouders een vergunning hebben voor onbepaalde tijd, dan hoeven die kinderen zich nergens zorgen over te maken. Als hun ouders, omdat hun land, of een deel van hun land, weer veilig is, dan zullen we aan die ouders en aan de kinderen gaan verzoeken om terug te keren naar hun land van herkomst.

TUINMAN

Maar nu zijn het strengere maatregelen. Waarom vindt u dat belangrijk?

SCHOOF

Omdat Nederland te maken heeft met een verstopt asielsysteem. Dat wil zeggen dat de organisaties die moeten beoordelen of mensen recht hebben op bescherming het werk niet meer aan kunnen. Dat we in de opvang onvoldoende opvang kunnen realiseren. Dat er van degenen die geen asiel mogen hebben, dat die ook niet terugkeren naar hun land van herkomst. En daar moeten we iets aan doen.

TUINMAN

Er zitten natuurlijk kinderen in asielzoekerscentra in Nederland. Zijn er kinderen met een Syrische achtergrond. Het gaat nu over terugsturen. Dat kan natuurlijk best wel beangstigend zijn voor kinderen. Wat zou u tegen die groep kinderen willen zeggen?

SCHOOF

Dat de Nederlandse overheid heel zorgvuldig wikt en weegt of de vergunning die hun ouders hebben moet worden ingetrokken. En dat begint met de vraag of het land, of het deel van het land waar ze vandaan komen, veilig is. En als we die vraag hebben beantwoord, we dan vervolgens gaan kijken of er de mogelijkheid is om ze terug te laten keren naar hun land van herkomst.

TUINMAN

Het was een behoorlijke hobbelige weg om bij deze plannen te komen. Verschillende politieke partijen in de regering waren het niet met elkaar eens. Hoe vond u het om zoveel ruzie te moeten maken om deze plannen?

SCHOOF

Nou, de afgelopen weken is er gewoon in een goede constructieve of goede sfeer, laat ik geen moeilijke woorden gebruiken, met elkaar gesproken. En had iedereen wel door dat we echt met elkaar tot overeenstemming moesten komen. Dus er was geen ruzie.

TUINMAN

En gaan deze plannen nu ook echt gebeuren?

SCHOOF

Ja, want deze plannen worden omgezet in wetten. En die wetten gaan snel naar de Kamer. En als de Kamer daarmee instemt, zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer, dan is het wet en kan het dus worden uitgevoerd.

TUINMAN

Er moet dus nog wel over gesproken worden?

SCHOOF

Zeker, het is niet zo dat het kabinet nu heeft gesproken en dat het meteen dan allemaal gebeurt, want in een democratie, in een land als Nederland, wordt er eerst over gesproken in het parlement.

TUINMAN

Top, dank u wel.

VRAAG ONBEKEND (NRC)

Ja, de asielbeslisstop: is het kabinet nog altijd van plan om die in te voeren?

SCHOOF

De asielbeslisstop, die wordt vormgegeven door het wetsvoorstel wat nu bij de Eerste Kamer ligt, dat betrekking heeft tot de verlenging van de asielbeslistermijnen, naar uit mijn hoofd gezegd 21 maanden.

VRAAG

En het is hier wekenlang gegaan over de dragende motivering, krijgt de Tweede Kamer die ooit nog te zien?

SCHOOF

Dat heeft de ministerraad nooit bereikt, dus daarmee een stuk wat geen onderdeel heeft gemaakt van de besluitvorming.

VRAAG

Als de oppositie hem opvraagt, gaat u die dan delen?

SCHOOF

Nou, het heeft geen onderdeel gemaakt van welke besluitvorming, dus in principe is er geen reden om die te verstrekken.

VRAAG

Dus de Kamer krijgt hem niet te zien?

SCHOOF

In principe is er geen reden om die te verstrekken.

VRAAG (ONBEKEND)

Ja, meneer Schoof, er komt net nog een reactie binnen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, die zegt ‘het kabinet creëert chaos met het afkondigen van deze asielmaatregelen’. Heeft u überhaupt gekeken naar de uitvoerbaarheid, ook voor lokale overheden?

SCHOOF

Er is natuurlijk ook gesproken over de uitvoerbaarheid van de maatregelen. Daarom hebben we op dit punt ook expliciet aan de ministers van Asiel en Migratie en Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening gevraagd om hier nadere uitwerking aan te geven. En ik ben ervan overtuigd dat dit in de overleggen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten of in het zogeheten medeoverhedenoverleg, ook snel ter sprake zal komen.

VRAAG

Maar het is al langer de klacht, dat gemeenten en de provincies zeggen ‘dit kabinet kondigt allerlei zaken af, terwijl met ons niet wordt overlegd en wij worden verrast, overvallen’. Terwijl, nou ja, het ging net al even over die doorstroomlocaties bijvoorbeeld, de lokale overheden moeten natuurlijk de problemen uiteindelijk echt oplossen.

SCHOOF

Nou, we moeten met elkaar de problemen oplossen. En daarom is het ook belangrijk dat, ook zoals in de brief staat die we aan de Kamer hebben gestuurd, dat beide ministers ook met de medeoverheden het gesprek aangaan.

VRAAG

Misschien nog over het tempo. Het kabinet is nu vijf maanden verder en er is eigenlijk nog niks van dat strengere asielbeleid terechtgekomen. Nu staat u weer met het aankondigen van een wet, eigenlijk nog helemaal aan het begin van een parlementair proces. Hoe kijkt u nou terug op die vijf maanden?

SCHOOF

Ik denk dat het belangrijk is dat de partijen nu volledige overeenstemming hebben. En ook gelet op de discussies in zowel de Algemene Politieke Beschouwingen in de Tweede Kamer als Eerste Kamer, volgens mij een juiste keuze hebben gemaakt, en het kabinet daarmee ook een juiste keuze heeft gemaakt, om op het instrument een andere weg te volgen, namelijk reguliere wetgeving, en tegelijkertijd het doel volstrekt helder. Want als je was doorgegaan op deze weg was het maar zeer de vraag geweest of we überhaupt iets had bereikt. En hiermee weten we in ieder geval zeker dat we een traject kunnen doorlopen wat een grote kans van slagen heeft.

VRAAG

En tot slot misschien, hoe houdt u dan nu de snelheid erin? Het advies van de Raad van State, hoe snel kan het nu gaan? Wanneer worden deze maatregelen dan van kracht?

SCHOOF

Dat is ook deels afhankelijk natuurlijk van de behandeling in de Tweede en Eerste Kamer. Maar het kabinet zal er alles aan doen onder leiding van minister Faber om te zorgen dat deze wetsvoorstellen zo snel als mogelijk naar de Raad van State gaan. Niet voor niets ook spoedadvies… alvast overgebracht dat we dat verzoek gaan doen, op het moment dat we het wetsvoorstel hebben. En dan ook snel door te sturen na weging van het advies van de Raad van State, naar de beide Kamers. En dan hoop ik, gelet ook op de debatten die we in de Tweede en Eerste Kamer hebben gehad, dat er medewerking is aan een vlotte procedure in de beide Kamers.

VRAAG

En wanneer kunt u het indienen? Want er waren al vijf maanden om dit helemaal voor te bereiden?

SCHOOF

Nee want wij waren heel druk bezig met een ander plan. Dat heb ik u tot vorige week maandag ook elke keer voorgehouden, dat het kabinet de lijn van de Noodwet volgde. En dan is het buitengewoon onverstandig om andere trajecten uit te werken, terwijl je nog in gesprek bent met de diverse politieke partijen, de fracties die het kabinet ondersteunen, want dan ondergraaf je elke discussie die je met elkaar hebt. Dus we gaan nu razendsnel aan de slag. Datgene wat er allemaal voorbereid is in het kader van de noodwet is natuurlijk uitstekend, omdat de inhoudelijke maatregelen die onder de AMvB zouden vallen nu in de asielnoodmaatregelenwet terecht komen. Een deel van de motivering natuurlijk gebruikt kan worden, maar van een andere motivering dan dragend. Elke motivering moet dragend zijn trouwens, maar u snapt denk ik wel wat ik bedoel, dat dat allemaal gebruikt kan worden. Dus ik ga er vanuit dat dit wetsvoorstel niet al te lang op zich hoeft te laten wachten. Ik zal dat ook spoedig aan mevrouw Faber vragen, wanneer ze met het wetsvoorstel naar de minister komt.

VRAAG (VRT)

De grenscontroles die u heeft aangekondigd, hoe ziet u dat concreet? Komen er slagbomen tussen Nederland en België?

SCHOOF

Nee er komen geen slagbomen. Dat zal een grenscontrole zijn van de Koninklijke Marechaussee, waarbij we ook heel nadrukkelijk hebben aangegeven dat het economisch verkeer niet geschaad moet worden of woorden van gelijke strekking, en dus specifiek gericht op het tegengaan van illegale migratie of het bij de grens terugverwijzen van asielzoekers die elders in Europa aantoonbaar asiel hebben aangevraagd.

VRAAG

Want er komen identiteitscontroles?

SCHOOF

Nou het is niet zo dat langs de grens van Nederland alle grensposten eind november alles op slot gaan. Kijk hoe Duitsland het doet, kijk hoe Frankrijk het nu aan het doen is, op zo ’n manier zal Nederland het ook aanpakken. En belangrijk is dat we het ook netjes notificeren in Brussel, dat is ook belangrijk. En dan gaan we de grensmaatregelen toepassen.

VRAAG

En wanneer kunt u dat toepassen, denkt u?

SCHOOF

We hebben gezegd dat we vanaf eind november daarmee beginnen.

VRAAG

Dat is haalbaar?

SCHOOF

Dat is zeker haalbaar, ja.

VRAAG (NIEUWSUUR)

Ik wil u graag nog wat vragen over het weigeren van de pro-Palestijnse activist Khatib. Waarom is het belangrijk om hem hier te weigeren?

SCHOOF

De weigering vindt zorgvuldig plaats, dus het is niet een kwestie van: we willen hem niet. Het is een beoordeling op grond van: wat heeft de man gezegd, aan welke organisatie is hij eigenlijk verbonden, en kan dat tot de conclusie leiden dat hem de toegang tot Nederland ontzegd kan worden? Dat proces heeft de afgelopen dagen plaatsgevonden. En is de minister van Asiel en Migratie, gesteund door de minister van Justitie en Veiligheid, tot de conclusie gekomen dat de betrokkene de toegang tot Nederland kan worden geweigerd.

VRAAG

Maar negeert het kabinet hiermee het advies van de IND en NCTV dat er eigenlijk onvoldoende rechtsgrond is om hem te weigeren?

SCHOOF

De adviezen van de IND en NCTV zijn meegewogen door de ministers die dit besluit hebben genomen.

VRAAG

Dus er is voldoende rechtsgrond om hem te weigeren?

SCHOOF

Ja.

VRAAG

Schuurt het niet met academische vrijheid, vrijheid van meningsuiting?

SCHOOF

Nou ik zou bijna zeggen, ik verwijs naar de discussie die eerder gevoerd is, naar aanleiding van de heer Aiki, als ik de naam goed uitspreek. En uiteindelijk is daar ongeveer dezelfde discussie gevoerd, en daar heeft de rechter een positieve uitspraak over gedaan.

VRAAG

Nu is Khatib in mei nog in Nijmegen geweest. Toen was er niks aan de hand, blijkbaar. Wat is er dan nu veranderd?

SCHOOF

Over mei ga ik niet. Toen had ik een andere functie.

VRAAG

Maar heeft u misschien wat informatie gekregen?

SCHOOF

Nee hoor. Dit is overigens een besluit dat ook niet in het kabinet is genomen. Individuele besluiten horen ook niet in het kabinet, dat is de bevoegdheid van de minister van Asiel en Migratie samen met de minister van J&V.

VRAAG

Degene die hem heeft uitgenodigd zegt eigenlijk: ik vind het eng dat de overheid deze bevoegdheden kan gebruiken. En hij stelt wel de vraag: is er wel voldoende rechtsgrond?

SCHOOF

Er staan procedures tegen open en die zien we met vertrouwen tegemoet.

BREMER (RTL NIEUWS)

Dus stel dat hij hier opgepakt wordt in Nederland, denkt u dat u dan voldoende grond heeft om die rechtszaak te winnen?

SCHOOF

Nou dat is een combinatie van factoren.

BREMER

Maar de ambtenaren bij de IND hebben anders geadviseerd, dus dan moet er ergens iets liggen waar…

SCHOOF

Nou u beschikt over informatie, u gaat er nogal stellig vanuit dat er adviezen liggen die negatief zijn van de IND en NCTV. Het is een besluit van de betrokken minister, mede gewogen de adviezen die er zijn geweest. En we gaan ervanuit, want anders zouden er besluiten zijn genomen dat er voldoende rechtsgrond is. Nogmaals, er kan bezwaar of beroep worden ingesteld en dan zien we of de rechtsgrond er is, maar naar ons oordeel is die er. En naar het oordeel van de minister, en ik heb geen reden om aan de minister te twijfelen, en dan wachten we de rechterlijke uitspraak op dit punt af. We moeten ook niet vergeten dat Samidoun… dat Nederland ook het voorstel steunt om het op een Europese sanctielijst te plaatsen. Dus er zijn allerlei bewegingen om ten aanzien van Samidoun, daar toch echt heel anders tegenaan te kijken dan laten we zeggen, één of twee jaar geleden.

HAGENS (SBS)

Ik vroeg me af, wat vond u ervan dat die conceptbrief uitlekte afgelopen woensdag?

SCHOOF

Dat is altijd vervelend.

HAGENS

En is er nog iets veranderd? Want als we die twee naast elkaar leggen, dan zien we eigenlijk geen verschil met gisteren.

SCHOOF

Nou, ik kan u de verandering precies aangeven, en u volgens mij ook als u ze gewoon even op een velletje tegen elkaar aanlegt. Dan ziet u een aantal veranderingen die-

HAGENS

Wilt u mij helpen daarbij? Wat is er veranderd?

SCHOOF

Laten we nou elk ons eigen werk doen. Ik heb samengewerkt met de partijen om te komen tot deze brief, en dan zoekt u de verschillen.

DE ROOY (NOS)

Dan even ten aanzien van de oorlog in Oekraïne. De heer Brekelmans zegt dat daar wat ontdekt is. Kunt u dat nog een keer toelichten, over de soldaten vanuit Noord-Korea, is dat een zorgelijke ontwikkeling?

SCHOOF

Ja, absoluut. Want uiteindelijk kan dat ertoe leiden dat het niet alleen maar om Rusland en Oekraïne gaat, maar dat ook een ander land, en dan ook nog Noord-Korea, zich op Oekraïense bodem mengt in het gevecht, en dat maakt het er allemaal niet makkelijker op.

DE ROOY

Maakt het deze oorlog nog veel groter, breder?

SCHOOF

Het risico is aanwezig, omdat andere landen zich nadrukkelijk mengen in deze strijd, wat de situatie niet verbetert om snel tot vormen van onderhandelingen te komen die te maken hebben met het beëindigen van de oorlog. Het is een buitengewoon zorgelijke ontwikkeling in heel veel opzichten.

Zie ook

Verantwoordelijk

EN ZIE OOK

RIJKSOVERHEID

MINISTERRAAD: GROEN LICHT VOOR ASIELPLANNEN MINISTER FABER

7 MAART 2025

https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2025/03/07/ministerraad-groen-licht-voor-asielplannen-minister-faber

Nieuwsbericht | 07-03-2025 | 17:00

De ministerraad heeft op voorstel van minister Faber van Asiel en Migratie ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van haar pakket asielbeperkende maatregelen. Het betreft de zogenoemde asielnoodmaatregelenwet en de tweestatusstelselwet. Daarmee is opnieuw een stap gezet naar invoering van het strengste asielbeleid ooit.

De ministerraad besprak het advies van de Raad van State over de plannen. Hierin worden zorgen geuit over onzekerheden bij de uitvoering. ‘Maar ik heb één zekerheid’, aldus minister Faber: ‘Zó kan het niet langer. Het hele systeem is vastgelopen, we moeten zo snel mogelijk handelen. Dit is wat Nederlanders willen: een fundamentele koerswijziging in het beleid om de instroom te beperken en terugkeer te bevorderen.’ 

Asielnoodmaatregelenwet

Minister Faber stuurde eind vorig jaar twee wetsvoorstellen naar de Raad van State voor advies. De Asielnoodmaatregelenwet omvat onder meer de afschaffing van permanente verblijfsvergunningen, beperking van de geldigheidsduur van asielvergunningen tot drie jaar, verruiming van de ongewenstverklaring, strenge voorwaarden voor nareis en maatregelen om asielprocedures efficiënter te maken.

Deze wet is door de minister aangescherpt, waar het gaat om afschaffing van de voornemenprocedure. Dat werkt verlichtend voor de IND, mits ook het bezwaar wordt afgeschaft. Deze onvolkomenheid is gerepareerd met een technische aanpassing.

De memorie van toelichting van beide wetten is ter verduidelijking aangevuld. Dat is gedaan op basis van de nader rapporten dat door de minister is opgesteld naar aanleiding van het advies van de Raad van State. Ook zijn juridische vindplaatsen toegevoegd, en wordt er verwezen naar jurisprudentie. Die toevoegingen veranderen niets aan de inhoud van de wetten.

Tweestatusstelsel

Daarnaast wordt een zogenoemd tweestatusstelsel voorgesteld. Het wetsvoorstel maakt onderscheid tussen vluchtelingen en mensen die op andere gronden bescherming krijgen. Dit geeft extra mogelijkheden om de instroom van nareizigers van mensen in die tweede groep te verlagen.

Een grote groep mensen wacht momenteel in het buitenland om naar Nederland te komen. Dit wetsvoorstel zal voor een deel van deze groep bij de gezinshereniging meer voorwaarden stellen, zoals een wachttijd van twee jaar, de beschikking over huisvesting en inkomen.

Kosten

In totaal is € 115 miljoen nodig om de wetten in te voeren en uitvoerbaar te maken. Er is € 101,8 miljoen nodig voor het tweestatusstelsel, en € 13,3 miljoen voor de asielnoodmaatregelenwet. Het bedrag is hoger dan voorheen voorzien, omdat niet alleen de kosten voor de IND, maar ook die van de rechtspraak zijn meegenomen. Minister Faber: ‘Dit is een investering om op lange termijn enorm veel geld te besparen.’

Overige maatregelen

Eerder zijn al maatregelen genomen of aangekondigd, zoals de invoering van grenscontroles, uitbreiding van de mogelijkheden om criminele vreemdelingen – ook minderjarigen – uit te zetten, een opt-out bij toekomstige wijzigingen in Europese asielverdragen en beëindiging van de Landelijke Vreemdelingen Voorziening per 1 januari.

‘Duidelijk signaal’

Minister Faber: ‘Al deze maatregelen samen geven een duidelijk signaal af. Dit kabinet koerst op het strengste asielregime en de strengste toelatingseisen ooit. Het kabinet verwacht dat deze maatregelen bijdragen aan vermindering van de instroom en tevens een positief effect hebben op terugkeer. Daarbij gaat het om vreemdelingen die geen recht hebben op verblijf en vreemdelingen die terug kunnen wanneer de veiligheidssituatie in hun land van herkomst verbetert. Door minder instroom en meer terugkeer neemt ook de druk af op de asielopvang en de asielketen, en daarmee de druk op huisvesting, zorg en onderwijs.’

Zie ook

Verantwoordelijk

EINDE

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 72/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers

NOOT 71/WEES PARAAT!

[71]

WIKIPEDIA

JAN VAN DE BEEK

https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan_van_de_Beek

””Dan is er de factor culturele afstand tot het herkomstland. Als die te groot is,

is dat nadelig voor integratie.

Dat pakt slecht uit voor participatie op de arbeidsmarkt en leidt tot oververtegenwoordiging in criminaliteit.

Wat helpt, zijn gemengde relaties.

Dat zie je veel bij Surinamers, Antillianen en mensen uit Oost-Afrika.

Die komen met grote achterstand binnen, maar dat verandert door

huwelijken met autochtonen. 

Dan zie je in de tweede en derde generatie opeens hogere cito-scores.

Maar juist asielmigranten uit andere delen van Afrika en het Midden-Oosten,

veelal moslims, hebben weerstand tegen gemengde relaties.

Daar hapert de integratiemotor.”

UITSPRAAK JAN VAN DE BEEK ”IMMIGRATIEDESKUNDIGE”

NOOT  1A UIT

DE WERELD VOLGENS JAN VAN DE BEEK/FELLOW TRAVELLER

FASCISTENKABINET/HUWELIJK TUSSEN WILLEM HOLLEEDER EN

EEN SOMALISCHE/GOED VOOR INTEGRATIE EN DALING CRIMINALITEIT

ASTRID ESSED

8 NOVEMBER 2024

VOLKSKRANT

OPINIE: HET STEEKT MIJ ENORM WAT JAN VAN DE BEEK

OVER ASIELZOEKERS ZEGT

23 OCTOBER 2024

https://www.volkskrant.nl/columns-opinie/opinie-het-steekt-mij-enorm-wat-jan-van-de-beek-over-asielzoekers-zegt~ba735eb4

Het merendeel van de lezers is niet gecharmeerd van de beweringen van wiskundige en antropoloog Jan van de Beek in een interview over de nadelen van de komst van asiel-, arbeids- en studiemigranten. Op een enkele lezer van deze ‘linkse kutkrant’ dan na.

De oproep tot bescherming van de rechtstaat van hoogleraar staatsrecht Ingrid Leijten galmt na bij het lezen van het interview met Jan van de Beek. Niet alleen ziet Van de Beek immigratie als een ‘onvoorziene omstandigheid’ van de verdragen waarbij Nederland partij is, deze verdragen zouden ook nog eens de Nederlandse democratie ondermijnen en daarom moeten worden opgezegd en/of aangepast.

Hoe de data-analyse van Van de Beek over migratie en de verzorgingsstaat tot deze conclusie leidt, blijft vaag. Net als de end state die Van de Beek voor ogen heeft wat betreft asiel. Bij zoveel onduidelijkheid is het maar goed dat de Grondwet spelregels geeft, onder meer de regel dat verdragen niet zonder instemming van de gehele Staten-Generaal kunnen worden opgezegd.
Dammes den Hartog, Oegstgeest

Hardwerkende nieuwkomers

Met stijgende ergernis heb ik het interview met wiskundige en cultureel antropoloog Jan van de Beek gelezen. Als cultureel antropoloog voel ik me geroepen om een paar opmerkingen te maken. Ik heb meer dan dertig jaar gewerkt met allerlei migranten/nieuwkomers in Groningen. Sommigen kwamen hier voor de liefde, maar de meesten hebben moeten vluchten.

Het lijkt me helder dat het geen gemakkelijke opgave is om ergens helemaal opnieuw te moeten beginnen, zeker als je de nodige rottigheid hebt meegemaakt voordat je hier bent aangekomen. Het steekt mij énorm dat Jan van de Beek zegt: ‘Iedere asielzoeker die een status krijgt, heeft toegang tot de verzorgingsstaat, ook als hij kansloos is op de arbeidsmarkt. Dat is een chequeboek, waarmee hij elke maand kan zeggen: ‘Mag ik even vangen uit de collectieve pot?’

De nieuwkomers die ik tegenkom, hebben er zonder uitzondering een hekel aan om hun hand op te houden en afhankelijk te zijn van een uitkering. Zij doen er alles aan om zichzelf verder te ontwikkelen en aan het werk te komen. Ze zitten niet bij de pakken neer, maar willen hun talenten gebruiken en iets betekenen in onze samenleving. Ze leren zo goed mogelijk Nederlands en volgen opleidingen en omscholingen. Tegen de klippen op. Ze werken keihard om hier hun draai te vinden en het beste te bereiken – in het bijzonder voor hun kinderen.

Helaas zijn er heel veel hinderpalen waarmee deze nieuwkomers te maken krijgen. Een recent voorbeeld: Een alleenstaande moeder heeft in februari dit jaar haar diploma mbo 2 Helpende behaald. Haar opleidingscoach en stagebegeleidster zijn enthousiast over haar, net als haar collega’s en cliënten in het verpleeghuis. Tot haar verdriet en frustratie komt zij echter niet aan het werk, ondanks dat overal grote personeelstekorten zijn in de Zorg.

Reden? Ze kreeg bij één van haar sollicitaties te horen ‘niet flexibel genoeg’ te zijn. Want ze moet ook ’s avonds en in de weekenden beschikbaar zijn. Alleen op doordeweekse dagen tussen 7.15 en 18 uur is niet genoeg. Tijdens haar opleiding kon haar kind naar de buitenschoolse opvang (bso). Maar de bso is niet beschikbaar in de avond en weekenden. En blijkbaar vindt de betreffende zorginstelling het niet genoeg dat zij door de week wél 40 uur inzetbaar is.

Bij een andere zorginstelling kan ze alleen een nulurencontract krijgen. Op basis daarvan zou ze moeten afwachten òf en wanneer ze wordt opgeroepen en kan ze geen kinderopvang regelen. Het gevolg is dat zij nu al meer dan een halfjaar tegen wil en dank werkloos thuis zit. De werkcoach van de gemeente lukt het tot nu toe evenmin om haar in de zorg aan het werk te krijgen als helpende.

Dus: laten we vooral kijken hoe nieuwkomers aan de slag geholpen kunnen worden door obstakels weg te nemen. Regel goede kinderopvang en zorg dat werkgevers zich flexibeler opstellen. Zorg dat kinderen van nieuwkomers geholpen worden met het verbeteren van hun Nederlandse taal, zodat zij gelijke kansen hebben op school en kunnen doorstromen naar onderwijs dat past bij hun talenten, in plaats van hun niveau ‘Begrijpend Lezen’.

Wat Jan van de Beek beweert, doet geen recht aan al die hardwerkende nieuwkomers die ik tegenkom. Ook al slaat hij in het interview ons met cijfers om de oren, in mijn oren klinkt het vals.
Anneke Lindeman, cultureel antropoloog, Groningen

Cijfers

In het interview met Jan van de Beek worden ‘blijf-percentages’ genoemd. Zonder absolute aantallen per migrantengroep, zegt dat weinig tot niets. Dat weet een wiskundige heus wel. Een kans voor de rubriek Cijfers bij het Nieuws?
Ful van der Wel, Zeist

Rekenwerk

Goed rekenwerk van Jan van de Beek, lees ik. Maar wat doen we nou met die schuivende mensenmassa’s in de wereld?
Wim Stegeman, Amsterdam

Vervuiling

Met zijn foute sommen vervuilt Van de Beek het migratiedebat én ondermijnt hij het vmbo. ‘Gemiddeld genomen doen kinderen van asielmigranten het niet goed en volgens mijn data steeds slechter. Er is bijvoorbeeld een heel lage deelname aan havo-vwo’, stelt de wiskundige bijvoorbeeld. Eigenlijk zegt hij daarmee: als je geen havo of vwo doet, gaat het slecht met jou – en dat is slecht voor Nederland. Het is bijna knap te noemen dat je in één zin zoveel verkeerds kunt beweren.

Het idee dat je alleen met een havo- of vwo-opleiding iets kunt bijdragen aan de samenleving, is een miskenning van het belang, de waarde en de kwaliteit van het vmbo. Het is een belediging voor ieder kind dat er aan zijn of haar toekomst werkt, voor iedere vmbo-professional, en voor iedereen die op een vmbo heeft gezeten en nu een bijdrage levert aan samenleving en economie. Een waarin steeds meer arbeidstekorten zijn op juist die plekken waar een vmbo-geschoolde professional zou kunnen werken.

Dit soort uitspraken draagt bij aan een ongewenste en negatieve beeldvorming over een onderwijsvorm waar het merendeel van de kinderen in ons land naartoe gaat (ongeveer de helft, havo en vwo bedienen elk nog geen kwart), en waarvan we de afgestudeerden keihard nodig hebben. Maar wie wil er nog naar het vmbo als er wordt gezegd dat je het dan ‘slecht’ doet?

Verkeerd is ook, dat de cijfers die Van de Beek presenteert (zijn eigen data?), niet de volledige of de juiste som lijken te vormen, terwijl hij zelf nu juist zo vurig bepleit dat die ook gemaakt zou moeten mogen worden als het om migratie gaat. Uit (longitudinaal) onderzoek van het NJI over onderwijsprestaties blijkt namelijk dat niet minder, maar juist steeds méér kinderen met een migratieachtergrond in ons land een theoretische opleiding (havo of vwo) afronden. Ergens ‘een som op loslaten’ kan nuttig zijn, maar áls je cijfers gebruikt, moet je volledig zijn.

Tot slot is het verkeerd dat deze wiskundige bij de duiding van zijn op z’n minst twijfelachtige ‘eigen’ data, de koppeling met onderwijsprestaties maakt om zijn inbreng in het migratiedebat te onderbouwen. Met zijn onvolledige, of zelfs onjuiste som, met zijn ongefundeerde en beledigende bewering dat je alleen met een havo- of vwo-opleiding iets kunt bijdragen aan de samenleving, en met de koppeling van die twee zaken als manke onderbouwing van zijn visie in het migratiedebat, staat Van de Beek een zuivere discussie over de risico’s van migratie juist in de weg, ondermijnt hij het mooie vmbo en doet hij geen recht aan degenen die wél met zinvolle en juiste cijfers willen bijdragen aan debatten rond als migratie. De Volkskrant mag hier écht kritischer doorvragen.
Marlijn Dingshoff, Amersfoort

Kutkrant

Twee weken geleden stond op de cover van het Magazine van de Volkskrant de tekst ‘linkse kutkrant’. En daar ben ik het over het algemeen helemaal mee eens. Maar toch lees ik de Volkskrant om ook andere geluiden te horen. En ineens een artikel met Jan van de Beek over de economische blik op migratie. De Volkskrant was even geen linkse kutkrant.
Jeroen van Bergen, Amsterdam

Ruggengraat

Probeert de Volkskrant nu in het gevlij te komen van de nieuwe heersende macht? Iets meer ruggengraat mocht verwacht worden.
Arjen Bouter, Keutschach am See, Oostenrijk

EINDE

DE VOLKSKRANT REACTIES WAREN NAAR AANLEIDING VAN ONDERSTAAND VOLKSKRANT INTERVIEW MET JAN VAN DE BEEK

ZIE

VOLSKRANT

”‘Dan is er de factor culturele afstand tot het herkomstland. Als die te groot is, is dat nadelig voor integratie. Dat pakt slecht uit voor participatie op de arbeidsmarkt en leidt tot oververtegenwoordiging in criminaliteit. Wat helpt, zijn gemengde relaties. Dat zie je veel bij Surinamers, Antillianen en mensen uit Oost-Afrika. Die komen met grote achterstand binnen, maar dat verandert door huwelijken met autochtonen. Dan zie je in de tweede en derde generatie opeens hogere cito-scores. Maar juist asielmigranten uit andere delen van Afrika en het Midden-Oosten, veelal moslims, hebben weerstand tegen gemengde relaties. Daar hapert de integratiemotor.’

VOLKSKRANT

WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE

22 OCTOBER 2024

https://www.volkskrant.nl/politiek/we-rekenen-continu-met-mensen-waarom-zou-je-dan-geen-sommen-mogen-loslaten-op-migratie~be5550ee

Lang werd wiskundige Jan van de Beek vanwege zijn puur economische blik op migratie door velen met de nek aangekeken. Maar net nu zijn boek hierover verschijnt, verandert in heel Europa het denken over immigratie en zit hij aan tafel bij minister Faber om zijn visie te geven. ‘We zitten op een omslagmoment.’

door Remco Meijer

‘De huidige immigratie biedt Nederland over het geheel genomen geen economisch voordeel’, schrijft wiskundige en cultureel antropoloog Jan van de Beek in zijn nieuwe boek Migratiemagneet Nederland. Mythen. Feiten. Oplossingen. ‘Bevolkingsgroei draagt bij aan verergering van bestaande problemen’, concludeert hij, en om toekomstige krimp te ondervangen volstaat een migratiesaldo van voorlopig 5.000 per jaar (in plaats van jaarlijks 100- tot 200 duizend mensen erbij, zoals sinds 2016 is gebeurd).

Van de Beek (56) geldt, zeker sinds de publicatie van Grenzeloze verzorgingsstaat. De gevolgen van immigratie voor de overheidsfinanciën (2021, mede gefinancierd door Forum voor Democratie), als het buitenbeentje onder de migratiedeskundigen. Met zijn economische bril zou hij de morele component van immigratie negeren: ieder mens heeft immers het recht op zoek te gaan naar de beste leefomstandigheden. Maar dat zet de verzorgingsstaat Nederland onder almaar toenemende druk, met verschraling van voorzieningen tot gevolg, stelt Van de Beek.

Hij behandelt alle vormen van migratie, zowel door arbeid, studie als asiel. Alsof hij met zijn pleidooi voor rigoureuze selectie anticipeert op tegenspraak, heeft Van de Beek de vele tientallen paragrafen in zijn uitputtende boek steeds voorzien van een vragende titel. Zoals: ‘Asiel is toch maar een klein deel van de immigratie?’ Waarop hij dan antwoordt: dat is ‘een volstrekte misvatting’.

Andere vraag: ‘Immigranten zijn toch nodig voor werk waarvoor wij ons te goed voelen?’ Antwoord: ‘Ook dat is een hardnekkig verhaal.’ Want: arbeidsmigratie is vooral een gevolg van het lagelonenbeleid van de overheid en het bedrijfsleven, en van een verzorgingsstaat die mede door uitkeringen mensen onvoldoende activeert.

Wat betreft asielmigratie: bij de vaak gehoorde opmerking dat asiel slechts 10 tot 12 procent van de totale immigratie betreft, geeft Van de Beek een bijsluiter. Van de arbeidsmigranten is na tien jaar nog maar 21 procent in Nederland, van de studiemigranten 18 procent. Bij asielmigranten is dit 55 procent, bij gezinsmigranten 59 procent.

Met andere woorden: ‘De bijdrage van asiel aan de bevolkingsgroei is veel groter dan op het eerste gezicht lijkt.’ En dat is van belang om te weten, ‘want geen andere vorm van immigratie belast de samenleving en verzorgingsstaat zozeer als asiel’.

In het motto bij uw boek spreekt u van ‘een sociaal experiment op ongekende schaal’. Kijkt u naar immigratie als een moedwillig plan van de overheid, of juist als een laat-maar-waaien-experiment?

‘Dat laatste. Experimenten kunnen bedacht zijn, maar je hebt ook natuurlijke experimenten. Ik zie het als onvoorziene omstandigheden die voortvloeien uit het tekenen van verdragen. In 1951 is het Vluchtelingenverdrag ondertekend, in 1967 het aanvullende Protocol van New York. Toen is de rem van asiel af gehaald. Daarna heeft het nog een tijdje geduurd voordat iedereen dat ontdekte, en voordat de vliegtickets heel goedkoop werden. Rond 1980 gingen we door de duizend asielzoekers heen, daarna werden het er vijfduizend, tienduizend en midden jaren negentig waren het er opeens vijftigduizend.’

U spreekt van ‘grote risico’s en een ongewisse afloop’. En: ‘Waarom zouden we daarmee doorgaan?’ Wie zijn ‘we’?

‘Dat zijn we met z’n allen, vertegenwoordigd in onze nationale overheid en de Europese Unie. Daar ligt de macht. Maar doordat veel is gedelegeerd naar internationale verdragen, is er helemaal geen grip op arbeids- en studiemigratie binnen de EU, en niet op asiel. En juist bij asiel staan alle integratie-seinen op rood.’

Waarom?

‘De herkomstgroep Afrika en Midden-Oosten, waar de bevolkingsgroei het hoogst is, zal bij ongewijzigd beleid heel groot worden in Nederland. Zij zijn veel lager opgeleid dan de gemiddelde immigrant, veel lager ook dan arbeids- en studiemigranten. Veel mensen hebben een romantisch beeld van de asielzoeker als een soort Kader Abdolah of Afshin Ellian, maar dat zijn de uitzonderingen. Gemiddeld genomen doen kinderen van asielmigranten het niet goed en volgens mijn data steeds slechter. Er is bijvoorbeeld een heel lage deelname aan havo-vwo.

‘Dan is er de factor culturele afstand tot het herkomstland. Als die te groot is, is dat nadelig voor integratie. Dat pakt slecht uit voor participatie op de arbeidsmarkt en leidt tot oververtegenwoordiging in criminaliteit. Wat helpt, zijn gemengde relaties. Dat zie je veel bij Surinamers, Antillianen en mensen uit Oost-Afrika. Die komen met grote achterstand binnen, maar dat verandert door huwelijken met autochtonen. Dan zie je in de tweede en derde generatie opeens hogere cito-scores. Maar juist asielmigranten uit andere delen van Afrika en het Midden-Oosten, veelal moslims, hebben weerstand tegen gemengde relaties. Daar hapert de integratiemotor.’

U schrijft: ‘Het is al decennia taboe om de negatieve kanten van immigratie te bespreken of te berekenen.’ Maar er verschijnen toch de laatste jaren allerlei gedegen boeken hierover, zoals van Hein de Haas (Hoe migratie echt werkt) en Ruud Koopmans (De asielloterij)?

‘Het taboe is er in elk geval heel lang geweest. Je zou niet met mensen mogen rekenen, je zou niet aan blaming the victim mogen doen en je mocht extreemrechts niet in de kaart spelen. En het zou moreel ontoelaatbaar zijn, wat een heel dom argument is. We rekenen continu met mensen. De overheid bepaalt de waarde van een mensenleven aan de hand van de kosten van medicijnen. Er wordt gecalculeerd bij het vergroten van verkeersveiligheid. Waarom zou je dan geen rekensommen mogen loslaten op migratie?’

Een politieke partij in de Haagse gemeenteraad wilde u weren van een bijeenkomst, omdat u een ‘extreemrechtse charlatan’ en ‘te politiek gekleurd’ zou zijn. Wat zegt u op mogelijke kritiek dat uw boek een maatschappijvisie in een economisch jasje is?

‘Nee, dat is het niet. Natuurlijk is het altijd zo dat wetenschappers onderwerpen kiezen die ze interesseren. Daaruit blijken misschien voorkeuren, maar wat ik doe is rekenen met data over migratie en kijken waar ik op uitkom. Voor Japanners, Zuid-Koreanen, Noord-Amerikanen en Scandinaviërs kan ik dan een positieve boodschap brengen. Maar voor heel veel andere groepen niet.

‘Omdat dat een onwelgevallige boodschap was, is dit soort studie heel lang niet gedaan. Op universiteiten hangt een eenzijdige sfeer. Een wetenschapper die het wel deed, kreeg te horen: ‘Als jij het woord migranten door Joden vervangt, weet je wel dat je fout bezig bent.’ Heel intimiderend.

‘Sociale wetenschap in Nederland is voor en door linkse mensen. Die niet migratie-kritisch zijn. Als je dan binnen zo’n context aan dit soort onderzoek begint, lijkt het alsof je iets heel buitenissigs doet. Maar feitelijk is dat niet zo. Dit is een ontbrekend stuk van het debat. Ik kleur een blinde vlek in. In andere westerse landen, zoals de VS en Denemarken, gebeurt dit ook.’

Over uw oplossingen zal meteen worden gezegd: onhaalbaar. U oppert onder meer: ‘Mensenrechtenverdragen en Europese wetgeving ondermijnen de Nederlandse democratie en moeten daarom worden opgezegd en/of aangepast.’ Dan is Nederland toch meteen een paria in Europa?

‘Nee, totaal niet. Dit is heel actueel. Wat wij nu doen, is heel hypocriet. Wij lokken mensen, die we eigenlijk niet willen hebben, met asielrecht. Maar ze moeten wel een dodelijke hindernisbaan nemen. Ze mogen niet gewoon met de veerboot komen, en ook niet meer met het vliegtuig, maar moeten met kleine bootjes de zee op. Daardoor is de Europese buitengrens de dodelijkste ter wereld. Met name links zou in de spiegel moeten kijken. Asiel is humaan in intenties, maar inhumaan in uitwerking. Weet u wat pas radicaal is? De huidige status quo handhaven.’

U zegt ook: ‘Wie echt grip op asiel wil krijgen, moet minstens het VN Vluchtelingenverdrag, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het Kinderrechtenverdrag opzeggen. Klinkt misschien inhumaan, maar is het niet.’

‘Ja, we moeten die hindernisbaan slopen, dat zou veel humaner zijn. Maar veel mensen zijn feitenresistent. Die hebben een morele positie ingenomen en gaan daar moeilijk van af. Terwijl alle Europese landen op dit moment hoofdpijn hebben van asiel. Nederland staat absoluut niet alleen. Allerlei regeringen gaan om, ook om electorale redenen, want bevolkingen onttrekken zich in toenemende mate aan de morele druk waaronder je niets over migratie mocht zeggen. We zitten op een omslagmoment. Het moet mogelijk zijn om een coalitie te smeden van flink wat EU-landen die af willen van het asielrecht in zijn huidige vorm.’

U bent half april, samen met Hein de Haas, op gesprek geweest in de formatie. Gaf u dat genoegdoening?

‘Ja, in die zin dat ik voor het eerst het idee kreeg: er zit nu een club mensen die wil luisteren naar iemand als ik. Dat was daarvoor ondenkbaar. Ik heb ook drie keer gesproken met de Staatscommissie demografische ontwikkelingen 2050, waarvan een keer apart met voorzitter Van Zwol. En ik ben op bezoek geweest bij minister Faber (Asiel en Migratie, red.), op haar uitnodiging, maar ik zou mij niet haar adviseur willen noemen. Ik ga in gesprek met iedereen die van mijn data gebruik wil maken.’

Het rapport van de staatscommissie kiest voor ‘gematigde groei’ van de bevolking. U schreef in januari op Wynia’s Week, de website van columnist en journalist Syp Wynia, dat eigenlijk nog te ruim te vinden.

‘Ja. We hebben een klein land. Alles komt in het gedrang. Klimaat, natuur, energiedoelen, CO2-reductie, openbare ruimte, infrastructuur, landschapsbehoud.’

Als PVV-minister Marjolein Faber nog een ‘dragende motivering’ zoekt, kan ze vanaf nu uw boek omhoog houden. Maar volgens u had ze al maandenlang uit het rapport van de staatscommissie kunnen putten?

‘Ja, ik zou denken: er is een grondwettelijke taak voor onderwijs, gezondheidszorg en wonen. Die komt in het gedrang als er zoveel mensen bij komen. Je kunt wel zeggen: er wordt te weinig gebouwd, maar er is niet tegenop te bouwen. De kosten voor zorg lopen op, de onderwijskwaliteit daalt. Dat mag je best een crisis noemen.’

Maar wat is er acuut aan?

‘Dan moet u even omdenken. We hebben het over een klimaatcrisis. Maar is de zeespiegel al vier meter gestegen? Nee. Toch zijn we ermee bezig. Want zeespiegelstijging kan voor ons in de toekomst een probleem zijn. Regeren is vooruitzien. Immigratie idem. Het is een cumulatieve crisis, maar ook die kan acuut zijn. Iedere asielzoeker die een status krijgt, heeft toegang tot de verzorgingsstaat, ook als hij kansloos is op de arbeidsmarkt. Dat is een chequeboek, waarmee hij elke maand kan zeggen: ‘Mag ik even vangen uit de collectieve pot?’

U schrijft: ‘Er wordt in Nederland al jaren oeverloos gedebatteerd of we nu een asiel-instroomcrisis of een asiel-opvangcrisis hebben. Die hebben we allebei, maar de grootste asielcrisis is dat we bij ongewijzigd beleid geen middelen hebben om deze desastreuze en in potentie maatschappij-ontwrichtende vorm van immigratie te stoppen.’ Hoezo desastreus?

‘Economische tegenstellingen lopen langs etnische en religieuze breuklijnen. Als die ook nog eens gepolitiseerd worden, en die groep steeds groter wordt, kan dat een recept voor een ramp zijn. Want wat is dan de binding met Nederland? Daarover moet je nadenken. En diegenen die zeggen dat dit spookbeelden zijn, zijn ook degenen die zeggen dat we absoluut niets aan asiel mogen doen.’

Jan van de Beek: Migratiemagneet Nederland. Mythen. Feiten. Oplossingen. Uitgeverij Blauwburgwal. 468 pagina’s, € 23,50

EINDE

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 71/WEES PARAAT!

Opgeslagen onder Divers