Als het asielzoekers makkelijker wordt gemaakt om te werken, heeft dit substantiële voordelen voor zowel de Nederlandse maatschappij als de asielzoekers zelf. Het zou over een periode van tien jaar bijna 2 miljard euro aan extra welvaart opleveren. Dit blijkt uit een rapport uitgevoerd in opdracht van RefugeeConnect in samenwerking met werkgevers en maatschappelijke organisaties, zoals VluchtelingenWerk Nederland. VluchtelingenWerk is erg blij met de uitkomsten van het onderzoek.
Het onderzoek is uitgevoerd door SEO Economisch Onderzoek en bevat een maatschappelijke kosten- en batenanalyse. Die laat zien wat de voor- en nadelen zijn van een verruiming van werkmogelijkheden voor asielzoekers aan de hand van verschillende scenario’s. Het onderzoek gaat uit van de aanname dat asielzoekers dezelfde mogelijkheden krijgen om te werken als de huidige groep Oekraïense vluchtelingen. De laatstgenoemde groep mag vanaf de eerste dag in Nederland werken zonder tewerkstellingsvergunning en zonder 24-wekeneis.
Een asielzoeker mag in Nederland pas aan het werk wanneer zijn of haar asielaanvraag minstens 6 maanden in behandeling is. Bovendien kunnen asielzoekers alleen werken met een tewerkstellingsvergunning die de werkgever moet aanvragen bij het UWV. Tot voor kort mocht de asielzoeker vanaf dat moment maximaal 24 weken werken over een periode van 52 weken (de 24-wekeneis). Deze eis heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State opgeheven, mede dankzij VluchtelingenWerk. De afschaffing van de 24-wekeneis is een eerste stap. Maar ook de andere barrières moeten worden weggenomen, zodat asielzoekers eerdere en betere toegang krijgen tot werk. Dat dit ook de Nederlandse maatschappij veel oplevert, toont dit onderzoek nu aan.
Werkende asielzoeker integreert sneller
De opstellers van het rapport concluderen dat eerdere toegang tot werk voor asielzoekers bijdraagt aan een snellere en betere integratie in de samenleving. Daarnaast biedt het een oplossing voor het personeelstekort in Nederland. Bovendien brengt het onderzoek de financiële voordelen in kaart wanneer asielzoekers eerder aan het werk gaan: dit is maar liefst 1,7 miljard over een periode van 10 jaar. Zo zal de overheid lagere kosten hebben, omdat werkende asielzoekers bijdragen aan hun eigen opvang en omdat zij later als statushouders minder een beroep op de bijstand zullen doen. Daarbij levert het de overheid ook meer inkomsten uit belastingen op wanneer asielzoekers werken.
Maarten van Panhuis, oprichter van RefugeeConnect: ‘Toch zijn er nog een groot aantal barrières die het moeilijk maken voor mensen in de asielprocedure om aan de slag te gaan. Met dit rapport kunnen we eindelijk aantonen dat er aanzienlijke voordelen gepaard gaan met het verruimen van de werkmogelijkheden. We hopen dan ook dat de uitkomsten van dit rapport zullen helpen bij het wegnemen van deze obstakels.’
Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van RefugeeConnect, VluchtelingenWerk Nederland, Microsoft, Ben & Jerry’s, Ikea Nederland, MPeople, Refugee Talent Hub en Untapped Talents.
EINDE
HET ONDERZOEK
RUIMERE WERKMOGELIJKHEDEN ASIELZOEKERS
MAATSCHAPPELIJKE KOSTEN-BATENANALYSE OP
HOOFDLIJNEN
EINDRAPPORT
SEO.ECONOMISCH ONDERZOEK
Reacties uitgeschakeld voor NOOT 48/Daar gaan we weer!
”Wat betreft asielmigratie: bij de vaak gehoorde opmerking dat asiel slechts 10 tot 12 procent van de totale immigratie betreft, geeft Van de Beek een bijsluiter. Van de arbeidsmigranten is na tien jaar nog maar 21 procent in Nederland, van de studiemigranten 18 procent. Bij asielmigranten is dit 55 procent, bij gezinsmigranten 59 procent.”
VOLKSKRANT
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
ZIE VOOR GEHELE ARTIKEL, NOOT 30
Hij behandelt alle vormen van migratie, zowel door arbeid, studie als asiel. Alsof hij met zijn pleidooi voor rigoureuze selectie anticipeert op tegenspraak, heeft Van de Beek de vele tientallen paragrafen in zijn uitputtende boek steeds voorzien van een vragende titel. Zoals: ‘Asiel is toch maar een klein deel van de immigratie?’ Waarop hij dan antwoordt: dat is ‘een volstrekte misvatting’.
VOLKSKRANT
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
VOOR HET GEHELE ARTIKEL, ZIE NOOT 30
[44]
Wat betreft asielmigratie: bij de vaak gehoorde opmerking dat asiel slechts 10 tot 12 procent van de totale immigratie betreft, geeft Van de Beek een bijsluiter. Van de arbeidsmigranten is na tien jaar nog maar 21 procent in Nederland, van de studiemigranten 18 procent. Bij asielmigranten is dit 55 procent, bij gezinsmigranten 59 procent.
VOLKSKRANT
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 30
[45]
Met andere woorden: ‘De bijdrage van asiel aan de bevolkingsgroei is veel groter dan op het eerste gezicht lijkt.’ En dat is van belang om te weten, ‘want geen andere vorm van immigratie belast de samenleving en verzorgingsstaat zozeer als asiel’.
VOLKSKRANT
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 30
[46]
WIKIPEDIA
BEVOLKINGSGROEI
[47]
”De bevolkingsgroei is de toename van het inwonersaantal in een bepaald land of gebied gedurende een bepaalde tijd. Als de toename negatief is, is er sprake van bevolkingsdaling of negatieve bevolkingsgroei. Vooral tijdens een demografische transitie kan er een zeer sterke bevolkingsgroei zijn.”
WIKIPEDIA
BEVOLKINGSGROEI
Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 43 T/M 47/Daar gaan we weer!
ASIELZOEKERS VORMEN ZO’N 11 PROCENT VAN MIGRANTEN,
DIE NAAR NEDERLAND KOMEN
6 OCTOBER 2023
De afgelopen tien jaar vormden asielzoekers gemiddeld 11 procent van de migranten die naar Nederland kwamen. Dat staat in de Staat van de Migratie 2023, een jaarlijks overzicht van de migratiecijfers van het ministerie van Justitie dat vandaag is verschenen.
In 2022 steeg het aantal immigranten met 61 procent ten opzichte van 2021. De ongebruikelijk hoge stijging komt met name door de komst van vluchtelingen uit Oekraïne (108.000 mensen). Ook het aantal kennismigranten en internationale studenten steeg, net als het aantal asielzoekers (die laatste groep met 33 procent, naar 49.000).
Het ging in 2022 in totaal om 403.000 immigranten. Daar stonden 179.000 mensen tegenover die Nederland verlieten, zodat er een zogenoemd positief migratiesaldo was van 224.000. Het ministerie spreekt van een “bewogen migratiejaar”.
29.000 woningen voor statushouders
De meeste mensen vertrekken op enig moment weer zelfstandig uit Nederland. Maar zeker niet allemaal: in 2022 kregen bijvoorbeeld 29.000 vluchtelingen met een asielstatus een corporatiewoning toegewezen.
Vandaag riep demissionair staatssecretaris Van der Burg provincies en gemeenten opnieuw op om extra opvangplaatsen voor asielzoekers te organiseren. Want weliswaar ligt het aantal asielaanvragen in Nederland dit jaar lager dan aanvankelijk werd verwacht, toch heeft opvangorganisatie COA niet genoeg plekken.
Meeste immigranten uit EU-landen
In de hele wereld is het aantal vluchtelingen de voorbije tien jaar opgelopen. Wereldwijd zijn er nu zo’n 108 miljoen mensen op de vlucht, van wie ruim de helft buiten het eigen land verblijft. De landen met de meeste ‘nieuwe’ vluchtelingen waren in 2022 Syrië, Oekraïne en Afghanistan.
Meer dan de helft van de nieuwe migranten in Nederland bestond in 2022 uit mensen uit andere EU-landen: 129.000. Zij kunnen zich binnen de Unie onder voorwaarden vrij bewegen om te werken of studeren. De grootste EU-groep in Nederland komt uit Polen.
Ongeveer een derde van de migranten die afgelopen jaar naar Nederland kwamen bestaat uit reguliere migranten van buiten de Europese Unie. Hoofdzakelijk gaat het om migranten die voor werk of studie naar Nederland komen of die zich hier bij hun gezin voegen.
EINDE
COA
[CENTRAAL ORGAAN OPVANG ASIELZOEKERS]
ASIELMIGRATIE IN 2022 KLEIN DEEL VAN DE
TOTALE MIGRATIE
6 OCTOBER 2023
Asielmigratie vormde in 2022 11% van de totale migratie naar Nederland. Dit percentage is de afgelopen jaren weinig veranderd. Ruim 80% van de migranten kwam werken, studeren of voor de liefde. De rest van de migranten waren onder andere vluchtelingen uit Oekraïne. Dat blijkt uit de Staat van Migratie, een jaarlijkse rapportage van het ministerie van Justitie en Veiligheid met ontwikkelingen, feiten en cijfers over migratie.
Migratieontwikkelingen
In 2022 kwamen 403.108 personen naar Nederland. Dat is 61 % meer dan het jaar ervoor. Ook wereldwijd is een stijging van migratie te zien ten opzichte van 2021. Internationale gebeurtenissen hebben grote invloed op migratie, zoals de aanval van Rusland op Oekraïne. In 2022 kwamen ruim 108.000 vluchtelingen uit Oekraïne naar ons land. 2022 was een bewogen migratiejaar. Het zwaartepunt lag bij het aanpakken van de meest acute uitdagingen in de opvangcrisis.
Feiten en cijfers zijn van belang
Er is in de maatschappij veel discussie over migratie en asiel. De ontwikkelingen gaan snel. Feiten, cijfers en goede informatie zijn dus van belang. In de Staat van Migratie staat in cijfers uitgelegd wie Nederland binnenkomt en hoeveel mensen vertrekken. Daarnaast vind je er cijfers over de integratie van migranten, zoals over huisvesting en inburgering. Het COA is dit jaar gestart met de campagne ‘Wat is waar over asielopvang?’. Daarmee geven we antwoorden op veel gestelde asielvragen.
” Het aantal mensen dat naar verwachting in Nederland asiel aanvraagt dit jaar, is in lijn met de prognose van november 2023. Dat blijkt uit een brief van staatssecretaris Van der Burg van asiel en migratie aan de Tweede Kamer. Bij ongewijzigd beleid komen er dit jaar naar verwachting tussen de 32.000 en 63.000 nieuwe asielzoekers naar Nederland. De totale asielinstroom komt dan mogelijk uit tussen de 49.800 en 78.500. Het gaat dan bijvoorbeeld ook om mensen die opnieuw asiel aanvragen en nareizigers door gezinshereniging. Met de aanhoudende oorlog in Oekraïne is ook een prognose opgenomen voor de instroom van vluchtelingen uit Oekraïne.”
RIJKSOVERHEID:
AANTAL ASIELZOEKERS IN 2024 IN LIJN
MET EERDERE VERWACHTING
5 APRIL 2024
Het aantal mensen dat naar verwachting in Nederland asiel aanvraagt dit jaar, is in lijn met de prognose van november 2023. Dat blijkt uit een brief van staatssecretaris Van der Burg van asiel en migratie aan de Tweede Kamer. Bij ongewijzigd beleid komen er dit jaar naar verwachting tussen de 32.000 en 63.000 nieuwe asielzoekers naar Nederland. De totale asielinstroom komt dan mogelijk uit tussen de 49.800 en 78.500. Het gaat dan bijvoorbeeld ook om mensen die opnieuw asiel aanvragen en nareizigers door gezinshereniging. Met de aanhoudende oorlog in Oekraïne is ook een prognose opgenomen voor de instroom van vluchtelingen uit Oekraïne.
Uitdagingen en perspectief
Vorig jaar en dit jaar zijn er belangrijke stappen gezet om meer grip te krijgen op migratie. Binnen Europa zijn afspraken gemaakt in het asiel- en migratiepact. Aan de buitengrenzen van Europa is de afspraak sneller te kijken wie een goede kans maakt op asiel en wie niet. Daarmee ontstaat er meer grip op wie Europa binnenkomt. Voor de groep met weinig kans op asiel wordt ingezet op terugkeer naar het eigen land als blijkt dat ze niet mogen blijven. Met landen als Marokko, Tunesië, Turkije, Egypte en Nigeria zijn afspraken gemaakt over het bestrijden van mensensmokkel, mensenhandel en terugkeer naar eigen land.
Voor gemeenten geldt sinds begin dit jaar de Spreidingswet. Het doel is genoeg opvangplekken te hebben die beter over het land verspreid zijn. Op dit moment is er nog steeds een tekort. Ook zijn er te veel statushouders in de asielopvang. Dit zijn mensen die in Nederland mogen blijven, maar nog geen eigen huisvesting hebben. Om de druk in de asielopvang omlaag te brengen zijn zogeheten doorstroomlocaties geopend. Statushouders kunnen daar tijdelijk verblijven, in afwachting van een permanente woning. Meer dan 30 gemeenten hebben aangegeven ook hiermee aan de slag te willen.
Aantal opvangplekken
Op basis van het verwacht aantal asielzoekers dat komt, de snelheid van de procedure en hoeveel mensen huisvesting krijgen in een gemeente, verwacht het COA dat er op 1 januari volgend jaar bijna 97.500 opvangplekken nodig zijn. Dit aantal kan oplopen naar 133.500 opvangplekken op 1 januari 2026. Vanuit de Spreidingswet is vastgesteld dat er uiterlijk per 1 juli volgend jaar 96.000 opvangplekken moeten zijn. De Spreidingswet kent een raming voor 2 jaar (tot 1 februari 2026) en deze is vastgesteld op 96.000 plekken. Dat aantal blijft leidend voor gemeenten. Wijzigingen tussendoor zijn mogelijk als er sprake is van een (nieuwe) oorlog of natuurramp, dat is op dit moment niet aan de orde.
Het blijft van belang om vooruit te kijken naar 2026 en hierover blijft het ministerie in gesprek met betrokken partijen. Daarbij ligt de focus op het beheersen van de instroom, mede door de Europese inzet, het beheersen van de doorstroom door de productie van de IND en het vergroten van de uitstroom van statushouders uit de asielopvang.
Huisvesting statushouders
Gemeenten hebben de wettelijke plicht om statushouders een passende woonruimte aan te bieden. Dat betekent dat de gemeenten de eerste helft van dit jaar voor 18.750 mensen een woning moeten toewijzen. Daar bovenop komt de achterstand van eind vorig jaar van ongeveer 6.400. Daarmee komt het totaal aantal op ruim 25.000 statushouders die voor 1 juli dit jaar een woning moeten krijgen. Omdat er teveel statushouders in de asielopvang blijven, moet het tempo omhoog. Dat is ook beter voor de mensen zelf, die kunnen integreren door bijvoorbeeld te werken of een opleiding te volgen. Voor de tweede helft van dit jaar moeten 17.000 statushouders worden gehuisvest.
Oekraïne
De oorlog in Oekraïne is nog altijd niet voorbij. Hierdoor blijven er ook vluchtelingen uit dit land naar Nederland komen. Voor dit jaar gaat het naar verwachting om 28.000 nieuwe mensen uit Oekraïne. De verwachting is dat per 1 januari volgend jaar rond de 136.000 vluchtelingen uit Oekraïne in Nederland verblijven. Hiervoor zijn 120.000 gemeentelijke opvangplekken nodig op 1 januari volgend jaar. Als gevluchte Oekraïners eigen inkomsten hebben door bijvoorbeeld werk, is het plan van hen een eigen bijdrage te vragen als tegemoetkoming in de kosten van opvang.
”‘Dat joden nergens welkom waren, heeft verschillende oorzaken’, stelt Caestecker: ‘Het ging om een totaal verpauperde groep vluchtelingen, ze kwamen met duizenden tegelijk. Bovendien vreesde men voor een aanzuigende werking, want ook in landen als Polen en Hongarije was er een enorme druk op joden. Vergeet niet dat er in 1939 ook een half miljoen vluchtelingen uit Spanje kwamen, waar Franco na de burgeroorlog een dictatuur installeerde.’
Weer heeft het Nederlandse vluchtelingenbeleid een slachtoffer geëist. De Afghaanse vluchteling Nezam Azimi, die door de overheid in 2006 werd uitgezet, blijkt in de Afghaanse hoofdstad Kabul te zijn vermoord door de Taliban, na eerst te zijn ontvoerd en gemarteld.
Azimi had in 2001 in Nederland asiel aangevraagd, omdat hij zich verzette tegen de onderdrukking van vrouwen door de Taliban en daardoor problemen had gekregen met de moslimfundamentalisten. Zijn leven liep gevaar en hij moest vluchten. Maar zijn asielaanvraag werd afgewezen. Tijdens zijn jarenlange verblijf in Maastricht zette hij zich in voor de steungroep Vluchtalarm Maastricht en voor Amnesty International. Nadat hij uitgeprocedeerd raakte, vroeg Gerd Leers, de toenmalige burgemeester van Maastricht en de huidige minister van Immigratie en Asiel, aan de toenmalige minister van Vreemdelingenzaken Rita Verdonk om Azimi alsnog verblijfsrecht te geven. Tevergeefs, want ijzeren Rita, die later “getraumatiseerd” bleek door haar eigen misdaden, bleef bij haar besluit en stuurde Azimi de dood in.
“Nu is precies gebeurd waar wij altijd bang voor zijn geweest”, laat Paul Rutten van Vluchtalarm Maastricht weten. Azimi hield zich de afgelopen jaren in Afghanistan schuil voor de Taliban, die hem zochten. Omdat hij werk nodig had, kon hij niet langer meer ondergronds door het leven gaan. Zo werd hij ontdekt door de Taliban. De Nederlandse overheid is mede schuldig aan zijn dood, omdat men keihard weigerde om hem bescherming te bieden.
Leers zegt de dood van Azimi te betreuren. Maar als verantwoordelijk minister deporteert hij dag in dag uit vluchtelingen naar landen vol geweld en armoede. Daar maalt hij niet om. Zo biedt hij het Afghaanse meisje Sahar, die al 10 jaar in Nederland leeft, maar al te graag een enkele reis richting boerka aan. Ook de dood van Azimi rechtvaardigt de minister met de bekende mantra “regels zijn regels”. Hij wijst er namelijk op dat “de procedure destijds zorgvuldig was”. Met andere woorden: minister Leers van nu vindt dat burgemeester Leers van toen onzinnig bezig was toen hij met een brief aan Verdonk probeerde om Azimi in Nederland te houden.
Harry Westerink
EINDE
AMNESTY INTERNATIONAL
DOOR NEDERLAND UITGEZETTE VLUCHTELING
KRIJGT ZONDER EERLIJK PROCES LEVENSLANG
IN BAHREIN
4 JUNI 2020
Ali Mohammed al-Showaikh, een vluchteling die direct nadat hij vorig jaar door Nederland was uitgezet naar Bahrein werd gearresteerd en gedetineerd, heeft afgelopen donderdag zonder eerlijk proces een levenslange gevangenisstraf gekregen. VluchtelingenWerk Nederland en Amnesty International reageren vol afschuw op deze onterechte veroordeling en stellen dat Nederland zich, met het terugsturen van Al-Showaikh, schuldig heeft gemaakt aan een ernstige mensenrechtenschending.
UPDATE 4 JUNI 2020
De Nederlandse ambassadeur van Bahrein is zeer kritisch over de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND): die had informatie bij de ambassade moeten inwinnen over de risico’s van deze uitzetting. Volgens hem waren die risico’s groot, alleen al om het feit dat Al-Showaikh sjiiet is. Uit een eerder verschenen inspectierapport bleek al dat steken had laten vallen in het onderzoeken van zijn asielrelaas. Volgens Amnesty is het hoog tijd dat de IND zijn levensgevaarlijke fouten erkent, ervan leert en nieuwe voorkomt.
(einde update)
05-03-2019
Oneerlijk proces
Hoewel algemeen bekend is hoe Bahrein omgaat met familieleden van politiek activisten besloot Nederland om Al-Showaikh uit te leveren aan Bahrein. Amnesty en VluchtelingenWerk Nederland roepen de Nederlandse overheid op om alles op alles te zetten om ervoor te zorgen dat Bahrein Al-Showaikh in vrijheid stelt.
Sinds oktober zat Al-Showaikh zonder vertrouwelijke toegang tot een advocaat gevangen, tekende hij onder druk een bekentenis en zijn er sterke aanwijzingen dat hij is mishandeld. Afgelopen donderdag werd hij veroordeeld op basis van brede en vaag geformuleerde terrorismewetgeving. Ook kreeg hij een boete van 1.170 euro en werd zijn nationaliteit ingetrokken, waardoor hij nu ook stateloos is.
Verantwoordelijkheid Nederlandse overheid
Door Ali Mohammed al-Showaikh terug te sturen naar zijn land van herkomst maakte Nederland zich schuldig aan het non-refoulementprincipe (het verbod op terugzending naar een land waar de vluchteling vervolging te vrezen heeft of waar zijn leven of veiligheid in gevaar is). De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) had moeten weten dat Al-Showaikh in Bahrein gevaar zou lopen. VluchtelingenWerk Nederland en Amnesty International roepen de Nederlandse overheid op om:
Alles op alles te zetten om ervoor te zorgen dat Al-Showaikh in vrijheid wordt gesteld.
Onafhankelijk onderzoek te doen naar de werkwijze van de IND.
Voorlopig te stoppen met uitzettingen naar Bahrein en geen negatieve beslissingen te nemen.
Angst voor vervolging
Al-Showaikh reisde in 2017 naar Nederland uit angst voor vervolging. Zijn broer ontvluchtte Bahrein al eerder vanwege zijn politieke activiteiten en kreeg asiel in Duitsland. Bahreinse autoriteiten staan er om bekend politieke opposanten en hun familieleden te beschuldigen van terrorisme om hen zo het zwijgen op te leggen. Human Rights Watch maakt in hun meest recente jaarboek melding van een zaak waarbij drie familieleden van de mensenrechtenactivist Sayed Ahmed al-Wadaei veroordeeld zijn voor dubieuze, aan terrorisme gerelateerde aanklachten die als vergelding lijken te dienen voor zijn activiteiten.
Ondanks de openbare informatie en de verslechterde mensenrechtensituatie in Bahrein, heeft Nederland Al-Showaikh gedwongen naar Bahrein uitgezet. Vlak voor zijn uitzetting gaf Al-Showaikh nog aan dat hij desnoods bereid was zelfstandig te vertrekken naar een ander land om uitzetting naar Bahrein te voorkomen.
Australische voetballer Hakeem
Recent was de zaak van de voetballer Hakeem Ali al-Araibi, een door Australië erkende vluchteling, in het nieuws. Tijdens zijn huwelijksreis in Thailand werd hij opgepakt omdat de Bahreinse autoriteiten via Interpol een verzoek tot zijn uitlevering hadden gedaan. In afwezigheid was Al-Araibi veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf voor ‘aan terrorisme gerelateerde vergrijpen’, waaronder een aanval op een politiestation, terwijl hij op dat moment aan het voetballen was. Onder druk van de Australische autoriteiten is hij vrijgelaten en kon hij veilig terugkeren naar Australië.
UITGEZETTE ASIELZOEKER IN BAHREIN TOT
LEVENSLANG VEROORDEELD
HARBERS, WAT ZIJT GIJ VOOR EEN VENT!
ASTRID ESSED
17 MAART 2019
Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 36 T/M 39/Daar gaan we weer!
”Ja, in die zin dat ik voor het eerst het idee kreeg: er zit nu een club mensen die wil luisteren naar iemand als ik. Dat was daarvoor ondenkbaar. Ik heb ook drie keer gesproken met de Staatscommissie demografische ontwikkelingen 2050, waarvan een keer apart met voorzitter Van Zwol. En ik ben op bezoek geweest bij minister Faber (Asiel en Migratie, red.), op haar uitnodiging, maar ik zou mij niet haar adviseur willen noemen. Ik ga in gesprek met iedereen die van mijn data gebruik wil maken.’
Het rapport van de staatscommissie kiest voor ‘gematigde groei’ van de bevolking. U schreef in januari op Wynia’s Week, de website van columnist en journalist Syp Wynia, dat eigenlijk nog te ruim te vinden.
‘Ja. We hebben een klein land. Alles komt in het gedrang. Klimaat, natuur, energiedoelen, CO2-reductie, openbare ruimte, infrastructuur, landschapsbehoud.’
VOLKSKRANT
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 30
[33]
”In het motto bij uw boek spreekt u van ‘een sociaal experiment op ongekende schaal’. Kijkt u naar immigratie als een moedwillig plan van de overheid, of juist als een laat-maar-waaien-experiment?
‘Dat laatste. Experimenten kunnen bedacht zijn, maar je hebt ook natuurlijke experimenten. Ik zie het als onvoorziene omstandigheden die voortvloeien uit het tekenen van verdragen. In 1951 is het Vluchtelingenverdrag ondertekend, in 1967 het aanvullende Protocol van New York. Toen is de rem van asiel af gehaald. Daarna heeft het nog een tijdje geduurd voordat iedereen dat ontdekte, en voordat de vliegtickets heel goedkoop werden. Rond 1980 gingen we door de duizend asielzoekers heen, daarna werden het er vijfduizend, tienduizend en midden jaren negentig waren het er opeens vijftigduizend.’
Over uw oplossingen zal meteen worden gezegd: onhaalbaar. U oppert onder meer: ‘Mensenrechtenverdragen en Europese wetgeving ondermijnen de Nederlandse democratie en moeten daarom worden opgezegd en/of aangepast.’
VOLKSKRANT
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 30
[34]
WIKIPEDIA
KRISTALLNACHT
[35]
GROENE AMSTERDAMMER
ALLE GRENZEN GINGEN DICHT
29 APRIL 2009
Net voor de Tweede Wereldoorlog waren joodse vluchtelingen een vogel voor de kat. Toen wás het nog mogelijk om Duitsland te ontvluchten, de nazi’s deden er zelfs alles aan om joden het land uit te jagen. Maar overal werden ze teruggestuurd naar Duitsland, waar hen een catastrofe te wachten stond.
Kurt Rosenthal uit Düsseldorf heeft een Arische moeder, zijn vader is evangelisch maar van joodse herkomst. De nazi’s aanvaarden niet dat een halfjood met een Arische vrouw een relatie heeft. De man probeert zijn herkomst te ontkennen. Tevergeefs, in 1938 wordt hij wegens ‘Rassenschande’ in voorlopige hechtenis genomen. Zijn zoon Kurt is dan 26 en besluit te vluchten naar de Verenigde Staten, waar zijn zus woont. Op 12 maart steekt hij de grens met Nederland over. Te voet gaat hij naar Doetinchem, via Arnhem reist hij met de trein naar Den Haag. Hij komt terecht bij een joods vluchtelingencomité in Amsterdam. Omdat hij geldige reispapieren nodig heeft, gaat hij naar de vreemdelingenpolitie. Daar wordt hij in hechtenis genomen en terug naar Duitsland gestuurd. De nazi’s brengen hem naar Dachau.
MET EEN ACHTERWAARTSE kijk op de geschiedenis is het verbijsterend. Een half miljoen joden konden net voor de oorlog nog vluchten uit nazi-Duitsland, maar vonden geen land dat hen wilde opvangen. Het nazi-regime ontnam joden al hun waardigheid, beroofde hen en vervolgde hen op alle mogelijke manieren. Toen in 1938 de vluchtelingenstroom voor een dijkbreuk zorgde, sloten alle Europese landen op het vasteland hun grenzen. Hoe komt het dat democratische landen als Nederland, België en Zwitserland zich zo hard opstelden, ook al was ruimschoots bekend hoe zwaar joden het te verduren hadden?
Recent vergelijkend wetenschappelijk onderzoek gaat na wat er voor het uitbreken van de oorlog precies aan de hand was. Tot nu toe was er alleen nationaal onderzoek, voor het eerst werd de internationale puzzel gelegd. De Belgische historicus Frank Caestecker (48), verbonden aan de Universiteit van Gent, organiseerde twee internationale colloquia over deze bittere periode. ‘De internationale samenhang is belangrijk’, zegt hij. ‘Want wat het ene land doet met vluchtelingen, ze toelaten of ze weigeren, heeft een directe weerslag op de andere landen. De onderlinge beïnvloeding werd nog niet onderzocht.’ Het project leidde tot het boek Refugees from Nazi-Germany and the Liberal European States, 1933-1939, dat in september tegelijkertijd zal verschijnen in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.
VANAF DE machtsgreep van Hitler in 1933 vluchtten andersdenkenden en joden weg uit Duitsland. Al werden communisten met argwaan bekeken – die zag men liever naar de Sovjet-Unie vertrekken – begin jaren dertig konden de vluchtelingen nog wel in verschillende Europese landen terecht. Velen trokken verder naar de VS en Argentinië. Vluchtelingen moesten toen zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien, de overheid had nog geen opvangnetwerk. Het waren dan ook vooral de meest gegoeden die de mogelijkheid hadden om te vluchten. Ook Nederland liet vluchtelingen toe. De voorwaarde was dat ze over geldige papieren beschikten of in acuut levensgevaar verkeerden, iets wat eng werd geïnterpreteerd. De dreiging van een concentratiekamp gold bijvoorbeeld niet als levensbedreigend.
Het tempo van de uitstroom van joden lag voor de nazi’s te laag. Ze gingen vanaf 1938 steeds driester tekeer bij het vervolgen van joden. De annexatie van Oostenrijk op 12 maart 1938 was een eerste cesuur. De Anschluss ging gepaard met een ongeziene golf van grof geweld tegen de joden in Oostenrijk. Dat geweld en het enthousiasme waarmee de joodse emigratie administratief werd gesteund hadden maar één doel: de etnische zuivering van Oostenrijk. Verschillende landen kantten zich tegen de stroom vluchtelingen, de controles werden scherper. Grenswachters kampten evenwel met een probleem: hoe zie je of iemand al dan niet een jood is? Want Arische Duitsers, zoals toeristen en zakenlui, mochten wél de grens over. Joden deden zich dan ook voor als toerist of zakenman, in de hoop de grens over te komen. Om joden te kunnen onderscheiden en terugsturen, drongen de Zwitserse en de Zweedse regering er bij de nazi’s op aan om in de paspoorten van joden een letter J te stempelen. De nazi’s voelden daar aanvankelijk weinig voor, omdat ze vreesden dat ze met de joden zouden blijven zitten. In september 1938 stemden ze toch toe om het reizen van Arische Duitsers niet te bemoeilijken.
Het Weense experiment van etnische zuivering onder leiding van Adolf Eichmann werd in Berlijn met veel aandacht gevolgd. Het succes van deze operatie leidde ertoe dat de anti-joodse politiek ook in Duitsland radicaliseerde. De pogrom tijdens Kristallnacht, de nacht van 9 op 10 november 1938, was een stuitende exponent van deze verharde nazi-agressie. Die avond werden tientallen joden vermoord en ongeveer dertigduizend joodse mannen in kampen opgesloten. Daarvan overleden er enkele honderden aan de verwondingen die ze bij de aanslag hadden opgelopen. Hoewel de Duitsers het voorstelden als agressie die door joden was uitgelokt, was de ware toedracht in het buitenland wel degelijk bekend.
Kristallnacht zorgde voor een tweede cesuur: er kwam een massale vluchtelingenstroom op gang. Vermoed wordt dat vanaf dat moment tot aan het uitbreken van de oorlog zo’n half miljoen joden de vlucht namen. De nazi’s bleven joden dwingen te vertrekken, maar pas nadat ze hen van alle bezittingen hadden beroofd. Wie de grens over wilde, mocht niet meer dan tien mark meenemen. In landen als Nederland, België, Frankrijk en Zwitserland probeerden de joden een veilig onderkomen te zoeken of een route te vinden om overzee weg te trekken. Omdat ze met zo velen waren, en haveloos, werden overal de grenzen meer en meer gesloten. Ook Nederland verscherpte de maatregelen. Alleen vluchtelingen uit de grenszone die in prangend levensgevaar waren of Duitse joden die verwanten in Nederland hadden, mochten nog het land in. Er restte joodse vluchtelingen geen andere mogelijkheid dan illegaal te proberen een grens over te steken. ‘Je ziet verschuivingen’, zegt Frank Caestecker: ‘Als het niet lukte in Frankrijk kwamen ze weer in Duitsland terecht. De Duitse politie pakte de joodse vluchtelingen op of zette ze elders over de grens, bijvoorbeeld in Nederland of België, waar ze dan op grenscontroles van Belgen of Nederland botsten.’ Er ontstonden netwerken van mensensmokkelaars die joden illegaal hielpen te vluchten. Het risico bleef groot, want wie de grens over kwam en bij een controle werd opgepakt, kon terug naar Duitsland worden gebracht. Om diplomatieke redenen zette men de vluchtelingen niet over de grens van een lukraak gekozen buurland, want dan zou dat land allicht hetzelfde doen. Illegale joden werden vooral ook als afschrikking voor kandidaat-vluchtelingen naar Duitsland gerepatrieerd.
HET GEWELD van Kristallnacht wekte evenwel ook heel even solidariteit. Nederland besloot op 19 november 1938, tien dagen na Kristallnacht, dat joden die illegaal het land hadden bereikt, konden blijven, al was het oogmerk ze snel te laten emigreren naar een ander land. Er werden vijftienhonderd ongenode vluchtelingen getolereerd. Aanvankelijk moesten ze zich elke dag bij de politie melden, later werden ze onder administratief toezicht geplaatst in vluchtelingenkampen in Veenhuizen en Hoek van Holland. De opvangkosten werden op joodse liefdadigheidsorganisaties verhaald. Er kwam een breed ondersteunde oproep tot donaties en via burgemeesters werd 473.000 gulden ingezameld.
Nederland ondernam ook diplomatieke initiatieven om met andere buurlanden een transitzone in te stellen voor joden die overzee wilden vluchten. Het plan wekte weinig of geen enthousiasme in het buitenland en werd snel in de la gestopt. Het beleid verstrakte daarentegen: Zwitserland en de Scandinavische landen sloten de grenzen, Nederland volgde op 17 december dit voorbeeld. Vanaf dat moment werden joden zonder legale papieren toch teruggestuurd. Op Kerstmis 1938 bracht een bus een eerste groep van zeventig joodse vluchtelingen naar Duitsland. Aan alle grenzen waren er strenge controles om de joodse vluchtelingen tegen te houden. Nederland zette duizend extra grenswachters in, er gingen stemmen op om het aantal tot twintigduizend op te rekken, maar dat gebeurde niet. Wel kwamen er ‘vliegende teams’, die op de meest precaire plaatsen werden ingezet.
Helemaal hermetisch waren de grenzen echter nooit gesloten. Joden stonden onder een te grote druk om Duitsland te verlaten, ze werden opgejaagd. Een aantal mensen bleef het voor hen opnemen en stak de nek uit. Marij Leenders, onderzoeker aan de Radboud Universiteit te Nijmegen, verwijst naar burgemeester Verbeek die toen aan het hoofd stond van de grensgemeente Dinxperlo. Ondanks de regelgeving van Justitie bezorgde hij eigenhandig verblijfsvergunningen aan joden. Er werd een klacht tegen hem ingediend, maar de rechtbank sprak hem vrij. Uit respect voor het ambt vroeg de burgemeester eervol ontslag. Ontslag kreeg hij, maar niet eervol. In 1990 werd hij postuum gerehabiliteerd.
De jood Karl Grünberg zit tot 30 maart 1938 in Dachau opgesloten. Hij kan vluchten en bereikt illegaal Nederland. In de trein naar Utrecht wordt hij gearresteerd omdat hij een paspoort van een Nederlander gebruikt. Manu militari wordt hij aan Duitsland uitgeleverd, daar komt hij in Buchenwald terecht. Opnieuw slaagt hij erin te ontsnappen, deze keer vlucht hij illegaal naar België. Daar kan hij blijven.
‘IN BELGIË leefde de joodse kwestie veel sterker in de publieke opinie dan elders’, vertelt Frank Caestecker. ‘Dat kwam omdat de uitwijzing van joodse vluchtelingen net voor Kristallnacht op de politieke agenda had gestaan, de meningen waren verdeeld. De bevoegde minister stelde toen dat joodse vluchtelingen geen bescherming nodig hadden, iets wat na Kristallnacht voor een wrange nasmaak zorgde en een virulente discussie op gang bracht.’
Omdat geen enkele Belgische politicus publieke blaam wilde oplopen, werd besloten om illegale joodse vluchtelingen niet langer terug te sturen. Toch zijn er flink wat kanttekeningen te plaatsen bij deze gastvrijheid. De consulaten in Duitsland kregen het advies om zeer stringent om te springen met het verlenen van visa. Aan de Belgische grens werden joden nog steeds met man en macht tegengehouden en teruggestuurd. En net als in Nederland deden de Belgen er alles aan om de joodse vluchtelingen zo snel mogelijk te laten doorreizen.
‘Toch ging het bij de joden als een lopend vuurtje rond dat illegalen in België konden blijven’, zegt Caestecker. ‘Hun aantal nam snel toe, de Belgische regering greep in. Ze vroeg de nazi’s te verhinderen dat joden naar België zouden vluchten. De Duitsers stemden ermee in om joden die geen Belgisch visum hadden en die in de Duits-Belgische grenszone werden aangetroffen, te verhinderen naar België te reizen. De nazi’s wierpen dus ook een barricade op aan hun kant van de grens. Joden moesten vanaf dat moment dus niet alleen de Belgische grenswachters verschalken, maar ook de Duitse.’
‘Dat joden nergens welkom waren, heeft verschillende oorzaken’, stelt Caestecker: ‘Het ging om een totaal verpauperde groep vluchtelingen, ze kwamen met duizenden tegelijk. Bovendien vreesde men voor een aanzuigende werking, want ook in landen als Polen en Hongarije was er een enorme druk op joden. Vergeet niet dat er in 1939 ook een half miljoen vluchtelingen uit Spanje kwamen, waar Franco na de burgeroorlog een dictatuur installeerde.’ Heulden de landen die weigerden joodse vluchtelingen op te vangen indirect en misschien ongewild met nazi-Duitsland? Caestecker: ‘Die uitspraak gaat te ver. Het zijn de nazi’s die joden vervolgden, niet de andere landen. Wel waren verschillende regeringen bereid om met de Duitsers verregaand te onderhandelen over het inkrimpen van de vluchtelingenstroom, eerder dan dat ze pogingen deden om de vervolging aan te klagen. Denk aan het invoeren van de J-pas: alle landen waren daar opgetogen over. En het speelde de nazi’s in de kaart dat de joden nergens welkom waren, het werd tegen hen als argument uitgespeeld en zette de nazi-politiek kracht bij.’
Hij wijst ook op de historische context. Tot voor de Eerste Wereldoorlog kon je in de meeste landen vrij rondreizen en je vestigen. De enige voorwaarde was dat je in je eigen levensonderhoud kon voorzien. ‘In landen als Nederland en België werd na de Eerste Wereldoorlog het algemeen kiesrecht ingevoerd, dat gaf een omvangrijke bevolkingsgroep een stem. De communistische omwenteling in de Sovjet-Unie zorgde voor pleinvrees in het Westen. De overheden wilden daarom hun inwoners een zekere mate van economische bescherming bieden. Er kwamen steeds meer restricties voor buitenlanders, die konden zich niet zomaar meer vestigen en een zaak beginnen. In de jaren dertig was er bovendien de economische crisis, wat nog meer tot protectionisme aanzette. Uitgerekend in die periode begon de vervolging van joden, die een massale stroom straatarme vluchtelingen opleverde. Niemand zag ze graag komen, bovendien werd hun situatie als argument gebruikt om het protectionisme nog aan te scherpen.’
Paul Steiner is een Oostenrijkse jurist en journalist die na de Anschluss in 1938 naar Nederland vlucht, met het vliegtuig. Hij doet zich voor als handelsvertegenwoordiger van een uitgever maar wordt door de grenswachten niet geloofd. Hij heeft een Duits paspoort met een J en wordt gedwongen teruggestuurd naar Wenen. Hij slaagt er later alsnog in om naar Brussel te vluchten en dan naar de Verenigde Staten.
DE VERVOLGING van de joden heeft in 1951 tot de Conventie van Genève geleid. Die beschermt mensen die worden vervolgd op basis van hun geloof, hun politieke overtuiging, hun seksuele geaardheid, hun huidskleur of het behoren tot een sociale groep. Deze bescherming geldt voor individuen en voldeed lange tijd. Er kunnen echter altijd nieuwe motieven ontstaan om te vluchten. Op zulke situaties moet men steeds alert kunnen inspelen, vindt Frank Caestecker: ‘Bij het uitbreken van de oorlogen op de Balkan in de jaren negentig was er een groep oorlogsvluchtelingen die vooral aan de Duitse grens aanklopten. Zij vielen niet onder de Conventie, want ze waren collectief slachtoffer van geweld. Toch werden ze in West-Europa beschermd, maar de beschermingskwaliteit varieerde van land tot land. Duitsland, dat op de weke flank van Europa lag, vroeg om een EU-regeling voor oorlogsvluchtelingen, en die kwam er ook.’ Toch zijn er tegenwoordig nog lacunes: ‘Er is te weinig controle op wat buiten de EU gebeurt. Vanuit bijvoorbeeld Noord-Afrikaanse landen proberen vluchtelingen Europa te bereiken. We weten weinig over hoe vluchtelingen daar worden behandeld. Het lijkt me dat we in mechanismen moeten voorzien om ook die vluchtelingen van een veilige opvang te verzekeren.’
Bootvluchtelingen
Joden die het zich konden veroorloven, probeerden overzee te vluchten, maar ook op andere continenten golden steeds meer restricties. Het verhaal van de Saint Louis is bekend. Het schip voer uit naar Cuba en had vooral joodse vluchtelingen aan boord. Noch in Cuba, noch in de Verenigde Staten mochten ze aan wal. Niemand wou hen opvangen, het schip bleef ronddwalen op zee. Na veel onderhandelingen bleken onder andere België en Nederland bereid een klein deel van de vluchtelingen op te vangen, liefst alleen joden die bereid waren verder te emigreren en dus snel weer het land zouden verlaten. De lotgevallen van de Saint Louis zijn achteraf meermaals beschreven, maar representatief zijn ze niet. Er waren verscheidene schepen met joodse vluchtelingen die meestal geen andere keus hadden dan na lange omzwervingen hun passagiers weer in Duitsland aan wal te zetten.
EINDE
Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 32 T/M 35/Daar gaan we weer!
”Daarom besloot hij de ‘migratiemythen’ – die variëren van ‘we leven in tijden van ongekende massamigratie’, ‘illegale migratie loopt uit de hand’, ‘immigratie ondermijnt de verzorgingsstaat’ tot ‘immigratie is goed voor iedereen’— te benoemen en tegenover data en wetenschappelijk onderzoek te zetten. Zo kwam hij tot zijn ondertitel: Het ware verhaal over migratie aan de hand van 22 mythen.”
GROENE AMSTERDAMMER
STOP MET DIE MIGRATIELEUGENS
21 FEBRUARI 2024
Als je als overheid asiel en migratie drastisch wil beperken, dan zal dat ten koste gaan van de rechtsstaat of van de economie’, zegt migratiedeskundige Hein de Haas. ‘Het is een van de twee.’
Op een kastje bij de bank in zijn woonkamer in Amsterdam ligt zijn laatste boek Hoe migratie echt werkt in diverse talen op een stapel. Sinds het afgelopen najaar verscheen, voert het ondanks zijn ruim vijfhonderd pagina’s menig top 10-lijstje van bestverkochte boeken aan. ‘Onlangs kwam in Nederland de zevende druk uit’, zegt Hein de Haas trots als hij aan de eettafel komt zitten met twee koppen thee. Ook in het buitenland is de interesse groot. ‘De Duitse vertaling uit het Engelse origineel is er al, de Amerikaanse editie ook, de Italiaanse, Franse, Portugese en Griekse komen eraan, en ik kreeg gisteren de omslagen van de Spaanse en de Koreaanse vertalingen.’
Het is tegen al zijn verwachtingen in. ‘Ik dacht: het wordt een hele harde strijd om dit überhaupt voor het voetlicht te krijgen.’ De Haas hoopt het debat over migratie te verschuiven. Ergens waar het scheef is gegaan, weer terug te buigen. Het enorme succes ervan laat zien dat er behoefte aan is. ‘Ik hoop dat mensen het spelletje dat politici spelen door beginnen te krijgen.’
Hij reist nu met zijn boodschap stad en land af – hij is net een dag terug uit Genève waar hij sprak op de VN-migratieconferentie – schuift aan bij Op1, geeft lezingen, media-interviews, gastcolleges en praat achter de schermen met zowel linkse als rechtse politici.
Verandering begint met bewustwording, en dat gaat langzaam, weet De Haas. ‘Max Weber zei al: ‘Die Politik bedeutet ein starkes langsames Bohren von harten Brettern’. En ‘krachtig en langzaam boren in harde planken’ is wat hij met zijn boek wil doen. Hein de Haas, hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), medeoprichter van het International Migration Institute (IMI) aan de Universiteit in Oxford en buitengewoon hoogleraar Migratie en Ontwikkeling aan de Universiteit van Maastricht, heeft dertig jaar ervaring en fundamenteel onderzoek in zijn boek gestopt – kennis die volgens hem veel te weinig doordringt in het maatschappelijk debat en het beleid van politici en organisaties.
Hij voelde al langer een grote urgentie om bij te dragen aan het migratiedebat. ‘Een substantieel deel van de politiek is vastgedraaid in haar eigen migratieleugens’, zegt De Haas. ‘En komt daar ook niet meer uit.’ Hij beschrijft in zijn inleiding hoe beleidsmakers regelmatig na afloop van een lezing enthousiast naar hem toekomen, maar dan daarna zeggen dat ze zijn advies nooit in praktijk zullen brengen omdat dat politieke zelfmoord zou zijn. Daarom besloot hij een boek te schrijven dat toegankelijk is voor niet-academici, om burgers de informatie en kennis te verschaffen zodat ze zelf ‘de misinformatie van politici en de propaganda rond dit onderwerp door kunnen prikken’.
Nieuwsbrief
Ontvang de selectie van de dag, met op zondag een terugblik op onze belangrijkste verhalen
Met de verkiezingswinst voor uiterst rechts in Nederland, de mogelijke terugkeer van Trump in de VS en een recordaantal landen dat in 2024 naar de stembus gaat, wordt wereldwijd de democratie in de waagschaal gesteld. De Groene spreekt met denkers in binnen- en buitenland over de gevaren voor de democratie en hoe deze te beschermen.
De urgentie is voor hem sinds de verkiezingen alleen maar groter geworden. ‘De enige oplossing is een overtuigend tegen-narratief. Dat is mijn motivatie geweest om dit boek te schrijven. Niet dat ik het definitieve antwoord heb, maar ik heb wel heel veel feiten. Daarom is het boek ook zo dik.’
De Haas had dit gewicht aan data, inclusief een heel notenapparaat, voor zijn gevoel nodig om tegen het dominante narratief in te kunnen gaan. ‘Ik wil duidelijk maken dat ik dit niet gisteren heb verzonnen, dat het geen mening is. Het vat een eeuw migratiewetenschap samen. Ik laat aan de hand van data aan politici zien: jullie migratiebeleid werkt niet. Het werkt zelfs contraproductief. Het stopt migratie niet, het lokt permanente vestiging uit, het lokt smokkel uit, het lokt mensenhandel uit, het lokt exploitatie van arbeidsmigranten uit, het lokt problemen in arme wijken uit. Het beleid is niet de oplossing maar de oorzaak van veel problemen. En dat moet duidelijk worden.’
Hij besefte bovendien dat het niet alleen om de feiten ging, maar ook om de framing, dat hij als onderzoeker de taak had de feiten in te bedden in een breder verhaal. Het debat is, vindt hij, vaak verengd tot wie is vóór en wie is tegen immigratie. ‘Dat is net zoiets als voor of tegen de economie zijn’, schrijft hij. ‘Migratie is van alle tijden, het is een normaal proces, een intrinsiek onderdeel van onze samenlevingen.’
Daarom besloot hij de ‘migratiemythen’ – die variëren van ‘we leven in tijden van ongekende massamigratie’, ‘illegale migratie loopt uit de hand’, ‘immigratie ondermijnt de verzorgingsstaat’ tot ‘immigratie is goed voor iedereen’— te benoemen en tegenover data en wetenschappelijk onderzoek te zetten. Zo kwam hij tot zijn ondertitel: Het ware verhaal over migratie aan de hand van 22 mythen.
Ook tijdens de laatste verkiezingen speelden die migratiemythen een grote rol. ‘De vvd heeft in haar eigen voet geschoten door de campagne in te zetten op asiel en vervolgens de deur open te zetten naar de pvv’, zegt De Haas. ‘Dat ze daar niet voor zijn beloond, is het enige positieve nieuws van die avond.’
Depressief werd hij niet, eerder strijdvaardiger. Volgens de hoogleraar is het moment gekomen voor een omslag. ‘Ik denk dat het migratiedebat zoals het gevoerd is in sommige media al een stap vooruit heeft gezet. Dat is natuurlijk wat anders dan wat er aan de informatietafel gebeurt. Ik vrees dat het intellectuele niveau daar niet erg hoog is. Maar verandering begint met een bewustwording onder een breder publiek.’
Veel retoriek wordt ondertussen voor waar aangenomen. ‘Het woord massa-immigratie hoor ik journalisten regelmatig onkritisch in de mond nemen. In debatten wordt vaak uitgegaan van de veronderstelling dat immigratie uit de hand loopt. In die zin is het frame overgenomen. En dat praat mensen onterechte angst aan. Ze maken zich ongerust, hebben het gevoel dat ze worden bedreigd door vluchtelingen. Dus die kloof tussen de invasieretoriek en de werkelijkheid wordt alsmaar groter. Mijn vrees is dat we de rechtsstaat gaan afbreken met het excuus dat we migranten gaan tegenhouden. Daar zit het uiteindelijke gevaar voor de democratie. Dat migratie het voorwendsel wordt.’
De Haas noemt dit het migratietrilemma: ‘Je kunt niet én een democratische rechtsstaat, die basisrechten van migranten verdedigt, hebben, én een open welvarende economie, die arbeidskrachten nodig heeft, zijn, én veel minder immigratie willen. Eén van de drie moet gaan.’
In andere Europese landen wordt al aan die rechtsstaat getornd, met Hongarije onder leiding van premier Viktor Orbán voorop. ‘Het is totaal hypocriet. Als je kijkt naar de realiteit in Hongarije, waar Orbán steeds meer arbeidsimmigranten van buiten de EU aantrekt, alleen doet hij dat stilletjes, terwijl hij voor de bühne roept dat hij geen migranten wil.’ Wat dat betreft schrikt De Haas wel van de bereidheid te onderhandelen met de pvv. ‘In het verkiezingsprogramma worden basale rechtstatelijke beginselen over de schutting gegooid, dat moet je heel serieus nemen.’
Om het dan even over de feiten te hebben: het aantal asielzoekers dat naar Nederland komt neemt volgens alle statistieken niet toe. ‘Het aantal vluchtelingen volgt de wereldwijde trend’, aldus De Haas. ‘Het gaat als een pingpongballetje op een neer, maar gemiddeld over de afgelopen decennia is het aantal stabiel. Ook de reuring erover gaat op en neer. Die was er ook in de jaren negentig. Toen ging het om Joegoslaven, Iraniërs, Irakezen, Somaliërs. Dat zijn we een beetje vergeten.’
Hiermee komt De Haas op het tweede punt van het migratietrilemma: de economie. ‘De beste manier om migratie te stoppen’, zegt hij regelmatig in interviews, ‘is de economie om zeep brengen. Want als er één ding is dat migranten aantrekt, zo blijkt uit tal van onderzoeken, dan zijn het banen. Dat is de enige echte pull-factor. Nederland heeft, net als andere Europese landen, arbeidsmigranten nodig voor de economie.’ Het aantal arbeidsmigranten in Nederland is de afgelopen vijftien jaar dan ook verviervoudigd. ‘Dat zie je in heel Europa.’
Opvallend is dat er geen empirische link is tussen het succes van het extreem-rechtse vertoog en het niveau van migratie. ‘Wilders vierde zijn eerste verkiezingswinst in een tijd dat Nederland een negatief migratiesaldo had. Het ligt niet primair aan de aantallen, maar aan de beleefde problematiek. En die beleefde problematiek wordt heel erg opgeklopt. Dat in Ter Apel mensen buiten moeten slapen, wordt veralgemeniseerd voor het hele land en geframed als vluchtelingencrisis. Terwijl we alleen een opvangcrisis hebben.’
Mensen worden voor de gek gehouden. ‘En dat is niet meer vol te houden, want de ergernis over dingen die niet goed gaan, is volkomen terecht. Gezondheidszorg, ouderenzorg, bestaanszekerheid, fatsoenlijk werk, betaalbare huisvesting en een overheid die vaak geen oog heeft voor de problemen van gewone mensen. Dat zijn fundamentele bestaanskwesties.’ Deze problemen los je niet op met een migratiestop, is de overtuiging van De Haas. ‘Politici gebruiken migranten en vluchtelingen als zondebok. Dat is een succesvolle politieke strategie gebleken. Het leidt de aandacht af van economische of politieke oorzaken van ongenoegen en het verhult dat die problemen zijn veroorzaakt door hun beleid of nalatigheid. Zoals de overlast en ergernis in buurten waar arbeidsmigranten in overbevolkte huurwoningen worden gestopt, uitgebuit door huisjesmelkers en werkgevers.’
‘Rallying around the flag’, noemt De Haas het. ‘Als de legitimiteit in gevaar komt, gaan machthebbers vaak oorlog voeren óf er wordt een migratiedreiging of -invasie verzonnen. Zo creëer je een gemeenschappelijke vijand. Extreem-rechts voegt daaraan toe dat de maatschappij niet alleen van buitenaf wordt bedreigd, maar ook van binnenuit door migranten wordt ondermijnd, waarmee vooral op moslims gedoeld wordt. Het is een variant op de oude theorie van de wereldsamenzwering van joden. De grote vervangingstheorie komt dicht bij dat soort ideeën. Ik hoop en ik geloof uiteindelijk ook niet, dat in Nederland middenpartijen daarin mee zullen gaan. Maar je moet wel waakzaam zijn. Je moet niet denken: o, dat zeggen ze alleen maar. Want het is vaak gebleken dat extreem-rechtse politici proberen uit te voeren wat ze willen.’
Angst voor migranten, of wantrouwens jegens hen, heeft altijd bestaan. ‘In het Parijs van de negentiende eeuw was men bang voor mensen uit Bretagne omdat ze geen Frans spraken. Max Weber waarschuwde dat Poolse migranten een “lager staand ras” waren. Een collega van mij, Saskia Bonjour, heeft laten zien hoe in beleidskringen in Nederland in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw werd gepraat over Italiaanse en Spaanse gastarbeiders, die niet goed in de Nederlandse cultuur zouden passen. Je kunt er vergif op innemen dat we het over twintig jaar niet meer over Turken en Marokkanen hebben. Je ziet dat eigenlijk al minder worden. Dan hebben we het over andere groepen. Dat is aan de ene kant een reden voor pessimisme, maar ook voor relativering.’
Immigratie is de concreetste manifestatie van veranderingen in onze samenleving, vindt De Haas. ‘Dat zijn abstracte processen, zoals neoliberalisering, mondialisering. Het zorgt voor een gevoel van vervreemding. Pim Fortuyn had het over de verweesde samenleving, ik had niets met zijn ideeën, maar dat vond ik een goede term. Oude gemeenschapsbanden, religie; veel is weggevallen en er is weinig voor in de plaats gekomen. Ik kom uit Bolsward. Een kleine gemeente in Friesland die als sinds 1455 bestond. Met één pennenstreek is die opgeheven, omdat het de heren en dames in Den Haag goedkoper leek. Daar worden mensen boos over. Ik word daar zelf ook boos over.’
Even schommelt zijn huis, een van de zogenaamde ‘waterwoningen’ in de drijvende stadswijk Steigereiland, alsof het meedeint met het gesprek. In de zomer zwemt hij hier vrijwel dagelijks in het IJmeer, vroeg in de ochtend, of ’s avonds na zijn werk. Daarna kan hij er weer tegenaan, vertelt hij.
‘Het punt is’, vervolgt de migratiedeskundige, ‘dat politici geen olie op het vuur zouden moeten gooien. Ze zouden problemen moeten benoemen en daar oplossingen voor moeten zoeken. In plaats daarvan zetten politici nieuwkomers neer als vijanden. Het is heel triest dat de kwetsbaarste groepen in onze samenleving, arbeidsmigranten en vluchtelingen, als de grootste bedreiging worden neergezet.’
De Haas heeft geen kant en klare oplossingen, die bestaan niet. Het gaat ook om politieke en economische keuzes. ‘Ik zou een debat willen over vragen als: willen we echt toe naar een samenleving waar een nieuwe dienarenklasse, die bestaat uit migranten die werken als schoonmakers, nanny’s, pakjesbezorgers en restaurantwerkers, het vuile werk opknapt? Hebben we dat echt nodig?’
Hij vraagt weleens aan studenten: wie denken jullie dat deze collegezaal schoonmaakt? Jullie eten bezorgt? Jullie tomaten plukt? Jullie online aankopen in distributiecentra sorteert? Dat zijn de onzichtbaren, jullie dienaren. ‘Dan zitten ze me vaak een beetje glazig aan te kijken, want ze vinden zichzelf heel links. Het is niet alleen een kwestie van grootkapitaal dat migranten uitbuit. Het zit in de haarvaten van onze samenleving. We willen eigenlijk niet accepteren dat het mensen zijn.’
Migratie is complex, dus ook het debat dat daarbij hoort. De Haas pleit ervoor om voor echte oplossingen bestaand academisch onderzoek te betrekken. In de jaren negentig deed hij bijvoorbeeld veel onderzoek in Marokko. ‘In die tijd werd Fort Europa opgetuigd. Voor die tijd reisden mensen makkelijk heen en weer van Marokko naar Spanje om er te werken. Toen dat door Schengen niet meer kon, werden ze afhankelijk van smokkel, ging het veel geld kosten, kwamen er meer risico’s bij, en gingen ze niet meer terug. Het werkt dus contraproductief. Je kunt een grens niet hermetisch afsluiten, tenzij je Europa in een soort Noord-Korea verandert. Dat zegt iedereen die er onderzoek naar heeft gedaan. Je kunt het mensen wel heel moeilijk maken. Misschien zullen er dan wat minder naar Europa komen, maar mensen blijven ook eerder.’
Ook die migratiedeals zijn geen oplossingen. ‘Dat proberen we al decennia, zonder resultaat. Dat de Turkije-deal zo’n succes is, klopt gewoon niet. Het is vooral voor de bühne. Wat wel zou helpen is een legale route te openen voor mensen van buiten de Europese Unie om hier te kunnen werken.’
Aan de ene kant worden de hekken aan de buitengrenzen alsmaar hoger, het scheermesprikkeldraad scherper, aan de andere kant heeft Nederland, evenals alle andere Europese landen, een recordaantal arbeidsmigranten toegelaten. ‘Wat je ziet is dat de grafiekjes van arbeidstekorten en immigratie elkaar nauwgezet volgen, het is daarmee het beste bewijs voor de stelling dat de arbeidsvraag in Europa leidend is. Dat toont de hypocrisie aan. Politici roepen al jaren: we willen minder asielzoekers, we willen geen laaggeschoolde migrantenarbeiders, ondertussen wordt de uitbuiting van arbeidsmigranten en illegale arbeid grotendeels getolereerd, omdat het ons eigenlijk wel goed uitkomt.’
Het is ook een misvatting dat de publieke opinie zich tegen migratie heeft gekeerd. ‘Dat blijkt uit opinieonderzoek. Er is wel een groot gedeelte onder de kiezers die zich zorgen maakt. Als je op televisie de bootjes vol migranten ziet, als je hoort van mensen die verdrinken. Als je de lokale problematiek zoals in Ter Apel of in de Haagse wijken ziet. Natuurlijk kun je dan niet roepen: “O, er is niks aan de hand.” Of: “Maar drie procent van de wereldbevolking is een internationaal migrant.” Dat sluit niet aan op wat mensen ervaren. Heel veel mensen vinden dat vluchtelingen recht hebben op opvang. En ze begrijpen ook dat veel migranten nuttige arbeid verrichten. Ze hebben vaak gemengde gevoelens, weten niet wat ze er precies van moeten denken.’
En zij kunnen volgens De Haas heel goed een eerlijk, genuanceerd verhaal aan over migratie. ‘Dat resoneert bij mensen. Dat merk ik ook wanneer ik lezingen geef. Het lucht hen juist vaak op. Ik hoop dat deze verkiezingsuitslag het gevoel van urgentie heeft vergroot bij middenpartijen om een eigen verhaal te vertellen. Een visie van wat zij met migratie willen. Wat je nu ziet is dat ze in verschillende gradaties vaak een soort pvv-light proberen te zijn, bang zijn iets anders te zeggen.’
De Haas gaat onverdroten door met zijn missie. Daags na dit gesprek vertrekt hij naar Duke University in Noord-Carolina om als gastdocent ook daar zijn ‘ware verhaal’ over migratie te verspreiden. ‘Ik kan het niet in mijn eentje, maar ik hoop dat mijn boek mensen toch de ogen opent. Dat ze zien dat we inderdaad worden voorgelogen. En ik hoop dat er ook meer politici opstaan die op basis van dit soort inzichten stoppen met alleen maar te reageren op anti-migratieverhalen en andere bangmakerij. Dat ze geïnspireerd raken om een overtuigend eigen verhaal te vertellen.’
EINDE
””En weet u, voorzitter, hoeveel migranten uit Afrika en het Midden-Oostennog naar onze regio toe willen komen, de komende jaren?Dat zijn honderden miljoenen, zo niet een miljard mensen.” Dat gaat dus niet, voorzitter. ”
BERGKAMP VERBIEDT MARKUSZOWER TE SPREKEN
OVER ”KAAGSECRETARIS”
”Die onvrede wordt vervolgens door politieke actoren geïnstrumentaliseerd voor politiek gewin. ‘Toen we uit het niets 4 miljoen Oekraïense vluchtelingen moesten opvangen, bestond er geen enkel probleem,’ stelt Wolff. ‘Maar migranten uit Afrika worden tot crisis gemaakt. Als je naar de cijfers kijkt, is er helemaal geen migratiecrisis. Het is een capaciteitscrisis en dat is weer een politieke keuze. De zogenaamde oplossingen van de EU gaan vooral over het laten zien dat de EU spierballen heeft. Terwijl er in feite helemaal niets wordt opgelost.’
DE MIGRATIESTROOM VERPLAATST ZICH SIMPELWEG
NAAR EEN ANDER GEBIED
16 MEI 2024
Nu in heel Europa rechtse partijen hoog scoren in de peilingen is de verwachting dat de discussie omtrent migratie flink opgeschud gaat worden. Desondanks maant hoogleraar Internationale Studies & Mondiale Politiek Sarah Wolff tot kalmte.
De Europese Commissie is nu al naar rechts opgeschoven,’ vertelt ze. ‘Dat zie je bijvoorbeeld door de migratiedeals die zijn afgesloten met landen als Tunesië en Egypte. Maar veel extreemrechtse partijen zijn verre van coherent over wat ze nou eigenlijk willen qua migratie. In de politieke wetenschappen hebben we natuurlijk geen kristallen bol. Veel zal daarom afhangen van de meerderheden die zich in het EU-parlement aftekenen na de verkiezingen. Dat bepaalt welke coalities er gesloten kunnen worden om iets voor elkaar te krijgen.’
De Haagse werkplek van Wolff zit op een steenworp afstand van de Europese Commissiedelegatie in Nederland en het Torentje – waar binnenkort een nieuwe minister-president intrekt. Vanaf januari is ze werkzaam voor de Universiteit Leiden en doet onder meer onderzoek naar het migratie- en asielbeleid van de EU.
‘De discussie over Europees migratiebeleid heeft jarenlang muurvast gezeten vanwege onenigheid over de Dublin Conventie. Die is in de jaren negentig getekend om te voorkomen dat migranten wiens asielaanvraag werd afgewezen in Frankrijk zouden doorreizen naar Duitsland om het nog eens te proberen. Zo werd het aankomstland verantwoordelijk voor de afhandeling van een asielaanvraag,’ legt ze uit. ‘De meeste migranten komen nou eenmaal aan in Griekenland of Italië. Andere EU-lidstaten zouden daarom een financiële of capaciteitsbijdrage moeten leveren. Dat heeft tot jaren durende discussies geleid.’
Strenger grensregime
Als oplossing kwam de Europese Commissie in 2020 met haar Nieuwe Pact voor Migratie en Asiel: een pakket maatregelen dat in april 2024 is aangenomen door het EU-parlement. Wolff is kritisch: ‘Dat pact is aangenomen om voorafgaand aan de verkiezingen in juni te laten zien dat de EU ook heus resultaten neerzet in het migratiedossier. Er missen echter heel belangrijke elementen in de voorgestelde wetgeving.’
‘Zo moeten we in 2050 rekenen met twee pensioengerechtigden per economisch actieve werkende. De vraag is daarom hoe we arbeidsmigratie goed willen reguleren. Dat element is compleet ondergesneeuwd omdat de Commissie wil laten zien dat ze in staat is de buitengrens te controleren.’
Het strengere grensregime dat daarvan een gevolg is, wil de Commissie uitbouwen in nauwe samenwerking met landen in Noord-Afrika. Wolff kent de regio waar de EU nu migratiedeals afsluit goed. Voorafgaand aan haar academische carrière werkte ze in Brussel binnen het EU-parlement en het departement voor Ontwikkelingssamenwerking (DG DEVCO) van de Commissie.
Ook deed ze praktijkonderzoek aan de Spaans-Marokkaanse grens: ‘De verdragen die de EU nu afsluit zijn niet nieuw: migratiediplomatie bestaat al sinds de negentiende eeuw. Wat wel veranderd is, is dat de huidige afspraken informeel zijn en afgesloten door de Commissie en de EU-lidstaten samen. In Tunesië zag je daarom Mark Rutte en de Italiaanse premier Meloni, samen met Commissievoorzitter Ursula von der Leyen, een deal sluiten.’
Formeel gezien is de huidige generatie migratieakkoorden dan ook geen EU-wetgeving, zegt Wolff: ‘Ze zijn een soort gentlemen’s agreements waarin de EU afspreekt een substantieel bedrag te betalen aan een derde land om grenscontroles te doen. Omdat zo’n deal met Tunesië dus niet door de normale wetgevende molen gaat, is het EU-parlement ontevreden. Zij hebben nu een aanklacht ingediend bij de Europese Ombudsman.’
Wolff plaatst grote vraagtekens bij de effectiviteit van migratiedeals. ‘Als je kijkt naar Europa en migratie is het kernprobleem het lage terugkeercijfer,’ legt ze uit. ‘Ondanks de pogingen om de buitengrenzen van de EU steeds verder te verleggen, is dat al die tijd niet veranderd. Als je het aantal inreizigers vanuit een bepaald land onder controle probeert te krijgen, verplaatst de migratiestroom zich namelijk simpelweg naar een ander gebied.’
‘Ik heb zelf lang aan de Straat van Gibraltar gewerkt. Daar werd heel intensief gecontroleerd, met radar, satellieten en rap ingrijpen van de kustwacht als er ergens een bootje werd gesignaleerd. Al snel hebben Afrikaanse migranten daarom hun reisroute verlegd en komen nu via Senegal aan op de Canarische Eilanden.’
Toch werkt de Europese Commissie aan meer deals met Noord-Afrika om zo de immigratie aan banden te leggen. Na een meer dan 200 miljoen euro kostend verdrag met Mauritanië wordt nu ook gekeken naar afspraken met Marokko, weet Wolff: ‘De vraag die we hier vaak vergeten te stellen, is of partnerlanden het wel aan hun eigen bevolking kunnen verkopen om afspraken te maken met Europese populisten. Niet iedereen heeft er zin in om namens de EU de gendarme te moeten spelen.’
Oekraïense vluchtelingen
Volgens Wolff liggen de oorzaken voor de huidige weerstand tegen migratie en de populariteit van radicaal rechtse partijen in Europa dieper. ‘In veel EU-lidstaten gaat de afkeer van immigratie samen met het afwijzen van liberale waarden, de open samenleving en de internationale orde in het algemeen. Dat komt mede doordat de neoliberale mondialisering heeft gezorgd voor allerlei economische ongelijkheid. De EU is nog steeds met name gestoeld op marktwerking en er wordt weinig rekening gehouden met sociale aspecten. Dat verklaart de negatieve houding ten opzichte van migranten niet volledig. Maar het draagt er zeker aan bij.’’
Die onvrede wordt vervolgens door politieke actoren geïnstrumentaliseerd voor politiek gewin. ‘Toen we uit het niets 4 miljoen Oekraïense vluchtelingen moesten opvangen, bestond er geen enkel probleem,’ stelt Wolff. ‘Maar migranten uit Afrika worden tot crisis gemaakt. Als je naar de cijfers kijkt, is er helemaal geen migratiecrisis. Het is een capaciteitscrisis en dat is weer een politieke keuze. De zogenaamde oplossingen van de EU gaan vooral over het laten zien dat de EU spierballen heeft. Terwijl er in feite helemaal niets wordt opgelost.’
EINDE
Reacties uitgeschakeld voor NOOT 31/Daar gaan we weer!
WE REKENEN CONTINU MET MENSEN, WAAROM ZOU JE DAN GEEN SOMMEN MOGEN LOSLATEN OP MIGRATIE
22 OCTOBER 2024
Lang werd wiskundige Jan van de Beek vanwege zijn puur economische blik op migratie door velen met de nek aangekeken. Maar net nu zijn boek hierover verschijnt, verandert in heel Europa het denken over immigratie en zit hij aan tafel bij minister Faber om zijn visie te geven. ‘We zitten op een omslagmoment.’
door Remco Meijer
‘De huidige immigratie biedt Nederland over het geheel genomen geen economisch voordeel’, schrijft wiskundige en cultureel antropoloog Jan van de Beek in zijn nieuwe boek Migratiemagneet Nederland. Mythen. Feiten. Oplossingen. ‘Bevolkingsgroei draagt bij aan verergering van bestaande problemen’, concludeert hij, en om toekomstige krimp te ondervangen volstaat een migratiesaldo van voorlopig 5.000 per jaar (in plaats van jaarlijks 100- tot 200 duizend mensen erbij, zoals sinds 2016 is gebeurd).
Van de Beek (56) geldt, zeker sinds de publicatie van Grenzeloze verzorgingsstaat. De gevolgen van immigratie voor de overheidsfinanciën (2021, mede gefinancierd door Forum voor Democratie), als het buitenbeentje onder de migratiedeskundigen. Met zijn economische bril zou hij de morele component van immigratie negeren: ieder mens heeft immers het recht op zoek te gaan naar de beste leefomstandigheden. Maar dat zet de verzorgingsstaat Nederland onder almaar toenemende druk, met verschraling van voorzieningen tot gevolg, stelt Van de Beek.
Hij behandelt alle vormen van migratie, zowel door arbeid, studie als asiel. Alsof hij met zijn pleidooi voor rigoureuze selectie anticipeert op tegenspraak, heeft Van de Beek de vele tientallen paragrafen in zijn uitputtende boek steeds voorzien van een vragende titel. Zoals: ‘Asiel is toch maar een klein deel van de immigratie?’ Waarop hij dan antwoordt: dat is ‘een volstrekte misvatting’.
Andere vraag: ‘Immigranten zijn toch nodig voor werk waarvoor wij ons te goed voelen?’ Antwoord: ‘Ook dat is een hardnekkig verhaal.’ Want: arbeidsmigratie is vooral een gevolg van het lagelonenbeleid van de overheid en het bedrijfsleven, en van een verzorgingsstaat die mede door uitkeringen mensen onvoldoende activeert.
Wat betreft asielmigratie: bij de vaak gehoorde opmerking dat asiel slechts 10 tot 12 procent van de totale immigratie betreft, geeft Van de Beek een bijsluiter. Van de arbeidsmigranten is na tien jaar nog maar 21 procent in Nederland, van de studiemigranten 18 procent. Bij asielmigranten is dit 55 procent, bij gezinsmigranten 59 procent.
Met andere woorden: ‘De bijdrage van asiel aan de bevolkingsgroei is veel groter dan op het eerste gezicht lijkt.’ En dat is van belang om te weten, ‘want geen andere vorm van immigratie belast de samenleving en verzorgingsstaat zozeer als asiel’.
In het motto bij uw boek spreekt u van ‘een sociaal experiment op ongekende schaal’. Kijkt u naar immigratie als een moedwillig plan van de overheid, of juist als een laat-maar-waaien-experiment?
‘Dat laatste. Experimenten kunnen bedacht zijn, maar je hebt ook natuurlijke experimenten. Ik zie het als onvoorziene omstandigheden die voortvloeien uit het tekenen van verdragen. In 1951 is het Vluchtelingenverdrag ondertekend, in 1967 het aanvullende Protocol van New York. Toen is de rem van asiel af gehaald. Daarna heeft het nog een tijdje geduurd voordat iedereen dat ontdekte, en voordat de vliegtickets heel goedkoop werden. Rond 1980 gingen we door de duizend asielzoekers heen, daarna werden het er vijfduizend, tienduizend en midden jaren negentig waren het er opeens vijftigduizend.’
U spreekt van ‘grote risico’s en een ongewisse afloop’. En: ‘Waarom zouden we daarmee doorgaan?’ Wie zijn ‘we’?
‘Dat zijn we met z’n allen, vertegenwoordigd in onze nationale overheid en de Europese Unie. Daar ligt de macht. Maar doordat veel is gedelegeerd naar internationale verdragen, is er helemaal geen grip op arbeids- en studiemigratie binnen de EU, en niet op asiel. En juist bij asiel staan alle integratie-seinen op rood.’
Waarom?
‘De herkomstgroep Afrika en Midden-Oosten, waar de bevolkingsgroei het hoogst is, zal bij ongewijzigd beleid heel groot worden in Nederland. Zij zijn veel lager opgeleid dan de gemiddelde immigrant, veel lager ook dan arbeids- en studiemigranten. Veel mensen hebben een romantisch beeld van de asielzoeker als een soort Kader Abdolah of Afshin Ellian, maar dat zijn de uitzonderingen. Gemiddeld genomen doen kinderen van asielmigranten het niet goed en volgens mijn data steeds slechter. Er is bijvoorbeeld een heel lage deelname aan havo-vwo.
‘Dan is er de factor culturele afstand tot het herkomstland. Als die te groot is, is dat nadelig voor integratie. Dat pakt slecht uit voor participatie op de arbeidsmarkt en leidt tot oververtegenwoordiging in criminaliteit. Wat helpt, zijn gemengde relaties. Dat zie je veel bij Surinamers, Antillianen en mensen uit Oost-Afrika. Die komen met grote achterstand binnen, maar dat verandert door huwelijken met autochtonen. Dan zie je in de tweede en derde generatie opeens hogere cito-scores. Maar juist asielmigranten uit andere delen van Afrika en het Midden-Oosten, veelal moslims, hebben weerstand tegen gemengde relaties. Daar hapert de integratiemotor.’
U schrijft: ‘Het is al decennia taboe om de negatieve kanten van immigratie te bespreken of te berekenen.’ Maar er verschijnen toch de laatste jaren allerlei gedegen boeken hierover, zoals van Hein de Haas (Hoe migratie echt werkt) en Ruud Koopmans (De asielloterij)?
‘Het taboe is er in elk geval heel lang geweest. Je zou niet met mensen mogen rekenen, je zou niet aan blaming the victim mogen doen en je mocht extreemrechts niet in de kaart spelen. En het zou moreel ontoelaatbaar zijn, wat een heel dom argument is. We rekenen continu met mensen. De overheid bepaalt de waarde van een mensenleven aan de hand van de kosten van medicijnen. Er wordt gecalculeerd bij het vergroten van verkeersveiligheid. Waarom zou je dan geen rekensommen mogen loslaten op migratie?’
Een politieke partij in de Haagse gemeenteraad wilde u weren van een bijeenkomst, omdat u een ‘extreemrechtse charlatan’ en ‘te politiek gekleurd’ zou zijn. Wat zegt u op mogelijke kritiek dat uw boek een maatschappijvisie in een economisch jasje is?
‘Nee, dat is het niet. Natuurlijk is het altijd zo dat wetenschappers onderwerpen kiezen die ze interesseren. Daaruit blijken misschien voorkeuren, maar wat ik doe is rekenen met data over migratie en kijken waar ik op uitkom. Voor Japanners, Zuid-Koreanen, Noord-Amerikanen en Scandinaviërs kan ik dan een positieve boodschap brengen. Maar voor heel veel andere groepen niet.
‘Omdat dat een onwelgevallige boodschap was, is dit soort studie heel lang niet gedaan. Op universiteiten hangt een eenzijdige sfeer. Een wetenschapper die het wel deed, kreeg te horen: ‘Als jij het woord migranten door Joden vervangt, weet je wel dat je fout bezig bent.’ Heel intimiderend.
‘Sociale wetenschap in Nederland is voor en door linkse mensen. Die niet migratie-kritisch zijn. Als je dan binnen zo’n context aan dit soort onderzoek begint, lijkt het alsof je iets heel buitenissigs doet. Maar feitelijk is dat niet zo. Dit is een ontbrekend stuk van het debat. Ik kleur een blinde vlek in. In andere westerse landen, zoals de VS en Denemarken, gebeurt dit ook.’
Over uw oplossingen zal meteen worden gezegd: onhaalbaar. U oppert onder meer: ‘Mensenrechtenverdragen en Europese wetgeving ondermijnen de Nederlandse democratie en moeten daarom worden opgezegd en/of aangepast.’ Dan is Nederland toch meteen een paria in Europa?
‘Nee, totaal niet. Dit is heel actueel. Wat wij nu doen, is heel hypocriet. Wij lokken mensen, die we eigenlijk niet willen hebben, met asielrecht. Maar ze moeten wel een dodelijke hindernisbaan nemen. Ze mogen niet gewoon met de veerboot komen, en ook niet meer met het vliegtuig, maar moeten met kleine bootjes de zee op. Daardoor is de Europese buitengrens de dodelijkste ter wereld. Met name links zou in de spiegel moeten kijken. Asiel is humaan in intenties, maar inhumaan in uitwerking. Weet u wat pas radicaal is? De huidige status quo handhaven.’
U zegt ook: ‘Wie echt grip op asiel wil krijgen, moet minstens het VN Vluchtelingenverdrag, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het Kinderrechtenverdrag opzeggen. Klinkt misschien inhumaan, maar is het niet.’
‘Ja, we moeten die hindernisbaan slopen, dat zou veel humaner zijn. Maar veel mensen zijn feitenresistent. Die hebben een morele positie ingenomen en gaan daar moeilijk van af. Terwijl alle Europese landen op dit moment hoofdpijn hebben van asiel. Nederland staat absoluut niet alleen. Allerlei regeringen gaan om, ook om electorale redenen, want bevolkingen onttrekken zich in toenemende mate aan de morele druk waaronder je niets over migratie mocht zeggen. We zitten op een omslagmoment. Het moet mogelijk zijn om een coalitie te smeden van flink wat EU-landen die af willen van het asielrecht in zijn huidige vorm.’
U bent half april, samen met Hein de Haas, op gesprek geweest in de formatie. Gaf u dat genoegdoening?
‘Ja, in die zin dat ik voor het eerst het idee kreeg: er zit nu een club mensen die wil luisteren naar iemand als ik. Dat was daarvoor ondenkbaar. Ik heb ook drie keer gesproken met de Staatscommissie demografische ontwikkelingen 2050, waarvan een keer apart met voorzitter Van Zwol. En ik ben op bezoek geweest bij minister Faber (Asiel en Migratie, red.), op haar uitnodiging, maar ik zou mij niet haar adviseur willen noemen. Ik ga in gesprek met iedereen die van mijn data gebruik wil maken.’
Het rapport van de staatscommissie kiest voor ‘gematigde groei’ van de bevolking. U schreef in januari op Wynia’s Week, de website van columnist en journalist Syp Wynia, dat eigenlijk nog te ruim te vinden.
‘Ja. We hebben een klein land. Alles komt in het gedrang. Klimaat, natuur, energiedoelen, CO2-reductie, openbare ruimte, infrastructuur, landschapsbehoud.’
Als PVV-minister Marjolein Faber nog een ‘dragende motivering’ zoekt, kan ze vanaf nu uw boek omhoog houden. Maar volgens u had ze al maandenlang uit het rapport van de staatscommissie kunnen putten?
‘Ja, ik zou denken: er is een grondwettelijke taak voor onderwijs, gezondheidszorg en wonen. Die komt in het gedrang als er zoveel mensen bij komen. Je kunt wel zeggen: er wordt te weinig gebouwd, maar er is niet tegenop te bouwen. De kosten voor zorg lopen op, de onderwijskwaliteit daalt. Dat mag je best een crisis noemen.’
Maar wat is er acuut aan?
‘Dan moet u even omdenken. We hebben het over een klimaatcrisis. Maar is de zeespiegel al vier meter gestegen? Nee. Toch zijn we ermee bezig. Want zeespiegelstijging kan voor ons in de toekomst een probleem zijn. Regeren is vooruitzien. Immigratie idem. Het is een cumulatieve crisis, maar ook die kan acuut zijn. Iedere asielzoeker die een status krijgt, heeft toegang tot de verzorgingsstaat, ook als hij kansloos is op de arbeidsmarkt. Dat is een chequeboek, waarmee hij elke maand kan zeggen: ‘Mag ik even vangen uit de collectieve pot?’
U schrijft: ‘Er wordt in Nederland al jaren oeverloos gedebatteerd of we nu een asiel-instroomcrisis of een asiel-opvangcrisis hebben. Die hebben we allebei, maar de grootste asielcrisis is dat we bij ongewijzigd beleid geen middelen hebben om deze desastreuze en in potentie maatschappij-ontwrichtende vorm van immigratie te stoppen.’ Hoezo desastreus?
‘Economische tegenstellingen lopen langs etnische en religieuze breuklijnen. Als die ook nog eens gepolitiseerd worden, en die groep steeds groter wordt, kan dat een recept voor een ramp zijn. Want wat is dan de binding met Nederland? Daarover moet je nadenken. En diegenen die zeggen dat dit spookbeelden zijn, zijn ook degenen die zeggen dat we absoluut niets aan asiel mogen doen.’
Jan van de Beek: Migratiemagneet Nederland. Mythen. Feiten. Oplossingen. Uitgeverij Blauwburgwal. 468 pagina’s, € 23,50
Reacties uitgeschakeld voor NOOT 30/Daar gaan we weer!
Dan blijft het vrij stil (buiten Ongehoord Nederland om), tot april 2024. Dan wordt Jan van de Beek uitgenodigd als “migratie-expert” om de formerende partijen te adviseren. Samen met Hein de Haas, wél een daadwerkelijke migratie-expert.
En dan begint het hele mediacircus weer van voor af aan. Jan van de Beek is opeens weer relevant, en rechtse partijen in de Haagse gemeenteraad willen hem opeens ook spreken. De relevantie is terug.
Zeker als De Telegraaf bericht dat hij als migratie-expert minister Faber en het kabinet mag adviseren over migratiezaken. Wederom: hij heeft geen expertise, hij heeft alleen een extreem-rechtse opinie. Dáárom wordt hij uitgenodigd.
Maar hiermee is het hek van de dam. De Volkskrant laat zich keurig voor het karretje spannen van Van de Beek, door te doen alsof hij “gecancelled” is vanwege het rekensommetje dat hij wil maken. In plaats van zijn ongefundeerde opinies.
En als klap op de vuurpijl (vooralsnog) mag Jan van de Beek nu aanschuiven bij Bar Laat, en als complete non-expert meepraten over politieke zaken. Terwijl hij weinig meer is dan een columnist met een titel.
Hiermee heeft Jan van de Beek gekregen wat hij wil: hij heeft relevantie, hij heeft bekendheid. Hij kan bij WNL en De Volkskrant zijn nieuwe boek aankondigen (slechts € 23,50!) dat als warme broodjes over de extreem-rechtse toonbank zal gaan.