Auteursarchief: astrid

Artikel Joke Kaviaar/ESCALEER!

ESCALEER!

WEBSITE JOKE KAVIAAR

Dit artikel verscheen reeds bij Konfrontatie

In het nieuws afgelopen dag: het woord GAZA op de sokkel van een beeld van Anne Frank. De ‘bekladding’ (met krijtspray en wat posters) van het Israëlcentrum in Nijkerk. Het waren kleine acties, maar wat een ophef! Wanneer gaat de genocide die gaande is, de volkerenmoord op de Palestijnen, nu eens ophef geven?

Nog niet zo lang geleden kwam ik langs dat beeldje, dat heel mooi in een plantsoentje in de Rivierenbuurt staat. Het was 1 mei. Ik ben er even bij gaan zitten. En ik dacht aan Anne en al die joden die uit die buurt verjaagd en gedeporteerd zijn, ik dacht aan het langdurig schuilen waartoe de jonge Anne en haar gezin werden gedwongen, om vervolgens alsnog in een concentratiekamp te eindigen. Ik dacht ook aan de vele, vaak van naam onbekende, Palestijnse kinderen die een vergelijkbaar lot ondergaan in Gaza. Vandaag. Allicht, Anne Frank kan er ook niks aan doen dat uit haar naam nu genocide wordt gepleegd op de Palestijnen. Maar zou de Anne Frank van nu, als ze nog geleefd had, wel akkoord gaan met het plegen van genocide op de Palestijnen in haar naam? We kunnen Anne niet vragen.

We kunnen het wel vragen aan Shoah overlevenden die het nu wagen zich uit te spreken. Daar is veel moed voor nodig, maar ze doen het, onomwonden. We kunnen het ook vragen aan jonge joodse mensen die zich tegen het zionisme verzetten, weigeren in dienst te gaan, de straat op gaan met Palestijnse vlaggen overal ter wereld tot zelfs in de straten van Tel Aviv en Jerusalem, zich makkelijk doelwit makend voor woedende zionisten. Ja, daar dacht ik aan toen ik bij dat beeldje zat op die zonnige en o zo vredige plek in Amsterdam Zuid.

Nu stond er op de sokkel dus ‘GAZA’. In bloedrode letters. Het is alsof Anne zelf roept: “Vergeet niet dat dit nu weer gebeurt!” en “Vergeet niet dat dit land dat mij heeft helpen wegvoeren deze genocide voedt.” Deze daad wegzetten als eenvoudig vandalisme doet geen recht aan deze schreeuw om een einde aan de genocide die door de Nederlandse staat met zoveel fanatisme wordt gesteund, met wapens, geld en propaganda. Een wanhoopskreet feitelijk. Kijk dan wat er gebeurt! Kijk naar Gaza!

Nee, het verandert niets aan de bombardementen, aan de doelbewuste uithongering, het martelen van gegijzelden door Israëls soldaten, terroristen pur sang, die daar duidelijk plezier aan beleven. Nee, het verandert niets, er is meer nodig. Maar het schudt wel wakker. En de reacties laten zien hoe verdorven dat zionisme is. Om maar een voorbeeld te noemen: een zionist op X, voorheen Twitter, noemt de Palestijnen in een reactie ‘minderwaardig’. Dat zegt genoeg. Het is hetzelfde als ‘untermenschen’. Dezelfde dehumanisering die de weg plaveit voor elke volkerenmoord. Toen. En nu.

Dan was er die bekladding van dat centrum, een bolwerk van zionisme dat producten uit Israël importeert en van de organisatie Christenen voor Israël is, aldus de persoon die vanwege die kleine actie dezelfde avond een met stormram bewapend gemaskerd arrestatieteam binnengestormd kreeg. Buitenproportioneel. We stevenen de afgelopen maanden in sneltreinvaart van valse beschuldigingen van anti-semitisme en het benoemen van activisten als terroristen af op de feitelijke repressie. Wie had een jaar geleden kunnen denken dat wat krijtspray en posters op een gebouw op deze manier zou worden beantwoord? Het enige doel hiervan is afschrikking. En dit komt na veel politiegeweld tegen de studenten intifada, terwijl sindsdien al twee maanden lang iemand vastzit die als gevaar wordt bestempeld. Het komt in dezelfde tijd dat een tentenkamp voor de ingang van de Kromhout kazerne in Utrecht bij nacht en ontij werd verrast door politie en marechaussee met honden. Dat is overval tactiek, en het is geheel in lijn met alles. Mij verbaast het al niet meer. Bereid je maar voor op meer van dit.

‘Escaleer!’ luidt de roep uit Gaza. Daar zag ik beelden uit vandaan komen vandaag van een man die kapotgemaakt uit het concentratiekamp in de Negev woestijn komt, van een bombardement op voetballende mensen bij een school en van kinderen die in tweeën gereten waren en dat was alleen vandaag. Israël is uit op de uitroeiing en verdrijving van de Palestijnen. Alle Palestijnen, kinderen voorop. Vrede is geen optie. Dat betekent overgave. No justice no peace. Deze genocide is zo overduidelijk dat niemand in de toekomst kan beweren: “wir haben es nicht gewusst.” Laten we duidelijk zijn: alleen wereldwijd verzet kan dit doen stoppen.

‘Escaleer!’ Dat is wat moet gebeuren. De vraag is alleen: hoe. De meest vriendelijke escalaties tot nu toe krijgen al het stempel terrorisme. Die leiden al tot inval en arrestatie en langdurig voorarrest. Wat komt er na demonstraties, blokkades en tentenkampen? Wat komt er na een tekst op de sokkel van een beeld? En waar zijn de massa demonstraties van tienduizenden eigenlijk gebleven? Denk je eens in wat duizenden mensen zouden kunnen doen!

‘Escaleer!’ Of blijven we hangen in achterhoede gevechten op social media, in discussies met zionisten, zogenaamd nette mensen? Ik ben er klaar mee. Die koloniale bezetting door de zionistische terroristen moet daar weg, van de rivier tot aan de zee. De apartheid, met muren, hekken en prikkeldraad, met high tech ‘battle tested’ surveillance apparatuur en wapens, met gevangenissen en wetten, moet gestopt. De vele tienduizenden gijzelaars in handen van het martelende zionistische regime bevrijd. We zijn ver voorbij debat en discussie. Dit zijn geen twee kanten in een oorlog waarin je partij kan kiezen, waarin nog zoiets als nuance bestaat. Er is een onderdrukker en er zijn onderdrukten. En die onderdrukten verzetten zich tot het uiterste, en terecht. Je kunt nu kiezen of je aan de goede of de slechte kant van de geschiedenis wilt staan.

‘Escaleer!’ luidt de oproep. Dat protest verzet moet worden. Wat is de volgende stap in het land van de polderfascisten? Gaan we daadwerkelijk de wapenleveranties en andere kolonialistische steun stoppen? We zijn in dit land opgescheept met een fascistenkabinet dat nog meer pro zionistisch is dan het vorige. Dat kabinet verdient sowieso al het verzet dat we ook maar van de grond kunnen krijgen. De handen ineen tegen fascisme hier en fascisme daar, dat is wat we nodig hebben.

‘Escaleer’? De situatie is allang geëscaleerd!

Joke Kaviaar, 10 juli 2024

Reacties uitgeschakeld voor Artikel Joke Kaviaar/ESCALEER!

Opgeslagen onder Divers

Mail Astrid Essed dd 5 juli 2024 aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 4 juli 2024/”Grootste annexatie op Westoever”

Image result for settlements/Images

BITTEREBIJPRODUCTEN VAN DE ISRAELISCHE BEZETTING:

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN BEZET PALESTIJNS GEBIED

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 4 JULI 2024/”GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER”

Uw berichtgeving dd 4 juli 2024 ”Grootste annexatie op Westoever”

Astrid Essed

From:astridessed@yahoo.com

To:reacties@nos.nl,nosbinnenland@nos.nl,publieksreacties@nos.nl,communicatie@nos.nl

Fri, Jul 5 at 1:59 PM

De walrus sprak:

De tijd is daar
Om over allerlei te praten”

Een schoen, een schip, een kandelaar,

Of koningen ook liegen

En of de zee soms koken kan

En een biggetje kan vliegen.
Uit het Engels vertaald uit:

 THE WALRUS AND THE CARPENTERLEWIS CARROLL: ALICE IN WONDERLAND

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Walrus_and_the_Carpenter

AAN

NOS Teletekstredactie,

Uw berichtgeving dd 4 juli 2024 ”Grootste annexatie op Westoever”

Geachte Redactie,

U hebt het in de Loop der Tijden kunnen constateren [1].

Van mij komt u niet gemakkelijk af!

Ik volg uw berichtgeving en wanneer het mij goeddunkt,

lever ik daar commentaar op.

Zoals ook nu.

Deze keer richt ik mijn Pijlen op uw berichtgeving dd 4 juli 2024

” ”Grootste annexatie op Westoever” [Zie geheel onderin, boven het notenapparaat] en 

ik moet zeggen:

Ontevreden ben ik niet.

Eindelijk-want zo vaak komt het niet voor, hoewel u recentelijk

wel veel meer uw best doet -[2] eens een bericht, waarbij het

Israelische onrecht jegens de bezette Palestijnse bevolking duidelijk

wordt belicht en dat waardeer ik.

Het behelst uw berichtgeving, gebaseerd op een statement van de

Israelische organisatie Peace  Now over de kolonisering

van de Westelijke Jordaanoever, getiteld ”Approval of 5,295 units

and the establishment of 3 new settlements” [3]

In uw berichtgeving vermeldt u [waarbij u zich baseert op informatie

van de Israelische organisatie Peace Now [4], dat Israel de laatste maanden steeds grotere percelen aan de kolonisten toewijst, waarop nederzettingen 

worden gebouwd.

Verder vermeldt u in uw berichtgeving:

”Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten.

Palestijnen mogen daar niets bezitten.

Op de Westelijke Jordaanoever zijn nu ruim 100 nederzettingen,

waar in totaal ruim 500 000 kolonisten wonen”

TOEEIGENING/VAN WIE?

INTERNATIONAALRECHTELIJKE POSITIE NEDERZETTINGEN

Een Opsteker voor u dus, dat u ten langen leste de moeite neemt,

explicieter het aan de bezette Palestijnen gedane onrecht aan de kaak

te stellen.

Maar wanneer u dat doet, moet u ook wel duidelijk zijn in uw

Berichtgeving:

Zo refereert u aan [ik citeer u]

”Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten”

Prima

Maar toegeeigend VAN WIE?

Dat vermeldt u niet en uw lezers kunnen dat moeilijk raden

Antwoord:

Toegeeigend van de Palestijnen

Of beter gezegd:

ONTeigend,AFgepakt

Zie de Informatie van de Israelische mensenrechtenorganisatie

Btselem onder noot 5!

Erger nog vind ik, dat u-voor de zoveelste keer- niet duidelijk

maakt dat deze nederzettingen illegaal zijn volgens het Internationaal

Recht, wat echt cruciaal is!

Zie noot 6

Die illegaliteit van de nederzettingen is [kort gezegd] gebaseerd op

artikel 49, 4e Conventie van Geneve en artikel 55, Haags Verdrag 

Staat in noot 6, maar voor uw gemak herhaald in noot 7

Vermeldt u dat dan ook de volgende keer, zoals u het wel

al eerder gedaan hebt! [8]

U weet het dus WEL!

Dit, Waarde Redactie, waren een Paar Belangrijke Punten op de

i!

Hou daarmee een volgende keer rekening

I’ll be watching you!

Vriendelijke groeten

Astrid Essed

Amsterdam 

NOS TELETEKST

”GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER”

Israel heeft de kolonisatie van het grootste stuk land op

de Westelijke Jordaanoever tot nu toe goedgekeurd.

Dat meldt de Israelische organisatie Peace Now.

Het zou gaan om een stuk grond van bijna dertien

vierkante kilometer.

De laatste maanden wijst Israel steeds grotere percelen toe aan

kolonisten.

In maart meldde Peace Now al de toewijzing van stukken grond

van twee en acht vierkante kilometer aan kolonisten

Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten.

Palestijnen mogen daar niets bezitten.

Op de Westelijke Jordaanoever zijn nu ruim 100 nederzettingen,

waar in totaal ruim 500 000 kolonisten wonen

EINDE TELETEKST BERICHT

ORIGINELE BERICHT NOS TELETEKST

NOS TELETEKST

GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER

https://nos.nl/teletekst/127
"Grootste annexatie op Westoever"   

 Israël heeft de kolonisatie van het  
 grootste stuk land op de Westelijke    
 Jordaanoever tot nu toe goedgekeurd.Dat
 meldt de Israëlische organisatie Peace 
 Now.Het zou gaan om een stuk grond van 
 bijna dertien vierkante kilometer.     
                                        
 De laatste maanden wijst Israël steeds 
 grotere percelen toe aan kolonisten.In 
 maart meldde Peace Now al de toewijzing
 van stukken grond van twee en acht     
 vierkante kilometer aan kolonisten.    
                                        
 Op de toegeëigende stukken land worden 
 nederzettingen gebouwd door Israëlische
 kolonisten.Palestijnen mogen daar niets
 bezitten.Op de Westelijke Jordaanoever 
 zijn nu ruim 100 nederzettingen,waar in
 totaal ruim 500.000 kolonisten wonen.  

 nieuws  buitenland  binnenland  sport

NOTEN

NOTEN 1 T/M 8

NOTEN 1 T/M 3

[1]

WEBSITE ASTRID ESSED

NOS TELETEKST

https://www.astridessed.nl/?s=NOS+teletekst

[2]

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 

4 MAART 2024: ”ISRAEL BOUWT MEER HUIZEN WESTOEVER]/DEZE

KEER EEN COMPLIMENT!

ASTRID ESSED

7 MAART 2024

[3]

PEACE NOW

APPROVAL OF 5,295 UNITS AND THE ESTABLISHMENT OF

3 NEW SETTLEMENTS 

04.7.24

The Higher Planning Council (HPC) approved today and yesterday (3-4/7/24) the advancement of 5,295 housing units in dozens of settlements throughout the West Bank. The building plans include the expansion of settlements deep within the West Bank and the legalization of three outposts (without connection to the 5 outposts approved by the Cabinet last week): Mahane Gadi, Givat Hanan (Susya East), and Kedem Arava as “neighborhoods” of existing settlements.

For the first time since the establishment of the Settlement Administration by Minister Smotrich, the legal advisor to the HPC was a civilian and not an officer as in the past. Additionally, present in the audience were members of the Settlement Administration; Hillel Roth, the Civilian Deputy appointed by Minister Smotrich and one of the legal advisors of the administration.

The council’s agenda included plans for more than 6,000 housing units. Ultimately, the number of units approved stands at 5,295 because only the initial planning stage was approved for some of the plans. For example, in the plan for the Gva’ot settlement, where 1,006 housing units are planned, only 250 units were brought for approval.

Peace Now: “Netanyahu and Smotrich’s agenda became evident through the decisions of the Planning Council: approval for thousands of housing units, the establishment of three new settlements, and strategic appointments of Smotrich’s allies in key roles instead of military personnel underscore the annexation occurring in the West Bank. Our government continues to change the rules of the game in the occupied West Bank, leading to irreversible harm. While the north is neglected and citizens across the country are abandoned, with 120 hostages still in Gaza, the process of annexation and land theft continues to expand, contrary to Israeli interests. This annexationist government severely undermines the security and future of both Israelis and Palestinians, and the cost of this recklessness will be paid for generations to come. We must bring down the government before it’s too late.”

For the full list of approved plans, see below.

Among the plans that were approved:

Machane Gadi (Plan 312/6/1) – An outpost established in 2018 as an educational complex and pre-military academy, located north of the Masu’a settlement in structures previously used as a military camp. The plan for 260 housing units was approved for deposit and effectively established a new settlement by legalizing the outpost as a “neighborhood” of the Masu’a settlement.

Kedem Arava (Plan 612) – The agenda included a plan formally belonging to the new settlement “Beit Hogla,” which was approved by the cabinet in February 2023 as the legalization of an illegal outpost. It has now become clear that the new settlement approved by the cabinet includes not only the “Beit Hogla” outpost but also the “Kedem Arava” outpost, located approximately 1.5 km south of it. The plan approved for deposit is for the construction of 316 housing units in Kedem Arava.

Givat Hanan (Susya East) (Plan 513/5) – The approval of the plan for the deposit of 107 housing units in the Susya settlement is actually intended to legalize the Givat Hanan outpost, which was illegally established in 2019. The outpost is located across an intercity road, disconnected from the Susya settlement. However, to avoid the need to declare a new settlement, it was decided to consider it a “neighborhood” of Susya and plan the construction of a bridge over intercity Road 317 to connect the two settlements.

Gvaot (Plan 418/2/1/A) – The Gvaot settlement is also formally considered a “neighborhood” of the Alon Shvut settlement, even though it is 3 km away. The original plan is to build 1,006 housing units, but the HPC only approved Phase 1 of the plan, which includes 250 housing units. The Ministry of Housing is working on plans to establish a city there with tens of thousands of housing units.

Yakir (Plan 118/1/A) – Another significant plan is the establishment of a new neighborhood with 168 housing units for the Yakir settlement. The planned neighborhood is located beyond the access road to the settlement and involves the evacuation of a military base. The plan also connects to the Havat Yair outpost, which is also in the process of legalization as a “neighborhood” of Yakir.

Neria (Plan 235/13/1) – A plan for the construction of 436 housing units in the Neria settlement (officially considered a “neighborhood” of the Talmon settlement) west of Ramallah. This represents a significant expansion of the settlement deep in the West Bank in an area known as “Gush Talmonim,” where thousands of housing units have been approved in recent years and outposts have been legalized (such as Horesh Yaron, Haresha, Kerem Re’im, and Zayit Ra’anan). Recently, Minister Smotrich announced the advancement of a new bypass road intended to facilitate the planned growth in these settlements.

Overall, it was decided to advance 3,080 housing units for deposit and 2,215 housing units for validation.

List of the plans approved by the HPC on 3-4/7/24:

SettlementPlan NumberStage ApprovedHousing Units
Immanuel120/4/1Validation170
Immanuel120/13Validation96
Negohot521/ב/1Validation158
Hagai517/2Depositing135
Susya (Givat Hanan)513/5Depositing107
Modiin Illit210/4/2/6Depositing300
Elkana125/2/9Depositing8
Kiryat Arba510/3/14Validation140
Kiryat Arba510/22/3Validation25
Givat Zeev220/1/גDepositing5
Givat Zeev220/1/גDepositing5
Givat Zeev220/21/10Depositing3
Givat Zeev220/10/31Depositing12
Givat Zeev220/30/10Depositing4
Givat Zeev220/32/10Depositing195
Givat Zeev220/28Validation228
Etz Efraim126/16Validation12
Etz Efraim126/8/2Depositing24
Shaarei Tikva122/7Validation6
Masu’a (Machane Gadi)312/1/6Depositing260
Shilo205/25Depositing90
Almon (Anatot)226/2/עValidation91
Mitzpe Yericho228/5Validation365
Neria235/1/13Depositing436
Eli237/8Validation24
Ganei Modiin208/1/13/8Validation46
Heit Hogla (Kedem Arava)612Depositing316
Maale Shomron (Elamatan)116/3/5Depositing120
Elon Moreh107/1/8Validation186
Tzofim149/14Validation74
Pduel160/12Depositing25
Pduel160/11Depositing12
Revava170/10/4Depositing16
Kiryat Netafim129/6Depositing136
Yakir118/א/1Depositing168
Gva’ot418/2/1/אDepositing250
Nokdim411/12Validation290
Mitzad (Asfar)414/2/5Validation6
Beitar Illit426/7/19/בDepositing98
Beitar Illit426/7/2/3/אDepositing28
Beitar Illit426/7/4/אDepositing184
Beitar Illit426/7/2/2/אDepositing143
Beitar Illit426/21/3/1/בValidation184
Beitar Illit426/7/16/בValidation46
Beitar Illit426/7/17/בValidation68
Toal5,295

NOTEN 4 EN 5

[4]

PEACE NOW

SETTLEMENT WATCH

https://peacenow.org.il/en//category/settlements

[5]

”The settlements are the single most important factor in shaping life in the West Bank. Their destructive impact on the human rights of Palestinians extends far beyond the hundreds of thousands of dunams [1 dunam = 1,000 sq. meters], including farmland and grazing areas, that Israel appropriated from Palestinians in order to build them. More land has been expropriated to pave hundreds of kilometers of roads for settler use only;”

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements

From 1967 to the end of 2017, more than 200 Israeli settlements were established in the West Bank. They include:

  • 131 settlements officially recognized by the Israeli Ministry of the Interior;
  • About 110 settlements built without official authorization but with governmental support and assistance (known as “illegal outposts”);
  • Several settlement enclaves inside the city of Hebron;
  • 11 neighborhoods in the areas of the West Bank that Israel annexed to the municipal jurisdiction of Jerusalem in 1967, and several settlement enclaves within Palestinian neighborhoods in East Jerusalem.

Another 16 settlements that had been established in the Gaza Strip, and four in the northern West Bank, were dismantled in 2005 as part of the Disengagement Plan.

More than 620,000 Israeli citizens currently reside in settlements. Of these, about 209,270 live in the parts of the West Bank that Israel annexed to the municipal jurisdiction of Jerusalem (according to Jerusalem Institute for Policy Research figures from late 2016), and 413,400 live throughout the rest of the West Bank (according to Central Bureau of Statistics figures from late 2017).

The settlements are the single most important factor in shaping life in the West Bank. Their destructive impact on the human rights of Palestinians extends far beyond the hundreds of thousands of dunams [1 dunam = 1,000 sq. meters], including farmland and grazing areas, that Israel appropriated from Palestinians in order to build them. More land has been expropriated to pave hundreds of kilometers of roads for settler use only; roadblocks, checkpoints, and other measures that limit Palestinian movement only have been erected based on the location of settlements; Palestinian landowners have been effectively denied access to much of their farmland, both within settlements and outside them; and the winding route of the Separation Barrier, which severely violates the rights of Palestinians living near it, was established inside the West Bank in order to leave as many settlements as possible – and large tracts of land for expanding them – on the western side of the barrier.

All the settlement practices in the West Bank share the same objective, although those employed in the urban areas of Hebron and East Jerusalem – where Palestinians have also been dispossessed of their homes and of other structures – take a different form. 

In the early years of the occupation, the main ploy that Israel used to take over land for building settlements was to seize the land “for military purposes”. Military seizure orders were issued for some 31,000 dunams, most of which were earmarked for building settlements. In June 1979, the military issued a seizure order for privately-owned land near Nablus, which was slated for establishing the settlement of Elon Moreh. Several Palestinians petitioned Israel’s High Court of Justice (HCJ), arguing that the seizure violated international law, since it served a civilian purpose of building a settlement rather than true military needs. The court had rejected this argument in previous petitions, accepting the state’s claim that settlements contribute to security.

In this case, however, top security officials stated that building a settlement at that location would serve no military purpose. Also, some of the settlers joined the proceedings as respondents, explaining to the court that it was their intention to settle in the area permanently, for religious and political reasons, rather than to promote security. Given these unique circumstances, the court could not rule that the establishment of the settlement would serve military needs – although it did not rule out such a possibility in general. The justices restricted their decision to the specific case of Elon Moreh, ruling that the land seizure was meant to serve a civilian rather than military purpose and therefore breached international law. The court did not completely deny the possibility of seizing private land for building settlements, but held that when the dominant reason for issuing a seizure order is the establishment of a civilian settlement rather than military considerations, the order is unlawful.

This ruling made it difficult for Israel to continue seizing Palestinian land as it had done until that point. Instead, it required the state to obtain agreement between top security officials on the military advantage of every planned settlement, and to ensure that the settlers kept their intentions to themselves. To circumvent this, the government announced that it would thereafter build settlements only on land that had been declared state land.

However, when the state sought such land, it discovered that only some 687,000 dunams were considered state land at the time, mostly in the Jordan Valley and in the Judean Desert. This frustrated the governmental plan to build settlements along the central mountain ridge of the West Bank. Therefore, the state came up with a new system for declaring state land.

This system was founded on rewriting legal provisions and applying a completely different approach to the Ottoman Land Code, which governs land ownership in the West Bank, than the standard interpretation applied until then. The new approach made it much easier to declare state land, even when the land in question was considered private or collective Palestinian property under British and later Jordanian rule. One method for achieving this was requiring Palestinians to regularly cultivate farmland as a prerequisite to acquiring ownership rights; another was to disregard the provisions of local law, which grants Palestinian communities collective rights to use grazing areas and other public land. By employing these new tactics, from 1979 to 2002 Israel declared more than 900,000 dunams as state land. There are now some 1,200,000 dunams of state land in Area C, constituting 36.5% of Area C and 22% of the entire West Bank. An additional 200,000 dunams of state land are located in areas A and B, where planning is in the hands of the Palestinian Authority.

A comparative survey carried out by B’Tselem in the area of Ramallah revealed massive differences between the amount of land that Jordan defined as government property in areas registered before the occupation, and the amount that Israel declared state land in areas that the Jordanians had not managed to register prior to 1967. The results of the survey indicate that a significant proportion of the land that Israel declared as state land is actually private Palestinian property that was taken from its lawful owners through legal maneuvering, in breach of both local and international law.

This process of land takeover also contravenes basic tenets of due process and natural justice. In many cases, the Palestinian residents were not aware that their land had been registered as state property and when they found out, it was too late to appeal. The burden of proof always lies with Palestinians claiming ownership; even if landowners did manage to prove their ownership over the land, in some cases it was registered state land based on the claim that it had been handed over to a settlement “in good faith”.

Even if all the declarations of state land were lawful, public land – including the land declared as government property prior to 1967 – is meant to serve the population of the occupied territory, i.e. the Palestinian public, not the State of Israel or its citizens. However, Israel prohibits Palestinian use of this land almost entirely and considers it Israeli property. In keeping with this policy, Israel has allocated to settlement vast tracts of this “state land”, stretching far beyond their built-up sections. The lands allocated to settlements have been declared closed military zones and are off limits to Palestinians, except by special permit. In contrast, Israeli citizens, Jews from around the world and tourists can enter them freely.

At present, settlements cover 538,130 dunams – almost 10% of the West Bank. Their regional councils control another 1,650,370 dunams, including vast open areas that have not been attached to any particular settlement. This brings the total area under the direct control of settlements to 40% of the West Bank, and 63% of Area C.

Along with this governmental land grab, settlers have exploited the forced separation between Palestinians and their land to build houses, outposts and roads, sow fields and groves, graze livestock and take over natural water sources – all outside the vast areas already allocated to the settlements. This is attended by routine violence against Palestinians. These actions play a major role in the implementation of Israel’s policy in the West Bank by complementing official measures. The settlers’ apparently independent actions serve as a privatized system for taking over land, allowing Israel to establish and expand entire settlement blocs through an unofficial sidetrack while formally disavowing these actions.

Unlike the restrictive planning policy enforced upon Palestinian communities, Israeli settlements are fully represented in the planning process, enjoying detailed outline plans and advanced infrastructure. Although the state uses the same professional and legal terms to refer to both Israeli and Palestinian construction in the West Bank with– such as building and planning laws, urban master plans, planning procedures and illegal construction – it applies them very differently in practice. When it comes to Israeli settlements, the state turns a blind eye and offers support and retroactive approval, all as part of an overarching policy to de facto annex parts of the West Bank to Israel’s sovereign territory. Palestinian communities, on the other hand, are subjected to painstaking bureaucracy, stalled plans and widespread demolitions, in keeping with Israel’s policy to prevent Palestinian development in the West Bank and continue dispossessing Palestinians of their land.

The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.

The existence of settlements also leads to the violation of many human rights of Palestinians, including the rights to property, equality, an adequate standard of living and freedom of movement. In addition, the radical changes that Israel has made to the map of the West Bank preclude any real possibility of establishing an independent, viable Palestinian state in fulfilment of the right to self-determination. Although the West Bank is not part of Israel’s sovereign territory, Israeli has applied most of its domestic laws to the settlements and their residents. As a result, the settlers enjoy almost all the same privileges as citizens living within Israel. Meanwhile, Palestinians continue to live under martial law and are thereby systematically deprived of their rights and denied the ability to have any real impact on policymaking with respect to the territory in which they live. In creating this reality, Israel has formed a regime in which a person’s rights depend on his or her national identity.

Israel has refrained from formally annexing the West Bank (except in East Jerusalem). In practice, however, it treats the settlements established throughout Area C as extensions of its sovereign territory and has virtually eliminated the distinction for Israeli citizens – while concentrating the Palestinian population in 165 disconnected “islands” (Areas A and B). This double movement, of Israeli settlers taking over more and more West Bank land and Palestinians being pushed aside, has been a consistent mainstay of Israeli policy in the West Bank since 1967, with all Israeli legislative, legal, planning, funding and defense bodies working towards that end.

EINDE

GEDATEERD:

11 November 2017

Updated: 16 January 2019

NOOT 6

[6]

De in bezet gebied gestichte Israelische nederzettingen zijn

illegaal volgens het Internationaal Recht, gebaseerd op artikel 49, 4e Conventie van Geneve en het Haags Verdrag uit 1907

Zie hieronder

A

WAT ZEGT HET INTERNATIONALE RODE KRUIS

HET INTERNATIONALE RODE KRUIS

ICRC.ORG

SETTLEMENTS

https://casebook.icrc.org/a_to_z/glossary/settlements#:~:text=As%20the%20establishment%20of%20settlements,expand%20settlements%20is%20similarly%20prohibited.

The international humanitarian law of occupation contains a prohibition against deporting or transferring parts of the civilian population of the Occupying Power into Occupied Territory, even if they volunteer to be so transferred. Such transfers are often carried out in order to alter the demographic composition of the population of the occupied territory, and constitute a grave breach of Additional Protocol I, as well as being listed as a war crime under the Statute of the International Criminal Court.

As the establishment of settlements also involves population transfers into Occupied Territory, these are prohibited under IHL. Any measure designed to expand or consolidate settlements is also illegal. Appropriation of land to build or expand settlements is similarly prohibited. 

ICRC.ORG

WHAT DOES THE LAW SAY ABOUT THE

RESONSIBILITIES OF AN OCCUPYING POWER

IN THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORY?

https://www.icrc.org/en/document/ihl-occupying-power-responsibilities-occupied-palestinian-territories

SETTLEMENTS AND SETTLEMENT EXPANSION

The ICRC’s official position is that the West Bank has been occupied by Israel since 1967. Consequently, the ICRC has repeatedly stated that Israel settlements’ policy goes against key provisions of International Humanitarian Law (IHL), specifically the law of occupation, and is contrary to its intent and spirit. The 1949 Fourth Geneva Convention (GCIV) prohibits an Occupying Power from transferring its own population into the territories under its occupation. Therefore, Israel’s settlements policy in the West Bank contradicts the Fourth Geneva Convention. Settlement expansion – be it through formal expansion of existing settlements or through the largely unchecked spread of unauthorized outposts – is the key source of legal and humanitarian concerns in the West Bank. With its decades-long presence in the occupied Palestinian territory, the ICRC has been a witness to settlements’ impact. They restrict Palestinians’ freedom of movement and affect the social and economic fabric of entire communities. They can limit Palestinians’ access to their agricultural lands, natural resources or medical services. They also contribute to violence between Israeli settlers and Palestinian communities.

WAT ZEGT DE ISRAELISCHE MENSENRECHTENORGANISATIE BTSELEM

BTSELEM.ORG

”The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.”

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 5

De Illegaliteit van de nederzettingen is gebaseerd op artikelen

uit de 4e Conventie van  Geneve en het Haags Verdrag van 1907

DE VIERDE CONVENTIE VAN GENEVE

ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE

”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”

ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/gciv-1949/article-49

HET HAAGS VERDRAG VAN 1907

De Staat, die een gebied bezet heeft, mag zich slechts beschouwen als beheerder en vruchtgebruiker der openbare gebouwen, onroerende eigendommen, bosschen en landbouwondernemingen, welke aan den vijandelijken Staat behooren en zich in de bezette landstreek bevinden. Hij moet het grondkapitaal dier eigendommen in zijn geheel laten en die overeenkomstig de regelen van het vruchtgebruik beheeren.”

 ARTIKEL 55, HAAGS VERDRAG 1907

https://wetten.overheid.nl/BWBV0006273/1910-01-26#Verdrag_2

IN HET ENGELS
Art. 55. The occupying State shall be regarded only as administrator and usufructuary of public buildings, real estate, forests, and agricultural estates belonging to the hostile State, and situated in the occupied country. It must safeguard the capital of these properties, and administer them in accordance with the rules of usufruct.  

CONVENTION RESPECTING THE LAWS AND CUSTOMS OF WARON LAND AND ITS ANNEX: REGULATIONS CONCERNINGTHE LAWS AND CUSTOMS OF WAR ON LAND

THE HAGUE 18 OCTOBER 1907

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/hague-conv-iv-1907/regulations-art-55

WAT ZEGT AMNESTY INTERNATIONAL

Israel’s policy of settling its civilians in occupied Palestinian territory and displacing the local population contravenes fundamental rules of international humanitarian law.

Article 49 of the Fourth Geneva Convention states: “The Occupying Power shall not deport or transfer parts of its own civilian population into the territory it occupies.” It also prohibits the “individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory”. 

AMNESTY INTERNATIONAL

CHAPTER 3

ISRAELI SETTLEMENTS AND INTERNATIONAL LAW

The situation in the OPT is primarily governed by two international legal regimes: international humanitarian law (including the rules of the law of occupation) and international human rights law. International criminal law is also relevant as some serious violations may constitute war crimes.

STATUS OF SETTLEMENTS UNDER INTERNATIONAL LAW

Israel’s policy of settling its civilians in occupied Palestinian territory and displacing the local population contravenes fundamental rules of international humanitarian law.

Article 49 of the Fourth Geneva Convention states: “The Occupying Power shall not deport or transfer parts of its own civilian population into the territory it occupies.” It also prohibits the “individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory”. 

The extensive appropriation of land and the appropriation and destruction of property required to build and expand settlements also breach other rules of international humanitarian law. Under the Hague Regulations of 1907, the public property of the occupied population (such as lands, forests and agricultural estates) is subject to the laws of usufruct. This means that an occupying state is only allowed a very limited use of this property. This limitation is derived from the notion that occupation is temporary, the core idea of the law of occupation. In the words of the International Committee of the Red Cross, the occupying power “has a duty to ensure the protection, security, and welfare of the people living under occupation and to guarantee that they can live as normal a life as possible, in accordance with their own laws, culture, and traditions.”

The Hague Regulations prohibit the confiscation of private property. The Fourth Geneva Convention prohibits the destruction of private or state property, “except where such destruction is rendered absolutely necessary by military operations”.

As the occupier, Israel is therefore forbidden from using state land and natural resources for purposes other than military or security needs or for the benefit of the local population. The unlawful appropriation of property by an occupying power amounts to “pillage”, which is prohibited by both the Hague Regulations and Fourth Geneva Convention and is a war crime under the Rome Statute of the International Criminal Court and many national laws.

Israel’s building of settlements in the West Bank, including in East Jerusalem, does not respect any of these rules and exceptions. Transferring the occupying power’s civilians into the occupied territory is prohibited without exception. Furthermore, as explained earlier, the settlements and associated infrastructure are not temporary, do not benefit Palestinians and do not serve the legitimate security needs of the occupying power. Settlements entirely depend on the large-scale appropriation and/or destruction of Palestinian private and state property which are not militarily necessary. They are created with the sole purpose of permanently establishing Jewish Israelis on occupied land.

In addition to being violations of international humanitarian law, key acts required for the establishment of settlements amount to war crimes under the Rome Statute of the International Criminal Court. Under this body of law, the “extensive destruction and appropriation of property not justified by military necessity and carried out unlawfully and wantonly” and the “transfer, directly or indirectly, by the Occupying Power of parts of its own civilian population into the territory it occupies, or the deportation or transfer of all or parts of the population of the occupied territory within or outside this territory” constitute war crimes. As stated above, “pillage” is also a war crime under the Rome Statute.

Israel’s settlement policy also violates a special category of obligations entitled peremptory norms of international law (jus cogens) from which no derogation is permitted. The International Court of Justice (ICJ) affirmed that the rules of the Geneva Conventions constitute “intransgressible principles of international customary law”. Only a limited number of international norms acquire this status, which is a reflection of the seriousness and importance with which the international community views them. Breaches of these norms give rise to certain obligations on all other states, or “third states”, which are explained below.

SETTLEMENTS, DISCRIMINATION AND HUMAN RIGHTS VIOLATIONS

States have a duty to respect, protect and fulfil the human rights of people under their jurisdiction, including people living in territory that is outside national borders but under the effective control of the state. The ICJ confirmed that Israel is obliged to extend the application of the International Convention on Civil and Political Rights, the International Convention on Economic, Social and Cultural Rights and other treaties to which it is a state party to people in the OPT. Israel is a state party to numerous international human rights treaties and, as the occupying power, it has well defined obligations to respect, protect and fulfil the human rights of Palestinians. 

However, as has been well documented for many years by the UN, Amnesty International and other NGOs, Israel’s settlement policy is one of the main driving forces behind the mass human rights violations resulting from the occupation. These include:

Violations of the right to life: Israeli soldiers, police and security guards have unlawfully killed and injured many Palestinian civilians in the OPT, including during protests against the confiscation of land and the construction of settlements. UN agencies and fact-finding missions have also expressed concern about violence perpetrated by a minority of Israeli settlers aimed at intimidating Palestinian populations.

Violations of the rights to liberty, security of the person and equal treatment before the law: Amnesty International has documented how Palestinians in the OPT are routinely subjected to arbitrary detention, including through administrative detention. Whereas settlers are subject to Israeli civil and criminal law, Palestinians are subject to a military court system which falls short of international standards for the fair  conduct of trials and administration of justice.

Violations of the right to access an effective remedy for acts violating fundamental rights: Israel’s failure to adequately investigate and enforce the law for acts of violence against Palestinians, together with the multiple legal, financial and procedural barriers faced by Palestinians in accessing the court system, severely limit Palestinians’ ability to seek legal redress. The Israeli High Court of Justice has failed to rule on the legality of settlements, as it considered the settlements to be a political issue that that it is not competent to hear.

Violations of the rights to freedom of expression and peaceful assembly: Amnesty International has documented Israel’s use of military orders to prohibit peaceful protest and criminalize freedom of expression in the West Bank. Israeli forces have used tear gas, rubber bullets and occasionally live rounds to suppress peaceful protests.

Violations of the rights to equality and non-discrimination: Systematic discrimination against Palestinians is inherent in virtually all aspects of Israel’s administration of the OPT. Palestinians are also specifically targeted for a range of actions that constitute human rights violations. The Israeli government allows settlers to exploit land and natural resources that belong to Palestinians. Israel provides preferential treatment to Israeli businesses operating in the OPT while putting up barriers to, or simply blocking, Palestinian ones. Israeli citizens receive entitlements and Palestinians face restrictions on the grounds of nationality, ethnicity and religion, in contravention of international standards.

The Israeli authorities have created a discriminatory urban planning and zoning system. Within Area C, where most settlement construction is based, Israel has allocated 70% of the land to settlements and only 1% to Palestinians. In East Jerusalem, Israel has expropriated 35% of the city for the construction of settlements, while restricting Palestinians to construct on only 13% of the land. These figures clearly illustrate Israel’s use of regulatory measures to discriminate against Palestinian residents in Area C.

The UN has also pointed to discrimination against Palestinians in the way in which the criminal law is enforced. While prosecution rates for settler attacks against Palestinians are low, suggesting a lack of enforcement, most cases of violence against Israeli settlers are investigated and proceed to court.

Violations of the right to adequate housing: Since 1967, Israel has constructed tens of thousands of homes on Palestinian land to accommodate settlers while, at the same time, demolishing an estimated 50,000 Palestinian homes and other structures, such as farm buildings and water tanks. Israel also carries out demolitions as a form of collective punishment against the families of individuals accused of attacks on Israelis. In East Jerusalem, about 800 houses have been demolished since 2004 for lack of permits. Israel also confiscates houses inhabited by Palestinians in the city to allocate them to settlers. By forcibly evicting and/or demolishing their homes without providing adequate alternative accommodation, Israel has failed in its duty to respect the right to adequate housing of thousands of Palestinians.

Violations of the right to freedom of movement: Many restrictions on freedom of movement for Palestinian residents are directly linked to the settlements, including restrictions aimed at protecting the settlements and maintaining “buffer zones”. Restrictions include checkpoints, settler-only roads and physical impediments created by walls and gates. 

Violations of the rights of the child: Every year, 500-700 Palestinian children from the occupied West Bank are prosecuted in Israeli juvenile military courts under Israeli military orders. They are often arrested in night raids and systematically ill-treated. Some of these children serve their sentences within Israel, in violation of the Fourth Geneva Convention. The UN has also documented that many children have been killed or injured in settler attacks.

Violations of the right to enjoyment of the highest attainable standard of physical and mental health: Restrictions on movement limit Palestinians’ access to health care. Specialists working with Palestinian populations have also documented a range of serious mental health conditions that stem from exposure to violence and abuse in the OPT.

Violations of the right to water: Most Palestinian communities in Area C are not connected to the water network and are prevented from repairing or constructing wells or water cisterns that hold rainwater. Water consumption in some Area C communities is reported by the UN to be 20% of the minimum recommended standard. Israel’s failure to ensure Palestinian residents have a sufficient supply of clean, safe water for drinking and other domestic uses constitutes a violation of its obligations to respect and fulfil the right to water. 

Violations of the right to education: Palestinian students face numerous obstacles in accessing education, including forced displacement, demolitions, restrictions on movement and a shortage of school places. An independent fact-finding mission in 2012 noted an “upward trend” of cases of settler attacks on Palestinian schools and harassment of Palestinian children on their way to and from school. Such problems can result in children not attending school and in a deterioration in the quality of learning. 

Violations of the right to earn a decent living through work: The expansion of settlements has reduced the amount of land available to Palestinians for herding and agriculture, increasing the dependency of rural communities on humanitarian assistance. Settler violence and the destruction of Palestinian-owned crops and olive trees have damaged the livelihoods of farmers. The UN has reported that in Hebron city centre, the Israeli military has forced 512 Palestinian businesses to close, while more than 1,000 others have shut down due to restricted access for customers and suppliers.

SUSTAINED INTERNATIONAL CONDEMNATION

Most states and international bodies have long recognized that Israeli settlements are illegal under international law. The European Union (EU) has clearly stated that: “settlement building anywhere in the occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem, is illegal under international law, constitutes an obstacle to peace and threatens to make a two-state solution impossible.”

The settlements have been condemned as illegal in many UN Security Council and other UN resolutions. As early as 1980, UN Security Council Resolution 465 called on Israel “to dismantle the existing settlements and, in particular, to cease, on an urgent basis, the establishment, construction and planning of settlements in the Arab territories occupied since 1967, including Jerusalem.” The International Committee of the Red Cross and the Conference of High Contracting Parties to the Fourth Geneva Convention have reaffirmed that settlements violate international humanitarian law. The illegality of the settlements was recently reaffirmed by UN Security Council Resolution 2334, passed inDecember 2016, which reiterates the Security Council’s call on Israel to cease all settlement activities in the OPT. The serious human rights violations that stem from Israeli settlements have also been repeatedly raised and condemned by international bodies and experts.

EN ZIE OOK

NOTEN 7 EN 8

[7]

ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE

”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”

ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/gciv-1949/article-49

HET HAAGS VERDRAG VAN 1907

De Staat, die een gebied bezet heeft, mag zich slechts beschouwen als beheerder en vruchtgebruiker der openbare gebouwen, onroerende eigendommen, bosschen en landbouwondernemingen, welke aan den vijandelijken Staat behooren en zich in de bezette landstreek bevinden. Hij moet het grondkapitaal dier eigendommen in zijn geheel laten en die overeenkomstig de regelen van het vruchtgebruik beheeren.”

 ARTIKEL 55, HAAGS VERDRAG 1907

https://wetten.overheid.nl/BWBV0006273/1910-01-26#Verdrag_2

IN HET ENGELS
Art. 55. The occupying State shall be regarded only as administrator and usufructuary of public buildings, real estate, forests, and agricultural estates belonging to the hostile State, and situated in the occupied country. It must safeguard the capital of these properties, and administer them in accordance with the rules of usufruct.  

CONVENTION RESPECTING THE LAWS AND CUSTOMS OF WARON LAND AND ITS ANNEX: REGULATIONS CONCERNINGTHE LAWS AND CUSTOMS OF WAR ON LAND

THE HAGUE 18 OCTOBER 1907

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/hague-conv-iv-1907/regulations-art-55

[8]

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 

4 MAART 2024: ”ISRAEL BOUWT MEER HUIZEN WESTOEVER]/DEZE

KEER EEN COMPLIMENT!

ASTRID ESSED

7 MAART 2024

Mail Astrid Essed aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 7 maart 2024: ”Israel bouwt meer huizen Westoever”/DEZE KEER EEN COMPLIMENT! | Astrid Essed

Reacties uitgeschakeld voor Mail Astrid Essed dd 5 juli 2024 aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 4 juli 2024/”Grootste annexatie op Westoever”

Opgeslagen onder Divers

[Artikel Peter Storm]/Een kwade dag, een goede dag

Gratis foto crepuscular rays

EEN KWADE DAG, EEN GOEDE DAG

Astrid Essed:

HET VERZET TEGEN HET FASCISTENKABINET IS

BEGONNEN

IN WOORD EN IN DAAD!

WEBSITE PETER STORM

Geplaatst op 2 juli 2024 door egel

dinsdag 2 juli 2024

Het was zover: vandaag, op 2 juli 2024, begon in Nederland een extreem-rechts kabinet met regeren, met Dick Schoof aan het hoofd en Geert Wilders in de regiekamer. Een kabinet van halve fascisten, van hele fascisten en van collaborateurs. Een kabinet met macabere voornemens waarvan vluchtelingen, moslims, klimaat en natuur, alles en iedereen dat niet wit, mannelijk, hetero, cis en kapitaalkrachtig is, de dupe van zal worden – als we ze niet tegenhouden.

Er was dan ook alle reden om de dag dat de junta van Schoof op het beruchte bordes bij dat beruchte paleis zou verschijnen, aan te grijpen voor furieus antifascistisch protest. De vraag bleef tot in een laat stadium: komt er daadwerkelijk zoiets? En wie zet het op touw? Als Nederland een flinke en stevige antifascistische beweging kende, zou die beweging de zaak op poten zetten. Maar zo’n beweging is er dus niet, het is zaak dat die er komt. Bij gebrek daaraan kwam de stap om te gaan demonstreren uit heel andere hoek: een ex-Volt Kamerlid, een zekere Nilüfer Gündogan lanceerde een demonstratie(1), om 10 uur in de ochtend op de dag des onheils, Koekamp, dicht bij Centraal Station, Den Haag.

‘Demonstratie voor de rechtstaat’, zo ging die actie heten. Zeer onbevredigend. Het gaat niet om de verdediging van een staatsvorm, en een rechtsstaat gaat ons net zo min redden als welke staat dan. Het gaat om gelijkwaardigheid, om onze rechten, tegenover een regering die de aanval daarop inzet een aanscherpt. Maar hoe bezwaarlijk ik dat rechtsstaat-etiket ook vond, het is helder dat met die leus op een progressief-liberale manier iets wordt uitgedrukt dat ik als anarchist ook zie, voel en vindt: de komende regering gaat op een wezenlijk andere manier politiek bedrijven en asociaal beleid doordrukken, en dat verdient een solidair antwoord.

Ik vond het nuttig om mee te doen, en ik heb bepaald geen spijt. Ik vermoedde dat de oproep om te gaan demonstreren wel eens een snaar kon raken bij veel mensen die verontrust zijn over wat er dreigt aan te komen, die daar uiting aan willen geven en gewoon af komen op welk initiatief dan ook dat de moeite nam om iets te gaan doen. Dat radicaal linkse groepen en netwerken dat initiatief niet al eerder dan Gündogan hadden genomen, is niet de fout van Gündogan en al helemaal niet van al die verontruste mensen die een mogelijkheid zochten om hun zorgen en boosheid te uiten.

Tegelijk vond ik het ook goed dat, toen die rechtsstaat-demonstratie er bleek te zijn, radicale antifascisten – potentiële beginnetjes en ingrediënten van die robuuste antifascistische beweging die we nodig hebben – besloten om daar met een eigen insteek en onder eigen vlag aan deel te nemen, precies omdat we bij die verontruste mensen horen en om de ‘liberal’ rechtsstaat-illusies niet alle ruimte te geven op de demonstratie. Dus sloot ik me aan bij het alsnog uitgeroepen radicale antifascistische blok (2) dat even verderop, bij het Homomonument, zou verzamelen. Zo voorgenomen, zo gedaan.

Het begon wat onduidelijk. Ik was ruim op tijd, zag een flinke groep demonstranten al verzameld op de daartoe bestemde plek, liep door naar de verzamelplek van het antifa-blok eventjes verderop, maar daar was slechts een enkeling, ook zoekende naar een blok dat er niet was. Al snel vroeg een agent wat ik zocht. Vervolgens een tweede ‘toenaderingspoging’ vanuit de staatsknokploeg. Ik zag de politie en dacht: straks verzamelt zich hier een groepje antifascisten en houdt de ruim aanwezige politiemacht dat groepje weg van de demonstratie zelf. No way, weg hier, en samen met de andere enkeling naar de demonstratie zelf. Daar vond ik andere kameraden. We vormden alsnog een radicaal blokje, met spandoek en een paar vlaggen. Op het spandoek: Ontmasker De Fascisten.

De menigte bestond uit een paar honderd mensen. Eerst verzamelen dus, en al wat leuzen roepen. Verderop hoorde ik Hoe Laat Is Het? Solidariteit! en ‘Geef Haat Geen Macht!’ Ik vermoed dat dara mensen van het platform Stop Racisme en Fascisme stonden.. Zelf begon ik ook te roepen: ‘Schuif Schoof Onder Het Tapijt – Leve, Leve de Solidariteit! Wat mensen namen dat over.

Er was niet echt een programma met sprekers, en alleen al dat vond ik een pluspunt. We waren meteen deelnemer, geen toeschouwer, het hing van ons allemaal af wat er gebeurde. En wat er gebeurde was: we gingen lopen en leuzen roepen. Langs en al snel door het Haagse Bos. We waren best luid. 1 2 3 4, We willen geen fascisten hier! 5 6 7 8, Gooi die Wilders in de gracht! Racisme? Nee! Fascisme? Nee! PVV? Nee Nee Nee! Toen Niet, Nu Niet, Nooit Meer Fascisme! Say It Loud, Say It Clear, Refugees Are Welcome Here! Alerta Alerta, Antifascista! Siamo Tutti Antifascisti! en ook weer Hoe Laat Is Het? Solidariteit! En jawel hoor, Schuif Schoof Onder het tapijt – Leve, Leve de Solidariteit! Soms ingezet door mij en de mensen om me heen. Maar ik hoorde die leus ook een keer vanuit andere delen van de demonstratie ingezet worden. De leus sloeg echt aan, dat was wel leuk om te merken.

Ik vond de sfeer levendig en goed. Ik zag wat XR-symbolen, ik zag een Bij1-vlag, en een zwart-rode anarcho vlag was er natuurlijk ook. De aanwezigheid uit anarchistische hoek hield trouwens niet echt over, voor zover ik kon waarnemen. Ik zag ook allerlei linkse groepen niet zichtbaar aanwezig. Wat mensen met FNV-vlaggen was blijkbaar ook te veel gevraagd. Maar ik had de indruk dat heel veel mensen niet vanuit of via een organisatie of groep waren op komen dagen maar op een of andere manier lucht van de demonstratie hadden gekregen en gewoon besloten hadden: daar ga ik heen! Een goede zaak, dit type opkomst, hoe spijtig de afwezigheid van dat andere type opkomst – zichtbaar via organisaties en groepen – ook mag zijn. Ik vermoed dat een flink deel van de demonstranten zoiets voor het eerst deed, of het maar heel af en toe eerder had gedaan. Wat ik voelde om me heen was oprechte zorg en woede, en een bereidheid om die te uiten en daarvoor bijvoorbeeld ook leuzen die ze nog niet kenden op te pikken en over te nemen.

Vrij opeens stonden we aan het begin van de oprijlaan naar het paleis. Daar bleven we leuzen roepen. Verderop, een stuk op de oprijlaan zelf, zag ik ook nog een groepje mensen met Amnestie-borden. Die hadden, zo begreep ik achteraf, kennelijk ook iets van de demonstratieve actie op touw gezet,(3) en af en toe was er een klein toespraakje door de megafoon. Wederom geen officieel programma, gelukkig. Wel klonken nu de rechtsstaat-illusies verwoord in leuzen. Wij zijn de rechtsstaat! riepen mensen, en ook iets over Artikel 1 van de grondwet, alsof wetsteksten ons gaan redden van het zich vestigende fascisme. Het radicale groepje waar ik deel van uitmaakte stond meer opzij, en riep leuzen zoals ik die heb genoemd. Politie er voor, het leek er even op alsof ze onze groep los wilde wrikken van de demo als geheel, wat ons in gevaar zou hebben kunnen brengen. We wisten aansluiting bij de rest van de demonstratie te houden, maar de politie drong ons gaandeweg wel terug.

En toen was het voorbij. Mensen verlieten in kleine groepjes de demonstratieplek. En daar zag je dat het organisatoren aan ervaring – en radicale demonstranten in ons groepje aan alertheid en anticipatie! – had ontbroken. We stonden daar met tweehonderd tegenstanders van het fascisme in het bos. Met die tweehonderd samen zijn we relatief sterk. In losse kleine groepjes in een bois waar omstanders en voorbijgangers op straat je niet zien, zijn we dat niet. Het is niet wijs om een demonstratie zo uiteen te laten vallen. Je weet niet wat de politie na afloop gaat doen, met radicale demonstranten in hun vizier bijvoorbeeld. En dan heb ik het nog niet eens over PVV-aanhangers die de demonstratie als geheel geen, maar kleine groepjes demonstranten mogelijk wel, durven aan te vallen. Er had als gezamenlijke groep teruggelopen moeten worden, minstens tot buiten het bos. Voor ieders veiligheid. Ook voor diat soort solidariteit is het hoog tijd. Zoiets kan zeer verkeerd aflopen anders.

Wij verzamelden onze groep plus wat mensen er omheen, en vertrokken, Richting Tweede Kamer, althans het tijdelijke vergadergebouw daarvan. Maar eens kijken of daar nog iets was. Toen we het park uit kwamen zag ik dat er een politiebusje achter ons aan was gereden. Rechtsaf, langs de Bezuidenhoutseweg, eind doorlopen. Op een gegeven moment wat onrust: politie hield iemand staande, wij liepen terug om te kijken wat er gaande was. Wat bleek? Een team van Pownews, een drietal inclusief vervaarlijke bodyguard – had die persoon zeer opdringerig gevolgd, die persoon maakte duidelijk dat hij daar niet van was gediend. Dus nu wilde de politie precies van die persoon het ID zien! Dat deed die, luid protesterend, uiteindelijk, en we gingen weer verder.

Even later sloegen we linksaf en kwamen op een stuk weg dat me bekend was: de weg vanwaaraf je neer kunt kijken op de A12. Aan beide kanten van die A12 stonden mensen, en even later zagen we het: beneden, op de A12 zat een groep demonstranten de A12 weer eens te blokkeren! Ter gelegenheid van het aantreden van datzelfde kabinet waartegen wij zojuist hadden gedemonstreerd, een kabinet dat immers ook op klimaatgebied extra ellende uitstraalt. Enkele tientallen mensen. Een aantal van ons zijn die daar uren bleven supporten, tot de laatste vastgeplakte demonstrant was losgemaakt en de actievoerder die hoog in een tripod zat, met een hoogwerker was weggehaald. ‘You are not alone’ riepen we keer op keer’, en we kregen terug: ‘Supporters bedankt!’. Verder een anatal bij XR-acties gangbare klimaatleuzen en dergelijke. Een zeer vrolijk-strijdbaar sfeertje, beneden maar ook langs de weg boven.

De politie – met tientallen agenten, busjes en alles aanwezig beneden – liet zich ook boven niet onbetuigd. Enkele malen kwamen agenten mensen dwingend ‘vragen’ om een ID. In een geval was het excuus een vlag die iemand boven de A12 liet wapperen! Ik kreeg de vraag ook, en ben zelfs gevorderd om mijn ID te tonen, anders zou ik worden aangehouden. Ik heb gezegd dat ze me konden fouilleren maar dat ik het ding zelf niet te voorschijn zou halen. Kameraden om me heen maakten ook duidelijk dat ze de politievraag om ID verwerpelijke onzin vonden. Dat hielp, no doubt. Agenten zagen er uiteindelijk van af om hun vordering aan mij daadwerkelijk in een aanhouding om te zetten of me alsnog tot het tonen van mijn ID te bewegen.

Voor de zekerheid zijn we nadat de hele zaak afgelopen was, niet langs die agenten gegaan om naar het station te komen. Wel zagen we, toen we dat laatste deden, een groepje van vier agenten achter ons aan rijden. Je kunt maar niet weten wat die raddraaiers allemaal nog meer gaan doen, nietwaar? Maar we verdwenen in het station om elders rad te gaan draaien – koffiedrinken, uitrusten… – en dat was dat. Ik had intussen een paar XR-kameraden uit de Brabo-regio getroffen die op de A12 hadden gezeten, door de politionele ADO-express waren afgevoerd maar alweer vrij waren. In de trein, en naar huis wat mij betreft.

Enkele afsluitende opmerkingen. Het was een kwade dag: de junta van Schoof is geïnstalleerd. Het was een goede dag: we hebben de komst van die junta niet onbeantwoord gelaten. De demonstratie was nuttig en goed! Levendig, luidruchtig, strijdlustig. Tegelijk: de demonstratie had veel en veel groter kunnen zijn. Ik zag nogal wat mensen waarvan ik de indruk had dat ze van ver buiten de gangbare linkse en radicale netwerken kwamen. En die waren gewoon net zo bezorgd en boos als de standaardradicalen, de usual suspects waar ik er eentje van ben. En dit waren dan enkel de mensen die tijdig van de demonstratie hadden gehoord en op een doordeweekse dag tijd en gelegenheid hadden om mee te doen. Dit waren nadrukkelijk niet allemaal tamme ingekapselde liberals (‘libs’) die keurig op de automatische piloot doen wat vakbond of linksige politieke partij hun voorschrijft.

Hier liepen radicalen-in-de-dop – en soms al een flink eind uit het ei gekropen – rond, op een doordeweekse druilerige werkdag. Hoeveel van zulke mensen waren weliswaar elders, maar zouden gekomen zijn als ze het tijdig hadden geweten? Dan zouden ze – daar ben ik van overtuigd – een goede ervaring hebben opgedaan, zoals aanwezigen een goede ervaring opdeden. Als er dan ook een daadwerkelijk tijdig georganiseerd radicaal antifascistisch blok was geweest, en niet enkel een late oproep daartoe: nog beter! En wat als mensen in zo’n blok volgende keer weer eens flyers meenemen om uit te delen aan mededemonstranten, bijvoorbeeld over zin en noodzaak van militant antifascisme? Jazeker, ik had ook meer kunnen doen in die richting, en ik trek me dat aan.

Hoe dan ook! Wat de dag liet zien? Er is een potentieel van antifascistische strijd. Van dat potentieel is maar een fractie op de been gekomen op de demonstratie. Aan wie dat ook ligt, aan al die mensen die er niet waren omdat niemand ze vertelde dat deze demo er was ligt het in ieder geval niet. Korter gezegd: aan de slag!

Noten:

(1) ‘Nilüfer Gündogan organiseert protest tegen PVV-kabinet op dag van bordesfoto’, Hart van Nederland, 18 juni 2024, https://www.hartvannederland.nl/politiek/artikelen/niluefer-guendogan-organiseert-protest-tegen-pvv-kabinet-dag-bordesfoto

(2) ‘Oproep tot een radicaal antifascistisch blok 2 juli’, Indymedia, 27 juni 2024, https://www.indymedia.nl/node/54893

(3) Dat viel op te maken uit: ‘Honderden mensen demonstreren tegen nieuw kabinet: “Waar is de zon dan, Geert?’. Hart van Nederland, 2 juli 2024, https://www.hartvannederland.nl/politiek/demonstratie/artikelen/honderden-mensen-demonstreren-tegen-nieuw-kabinet-waar-is-de-zon-dan-geert

Peter Storm

Reacties uitgeschakeld voor [Artikel Peter Storm]/Een kwade dag, een goede dag

Opgeslagen onder Divers

Toespraak burgemeester Halsema bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

GEMEENTE AMSTERDAM

BURGEMEESTER HALSEMA

TOESPRAAK NATIONALE HERDENKING SLAVERNIJVERLEDEN-1 JULI 2024

https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/college/burgemeester/speeches/toespraak-nationale-herdenking

Toespraak Nationale Herdenking Slavernijverleden – 1 juli 2024

Het gesproken woord geldt.

Vandaag herdenken wij de voorouders van honderdduizenden Nederlanders.

“For while we have our eyes on the future – history has its eyes on us” ….
zo dichtte Amanda Gorman.

De ogen van de geschiedenis priemen in onze rug. Als aanklacht, maar ook verwachtingsvol.

Wij zijn hier niet om een politieke verplichting te vervullen, maar uit diep respect en uit mededogen.

Mededogen met hen die uit hun land werden ontvoerd, gescheiden van familie en geliefden. Wier namen werden afgenomen. Die werden geketend en mishandeld en moesten leven in slavernij. Die werden vermoord.

En uit respect voor allen die onder onmenselijke omstandigheden hun verhalen, liederen en rituelen hebben doorgegeven aan volgende generaties. Respect voor de vrijheidsstrijders – zoals Boni en Tula – die in verzet kwamen.

Tijdens de tentoonstelling Slavernij werd in het Rijksmuseum een brandijzer van de West-Indische Compagnie getoond.

Ik vond het één van de meest confronterende voorwerpen om te zien.

Door slaafgemaakte mensen te brandmerken werden zij tot eigendom gemaakt. Brandmerken was een wezenlijk onderdeel van de ontmenselijking waar het racistische systeem van slavernij op stoelde.

Toen de slavernij werd afgeschaft droegen velen nog het litteken.

Op hun huid.

En op hun ziel.

Inmiddels hebben veel organisaties, steden en ook de Nederlandse regering excuses gemaakt. Toen Zijne Majesteit zei dat de ketenen verbroken waren, voelden we ons allemaal een beetje vrijer.

Maar het litteken van het brandmerk is er nog. En ook de pijn is van generatie op generatie doorgegeven. Omdat het slavernijverleden lang werd verzwegen. Omdat pijn die wordt ontkend niet kan helen. Omdat oude wonden worden geïnfecteerd met omvolkingstheoriën, wit superioriteitsdenken en xenofobie. Omdat een verbrande huid niet geneest als die telkens weer wordt opengehaald met het brandijzer van het hedendaags racisme.

We herdenken niet alleen voor de nazaten, maar voor alle Nederlanders.

Want een land dat maar de helft van zijn geschiedenis wil kennen is een gemankeerd land.

Wie wel de moed van onverschrokken zeehelden bezingt maar niet de schandvlekken uit ons nationale verleden onder ogen durft te komen is een wegkijker.

Die kijkt weg van de ontmenselijking, de wreedheid en de ongelijkheid die slavernij was. En die onlosmakelijk verbonden was met een racistisch wereldbeeld.

Die ontkent ook de diepe sporen die slavernij heeft nagelaten.  De onacceptabele verschillen in welvaart, kansen en gezondheid. En het racisme dat veel Nederlanders nog dagelijks treft. Dat overal waar je kijkt haar lelijke tentakels uitstrekt: op straat, op school, op social media, in de politiek. En dat ik ook nog tegenkom op mijn werk, bij de Amsterdamse gemeente, en ervaar als een nederlaag.

De geschiedenis houdt ons in het oog, zoals Amanda Gorman zei.

Wij kunnen niet trots zijn als we tegelijk wegkijken. Liefde voor ons land betekent ook onze geschiedenis werkelijk kennen. Het betekent rechtvaardig met ons verleden omgaan, en vooral met al de mensen die de littekens van de geschiedenis voelen branden, en die daar terecht aandacht voor vragen.

Gelukkig staan zoveel mensen op tegen haat en onrecht; zelfbewust, vastberaden en woekerend met hun talenten.

Mensen die ervoor hebben gezorgd dat zwarte Piet bijna helemaal uit onze steden verdwenen is. Dat meer schoolboeken en musea onze hele geschiedenis vertellen. Dat pijnlijke gesprekken gevoerd worden.

Aan de mensen die vooruitgang willen terugdraaien, die trots zijn op hun wegkijken, op het ontkennen van andermans pijn …. zou ik willen vragen: Waarom eigenlijk? Jou wordt toch niets afgenomen?

Laten we samen gehoor geven aan de oproep van Typhoon, eerder op deze plek. Hij zei: ‘Wees moedig in je ongemak, sluit je aan bij onze generatie.’

Laten we ons voorstellen wat we wel kunnen bereiken als we dat doen.

Als we nieuwsgierig zijn naar elkaar, in plaats van bekrompen te oordelen. Als we rechtvaardig zijn in plaats van rancuneus.

Dan kan de huid waar nu nog littekens zitten helen.

Dan kunnen we onze geschiedenis, ons gedeelde verleden verrijken.

Dan gloort er een Nederland dat zich, met de priemende ogen van de geschiedenis in de rug, laat voortduwen, de blik gericht op een toekomst samen. Werkelijk trots, moedig, hoopvol.

Reacties uitgeschakeld voor Toespraak burgemeester Halsema bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

Opgeslagen onder Divers

Toespraak minister Dijkgraaf bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

RIJKSOVERHEID.NL

TOESPRAAK MINISTER DIJKGRAAF BIJ DE NATIONALE

HERDENKING SLAVERNIJVERLEDEN OP 1 JULI 2024

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/toespraken/2024/07/01/toespraak-minister-dijkgraaf-bij-de-nationale-herdenking-slavernijverleden-op-1-juli-2024

Toespraak minister Dijkgraaf bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

Toespraak | 01-07-2024

Op maandag 1 juli 2024 hield minister Robbert Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) een toespraak namens het kabinet bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden in het Oosterpark te Amsterdam.

hoe schrijven we onszelf
in dit volgende hoofdstuk
met hoeveel armen en met welke woorden zullen we het verleden
uit de schaduw trekken
in de ogen kijken
en omhelzen?

Woorden van Dichter des Vaderlands Babs Gons.
Die ze schreef ter gelegenheid van de nationale slavernijherdenking vorig jaar.

Voor alle kabinetsleden is het heel waardevol om op onze laatste werkdag bij u te mogen zijn.
We zijn hier in het Oosterpark verbonden met iedereen die mee herdenkt.
Op het Museumplein, in Suriname, op Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Of waar ook in de wereld.

Vergiffenis. Apologize. Diskulpa. Pardon.
Woorden maken een wereld van verschil.
Hebben kracht.
Kunnen helende balsem zijn.
Maar ook wapens die diepe wonden slaan.

In de aanloop naar deze herdenking hebben woorden opnieuw wonden opengelegd.
Ik heb uw ongemak gezien, uw zorgen gehoord, uw pijn gevoeld.
Laten we moed putten uit een herdenking die waardig en gezamenlijk is.
En uit het besef van hoe ver we komen.

Kijk naar het afgelopen Herdenkingsjaar.
Steden, instellingen en families brachten hun eigen weggedrukte slavernijverleden aan het licht.
Boden excuses aan.
Op honderden plekken stond het slavernijverleden in de belangstelling. In herdenkingen, podcasts en dialogen.
In slavernijwandelingen, lesmateriaal en toneelvoorstellingen.
Meer mensen dan ooit zetten zich hier actief voor in. Vastberaden om dit werk voort te zetten.

Als coördinerend minister van het Herdenkingsjaar had ik het voorrecht om met u op te trekken.
De vele, vele gesprekken hebben mijn blik geopend.
Ik dacht het wel ongeveer te weten.
Maar ik moest leren hoe eenzijdig mijn kennis was, hoe benauwd mijn bubbel.
Hoe diepgeworteld en wijdvertakt racisme en discriminatie in het heden zijn.
En hoeveel ongelijkheid daar nog steeds uit voortvloeit.
Iedere dag weer.

De gesprekken waren vaak pijnlijk, maar altijd waardevol.
Ze leerden me dat de weg vooruit voor iedereen op een andere manier moeilijk is.
Je moet je blik 180 graden keren. Weg van je vertrouwde opvattingen en kennis.
Met open vizier en oprechte nieuwsgierigheid naar de ander kijken.
Je frontaal richten op het onbekende voor je.
Waar je de weg niet weet, maar wel de richting. Vooruit.

Wat gun ik iedereen die open blik.
Die zicht geeft op nieuwe verhaallijnen en perspectieven.

Het verhaal van de Inheemse gemeenschappen, verjaagd van hun land en tot slaaf gemaakt.
Het onmenselijke geweld van eeuwen van slavernij, in alle windstreken.
En het verzet ertegen.
De heldhaftige ontsnappingen, zoals door de Marrons.
Het onrecht van de contractarbeid.
Maar ook de doorwerking van dit verleden in het hier en nu, waar we zo’n onvolledig beeld van hebben.
Al deze hoofdstukken zijn het waard om verteld en gehoord te worden.

Complete mensenlevens, hele gemeenschappen zijn bewust uit onze geschiedenis gewist.
Maar toch bleef er iets leesbaar. Tussen de regels.
Het meest kwetsbare en persoonlijke overleefde de geschiedenis wél.

Het liedje waarmee een moeder haar kind in slaap wiegt.
Het recept dat van generatie op generatie gaat.
De haardracht die een eigen taal spreekt.
Al deze vonkjes zijn nooit uitgedoofd.
Deze zachte, kwetsbare krachten bleken oersterk.
Omdat mensen die meedroegen in hun hart.
Daar waar anderen niet bij konden.
Ze gaven hun cultuur door.
Dierbare geschenken als rituelen, taal en familieverhalen.

Uit deze draden vlochten ze een onverwoestbaar koord van verzet.
En nog elke dag maakt u dit koord een stukje langer.

Zonder het verzet van u en uw voorouders,
zonder het doorzettingsvermogen van leraren, onderzoekers, activisten en vele anderen,
waren het Herdenkingsjaar en de excuses van premier Rutte en de Koning er nooit gekomen.
Excuses die wij als leden van het kabinet ook persoonlijk als zeer betekenisvol en historisch hebben ervaren.

De excuses hebben ruim anderhalve eeuw op zich laten wachten.
Dat nog niet alle nazaten klaar zijn die te aanvaarden is daarmee zeer begrijpelijk.
Kritiek is ook een groot goed.
Ware emancipatie betekent dat er voor jouw mening, jouw verontwaardiging, jouw roep om gelijkheid geen andere spelregels gelden dan voor die van anderen.
Dat jij net zo vanzelfsprekend ruimte kunt innemen in de samenleving als ieder ander.

Emancipatie is niets minder dan herstel van historisch onrecht.
Dat is een grote opdracht, aan iedereen in de samenleving.
Ook aan het volgende kabinet en alle daarna.

Ook vandaag zetten we stappen in dit herstelproces.
Nazaten in Europees en Caribisch Nederland die de pijn van een plantageverleden meedragen in hun achternaam, kunnen voortaan hun naam wijzigen.
En vanaf vandaag heeft het Papiaments ook hier, in het Europese deel van Nederland, een beschermde status.

Als Koninkrijk blijven we stappen zetten.
Er komt een permanent Herdenkingscomité Slavernijverleden.
Er komt een Nationaal Slavernijmuseum.
Er is geld voor meer onderzoek en onderwijs.
Zodat het hele verhaal verteld wordt.

Zo zullen we steeds meer weten.
En wat we weten, kunnen we niet meer ont-weten.
Weten maakt bewust.

De weg naar voren is lang en kronkelig. Tegenwinden zullen opsteken.
Maar onze stappen zijn onomkeerbaar.
Zoals de excuses onomkeerbaar zijn.
Ze hebben de werkelijkheid veranderd.
We zijn een drempel over.

Zo waar als wij vandaag samen zijn, dragen wij het verleden in onze genen mee.
De pijn van dat verleden is ongelijk verdeeld.
Maar iedereen is erfgenaam van het verleden.
En voorouder van de toekomst.

“Wie zijn we morgen?”, vroeg de Dichter des Vaderlands in haar gedicht.
Laten we het antwoord niet afwachten.
Maar van nu af aan samen geschiedenis schrijven.
Op weg naar een gedeelde toekomst.

Reacties uitgeschakeld voor Toespraak minister Dijkgraaf bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

Opgeslagen onder Divers

Afscheidsboodschap van minister-president Rutte aan Nederland/Laatste premier in een niet-Fascistenkabinet

Mark Rutte spreekt om 16.30 uur het volk toe.

AFSCHEIDSBOODSCHAP VAN MINISTER-PRESIDENT RUTTE AAN NEDERLAND/DE LAATSTE PREMIER IN EEN NIET-FASCISTENKABINET

Nooit gedacht te zeggen:

WE ZULLEN U NOG MISSEN, PREMIER RUTTE!

https://www.astridessed.nl/?s=Rutte
https://www.astridessed.nl/?s=Fascistenkabinet

RIJKSOVERHEID.NL

AFSCHEIDSBOODSCHAP VAN MINISTER-PRESIDENT RUTTE AAN NEDERLAND

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/toespraken/2024/06/30/afscheidsboodschap-van-minister-president-rutte-aan-nederland#:~:text=Ik%20heb%20van%20dichtbij%20de,af%20en%20toe%20is%20gelukt.

Afscheidsboodschap van minister-president Rutte aan Nederland

Toespraak | 30-06-2024

Goedemiddag,

Ik zag een dezer dagen in de krant een foto van mezelf uit mijn begindagen als premier. Dat was lichtelijk confronterend. Laat ik het zo zeggen: er zijn sindsdien wel een paar grijze haren en wat rimpels bij gekomen. En ik hoop ook een tikje meer senioriteit. Maar dat kan bijna niet anders. Na bijna 14 jaar en meer dan 5000 dagen in deze baan. Het is voorbij gevlogen. Ik denk dat iedereen boven een zekere leeftijd dat herkent. Hoe er van die momenten komen in het leven dat je je realiseert: wat gaat de tijd snel en wat is er veel gebeurd. Voor mij is dit zo’n moment.

Nog heel even en mijn tijd als uw, als jullie, minister-president zit erop. Ik geef toe, dat voelt onwerkelijk en ik word er ook weemoedig van. Maar dat heeft vandaag zeker niet de overhand. Nu het Torentje is opgeruimd voor mijn opvolger, kijk ik vooral dankbaar terug op een heel bijzondere en intensieve tijd. Ik heb van dichtbij de mooiste dingen mogen meemaken, maar ook de meest verdrietige en moeilijke gebeurtenissen. Als minister-president ben je in de bevoorrechte positie dat je op al die momenten de kans krijgt iets te betekenen, iets goeds te doen. Ik hoop dat me dat af en toe is gelukt. En ik wens mijn opvolger, Dick Schoof, natuurlijk alle succes toe.

Een van de belangrijkste dingen die ik als premier heb geleerd, is dat je best doen en alles goed doen twee heel verschillende dingen zijn. En dan denk ik natuurlijk meteen aan de toeslagenaffaire en de aardbevingen in Groningen. Daar is onder mijn verantwoordelijkheid veel mis gegaan en dat trek ik me ook persoonlijk aan.

Ik heb zoveel gesprekken gevoerd met mensen die zich niet veilig voelen in hun eigen huis. Met ouders, die alles zijn kwijt geraakt door de schuld van de overheid. Met jongeren, die me ronduit zeiden dat hun jeugd ze is afgenomen. En ik verzeker u, zoveel onrecht en verdriet kruipen onder je huid. Die gesprekken zullen me altijd bijblijven.

Maar als politicus, en zeker als premier, ben je niet ingehuurd om alleen maar spijt te hebben. Als dingen niet goed zijn gegaan, moet je ze recht zetten – dat is je taak. Dat heb ik geprobeerd – dat hebben we als kabinet geprobeerd. Het is en blijft diep frustrerend dat het niet sneller gaat. Tegelijkertijd vertrouw ik erop op dat onze opvolgers doorgaan op de ingezette weg naar herstel. En belangrijker nog, dat de Groningers en de toeslagenouders daarop kunnen rekenen. Tegen hen zeg ik: als ik vandaag één ding mocht wensen, dan zou dat zijn dat uw problemen en zorgen zo snel mogelijk voorbij zijn. Zodat u verder kunt. Dat wens ik u toe.

De afgelopen weken en dagen heb ik natuurlijk ook vaak teruggedacht aan die eerste jaren. Nederland zat midden in een ernstige economische crisis. We kunnen het ons nauwelijks meer voorstellen, maar zo rond 2012 – 2013 kwamen er per maand tot wel 15.000 werklozen bij. Het tekort op de rijksbegroting ontplofte. En dus moesten we het roer omgooien, met de meest ingrijpende hervormingen en bezuinigingen ooit. Het is achteraf gezien een klein wonder hoe snel we uit dat diepe dal zijn geklommen. En ik ben er nog altijd trots op hoe we dat als land hebben gedaan.

Samen.

Met ondernemers en vakbonden.

Met gemeenten en provincies.

Met iedereen in het land

En met brede politieke steun, ook van partijen die niet in de regering zaten.

Het gebeurde allemaal in de beste Nederlandse traditie van overleg, verstandige compromissen en niet weglopen voor verantwoordelijkheid. Dat is echt uniek aan Nederland. En het is belangrijk om dat vast te houden. Want samen sta je sterker dan alleen.

En die les heb ik nog een keer geleerd, op een totaal ander moment in een totaal andere context. Namelijk rond de aanslag op MH17. Over een paar weken is dat 10 jaar geleden. Tien jaar alweer, en toch zo dichtbij.

Iedereen herinnert zich de hartverscheurende beelden van de thuiskomst van de lichamen in Eindhoven. De eindeloze stoet met rouwauto’s, begeleid door duizenden mensen langs de route. En later de indrukwekkende Nationale Herdenking in de RAI. Voor mij persoonlijk is MH17 misschien wel de meest ingrijpende en meest emotionele gebeurtenis uit mijn hele premierschap. Ik heb steeds geprobeerd een steun te zijn voor de nabestaanden.

Maar MH17 heeft ook mijn persoonlijke kijk op de wereld veranderd. Meer nog dan daarvoor, heb ik me na MH17 gerealiseerd hoe belangrijk het is als land niet alleen te staan in een wereld vol onrust en dreiging. Hoe landen die samenwerken elkaar ook beschermen. En hoe cruciaal het dus is dat ons land is ingebed in de Europese Unie en de NAVO. Eén blik op de wereldkaart maakt dat duidelijk. Ik zeg het nog maar een keer: samen sta je sterker dan alleen. Juist nu, met een oorlog op een paar uur vliegen van ons land, moet die gedachte ons motiveren Oekraïne te blijven steunen. Voor vrede daar en veiligheid hier.

En ja… Als je dan zo je laatste weken en dagen ingaat, krijg je heel vaak dezelfde vraag. Welke gebeurtenissen, welke momenten uit die bijna 14 jaar zullen je het meest bijblijven? Wat heeft het meeste indruk gemaakt? Het is eigenlijk onmogelijk daar een kort antwoord op te geven. Want hoe kies je uit zoveel? Maar laat ik vandaag toch een poging wagen.

Ik noemde al MH17 – dat was zo groot, dat laat me nooit meer los. Maar ik denk ook aan het moment waarop ik excuses aanbood voor het handelen van de Nederlandse regering tijdens de Holocaust. En met de herdenking en viering van Keti Koti morgen, denk ik natuurlijk aan de excuses voor het slavernijverleden. Dat zijn momenten waarop je als minister-president heel direct verbinding kunt leggen door erkenning te geven. Met alle emotie die dat losmaakt. Niet als persoon, niet als Mark Rutte uit Den Haag, maar als vertegenwoordiger van iets groters – een land, een samenleving. Dat klinkt uit mijn mond misschien allemaal wat plechtig, maar ik heb dat echt zo gevoeld en beleefd. Het is hoogst eervol dat ik die rol op een paar momenten heb kunnen vervullen.

En er was corona. Ik weet nog goed hoe ik op 16 maart 2020 ’s avonds vlak voor zeven uur gespannen hier in het Torentje zat voor die eerste TV-toespraak. Niet wetende wat er met corona op ons afkwam, maar wel dat het megagroot en ingrijpend zou worden. Het is waarschijnlijk maar goed dat we op dat moment niet wisten dat deze achtbaanrit 2 jaar zou gaan duren. Twee jaar, waarin veel mensen een dierbare verloren, met al het verdriet, dat niet zomaar weg is. Twee jaar, waarin het leven ook in andere opzichten heel lastig was – voor sommigen tot op de dag vandaag.

Corona raakte aan alles. Aan onze gezondheid, ons sociale leven, ons werk en inkomen. Het raakte aan de toekomst van onze jonge mensen. Het was voor te veel mensen een tijd van eenzaamheid. En het heeft ook sporen getrokken in de samenleving, die niet zomaar zijn hersteld.

Onvermijdelijk heb ik, hebben we als kabinet, in de aanpak steken laten vallen. Dat kan niet anders. Tegelijkertijd vind ik dat er in deze periode in de samenleving veel goeds en moois is gebeurd. De mensen in de zorg leverden een ongekende prestatie.

In bedrijven, de horeca, scholen, verenigingen, musea en theaters – iedereen maakte er het beste van. En overal ontstonden spontaan initiatieven om elkaar te helpen, te steunen of te troosten. Ook dat is Nederland. U weet hoe ik daarover denk.

Nederland is een gaaf land. Ik geef toe, ik heb dat misschien één of twee keer te vaak gezegd. Maar dat komt omdat ik het meen, uit de grond van mijn hart.

Er is hier geen oorlog. In Nederland mag je zijn wie je bent en houden van wie je wilt. We zijn welvarend. En onze democratie is sterk. Niet alleen omdat we – minstens – elke vier jaar in alle vrijheid mogen stemmen. Maar ook omdat je het in Nederland luid en duidelijk mag laten weten als je het ergens niet mee eens bent. En we hebben een vrije en kritische pers en onafhankelijke rechters. Dus ja, een gaaf land.

En één ding weet ik na bijna 14 jaar premierschap heel zeker. Dat zit in mensen. Mensen maken een land. Zo heb ik zelf het werk al die jaren alleen kunnen doen, omdat ik ondersteund werd door superslimme, deskundige en hardwerkende ambtenaren. Dat wil ik bij mijn afscheid gezegd hebben. Ik heb verder als premier in heel Nederland ontelbaar veel mensen ontmoet, jong en oud. En ook op de Caribische eilanden, die bij ons horen. Ik heb heel veel organisaties en verenigingen leren kennen. De mooiste musea gezien en voorstellingen bijgewoond. Ik heb onze militairen op missie in het buitenland in actie gezien – diep respect voor wat zij doen. En ik weet niet bij hoeveel bedrijven ik achter de voordeur heb mogen kijken, van de kleinste startup tot de grootste maakfabriek.

En ik zeg u, we hebben een land dat barst van creativiteit en ondernemerschap. Van hard werken en daarna voluit genieten. En gelukkig ook een land met een gezonde afkeer van hiërarchie en overdreven deftigheid. Maar bovenal zijn we een land van vrijwilligers, mantelzorgers, goede buren en beste vrienden. Er wordt ook best wel eens gemopperd natuurlijk. Dat is ook Nederland. Maar als het erop aankomt, staan we om elkaar heen en helpen we elkaar.

Ik kan vandaag daarom alleen maar herhalen wat ik aan het begin van de coronacrisis al eens zei. Let een beetje op elkaar. Ik reken op u.

Ik vond het een eer om jullie minister-president te mogen zijn. En ik heb het met ongelooflijk veel plezier gedaan.

Dank. Dank. Dank.

ZIE OOK YOUTUBE.COM

Reacties uitgeschakeld voor Afscheidsboodschap van minister-president Rutte aan Nederland/Laatste premier in een niet-Fascistenkabinet

Opgeslagen onder Divers

Uit de Oude Doos/De PVV en de Zwarte Pietenwet!

Black Pete

UIT DE OUDE DOOS/DE PVV EN DE ZWARTE PIETENWET!

NOS

PVV WIL ZWARTE PIET BESCHERMEN

15 SEPTEMBER 2014

https://nos.nl/artikel/698421-pvv-wil-zwarte-piet-beschermen

De PVV komt met een wet die Zwarte Piet moet beschermen. De wet moet gemeenten verplichten Zwarte Piet bij festiviteiten zwart te houden. Ook mogen sinterklaasliedjes niet worden aangepast.

Geert Wilders zei in het televisieprogramma Vandaag de Dag van WNL hiermee “onze cultuur te willen beschermen”. Hij vindt de discussie over Zwarte Piet en racisme “te belachelijk voor woorden. Het is een kinderfeest. Dit heeft niets met racisme te maken.”

Kamerlid Martin Bosma heeft volgens de PVV-leider het hele weekend aan het initiatief-wetsvoorstel zitten schrijven.

Sinterklaasliedjes

Uitgeverij Ploegsma wil nog dit jaar een nieuw boek met aangepaste sinterklaasliedjes verspreiden op alle basisscholen in Nederland.

In oktober verschijnt het boek Sinterklaasje kom maar binnen met je Piet. In het boek zijn de 25 bekendste sinterklaasliedjes “afgestoft en aangepast aan deze tijd”.

Zo is Piet niet langer een zwarte knecht en krijgt niemand meer de roe als hij stout is. Verder verdwijnen zinnen als: ‘een bromtol met een zweep erbij”.

Volksfeest

Het CDA vindt de wet geen goed idee omdat mensen volgens die partij zelf moeten bepalen hoe Sinterklaas gevierd wordt. CDA-Kamerlid Heerma denkt dat de politiek zich daar niet mee moet bemoeien. Hij twittert: “Sinterklaas is een volksfeest. Het is van de samenleving, niet van de overheid”.

EINDE

TWEEDE KAMER.NL

GEEN STEUN VOOR ZWARTE PIETENVOORSTEL

https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/kamer_in_het_kort/geen-steun-voor-zwarte-pietvoorstel

16 februari 2017, initiatiefwetsvoorstel – Wat zwart is moet zwart blijven, vinden Bosma (PVV) en De Graaf (PVV). Maar andere partijen zien niks in hun voorstel om het uiterlijk van Zwarte Piet vast te leggen in een wet.

“Zwarte Piet is racisme.” Die stelling leidde de afgelopen jaren tot verhitte discussies op verjaardagen, scheldkanonnades op internet en rijk gevulde opiniepagina’s in de kranten.

Met een voorstel om de kleur van Zwarte Piet wettelijk te verankeren wil Bosma “een verdedigingswal opwerpen tegen rare acties vanuit Den Haag” bedoeld om “onze tradities te ondergraven”. Hij krijgt bijval van partijgenoot Beertema, die de wens van een deel van de bevolking om de kleur van Zwarte Piet aan te passen ziet als “een aanval op onze identiteit”.

De overige partijen zien geen heil in het wetsvoorstel. Arno Rutte (VVD) noemt het sinterklaasfeest inclusief Zwarte Piet een “door en door Nederlandse traditie”, maar wijst er ook op dat tradities nu eenmaal veranderen. Volgens Van Raak (SP) proberen de indieners met dit voorstel de tijd stil te zetten, en “dat kan niet.”

Rol van de overheid

Bosma uit kritiek op minister Asscher (Sociale Zaken), die met verschillende maatschappelijke partijen overleg voerde over een modernere invulling van het sinterklaasfeest. Onafhankelijk Kamerlid Monasch is het met hem eens en wil dat de regering zich niet meer met de invulling van het sinterklaasfeest bemoeit.

Öztürk (GrKÖ) vindt juist dat de overheid sterker op moet treden tegen “de racistische elementen” in het sinterklaasfeest.

Maatschappelijke discussie

Verhoeven (D66) verwijt de PVV dat zij een maatschappelijke discussie politiseert: “Dit land snakt naar verbinding, maar de PVV probeert alleen maar te polariseren.”

Vermue (PvdA) pleit voor een samenleving waarin iedereen zich thuis voelt. “Die realiseren we niet met een wet die voorschrijft hoe Zwarte Piet eruit moet zien.”

Strijdig met Grondwet en rechtsstaat

Voorschrijven welke kleding iemand moet dragen, past dat niet meer bij landen als Saudi-Arabië en Iran?, vraagt Voortman (GroenLinks). Van Raak wijst de initiatiefnemers erop dat ze met dit wetsvoorstel cultuurpolitiek bedrijven, iets waarvoor Bosma zelf vaak gewaarschuwd heeft. Verhoeven stelt dat de PVV de belangrijkste Nederlandse traditie, de rechtsstaat, probeert af te breken.

Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken), die als adviseur van de Kamer optreedt, merkt op dat het wetsvoorstel de Grondwet aan zijn laars lapt. “Alleen Noord-Korea kent een vergelijkbaar kledingvoorschrift”, aldus de minister. Hij ontraadt het wetsvoorstel met klem.

De Kamer stemt op 21 februari over het initiatiefvoorstel en de ingediende motie.

”Het wetsvoorstel voor de Zwarte Pietwet werd in 2017 door de Tweede Kamer verworpen.[64] Alleen de PVV-fractie stemde voor.[65] Het kabinet was er voorstander van dat het kinderfeest met zijn tijd mee zou gaan”

WIKIPEDIA

ZWARTEPIETENDEBAT/BINNENLANDSE POLITIEK

https://nl.wikipedia.org/wiki/Zwartepietendebat#Binnenlandse_politiek

ORIGINELE BRON

WIKIPEDIA

ZWARTEPIETENDEBAT

https://nl.wikipedia.org/wiki/Zwartepietendebat#:~:text=Het%20wetsvoorstel%20voor%20de%20Zwarte,zijn%20tijd%20mee%20zou%20gaan.

TEKST ZWARTE PIETENWET

https://www.pvv.nl/images/zwartepietwet.pdf

TWEEDE KAMER DER STATENGENERAAL 

Vergaderjaar 2014-2015  

 Voorstel van wet van de leden Bosma en Wilders ter bescherming van de culturele traditie van het sinterklaasfeest (Zwarte Piet-wet)  

  Nr. 1 GELEIDENDE BRIEF

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 

‘s-Gravenhage, 12 november 2014 

Hierbij doen wij overeenkomstig het bepaalde in artikel 114 van het Reglement van Orde een voorstel van wet toekomen tot bescherming van de culturele traditie van het sinterklaasfeest (Zwarte Piet-wet). 

De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust. 

Bosma 

Wilders    

Voorstel van wet van de leden Bosma en Wilders ter bescherming van de culturele traditie van het sinterklaasfeest (Zwarte Piet-wet) 

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET 

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje Nassau, enz. enz. enz. 

Allen, die deze zullen zien of horen, saluut! doen te weten: 

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is ten aanzien van het uiterlijk van Zwarte Piet regels te stellen. 

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: 

Artikel 1 

Een Zwarte Piet heeft een egaal zwart of donkerbruin gezicht, rood geverfde lippen, zwart krulhaar en goudkleurige oorbellen, en is gekleed in een fluweelachtig pak met pofbroek en draagt een hoofddeksel met een gekleurde veer. 

Artikel 2 

1. Indien een bestuursorgaan zijn medewerking verleent aan een sinterklaasviering, waaronder in ieder geval wordt begrepen een sinterklaasintocht, waarborgt het dat het gevolg van Sinterklaas niet bestaat uit anderen dan een of meer Zwarte Pieten en dat deze voldoen aan de kenmerken uit artikel 1. 

2. In het eerste lid wordt onder medewerking verlenen in ieder geval verstaan:

 a. het organiseren of mede organiseren van een sinterklaasviering; 

b. het financieren, anders dan door het verstrekken van subsidie ten behoeve van een sinterklaasviering; 

c. het nemen van een besluit of afgeven van een beschikking ten behoeve van

een sinterklaasviering, of   

d. het anderszins ondersteunen van een sinterklaasviering. 

Artikel 3 

1. Een bestuursorgaan wijst een aanvraag tot het geven van een beschikking als bedoeld in afdeling 4.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht in ieder geval af, indien het naar het oordeel van dat bestuursorgaan aannemelijk is dat bij de sinterklaasviering het gevolg van Sinterklaas bestaat uit anderen dan een of meer Zwarte Pieten die voldoen aan het in artikel 1 bepaalde. 

2. Indien naar het oordeel van het bestuursorgaan aannemelijk is dat bij de sinterklaasviering het gevolg van Sinterklaas bestaat uit anderen dan een of meer Zwarte     

1     

  Pieten die voldoen aan het in artikel 1 bepaalde, onthoudt het bestuursorgaan zich van iedere medewerking aan die sinterklaasviering.

Artikel 4 

Deze wet wordt aangehaald als: Zwarte Piet-wet. 

Artikel 5 

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. 

  Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven 

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 

2

Voorstel van wet van de leden Bosma en Wilders ter bescherming van de culturele traditie van het sinterklaasfeest (Zwarte Piet-wet) 

Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING      

  1. ALGEMEEN 

1. Inleiding 

Dit wetsvoorstel strekt tot doel om Zwarte Piet te behouden voor Nederland. De schitterende sinterklaastraditie waarbij Zwarte Piet een prominente en onmisbare rol speelt, dreigt te worden aangetast. De Nederlandse sinterklaastraditie is onderdeel van de nationale identiteit en een aanval op Zwarte Piet is veel meer dan een subtiele aanpassing van een traditie; het is een aanval op de Nederlandse identiteit.  

  Geschiedenis van Zwarte Piet 

De figuur van Sint Nicolaas is al sinds de Middeleeuwen in heel Europa een populaire heilige. Het vieren van feesten rondom Sint Nicolaas is een al bijna even lange traditie. Lang voor het sinterklaasfeest gevierd werd, bestonden er allerlei Germaanse feesten, vieringen en rituelen. Deze ‘heidense’ vieringen zijn uiteindelijk ingebed in de christelijke tradities. De kerk heeft dit aangemoedigd zodat heidense tradities langzaamaan vervangen werden door tradities die meer in lijn waren met het christendom.  

  Zo zijn er opmerkelijke gelijkenissen waar te nemen tussen Sinterklaas en Wodan, de Germaanse oppergod, die op zijn paard Sleipnir door de lucht reed.

Het is dan ook niet vreemd dat er op verschillende plaatsen in Europa vieringen zijn die kenmerken hebben van het Nederlandse sinterklaasfeest. Er is immers een gezamenlijke oorsprong. Deze tradities hebben met Nederland gemeen dat er een ‘sinterklaasachtige’ figuur is, die wordt bijgestaan door een donkere helper (of meerdere donkere helpers) 

In Zwitserland kent men bijvoorbeeld Samichlaus die wordt ondersteund door Schmutzli. in Oostenrijk wordt Nicolo geassisteerd door een aantal Krampussen en in Luxemburg laat Zinniklos zich vergezellen door Houseker. 

Zwarte Piet in zijn huidige vorm kent zijn oorsprong in 1850. Hij werd door de Nederlandse leraar, schrijver en illustrator Jan Schenkman afgebeeld in zijn prentenboek ‘Sint Nicolaas en zijn Knecht’. Dat specifieke beeld sloeg aan en verenigde de verschillende vormen waarin Zwarte Piet daarvoor verscheen. Sinterklaas werd immers al ver voor 1850 door één of meerdere donkere knechten bijgestaan. 

Het vieren van het sinterklaasfeest of daarop lijkende feesten komt in meer landen voor en de vaak heeft de sinterklaasfiguur ook een donkere helper of zelfs meerdere donkere helpers. Aangezien andere landen geen Jan Schenkman hadden, kennen zij niet de voor Nederland unieke figuur van Zwarte Piet 

Jan Schenkman had met zijn boek op geen enkele wijze racistische motieven. Het prentenboek werd ook nergens met racisme in verband gebracht. 

Het is hierbij overigens wel duidelijk dat Zwarte Piet in het prentenboek van Schenkman gemodelleerd is naar het beeld van een donkere jongeman. 

Zwarte Piet is dan ook zwart ls roet, en niet zwart vân het roet. Dit lijkt misschien een detail, maar het is wezenlijk voor het personage van Zwarte Piet dat hij niet vervangen wordt door een acteur met roetvegen. Zwarte Piet was al bij zijn introductie de steun en toeverlaat van 

  Sinterklaas en beslist geen slaaf. Ook het woord ‘knecht’ heeft geen negatieve betekenis en is nog steeds in gebruik in bijvoorbeeld de wielrennerj en het boerenbedrijf.

Er kan dan ook niet voldoende benadrukt worden dat Zwarte Piet de drijvende kiacht achter het sinterklaasfeest is. Hij is in de verhalen rondom het sinterklaasfeest vaak belangrijker dan Sinterklaas zelf. Sinterklaas is in de praktijk een oude, vergeetachtige man, en het is Zwarte Piet die eigenlijk de leiding heeft. 

Zwarte Piet heeft diverse belangrijke functies en zonder Zwarte Piet is het sinterklaasfeest dan ook volstrekt ondenkbaar. Voorbeelden zijn de hoofdpiet, de wegwijspiet, de luisterpiet, de bakpiet en de inpakpiet. Zwarte Piet wordt door veel kinderen gezien als een groot voorbeeld en veel kinderen willen later ook zelf Zwarte Piet worden. 

2. Doelstelling wetsvoorstel 

Belang van het behoud van Zwarte Piet Het sinterklaasfeest, waarbij Zwarte Piet een prominente rol speelt, is één van de mooiste tradities van Nederland. Niet alleen de aard van het feest is schitterend, ook het bereik is enorm: heel Nederland staat vanaf half november tot en met begin december in het teken van Sint Nicolaas en Zwarte Piet. 

Tevens is het een unieke traditie die nergens ter wereld wordt gevierd zoals in Nederland.    

  Het vieren van het sinterklaasfeest is een bijzondere culturele uiting. Met het sleutelen aan het sinterklaasfeest komt men direct aan de Nederlandse cultuur. Met het veranderen van Zwarte Piet ten faveure van een zeer beperkte groep mensen, wordt de Nederlandse identiteit aan de kant geschoven.

Het is een vorm van capituleren die voor velen onacceptabel is. De populariteit van Zwarte Piet is enorm en de verontwaardiging over het idee dat de figuur van Zwarte Piet veranderd zou moeten worden is zo mogelijk nog groter. Zwarte Piet heeft helemaal niets met racisme te maken. 

Voor liefhebbers van het sinterklaasfeest is het ook zeer kwetsend om te stellen dat het een feest met racistische elementen is. In Vlaanderen is het sinterklaasfeest erkend als cultureel erfgoed en het Interfederaal Gelijkekansencentrum in Brussel oordeelde dat Sinterklaas en Zwarte Piet zeker geen racistische figuren zijn. 

Juist in een veranderende wereld is het belangrijk dat er symbolen en gebruiken blijven bestaan waaraan Nederlanders hun identiteit ontlenen en die bijdragen aan gemeenschapszin. 

  Het pogen een uniek volksfeest te ontmantelen dat zorgt voor zoveel verbondenheid en vreugde is dan ook bijzonder kwalijk. Het sinterklaasfeest is misschien wel het meest Nederlandse feest dat er is. Het vieren van Sinterklaas is daarmee dan ook een sterke uiting van het Nederlanderschap, de verbondenheid met Nederland en de Nederlandse culturele tradities.

Keuze voor het codificeren 

Het is niet gebruikelijk tradities in de wet te verankeren. Het is aan de andere kant ook niet gebruikelijk dat belangrijke en breed gedragen Nederlandse tradities worden afgebroken door een kleine maar felle minderheid. Er is een ware oorlog tegen Zwarte Piet   

  Wat daarnaast de noodzaak voor codificatie vergroot, is het gegeven dat de Nederlandse overheid inmiddels ook een rol speelt bij het om zeep helpen van Zwarte Piet. Minister Asscher overlegt met de NTR en de gemeente Gouda over de toekomst van Zwarte Piet en ook burgemeester Van der Laan speelt een rol bij de strijd tegen Zwarte Piet.

In de gemeenten Amsterdam en Gouda worden dan vervolgens concessies gedaan en geeft men ook openlijk toe aan de wens van een zeer kleine minderheid om de bijl aan de wortel van het sinterklaasfeest te zetten. 

Zwarte Piet is zeer populair. 

Maar liefst 2,1 miljoen mensen tekenden de ‘Pietitie’. Een onderzoek van EenVandaag liet zien dat 89% van de respondenten vond dat Zwarte Piet onveranderd moet blijven, op stand.nl gaf 90% aan dat Zwarte Piet niet moet worden afgeschaft en uit een enquête van De Telegraaf blijkt dat meer dan 91% tegen het aanpassen van Zwarte Piet is. 

  Invulling van het wetsvoorstel

Met deze wet krijgt de overheid er ook niet zozeer een taak bij, maar wordt juist voorkomen dat de overheid een inhoudelijk rol (en daarmee een taak) krijgt bij het vaststellen van het uiterlijk van Zwarte Piet. 

Dit initiatiefwetsvoorstel strekt er dan ook slechts toe dat overheden pas vergunningen verlenen voor sinterklaasactiviteiten, zelf sinterklaasactiviteiten organiseren of hier medewerking aan verlenen, als daarbij het personage Zwarte Piet in ere wordt gehouden. 

Ook wordt hiermee voorkomen dat er allerlei rechtszaken gevoerd zullen worden en bezwaarprocedures gestart worden met betrekking tot het veranderen van het uiterlijk van Zwarte Piet. 

De maatschappelijke impact van een kleine, activistische groep heeft veel effect wanneer deze groep door de publieke omroep aan publiciteit wordt geholpen en als (lagere) overheden bereid zijn het sinterklaasfeest aan te passen. 

Als gevolg hiervan blijkt het zelfs voor te komen dat winkelketens en fabrikanten van speelgoed Zwarte Piet uit angst in de ban doen. Sommige ondernemers twijfelen eraan of ze nog mee kunnen doen aan de traditie van het sinterklaasfeest. 

Ook aan deze onzekerheid dient een einde gemaakt te worden. Het onderliggende wetsvoorstel kan voor de benodigde duidelijkheid zorgen        

  Tegenstanders van Zwarte Piet en hun argumenten

Wie een stelling poneert heeft de verantwoordelijkheid deze te onderbouwen. Echter, als tegenstanders van Zwarte Piet vanuit het niets de stelling poneren dat Zwarte Piet racistisch is, blijft de onderbouwing of argumentatie achterwege 

Zwarte Piet is de personificatie van een eeuwenoude (voorchristeljke) en internationale traditie die niets van doen heeft met de trans-Atlantische slavernij. 

Impact op de maatschappij 

Het sinterklaasfeest, waar Zwarte Piet een integraal onderdeel van uitmaakt, is het mooiste Nederlandse volksfeest dat er is. Dat feest mag de Nederlanders niet afgepakt worden. Het is daarnaast ook buitengewoon kwetsend dat deze schitterende Nederlandse traditie wordt afgedaan als iets racistisch. 

Daarrnaast is het ook zo dat  heel veel kinderen die nog geloven in Sint Nicolaas en Zwarte Piet op wrede wij ze uit deze droom worden geholpen wanneer het uiterlijk van Zwarte Piet ineens verandert of wanneer Zwarte Piet verbasterd wordt tot ‘stroopwafelpiet’ 

Het bijzondere karakter van het sinterklaasfeest waarbij kinderen &ht geloven in Sinterklaas en Zwarte Piet komt ook sterk onder druk te staan als er allerlei verschillende soorten pieten worden geïntroduceerd, waarbij ook voor kinderen heel duidelijk is dat hier iets niet in de haak is.   

  De vele sinterklaascomits kunnen zich slecht voorbereiden op 5 december wanneer er allerlei rechtszaken gevoerd worden over het uiterlijk van Zwarte Piet. De consistentie van de verschijning van Sinterklaas en Zwarte Piet weegt immers zeer zwaar.

Daarnaast is gebleken dat gemeenten zich terughoudend opstellen met het afgeven van vergunningen of het toekennen van subsidies toen bekend werd dat de Raad van State zich over Sinterklaas en Zwarte Piet zou gaan buigen. 

Deze vertwijfeling en deze onduidelijkheid, alsmede claims inzake racisme, halen de glans van een schitterende Nederlandse traditie. Ze zorgen ook voor grote praktische en 

logistieke problemen bij de vele vrijwilligers die hun best doen om er ieder jaar weer een mooi volksfeest van te maken. 

Ook ontstaat door alle klachtenprocedures, acties en rechtszaken veel onzekerheid bij ondernemers die graag een leuke bijdrage willen leveren aan het sinterklaasfeest. 

Dit wetsvoorstel heeft dan ook tot doel om te zorgen dat het mooiste Nederlandse volksfeest duurzaam behouden blijft voor de toekomst en Zwarte Piet gewoon Zwarte Piet kan blijven      

  II. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1 

Dit artikel schrijft voor aan welke kenmerken Zwarte Pieten moeten voldoen. Deze voorschriften sluiten aan bij de traditionele kenmerken van Zwarte Piet.   

  Artikel 2

Dit artikel bepaalt dat het bestuursorgaan, indien het medewerking verleent aan sinterklaasvieringen, waarborgt dat het gevolg van Sinterklaas uitsluitend bestaat uit een of meer Zwarte Pieten die voldoen aan de kenmerken van artikel 1 van deze wet. Het is dus niet de bedoeling dat andere figuren, die niet voldoen aan het bepaalde in artikel 1, deel uitmaken van het gevolg van Sinterklaas. 

Concreet wordt hiermee voorkomen dat bestuursorganen meewerken aan sinterklaasfestiviteiten waarbij zogenaamde regenboogpieten of andere varianten op Zwarte Piet aan deelnemen. Initiatiefnemers doelen met “het gevolg van Sinterklaas” op Zwarte Piet en  niet op — bijvoorbeeld — eventuele muziekkorpsen, majorettes, etc. die de intocht begeleiden. 

Waar in deze wet ‘sinterklaasviering’ voorkomt, wordt gedoeld op alle festiviteiten die plaatsvinden in het kader van de aankomst en het verblijf van Sinterklaas en zijn gevolg in Nederland. Deze festiviteiten hebben in ieder geval plaats op het moment van aankomst van Sinterklaas, doorgaans op de tweede of derde zaterdag van november. De intocht zal echter in veel gevallen de meest grootschalige viering zijn. 

Het ligt dan ook in de rede dat de betrokkenheid van bestuursorganen als bedoeld in deze wet daar het grootst zal zijn, maar het artikel ziet ook op overige festiviteiten die in het kader van de sinterklaasviering georganiseerd worden.    

  De definitie van bestuursorgaan sluit aan bij het begrip uit artikel 1:1 van de Algemene wet bestuursrecht, nu deze wet beoogt dat de overheid en zijn organen het traditionele uiterlijk van Zwarte Piet dienen te beschermen.

De medewerking van het bestuursorgaan kan op veel manieren plaatsvinden, maar de meest voor de hand liggende vormen van medewerking zijn gelegen in het nemen van besluiten en afgeven van beschikkingen, al dan niet in de vorm van subsidieverleningen en vergunningen, die het (mede) mogelijk maken dat de sinterklaasviering plaatsvindt, alsmede het (mede) organiseren van sinterklaasvieringen, bijvoorbeeld voor kinderen van personen in dienst van of aangesteld door het bestuursorgaan, en iedere andere medewerking. Het betreft derhalve geen limitatieve opsomming. 

Artikel 3 

Voortbouwend op artikel 2, bepaalt dit artikel dat indien de medewerking van het bestuursorgaan gelegen is in het afgeven van een beslissing op aanvraag als bedoeld in afdeling 4.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht, het bestuursorgaan de aanvraag afwijst als 

het van mening is dat niet voldoende aannemelijk is dat het gevolg van Sinterklaas uitsluitend bestaat uit een of meer Zwarte Pieten die voldoen aan de eisen uit artikel 1. 

Het bestuursorgaan weigert voorts iedere andere medewerking als het meent dat het gevolg van Sinterklaas niet uitsluitend uit Zwarte Pieten bestaat die bovendien voldoen aan de eisen uit artikel 1.

 Het is aan het bestuursorgaan om vast te stellen of voldoende aannemelijk is dat festiviteiten in het kader van de sinterklaasviering aan deze wet voldoen      

  Artikelen 4 en 5

Deze artikelen regelen respectievelijk de citeertitel en inwerkingtreding. Die laatste dient zo snel mogelijk na aannemen van de wet door de Eerste Kamer plaats te vinden. 

Bosma 

Wilders  

Reacties uitgeschakeld voor Uit de Oude Doos/De PVV en de Zwarte Pietenwet!

Opgeslagen onder Divers

Artikel Frontaal Naakt/[Peter Breedveld]/Niet zien is geloven

Gratis foto crepuscular rays

NIET ZIEN IS GELOVEN

[Met onderin Reactie Astrid Essed op Omvolking uitspraak

Sophie Hermans]

WEBSITE PETER BREEDVELD

https://www.frontaalnaakt.nl/archives/niet-zien-is-geloven.html

Sophie Hermans, de beoogde minister Klimaat en Groene Groei, zou niet weten hoe ze nog méér afstand zou kunnen nemen van uitspraken over omvolking, zoals haar aanstaande collega Marjolein Faber heeft gedaan. Ze heeft er, zegt ze, een zeer lage tolerantie voor.

Nou ja, niet zo laag dat ze niet in een kabinet gaat zitten met een partij die er groot mee is geworden. Ik zou wel weten hoe je méér afstand kunt nemen, mevrouw Hermans. Door geen minister in dat kabinet te worden, door de PVV te bestrijden in plaats van ermee te heulen.

Demografische ontwikkelingen

Want Faber mag hebben beloofd nooit meer “omvolking” te zeggen, ze zei er wel meteen bij dat er wel degelijk sprake is van “demografische ontwikkelingen”. En ze is lid van een partij die bestáát vanwege het angstbeeld van de “islamisering”, omdat “hyena’s uit achterlijke zandbaklanden” onze straten overnemen en onze vrouwen verkrachten, hier komen parasiteren en het land kaalvreten, omdat de PVV-kiezer “minder Marokkanen” wil. Allemaal variaties op “omvolking”, maar gelukkig zal Faber dát niet meer zeggen.

Want we zijn tolerant. We gaan heus niet iemand verbieden gebruik te maken van haar recht op vrije meningsuiting en de omvolkingstheorie te verspreiden. Je moet het gewoon geen “omvolking” noemen.

Woordkeuze. Zó belangrijk.

En gelukkig ook zal Faber artikel 1 van de grondwet respecteren, erewoord. Totdat een tweederde meerderheid in de Kamer dat artikel heeft afgeschaft, dat spreekt vanzelf. Allemaal netjes geweldloos langs parlementaire weg.

Kikker en schorpioen

Hermans en Pieter Omtzigt en al die andere VVD’ers en NSC’ers doen me denken aan de kikker in het verhaal van de kikker en de schorpioen. De schorpioen vraagt de kikker hem op zijn rug naar de andere kant van de rivier te brengen, maar de kikker zegt nee, “Want dan steek je mij”. De schorpioen zweert dat hij niet zal steken, dat zou ook dom zijn, dan zou hij immers zelf ook verdrinken. De kikker stemt dan toe en halverwege de rivier steekt de schorpioen hem. “Je had het beloofd!” schreeuwt de kikker. “Ik weet het”, zegt de schorpioen. “Maar ik ben nou eenmaal een schorpioen.”

VVD’ers en NSC’ers zijn niet zo onschuldig als de kikker, ze hebben zelf ingezet op onmenselijkheid jegens vluchtelingen, xenofobie en lak aan de grondwet, alle mooie praatjes ten spijt. Maar u begrijpt wat ik bedoel. En een groot deel van pers en publiek laat zich geruststellen door een politicus die zegt afstand te nemen van degene bij wie ze op schoot zit, en door een racist die zweert haar racisme voortaan in betamelijke bewoordingen en op de juiste toon te uiten.

Niemand gelooft toch echt dat de PVV opeens een CDA wordt als je er een kabinet mee vormt? Dat is in 2012 al geprobeerd, toen zei het CDA dat het de PVV ging inkapselen. In plaats daarvan werd iedereen door Wilders ingekapseld.

Totale oorlog

“Zien is geloven”, luidt het gezegde, maar daar is echt niks van waar. Niet zien is geloven. Niet willen zien is geloven. Niet willen zien dat de PVV tot in de kern racistisch en fascistisch is, niet willen zien dat in het hoofdlijnenakkoord de kiem wordt gelegd voor niet alleen de totale oorlog tegen de multiculturele elite, die Wilders had beloofd, maar ook tegen het onderwijs, de wetenschap, cultuur, natuur en alles wat een beschaving maakt.

Carola Schouten bekritiseert in een interview in NRC vandaag de “verharding” van de debatten in de Tweede Kamer, en markeert het begin daarvan, het moment dat Wilders en Rutte elkaar begonnen toe te bijten dat ze normaal moesten doen, en hoeveel ophef dat gaf.

Met scherp schieten

Maar Wilders had toen allang voor een verbod op de koran gepleit, die hij met Mein Kampf vergeleek, hij had het woord kopvod populair gemaakt, de deportatie van tientallen miljoenen moslims uit Europa aangekondigd, gezegd dat de politie met scherp op Marokkanen moest schieten en meer van zulk fraais. En toen was Pim Fortuyn al jaren dood.

Mensen zien alleen wat ze willen zien. En ze zien nadrukkelijk niet wat ze niet willen zien. Daarom zeggen ze zo vaak dat ik alleen maar kan schelden.

ZIE OOK

Reactie op dr Marina on Twitter/Reactie op Sophie Hermans over ”omvolkings”uitspraken beoogd minister Faber

dr. Marina

@mmeeuw

Hoe beoordeelt beoogd minister Sophie Hermans #kabinetWildersSchoof uitspraken van haar collega over omvolking?”Het gaat in tegen alles waar ik voor sta en waar ik in geloof.”In het kabinet houdt ze dat scherp in de gaten “Ik verzeker u dan heb ik een buitengewone lage tolerantieTranslate post

12:42 PM · Jun 24, 2024

·

51.5KViews

66

54

147

10

Astrid Essed

@AstridEssed

·

1s

MOOI MEVROUW HERMANS, MAAR WAAROM BENT U DAN UBERHAUPT IN DAT FASCISTENKABINET GAAN ZITTEN/OMVOLKING/DNA VAN DE PVV! https://astridessed.nl/fascistenkabinet-fascisme-wordt-dagelijkse-kost/… https://astridessed.nl/wilders-spreek

Reacties uitgeschakeld voor Artikel Frontaal Naakt/[Peter Breedveld]/Niet zien is geloven

Opgeslagen onder Divers

Brief van drs J.J. Wijenberg, oud ambassadeur, aan Koning Willem Alexander/”Majesteit, weiger de op 2 juli af te leggen ambtseed af te nemen van de bewindslieden van het aanstaande Kabinet Schoof

null Beeld REUTERS

BRIEF VAN DRS J.J. WIJENBERG, OUD AMBASSADEUR, AAN KONING WILLEM ALEXANDER/”MAJESTEIT, WEIGER DE OP 2 JULI  AF TE LEGGEN AMBTSEED AF TE NEMEN

VAN DE BEWINDSLIEDEN VAN HET AANSTAANDE KABINET SCHOOF”

[Lezers,

Hierbij de brief aan Koning Willem Alexander, zoals op maandag 24 juni eveneens verzonden aan alle journalistieke media en kranten in de Nederlanden.

De krachtige Inhoud spreekt voor zichzelf.

In de media is deze Brief bekend als ”Een Constitutionele Crisis”]

BRIEF VAN OUD AMBASSADEUR DRS J.J. WIJENBERG:

Majesteit,

Verzoek

Het Koninkrijk bevindt zich in een constitutionele crisis. Ik vermoed dat alleen u die crisis kunt

beteugelen.

Een Tweede Kamermeerderheid van PVV, VVD, BBB en NSC vormen voor de Grondwet en voor de

Palestijnen een dodelijke vierschaar. Het Hoofdlijnenakkoord 2024 is in strijd met tenminste de

Grondwet [Gw], art. 94, art. 90 en art. 1.

De leden van beoogd kabinet Schoof zullen dit beleid in hoofdzaak langs die lijnen uitvoeren. Zij zijn

bereid tegenover u, ons Staatshoofd, een zware staatkundige verplichting op zich te nemen om deze

daarna welbewust te zullen schenden.

In het belang van de staatsrechtelijke en morele integriteit van het Koninkrijk, verzoek ik u af te zien

van het afnemen van de ambtseed, voorzien voor 2 juli 2024.

Gw. 94 

Voorrang internationale rechtsorde boven nationale wet

Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing, indien deze

toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties

Voor een relevant Israëlbeleid is het volgend internationaal recht – en vele andere instrument – maatgevend:

– het VN-Handvest, 26 juni 1945, San Francisco – vrede in plaats van oorlog;

– de Israëlische toetredingsvoorwaarden als lid van de Verenigde Naties: AV Resolutie 181 (ii), 29

november 1947; AV Resolutie 194 (iii) 11 december,1948; AV Resolutie 273 1949, w.o. de

erkenning van ‘de Arabische staat’;

– het Palestijnse recht op terugkeer, AV Resolutie 194 (1948);

– de Vierde Geneefse Conventie met betrekking tot de Bescherming van Burgers in Oorlogstijd

(1949);

– VNVR Resolutie 242 (1967), de opdracht aan Israël alle bezette gebieden te verlaten;

– De Internationale Conventie aangaande de Onderdrukking en Bestraffing van de Misdaad van

Apartheid (1979);

– Juridische Gevolgen van de Bouw van een Muur in het Bezette Palestijnse Territoir, Internationaal

Gerechtshof, [IGH], 9 juli 2004.

Het Internationaal Gerechtshof, op loopafstand van het Binnenhof, stelde dat Israëlische genocide op

de Palestijnse bevolking ‘plausibel’ is. Indien bevestigd, wordt deze uitspraak aan het staand

internationaal recht toegevoegd.

Erets Jisraeel – Groot Israël, ‘het Joodse historisch vaderland’

Theodor Herzl publiceerde in 1896 het manifest De Jodenstaat. Het antwoord tegen het Europees

antisemitisme lokte heftige discussies uit. Rond de Tweede Wereldoorlog was een stroming actief die

Israël in samenwerking met de Palestijnen vorm wilde geven.

Een andere, de ‘Israël alleen voor de

Joden’ variant, werd dominant.

De Palestijnen werden en worden verdreven. 

Wie bleven werden, zoals

bedoeld, vermoord. 

Sinds 1949 voert Israël, een VN-lidstaat met de verplichting de staat Palestina te

erkennen, dit beleid uit. Het Israëlische eindspel – de Joods/Israëlische genocide op Palestina en zijn

burgers – voltrekt zich voor onze ogen.

De Palestijnen zijn het collectieve slachtoffer van virulent Europees antisemitisme.

Ik heb nog nooit iemand, die bij zijn grondwettelijke zinnen is, ontmoet die de tegenstelling tussen het

internationaal recht en de Israëlische doelstellingen overbrugbaar acht.

Hamas

Hamas heeft bij eerlijk verlopen Palestijnse verkiezingen in 2006 de absolute meerderheid behaald. 

De

verliezende partij, Fatah, pleegde samen met Israël, de VS en enige Europese staten een regelrechte staatsgreep.

Hamas, nog steeds populair, was slechts in staat het bewind over een deel van Palestina, de Gazastrook, te behouden.

aangedurfd om nieuwe verkiezingen uit te schrijven, mag Hamas anno 2024 nog steeds de electorale overwinning opeisen.

Hamas is ter plaatse ook de enige partij van belang die, samen met de Arabische Liga, vrede met Israël

op grond van deze instrumenten van internationaal recht nastreeft.

Illegaal Erets Jisraeel getrouw, moet Hamas, de grootste ‘existentiële’ bedreiging, voor het illegale

Groot-Israël worden vernietigd; rechtsstatelijk, politiek, infrastructureel en moreel een mission impossible.

Welk kabinet maakt in de volgende regeerperiode serieus werk van Gw: art. 90?

De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.

Het kabinet Schoof zeker niet.

De Palestijjnen en Gw: art. 1

De Nederlandse Palestijnen zijn wanhopig over deze kwaadaardige, racistische politieke meerderheid

en alweer een onaanvaardbaar kabinet; een kabinet dat, zoals het demissionaire kabinet, de Palestijnen

achteloos ‘voor de bus gooit’.

Dagelijks zien zij life hoe het vernietigen van hun land en het

uitmoorden van hun families en vrienden te werk gaat.

De Nederlanders van Palestijnse herkomst

–ongeveer even groot als de Nederlands/Joodse gemeenschap – verlangen dat hun rechten worden

gerespecteerd en zeker vanwege de Grondwet, art. 1:

Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie

wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.

Een Paleis Revolte

De Grondwet, art. 42.2:

De koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk.

De demissionair minister president van VVD-huize is in politieke zin inmiddels vertrokken, staatsrechtelijk echter niet.

Het is politiek/inhoudelijk, noch vanwege de demissionaire staat

voorstelbaar dat het huidige kabinet zal besluiten de beëdiging te voorkomen.

Onder deze bijzondere omstandigheden verzoek ik u, de Nederlandse rechtsstaat en de Grondwet

respecterend, uw grondwettelijke onschendbaarheid tijdelijk op te geven – een Paleis Revolte.

U wilt

naar ik hoop en vertrouw in het landsbelang weigeren de ambtseed op 2 juli 2024 af te nemen.

U wilt bovendien de geschiedenis niet in te gaan als het Staatshoofd die het Koninkrijk medeschuldig

zou hebben gemaakt aan Israëlische genocide en politiek-zionistische kindermoord.

De grondwettelijke, rechtsstatelijke en morele teloorgang van onze samenleving moet een halt worden toegeroepen.

Dit kabinet mag er niet komen.

Nieuwe verkiezingen met de Grondwet als ijk- en

middelpunt zijn dringend noodzakelijk.

Als tussentijdse maatregel zal een echt zakenkabinet, met

leden die de Grondwet respecteren, de honneurs moeten waarnemen.

Met de meeste hoogachting,

J.J. Wijenberg,

Reacties uitgeschakeld voor Brief van drs J.J. Wijenberg, oud ambassadeur, aan Koning Willem Alexander/”Majesteit, weiger de op 2 juli af te leggen ambtseed af te nemen van de bewindslieden van het aanstaande Kabinet Schoof

Opgeslagen onder Divers

[Statement Partij voor de Dieren en Denk]/PVDD en Denk roepen het Presidium van de Tweede Kamer op om iemand anders af te vaardigen dan Martin Bosma

  PVDD EN DENK ROEPEN HET PRESIDIUM VAN DE TWEEDE KAMER

OP OM IEMAND ANDERS AF TE VAARDIGEN DAN MARTIN BOSMA”

”DE NATIONALE HERDENKING VERDIENT IEMAND, DIE DE EXCUSES

VOOR HET SLAVERNIJVERLEDEN BELICHAAMT”

18 JUNI 2024

https://www.partijvoordedieren.nl/nieuws/brief-ouwehand-van-baarle-over-iemand-anders-af-te-vaardigen-dan-martin-bosma

Geachte leden van het presidium,

Op 1 juli vindt de jaarlijkse Nationale Herdenking Slavernijverleden plaats in Amsterdam. Een belangrijke dag voor Nederland. Vorig jaar sprak de koning er een historische toespraak uit waarin hij niet alleen excuses maakte voor het feit dat mensen in naam van de Nederlandse staat eeuwenlang tot handelswaar zijn gemaakt, zijn uitgebuit en mishandeld, maar ook vergiffenis vroeg voor het overduidelijke gebrek aan handelen door het Huis van Oranje-Nassau tegen slavernij. De koning wees erop dat slavenhandel en slavernij zijn erkend als misdaden tegen de menselijkheid en dat de gevolgen van ons slavernijverleden nog steeds te voelen zijn in racisme in onze samenleving.

Deze waarachtige woorden van ons staatshoofd waren erg aangrijpend. Veel nazaten van tot slaaf gemaakten en andere inwoners van ons Koninkrijk die nog altijd te maken krijgen met racisme en discriminatie gaven er blijk van dat het veel voor hen betekende. Het was een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van ons land waar door veel mensen lang naar uit is gekeken; een moment dat een belangrijke bijdrage leverde aan het vurig gewenste perspectief van herstel en verbinding.

Amper een jaar later leven veel mensen met het verdrietige gevoel dat de hoop en het perspectief die de toespraak van de koning hadden gebracht, weer teniet worden gedaan. De voorzitter van de Tweede Kamer is, zoals altijd, uitgenodigd om namens de Kamer de herdenking bij te wonen en een krans te leggen, maar de kwetsende, racistische uitspraken die de huidige Kamervoorzitter tot aan zijn aantreden heeft gedaan zorgen voor veel pijn, verdriet en woede. Ze zorgen ook voor een pijnlijke worsteling bij de organisator van de herdenking, die gisteren heeft besloten dat de Kamervoorzitter niet welkom is bij de herdenking, tenzij hij excuses maakt en reflecteert op zijn eerdere uitspraken over het slavernijverleden en racisme.

Ook heeft een groot aantal Nederlanders van kleur en maatschappelijke organisaties via een brief in het Parool verzocht om een andere vertegenwoordiger van de Tweede Kamer naar de herdenking af te vaardigen. De briefschrijvers benadrukken dat de vertegenwoordiger van de Tweede Kamer in woord en persoon respect voor de betekenis van deze dag zouden moeten uitdragen en dat de aanwezigheid van deze Kamervoorzitter een klap in het gezicht is van allen voor wie deze dag een intense betekenis heeft.

De Kamervoorzitter heeft in een eerste reactie gezegd dat de uitnodiging nog steeds staat en dat hij van plan is om naar de herdenking te gaan. Hij heeft daarbij ook gezegd na te gaan denken over reflectie en excuses, maar dat hij nog nooit heeft meegemaakt dat een Kamervoorzitter die ergens voor is uitgenodigd eerst nog moet reflecteren en excuses moet aanbieden.

De fractievoorzitters van de Partij voor de Dieren en Denk willen het presidium de gelegenheid bieden een reactie te geven.

Is het presidium van mening dat de huidige Kamervoorzitter in woord én persoon het respect uitdraagt waar de herdenking van het slavernijverleden om vraagt? Kan het presidium een voorbeeld geven van een andere Kamervoorzitter die uitspraken heeft gedaan die vergelijkbaar zijn met uitspraken van deze Kamervoorzitter, zoals “slavernijgedram”, “anti-blank racisme” en “omvolking is geen theorie, het is gewoon wat je voor je ogen ziet”?

Kan het presidium zich verplaatsen in de organisator die vindt dat deze Kamervoorzitter niet zonder meer welkom is bij de herdenking? Kan het presidium een reflectie geven over hoe het presidium invulling wil geven aan de excuses van de koning, een jaar geleden, waarin de koning onder meer heeft uitgesproken dat de gevolgen van het slavernijverleden vandaag nog steeds te voelen zijn in racisme in onze samenleving?

Is het presidium bereid, indien excuses en reflectie van de Kamervoorzitter uitblijven, een ondervoorzitter af te vaardigen naar de Nationale Herdenking Slavernijverleden?

We zouden het zeer op prijs stellen als het presidium deze brief uiterlijk vrijdag 21 juni kan beantwoorden, zodat deze pijnlijke situatie niet nog langer in de lucht blijft hangen.

Met dank en hoogachting,

Esther Ouwehand
Stephan van Baarle

Reacties uitgeschakeld voor [Statement Partij voor de Dieren en Denk]/PVDD en Denk roepen het Presidium van de Tweede Kamer op om iemand anders af te vaardigen dan Martin Bosma

Opgeslagen onder Divers