BELSISSING OVER ONTRUIMING VLUCHTHAVEN UITGESTELD WEGENS UITSPRAAK
Vorige week vrijdag diende een kort geding tegen de “Wij zijn hier”-vluchtelingen die tegen de zin van de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan nog steeds in de Vluchthaven verblijven. Vandaag besliste de rechter om de zaak aan te houden tot 4 juli. De vluchtelingen kunnen zodoende de komende twee weken in ieder geval nog in de opvang blijven.
De rechter stelt het beslissen over de Vluchthaven uit vanwege een zeer recente uitspraak van de Centrale Raad van Beroep over de zaak van een illegale staatloze Palestijnse vluchteling. De gemeente Utrecht moest die man opvangen, zo had een lagere rechter geoordeeld, en was daartegen in beroep gegaan bij de hoogste bestuursrechter. Die bevestigde dat de vluchteling vanwege zijn uitzichtloze situatie, ondanks zijn illegale verblijfsstatus, toch onderdak moet krijgen van de gemeente. Eerder besloot de Centrale Raad ook al dat kinderen en doodzieke of andere “kwetsbare” mensen zonder papieren opvang moesten krijgen. Maar de recente uitspraak gaat over het hebben van een uitzichtloze situatie. Er is dus opnieuw een gaatje geschoten in het keiharde uitsluitingsbeleid van de staat.
In het geval van de vluchtelingen in de Vluchthaven is het zeker nog niet duidelijk of deze nieuwe uitspraak ervoor zal zorgen dat zij niet op straat zullen mogen worden gezet. In de tussenbeslissing van vandaag stelt de rechter namelijk wel dat “de gevorderde ontruiming in beginsel toewijsbaar is”. Maar de rechter wil blijkbaar niet zomaar aan de nieuwste beslissing van de hoogste bestuursrechter voorbijgaan. Ze zal dus nu pas een beslissing nemen na 1 juli, de door de gemeente beoogde datum van lege oplevering van het Vluchthaven-pand. De rechter erkent dat “dit het belang van de gemeente kan schaden”, maar vindt “de uitspraak van de Raad zo belangrijk dat dit belang van de gemeente hier moet wijken”. De advocaat van de Vluchthaven-bewoners, Pim Fischer, en de advocaat van de gemeente mogen zich nu eerst uitlaten over de uitspraak.
Ook van andere kanten wordt het overheidsbeleid bekritiseerd. Na een oproep van Amnesty International, VluchtelingenWerk, Kerk in Actie en stichting LOS aan de overheid om voor iedereen “het recht op een adequate levensstandaard te garanderen” heeft onlangs ook het College voor de Rechten van de Mens zich uitgesproken tegen het uithongeringsbeleid van de staat. “De overheid moet voorkomen dat mensen in een situatie terecht komen die niet meer menswaardig is. Dit betekent dat de overheid moet regelen dat ook vreemdelingen zonder verblijfsstatus die niet voor zichzelf kunnen zorgen, toegang hebben tot kleding, onderdak en voedsel.” In de Tweede Kamer is bovendien op 2 juli, twee dagen voor de beslissing van de rechter bekend wordt, een debat over de motie van GroenLinks, ChristenUnie, D66 en de SP om de Vluchthaven langer open te houden. De druk op Van der Laan en staatssecretaris van Justitie Fred Teeven neemt zo steeds verder toe, en daarmee ook de druk op de hele uitsluitingspolitiek.
Mariët van Bommel