[2A]”
Minderjarige veiligelanders uit Marokko die in Ter Apel en andere delen van Nederland voor overlast zorgen, komen vaak uit gezinnen waarin al problemen waren met geweld, misbruik en drugsverslaving.
Dat valt te herleiden uit het rapport I have nothing to loseover het rondreisgedrag van alleenstaande Marrokaanse minderjarigen.”
….
….
”De veelal jongens die zich aanmelden en die problemen hebben met hun mentale gezondheid, drugsverslaafd zijn en/of gedragsproblemen hebben, komen vaak uit (zeer) sociaal-economisch achtergestelde gezinnen, waarin geweld, misbruik en drugsmisbruik voorkomen.”
RTV NOORD
JONGE VEILIGELANDERS DIE VOOR OVERLAST ZORGEN,
HADDEN IN HUN THUISLAND VAAK AL PROBLEMEN
31 OCTOBER 2023
Minderjarige veiligelanders uit Marokko die in Ter Apel en andere delen van Nederland voor overlast zorgen, komen vaak uit gezinnen waarin al problemen waren met geweld, misbruik en drugsverslaving.
Dat valt te herleiden uit het rapport I have nothing to loseover het rondreisgedrag van alleenstaande Marrokaanse minderjarigen.
Onderzoekers van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het ministerie van Justitie en Veiligheid interviewden professionals, waaronder begeleiders van asiel-opvangcentra in Nederland, België, Frankrijk, Spanje en Italië. Daarbij gaat het ook over minderjarigen die asiel aanvragen in Nederland, wat ze doen bij het aanmeldcentrum in Ter Apel.
Zijn ze echt minderjarig?
Volgens het rapport is de werkelijke leeftijd van de alleenstaande minderjarige veiligelanders onderwerp van discussie bij de Nederlandse en Belgische begeleiders. ‘Begeleiders hebben het vermoeden dat een deel van de groep meerderjarig is. De leeftijd die jongeren zelf aangeven, varieert van 15 tot 17 jaar. Er zijn ook minderjarigen die jonger zijn’, valt erin te lezen.
De veelal jongens die zich aanmelden en die problemen hebben met hun mentale gezondheid, drugsverslaafd zijn en/of gedragsproblemen hebben, komen vaak uit (zeer) sociaal-economisch achtergestelde gezinnen, waarin geweld, misbruik en drugsmisbruik voorkomen.
Onder andere extreme armoede, laagbetaalde banen en het gebrek aan betaalbaar onderwijs zorgen ervoor dat ze willen migreren. Ze worden daarbij niet altijd gepusht door hun familie, zo blijkt. Soms willen jongeren zichzelf in Europa bewijzen tegenover hun ouders.
Nederland heeft ‘vriendelijke politie’
Omdat deze groep weinig tot geen kans heeft op een verblijfsvergunning in Nederland, wordt ons land door deze jongeren niet gezien als bestemming. Ze zien het als een van de verschillende landen in een doorreis. Toch hebben de jonge veiligelanders zo hun redenen om in Ter Apel aan te kloppen, stellen de bevraagde professionals.
Dat zijn onder meer de weekvergoedingen die ze krijgen, de ‘goed georganiseerde en comfortabele opvangcentra’ en een ‘vriendelijke politie’ waardoor gedragsproblemen of strafbare feiten minder gevolgen hebben dan in andere Europese landen.
Daarnaast is Nederland ook aantrekkelijk voor de doelgroep vanwege de mogelijkheid om zwart te werken, de beschikbaarheid van drugs en de mogelijkheid om geld te verdienen door drugs te verkopen. Ook het gebrek aan een terugkeerovereenkomst tussen Nederland en Marokko speelde de afgelopen jaren mee mee. Die is er nu, maar heeft nog weinig effect.
Deel van criminele netwerken
Volgens de onderzoekers bevestigen ‘de resultaten dat deze minderjarigen last hebben van psychische problemen, vaak kampen met (ernstig) middelengebruik en verslaving en daarnaast gedragsproblemen vertonen die kunnen leiden tot incidenten binnen en buiten opvangcentra.’
De problematiek ‘is terug te voeren op de ongunstige gezinssituatie in het land van herkomst’, schrijven de onderzoekers. ‘De problemen worden verder ontwikkeld door ervaringen tijdens de doorreis naar Europa, het rondzwerven en het straatleven, en de beperkte legale mogelijkheden voor deze minderjarigen.’
De onderzoekers stellen dat jonge veiligelanders criminele activiteiten aangaan als overlevingsstrategie. ‘Deze jongens zijn vaak betrokken bij criminele activiteiten en netwerken en er zijn aanwijzingen voor uitbuiting binnen deze netwerken.’ Dat kunnen grote maar ook kleine verbonden voor drugs of diefstallen zijn.
Wat is de oplossing?
Nederlandse begeleiders zien dat volwassen Noord-Afrikaanse veiligelanders de jongere groep asielzoekers in criminele netwerken lokken. Dat is mogelijk omdat jonge asielzoekers uit veilige landen én onveilige landen vanaf 17,5 jaar doorstromen van een eigen opvang naar een azc.
‘In Nederland wordt deze groep veiligelanders min of meer het asielsysteem in geduwd’, stellen de onderzoekers. ‘Dat kan gepaard gaan met frustraties onder jongeren door lange procedures en tijdverspilling’, en een gevoel van ‘onrecht omdat andere leeftijdsgenoten wel kans maken op een asielvergunning’.
Begeleiders noemen kleinschalige opvangcentra, stages en beroepsopleidingen als mogelijke oplossingen, maar: ‘Tegelijkertijd bestaan er bij sommige begeleiders negatieve beelden van deze minderjarigen als overlastgevers’, met de verwachting dat incidenten zullen blijven gebeuren. Dat deze groep samen met asielzoekers uit onveilige landen wordt opgevangen, zorgt voor fricties binnen de opvangcentra.
De jonge veiligelanders ontslaan uit de centra lijkt ook geen oplossing: ‘Als deze minderjarigen in straatsituaties terechtkomen, wordt het gebruik van middelen een overlevingsstrategie. Hoe langer ze in straatsituaties zitten, hoe groter de afstand tot de samenleving en instituties.’ De onderzoekers wijzen naar Spanje, waar dezer groep jongeren vanaf 18 jaar ook mogelijkheden hebben om legaal te kunnen verblijven en werken, waardoor er een alternatief ligt voor criminaliteit.
Niet alleen criminelen
‘Belangrijk is dat ze niet alleen overlastgevers of daders zijn. Het zijn tegelijkertijd kinderen die een ongelukkige start in het leven hebben gehad’, schrijven de onderzoekers in hun bevindingen. ‘Er is geen gemakkelijke en eenduidige oplossing voor deze problemen.’
EINDE
RIJKSOVERHEID
I HAVE NOTHING TO LOSE NOMADIC UNACCOMPANIED
MINORS IN EUROPE
Rapport van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC). Het rapport onderzoekt de kenmerken van de doelgroep van rondreizende alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv). Het gaat in op de onderliggende redenen voor hun rondreisgedrag en op de (multi-) problematiek die zij ondervinden. Daarnaast bespreekt het de maatregelen die andere Europese landen treffen voor de begeleiding en zorg voor deze doelgroep.
Download ‘I have nothing to lose Nomadic unaccompanied minors in Europe’
PDF document | 146 pagina’s | 2 MB
Dit document is een bijlage bij
RAPPORT
OVERLASTGEVERS/
”VEILIGE LANDERS”
RESEARCH AND DOCUMENTATION CENTRE FOR THE MINISTRY
OF JUSTICE AND SECURITY
CAHIER 2023-9
I HAVE NOTHING TO LOSE
NOMADIC UNACCOMPANIED MINORS IN EUROPE
file:///C:/Users/Essed/Downloads/tk-bijlage-wodc-rapport-i-have-nothing-to-lose-nomadic-unaccompanied-minors-in-europe.pdf
I. Kulu-Glasgow
M. van der Meer
J.M.D. Schans
M.P.C. Scheepmaker
[Vanaf bladzijde 128 t/m 138, samenvatting in het Nederlands]
” Van der Burg hoopt met de nieuwe aanpak ook de overlast door asielzoekers met een kansarm asielverzoek te verkleinen. Onderzoek laat zien dat kansarme asielzoekers vaker betrokken zijn bij incidenten en misdrijven, schrijft Van der Burg.”
NOS
KABINET WERKT AAN EXTRA ASIELPLEKKEN MET SOBER
REGIME
29 JUNI 2022
Kabinet werkt aan extra asielplekken met sober regime
Het kabinet werkt aan het opzetten van nieuwe sobere aanmeldcentra dan wel opvanglocaties voor asielzoekers die weinig kans maken in Nederland te mogen blijven, schrijft staatssecretaris Van der Burg van Justitie en Veiligheid aan de Tweede Kamer.
Exacte locaties voor deze “mensen met een kansarme asielaanvraag” zijn nog niet in beeld, over één locatie is het ministerie in gesprek, aldus Van der Burg. Waar dat is, wordt nog niet bekend gemaakt. De nieuwe opvanglocaties krijgen de naam procesbeschikbaarheidslocatie (PBL). Eerder werd al duidelijk dat het kabinet naar oplossingen zoekt omdat aanmeldcentrum in Ter Apel overbelast is.
Op zo’n nieuwe locatie moet een sober regime gelden en moeten asielaanvragen “efficiënt en versneld” worden afgehandeld. Dat zou kansarme asielzoekers moeten ontmoedigen een asielverzoek in te dienen. Daarnaast moet op de PBL-locatie ook het gecontroleerde vertrek plaatsvinden. Inzet hierbij is de afgewezen asielzoekers beschikbaar te houden op de locatie.
Van der Burg hoopt met de nieuwe aanpak ook de overlast door asielzoekers met een kansarm asielverzoek te verkleinen. Onderzoek laat zien dat kansarme asielzoekers vaker betrokken zijn bij incidenten en misdrijven, schrijft Van der Burg.
De staatssecretaris ziet dat het draagvlak voor de opvang van asielzoekers wordt ondermijnd door een “in omvang beperkte groep asielzoekers die zorgt voor overlast of criminaliteit”. “De huidige mate van overlastgevend en crimineel gedrag is onaanvaardbaar en de aanpak van deze groep asielzoekers heeft mijn absolute prioriteit”, aldus Van der Burg.
Sobere plekken
Vrijdag bereikte het kabinet een akkoord met het Veiligheidsberaad over een plan van aanpak voor de opvang van alle vluchtelingen. De noodopvang wordt verhoogd naar 225 plekken per regio. Ook is het de bedoeling binnen zes weken 7500 statushouders naar tussenvoorzieningen te verplaatsen om zo meer plekken in de opvang te krijgen.
De PBL-plek waar nu over gesproken wordt, zal een aanmeldcentrum dan wel opvanglocatie worden met een sober en streng regime. Er komen verscherpt toezicht, sober ingerichte kamers en frequente kamercontroles, en middelen worden waar mogelijk verstrekt in natura.
Ook komen er strakke huisregels. Hiermee wordt voorkomen dat vreemdelingen het proces frustreren en vertragen door bijvoorbeeld niet te verschijnen op de dag dat zij een asielgesprek of vertrekgesprek hebben.
EINDE
‘ Overlast en agressie in de opvang, intimiderend gedrag op straat, zwartrijden in het openbaar vervoer, winkeldiefstal, tasjesroof… Al enkele jaren maakt een groep asielzoekers zich schuldig aan incidenten (7 procent van het totaal) of worden zij verdacht van criminaliteit (3 procent). Zij komen vooral uit ‘veilige landen’ als Algerije, Marokko en Tunesië.”
RIJKSOVERHEID
NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS:
SLEUTEL LIGT BIJ GOEDE SAMENWERKING
10 NOVEMBER 2023
Vorig jaar zomer trad Kees Loef aan als coördinator nationale aanpak overlast asielzoekers. Met een klein kernteam werkte hij een jaar lang aan de totstandkoming van een effectieve, landelijke aanpak van dit hardnekkige probleem. Inmiddels zit zijn taak erop. “Er gebeurde al heel veel, maar het punt was: iedere organisatie deed vooral z’n eigen ding. En dat terwijl de sleutel tot een effectieve aanpak juist ligt in goede samenwerking. Daarin hebben we dan ook flink geïnvesteerd. En met resultaat!”
Overlast en agressie in de opvang, intimiderend gedrag op straat, zwartrijden in het openbaar vervoer, winkeldiefstal, tasjesroof… Al enkele jaren maakt een groep asielzoekers zich schuldig aan incidenten (7 procent van het totaal) of worden zij verdacht van criminaliteit (3 procent). Zij komen vooral uit ‘veilige landen’ als Algerije, Marokko en Tunesië. Deze groep ondermijnt het draagvlak voor de opvang van asielzoekers, van wie het overgrote deel goedwillend is en zich doorgaans correct gedraagt.
(bron van deze cijfers: Incidenten en misdrijven door bewoners van COA- en crisis-noodopvanglocaties 2017-2022 (wodc.nl))
‘Verzin iets’
In de zomer van 2022 kreeg Kees Loef, een ervaren ‘fikser’, die al voor verschillende gemeenten (o.a. Amsterdam en Arnhem) en grote organisaties programma’s en projecten heeft opgezet op het gebied van criminaliteitspreventie en sociale veiligheid, een telefoontje. Het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV). “Mijn opdracht was – letterlijk – ‘Verzin iets – en voer het uit”, vat hij kort samen. Een heel vrije, maar ook ruime opdracht, met mandaat van de minister én de staatssecretaris van JenV. O ja, en of het ‘rond de kerst’ klaar kon zijn? Dat laatste vond ik een beetje krap voor zo’n hardnekkig probleem, dat al enkele jaren speelde. Ik heb gezegd: geef me een jaar. En dat kreeg ik.”
Samenhangende aanpak
Het afgelopen jaar ontwikkelden Loef en zijn team, in nauwe samenwerking met de betrokken organisaties uit de vreemdelingen- en de strafrechtketen – een samenhangende aanpak van deze specifieke overlastproblematiek.
Zo lopen op en rond een aantal opvanglocaties waar sprake was van veel overlast, nu toezichtteams te surveilleren. “Stevige ‘streetwise’ jongens”, weet Loef, “die bekend zijn met de taal en cultuur van de doelgroep. Ze staan in goed contact met de collega’s die werken in de opvanglocaties, met omwonenden en winkeliers. Ze houden alles scherp in de gaten en spreken overlastgevers aan op hun gedrag. Direct en duidelijk, maar zonder over te gaan tot geweld. Die aanpak kende ik nog uit Amsterdam. Ze is relatief snel op te zetten en het mooie is: je ziet vrijwel direct resultaat. Inmiddels zijn deze toezichtteams al op zeven ‘hotspot’-locaties actief.”
Snel beslissen, sober opvangen
Tegelijkertijd werkten Loef en zijn team ook hard aan verbetering van de samenwerking tussen COA, IND, DT&V en politie/AVIM (Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel) in het team dat werkt aan een snelle, slagvaardige afhandeling van de (doorgaans kansarme) asielaanvragen van de overlastplegers. Loef: “Zeg maar: een aparte procedure, onder de officiële stroom langs, om die aanvragen zo snel mogelijk af te doen.”
Overlastgevers kunnen ook in aanmerking komen voor de ‘procesbeschikbaarheidslocatie’: een heel sobere vorm van opvang, met strenge regels. Loef: “Asielzoekers die weinig kans maken op een verblijfsvergunning krijgen daar onderdak en eten, maar geen leefgeld. En ze mogen nauwelijks de deur uit, omdat ze elke dag beschikbaar moeten zijn voor de afhandeling van hun procedure. Zo lukt het om binnen twee weken een beschikking op hun aanvraag af te geven.”
De meesten wachten die beschikking overigens niet eens af. “Die hebben na een dag of twee, drie al genoeg van die sobere opvang”, lacht Loef. “Ze hadden verwacht, zoals in de oude situatie, zo’n anderhalf jaar in de reguliere opvang te kunnen doorbrengen. En vanuit die relatief luxe positie hier in Nederland rottigheid te kunnen uithalen en vermogensdelicten te kunnen plegen. Zodra ze inzien dat dat er niet meer inzit, doen ze aan – wat ik noem – ‘zelfuitzetting’: ze verlaten de opvang en vertrekken. Verreweg de meesten gaan naar het buitenland; die zien we hier niet meer terug.”
Betere aansluiting
Het afgelopen jaar is ook hard gewerkt aan een betere aansluiting tussen de vreemdelingenketen en de strafrechtketen. “De informatie-uitwisseling tussen de partners in de migratieketen en politie/Openbaar Ministerie is inmiddels sterk verbeterd”, vertelt Loef.
Een relatief kleine groep asielzoekers kan worden aangemerkt als veelplegers. Ze plegen bovengemiddeld veel delicten en beperken zich daarbij niet zo zeer tot de directe omgeving van de opvanglocatie waar ze verblijven, maar opereren kriskras door het land. Loef: “Daarom noemen we ze ook wel de ‘ongrijpbaren’, of ‘moeilijk grijpbaren’. Maar voor hoe lang nog…? Een werkgroep onder leiding van de landelijke VRIS-officier van justitie – dat staat voor Vreemdelingen in de Strafrechtketen -, geeft deze groep zo veel mogelijk lik-op-stuk.”
“Wordt iemand opgepakt voor een delict – zeg: winkeldiefstal, tasjesroof of een andere vorm van veelvoorkomende criminaliteit – en het blijkt dat die persoon in de asielprocedure zit, dan heeft het OM toegezegd die zaak zo snel mogelijk af te doen. Op een ZSM-locatie – ‘zorgvuldig, snel en op maat’ – en zo mogelijk via snelrecht. Op papier is dat nu goed geregeld. Nu nog zien of het in de praktijk ook echt zo uitpakt.”
Klik op de link voor een leesbare pdf-versie van de afbeelding Visual Nationale aanpak overlast asielzoekers
Eerste effecten
Terugkijkend op afgelopen jaar, constateert de scheidende coördinator nationale aanpak overlastgevende asielzoekers dat er veel in gang is gezet en beter met elkaar in verband is gebracht. “De contouren van de nationale aanpak staan er nu. Alle maatregelen draaien inmiddels in de praktijk en we zien ook al de eerste effecten. Van het invoeren van de snelle procedure, in combinatie met de sobere procesbeschikbaarheidslocatie, lijkt bovendien een ontmoedigende werking uit te gaan. Ik heb dan ook goede verwachtingen dat deze aanpak gaat werken. Zeker als dit ook nog eens gaat rondzingen in de – veelal Noord-Afrikaanse – netwerken waar deze jongens deel van uitmaken: Nederland? Daar kun je maar beter niet naar toe gaan. Daar zitten ze je veel te dicht op de huid.”
“Ze zeggen wel eens ‘vreemde ogen dwingen’”, besluit Loef. “En het was ook best een onorthodoxe werkwijze voor JenV, met het kernteam en mij als ‘opgedrongen buitenstaanders’, die rechtstreeks zaken deden met de uitvoerende organisaties. Maar het departement heeft in alle opzichten buitengewoon loyaal meegewerkt. Zonder dat, hadden we dit resultaat nooit kunnen bereiken.”
Onlangs stuurden waarnemend staatssecretaris Van der Maat en minister Yeşilgöz-Zegerius de Voortgangsbrief Aanpak overlastgevend en crimineel gedrag door asielzoekers naar de Tweede Kamer. In deze brief constateren de bewindspersonen dat de landelijke en lokale maatregelen uit de nationale aanpak (zie ook de visual) effect sorteren, maar dat – hoewel de meerderheid van de asielzoekers zich gewoon weet te gedragen – er nog steeds incidenten met grote impact plaatsvinden. Dit sterkt de bewindslieden in hun ambitie om de bestaande nationale aanpak verder te versterken. In de brief lichten ze de voortgang op deze maatregelen toe en gaan nader in op enkele moties die over de overlastproblematiek zijn ingediend. EINDE ”In 2022 verbleven in totaal 83.000 asielzoekers voor korte of langere tijd in een azc of in de (crisis)noodopvang. Van hen werden 2300 unieke personen op enig moment verdacht van een misdrijf; 3 procent van het totaal aantal mensen in de COA-locaties. Het WODC noemt dat “een klein deel”, gegeven het feit dat er bovengemiddeld veel mannen en jongvolwassenen in de asielprocedure zitten.”……….”Dat sluit aan bij de onrust in plaatsen als Ter Apel en het Brabantse Budel over de ernstige overlast die met name Noord-Afrikaanse jonge mannen veroorzaken die weinig kans maken op een verblijfsvergunning. Ook de aard van de meeste gerapporteerde misdrijven wijst daarop; het gaat in de eerste plaats om winkeldiefstallen.” NOSMEER VERDENKINGEN TEGEN ASIELZOEKERS VANWEGE MISDRIJF26 JUNI 2023 https://nos.nl/artikel/2480365-meer-verdenkingen-tegen-asielzoekers-vanwege-misdrijf De politie heeft vorig jaar 5700 keer misdrijven geregistreerd waarbij de verdachte op het moment van het misdriijf verbleef in een asielzoekerscentrum of een andere locatie van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA). Dat is een stijging van 38 procent ten opzichte van 2021, zo stelt het onderzoekinstituut van het ministerie van Justitie (WODC) in zijn jaarlijks onderzoek naar incidenten en misdrijven door asielzoekers. Die toename is geheel in lijn met de stijging van de gemiddelde bezetting van die locaties (39 procent).In 2022 verbleven in totaal 83.000 asielzoekers voor korte of langere tijd in een azc of in de (crisis)noodopvang. Van hen werden 2300 unieke personen op enig moment verdacht van een misdrijf; 3 procent van het totaal aantal mensen in de COA-locaties. Het WODC noemt dat “een klein deel”, gegeven het feit dat er bovengemiddeld veel mannen en jongvolwassenen in de asielprocedure zitten. Ook onder Nederlanders met dat profiel is er meer criminaliteit dan gemiddeld in de bevolking.44 procent van Algerijnse asielzoekers verdachtDe mate van betrokkenheid bij misdrijven verschilt echter enorm tussen de verschillende nationaliteiten in de asielopvang. De groep met het hoogste aandeel komt uit Algerije (44 procent van het totaal aantal in de opvang), Marokko (33 procent) en Tunesië (31 procent).Dat sluit aan bij de onrust in plaatsen als Ter Apel en het Brabantse Budel over de ernstige overlast die met name Noord-Afrikaanse jonge mannen veroorzaken die weinig kans maken op een verblijfsvergunning. Ook de aard van de meeste gerapporteerde misdrijven wijst daarop; het gaat in de eerste plaats om winkeldiefstallen. De gemeente Westerwolde, waar Ter Apel in ligt, is afgezet tegen het aantal inwoners inmiddels de Nederlandse gemeente met de meeste meldingen van dat soort diefstal.Meer incidenten bij minderjarigenBehalve naar de misdrijven keken de onderzoekers ook naar de betrokkenheid van asielzoekers bij “incidenten” zoals fysieke, verbale en non-verbale agressie. Ook deze categorie steeg; met 42 procent. De incidenten vormen echter een complexer begrip, omdat er ook “verbale suïcidedreiging en zelfdestructieve acties” onder vallen.Bij die incidenten was bijna een kwart van de alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’ers) betrokken. Dat is een hoog percentage als je bedenkt dat zij maar 4 procent van de gemiddelde bezetting in de opvang voor hun rekening namen.Volgens het rapport speelt daarbij mogelijk “een registratie-effect”; bij deze groep is sprake van bovengemiddeld veel toezicht en handhaving. “En daarbij weet je dat in die leeftijd bij alle nationaliteiten meer speelt dan bij bijvoorbeeld ouderen”, zegt onderzoeker Djamila Schans.Reactie staatssecretarisIn een reactie benadrukt staatssecretaris Van der Burg (VVD) er hard aan te werken dat overlastgevende asielzoekers in Nederland zo snel mogelijk door de asielprocedure worden gehaald en na afwijzing daarvan zo snel mogelijk naar het land van herkomst worden gestuurd. Dat geldt extra sterk voor Algerijnen. |