[7]
”De energietoeslag van 1300 euro voor mensen met een lager inkomen verdwijnt volgend jaar.”
NOS
CPB: KOOPKRACHT MEESTE HUISHOUDENS STIJGT: ARMOEDEPAKKET HELPT
19 SEPTEMBER 2023
Dankzij de kabinetsmaatregelen tegen armoede gaat de laagste inkomensgroep er volgend jaar toch nog in koopkracht op vooruit. Dat verwacht het Centraal Planbureau in de macro-economische verkenning voor Prinsjesdag. In augustus verwachtte het CPB nog dat de koopkracht van de laagste inkomens zonder nieuw beleid zou dalen en de armoede zou toenemen.
Om die lagere inkomensgroepen te steunen, verhoogt het kabinet onder meer de huurtoeslag en het kindgebonden budget. De koopkracht van de hogere inkomens gaat er vergeleken met de raming in augustus juist wat minder op vooruit, want de steun voor lagere inkomens wordt deels betaald door hogere inkomens wat meer belasting te laten betalen.
Gemiddeld huishouden
Door de maatregelen verwacht het CPB dat de koopkrachtstijging voor het gemiddelde huishouden net ietsje lager uitkomt dan in augustus geraamd: een plus van 1,8 procent in plaats van 1,9 procent.
De energietoeslag van 1300 euro voor mensen met een lager inkomen verdwijnt volgend jaar. En daardoor dreigde de koopkracht van deze groep achteruit te gaan.
Maar het kabinet repareert dat nu dus met andere inkomensmaatregelen. Een van de belangrijkste daarvan is de huurtoeslag die omhoog gaat. De maximale huurtoeslag is volgend jaar 416 euro hoger dan dit jaar. En het kindgebonden budget wordt verhoogd: voor het eerste kind stijgt het maximale bedrag met 750 euro per jaar en voor het tweede kind met 883 euro.
Daardoor wordt een dreigende stijging van de armoede onder kinderen voorkomen. Het CPB verwacht nu een daling van het percentage kinderen in armoede van 6,2 procent dit jaar naar 5,1 procent volgend jaar. Zonder maatregelen zou dat 7 procent zijn.
Hoge belastingschijf eerder
De maatregelen worden deels betaald doordat het kabinet de tweede belastingschijf eerder laat ingaan. Vanaf een bruto inkomen van 75.625 euro ga je 49,5% belasting betalen. Dat zou oorspronkelijk pas bij 80.263 euro zijn.
Al met al gaan de meeste groepen er in koopkracht op vooruit. Toch zijn er volgens berekeningen van het ministerie van Sociale Zaken ook mensen van wie de koopkracht juist licht daalt volgend jaar. De koopkracht van alleenstaanden met alleen AOW daalt bijvoorbeeld met 0,3 procent.
En die van een alleenstaande op het sociaal minimum zonder kinderen daalt met 0,4 procent. Want zonder kinderen profiteer je natuurlijk niet van het hogere kindgebonden budget.
Nibud: verdwijnen energietoeslag is aderlating
Budgetinstituut Nibud is bezorgd over het verdwijnen van de energietoeslag en noemt dat een aderlating voor de laagste inkomens. Volgens eigen berekeningen van het Nibud gaat een alleenstaande in de bijstand er 4,3 procent op achteruit, wat neerkomt op 72 euro per maand.
“Een alleenstaande in de bijstand kon dit jaar met alle tijdelijke maatregelen en zonder tegenslagen rondkomen”, zegt directeur Arjan Vliegenthart. “Maar als je volgend jaar 72 euro minder kunt besteden, kom je elke maand tekort.”
Het Nibud heeft voor ruim 100 voorbeeldgezinnen berekend hoeveel euro zij erbij of juist minder krijgen. Ook in deze verwachting gaan de meeste groepen erop vooruit.
Komt de CPB-voorspelling uit?
De koopkrachtberekeningen van het CPB zijn vooral handig om te laten zien wat het effect is van kabinetsmaatregelen voor verschillende groepen. Het bureau baseert zijn ramingen verder op de verwachte loonstijging en inflatie volgend jaar, maar die kunnen in de praktijk natuurlijk anders uitpakken.
Stijgen de lonen bijvoorbeeld harder dan verwacht, dan zal de koopkracht voor veel groepen ook hoger uitkomen. Maar als alles veel duurder wordt dan gedacht en de inflatie dus harder stijgt, valt de koopkracht juist lager uit.
En dan raamt het CPB ook nog eens alleen de zogeheten statische koopkracht, waarbij wordt aangenomen dat iedereen in dezelfde situatie blijft. Dus je krijgt geen promotie op werk, verandert niet van baan en verhuist en scheidt ook niet, terwijl je koopkracht juist flink kan veranderen door dat soort ontwikkelingen in je leven.
Het CPB heeft ook geraamd hoe het verder met de economie gaat. De eerste helft van dit jaar kromp de economie, maar het CPB verwacht dat er over 2023 als geheel toch groei is en volgend jaar ook.
Door de koopkrachtmaatregelen blijft de armoede stabiel, eerder dreigde die nog toe te nemen in 2024. De werkloosheid stijgt volgend jaar wel licht, maar is in historisch perspectief nog altijd erg laag.
EINDE
”De zorgpremie gaat volgend jaar fors omhoog. Voor het basispakket ben je in 2024 waarschijnlijk rond de 150 euro kwijt.”
RTL NIEUWS
ZORGPREMIE ZAL NOG VERDER STIJGEN: ”WE STAAN
PAS AAN HET BEGIN VAN VERGRIJZING”
26 SEPTEMBER 2023
De zorgpremie gaat volgend jaar fors omhoog. Voor het basispakket ben je in 2024 waarschijnlijk rond de 150 euro kwijt. Hoe lang blijven de zorgpremies nog stijgen? En wat betekent dit voor de betaalbaarheid van de zorg? “We zullen keuzes moeten maken. Waar in de zorg kan het wat minder?”
De premie voor het basispakket van verzekeraar DSW stijgt in 2024 met 11,50 euro per maand. Daarmee wordt de goedkoopste zorgverzekering 149 euro per maand.
Jaarlijkse stijging zorgpremie
De stijging van 8,4 procent is de grootste bij DSW sinds de Zorgverzekeringswet in 2006 werd ingevoerd. Het kabinet raamde met Prinsjesdag al dat er gemiddeld zo’n 12 euro per maand bij zou komen.
In de afgelopen tien jaar steeg de zorgpremie ook jaarlijks, zij het minder hard. Gemiddeld ging de premie jaarlijks met 4,5 procent omhoog.
We hebben nu een exceptioneel hoge stijging”, zegt Patrick Jeurissen, hoogleraar betaalbare en toegankelijke zorg bij het Radboudumc. “Dat komt omdat de inflatie hoog is en er zijn hogere lonen in de zorg-cao’s afgesproken. De zorg is een heel loongevoelige sector en dat zien we nu met enige vertraging terug in de premie.”
De inflatie was vorig jaar gemiddeld 10 procent. In 2023 tot nu toe gemiddeld 5,6 procent. De zorgkosten bestaan voor 70 procent uit loonkosten. Ziekenhuispersoneel kreeg eerder dit jaar een loonsverhoging van 12 tot 15 procent, die deels wordt betaald uit de zorgpremie.
Meer betalen, minder gebruiken
DSW-topman Aad de Groot luidde bij de bekendmaking van de premie de noodklok over de stijgende premies. Die zijn volgens hem op de lange termijn niet meer houdbaar. Ook in de Tweede Kamer leven zorgen over de jaarlijkse verhoging. Onder andere SP, GroenLinks, PvdA en PVV denken dat de zorg voor steeds meer mensen onbetaalbaar wordt, waardoor zij zorg gaan mijden.
“We weten dat als je zelf meer moet betalen voor zorg, je er ook minder gebruik van gaat maken”, zegt Jeurissen daarover. “Het is niet een heel sterk effect, maar het is er wel.”
Hoogleraar Jeurissen denkt dat de zorgkosten de komende jaren zullen blijven stijgen. Dat beaamt Wim Groot, hoogleraar gezondheidseconomie aan Maastricht University. Hij noemt onder andere de vergrijzing, nieuwe behandelmethodes en krapte op de arbeidsmarkt als redenen dat de premies voorlopig niet zullen zakken.
Vergrijzing is probleem
Op dit moment zijn de stijgende zorgkosten nog houdbaar, denkt Jeurissen, omdat de Nederlandse zorg niet exceptioneel duur is in vergelijking met de ons omringende landen. In de toekomst hebben we wel echt een probleem, zegt hij. “We staan nog maar aan het begin van de vergrijzing.”
Om de zorg ook in de toekomst betaalbaar te houden, zijn er volgens hem drie opties: het basispakket zorg verkleinen, patiënten meer laten betalen en de doelmatigheid van de zorg verbeteren. Op dat laatste zet men nu het liefst in, zegt Jeurissen. “Dan hoef je het zorgpakket niet kleiner te maken en hoeven mensen ook niet meer te betalen.”
Terwijl we eigenlijk heel veel dingen tegelijk zouden moeten doen, stelt hij. “Net als bij het klimaat. Alleen meer zonnepanelen leggen is ook niet genoeg. Zo zullen we keuzes moeten maken over sommige dure zorgvormen, zoals dure geneesmiddelen. En ook aan de indirecte kosten zouden we meer moeten doen.”
Het is nodig de vraag te stellen waar het in de zorg wat minder kan, meent Groot. Zo hebben we in Nederland heel uitgebreide ouderenzorg en zien we veel kinderen in de jeugdzorg. “Bij deze onderwerpen kun je je afvragen of het niet wat minder kan.”
Groot vindt ook dat verzekerden zelf kritisch moeten kijken naar welke zorg ze nodig hebben. “Je ziet dat veel mensen zijn oververzekerd voor zorg die ze eigenlijk niet nodig hebben. Het is goed om kritisch te kijken naar wat echt belangrijk is. Zo kun je je afvragen of je met een gezond gebit wel een aanvullende tandartsverzekering nodig hebt als je alleen af en toe voor controle gaat.”
Bron: RTL Z
EINDE BERICHT
”
Zorgpremie
Door onder meer loonstijgingen, inflatie en meer vraag naar zorg stijgen de zorgkosten in 2024. Hierdoor gaat de premie van de basisverzekering naar verwachting met ongeveer € 12 per maand omhoog. De totale zorgpremie in 2024 wordt daarmee gemiddeld € 149 per maand. In november 2023 stellen de zorgverzekeraars hun premie voor volgend jaar vast.”
RIJKSOVERHEID
KABINET ZET IN OP TOEGANKELIJKHEID EN BETAALBAARHEID
ZORG IN 2024
Kabinet zet in op toegankelijkheid en betaalbaarheid zorg in 2024
Nieuwsbericht | 19-09-2023 | 15:30
Gezondheid is belangrijk voor de kwaliteit van leven van individuele Nederlanders en voor het functioneren van onze maatschappij als geheel. Wanneer dat nodig is, moet iedereen kunnen rekenen op toegankelijke en betaalbare zorg en ondersteuning. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst. Dat gaat niet vanzelf en vraagt om preventieve gezondheidsmaatregelen en het anders organiseren van de zorg. Het kabinet werkt hier samen aan met zorgpartijen, gemeenten en maatschappelijke organisaties. In totaal is er voor volgend jaar € 103,4 miljard beschikbaar voor de zorg. Dat blijkt uit de begroting voor 2024 van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Samen werken aan gezonde zorg
De vraag naar zorg neemt toe, maar het aantal zorgmedewerkers stijgt niet even hard mee. Daardoor dreigt de zorg vast te lopen. Deze kabinetsperiode zijn daarom met gemeenten en een groot aantal maatschappelijke partijen binnen en buiten de zorg akkoorden gesloten om veranderingen in te zetten zodat de zorg toegankelijk, betaalbaar en van goede kwaliteit blijft. Voor het Integraal Zorgakkoord (IZA) blijven de transformatiemiddelen in 2024 beschikbaar. Hierbij gaat het om € 2,8 miljard in de periode 2023-2027, waarmee de plannen vanuit de verschillende regio’s kunnen worden uitgevoerd. Dit geld wordt onder meer besteed aan de versterking van de eerstelijnszorg, zoals de huisartsenzorg en de wijkverpleging. Ook zet het kabinet in op samenwerking tussen gemeenten, de huisartsenzorg en de geestelijke gezondheidszorg. Verder wordt er geïnvesteerd in digitalisering en betere uitwisseling van patiëntgegevens. Zo is er € 9,3 miljoen beschikbaar voor de elektronische verpleegkundige overdracht, zodat (wijk)verpleegkundigen minder tijd kwijt zijn aan administratie.
Besparingen langdurige zorg uitgesteld
De ouderenzorg wordt de komende jaren anders georganiseerd aan de hand van het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO). Het kabinet trekt hier in 2024 € 345 miljoen voor uit. Met dit programma worden ouderen ondersteund om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven, en ontvangen zij zorg en ondersteuning, in de meeste gevallen thuis in hun vertrouwde omgeving. Het kabinet heeft besloten om twee eerder aangekondigde maatregelen binnen de Wet langdurige zorg uit het coalitieakkoord voor 2024 niet door te laten gaan. Dit gaat om de tariefsverlaging voor de ouderenzorg die samenhangt met de doorontwikkeling van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg (€ 100 miljoen) en de tariefsverlaging voor de hele Wlz die samenhangt met meerjarig contracteren (€ 125 miljoen). Beide maatregelen zijn nog onvoldoende uitgewerkt om al in 2024 in de tarieven verwerkt te kunnen worden. Verder wordt het budget voor de uitvoering van de langdurige zorg volgens de reguliere systematiek verhoogd (€ 220 miljoen), omdat meer mensen een beroep doen op de langdurige zorg.
Hervormingen jeugdzorg
In 2024 zet het kabinet de plannen van de Hervormingsagenda Jeugd door. In de Hervormingsagenda Jeugd hebben de rijksoverheid, gemeenten, aanbieders, professionals en cliëntenorganisaties afspraken gemaakt die moeten leiden tot een beter werkend jeugdzorgstelsel zodat jeugdigen en gezinnen die dat echt nodig hebben snel de juiste hulp krijgen. De Hervormingsagenda Jeugd bevat een groot pakket maatregelen om de jeugdzorg te verbeteren en financieel houdbaar te krijgen. In 2024 wordt in totaal € 1,45 miljard beschikbaar gesteld voor jeugdzorg. Tegelijkertijd zijn met betrokken partijen afspraken gemaakt over maatregelen om de jeugdzorguitgaven in 2024 te verlagen met € 374 miljoen.
Zorgpremie
Door onder meer loonstijgingen, inflatie en meer vraag naar zorg stijgen de zorgkosten in 2024. Hierdoor gaat de premie van de basisverzekering naar verwachting met ongeveer € 12 per maand omhoog. De totale zorgpremie in 2024 wordt daarmee gemiddeld € 149 per maand. In november 2023 stellen de zorgverzekeraars hun premie voor volgend jaar vast. Lage en middeninkomens worden via de zorgtoeslag deels gecompenseerd voor de zorgpremie. In 2024 wordt de zorgtoeslag maximaal € 127 per maand. In 2023 werd de zorgtoeslag eenmalig verhoogd om het verlies van koopkracht te dempen. Deze verhoging vervalt in 2024.
PALLAS
De financiering voor bouw van de nieuwe PALLAS kernreactor is rond. Dit is een grote stap om de toekomstige leveringszekerheid van medische isotopen veilig te stellen. Met de komst van de nieuwe reactor kunnen patiënten wereldwijd blijvend profiteren van de snelle toegang tot innovatieve en betaalbare nucleaire diagnostiek en (kanker)behandelingen. Voor 2024 is hiervoor het nog openstaande investeringsbedrag van € 320 miljoen in de begroting opgenomen. Dit is aanvullend op het eerder vrijgemaakte bedrag van € 1,36 miljard. Het kabinet is ook voornemens om een nieuwe staatsdeelneming op te richten en heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over de manier waarop het kabinet regie gaat voeren op de kosten en planning van het bouwproject. Daarmee is bijna aan alle voorwaarden voldaan om het PALLAS-project van start te kunnen laten gaan. Een belangrijke resterende voorwaarde is de toets van de Europese Commissie op staatssteun, die momenteel loopt.
Zie ook
PLANNEN VOOR ZORG EN GEZONDHEID
Samen werken aan zorg van de toekomst
In Nederland moet iedereen kunnen rekenen op goede zorg en ondersteuning. Omdat mensen steeds ouder worden, neemt de vraag naar zorg toe. Maar het aantal zorgmedewerkers stijgt niet zo hard mee. Daardoor dreigt de zorg vast te lopen.
Het kabinet maakte daarom afspraken met gemeenten en een groot aantal maatschappelijke partijen binnen en buiten de zorg. Samen willen zij de zorg toegankelijk, betaalbaar en van goede kwaliteit te houden. Deze afspraken staan in het Integraal Zorgakkoord (IZA). Hiervoor is van 2023 tot en met 2027 € 2,8 miljard beschikbaar. Dit is onder andere voor een sterkere eerstelijnszorg, zoals de huisartsenzorg en wijkverpleging.
Verder wordt er geïnvesteerd in digitalisering en betere uitwisseling van patiëntgegevens. Zo is er in 2024 € 9,3 miljoen beschikbaar voor de elektronische verpleegkundige overdracht. Daarmee zijn (wijk)verpleegkundigen minder tijd kwijt aan administratie.
Zorgpremie gaat omhoog
In 2024 gaat de premie van de basisverzekering met ongeveer € 12 per maand omhoog. Hierdoor wordt de totale zorgpremie in 2024 gemiddeld € 149 per maand. Dit is nodig omdat de kosten van de zorg ook stijgen. Onder andere door loonstijgingen, inflatie en meer vraag naar zorg. Uiterlijk in november 2023 stellen de zorgverzekeraars hun definitieve premie voor 2024 vast.
Lage en middeninkomens worden via de zorgtoeslag deels gecompenseerd voor de zorgpremie. In 2024 wordt de zorgtoeslag maximaal € 127 per maand. In 2023 werd de zorgtoeslag eenmalig verhoogd vanwege de dalende koopkracht. Deze verhoging vervalt in 2024.
Zorg en ondersteuning voor ouderen van nu
Het aantal ouderen neemt toe in Nederland. Veel van hen willen zo lang mogelijk thuis blijven wonen. En regie houden over hun leven. De zorg en ondersteuning voor deze mensen moet daar in de toekomst bij blijven passen. En zo georganiseerd zijn, dat het aan de veranderende zorgvraag voldoet.
Zelfredzaamheid, geschikte woningen en digitale innovaties
Het kabinet trekt in 2024 € 345 miljoen uit voor het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor ouderen (WOZO). Dit geld gaat onder andere naar nieuwe woningen voor ouderen en een subsidie om jongeren en ouderen samen te laten wonen in geclusterde woonvormen. Zo kunnen ouderen in de toekomst:
- langer thuis wonen;
- langer zelfredzaam blijven;
- meer gebruik maken van technische innovaties die hen ondersteunen in het dagelijks leven.
Om deze doelen te bereiken, zijn er meerdere subsidies beschikbaar. Onder andere:
- Subsidie om samenwonen tussen jong en oud te stimuleren (intergenerationeel wonen): in 2024 is hiervoor € 7,8 miljoen beschikbaar.
- Subsidie om zorggeschikte woningen in de sociale huur te bouwen: in 2024 is hiervoor € 70 miljoen beschikbaar.
Toegankelijke jeugdzorg
De jeugdzorg staat onder druk. Het aantal kinderen en jongeren dat gebruik maakt van de jeugdzorg stijgt. Zij moeten soms lang wachten op de juiste hulp. Het is niet altijd duidelijk hoe goed en effectief jeugdhulp in Nederland is. En de uitgaven aan jeugdzorg nemen toe.
Daarom heeft het kabinet afspraken gemaakt met gemeenten, aanbieders, zorgprofessionals en cliënten. Zij willen dat jeugdzorg bij kinderen en jongeren past, betaalbaar blijft en beschikbaar is voor de meest kwetsbare jongeren die dit nodig hebben. Die afspraken staan in de Hervormingsagenda Jeugd. Dat gebeurt door onder andere:
- specialistische zorg beter te organiseren voor de meest kwetsbare kinderen;
- duidelijke keuzes te maken over de reikwijdte van de jeugdhulp;
- nog meer en beter wijkgericht te werken waardoor gezinnen hulp en ondersteuning op een overzichtelijke manier aangeboden krijgen.
In 2024 wordt voor de jeugdzorg in totaal € 1,45 miljard extra beschikbaar gesteld. Dat geld gaat naar de gemeenten. Tegelijkertijd moeten de maatregelen uit de Hervormingsagenda geld besparen. In 2024 moet die besparing € 374 miljoen zijn.
EINDE