Auteursarchief: astrid

Noten 117 en 118/HOOFDSTUK IV

[117]

ZIE NOTEN 111 T/M 114

[118]

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN

OMSTREDEN ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649
Lezen zonder Paywall

https://archive.is/WGNRr#selection-2759.189-2759.383

ZIE VOOR GEHELE ARTIKEL, NOOT 96

”Asielprocedure

Snel beslissen

De Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) onderkent met de pilot procesoptimalisatie al aan de voorkant van de asielprocedure of sprake is van een (potentiële) overlastgever met een kansarme aanvraag. In zo’n geval wordt de asielaanvraag met voorrang en zo snel mogelijk behandeld door bijvoorbeeld daar waar mogelijk de rust- en voorbereidingstijd te onthouden. Door deze snelle werkmethode wordt de opvang en het asielsysteem zoveel mogelijk ontlast.”

PARLEMENTAIRE MONITOR

TWEEDE KAMER DER STATEN GENERAAL 

VERGADERJAAR 2023-2024

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN MINISTER VAN JUSTITIE

EN VEILIGHEID

10 NOVEMBER 2023

https://www.parlementairemonitor.nl/9353000/1/j9vvij5epmj1ey0/vm82oyqpu4xz

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2023-2024

19 637

Vreemdelingenbeleid

Nr. 3175    BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN MINISTER VAN JUSTITIE

EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 10 november 2023

Om het draagvlak voor opvang te behouden, is het van blijvend belang om overlastgevend en crimineel gedrag gericht aan te pakken. Steekpartijen, winkeldiefstallen en straatintimidatie waar asielzoekers bij betrokken zijn, dragen bij aan onveiligheid en een onveilig gevoel over asielopvang.

Inmiddels ligt er met een nationale aanpak een stevig pakket aan landelijke en lokale maatregelen om overlast te voorkomen en aan te pakken. In de praktijk zien we dat deze maatregelen effect sorteren, zoals blijkt uit het recente bericht dat buschauffeurs in Ter Apel blij zijn met de maatregelen tegen overlastgevers1 en het bericht dat de gevreesde overlast van de crisisnoodopvang zich in Sittard niet voordoet.2

Tegelijkertijd zien we dat ondanks de ingezette maatregelen, en ondanks de grote groep asielzoekers die zich wel gewoon weet te gedragen, nog steeds incidenten met grote impact plaatsvinden, zoals recent in Ter Apel, Maarheeze en Utrecht. Dat sterkt onze ambitie om de bestaande nationale aanpak verder te versterken.

Daarbij is het afgelopen jaar de inzet van de Coördinator Nationale Aanpak Overlast van grote betekenis geweest om tot een sluitende aanpak te komen die door alle partijen met prioriteit wordt opgepakt. In deze brief lichten we de voortgang op de maatregelen toe.

Voorts gaan we in deze brief in op de motie van het lid Van der Plas omtrent de veiligheid in en rondom de asielzoekerscentra3; de motie van het lid Brekelmans omtrent de handhaving- en toezichtlocatie (htl),

1    https://nos.nl/artikel/2492677-buschauffeurs-blij-met-maatregelen-tegen-overlastgevers-ter-apel.

2    https://www.limburger.nl/cnt/dmf20230929_93700584.

3    Kamerstukken II, 2022/23, 19 637, nr. 3149.

kst-19637-3175 ISSN 0921 – 7371 ‘s-Gravenhage 2023

aangiftes, de reprimanderegeling en lik-op-stuk beleid1; de toezegging aan het lid Wilders2 omtrent de effectiviteit van de aanpak van de Coördinator Nationale Aanpak Overlast, de toezegging aan het lid Brekelmans omtrent gegevensuitwisseling met Duitsland en België inzake overlastgevers3 en de toezegging aan het lid Brekelmans omtrent de uitbreiding van de capaciteit van de procesbeschikbaarheidslocatie4.

Nationale aanpak

Met landelijke en lokale maatregelen bundelen het Rijk en gemeenten hun krachten om tot een gezamenlijke aanpak van overlast te komen. De nationale aanpak, waar het kabinet structureel 45 miljoen euro per jaar voor heeft vrijgemaakt5, is te onderscheiden in vier pijlers: snel beslissen in de asielprocedure, maatwerk bieden in de opvang, lik-op-stuk beleid toepassen in de openbare ruimte en inzetten op terugkeer.

Asielprocedure

Snel beslissen

De Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) onderkent met de pilot procesoptimalisatie al aan de voorkant van de asielprocedure of sprake is van een (potentiële) overlastgever met een kansarme aanvraag. In zo’n geval wordt de asielaanvraag met voorrang en zo snel mogelijk behandeld door bijvoorbeeld daar waar mogelijk de rust- en voorbereidingstijd te onthouden. Door deze snelle werkmethode wordt de opvang en het asielsysteem zoveel mogelijk ontlast.

Sinds de start van de pilot in november 2022 zijn ongeveer 480 aanvragen versneld behandeld, hiervan is er in 400 zaken versneld beslist. Hierbij gaat het overwegend om asielzoekers met de Algerijnse, Marokkaanse en Tunesische nationaliteit. Van deze groep hebben minder dan 10 asielzoekers zich later opnieuw gemeld.

De werkmethode wordt nu ook ingezet in de sobere opvang voor asielzoekers met een kansarme aanvraag. Gezien het succes van deze pilot wordt onderzocht hoe deze pilot breder uitgerold kan worden.

Sobere opvang kansarme asielzoekers

Uw Kamer is reeds geïnformeerd over de nieuw in te richten vorm van versoberde opvang, bedoeld voor asielzoekers met een kansarme aanvraag.6 Het doel van deze zogeheten procesbeschikbaarheidslocaties is dat asielzoekers met een kansarme aanvraag permanent beschikbaar zijn voor de asiel-, vertrek- en beroepsprocedure, zodat deze procedures zo efficiënt en vlot als mogelijk worden doorlopen. Voor deze opvanglo-caties geldt een sober opvangregime. Inzet is om op die manier Nederland minder aantrekkelijk te maken voor asielzoekers met een kansarme aanvraag. Onder de groep asielzoekers met een kansarme aanvraag bevindt zich een groep overlastgevende asielzoekers die met deze werkwijze ook snel afgedaan kan worden waardoor deze maatregel bijdraagt aan vermindering van overlastgevende asielzoekers. De procesbeschikbaarheidslocatie is een opvangmodaliteit in ontwikkeling. In Ter Apel is gestart met een pilot voor een pré-PBL. Er worden nu ervaringen opgedaan met dit concept zodat deze modaliteit verder ontwikkeld en aangepast kan worden indien dat noodzakelijk is. Het verder opschalen van de pilot gaat niet zonder slag of stoot en de beoogde snelheid is nog niet gerealiseerd. De Staatssecretaris is daarom in voortdurend overleg met de betrokken bestuurders om met duidelijke afspraken de opschaling nu voortvarend te realiseren. Het COA en de ketenpartners werken hard om de locatie in Ter Apel zo spoedig mogelijk uit te breiden. Per 1 oktober jl. zijn 30 plekken gerealiseerd. Zoals reeds besproken met het lokale bestuur in Ter Apel op 12 oktober jl. wordt de capaciteit verhoogd naar 50 plekken op 29 november a.s. Vervolgens wordt gefaseerd opgebouwd, zodat op 29 januari 2024 100 plekken zijn gerealiseerd.

Het streven is dat in november 2023 ook in Budel gestart wordt met een pré-procesbeschikbaarheidslocatie. Het is de bedoeling dat in Budel gefaseerd opgeschaald wordt naar circa 50 plekken. Voorts vinden er constructieve gesprekken plaats met de gemeente Almere over een eventuele ingebruikname van de penitentiaire inrichting. De Staatssecretaris blijft zich onverminderd inzetten voor het realiseren van meer van dit soort locaties.

Opvang

Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft de afgelopen maanden verschillende pilots ingezet om overlast te voorkomen en de opvangvoorzieningen veilig te houden voor asielzoekers en COA-medewerkers. Wanneer asielzoekers toch (ernstige) overlast veroorzaken past het COA maatregelen toe7 en kunnen de overlastgevers bijvoorbeeld naar een handhaving- en toezichtlocatie worden overgeplaatst.

Pilot (potentiële) overlastgever vroegtijdig in beeld

Op 13 COA-locaties begeleiden en activeren medewerkers intensief de asielzoekers die (potentieel) overlastgevend gedrag vertonen. De evaluatie van de pilot is positief. Medewerkers en locatiemanagers van de pilotlo-caties geven unaniem aan dat de impact van de incidenten is afgenomen. Daarnaast hebben zij gevoelsmatig meer controle op locatie en is het rustiger. De positieve resultaten hebben ertoe geleid dat het COA gaat bekijken hoe zij de werkwijze van de pilot landelijk kan uitbreiden.

Ambulant Ondersteunings Team

Het Ambulant Ondersteunings Team (AOT) is als pilot opgericht om COA-medewerkers op de locaties te ontlasten en te ondersteunen wanneer sprake is van veel incidenten of een incident met zeer hoge impact plaatsvindt. Daarbij is zowel aandacht voor toerusting van het team als intensieve praktijkbegeleiding.

COA-werknemers en locatiemanagers waarderen het positief om door deze ervaren medewerkers met hun expertise te worden ondersteund. Daarom is de inzet nu om deze pilot structureel in te richten.

Handhaving- en toezichtlocatie (htl)

Asielzoekers die (ernstige) overlast veroorzaken, kunnen op de handhaving- en toezichtlocatie in Hoogeveen worden geplaatst. Daarbij krijgt de asielzoeker een vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 56 van de Vreemdelingenwet opgelegd.

Op 11 augustus jl. heeft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) een brief gepubliceerd over haar vervolgbezoek aan de htl. De IGJ constateert dat alle onderwerpen waar de Inspectie eerder aandacht voor vroeg, nu voldoende onder de aandacht zijn gebracht en door de managers van het COA worden gemonitord.8

Tijdens het commissiedebat van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid van 28 juni jl. (Kamerstuk 19 637, nr. 3157) is toegezegd te onderzoeken of de htl ook kan worden gebruikt voor ontheemden uit Oekraïne die in gemeentelijke opvanglocaties herhaaldelijk voor overlast zorgen. De mogelijkheden hiertoe worden op dit moment onderzocht. Daarbij wordt allereerst gekeken of plaatsing van ontheemden uit Oekraïne in de htl een adequate oplossing vormt voor de problematiek zoals gemeenten die ervaren. Voor het einde van dit jaar wordt uw Kamer nader geïnformeerd over de resultaten van deze verkenning.

Openbare ruimte

Lik-op-stuk

Asielzoekers die een misdrijf plegen, mogen daar niet ongestraft mee wegkomen. Daarom is het afgelopen jaar de aansluiting tussen de vreemdelingenketen en de strafrechtketen nadrukkelijk versterkt. Dit heeft geleid tot kortere afstemmingslijnen tussen het openbaar ministerie en de betrokken partners. Daarnaast heeft het delen van kennis en ervaring wederzijds tot inzicht en begrip geleid in de problematiek en kon men elkaar aanspreken op mogelijke verbeteringen in werkwijzen.

Uit de WODC incidentenrapportage blijkt dat in 2022 3% van de asielzoekers verdacht werd van een misdrijf. Het meest voorkomende type misdrijf waar asielzoekers van verdacht worden is vermogensmis-drijven.9 Daarbij gaat het overwegend om diefstal/verduistering en inbraak.10

Het openbaar ministerie heeft geïnvesteerd in het verbeteren van de (snelle) afdoening van strafbare feiten door overlastgevende asielzoekers die binnenstromen op de zogeheten ZSM-locaties (Zorgvuldig, Snel, Maatwerk). Dit gebeurt door in te zetten op lik-op-stuk, zodat snel duidelijk is voor de verdachte asielzoeker welke sanctie wordt opgelegd. Denk daarbij aan de inzet van (super)snelrecht en directe uitvoering van de sanctie.

Op deze manier is voor een criminele asielzoeker duidelijk dat het plegen van een misdrijf zoals een winkeldiefstal, directe gevolgen heeft en niet ongestraft blijft. Per 1 november jl. is een pilot in Noord-Nederland gestart om naast snelrecht, ook supersnelrecht in te zetten. Op deze manier wordt voorkomen dat de asielzoeker zijn straf kan ontlopen.

Openbaar vervoer

De Ministeries van JenV en lenW, COA, politie en vervoerders werken aan een integraal plan van aanpak om overlastgevend gedrag van asielzoekers in het openbaar vervoer aan te pakken. Dit plan van aanpak is onderdeel van een bredere aanpak van het Ministerie van IenW om de sociale veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren. Hier heeft de Staatssecretaris van IenW uw Kamer bij brief van 26 juli jl. over geïnformeerd.11 De aanpak van overlastgevende asielzoekers in het openbaar vervoer, ziet op drie verschillende thema’s: betalingsproblematiek, dossieropbouw en identificatie. Zo onderzoekt het Ministerie van Justitie en Veiligheid samen met NS en COA de mogelijkheden van het op naam zetten van dagkaarten die asielzoekers ontvangen van het COA om bijvoorbeeld een reis te maken in het kader van de asielprocedure. Dit voorkomt dat kaarten doorverkocht kunnen worden, wat mogelijk zwartrijden tegengaat. Daarnaast heeft COA met input van vervoerders de voorlichting aan asielzoekers over de werking van het openbaar vervoer verbeterd. Dit voorlichtingsmateriaal wordt in het najaar gepubliceerd op de informatiesite voor COA-bewoners. Verder voert het COA begin 2024 op alle COA-locaties een nieuw betaalmiddel in, waarmee asielzoekers in het openbaar vervoer gemakkelijker vervoersbewijzen kunnen kopen. Ook dit moet bijdragen aan het verminderen van reizen zonder geldig vervoersbewijs. Vooruitlopend hierop zijn pilots gestart met dat nieuwe betaalmiddel, waarmee nu in ieder geval al online tickets gekocht kunnen worden.

Om overlastgevers in het openbaar vervoer sneller en effectiever aan te pakken, worden de mogelijkheden voor dossieropbouw en gegevens-deling met inachtneming van privacyregelgeving onderzocht. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid werkt samen met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat aan het verbeteren van de mogelijkheden die boa’s hebben om personen die overlast veroorzaken te identificeren.

Terugkeer

Zoals eerder gemeld aan de Kamer heeft het kabinet structureel 15 miljoen euro gereserveerd voor het bevorderen van terugkeer, met specifieke aandacht voor afgewezen asielzoekers die overlastgevend gedrag vertonen.12

Een deel van dit budget wordt gebruikt om het terugkeerproces wendbaarder en slagvaardiger te maken. Voorbeelden hiervan zijn het organiseren van meer capaciteit op het proces van inbewaringstelling, de uitbreiding van het soort zaken waarin de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) een bewaringsmaatregel oplegt en de inbedding van specialistische functies in de operatie van de DT&V. De nadere uitwerking hiervan vindt momenteel plaats en omvat onder andere de opvolging van een al uitgevoerde uitvoeringstoets.

Aanvullend hierop vinden ook investeringen plaats om de bestaande kabinetsinzet ten aanzien van migratiepartnerschappen met belangrijke transit- en herkomstlanden te verdiepen en verbreden. De verwachting is dat de eerste plannen eind dit jaar en begin volgend jaar in uitvoering gebracht kunnen worden.

Lokale maatregelen

Als Rijk doen we er alles aan om overlast veroorzaakt door asielzoekers beheersbaar te houden. Overlast wordt op lokaal niveau ervaren. Daarom is naast een nationale aanpak aanvullend lokaal maatwerk nodig.

Financiering voor lokale maatregelen

Gemeenten kunnen een beroep doen op de SPUK-regeling voor een financiële compensatie voor (preventieve) maatregelen voor de aanpak van overlastgevend gedrag door asielzoekers. Het Ministerie van JenV stelt op deze manier ieder jaar budget beschikbaar voor de financiering van lokale (kleinschalige) maatregelen tegen overlast buiten de opvanglo-caties. Hierdoor hebben gemeenten zelf de mogelijkheid te bepalen welke aanpak het beste bij hun problematiek past. De maatregelen waarvoor dit budget wordt gebruikt verschillen per gemeente. Hierbij valt te denken aan preventieve maatregelen zoals het organiseren van gemeenschappelijke activiteiten met buurtbewoners, maar ook aan de inzet van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s), bodycams of extra cameratoezicht. De nieuwe regeling, waarmee 2 miljoen euro beschikbaar wordt gesteld, is op 1 oktober jl. gepubliceerd.13

Toolbox

Om gemeentes op weg te helpen in een lokale aanpak, is in de Toolbox14 een groot aantal maatregelen verzameld die gemeenten in kunnen zetten. Het is een mix van bestuurlijke en praktische, vaak creatieve oplossingen die met elkaar samenhangen en helpen om overlast door asielzoekers te voorkomen en aan te pakken. Het kan variëren van het inrichten van een lokale projectgroep en het organiseren van (gemeenschappelijke) activiteiten met asielzoekers en bewoners van de gemeente tot en met het inzetten van extra beveiliging, cameratoezicht en gebiedsverboden. Daarbij worden ook enkele praktijkvoorbeelden uit verschillende gemeentes uitgelicht. Deze Toolbox is een update van de Toolbox die in 2020 is gepubliceerd.

Mobiele toezichtteams

Op verschillende locaties in het land waar veel overlast werd ervaren, zijn mobiele toezichtteams aangesteld. Met hun zichtbaarheid en aanwezigheid zetten de toezichthouders zich in om bepaalde vormen van overlast te voorkomen. Na de succesvolle start van het toezichtteam in Ter Apel, is dit concept uitgebreid naar Cranendonck, Hardenberg, Weert, Maarheeze, Zweeloo en Delfzijl. In al deze gemeenten is nog sprake van een pilot, maar de inzet is om toezichtteams structureel in te zetten.

De inzet van de teams blijkt succesvol te zijn. Door tijdig te interveniëren weten de toezichthouders vaak de angel uit conflictsituaties te halen en zo overlastsituaties te voorkomen. Lokale ondernemers en buurtbewoners waarderen deze inzet.

Motie Van der Plas

In de motie van het lid Van der Plas wordt de regering verzocht in en rondom asielzoekerscentra meer veiligheidspersoneel in te zetten ter bescherming van hunzelf en omwonenden.

Uitgangspunt is dat asielzoekers, COA-personeel en omwonenden een veilige werk- en leefomgeving dienen te hebben. Dit bereiken we door te voorkomen dat er overlast op de opvanglocatie ontstaat, door mensen die ernstige overlast veroorzaken persoonsgericht aan te pakken en door overlastgevers over te plaatsen naar de htl.

Voor zover met veiligheidspersoneel de politie wordt bedoeld is de regeling van toepassing zoals beschreven in bijgaande Toolbox. Politiecapaciteit is per definitie schaars en alle eenheden voelen die schaarste. Binnen regionale politie-eenheden wordt doorlopend bezien waar de prioriteiten liggen voor inzet van de politie.15

Motie Brekelmans

In de motie van het lid Brekelmans wordt de regering (a) verzocht zo veel mogelijk gebruik te blijven maken van de inzet van de handhaving- en toezichtlocatie, en bij de keuze tot een doorverwijzing ook overlastgevend gedrag buiten het azc mee te nemen; (b) wordt de regering verzocht te onderzoeken hoe het doen van aangifte in gemeenten met veel overlast kan worden vergemakkelijkt; en (c) wordt de regering verzocht zich ervoor in te zetten dat de reprimanderegeling in gebieden met veel overlast buiten werking wordt gesteld, en er juist wordt ingezet op lik-op-stukbeleid door inzet van strafrecht in de vorm van snelrecht en/of een stelselmatige aanpak van daders.

(a)    Handhaving- en toezichtlocatie

Het is reeds staand beleid dat vreemdelingen die (ernstige) overlast veroorzaken, op de handhaving- en toezichtlocatie worden geplaatst. In 2021 is de Regeling verstrekkingen asielzoekers aangepast om buiten twijfel te stellen dat incidenten die buiten de opvangvoorziening hebben plaatsgevonden, ook kunnen worden meegenomen bij een htl-plaatsing.

(b)    Doen van aangifte vergemakkelijken

Er bestaat een algemene regeling rondom civiele schadeloosstelling van winkeldiefstal. Politie werkt in dat kader samen met een organisatie als SODA, maar ook met andere organisaties, zoals Overlast Registratie Nederland (ORN) en de Landelijke Associatie van Gerechtsdeurwaarders (LAVG). Winkeliers kunnen contracten afsluiten met deze organisaties, die vervolgens als tussenpersoon kunnen fungeren in opdracht van de getroffen winkeleigenaar. Wanneer bijvoorbeeld sprake is van winkeldiefstal kan een winkeleigenaar via een tussenpersoon een verzoek om schadeloosstelling indienen. De samenwerkingen met deze tussenpersonen zijn over het algemeen positief. Een aanvraag is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de specifieke situatie van de aanvraag (welke specifieke informatie is er nodig) wat soms maatwerk vergt, maar ook hoe ver een tussenpersoon is in de digitale informatisering en de mate waarop deze aansluit op de systemen van politie. De applicaties die de tussenpersonen hiervoor kunnen gebruiken, zoals de 310-winkel-app16, waar het lid Brekelmans aan refereert in het debat van 6 april jl., moeten echter wel kunnen communiceren met het digitale aangifte systeem van de politie, dat leidend is in het doen van aangifte17. Omdat gebleken is dat de communicatie van bepaalde commerciële applicaties nog niet altijd goed communiceert met het systeem van de politie, wordt in het kader van een verbeterde dienstverlening en de inzet op een verbeterde publiek-private samenwerking momenteel bekeken hoe politie dit beter zou kunnen faciliteren. De politie experimenteert via de pilot gegevensuitwisseling in de regio Rotterdam en Noord-Holland met een koppeling tussen de software applicatie van verschillende retailers en de politiesystemen. Wanneer succesvol, zal dit op termijn de aangifte of het proces van schadeloosstelling via verschillende applicaties makkelijker maken.

(c) Reprimande en lik-op-stuk

Het OM vindt het belangrijk om duidelijk uit te leggen wat de reikwijdte is van de reprimanderegeling en hoe deze wordt toegepast. Om die reden vinden gesprekken plaats met ondernemers in Ter Apel en het gemeentebestuur. In die gesprekken wordt onder meer aangegeven dat een reprimande alleen kan worden opgelegd als wordt voldaan aan de daarvoor gestelde voorwaarden. De reprimanderegeling voor meerderjarige first offenders geldt alleen voor een zogeheten eenvoudige winkeldiefstal, waarbij de waarde van de weggenomen goederen onder de 50 euro ligt. De verdachte dient de diefstal te bekennen en het gestolen goed terug te geven. In veel gevallen is een reprimande dan ook niet mogelijk. Als een reprimande wordt opgelegd wordt de verdachte geregistreerd in de landelijke politiesystemen. Een reprimande wordt bovendien altijd gegeven in combinatie met een winkelverbod. Overtreding van een winkelverbod is een misdrijf, waarop politie kan acteren. Bij een volgende aanhouding wordt er dan ook geen reprimande meer opgelegd. De lik-op-stuk aanpak zoals hiervoor toegelicht geldt dan onverkort.

Toezegging Wilders

De toezegging aan het lid Wilders ziet toe op het inzichtelijk maken hoe effectief de aanpak van de Coördinator Nationale Aanpak Overlast is.

In september 2022 bent u geïnformeerd over de aanstelling van een Coördinator Nationale Aanpak Overlast (CNAO). Het afgelopen jaar heeft hij met verschillende actielijnen de aanpak van overlastgevende asielzoekers versterkt. Deze drie actielijnen zien op het verbeteren van de aansluiting van de vreemdelingenketen met de strafrechtketen, het aanjagen van de pilot procesoptimalisatie en het inzetten van mobiele toezichtteams. De voortgang op deze drie actielijnen is hierboven toegelicht (onder de kopjes snel beslissen, lik-op-stuk en mobiele toezichtteams).

De Coördinator heeft zijn opdracht in augustus jl. afgerond. We zijn de Coördinator erkentelijk voor de voortvarendheid waarmee hij zijn opdracht heeft uitgevoerd en dankbaar voor de resultaten.

Zijn aanbevelingen sterken onze ambitie om zijn actielijnen als onderdeel van de nationale aanpak te continueren.

Toezegging Brekelmans

Tot slot ga ik in op de toezegging aan het lid Brekelmans om de Kamer te informeren over gegevensuitwisseling met Duitsland en België inzake overlastgevers om de asielprocedure te kunnen versnellen, wanneer er sprake is van overlast.

De Top-X aanpak is een van de instrumenten bij de Nederlandse aanpak van overlastgevend en/of crimineel gedrag van asielzoekers. Het doel van de Top-X aanpak is het verkrijgen van zicht op de omvang en aard van de zwaarste groep overlastgevende en/of criminele asielzoekers o.a. middels het opstellen van de Top-X lijst. In het lokaal ketenoverleg (LKO) worden bewoners die op de Top-X lijst staan besproken met de ketenpartners en wordt in gezamenlijkheid een persoonsgerichte aanpak opgesteld. Ketenpartners kunnen maatregelen treffen zoals het inhouden van leefgeld, het versneld afdoen van de asielprocedure of met prioriteit inzetten op terugkeer. Zoals eerder aangehaald wordt in Ter Apel via de pilot procesoptimalisatie ingezet op het versneld afdoen van asielprocedures van overlastgevers door bijvoorbeeld de rust- en voorbereidingstijd te onthouden, die normaal gesproken wordt gegeven om uit te rusten van de reis en zich voor te bereiden op de asielprocedure.

Navraag leert dat Duitsland niet een gelijksoortige lijst heeft als de Nederlandse Top-X. In België is van een dergelijke lijst evenmin sprake, wel kan het agentschap dat verantwoordelijk is voor de opvang van asielzoekers n.a.v. ernstige incidenten zoals fysiek of seksueel geweld een verzoek doen om te bekijken of er andere meldingen bekend zijn bij bijvoorbeeld politie en aan de hand daarvan bezien of een versnelling in procedures mogelijk is.

Indien er concrete aanknopingspunten zijn dat er sprake is van een strafrechtelijke veroordeling in een andere lidstaat, kan de IND deze gegevens opvragen. Wanneer dit het geval is, kan dit gevolgen hebben voor de asielaanvraag. Dit geldt ook voor strafrechtelijke gegevens uit Duitsland en België.

Voor het overige geldt dat de Top-X een nationale lijst is, die helpt bij het treffen van maatregelen op nationaal niveau. De Top-X-lijst is gebonden aan wet- en regelgeving zoals de AVG en mag, mede gelet op de eisen die worden gesteld aan de verdere verwerking van persoonsgegevens en de gevoeligheid van de onderhavige persoonsgegevens daarom niet zomaar gedeeld worden met andere lidstaten. Ondanks de beperkingen ten aanzien van gegevensdeling, blijf ik in gesprek met de andere EU-lidstaten over het voorkomen en aanpakken van overlast door asielzoekers.

Hoewel incidenten nooit honderd procent voorkomen kunnen worden, is onze inzet er blijvend op gericht om overlastgevend gedrag van asielzoekers maximaal te voorkomen en aan te pakken. Met de versterking van de nationale aanpak houden we koers.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

  • C. A. van der Maat

De Minister van Justitie en Veiligheid,

  • D. Yesilgöz-Zegerius

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 19 637, nr. 3175 9

1

   Kamerstukken II, 2022/23, 19 637, nr. 3081, TZ202304-025.

2

   Deze toezegging is gedaan door de Minister van Justitie en Veiligheid tijdens het vragenuur van 27 juni 2023.

3

   TZ202307-100.

4

   TZ202310-117.

5

   Kamerstukken II, 2021/22, 19 637, nr. 2992.

6

   Kamerstukken II, 2021/22, 19 637, nr. 2992.

7

Zie https://www.coa.nl/sites/default/files/2022-03/Maatregelenbeleid%20COA.pdf.

8

   De IGJ heeft in haar vorige bericht gerapporteerd dat over het algemeen sprake was van een goede toegang tot, en kwaliteit van de zorgverlening in de htl. Zij heeft toen aandacht gevraagd voor een aantal onderwerpen. Naar aanleiding hiervan is een aantal verbetermaatre-gelen ingevoerd, zoals opgenomen in de beleidsreactie op het rapport van 26 januari jl.

9

   WODC, Incidenten en misdrijven door bewoners van COA- en crisisnoodopvanglocaties 2017-2022, https://repository.wodc.nl/bitstream/handle/20.500.12832/3273/Cahier%202023-10-volledige-tekst.pdf?sequence=1&isAllowed=y.

10

   In 2022 werden er 2.320 unieke verdachten van misdrijven geregistreerd. Het gaat het hierbij vooral om vermogensmisdrijven (77%). Het overgrote deel daarvan (70% van het totaal) betreft diefstal/verduistering en inbraak, de grootste subgroep binnen deze categorie is winkeldiefstal (43% van het totaal).

11

   Kamerstukken II, 2022/23, 28 642, nr. 110.

12

   Kamerstukken II, 2021/22, 19 637, nr. 2992.

13

https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/asielbeleid/aanpak-overlastgevende-asielzoekers.

14

https://open.overheid.nl/documenten/ronl-b9f6ecb5-22cb-40a3-a504-642306b4de13/pdf.

15

   https://regioburgemeesters.nl/thema/openbare-orde-maatschappelijke-onrust-en-zorg/ openbare-orde/bijstand-aan-politie/.

16

   De 310-winkel-app is een commerciële-applicatie die een ondernemer kan aanschaffen om bv een aangifte te verwerken.

17

wetten.nl – Regeling – Besluit aanwijzing elektronische voorziening ex Besluit digitale stukken Strafvordering – BWBR0043754 (overheid.nl)Als elektronische voorziening als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub a, onder vier, van het Besluit digitale stukken strafvordering wordt aangewezen het digitale aangiftesysteem van de politie.


3.

Bijlagen

4.

Meer informatie

5.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

ZIE VOOR DE BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

EN DE STAATSSECRETARIS OOK

https://open.overheid.nl/documenten/dpc-1c44ff605d5b94548676545ed58620a1c30e431f/pdf

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN MINISTER VAN JUSTITIE

EN VEILIGHEID AAN DE TWEEDE KAMER

10 NOVEMBER 2023

file:///C:/Users/Essed/Downloads/Voortgang%20aanpak%20overlastgevend%20en%20crimineel%20gedrag%20door%20asielzoekers.pdf

BLADZIJDE 1

  Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

  19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 3175 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID 

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 

10 november 2023    

  Om het draagvlak voor opvang te behouden, is het van blijvend belang om overlastgevend en crimineel gedrag gericht aan te pakken. Steekpartijen, winkeldiefstallen en straatintimidatie waar asielzoekers bij betrokken zijn, dragen bij aan onveiligheid en een onveilig gevoel over asielopvang

Inmiddels ligt er met een nationale aanpak een stevig pakket aan landelijke en lokale maatregelen om overlast te voorkomen en aan te pakken. In de praktijk zien we dat deze maatregelen effect sorteren, zoals blijkt uit het recente bericht dat buschauffeurs in Ter Apel blij zijn met de maatregelen tegen overlastgevers1 en het bericht dat de gevreesde overlast van de crisisnoodopvang zich in Sittard niet voordoet.2 

Tegelijkertijd zien we dat ondanks de ingezette maatregelen, en ondanks de grote groep asielzoekers die zich wel gewoon weet te gedragen, nog steeds incidenten met grote impact plaatsvinden, zoals recent in Ter Apel, Maarheeze en Utrecht. Dat sterkt onze ambitie om de bestaande nationale aanpak verder te versterken. 

Daarbij is het afgelopen jaar de inzet van de Coördinator Nationale Aanpak Overlast van grote betekenis geweest om tot een sluitende aanpak te komen die door alle partijen met prioriteit wordt op pgepakt. In deze brief lichten we de voortgang op de maatregelen toe. 

Voorts gaan we in deze brief in op de motie van het lid Van der Plas omtrent de veiligheid in en rondom de asielzoekerscentra3 ; de motie van het lid Brekelmans omtrent de handhaving- en toezichtlocatie (htl), 

https://nos.nl/artikel/2492677-buschauffeurs-blij-met-maatregelen-tegen-overlastgevers-terapel

https://www.limburger.nl/cnt/dmf20230929_93700584

3 Kamerstukken II, 2022/23, 19 637, nr. 3149. 

  kst-19637-3175 ISSN 0921 – 7371 ’s-Gravenhage 2023

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 

BLADZIJDE 2

aangiftes, de reprimanderegeling en lik-op-stuk beleid4 ; de toezegging aan het lid Wilders5 omtrent de effectiviteit van de aanpak van de Coördinator Nationale Aanpak Overlast, de toezegging aan het lid Brekelmans omtrent gegevensuitwisseling met Duitsland en België inzake overlastgevers6 en de toezegging aan het lid Brekelmans omtrent de uitbreiding van de capaciteit van de procesbeschikbaarheidslocatie7 . 

Nationale aanpak 

Met landelijke en lokale maatregelen bundelen het Rijk en gemeenten hun krachten om tot een gezamenlijke aanpak van overlast te komen. De nationale aanpak, waar het kabinet structureel 45 miljoen euro per jaar voor heeft vrijgemaakt8 , is te onderscheiden in vier pijlers: snel beslissen in de asielprocedure, maatwerk bieden in de opvang, lik-op-stuk beleid toepassen in de openbare ruimte en inzetten op terugkeer. 

Asielprocedure 

Snel beslissen 

De Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) onderkent met de pilot procesoptimalisatie al aan de voorkant van de asielprocedure of sprake is van een (potentiële) overlastgever met een kansarme aanvraag. In zo’n geval wordt de asielaanvraag met voorrang en zo snel mogelijk behandeld door bijvoorbeeld daar waar mogelijk de rust- en voorbereidingstijd te onthouden. Door deze snelle werkmethode wordt de opvang en het asielsysteem zoveel mogelijk ontlast. 

Sinds de start van de pilot in november 2022 zijn ongeveer 480 aanvragen versneld behandeld, hiervan is er in 400 zaken versneld beslist. Hierbij gaat het overwegend om asielzoekers met de Algerijnse, Marokkaanse en Tunesische nationaliteit. Van deze groep hebben minder dan 10 asielzoekers zich later opnieuw gemeld. 

De werkmethode wordt nu ook ingezet in de sobere opvang voor asielzoekers met een kansarme aanvraag. Gezien het succes van deze pilot wordt onderzocht hoe deze pilot breder uitgerold kan worden. 

Sobere opvang kansarme asielzoekers 

Uw Kamer is reeds geïnformeerd over de nieuw in te richten vorm van versoberde opvang, bedoeld voor asielzoekers met een kansarme aanvraag.9 Het doel van deze zogeheten procesbeschikbaarheidslocaties is dat asielzoekers met een kansarme aanvraag permanent beschikbaar zijn voor de asiel-, vertrek- en beroepsprocedure, zodat deze procedures zo efficiënt en vlot als mogelijk worden doorlopen. 

Voor deze opvanglocaties geldt een sober opvangregime. Inzet is om op die manier Nederland minder aantrekkelijk te maken voor asielzoekers met een kansarme aanvraag. Onder de groep asielzoekers met een kansarme aanvraag bevindt zich een groep overlastgevende asielzoekers die met deze werkwijze ook snel afgedaan kan worden waardoor deze maatregel bijdraagt aan vermindering van overlastgevende asielzoekers. De 

4 Kamerstukken II, 2022/23, 19 637, nr. 3081, TZ202304–025. 

5 Deze toezegging is gedaan door de Minister van Justitie en Veiligheid tijdens het vragenuur van 27 juni 2023. 

6 TZ202307–100. 

7 TZ202310–117. 

8 Kamerstukken II, 2021/22, 19 637, nr. 2992. 

9 Kamerstukken II, 2021/22, 19 637, nr. 2992.    

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 2 

BLADZIJDE 3            

  procesbeschikbaarheidslocatie is een opvangmodaliteit in ontwikkeling. In Ter Apel is gestart met een pilot voor een pré-PBL. Er worden nu ervaringen opgedaan met dit concept zodat deze modaliteit verder ontwikkeld en aangepast kan worden indien dat noodzakelijk is. Het verder opschalen van de pilot gaat niet zonder slag of stoot en de beoogde snelheid is nog niet gerealiseerd.

De Staatssecretaris is daarom in voortdurend overleg met de betrokken bestuurders om met duidelijke afspraken de opschaling nu voortvarend te realiseren. Het COA en de ketenpartners werken hard om de locatie in Ter Apel zo spoedig mogelijk uit te breiden. 

Per 1 oktober jl. zijn 30 plekken gerealiseerd. Zoals reeds besproken met het lokale bestuur in Ter Apel op 12 oktober jl. wordt de capaciteit verhoogd naar 50 plekken op 29 november a.s. Vervolgens wordt gefaseerd opgebouwd, zodat op 29 januari 2024 100 plekken zijn gerealiseerd. 

Het streven is dat in november 2023 ook in Budel gestart wordt met een pré-procesbeschikbaarheidslocatie. Het is de bedoeling dat in Budel gefaseerd opgeschaald wordt naar circa 50 plekken. Voorts vinden er constructieve gesprekken plaats met de gemeente Almere over een eventuele ingebruikname van de penitentiaire inrichting. De Staatssecretaris blijft zich onverminderd inzetten voor het realiseren van meer van dit soort locaties. 

Opvang 

Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft de afgelopen maanden verschillende pilots ingezet om overlast te voorkomen en de opvangvoorzieningen veilig te houden voor asielzoekers en COA-medewerkers. 

Wanneer asielzoekers toch (ernstige) overlast veroorzaken past het COA maatregelen toe10 en kunnen de overlastgevers bijvoorbeeld naar een handhaving- en toezichtlocatie worden overgeplaatst. 

Pilot (potentiële) overlastgever vroegtijdig in beeld 

Op 13 COA-locaties begeleiden en activeren medewerkers intensief de asielzoekers die (potentieel) overlastgevend gedrag vertonen. De evaluatie van de pilot is positief. Medewerkers en locatiemanagers van de pilotlocaties geven unaniem aan dat de impact van de incidenten is afgenomen. 

Daarnaast hebben zij gevoelsmatig meer controle op locatie en is het rustiger. De positieve resultaten hebben ertoe geleid dat het COA gaat bekijken hoe zij de werkwijze van de pilot landelijk kan uitbreiden. 

Ambulant Ondersteunings Team 

Het Ambulant Ondersteunings Team (AOT) is als pilot opgericht om COA-medewerkers op de locaties te ontlasten en te ondersteunen wanneer sprake is van veel incidenten of een incident met zeer hoge impact plaatsvindt. Daarbij is zowel aandacht voor toerusting van het team als intensieve praktijkbegeleiding. 

COA-werknemers en locatiemanagers waarderen het positief om door deze ervaren medewerkers met hun expertise te worden ondersteund. Daarom is de inzet nu om deze pilot structureel in te richten. 

Handhaving- en toezichtlocatie (htl) 

Asielzoekers die (ernstige) overlast veroorzaken, kunnen op de handhaving- en toezichtlocatie in Hoogeveen worden geplaatst. Daarbij 

10 Zie https://www.coa.nl/sites/default/files/2022–03/Maatregelenbeleid%20COA.pdf

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 3 

BLADZIJDE 4                  

  krijgt de asielzoeker een vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 56 van de Vreemdelingenwet opgelegd.

Op 11 augustus jl. heeft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) een brief gepubliceerd over haar vervolgbezoek aan de htl. De IGJ constateert dat alle onderwerpen waar de Inspectie eerder aandacht voor vroeg, nu voldoende onder de aandacht zijn gebracht en door de managers van het COA worden gemonitord.11 

Tijdens het commissiedebat van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid van 28 juni jl. (Kamerstuk 19 637, nr. 3157) is toegezegd te onderzoeken of de htl ook kan worden gebruikt voor ontheemden uit Oekraïne die in gemeentelijke opvanglocaties herhaaldelijk voor overlast zorgen. 

De mogelijkheden hiertoe worden op dit moment onderzocht. Daarbij wordt allereerst gekeken of plaatsing van ontheemden uit Oekraïne in de htl een adequate oplossing vormt voor de problematiek zoals gemeenten die ervaren. Voor het einde van dit jaar wordt uw Kamer nader geïnformeerd over de resultaten van deze verkenning. 

Openbare ruimte 

Lik-op-stuk 

Asielzoekers die een misdrijf plegen, mogen daar niet ongestraft mee wegkomen. Daarom is het afgelopen jaar de aansluiting tussen de vreemdelingenketen en de strafrechtketen nadrukkelijk versterkt. Dit heeft geleid tot kortere afstemmingslijnen tussen het openbaar ministerie en de betrokken partners. Daarnaast heeft het delen van kennis en ervaring wederzijds tot inzicht en begrip geleid in de problematiek en kon men elkaar aanspreken op mogelijke verbeteringen in werkwijzen. 

Uit de WODC incidentenrapportage blijkt dat in 2022 3% van de asielzoekers verdacht werd van een misdrijf. Het meest voorkomende type misdrijf waar asielzoekers van verdacht worden is vermogensmisdrijven.

12 Daarbij gaat het overwegend om diefstal/verduistering en inbraak

.13 Het openbaar ministerie heeft geïnvesteerd in het verbeteren van de (snelle) afdoening van strafbare feiten door overlastgevende asielzoekers die binnenstromen op de zogeheten ZSM-locaties (Zorgvuldig, Snel, Maatwerk). Dit gebeurt door in te zetten op lik-op-stuk, zodat snel duidelijk is voor de verdachte asielzoeker welke sanctie wordt opgelegd. Denk daarbij aan de inzet van (super)snelrecht en directe uitvoering van de sanctie. 

Op deze manier is voor een criminele asielzoeker duidelijk dat het plegen van een misdrijf zoals een winkeldiefstal, directe gevolgen heeft en niet ongestraft blijft. Per 1 november jl. is een pilot in Noord-Nederland gestart om naast snelrecht, ook supersnelrecht in te zetten. Op deze manier wordt voorkomen dat de asielzoeker zijn straf kan ontlopen. 

11 De IGJ heeft in haar vorige bericht gerapporteerd dat over het algemeen sprake was van een goede toegang tot, en kwaliteit van de zorgverlening in de htl. Zij heeft toen aandacht gevraagd voor een aantal onderwerpen. Naar aanleiding hiervan is een aantal verbetermaatregelen ingevoerd, zoals opgenomen in de beleidsreactie op het rapport van 26 januari jl. 

12 WODC, Incidenten en misdrijven door bewoners van COA- en crisisnoodopvanglocaties 2017–2022, https://repository.wodc.nl/bitstream/handle/20.500.12832/3273/Cahier%202023–10- volledige-tekst.pdf?sequence=1&isAllowed=y

13 In 2022 werden er 2.320 unieke verdachten van misdrijven geregistreerd. Het gaat het hierbij vooral om vermogensmisdrijven (77%). Het overgrote deel daarvan (70% van het totaal) betreft diefstal/verduistering en inbraak, de grootste subgroep binnen deze categorie is winkeldiefstal (43% van het totaal).            

  Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 4

BLADZIJDE 5

Openbaar vervoer 

De Ministeries van JenV en IenW, COA, politie en vervoerders werken aan een integraal plan van aanpak om overlastgevend gedrag van asielzoekers in het openbaar vervoer aan te pakken. Dit plan van aanpak is onderdeel van een bredere aanpak van het Ministerie van IenW om de sociale veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren. 

Hier heeft de Staatssecretaris van IenW uw Kamer bij brief van 26 juli jl. over geïnformeerd.14 

De aanpak van overlastgevende asielzoekers in het openbaar vervoer, ziet op drie verschillende thema’s: betalingsproblematiek, dossieropbouw en identificatie. Zo onderzoekt het Ministerie van Justitie en Veiligheid samen met NS en COA de mogelijkheden van het op naam zetten van dagkaarten die asielzoekers ontvangen van het COA om bijvoorbeeld een reis te maken in het kader van de asielprocedure. 

Dit voorkomt dat kaarten doorverkocht kunnen worden, wat mogelijk zwartrijden tegengaat. Daarnaast heeft COA met input van vervoerders de voorlichting aan asielzoekers over de werking van het openbaar vervoer verbeterd. Dit voorlichtingsmateriaal wordt in het najaar gepubliceerd op de informatiesite voor COA-bewoners 

Verder voert het COA begin 2024 op alle COA-locaties een nieuw betaalmiddel in, waarmee asielzoekers in het openbaar vervoer gemakkelijker vervoersbewijzen kunnen kopen. Ook dit moet bijdragen aan het verminderen van reizen zonder geldig vervoersbewijs. Vooruitlopend hierop zijn pilots gestart met dat nieuwe betaalmiddel, waarmee nu in ieder geval al online tickets gekocht kunnen worden. 

Om overlastgevers in het openbaar vervoer sneller en effectiever aan te pakken, worden de mogelijkheden voor dossieropbouw en gegevensdeling met inachtneming van privacyregelgeving onderzocht. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid werkt samen met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat aan het verbeteren van de mogelijkheden die boa’s hebben om personen die overlast veroorzaken te identificeren. 

Terugkeer 

Zoals eerder gemeld aan de Kamer heeft het kabinet structureel 15 miljoen euro gereserveerd voor het bevorderen van terugkeer, met specifieke aandacht voor afgewezen asielzoekers die overlastgevend gedrag vertonen.15 

Een deel van dit budget wordt gebruikt om het terugkeerproces wendbaarder en slagvaardiger te maken. Voorbeelden hiervan zijn het organiseren van meer capaciteit op het proces van inbewaringstelling, de uitbreiding van het soort zaken waarin de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) een bewaringsmaatregel oplegt en de inbedding van specialistische functies in de operatie van de DT&V. 

De nadere uitwerking hiervan vindt momenteel plaats en omvat onder andere de opvolging van een al uitgevoerde uitvoeringstoets 

Aanvullend hierop vinden ook investeringen plaats om de bestaande kabinetsinzet ten aanzien van migratiepartnerschappen met belangrijke transit- en herkomstlanden te verdiepen en verbreden. De verwachting is dat de eerste plannen eind dit jaar en begin volgend jaar in uitvoering gebracht kunnen worden. 

14 Kamerstukken II, 2022/23, 28 642, nr. 110. 

15 Kamerstukken II, 2021/22, 19 637, nr. 2992.  

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 5 

BLADZIJDE 6              

  Lokale maatregelen

Als Rijk doen we er alles aan om overlast veroorzaakt door asielzoekers beheersbaar te houden. Overlast wordt op lokaal niveau ervaren. Daarom is naast een nationale aanpak aanvullend lokaal maatwerk nodig. 

Financiering voor lokale maatregelen 

Gemeenten kunnen een beroep doen op de SPUK-regeling voor een financiële compensatie voor (preventieve) maatregelen voor de aanpak van overlastgevend gedrag door asielzoekers. Het Ministerie van JenV stelt op deze manier ieder jaar budget beschikbaar voor de financiering van lokale (kleinschalige) maatregelen tegen overlast buiten de opvanglocaties. Hierdoor hebben gemeenten zelf de mogelijkheid te bepalen welke aanpak het beste bij hun problematiek past. 

De maatregelen waarvoor dit budget wordt gebruikt verschillen per gemeente. Hierbij valt te denken aan preventieve maatregelen zoals het organiseren van gemeenschappelijke activiteiten met buurtbewoners, maar ook aan de inzet van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s), bodycams of extra cameratoezicht. De nieuwe regeling, waarmee 2 miljoen euro beschikbaar wordt gesteld, is op 1 oktober jl. gepubliceerd.16 

Toolbox 

Om gemeentes op weg te helpen in een lokale aanpak, is in de Toolbox17 een groot aantal maatregelen verzameld die gemeenten in kunnen zetten. Het is een mix van bestuurlijke en praktische, vaak creatieve oplossingen die met elkaar samenhangen en helpen om overlast door asielzoekers te voorkomen en aan te pakken. 

Het kan variëren van het inrichten van een lokale projectgroep en het organiseren van (gemeenschappelijke) activiteiten met asielzoekers en bewoners van de gemeente tot en met het inzetten van extra beveiliging, cameratoezicht en gebiedsverboden. 

Daarbij worden ook enkele praktijkvoorbeelden uit verschillende gemeentes uitgelicht. Deze Toolbox is een update van de Toolbox die in 2020 is gepubliceerd. 

Mobiele toezichtteams 

Op verschillende locaties in het land waar veel overlast werd ervaren, zijn mobiele toezichtteams aangesteld. Met hun zichtbaarheid en aanwezigheid zetten de toezichthouders zich in om bepaalde vormen van overlast te voorkomen. 

Na de succesvolle start van het toezichtteam in Ter Apel, is dit concept uitgebreid naar Cranendonck, Hardenberg, Weert, Maarheeze, Zweeloo en Delfzijl. In al deze gemeenten is nog sprake van een pilot, maar de inzet is om toezichtteams structureel in te zetten. 

De inzet van de teams blijkt succesvol te zijn. Door tijdig te interveniëren weten de toezichthouders vaak de angel uit conflictsituaties te halen en zo overlastsituaties te voorkomen. Lokale ondernemers en buurtbewoners waarderen deze inzet. 

Motie Van der Plas 

In de motie van het lid Van der Plas wordt de regering verzocht in en rondom asielzoekerscentra meer veiligheidspersoneel in te zetten ter bescherming van hunzelf en omwonenden. 

16 https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/asielbeleid/aanpak-overlastgevende-asielzoekers

17 https://open.overheid.nl/documenten/ronl-b9f6ecb5–22cb-40a3-a504–642306b4de13/pdf.               

  Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 6

BLADZIJDE 7

Uitgangspunt is dat asielzoekers, COA-personeel en omwonenden een veilige werk- en leefomgeving dienen te hebben. Dit bereiken we door te voorkomen dat er overlast op de opvanglocatie ontstaat, door mensen die ernstige overlast veroorzaken persoonsgericht aan te pakken en door overlastgevers over te plaatsen naar de htl. 

Voor zover met veiligheidspersoneel de politie wordt bedoeld is de regeling van toepassing zoals beschreven in bijgaande Toolbox. Politiecapaciteit is per definitie schaars en alle eenheden voelen die schaarste. Binnen regionale politie-eenheden wordt doorlopend bezien waar de prioriteiten liggen voor inzet van de politie.18 

Motie Brekelmans 

In de motie van het lid Brekelmans wordt de regering (a) verzocht zo veel mogelijk gebruik te blijven maken van de inzet van de handhaving- en toezichtlocatie, en bij de keuze tot een doorverwijzing ook overlastgevend gedrag buiten het azc mee te nemen; 

(b) wordt de regering verzocht te onderzoeken hoe het doen van aangifte in gemeenten met veel overlast kan worden vergemakkelijkt; en (c) wordt de regering verzocht zich ervoor in te zetten dat de reprimanderegeling in gebieden met veel overlast buiten werking wordt gesteld, en er juist wordt ingezet op lik-opstukbeleid door inzet van strafrecht in de vorm van snelrecht en/of een stelselmatige aanpak van daders 

(a) Handhaving- en toezichtlocatie 

Het is reeds staand beleid dat vreemdelingen die (ernstige) overlast veroorzaken, op de handhaving- en toezichtlocatie worden geplaatst. In 2021 is de Regeling verstrekkingen asielzoekers aangepast om buiten twijfel te stellen dat incidenten die buiten de opvangvoorziening hebben plaatsgevonden, ook kunnen worden meegenomen bij een htl-plaatsing. 

(b) Doen van aangifte vergemakkelijken 

Er bestaat een algemene regeling rondom civiele schadeloosstelling van winkeldiefstal. Politie werkt in dat kader samen met een organisatie als SODA, maar ook met andere organisaties, zoals Overlast Registratie Nederland (ORN) en de Landelijke Associatie van Gerechtsdeurwaarders (LAVG). Winkeliers kunnen contracten afsluiten met deze organisaties, die vervolgens als tussenpersoon kunnen fungeren in opdracht van de getroffen winkeleigenaar. 

Wanneer bijvoorbeeld sprake is van winkeldiefstal kan een winkeleigenaar via een tussenpersoon een verzoek om schadeloosstelling indienen. 

n. De samenwerkingen met deze tussenpersonen zijn over het algemeen positief. 

. Een aanvraag is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de specifieke situatie van de aanvraag (welke specifieke informatie is er nodig) wat soms maatwerk vergt, maar ook hoe ver een tussenpersoon is in de digitale informatisering en de mate waarop deze aansluit op de systemen van politie. 

. De applicaties die de tussenpersonen hiervoor kunnen gebruiken, zoals de 310-winkel-app19, waar het lid Brekelmans aan refereert in het debat van 6 april jl., moeten echter wel kunnen communiceren met het digitale aangifte systeem van de politie, 

18 https://regioburgemeesters.nl/thema/openbare-orde-maatschappelijke-onrust-en-zorg/ openbare-orde/bijstand-aan-politie/

19 De 310-winkel-app is een commerciële-applicatie die een ondernemer kan aanschaffen om bv een aangifte te verwerken.  

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 7 

BLADZIJDE 8

  dat leidend is in het doen van aangifte20. Omdat gebleken is dat de communicatie van bepaalde commerciële applicaties nog niet altijd goed communiceert met het systeem van de politie, wordt in het kader van een verbeterde dienstverlening en de inzet op een verbeterde publiek-private samenwerking momenteel bekeken hoe politie dit beter zou kunnen faciliteren

. De politie experimenteert via de pilot gegevensuitwisseling in de regio Rotterdam en Noord-Holland met een koppeling tussen de software applicatie van verschillende retailers en de politiesystemen. 

Wanneer succesvol, zal dit op termijn de aangifte of het proces van schadeloosstelling via verschillende applicaties makkelijker maken. 

(c) Reprimande en lik-op-stuk 

Het OM vindt het belangrijk om duidelijk uit te leggen wat de reikwijdte is van de reprimanderegeling en hoe deze wordt toegepast. Om die reden vinden gesprekken plaats met ondernemers in Ter Apel en het gemeentebestuur. 

In die gesprekken wordt onder meer aangegeven dat een reprimande alleen kan worden opgelegd als wordt voldaan aan de daarvoor gestelde voorwaarden. 

De reprimanderegeling voor meerderjarige first offenders geldt alleen voor een zogeheten eenvoudige winkeldiefstal, waarbij de waarde van de weggenomen goederen onder de 50 euro ligt. 

De verdachte dient de diefstal te bekennen en het gestolen goed terug te geven. In veel gevallen is een reprimande dan ook niet mogelijk. Als een reprimande wordt opgelegd wordt de verdachte geregistreerd in de landelijke politiesystemen. Een reprimande wordt bovendien altijd gegeven in combinatie met een winkelverbod. 

Overtreding van een winkelverbod is een misdrijf, waarop politie kan acteren. Bij een volgende aanhouding wordt er dan ook geen reprimande meer opgelegd. De lik-op-stuk aanpak zoals hiervoor toegelicht geldt dan onverkort. 

Toezegging Wilders 

De toezegging aan het lid Wilders ziet toe op het inzichtelijk maken hoe effectief de aanpak van de Coördinator Nationale Aanpak Overlast is 

In september 2022 bent u geïnformeerd over de aanstelling van een Coördinator Nationale Aanpak Overlast (CNAO). Het afgelopen jaar heeft hij met verschillende actielijnen de aanpak van overlastgevende asielzoekers versterkt. 

Deze drie actielijnen zien op het verbeteren van de aansluiting van de vreemdelingenketen met de strafrechtketen, het aanjagen van de pilot procesoptimalisatie en het inzetten van mobiele toezichtteams. 

De voortgang op deze drie actielijnen is hierboven toegelicht (onder de kopjes snel beslissen, lik-op-stuk en mobiele toezichtteams). 

De Coördinator heeft zijn opdracht in augustus jl. afgerond. We zijn de Coördinator erkentelijk voor de voortvarendheid waarmee hij zijn opdracht heeft uitgevoerd en dankbaar voor de resultaten. Zijn aanbevelingen sterken onze ambitie om zijn actielijnen als onderdeel van de nationale aanpak te continueren. 

Toezegging Brekelmans 

Tot slot ga ik in op de toezegging aan het lid Brekelmans om de Kamer te informeren over gegevensuitwisseling met Duitsland en België inzake 

20 wetten.nl – Regeling – Besluit aanwijzing elektronische voorziening ex Besluit digitale stukken Strafvordering – BWBR0043754 (overheid.nl

)Als elektronische voorziening als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub a, onder vier, van het Besluit digitale stukken strafvordering wordt aangewezen het digitale aangiftesysteem van de politie.     

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 19 637, nr. 3175 8 

BLADZIJDE 9    

  overlastgevers om de asielprocedure te kunnen versnellen, wanneer er sprake is van overlast.

De Top-X aanpak is een van de instrumenten bij de Nederlandse aanpak van overlastgevend en/of crimineel gedrag van asielzoekers. Het doel van de Top-X aanpak is het verkrijgen van zicht op de omvang en aard van de zwaarste groep overlastgevende en/of criminele asielzoekers o.a. middels het opstellen van de Top-X lijst. 

In het lokaal ketenoverleg (LKO) worden bewoners die op de Top-X lijst staan besproken met de ketenpartners en wordt in gezamenlijkheid een persoonsgerichte aanpak opgesteld. Ketenpartners kunnen maatregelen treffen zoals het inhouden van leefgeld, het versneld afdoen van de asielprocedure of met prioriteit inzetten op terugkeer 

Zoals eerder aangehaald wordt in Ter Apel via de pilot procesoptimalisatie ingezet op het versneld afdoen van asielprocedures van overlastgevers door bijvoorbeeld de rust- en voorbereidingstijd te onthouden, die normaal gesproken wordt gegeven om uit te rusten van de reis en zich voor te bereiden op de asielprocedure. 

Navraag leert dat Duitsland niet een gelijksoortige lijst heeft als de Nederlandse Top-X. 

. In België is van een dergelijke lijst evenmin sprake, wel kan het agentschap dat verantwoordelijk is voor de opvang van asielzoekers n.a.v. ernstige incidenten zoals fysiek of seksueel geweld een verzoek doen om te bekijken of er andere meldingen bekend zijn bij bijvoorbeeld politie en aan de hand daarvan bezien of een versnelling in procedures mogelijk is. 

Indien er concrete aanknopingspunten zijn dat er sprake is van een strafrechtelijke veroordeling in een andere lidstaat, kan de IND deze gegevens opvragen. 

Wanneer dit het geval is, kan dit gevolgen hebben voor de asielaanvraag. Dit geldt ook voor strafrechtelijke gegevens uit Duitsland en België. 

Voor het overige geldt dat de Top-X een nationale lijst is, die helpt bij het treffen van maatregelen op nationaal niveau. De Top-X-lijst is gebonden aan wet- en regelgeving zoals de AVG en mag, mede gelet op de eisen die worden gesteld aan de verdere verwerking van persoonsgegevens en de gevoeligheid van de onderhavige persoonsgegevens daarom niet zomaar gedeeld worden met andere lidstaten. 

Ondanks de beperkingen ten aanzien van gegevensdeling, blijf ik in gesprek met de andere EU-lidstaten over het voorkomen en aanpakken van overlast door asielzoekers. 

Hoewel incidenten nooit honderd procent voorkomen kunnen worden, is onze inzet er blijvend op gericht om overlastgevend gedrag van asielzoekers maximaal te voorkomen en aan  te pakken.

Met de versterking van de nationale aanpak houden we koers.  

 De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

 C.A. van der Maat  

De Minister van Justitie en Veiligheid,

D. Yesilgöz-Zegerius 

Reacties uitgeschakeld voor Noten 117 en 118/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 115 en 116/HOOFDSTUK IV

[115]

AMNESTY INTERNATIONAL

ETNISCH PROFILEREN DOOR DE POLITIE

https://www.amnesty.nl/wat-we-doen/landen/mensenrechten-nederland/etnisch-profileren-door-de-politie

Mensen van kleur en mensen met een migratieachtergrond worden in Nederland vaker onderworpen aan controles door de politie dan witte mensen. Als de politie mensen mede vanwege hun huidskleur of afkomst stoppen, controleren of fouilleren, terwijl daar geen objectieve en redelijke rechtvaardiging voor is, is er sprake van etnisch profileren.
Etnisch profileren is een vorm van discriminatie door de overheid en in strijd met de mensenrechten. Het draagt bij aan een negatieve beeldvorming over groepen mensen, schaadt de legitimiteit van de Nederlandse politie en draagt niet bij aan de bestrijding van criminaliteit.

Het probleem

Bij politiecontroles op straat worden mensen staande gehouden en gecontroleerd, ook wanneer zij geen verdachte zijn. Uit onderzoek, waaronder dat van Amnesty, blijkt dat etnisch profileren plaatsvindt bij identiteits- en verkeerscontroles, preventief fouilleren en bij controles op illegaal verblijf. In 2013 publiceerde Amnesty twee rapporten over het probleem en de gevolgen van etnisch profileren door de Nederlandse politie: ‘Proactief politieoptreden vormt een risico voor mensenrechten’ en ‘Gelijkheid onder druk’. De politie heeft zeer ruime bevoegdheden voor het controleren van mensen die geen verdachten zijn. Deze bevoegdheden zijn ruim en vaag omschreven en op de toepassing wordt nauwelijks toezicht gehouden. Daarmee staat de deur open voor willekeur en discriminatie.

Daarnaast gebruikt de politie steeds vaker (geautomatiseerde) risicoprofielen in hun zoektocht naar potentiële daders. In oktober 2020 bracht Amnesty een rapport uit over de mensenrechtenrisico’s van dit soort risicoprofielen: ‘Wij ruiken onraad’. In dit rapport legt Amnesty uit hoe de Nederlandse politie gebruikmaakt van gegevens en risicomodellen om te bepalen op wie zij hun aandacht richten. Dat wordt ook wel predictive policing genoemd. Een experiment van de politie in Roermond leidde tot geautomatiseerd etnisch profileren. In 2024 concludeert Amnesty in het rapport ‘Etnisch profileren is overheidsbreed probleem’ dat er nog steeds reële risico’s op etnisch profileren bestaan en de aanpak ervan onvoldoende effectief is.

Wat wil Amnesty?

Amnesty wil dat er betere waarborgen komen voor naleving van mensenrechten bij politiecontroles. Het beleid van het kabinet en de politie richt zich met name op training en bewustwording van agenten, diversiteit in de politieorganisatie en een betere klachtenbehandeling. Deze maatregelen zijn een stap in de goede richting, maar er is meer nodig om etnisch profileren door de politie uit te bannen. Amnesty meent dat etnisch profileren kan worden tegengegaan door de volgende maatregelen:

  • Een expliciet verbod op het gebruik van nationaliteit, etniciteit en andere afkomstgerelateerde kenmerken in beslissingen om burgers te controleren in de context van wetshandhaving. Lees hier meer over onze oproep aan het kabinet om discriminerende risicoprofielen tegen te gaan.
  • De wettelijke bevoegdheden om mensen te controleren moeten duidelijker worden omschreven, zodat politieagenten beter weten wat wel en niet mag. Het uitgangspunt moet zijn dat mensen jegens wie geen redelijk vermoeden van schuld bestaat, niet gecontroleerd worden.
  • Betere instructies voor politieagenten over hoe ze burgers moeten selecteren voor controles, waaronder bij identiteits-, verkeers- en grenscontroles, en bij preventief fouilleren.
  • Betere regels voor het gebruik van algoritmen in politiewerk, zoals een verplichte mensenrechtentoets en registratie in het algoritmeregister. Amnesty schreef een briefing over de regulering van algoritmen.
  • Registratie en evaluatie van politiecontroles. Zonder registratie kunnen de effectiviteit en de onvoorziene neveneffecten (zoals discriminatie) niet goed worden vastgesteld en verantwoord. Stopformulieren zijn een beproefd instrument voor monitoring en verantwoording. Amnesty schreef hier een memo over.
  • Scherper toezicht op politiecontroles. Toezichthouders zoals de Autoriteit Persoonsgegevens en de Nationale ombudsman moeten voldoende bevoegdheden, capaciteit en expertise hebben om politiecontroles (uit eigen beweging) te onderzoeken en in geval van misstanden handhavend te kunnen optreden.

Hoe probeert Amnesty dit te bereiken?

In 2024 roepen Amnesty en Controle Alt Delete de regering opnieuw op om effectieve maatregelen te nemen om etnisch profileren uit te bannen. Lees hier meer over de campagne, teken de petitie en deel je verhaal. In het rapport ‘Etnisch profileren is overheidsbreed probleem’ doet Amnesty aanbevelingen voor een pakket van maatregelen.

Amnesty informeert burgers over ‘de impact van etnisch profileren’. Ook hebben we informatie over je rechten tijdens politiecontroles, zoals een folder en een video. Speciaal voor het mbo ontwikkelde Amnesty het lesmateriaal ‘Profiel X: Leren of ProfiLeren’. Amnesty werkt samen met Controle Alt Delete, een organisatie die (jonge) mensen informeert over en betrekt bij de discussies over de aanpak van etnisch profileren.

Daarnaast doet Amnesty onderzoek naar geautomatiseerde risicoprofilering, soms ook wel ‘predictive policing’ genoemd. In 2020 verscheen daarover het rapport ‘Wij ruiken onraad’.

Amnesty spande in februari 2020 samen met andere organisaties en twee burgers een rechtszaak aan tegen de Koninklijke Marechaussee. De uitspraak in hoger beroep in 2023 bevestigt (vermeende) afkomst nooit een rol mag spelen in beslissingen om mensen te controleren. Deze uitspraak is ook relevant voor politiecontroles. Lees meer over de rechtszaak.

Discriminatie melden

Voel je je gediscrimineerd door de politie, Koninklijke Marechaussee of andere wetshandhavers? Of zie je dat een ander gediscrimineerd wordt? Doe er wat mee!

Meer informatie

[116]

”  De politie vreesde voor etnisch profileren, officieren van justitie beklaagden zich over politieke inmenging. Maar wie niet wilde meewerken, kreeg van Loef te horen: dit is wat de minister wil.”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN

OMSTREDEN ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649
Lezen zonder Paywall

https://archive.is/WGNRr#selection-2759.189-2759.383

ZIE VOOR GEHELE ARTIKEL, NOOT 96

Reacties uitgeschakeld voor Noten 115 en 116/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 111 t/m 114/HOOFDSTUK IV

111]

”De vreemdelingenpolitie, die de asielzoekers volgens dit plan aan de poort zou moeten gaan selecteren, reageert woedend. „Hoe bepaal je de criteria van een overlastgevende vreemdeling aan de voorkant?”, schrijft de politiedienst in een intern document uit de herfst van 2022. „Is dat op afkomst of uiterlijk? Ligt etnisch profileren hier niet op de loer?”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

[112]

ZIE NOOT 111

[113]

Je kunt niet iemand vastzetten omdat hij uit Tunesië komt.”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

[114]

”De baas van de vreemdelingenpolitie weigert aan het plan mee te werken.”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

Reacties uitgeschakeld voor Noten 111 t/m 114/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 107 t/m 110/HOOFDSTUK IV

[107]

” Een vertrouweling van minister Yesilgöz zette ambtenaren onder druk mee te werken aan een aanpak voor overlastgevers. Daarin werd bewust vaag gelaten wat overlast is, zodat zoveel mogelijk asielzoekers kunnen worden aangepakt. ”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

[108]

”Zijn volgende plan: asielzoekers die voor overlast zorgen zo snel mogelijk uit het asielsysteem werken. Want wie de overlastgevers zijn, is volgens Loef wel duidelijk. „Noem ze Marokkanen, noem ze Noord-Afrikanen. Die bedoel ik.”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

[109]

”Het plan beschrijft hoe potentiële overlastgevers meteen bij aankomst in Nederland naar een sobere opvang moeten worden gestuurd, met slechts ‘bed, bad, brood’. Waar andere asielzoekers vaak meer dan een jaar op een inwilliging van een asielverzoek wachten, moet deze groep binnen een paar dagen worden afgewezen. Als ze daartegen in beroep gaan, moeten ze naar een nóg strengere locatie, zo staat in het document dat in bezit is van NRC.”

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

[110]

Etnisch profileren is volgens de definitie van de Nederlandse politie en Amnesty International het gebruik maken van criteria als huidskleurnationaliteitetniciteittaal of geloof bij opsporing of handhaving, terwijl dat niet objectief te rechtvaardigen is.[1][2]

Er bestaat een onderscheid tussen geaccepteerd en gelegitimeerd profileren en etnisch profileren.[3] Bij gelegitimeerd profileren wordt geprobeerd personen te identificeren waarbij het aannemelijk is dat die mogelijk een strafbaar feit zouden plegen op basis van objectieve indicatoren.[3] Bij etnisch profileren wordt aan de hand van iemands rasetniciteitnationaliteitcultuur of godsdienst het risico op het plegen van een strafbaar feit bepaald”

WIKIPEDIA

ETNISCH PROFILEREN

https://nl.wikipedia.org/wiki/Etnisch_profileren

AMNESTY INTERNATIONAL

ETNISCH PROFILEREN DOOR DE POLITIE

https://www.amnesty.nl/wat-we-doen/landen/mensenrechten-nederland/etnisch-profileren-door-de-politie

Mensen van kleur en mensen met een migratieachtergrond worden in Nederland vaker onderworpen aan controles door de politie dan witte mensen. Als de politie mensen mede vanwege hun huidskleur of afkomst stoppen, controleren of fouilleren, terwijl daar geen objectieve en redelijke rechtvaardiging voor is, is er sprake van etnisch profileren.
Etnisch profileren is een vorm van discriminatie door de overheid en in strijd met de mensenrechten. Het draagt bij aan een negatieve beeldvorming over groepen mensen, schaadt de legitimiteit van de Nederlandse politie en draagt niet bij aan de bestrijding van criminaliteit.

Het probleem

Bij politiecontroles op straat worden mensen staande gehouden en gecontroleerd, ook wanneer zij geen verdachte zijn. Uit onderzoek, waaronder dat van Amnesty, blijkt dat etnisch profileren plaatsvindt bij identiteits- en verkeerscontroles, preventief fouilleren en bij controles op illegaal verblijf. In 2013 publiceerde Amnesty twee rapporten over het probleem en de gevolgen van etnisch profileren door de Nederlandse politie: ‘Proactief politieoptreden vormt een risico voor mensenrechten’ en ‘Gelijkheid onder druk’. De politie heeft zeer ruime bevoegdheden voor het controleren van mensen die geen verdachten zijn. Deze bevoegdheden zijn ruim en vaag omschreven en op de toepassing wordt nauwelijks toezicht gehouden. Daarmee staat de deur open voor willekeur en discriminatie.

Daarnaast gebruikt de politie steeds vaker (geautomatiseerde) risicoprofielen in hun zoektocht naar potentiële daders. In oktober 2020 bracht Amnesty een rapport uit over de mensenrechtenrisico’s van dit soort risicoprofielen: ‘Wij ruiken onraad’. In dit rapport legt Amnesty uit hoe de Nederlandse politie gebruikmaakt van gegevens en risicomodellen om te bepalen op wie zij hun aandacht richten. Dat wordt ook wel predictive policing genoemd. Een experiment van de politie in Roermond leidde tot geautomatiseerd etnisch profileren. In 2024 concludeert Amnesty in het rapport ‘Etnisch profileren is overheidsbreed probleem’ dat er nog steeds reële risico’s op etnisch profileren bestaan en de aanpak ervan onvoldoende effectief is.

Wat wil Amnesty?

Amnesty wil dat er betere waarborgen komen voor naleving van mensenrechten bij politiecontroles. Het beleid van het kabinet en de politie richt zich met name op training en bewustwording van agenten, diversiteit in de politieorganisatie en een betere klachtenbehandeling. Deze maatregelen zijn een stap in de goede richting, maar er is meer nodig om etnisch profileren door de politie uit te bannen. Amnesty meent dat etnisch profileren kan worden tegengegaan door de volgende maatregelen:

  • Een expliciet verbod op het gebruik van nationaliteit, etniciteit en andere afkomstgerelateerde kenmerken in beslissingen om burgers te controleren in de context van wetshandhaving. Lees hier meer over onze oproep aan het kabinet om discriminerende risicoprofielen tegen te gaan.
  • De wettelijke bevoegdheden om mensen te controleren moeten duidelijker worden omschreven, zodat politieagenten beter weten wat wel en niet mag. Het uitgangspunt moet zijn dat mensen jegens wie geen redelijk vermoeden van schuld bestaat, niet gecontroleerd worden.
  • Betere instructies voor politieagenten over hoe ze burgers moeten selecteren voor controles, waaronder bij identiteits-, verkeers- en grenscontroles, en bij preventief fouilleren.
  • Betere regels voor het gebruik van algoritmen in politiewerk, zoals een verplichte mensenrechtentoets en registratie in het algoritmeregister. Amnesty schreef een briefing over de regulering van algoritmen.
  • Registratie en evaluatie van politiecontroles. Zonder registratie kunnen de effectiviteit en de onvoorziene neveneffecten (zoals discriminatie) niet goed worden vastgesteld en verantwoord. Stopformulieren zijn een beproefd instrument voor monitoring en verantwoording. Amnesty schreef hier een memo over.
  • Scherper toezicht op politiecontroles. Toezichthouders zoals de Autoriteit Persoonsgegevens en de Nationale ombudsman moeten voldoende bevoegdheden, capaciteit en expertise hebben om politiecontroles (uit eigen beweging) te onderzoeken en in geval van misstanden handhavend te kunnen optreden.

Hoe probeert Amnesty dit te bereiken?

In 2024 roepen Amnesty en Controle Alt Delete de regering opnieuw op om effectieve maatregelen te nemen om etnisch profileren uit te bannen. Lees hier meer over de campagne, teken de petitie en deel je verhaal. In het rapport ‘Etnisch profileren is overheidsbreed probleem’ doet Amnesty aanbevelingen voor een pakket van maatregelen.

Amnesty informeert burgers over ‘de impact van etnisch profileren’. Ook hebben we informatie over je rechten tijdens politiecontroles, zoals een folder en een video. Speciaal voor het mbo ontwikkelde Amnesty het lesmateriaal ‘Profiel X: Leren of ProfiLeren’. Amnesty werkt samen met Controle Alt Delete, een organisatie die (jonge) mensen informeert over en betrekt bij de discussies over de aanpak van etnisch profileren.

Daarnaast doet Amnesty onderzoek naar geautomatiseerde risicoprofilering, soms ook wel ‘predictive policing’ genoemd. In 2020 verscheen daarover het rapport ‘Wij ruiken onraad’.

Amnesty spande in februari 2020 samen met andere organisaties en twee burgers een rechtszaak aan tegen de Koninklijke Marechaussee. De uitspraak in hoger beroep in 2023 bevestigt (vermeende) afkomst nooit een rol mag spelen in beslissingen om mensen te controleren. Deze uitspraak is ook relevant voor politiecontroles. Lees meer over de rechtszaak.

Discriminatie melden

Voel je je gediscrimineerd door de politie, Koninklijke Marechaussee of andere wetshandhavers? Of zie je dat een ander gediscrimineerd wordt? Doe er wat mee!

Meer informatie

RAPPORT AMNESTY INTERNATIONALETNISCH PROFILEREN IS OVERHEIDSBREED PROBLEEM

NEDERLANDSE OVERHEID MOET BURGERS BESCHERMEN TEGEN DISCRIMINERENDE CONTROLES

MAART 2024

https://www.amnesty.nl/content/uploads/2024/04/Amnesty-2024-Rapport-Etnisch-profileren-is-overheidsbreed-probleem-2.pdf?x82004

Attachments area

Reacties uitgeschakeld voor Noten 107 t/m 110/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 102 t/m 106/HOOFDSTUK IV

[102]

MEER OVER YESILGOZ

ZIE NOTEN 87 T/M 91

[103]

”Tegelijkertijd werkten Loef en zijn team ook hard aan verbetering van de samenwerking tussen COA, IND, DT&V en politie/AVIM (Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel) in het team dat werkt aan een snelle, slagvaardige afhandeling van de (doorgaans kansarme) asielaanvragen van de overlastplegers. Loef: “Zeg maar: een aparte procedure, onder de officiële stroom langs, om die aanvragen zo snel mogelijk af te doen.”

RIJKSOVERHEID

NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS: SLEUTEL

LIGT BIJ GOEDE SAMENWERKING

10 NOVEMBER 2023

https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/het-verhaal-van-j-en-v/2023/nationale-aanpak-overlast-asielzoekers-sleutel-ligt-bij-goede-samenwerking

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 97

[104]

ZIE NOOT 99

[105]

ZIE NOTEN 97 EN 103

[106]

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

ZIE VOOR GEHELE TEKST ARTIKEL NOOT 96

Reacties uitgeschakeld voor Noten 102 t/m 106/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 98 t/m 101/HOOFDSTUK IV

[98]

”In de zomer van 2022 kreeg Kees Loef, een ervaren ‘fikser’, die al voor verschillende gemeenten (o.a. Amsterdam en Arnhem) en grote organisaties programma’s en projecten heeft opgezet op het gebied van criminaliteitspreventie en sociale veiligheid, een telefoontje.”

RIJKSOVERHEID

NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS: SLEUTEL

LIGT BIJ GOEDE SAMENWERKING

10 NOVEMBER 2023

https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/het-verhaal-van-j-en-v/2023/nationale-aanpak-overlast-asielzoekers-sleutel-ligt-bij-goede-samenwerking

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 97

[99]

” “Mijn opdracht was – letterlijk – ‘Verzin iets – en voer het uit”, vat hij kort samen. Een heel vrije, maar ook ruime opdracht, met mandaat van de minister én de staatssecretaris van JenV. ”

RIJKSOVERHEID

NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS: SLEUTEL

LIGT BIJ GOEDE SAMENWERKING

10 NOVEMBER 2023

https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/het-verhaal-van-j-en-v/2023/nationale-aanpak-overlast-asielzoekers-sleutel-ligt-bij-goede-samenwerking

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 97

  [100]

RIJKSOVERHEID

VERSOBERDE OPVANG VAN ASIELZOEKERS MET KANSARME

AANVRAGEN

14 SEPTEMBER 2020

https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2020/09/14/versoberde-opvang-voor-asielzoekers-met-kansarme-aanvragen

Nieuwe asielzoekers die nauwelijks kans maken op een Nederlandse asielvergunning worden voortaan geclusterd ondergebracht in een aparte, sobere opvang. Dat schrijft staatssecretaris Broekers-Knol vandaag in een brief aan de Tweede Kamer.

Deze nieuwe manier van opvangen is bestemd voor nieuwe asielzoekers uit veilige landen van herkomst en voor hen die al een asielvergunning hebben in een ander EU-land. Zij moeten zich voortaan dagelijks melden bij het COA en worden gecontroleerd bij het naar binnen- en buitengaan. Ook krijgt deze groep asielzoekers gedurende de gehele periode in de opvang geen leefgeld meer, maar goederen in natura zoals maaltijden en toiletartikelen.

Druk verlichten

Vreemdelingen uit veilige landen van herkomst en vreemdelingen met een asielvergunning in een ander EU-land  maken nauwelijks kans op een asielvergunning in Nederland. Wel belasten zij het opvang- en asielsysteem. Voor de groep veilige landers geldt dat zij veelal niet in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning en relatief vaak voorkomen in de groep overlastgevers. Om de druk op het opvang- en asielsysteem te verlichten worden kansloze asielaanvragen daarom zo snel mogelijk afgehandeld door de IND – in de regel binnen vier weken.
 

Clustering

Op dit moment worden asielzoekers met een kansarme aanvraag opgevangen in asielzoekerscentra  verspreid over heel Nederland. Vanaf nu gaat dat – met een zorgvuldige opbouw – gebeuren in een afgezonderd deel op de bestaande centra in Ter Apel en Budel-Cranendonck. Door deze asielzoekers geclusterd op te vangen, is deze groep beter beschikbaar voor begeleiding in het asiel- en opvolgende vertrekproces waardoor de asielprocedure sneller verloopt. Er is sneller duidelijkheid over hun toekomst en zij kunnen Nederland sneller verlaten bij een afwijzing van de asielaanvraag. De versobering en clustering moet daarnaast leiden tot een afname van de aantrekkingskracht van Nederland en een betere beheersbaarheid van deze groep in de opvanglocatie.

Kwetsbare groepen

Asielzoekers in een extra kwetsbare positie, zoals alleenstaande minderjarige vreemdelingen, gezinnen met minderjarige kinderen tot 16 jaar, alleenstaande vrouwen en LHBTI+ (als dat bij ketenparners bekend is) zullen niet in de nieuwe voorziening worden opgevangen. Zij gaan naar een reguliere locatie, maar vallen wel onder hetzelfde versoberde verstrekkingenniveau. Alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv) zijn uitgezonderd van het versoberde regime. Veilige landers die momenteel in andere asielzoekerscentra verblijven, wachten daar de voortgang op hun procedure af.

Documenten

[101]

”Loef: “Asielzoekers die weinig kans maken op een verblijfsvergunning krijgen daar onderdak en eten, maar geen leefgeld. En ze mogen nauwelijks de deur uit, omdat ze elke dag beschikbaar moeten zijn voor de afhandeling van hun procedure. Zo lukt het om binnen twee weken een beschikking op hun aanvraag af te geven.”

De meesten wachten die beschikking overigens niet eens af. “Die hebben na een dag of twee, drie al genoeg van die sobere opvang”, lacht Loef. “Ze hadden verwacht, zoals in de oude situatie, zo’n anderhalf jaar in de reguliere opvang te kunnen doorbrengen. En vanuit die relatief luxe positie hier in Nederland rottigheid te kunnen uithalen en vermogensdelicten te kunnen plegen. Zodra ze inzien dat dat er niet meer inzit, doen ze aan – wat ik noem – ‘zelfuitzetting’: ze verlaten de opvang en vertrekken. Verreweg de meesten gaan naar het buitenland; die zien we hier niet meer terug.”’

RIJKSOVERHEID

NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS: SLEUTEL

LIGT BIJ GOEDE SAMENWERKING

10 NOVEMBER 2023

https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/het-verhaal-van-j-en-v/2023/nationale-aanpak-overlast-asielzoekers-sleutel-ligt-bij-goede-samenwerking

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 97

Reacties uitgeschakeld voor Noten 98 t/m 101/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 96 en 97/HOOFDSTUK IV

[96]

NRC

HOE EEN SCHADUWTEAM VAN YESILGOZ EEN OMTREDEN

ASIELAANPAK DOORVOERDE

9 FEBRUARI 2024

https://www.nrc.nl/nieuws/2024/02/09/minister-yesilgoz-zocht-met-schaduwteam-voor-asielaanpak-bewust-de-randen-van-de-wet-op-a4189649

[LEZEN ZONDER PAYWALL]

https://archive.is/WGNRr

Asielbeleid Demissionair minister van justitie Dilan Yesilgöz (VVD) heeft vorig jaar een controversiële aanpak van asielzoekers doorgevoerd via een vertrouweling – buiten haar ministerie om. Hierdoor worden asielzoekers nu op onduidelijke gronden in een soort gevangenis geplaatst.

WAT IS HET NIEUWS?

OVERLASTAANPAK

Een vertrouweling van minister Yesilgöz zette ambtenaren onder druk mee te werken aan een aanpak voor overlastgevers. Daarin werd bewust vaag gelaten wat overlast is, zodat zoveel mogelijk asielzoekers kunnen worden aangepakt. De politietop weigerde medewerking vanwege risico’s op ‘etnisch profileren’, blijkt uit onderzoek van NRC.

Officieren van justitie beklagen zich ook over politieke druk bij de aanpak van overlastgevers. Officieren zijn vorig jaar geïnstrueerd asielzoekers zoveel mogelijk te vervolgen bij lichte vergrijpen. Volgens deskundigen komt de aanpak neer op discriminatie.

‘Ik heb een bloedig gevecht gevoerd”, zegt Kees Loef, terwijl hij een flinke schep suiker door zijn espresso roert. Een paar maanden geleden zwaaide hij af als ‘nationaal coördinator overlastgevende asielzoekers’. In die hoedanigheid kreeg hij de vrije hand van minister Dilan Yesilgöz (Justitie en Veiligheid) en staatssecretaris Eric van der Burg (Asielzaken, beiden VVD) om onorthodoxe maatregelen te verzinnen om asielzoekers die overlast veroorzaken, versneld uit de asielprocedure te werken. Daarbij werden bewust de randen van de wet opgezocht, zo blijkt uit onderzoek van NRC.

Asielzoekers kunnen nu naar een omheinde opvanglocatie worden gestuurd die volgens onderzoekers neerkomt op detentie. Criteria om daarin te belanden zijn met opzet niet precies gedefinieerd, blijkt uit interne documenten, opdat zo veel mogelijk asielzoekers kunnen worden aangepakt. Het Openbaar Ministerie kreeg instructies om asielzoekers – anders dan bij Nederlandse burgers – voor ieder gering misdrijf te vervolgen, waardoor hun asielverzoek gemakkelijker is af te wijzen.

De meeste van zijn voorstellen zijn uiteindelijk realiteit geworden, zegt Kees Loef. „Tot grote ergernis van heel wat ambtenaren. Zij hebben zich te pletter geknokt om dit tegen te houden.” De politie vreesde voor etnisch profileren, officieren van justitie beklaagden zich over politieke inmenging. Maar wie niet wilde meewerken, kreeg van Loef te horen: dit is wat de minister wil.

Zakkenrollen en nepdrugs

In de zomer van 2022 zijn overlast-gevende asielzoekers prominent in het nieuws. Het zijn vooral jonge mannen uit Marokko en Algerije – ‘veiligelanders’ worden ze genoemd. Ze maken nauwelijks kans op een verblijfsvergunning omdat ze uit een veilig land komen. Maar tot immigratiedienst IND hun asielverzoek heeft behandeld, hebben ze recht op opvang. Vooral rond grote asielzoekerscentra als Ter Apel, Budel en Hardenberg zorgen ze voor problemen. Ze stelen uit winkels, vallen vrouwen lastig, vechten. Ook in grote steden duiken ze op. Als zakkenrollers in Utrecht, als dealers van nepdrugs in Amsterdam. Over de groep, zo’n 3 procent van alle asielzoekers die naar Nederland komen, wordt vaak gezegd dat ze het ‘voor de rest verpesten’.

In augustus 2022 krijgt Kees Loef een telefoontje van Dick Schoof, secretaris-generaal van het ministerie van Justitie en Veiligheid. Of hij ‘coördinator overlast’ wil worden. Daar had minister Yesilgöz om gevraagd. Loef en Yesilgöz kennen elkaar van de gemeente Amsterdam, waar ze ruim tien jaar geleden als bestuursadviseurs veiligheid onder meer samen aan de Top-600-aanpak (van veelplegers) werkten. „Ze hadden mij nodig omdat ze er met het ministerie niet uitkwamen. Niemand deed wat”, zegt Loef. „De opdracht aan mij was: dóé iets, los het op.”

Wie niet meewerkte kreeg te horen: dit is wat de minister wil

Op het ministerie wordt hij niet met open armen ontvangen, vertelt hij. „Er kwam opeens iemand die niet onder het ministerie viel, maar die hun wel kwam vertellen wat ze moesten gaan doen. Iemand die bovendien in direct contact stond met de minister en de staatssecretaris.”

Loef mag gebruikmaken van het overlastbudget van 15 miljoen euro en rapporteert direct aan de minister en de staatssecretaris, zo bevestigt het ministerie. Hij trekt een team van vijf mensen aan, dat grotendeels bestaat uit zijn Amsterdamse netwerk, zoals een criminologe met wie hij bij de gemeente nauw samenwerkte en een oud-kickbokser die hij eerder inzette voor de Amsterdamse ‘straatcoach-aanpak’. Zijn eerste verrichting is het inhuren van het beveiligingsbedrijf van de oud-kickbokser, om de buurten rond asielzoekerscentra veilig te houden. Kosten: 3 miljoen euro.

Volgens aanbestedingsregels mag zo’n grote opdracht niet zonder aanbesteding aan een partij worden gegund, dat weet hij. „Op het ministerie begonnen ze ook te mopperen. Maar de minister heeft gezegd: we gaan dit gewoon doen.” Een paar weken na Loefs aanstelling kunnen de beveiligers aan het werk. In een reactie erkent het ministerie dat dit niet mocht, en dat er nu wel een aanbesteding loopt.

Zijn volgende plan: asielzoekers die voor overlast zorgen zo snel mogelijk uit het asielsysteem werken. Want wie de overlastgevers zijn, is volgens Loef wel duidelijk. „Noem ze Marokkanen, noem ze Noord-Afrikanen. Die bedoel ik.”

Bed, bad, brood

Het plan beschrijft hoe potentiële overlastgevers meteen bij aankomst in Nederland naar een sobere opvang moeten worden gestuurd, met slechts ‘bed, bad, brood’. Waar andere asielzoekers vaak meer dan een jaar op een inwilliging van een asielverzoek wachten, moet deze groep binnen een paar dagen worden afgewezen. Als ze daartegen in beroep gaan, moeten ze naar een nóg strengere locatie, zo staat in het document dat in bezit is van NRC.

De vreemdelingenpolitie, die de asielzoekers volgens dit plan aan de poort zou moeten gaan selecteren, reageert woedend. „Hoe bepaal je de criteria van een overlastgevende vreemdeling aan de voorkant?”, schrijft de politiedienst in een intern document uit de herfst van 2022. „Is dat op afkomst of uiterlijk? Ligt etnisch profileren hier niet op de loer?” Een politiemedewerker noemt het „gewoon discriminatie”. In het document staat: „Je kunt niet iemand vastzetten omdat hij uit Tunesië komt.” De baas van de vreemdelingenpolitie weigert aan het plan mee te werken.

Loef legt zich er niet bij neer. Het plan belandt op het bureau van de hoogste ambtenaren van het ministerie van Justitie. Dit „bloedige gevecht”, zegt Kees Loef, „is héél ver gegaan”. Loef vertelt dat hij in een overleg met het ministerie eiste dat de weigerachtige politiechef wordt overgeplaatst.

Het ministerie stapt naar de korpsleiding. Waarom werkt de politie niet mee? „Op het ministerie hoorden we: de minister wil dit nu eenmaal”, zegt een bron bij de vreemdelingenpolitie. „Ik zei: de minister kan zoveel willen, maar zo werkt het toch niet?”

In een reactie bevestigt de politie dat er druk is uitgeoefend; het ministerie ontkent dat. Volgens het ministerie waren er „zorgen met betrekking tot etnisch profileren”, maar is „duidelijk met elkaar gecommuniceerd dat dit uiteraard niet de bedoeling is”. De politiechef zit nog altijd op zijn post.

De facto detentie

Het ministerie vraagt Loef zijn plan verder uit te werken. Waar in het eerste plan ‘potentiële overlastgevers’ al aan de poort zouden worden geselecteerd, richt het nieuwe plan zich op asielzoekers met ‘kansarme’ aanvragen die al daadwerkelijk voor overlast hebben gezorgd. Hun asielverzoek moet ‘bovenop de stapel’ worden gelegd, zodat ze zo snel mogelijk kunnen worden afgewezen en geen recht meer op opvang hebben. De IND gaat de pilot in de praktijk testen.

Intussen wordt in opdracht van het ministerie een metershoog hek gebouwd om een woonblok op het asielzoekerscentrum van Ter Apel. Het woonblok krijgt een nieuwe naam: ‘procesbeschikbaarheidslocatie’ – kortweg ‘PBL’. Daar worden de asielzoekers uit de pilot naartoe gestuurd, bevestigt de IND. In de PBL moeten ze vrijwel de hele dag binnen blijven. Twee blokken van één uur mogen ze dagelijks naar buiten, maar volgens de huisregels blijven ze dan wel binnen de hekken van de locatie. Als ze afspraken missen of de locatie toch verlaten, vervalt hun asielaanvraag en moeten ze het land uit.

Mag je asielzoekers die niets strafbaars hebben gedaan, vastzetten op een locatie onder de dreiging van het intrekken van hun asielaanvraag? Nee, zegt hoogleraar migratierecht aan de Vrije Universiteit Lieneke Slingenberg. „Dit komt de facto neer op detentie. Daar moet een heldere grondslag voor zijn. Die ontbreekt hier.”

Daar heeft het ministerie een omweg voor gezocht. De asielzoekers in de PBL krijgen een ‘beschikbaarheidsverplichting’ opgelegd. Ze moeten zich meerdere malen per dag melden bij het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en de politie. En ze moeten verplicht deelnemen aan dagvullende programma’s, zoals lessen over terugkeer naar het land van herkomst. „We geven je zoveel afspraken op een dag, dat je wel binnen mot blijven”, legde staatssecretaris Eric van der Burg afgelopen zomer uit in een commissiedebat, waarin hij verder niet op details van de aanpak in ging.

Altijd een afwijzing

Wie in de PBL terechtkomt, krijgt spoedig te horen dat hij weer kan vertrekken. „De procedure leidt altijd tot een snel besluit: een afwijzende beschikking”, zegt de IND-medewerker die de pilot coördineert. „Er kan binnen deze aanpak alleen een afwijzing volgen, geen inwilliging.” Inmiddels zijn meer dan duizend asielzoekers via deze aanpak versneld afgewezen – op een totaal van zo’n 35.000 asielbeslissingen vorig jaar. „Het loopt als een tierelier”, zei staatssecretaris Van der Burg in het debat met de Kamer.

Maar hoe komen asielzoekers nu eigenlijk in deze aanpak terecht?

„Op basis van overlast”, zegt de coördinator van de IND. Wat ‘overlast’ inhoudt, kan ze niet precies zeggen. Het kan iemand zijn die „ruzie maakt” in de opvang. Het kan ook iemand zijn met een drugsverslaving.

„Of bijvoorbeeld een winkeldief”, zegt Kees Bangma. De politiecommissaris uit Flevoland zette vanuit het team van Kees Loef de aanpak mede op. Bangma: „Het gaat gewoon om mensen die zich misdragen. Dat kan ook iemand zijn die zich niet aan de huisregels van het COA houdt.” 

Wat blijkt: in de aanpak is bewust niet gedefinieerd op basis van welk gedrag een asielzoeker in de pilot terechtkomt. In een intern pilot-document in handen van NRC staat dat dit vaag is gelaten, zodat er zo veel mogelijk ‘kansarme’ asielzoekers in de aanpak kunnen worden geplaatst.

Mensen die de boel verzieken, díe willen we aanpakken

Kees Bangma — politiecommissaris

De coördinator van de IND bevestigt dat. „Wat wij vanuit de pilot onder overlast verstaan, hebben we bewust niet gedefinieerd. Omdat we ons niet willen laten beperken.”

Er gingen wel discussies aan vooraf met de ambtenaren van het ministerie, vertelt Bangma. „Die wilden dat we een definitie van overlast zouden vastleggen. Ik zei: jongens, wij hebben hier mensen rondlopen die de boel verzieken. Die categorie willen we aanpakken. Het gaat om een oververtegenwoordiging van Marokkanen en Algerijnen. Jonge mannen. Als je die overlast precies wilt definiëren, kom je er niet uit. Terwijl onze professionals zo de rotte appels eruit vissen. Laat hén bepalen of iets overlast is. Die mensen zijn ook niet gek.”

Juist om deze reden wil de vreemdelingenpolitie nog altijd niet volledig meewerken aan de pilot. „Overlast is een breed begrip”, laat de politie weten. „Asielzoekers kunnen bijvoorbeeld gefrustreerd zijn omdat ze moeten wachten op hun procedure, hierdoor kunnen opstootjes ontstaan of kunnen ze de huisregels van het COA overtreden. Maar dit zijn lang niet altijd strafbare feiten op basis waarvan de politie iemand kan vastzetten.” Alleen bij gepleegde misdrijven kan de politie meewerken aan de aanpak. De politie wil volgens de woordvoerder etnisch profileren voorkomen. „De politie in Nederland is er voor iedereen, daarin past geen werkwijze die in de praktijk zou kunnen leiden tot profilering van een doelgroep op basis van nationaliteit.”

De werkwijze van de PBL is nog niet door de rechter getoetst. Vorige week vrijdag diende een eerste zaak van een Algerijnse asielzoeker die zijn verblijf aanvecht. „Je slaapt er op een matras op de grond”, vertelt deze 35-jarige Syfaks. „’s Ochtends krijg je een boterham, ’s avonds een diepvriesmaaltijd. Verder niets. Mensen worden gek van de honger. Er zijn steeds vechtpartijen, zonder dat de bewakers ingrijpen.” Vier dagen hield hij het er uit. Daarna klom hij over het hek van de PBL om brood te kopen. Toen hij terugkwam, werd hij bij het hek geweigerd: locatie verlaten – asielaanvraag vervallen.

Uitzondering voor asielzoekers

Ook het Openbaar Ministerie moet meer doen tegen overlastgevende asielzoekers, rapporteert Loef begin 2023 aan Yesilgöz en Van der Burg. Officieren van justitie laten asielzoekers volgens Loef te vaak wegkomen met kleine strafbare feiten. Zo krijgen ze voor een winkeldiefstal geregeld een waarschuwing of seponering. „Terwijl we veroordelingen wilden”, zegt Loef. Ook dat is een manier om ze in de overlastaanpak te krijgen.

Maar het OM heeft juist een heel ander beleid ingevoerd. Winkeldieven krijgen eerst een waarschuwing, alleen recidiverende dieven worden vervolgd. Deze ‘reprimanderegeling’ is sinds 2022 landelijk beleid.

Kees Loef wil dat voor asielzoekers een uitzondering op die regel wordt gemaakt. Als zij de fout ingaan, moet er wél direct vervolging plaatsvinden. Het verzoek valt verkeerd bij sommige officieren van justitie. Na een vergadering hierover appt de Groningse officier van justitie Tamar Klooster, verantwoordelijk voor Ter Apel, aan Loef dat ze „echt boos”  op hem is. Hij is volgens Klooster „zeer ondermijnend” bezig, door het OM onder druk te zetten asielzoekers sneller dan andere burgers te vervolgen. De minister heeft hem daar het „volledige mandaat” voor gegeven, appt Loef terug.

Over de reprimanderegel krijgt hij zijn zin niet, maar uiteindelijk krijgt Loef toch nog een hardere justitiële aanpak voor elkaar. Er worden werkafspraken gemaakt met het OM over de vervolging van asielzoekers. De afspraken worden opgesteld door een officier vreemdelingenzaken die Loef heeft opgenomen in zijn ‘overlast-team’. De officier werkt „nauw” met Loef samen, staat in een Kamerbrief.

In de instructie, in handen van NRC, staat dat asielzoekers voor alle kleine strafbare feiten een ‘strafbeschikking’ moeten krijgen: een OM-boete. Omdat asielzoekers vaak amper geld hebben, is een nieuwe constructie bedacht: ze betalen de boete met de tijd die ze vastzitten. Wie bijvoorbeeld na een winkeldiefstal één dag in de cel zit, ‘verdient’ als het ware 50 euro, die weer van de boete wordt afgetrokken. Zo blijft er geen geldbedrag meer over en kan de beschikking direct worden afgevinkt. Daarmee krijgt de asielzoeker een strafblad, waarmee hij in Loefs overlastaanpak kan worden gestopt.

De richtlijn wordt in 2023 verspreid onder alle officieren. In de begeleidende brief van het Parket-Generaal worden de officieren „verzocht” de nieuwe werkwijze daadwerkelijk „te hanteren”. Dit zal ook worden „gemonitord”.

Het Parket-Generaal bevestigt de nieuwe instructie. „Zoals bekend is de nood om voldoende opvangplekken te realiseren hoog”, laat een woordvoerder per mail weten. „Binnen die context moeten misdrijven gepleegd door overlastgevende asielzoekers, waaronder winkeldiefstal, in beginsel een (strafrechtelijke) afdoening krijgen.”

Een dergelijke instructie is er niet voor winkeldieven met de Nederlandse nationaliteit. Die krijgen juist mínder prioriteit. OM-baas Rinus Otte zei onlangs tegen De Telegraaf dat de politie niet meer voor elke winkeldief uitrukt.

Dit wijst op een ongelijke behandeling, zeggen deskundigen. „Als een kleine winkeldiefstal normaal gesproken door de vingers wordt gezien, maar bij asielzoekers wél een sanctie oplevert, is dat discriminatie”, zegt Karin de Vries, universitair hoofddocent staatsrecht aan de Universiteit Utrecht.

Ook Joep Lindeman, universitair hoofddocent strafrecht aan de Universiteit Utrecht, is kritisch. „Het OM mag sommige vormen van diefstal prioriteren. Maar deze aanpak is niet gericht op een delict, maar op een groep: mensen die niet uit Nederland komen. Dan komt discriminatie snel dichtbij.” De richtlijn is ook „rechtsstatelijk dubieus”, zegt Lindeman. „Je zou de strafrechtpleging niet moeten gebruiken om de migratie-agenda van de regering te faciliteren.”

Ook officieren van justitie zelf hebben kritiek op de nieuwe instructie. In een ‘feedbackronde’ wordt door parketbesturen gevraagd of de nieuwe richtlijn geen vorm van politieke inmenging is. „Niet per se”, schrijft de officier vreemdelingenzaken terug in interne stukken. Wel is de aanpak tot stand gekomen na „overleg met de betrokken bewindspersonen” en moet deze het „maatschappelijk draagvlak voor asielzoekers” weten te behouden. Via een lijst met vragen en antwoorden probeert de vreemdelingenofficier verdere zorgen weg te nemen.

Of dat gelukt is? Een betrokken officier van justitie: „Er wordt hier nog steeds van gezegd: we hebben ons voor het politieke karretje laten spannen.”

Glimmende grijze tralies

Op het asielzoekerscentrum in Budel, ver van de publieksingang, verschenen onlangs metershoge hekken om een woonblok. Glimmende tralies steken scherp af tegen de grauwe winterlucht en bladerloze bomen. De eerste bewoners van de tweede PBL van Nederland worden binnenkort verwacht. Een derde PBL moet in een oude gevangenis in Almere komen.

Als het aan staatssecretaris Eric van der Burg ligt, is dit pas het begin. Hij wil „zo snel mogelijk, zo veel mogelijk” PBL-locaties in Nederland hebben, zei hij afgelopen september in de Kamer. „In eerste instantie voor overlastgevers, in tweede instantie voor veiligelanders, want er zijn ook veiligelanders die geen overlastgevers zijn.” Ten derde moeten er -‘Dubliners’ in de versnelde procedure komen, zei hij – vluchtelingen die in een ander Europees land een asielaanvraag open hebben staan. „Allemaal mensen die geen asiel horen aan te vragen in Nederland”, vatte Van der Burg de groep samen. „Ik zal mij er maximaal voor inzetten dit zo snel mogelijk groter te laten worden.”

Een versie van dit artikel verscheen ook in de krant van 10 februari 2024.

EINDE

[97]

” Vorig jaar zomer trad Kees Loef aan als coördinator nationale aanpak overlast asielzoekers. Met een klein kernteam werkte hij een jaar lang aan de totstandkoming van een effectieve, landelijke aanpak van dit hardnekkige probleem. Inmiddels zit zijn taak erop. “Er gebeurde al heel veel, maar het punt was: iedere organisatie deed vooral z’n eigen ding. En dat terwijl de sleutel tot een effectieve aanpak juist ligt in goede samenwerking. Daarin hebben we dan ook flink geïnvesteerd. En met resultaat!”

RIJKSOVERHEID

NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS: SLEUTEL

LIGT BIJ GOEDE SAMENWERKING

10 NOVEMBER 2023

https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/het-verhaal-van-j-en-v/2023/nationale-aanpak-overlast-asielzoekers-sleutel-ligt-bij-goede-samenwerking

Vorig jaar zomer trad Kees Loef aan als coördinator nationale aanpak overlast asielzoekers. Met een klein kernteam werkte hij een jaar lang aan de totstandkoming van een effectieve, landelijke aanpak van dit hardnekkige probleem. Inmiddels zit zijn taak erop. “Er gebeurde al heel veel, maar het punt was: iedere organisatie deed vooral z’n eigen ding. En dat terwijl de sleutel tot een effectieve aanpak juist ligt in goede samenwerking. Daarin hebben we dan ook flink geïnvesteerd. En met resultaat!”

Overlast en agressie in de opvang, intimiderend gedrag op straat, zwartrijden in het openbaar vervoer, winkeldiefstal, tasjesroof… Al enkele jaren maakt een groep asielzoekers zich schuldig aan incidenten (7 procent van het totaal) of worden zij verdacht van criminaliteit (3 procent). Zij komen vooral uit ‘veilige landen’ als Algerije, Marokko en Tunesië. Deze groep ondermijnt het draagvlak voor de opvang van asielzoekers, van wie het overgrote deel goedwillend is en zich doorgaans correct gedraagt.

(bron van deze cijfers: Incidenten en misdrijven door bewoners van COA- en crisis-noodopvanglocaties 2017-2022 (wodc.nl))

‘Verzin iets’

In de zomer van 2022 kreeg Kees Loef, een ervaren ‘fikser’, die al voor verschillende gemeenten (o.a. Amsterdam en Arnhem) en grote organisaties programma’s en projecten heeft opgezet op het gebied van criminaliteitspreventie en sociale veiligheid, een telefoontje. Het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV). “Mijn opdracht was – letterlijk – ‘Verzin iets – en voer het uit”, vat hij kort samen. Een heel vrije, maar ook ruime opdracht, met mandaat van de minister én de staatssecretaris van JenV. O ja, en of het ‘rond de kerst’ klaar kon zijn? Dat laatste vond ik een beetje krap voor zo’n hardnekkig probleem, dat al enkele jaren speelde. Ik heb gezegd: geef me een jaar. En dat kreeg ik.”

Samenhangende aanpak

Het afgelopen jaar ontwikkelden Loef en zijn team, in nauwe samenwerking met de betrokken organisaties uit de vreemdelingen- en de strafrechtketen – een samenhangende aanpak van deze specifieke overlastproblematiek.

Zo lopen op en rond een aantal opvanglocaties waar sprake was van veel overlast, nu toezichtteams te surveilleren. “Stevige ‘streetwise’ jongens”, weet Loef, “die bekend zijn met de taal en cultuur van de doelgroep. Ze staan in goed contact met de collega’s die werken in de opvanglocaties, met omwonenden en winkeliers. Ze houden alles scherp in de gaten en spreken overlastgevers aan op hun gedrag. Direct en duidelijk, maar zonder over te gaan tot geweld. Die aanpak kende ik nog uit Amsterdam. Ze is relatief snel op te zetten en het mooie is: je ziet vrijwel direct resultaat. Inmiddels zijn deze toezichtteams al op zeven ‘hotspot’-locaties actief.”

Snel beslissen, sober opvangen

Tegelijkertijd werkten Loef en zijn team ook hard aan verbetering van de samenwerking tussen COA, IND, DT&V en politie/AVIM (Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel) in het team dat werkt aan een snelle, slagvaardige afhandeling van de (doorgaans kansarme) asielaanvragen van de overlastplegers. Loef: “Zeg maar: een aparte procedure, onder de officiële stroom langs, om die aanvragen zo snel mogelijk af te doen.”

Overlastgevers kunnen ook in aanmerking komen voor de ‘procesbeschikbaarheidslocatie’: een heel sobere vorm van opvang, met strenge regels. Loef: “Asielzoekers die weinig kans maken op een verblijfsvergunning krijgen daar onderdak en eten, maar geen leefgeld. En ze mogen nauwelijks de deur uit, omdat ze elke dag beschikbaar moeten zijn voor de afhandeling van hun procedure. Zo lukt het om binnen twee weken een beschikking op hun aanvraag af te geven.”

De meesten wachten die beschikking overigens niet eens af. “Die hebben na een dag of twee, drie al genoeg van die sobere opvang”, lacht Loef. “Ze hadden verwacht, zoals in de oude situatie, zo’n anderhalf jaar in de reguliere opvang te kunnen doorbrengen. En vanuit die relatief luxe positie hier in Nederland rottigheid te kunnen uithalen en vermogensdelicten te kunnen plegen. Zodra ze inzien dat dat er niet meer inzit, doen ze aan – wat ik noem – ‘zelfuitzetting’: ze verlaten de opvang en vertrekken. Verreweg de meesten gaan naar het buitenland; die zien we hier niet meer terug.”

Betere aansluiting

Het afgelopen jaar is ook hard gewerkt aan een betere aansluiting tussen de vreemdelingenketen en de strafrechtketen. “De informatie-uitwisseling tussen de partners in de migratieketen en politie/Openbaar Ministerie is inmiddels sterk verbeterd”, vertelt Loef.

Een relatief kleine groep asielzoekers kan worden aangemerkt als veelplegers. Ze plegen bovengemiddeld veel delicten en beperken zich daarbij niet zo zeer tot de directe omgeving van de opvanglocatie waar ze verblijven, maar opereren kriskras door het land. Loef: “Daarom noemen we ze ook wel de ‘ongrijpbaren’, of ‘moeilijk grijpbaren’. Maar voor hoe lang nog…? Een werkgroep onder leiding van de landelijke VRIS-officier van justitie – dat staat voor Vreemdelingen in de Strafrechtketen -, geeft deze groep zo veel mogelijk lik-op-stuk.”

“Wordt iemand opgepakt voor een delict – zeg: winkeldiefstal, tasjesroof of een andere vorm van veelvoorkomende criminaliteit – en het blijkt dat die persoon in de asielprocedure zit, dan heeft het OM toegezegd die zaak zo snel mogelijk af te doen. Op een ZSM-locatie – ‘zorgvuldig, snel en op maat’ – en zo mogelijk via snelrecht. Op papier is dat nu goed geregeld. Nu nog zien of het in de praktijk ook echt zo uitpakt.”

Klik op de link voor een leesbare pdf-versie van de afbeelding Visual Nationale aanpak overlast asielzoekers

Eerste effecten

Terugkijkend op afgelopen jaar, constateert de scheidende coördinator nationale aanpak overlastgevende asielzoekers dat er veel in gang is gezet en beter met elkaar in verband is gebracht. “De contouren van de nationale aanpak staan er nu. Alle maatregelen draaien inmiddels in de praktijk en we zien ook al de eerste effecten. Van het invoeren van de snelle procedure, in combinatie met de sobere procesbeschikbaarheidslocatie, lijkt bovendien een ontmoedigende werking uit te gaan. Ik heb dan ook goede verwachtingen dat deze aanpak gaat werken. Zeker als dit ook nog eens gaat rondzingen in de – veelal Noord-Afrikaanse – netwerken waar deze jongens deel van uitmaken: Nederland? Daar kun je maar beter niet naar toe gaan. Daar zitten ze je veel te dicht op de huid.”

“Ze zeggen wel eens ‘vreemde ogen dwingen’”, besluit Loef. “En het was ook best een onorthodoxe werkwijze voor JenV, met het kernteam en mij als ‘opgedrongen buitenstaanders’, die rechtstreeks zaken deden met de uitvoerende organisaties. Maar het departement heeft in alle opzichten buitengewoon loyaal meegewerkt. Zonder dat, hadden we dit resultaat nooit kunnen bereiken.”

Onlangs stuurden waarnemend staatssecretaris Van der Maat en minister Yeşilgöz-Zegerius de Voortgangsbrief Aanpak overlastgevend en crimineel gedrag door asielzoekers naar de Tweede Kamer. In deze brief constateren de bewindspersonen dat de landelijke en lokale maatregelen uit de nationale aanpak (zie ook de visual) effect sorteren, maar dat – hoewel de meerderheid van de asielzoekers zich gewoon weet te gedragen – er nog steeds incidenten met grote impact plaatsvinden. Dit sterkt de bewindslieden in hun ambitie om de bestaande nationale aanpak verder te versterken. In de brief lichten ze de voortgang op deze maatregelen toe en gaan nader in op enkele moties die over de overlastproblematiek zijn ingediend.

EINDE

Reacties uitgeschakeld voor Noten 96 en 97/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 92 t/m 95/HOOFDSTUK IV

[92]

ZIE NOTEN 6 T/M 48

[93]

WIKIPEDIA

ERIC VAN DER BURG

https://nl.wikipedia.org/wiki/Eric_van_der_Burg

[94]

RIJKSOVERHEID 

MINISTERIE VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

NATIONALE AANPAK OVERLAST ASIELZOEKERS: SLEUTEL LIGT BIJ

GOEDE SAMENWERKING

10 NOVEMBER 2023

https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/het-verhaal-van-j-en-v/2023/nationale-aanpak-overlast-asielzoekers-sleutel-ligt-bij-goede-samenwerking

Vorig jaar zomer trad Kees Loef aan als coördinator nationale aanpak overlast asielzoekers. Met een klein kernteam werkte hij een jaar lang aan de totstandkoming van een effectieve, landelijke aanpak van dit hardnekkige probleem. Inmiddels zit zijn taak erop. “Er gebeurde al heel veel, maar het punt was: iedere organisatie deed vooral z’n eigen ding. En dat terwijl de sleutel tot een effectieve aanpak juist ligt in goede samenwerking. Daarin hebben we dan ook flink geïnvesteerd. En met resultaat!”

Overlast en agressie in de opvang, intimiderend gedrag op straat, zwartrijden in het openbaar vervoer, winkeldiefstal, tasjesroof… Al enkele jaren maakt een groep asielzoekers zich schuldig aan incidenten (7 procent van het totaal) of worden zij verdacht van criminaliteit (3 procent). Zij komen vooral uit ‘veilige landen’ als Algerije, Marokko en Tunesië. Deze groep ondermijnt het draagvlak voor de opvang van asielzoekers, van wie het overgrote deel goedwillend is en zich doorgaans correct gedraagt.

(bron van deze cijfers: Incidenten en misdrijven door bewoners van COA- en crisis-noodopvanglocaties 2017-2022 (wodc.nl))

‘Verzin iets’

In de zomer van 2022 kreeg Kees Loef, een ervaren ‘fikser’, die al voor verschillende gemeenten (o.a. Amsterdam en Arnhem) en grote organisaties programma’s en projecten heeft opgezet op het gebied van criminaliteitspreventie en sociale veiligheid, een telefoontje. Het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV). “Mijn opdracht was – letterlijk – ‘Verzin iets – en voer het uit”, vat hij kort samen. Een heel vrije, maar ook ruime opdracht, met mandaat van de minister én de staatssecretaris van JenV. O ja, en of het ‘rond de kerst’ klaar kon zijn? Dat laatste vond ik een beetje krap voor zo’n hardnekkig probleem, dat al enkele jaren speelde. Ik heb gezegd: geef me een jaar. En dat kreeg ik.”

Samenhangende aanpak

Het afgelopen jaar ontwikkelden Loef en zijn team, in nauwe samenwerking met de betrokken organisaties uit de vreemdelingen- en de strafrechtketen – een samenhangende aanpak van deze specifieke overlastproblematiek.

Zo lopen op en rond een aantal opvanglocaties waar sprake was van veel overlast, nu toezichtteams te surveilleren. “Stevige ‘streetwise’ jongens”, weet Loef, “die bekend zijn met de taal en cultuur van de doelgroep. Ze staan in goed contact met de collega’s die werken in de opvanglocaties, met omwonenden en winkeliers. Ze houden alles scherp in de gaten en spreken overlastgevers aan op hun gedrag. Direct en duidelijk, maar zonder over te gaan tot geweld. Die aanpak kende ik nog uit Amsterdam. Ze is relatief snel op te zetten en het mooie is: je ziet vrijwel direct resultaat. Inmiddels zijn deze toezichtteams al op zeven ‘hotspot’-locaties actief.”

Snel beslissen, sober opvangen

Tegelijkertijd werkten Loef en zijn team ook hard aan verbetering van de samenwerking tussen COA, IND, DT&V en politie/AVIM (Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel) in het team dat werkt aan een snelle, slagvaardige afhandeling van de (doorgaans kansarme) asielaanvragen van de overlastplegers. Loef: “Zeg maar: een aparte procedure, onder de officiële stroom langs, om die aanvragen zo snel mogelijk af te doen.”

Overlastgevers kunnen ook in aanmerking komen voor de ‘procesbeschikbaarheidslocatie’: een heel sobere vorm van opvang, met strenge regels. Loef: “Asielzoekers die weinig kans maken op een verblijfsvergunning krijgen daar onderdak en eten, maar geen leefgeld. En ze mogen nauwelijks de deur uit, omdat ze elke dag beschikbaar moeten zijn voor de afhandeling van hun procedure. Zo lukt het om binnen twee weken een beschikking op hun aanvraag af te geven.”

De meesten wachten die beschikking overigens niet eens af. “Die hebben na een dag of twee, drie al genoeg van die sobere opvang”, lacht Loef. “Ze hadden verwacht, zoals in de oude situatie, zo’n anderhalf jaar in de reguliere opvang te kunnen doorbrengen. En vanuit die relatief luxe positie hier in Nederland rottigheid te kunnen uithalen en vermogensdelicten te kunnen plegen. Zodra ze inzien dat dat er niet meer inzit, doen ze aan – wat ik noem – ‘zelfuitzetting’: ze verlaten de opvang en vertrekken. Verreweg de meesten gaan naar het buitenland; die zien we hier niet meer terug.”

Betere aansluiting

Het afgelopen jaar is ook hard gewerkt aan een betere aansluiting tussen de vreemdelingenketen en de strafrechtketen. “De informatie-uitwisseling tussen de partners in de migratieketen en politie/Openbaar Ministerie is inmiddels sterk verbeterd”, vertelt Loef.

Een relatief kleine groep asielzoekers kan worden aangemerkt als veelplegers. Ze plegen bovengemiddeld veel delicten en beperken zich daarbij niet zo zeer tot de directe omgeving van de opvanglocatie waar ze verblijven, maar opereren kriskras door het land. Loef: “Daarom noemen we ze ook wel de ‘ongrijpbaren’, of ‘moeilijk grijpbaren’. Maar voor hoe lang nog…? Een werkgroep onder leiding van de landelijke VRIS-officier van justitie – dat staat voor Vreemdelingen in de Strafrechtketen -, geeft deze groep zo veel mogelijk lik-op-stuk.”

“Wordt iemand opgepakt voor een delict – zeg: winkeldiefstal, tasjesroof of een andere vorm van veelvoorkomende criminaliteit – en het blijkt dat die persoon in de asielprocedure zit, dan heeft het OM toegezegd die zaak zo snel mogelijk af te doen. Op een ZSM-locatie – ‘zorgvuldig, snel en op maat’ – en zo mogelijk via snelrecht. Op papier is dat nu goed geregeld. Nu nog zien of het in de praktijk ook echt zo uitpakt.”

Klik op de link voor een leesbare pdf-versie van de afbeelding Visual Nationale aanpak overlast asielzoekers

Eerste effecten

Terugkijkend op afgelopen jaar, constateert de scheidende coördinator nationale aanpak overlastgevende asielzoekers dat er veel in gang is gezet en beter met elkaar in verband is gebracht. “De contouren van de nationale aanpak staan er nu. Alle maatregelen draaien inmiddels in de praktijk en we zien ook al de eerste effecten. Van het invoeren van de snelle procedure, in combinatie met de sobere procesbeschikbaarheidslocatie, lijkt bovendien een ontmoedigende werking uit te gaan. Ik heb dan ook goede verwachtingen dat deze aanpak gaat werken. Zeker als dit ook nog eens gaat rondzingen in de – veelal Noord-Afrikaanse – netwerken waar deze jongens deel van uitmaken: Nederland? Daar kun je maar beter niet naar toe gaan. Daar zitten ze je veel te dicht op de huid.”

“Ze zeggen wel eens ‘vreemde ogen dwingen’”, besluit Loef. “En het was ook best een onorthodoxe werkwijze voor JenV, met het kernteam en mij als ‘opgedrongen buitenstaanders’, die rechtstreeks zaken deden met de uitvoerende organisaties. Maar het departement heeft in alle opzichten buitengewoon loyaal meegewerkt. Zonder dat, hadden we dit resultaat nooit kunnen bereiken.”

Onlangs stuurden waarnemend staatssecretaris Van der Maat en minister Yeşilgöz-Zegerius de Voortgangsbrief Aanpak overlastgevend en crimineel gedrag door asielzoekers naar de Tweede Kamer. In deze brief constateren de bewindspersonen dat de landelijke en lokale maatregelen uit de nationale aanpak (zie ook de visual) effect sorteren, maar dat – hoewel de meerderheid van de asielzoekers zich gewoon weet te gedragen – er nog steeds incidenten met grote impact plaatsvinden. Dit sterkt de bewindslieden in hun ambitie om de bestaande nationale aanpak verder te versterken. In de brief lichten ze de voortgang op deze maatregelen toe en gaan nader in op enkele moties die over de overlastproblematiek zijn ingediend.

EINDE

[95]

WIKIPEDIA

DICK SCHOOF

https://nl.wikipedia.org/wiki/Dick_Schoof

Reacties uitgeschakeld voor Noten 92 t/m 95/HOOFDSTUK IV

Opgeslagen onder Divers

Noten 86 t/m 91/HOOFDSTUK III

[86]

WIKIPEDIA

DILAN YESILGOZ

https://nl.wikipedia.org/wiki/Dilan_Ye%C5%9Filg%C3%B6z

[87]

VVD VINDT DE DOODSTRAF VOOR NEDERLANDSE IS’ERS ACCEPTABEL/

WAAR ZIJN NU ”ONZE WAARDEN” VVD?

ASTRID ESSED

16 NOVEMBER 2019

Ultieme consequentie’

VVD-Kamerlid Yeşilgöz zei woensdagavond dat de ‘ultieme consequentie’ in beeld komt voor mensen die “willens en wetens naar het kalifaat zijn vertrokken om zich in te zetten voor een strijd die echt gericht is op het vernietigen van alles waar wij hier in dit huis voor staan”. “Als zij daar vervolgens hun vreselijke misdaden begaan en de Irakezen zeggen ‘dit valt binnen ons rechtssysteem’, dan denk ik dat we het daar met elkaar over moeten hebben.”

TROUW

VVD VINDT DE DOODSTRAF VOOR NEDERLANDSE IS’ERS ACCEPTABEL

7 NOVEMBER 2019

https://www.trouw.nl/politiek/vvd-vindt-de-doodstraf-voor-nederlandse-is-ers-acceptabel~ba00a6bd

De VVD vindt het acceptabel dat Nederlandse IS-strijders in het uiterste geval de doodstraf krijgen, mochten ze in Irak worden berecht. Deze uitspraak van Tweede Kamerlid Dilan Yeşilgöz zorgt voor grote verbazing bij andere partijen.

De Kamer debatteerde woensdag laat op de avond over de problemen met naar Syrië uitgereisde mannen en vrouwen. De druk op de regering om de eigen onderdanen daar op te halen en hier te berechten, neemt steeds verder toe. De kans is groot dat gevangengenomen IS’ers uit kampen ontsnappen en onder de radar verdwijnen, met alle gevaren van dien.

Het kabinet weigert vooralsnog om Nederlandse IS’ers te repatriëren naar Nederland. Minister Stef Blok van buitenlandse zaken ziet liever dat deze mannen en vrouwen voor een rechtbank in Irak worden berecht. Dat is buitengewoon ingewikkeld, onder meer omdat Irak de doodstraf kent.

‘Ultieme consequentie’

VVD-Kamerlid Yeşilgöz zei woensdagavond dat de ‘ultieme consequentie’ in beeld komt voor mensen die “willens en wetens naar het kalifaat zijn vertrokken om zich in te zetten voor een strijd die echt gericht is op het vernietigen van alles waar wij hier in dit huis voor staan”. “Als zij daar vervolgens hun vreselijke misdaden begaan en de Irakezen zeggen ‘dit valt binnen ons rechtssysteem’, dan denk ik dat we het daar met elkaar over moeten hebben.”

GroenLinks reageerde geschrokken. Kamerlid Niels van den Berge: “Ik vind het echt onacceptabel en ik vind dat we daar grenzen overgaan op het gebied van mensenrechten, volkenrechtelijke afspraken, die we niet over zouden moeten willen gaan.” 

Ook binnen de coalitie vallen de uitlatingen van de VVD verkeerd. “Feit is dat we onze grote Europese en internationale verdragen moeten opzeggen als we dit willen doen”, zei Madeleine van Toorenburg van het CDA. Volgens D66-collega Sjoerd Sjoerdsma legt de VVD ‘een bom’ onder het kabinetsbeleid. “Als minister Blok aankomt in Saudi-Arabië, in Indonesië of in andere landen waar mensen tot de doodstraf worden veroordeeld, soms ook Nederlanders, dan kan hij nu zeggen: wij zijn altijd tegen de doodstraf. Maar als we zouden doen wat mevrouw Yeşilgöz zegt, dan zeggen die landen: “Ja, ho eens even. Toen het u goed uitkwam, was u daar wel voor. Dit zijn de wetten in ons land. Hier zijn lhbti’ers illegaal. Hier zijn atheïsten illegaal. Het zijn terroristen. Loopt u maar weer een deur verder’.” 

Sjoerdsma richtte zich in het debat direct tot Yesilgoz: “Trek dat standpunt alstublieft in”.  Maar het VVD-Kamerlid voelde daar niks voor. 

EINDE

[88]

”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben opgebouwd”

3.37-3.54

YOUTUBE.COM

ZOMERGASTEN IN VIJF MINUTEN/MARK RUTTE 

[89]

” Artikel 2 Recht op leven

1. Eenieder heeft recht op leven. 

2. Niemand wordt tot de doodstraf veroordeeld of terechtgesteld.”

HANDVEST VAN DE GRONDRECHTEN VAN DE EUROPESE UNIE

https://www.europarl.europa.eu/charter/pdf/text_nl.pdf

[90]

”In het Kamerdebat afgelopen woensdag over naar Syrië uitgereisde mannen en vrouwen gebeurde iets waar een liberaal van moet gruwen. In het Kamerdebat accepteerde de VVD, de grootste liberale partij van Nederland, dat Nederlandse Syriëgangers in aanmerking kunnen komen voor de doodstraf bij berechting in Irak.”

….

….

”Het afnemen van het Nederlanderschap ondersteunen wij dan ook van harte. Maar zijdelingse ondersteuning van de doodstraf ondersteunt de JOVD niet. Nu niet, nooit niet!”

”Ook de JOVD begrijpt dat een oplossing niet eenvoudig is, en dat het terughalen van IS’ers onbespreekbaar is, maar deze weg is niet juist. Een voorstel dat nog niet ten tonele kwam is het oprichten van een internationaal tribunaal, in Irak, zonder doodstraf. Mocht de VVD dit voorstel omarmen en uitvoeren, dan begeven zij zich niet alleen op een meer rechtgeaard liberaal pad. Zij zorgen er ook voor dat berechting plaatsvindt, in Irak, maar op onze voorwaarden. Wij willen de Kamerfractie van de VVD oproepen minder grove uitspraken te doen die niet in lijn zijn met dat waar liberalen voor hebben gevochten in de loop van de geschiedenis. Durf vooruit te kijken, maar vergeet nooit het verleden.”

JOVD: DE VVD DWAALT VAN HET LIBERALE PAD EN WORDT

STEEDS MEER EEN ”LAW AND ORDER” PARTIJ

12 NOVEMBER 2019

https://jovd.nl/nieuws/jovd_%E2%80%98de_vvd_dwaalt_af_van_het_liberale_pad_en_wordt_steeds_meer_een_%E2%80%98law_and_order%E2%80%99_partij%E2%80%99

In de bescherming van individuen kan de doodstraf nooit gerechtvaardigd worden. Als de VVD dat wel doet, dwaalt de partij ernstig af van het liberale pad, betogen voorzitter Rick Oudshoorn en bestuurslid Anouk van Brug van de JOVD.

In het Kamerdebat afgelopen woensdag over naar Syrië uitgereisde mannen en vrouwen gebeurde iets waar een liberaal van moet gruwen. In het Kamerdebat accepteerde de VVD, de grootste liberale partij van Nederland, dat Nederlandse Syriëgangers in aanmerking kunnen komen voor de doodstraf bij berechting in Irak. De Nederlandse regering, de VVD en de JOVD (Jongerenorganisatie Vrijheid en Democratie) hebben altijd aangegeven IS’ers te willen berechten daar waar zij de oorlogsmisdaden hebben gepleegd: het voormalig kalifaat van IS, voor deze kwestie gaat het vooral over Irak. Het berechten daar heeft veel voordelen. Er is beter bewijs en er is geen kans op het terugkeren van voormalig terroristen in de Nederlandse samenleving. Het afnemen van het Nederlanderschap ondersteunen wij dan ook van harte. Maar zijdelingse ondersteuning van de doodstraf ondersteunt de JOVD niet. Nu niet, nooit niet!

Het wordt steeds duidelijker dat de VVD steeds meer een ‘law and order’-partij wordt, die steeds minder heeft met het liberalisme. De JOVD ondersteunt natuurlijk de lijn dat berechting in de regio moet plaatsvinden, dat zorgt voor een veiliger Nederland. Maar de doodstraf accepteren als ultieme consequentie, dat is alles behalve liberaal. Zeker voor een land, en een partij, dat internationaal strijdt voor mensenrechten. De VVD geeft echter aan pragmatisch te willen zijn in de onderhandelingen met Irak over de berechting van Nederlanders en Europese IS-strijders voor de Iraakse rechtbank. En ondanks dat het liberalisme niet dogmatisch is, kent het wel grenzen. De basisgedachte van het liberalisme beschermt individuen, van het collectief. Een echte liberaal zou daarom zeggen dat de staat nooit de beschikking mag hebben over leven en dood van haar burgers.

Internationaal tribunaal

Het liberalisme staat een sterke democratie voor en onderstreept het belang van goede rechtsgang in een sterke rechtstaat. Nu poogt de VVD dit te doen door de IS-strijders buiten de deur te houden, want de vrijheid van de één gaat zover als waar de vrijheid van de ander begint. Maar in de bescherming van individuen kan de doodstraf nooit gerechtvaardigd worden. Nu was het pleidooi van Dilan Yeşilgöz in de kamer niet geheel de rechtvaardiging van de doodstraf, het schuurde er enorm dicht tegen aan. Het roept de vraag op of de kernovertuiging van vooraanstaande VVD-Kamerleden als Dilan Yeşilgöz de kernovertuiging van de VVD representeert. Als dat het geval is, dwaalt de VVD ernstig af van het liberale pad. Het liberalisme is breed interpreteerbaar, maar het is niet louter pragmatisch, het historisch besef van de VVD zou dat moeten onderstrepen. Het wordt ook wel lastig uit te leggen aan jonge liberalen als zelfs het CDA een beter begrip tentoonspreidt dan de ‘eigen’ VVD.

Ook de JOVD begrijpt dat een oplossing niet eenvoudig is, en dat het terughalen van IS’ers onbespreekbaar is, maar deze weg is niet juist. Een voorstel dat nog niet ten tonele kwam is het oprichten van een internationaal tribunaal, in Irak, zonder doodstraf. Mocht de VVD dit voorstel omarmen en uitvoeren, dan begeven zij zich niet alleen op een meer rechtgeaard liberaal pad. Zij zorgen er ook voor dat berechting plaatsvindt, in Irak, maar op onze voorwaarden. Wij willen de Kamerfractie van de VVD oproepen minder grove uitspraken te doen die niet in lijn zijn met dat waar liberalen voor hebben gevochten in de loop van de geschiedenis. Durf vooruit te kijken, maar vergeet nooit het verleden.

EINDE

[91]

GEEN MEDELIJDEN MET JIHADISTEN/OVER IS VROUWEN, JEZIDIS EN

MENSENRECHTEN/QUOTE ATTACK OP DILAN YESILGOZ

ASTRID ESSED

2 DECEMBER 2019

AD

STEUN DE SLACHTOFFERS IN PLAATS VAN IS-VROUWEN

https://www.ad.nl/opinie/steun-de-slachtoffers-in-plaats-van-is-vrouwen~a2f36f14

OPINIEHet bagatelliseren van de rol van IS-vrouwen moet stoppen, stelt Dilan Yesilgöz-Zegerius (Tweede Kamerlid voor de VVD en woordvoerder terrorisme en veiligheid). De lobby voor hun terugkeer en meer begrip is ‘beschamend’. Terwijl over de echte slachtoffers niet wordt gesproken.

Dilan Yesilgöz-Zegerius 06-11-19

‘Ik bleef hem zeggen dat het pijn deed – stop alstublieft’, getuigt het 12-jarige meisje. Hij snoerde haar de mond en bond haar handen vast. Voordat hij zich aan het 12-jarige meisje vergreep, ging hij aan de bedrand bidden. ‘Hij zei dat hij volgens de islam een ongelovige mag verkrachten. Hij zei dat hij, door mij te verkrachten, dichter bij God komt.’

De New York Times sprak met 21 vrouwen en meisjes die uit de handen van IS-strijders konden ontsnappen. De beschrijvingen van een goed georganiseerde slavenhandel en het systematisch verkrachten van Jezidi-meisjes en vrouwen, is confronterend en misselijkmakend. In ons land lijkt vooral aandacht te zijn voor de vrouwen en mannen die willens en wetens naar het kalifaat zijn afgereisd om zich bij IS aan te sluiten.

De vraag is wat er moet gebeuren met de IS’ers die ‘spijt’ hebben gekregen van hun deelname aan de strijd. ‘IS-bruiden’ worden de vrouwen eufemistisch genoemd. Waar over de echte slachtoffers van IS, zoals de Jezidi-gemeenschap, nauwelijks wordt gesproken, lijkt iedereen zich zorgen te maken over de vraag of en hoe deze vrouwen moeten worden teruggehaald naar Nederland. Laten we stoppen met het bagatelliseren van de rol van IS-vrouwen. Zij zijn bewust afgereisd naar Syrië en Irak uit sympathie voor een verderfelijk gedachtegoed.

Geen huisvrouwen

Het zijn geen huisvrouwen en moeders die slechts voor de kinderen zorgden. Getuigenissen van verschillende Jezidi-vrouwen, zoals Nadia Murad en Parween Alhinto, liegen er niet om. Zij werden jarenlang gemarteld en mishandeld door IS-vrouwen. Zij rekruteerden nieuwe IS’ers, hielpen hun mannen om gevangenen te verkrachten en verheerlijkten deze vreselijke misdaden ook nog.

Voor de VVD is er geen enkele reden om deze vrouwen een tweede kans in Nederland te geven. De lobby voor repatriëring en meer begrip voor IS-vrouwen is wat de VVD betreft beschamend en naïef. Dit zijn oorlogsmisdadigers die alle mensenrechten die zijzelf grof hebben geschonden nu ineens willen gebruiken om terug te kunnen keren naar Nederland. Die de rechtsstaat die zij niet erkennen, nu doodleuk willen gebruiken. Onbegrijpelijk dat zij zo graag terugkeren naar het land dat zij bij hun volle verstand en vanuit diepgewortelde verachting hebben verlaten.

Ik weiger te geloven dat zij slechts slachtoffers waren van hun echtgenoten. Laten we luisteren naar de echte slachtoffers, in plaats van deze ‘bruiden’ nog langer de hand boven het hoofd te houden. Wat de VVD betreft begint dat met het ontvangen van Nadia Murad en andere slachtoffers in de Tweede Kamer, zodat iedereen de gruwelijkheden die de werkelijke slachtoffers zijn aangedaan, uit eerste hand kan horen. En wij hen kunnen beschermen, in plaats van vrouwelijke terroristen.

EINDE

Reacties uitgeschakeld voor Noten 86 t/m 91/HOOFDSTUK III

Opgeslagen onder Divers

Noot 85/HOOFDSTUK II

[85]


NU.NL

SPECIALE OPVANG OVERLASTGEVENDE ASIELZOEKERS OP

LOSSE SCHROEVEN

4 MAART 2024

https://www.nu.nl/asielcrisis/6303905/speciale-opvang-voor-overlastgevende-asielzoekers-op-losse-schroeven.html?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.nl%2F

Asielzoekers mogen op basis van de huidige regels niet in een speciale opvanglocatie voor overlastgevende asielzoekers worden geplaatst, oordeelde de rechter vrijdag. Daarmee staat de zogenoemde procesbeschikbaarheidslocatie (PBL) even op losse schroeven.

Het demissionaire kabinet wilde flink inzetten op het aanpakken van overlastgevende asielzoekers. Een van de maatregelen was een speciale opvanglocatie waar overlastgevende asielzoekers hun asielproces moeten uitzitten: de PBL.

In die PBL vangt het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) op die overlast veroorzaken én weinig kans hebben om een verblijfsvergunning te krijgen. Het gaat bijvoorbeeld om asielzoekers uit landen die door Nederland veilig zijn bevonden. De pilot voor deze manier van opvang begon vorig jaar in Ter Apel. Binnenkort moet er een tweede locatie in Budel komen.

Maar een van de asielzoekers die deze maatregel kreeg opgelegd, stapte naar de rechter. Die oordeelde vrijdag dat er “onvoldoende grondslag is voor het vrijheidsbeperkende karakter van de opvang in een PBL”.

Wat is een procesbeschikbaarheidslocatie?

De naam zegt het eigenlijk al. In een procesbeschikbaarheidslocatie moeten asielzoekers vrijwel de hele dag beschikbaar zijn voor hun asielproces. De asielzoekers moeten een verplicht dag- en avondprogramma volgen. De PBL is afgesloten van de rest van de asielopvang en de asielzoekers mogen de PBL per dag twee keer een uur verlaten.

PBL blijft vooralsnog open

Volgens de rechter mogen wel vrijheidsbeperkende maatregelen worden opgelegd aan asielzoekers. Maar een PBL is een zodanig grote vrijheidsbeperking dat er speciale regelgeving voor moet zijn. Dat is nu niet het geval. Het ministerie heeft de PBL opgezet op basis van het beleid dat nu al binnen azc’s bestond.

Volgens de rechtbank heeft daarom niet alleen deze asielzoeker, maar hebben alle asielzoekers recht op gewone opvang.

Maar dat betekent niet dat er direct een streep wordt gezet door het project. Het COA en het ministerie zeggen de uitspraak te bestuderen. De PBL in Ter Apel blijft vooralsnog gewoon open, zegt een woordvoerder van het ministerie van Justitie en Veiligheid.

De PBL-pilot verliep al enigszins moeizaam. Eind vorig jaar had de PBL in Budel al open moeten zijn en hadden er maximaal honderd mensen in de PBL in Ter Apel moeten zitten. Dat aantal is nu blijven steken op maximaal dertig vanwege de drukte bij het aanmeldcentrum in het Groningse dorp.

Het is daarnaast de vraag wanneer iemand daadwerkelijk overlast veroorzaakt en in de PBL terechtkomt. Demissionair minister Dilan Yesilgöz (Justitie en Veiligheid) schreef vorige week aan de Tweede Kamer dat “professionals in de keten” deze afweging maken. Maar naast de PBL bestaat er al een opvanglocatie voor asielzoekers die veel overlast veroorzaken: de zogenoemde handhaving- en toezichtlocatie in Hoogeveen.

Aanpassing: NU.nl schreef eerst dat het COA in hoger beroep zou gaan. Dit meldde het COA zelf aan NU.nl, maar dit bleek een vergissing. Het COA had twee zaken door elkaar gehaald. Op een later moment laten ze weten of ze in deze zaak in hoger beroep gaan.

EINDE BERICHT

RTV NOORD

SPECIALE OPVANG VOOR OVERLASTGEVENDE ASIELZOEKERS

TER APEL OP ”PAUZESTAND” NA UITSPRAAK RECHTER

https://www.rtvnoord.nl/politiek/1137078/speciale-opvang-voor-overlastgevende-asielzoekers-ter-apel-op-pauzestand-na-uitspraak-rechter

De speciale opvang van overlastgevende asielzoekers in Ter Apel gaat tijdelijk op slot. Dat heeft staatssecretaris Eric van der Burg van Asielzaken besloten. Aanleiding is een uitspraak van de rechter.

Die rechter stelde een asielzoeker in het gelijk, die was geplaatst in de zogenoemde procesbeschikbaarheidslocatie (PBL) in Ter Apel. Daarin worden asielzoekers opgevangen die weinig kans hebben op een verblijfsvergunning. Ze zitten 22 uur per dag achter gesloten deuren, zodat ze weinig tijd hebben om rond te zwerven.

Bewust vaag gehouden wat overlast is

De rechter oordeelt nu dat er ‘onvoldoende grondslag is’ om asielzoekers hier op te sluiten. Hun vrijheid wordt te zeer beperkt.

Voor Van der Burg is de uitspraak aanleiding om een pas op de plaats te maken. Het betekent dat er voorlopig geen kansarme asielzoekers in de PBL worden geplaatst.

Rust niet veel zegen op PBL

De PBL werd afgelopen zomer geopend. De verwachtingen waren hoog, maar veel zegen rust er niet op deze aanpak. Zo is het aantal plekken beperkt tot 30, terwijl de staatssecretaris beloofde dat het er snel 50 en begin dit jaar 100 plekken zouden worden. Die beloftes zijn niet nagekomen.

Al jaren overlast van deze groep asielzoekers

Ter Apel en omgeving gaan al jaren zwaar gebukt onder de overlast van kansarme asielzoekers. Ze komen uit landen als Marokko, Tunesië en Algerije. Van der Burg heeft meerdere keren laten weten dat de PBL een deel van de oplossing zou zijn voor de problemen in Ter Apel en wijde omgeving.

Niet te zeggen hoe lang het gaat duren

Volgens een woordvoerder is nog niet te zeggen hoe lang deze voorziening in de ‘pauzestand’ blijft staan. Dat hangt met name af van de verdere bestudering van de rechterlijke uitspraak.

De rechtszaak was aangespannen tegen het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA). Het is nog niet bekend of de opvangorganisatie in beroep gaat tegen de uitspraak.

Wat is de PBL precies?

De PBL is een woonblok waar asielzoekers worden geplaatst die weinig kans op een verblijfsvergunning hebben. Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft er grote hekken om geplaatst. De bedoeling is dat de procedures versneld worden afgehandeld. De asielzoekers moeten daar 22 uur per dag voor beschikbaar zijn, met als gevolg dat ze nauwelijks rond kunnen zwerven in Ter Apel en omgeving.

EINDE BERICHT

RTV DRENTHE

RECHTER LEGT BOM ONDER SPECIALE OPVANG

VOOR OVERLASTGEVENDE ASIELZOEKERS IN TER APEL

1 MAART 2024

https://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/16322994/rechter-legt-bom-onder-speciale-opvang-voor-overlastgevende-asielzoekers-in-ter-apel

Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft een asielzoeker in Ter Apel ten onrechte onder een verzwaard regime geplaatst. Dat heeft de rechtbank in Den Haag bepaald. Deze uitspraak kan verstrekkende gevolgen hebben voor de procesbeschikbaarheidslocatie (PBL), die is opgericht om de overlast in Ter Apel en omgeving te bestrijden, meldt RTV Noord.

De PBL is een woonblok in het asielzoekerscentrum in Ter Apel, waar in opdracht van het ministerie van Justitie een metershoog hek omheen is gezet. Hierin worden overlastgevende asielzoekers geplaatst. Hun aanvragen worden versneld behandeld.

‘Vrijheidsbeperking is te groot’

De asielzoekers moeten 22 uur per dag binnen blijven om zo beschikbaar te zijn voor het afhandelen van hun aanvragen. Op die manier hebben ze weinig tijd om op straat rond te zwerven.

Hoogleraar migratierecht aan de Vrije Universiteit Lieneke Slingenberg zei vorige maand in een artikel in de NRC dat dit neerkomt op detentie en dat mag niet zonder juridische grondslag.

De NRC onthulde dat deze aanpak van overlastgevers is geïntroduceerd door een vertrouweling van minister Dilan Yesilgöz van Justitie (VVD). Daarbij werd bewust vaag gelaten wat overlast is, zodat zoveel mogelijk asielzoekers konden worden aangepakt.

De rechter vernietigt nu het besluit van het COA om de 35-jarige Syfaks uit Algerije in de PBL te plaatsen. Volgens het vonnis is er ‘onvoldoende wettelijke grondslag om asielzoekers op te sluiten in de PBL’. Er wordt op gewezen dat de vrijheidsbeperking zo groot is, dat het wel goed moet worden geregeld. ‘Dat is hier niet gebeurd’, concludeert de Haagse rechtbank.

De verwachtingen waren heel hoog

De PBL is een proef, die afgelopen zomer van start is gegaan. Er is jaren aan gewerkt. De voorziening is opgezet om de overlast in Ter Apel en de wijde omgeving, waaronder dorpen als Nieuw-Weerdinge, terug te brengen. De verwachtingen waren hoog bij de start.

De uitspraak van de rechtbank kan verstrekkende gevolgen hebben voor het slagen van de proef. Wat voor de Algerijnse Syfaks geldt, zou ook kunnen gelden voor anderen die op deze wijze worden opgevangen. Dat betekent dat deze uitspraak de speciale opvang van overlastgevende asielzoekers op losse schroeven zet.

Beloftes niet nagekomen

Het zit ook al tegen bij de uitbreiding van het aantal plekken in de PBL. Dat zijn er sinds de start dertig. Het ministerie van Justitie kondigde eerder aan dat het aantal plekken in november naar vijftig zou groeien en begin dit jaar zouden het er al honderd moeten zijn. Die beloftes zijn niet nagekomen.

Het COA beraadt zich op de uitspraak en kan dus nog niet zeggen of er hoger beroep wordt aangetekend. Daar wordt begin volgende week een besluit over genomen.

EINDE BERICHT

RTV NOORD

RECHTER LEGT BOM ONDER SPECIALE OPVANG

VOOR OVERLASTGEVENDE ASIELZOEKERS IN

TER APEL

1 MAART 2024

https://www.rtvnoord.nl/politiek/1135529/rechter-legt-bom-onder-speciale-opvang-voor-overlastgevende-asielzoekers-in-ter-apel

Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft een asielzoeker in Ter Apel ten onrechte onder een verzwaard regime geplaatst. Dat heeft de rechtbank in Den Haag bepaald. Deze uitspraak kan verstrekkende gevolgen hebben voor de procesbeschikbaarheidslocatie (PBL), die is opgericht om de overlast in Ter Apel en omgeving te bestrijden.

De PBL is een woonblok in het asielzoekerscentrum in Ter Apel, waar in opdracht van het ministerie van Justitie een metershoog hek omheen is gezet. Hierin worden overlastgevende asielzoekers geplaatst. Hun aanvragen worden versneld behandeld.

‘Vrijheidsbeperking is te groot’

De asielzoekers moeten 22 uur per dag binnen blijven om zo beschikbaar te zijn voor het afhandelen van hun aanvragen. Op die manier hebben ze weinig tijd om op straat rond te zwerven.

Hoogleraar migratierecht aan de Vrije Universiteit Lieneke Slingenberg zei vorige maand in een artikel in de NRC dat dit neerkomt op detentie en dat mag niet zonder juridische grondslag.

De NRC onthulde dat deze aanpak van overlastgevers is geïntroduceerd door een vertrouweling van minister Dilan Yesilgöz van Justitie (VVD). Daarbij werd bewust vaag gelaten wat overlast is, zodat zoveel mogelijk asielzoekers konden worden aangepakt.

De rechter vernietigt nu het besluit van het COA om de 35-jarige Syfaks uit Algerije in de PBL te plaatsen. Volgens het vonnis is er ‘onvoldoende wettelijke grondslag om asielzoekers op te sluiten in de PBL’. Er wordt op gewezen dat de vrijheidsbeperking zo groot is, dat het wel goed moet worden geregeld. ‘Dat is hier niet gebeurd’, concludeert de Haagse rechtbank.

De verwachtingen waren heel hoog

De PBL is een proef, die afgelopen zomer van start is gegaan. Er is jaren aan gewerkt. De voorziening is opgezet om de overlast in Ter Apel en de wijde omgeving terug te brengen. De verwachtingen waren hoog bij de start.

De uitspraak van de rechtbank kan verstrekkende gevolgen hebben voor het slagen van de proef. Wat voor de Algerijnse Syfaks geldt, zou ook kunnen gelden voor anderen die op deze wijze worden opgevangen. Dat betekent dat deze uitspraak de speciale opvang van overlastgevende asielzoekers op losse schroeven zet.

Beloftes niet nagekomen

Het zit ook al tegen bij de uitbreiding van het aantal plekken in de PBL. Dat zijn er sinds de start dertig. Het ministerie van Justitie kondigde eerder aan dat het aantal plekken in november naar vijftig zou groeien en begin dit jaar zouden het er al honderd moeten zijn. Die beloftes zijn niet nagekomen.

Het COA beraadt zich op de uitspraak en kan dus nog niet zeggen of er hoger beroep wordt aangetekend. Daar wordt begin volgende week een besluit over genomen.

EINDE BERICHT

UITSPRAAK RECHTBANK DEN HAAG

ECLI:NL:RBDHA:2024:2653

https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBDHA:2024:2653

ECLI:NL:RBDHA:2024:2653

Uitspraak delenInstantie

Rechtbank Den HaagDatum uitspraak

01-03-2024Datum publicatie

01-03-2024Zaaknummer

AWB 24/7Rechtsgebieden

VreemdelingenrechtBijzondere kenmerken

Eerste aanleg – enkelvoudigInhoudsindicatie

Vrijheidsbeperking bij plaatsing in een PBL. De rechtbank heeft een beslissing van het COa om een Algerijnse asielzoeker in een procesbeschikbaarheidslocatie (PBL) in Ter Apel te plaatsen vernietigd. De asielzoeker was tegen die beslissing in beroep gegaan. Eiser komt uit Algerije en heeft in Nederland een asielaanvraag ingediend. Het COa heeft eiser laten weten dat hij recht op opvang heeft. Hij kan zich voor opvang melden bij een PBL in Ter Apel. Een PBL is een opvanglocatie voor asielzoekers die een kansarme asielaanvraag hebben gedaan. De PBL bestaat uit een aantal kamers en gemeenschappelijke ruimtes. Rondom de PBL staan hekken waardoor de PBL afgesloten is van de rest van de locatie. In een PBL geldt verder een streng en sober regime; asielzoekers hebben een verplicht dag- en avondprogramma en mogen de PBL 2x een uur per dag verlaten, verder niet. De rechtbank oordeelt dat vrijheidsbeperking bij opvang van asielzoekers niet uitgesloten is. De vrijheidsbeperking die zo groot is als deze moet wel goed geregeld worden. Dat is hier niet gebeurd. Dat betekent dat de beslissing om eiser in een PBL te plaatsen vernietigd wordt. Eiser heeft recht heeft op gewone opvang totdat op zijn asielaanvraag is beslist. Het beroep is gegrond.Vindplaatsen

Rechtspraak.nlshare

Verrijkte uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen

Bestuursrecht

zaaknummer: AWB 24/7


uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 maart 2024 in de zaak tussen

[naam], eiser,

geboren op [geboortedatum],

van Algerijnse nationaliteit,

V-nummer: [V-nummer],

(gemachtigde: mr. I.M. Zuidhoek),

en

het bestuur van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, het COa,

(gemachtigde: mr. F. Sepmeijer).

Procesverloop

Op 20 juli 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (de staatssecretaris) aan eiser een aanwijzing gegeven op grond van artikel 55 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) dat eiser zich in verband met de behandeling van zijn aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel beschikbaar dient te houden in Ter Apel.

Op 21 december 2023 heeft het COa eiser mondeling medegedeeld dat eiser in aanmerking komt voor opvang in de PBL in Ter Apel.

Eiser heeft tegen deze mededeling beroep ingesteld.

Het COa heeft een verweerschrift ingediend.

De rechtbank heeft het beroep, tezamen met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen (geregistreerd onder het zaaknummer AWB 24/1067), op 2 februari 2024 op zitting behandeld. Eiser is niet verschenen, zijn gemachtigde wel. Het COa heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

Overwegingen

1. Het geschil heeft betrekking op het onderdak dat aan eiser wordt geboden. Eiser krijgt geen toegang tot de reguliere opvang voor asielzoekers. Hij krijgt wel toegang tot opvang in een PBL (in Ter Apel).

Achtergrond

2. Eiser heeft op 18 juli 2023 asiel aangevraagd. De asielaanvraag is op 7 augustus 2023 als kennelijk ongegrond afgewezen. Op 21 november 2023 heeft deze rechtbank, zittingsplaats Utrecht het beroep gegrond verklaard en het asielbesluit vernietigd. De staatssecretaris is daartegen in hoger beroep gegaan. Eiser stelt dat hij daarna drie keer heeft getracht om opvang te krijgen. Eiser geeft aan dat hij in Ter Apel is weggestuurd, zonder uitleg en zonder besluit. Eiser heeft zich de laatste keer op 21 december 2023 gemeld voor opvang. Het COa heeft eiser toen mondeling bericht dat hij in aanmerking komt voor opvang in de PBL. Eiser heeft vervolgens op 28 december 2023 beroep ingesteld tegen deze mededeling.

Gronden eiser

3. Eiser stelt dat het COa zonder vrijheidsbeperkende maatregel niet bevoegd is om zijn vrijheid te beperken zoals gebeurt bij opvang in een PBL. Het besluit om eiser niet op te vangen in de reguliere opvang, maar in een PBL, moet gelet op de verstrekkende gevolgen van het besluit worden neergelegd in een schriftelijk besluit. De aanwijzing (artikel 55 van de Vw) biedt onvoldoende basis voor de plaatsing in een PBL. Daarbij komt dat eiser niet in de doelgroep van de PBL valt. De doelgroep bestaat uit asielzoekers in spoor 1 (Dublin) of 2 (veilige landen van herkomst en personen met een status elders in de Europese Unie). Eiser zit in spoor 4. Voorts is de PBL niet geschikt voor langdurig verblijf; aangezien de staatssecretaris in hoger beroep is gegaan zal een nieuw besluit op de asielaanvraag nog maanden duren. Dat de plaatsing in een PBL voor onbepaalde tijd is, is onrechtmatig. De plaatsing is ook in strijd met het evenredigheidsbeginsel. De gevolgen van zo’n plaatsing voor eiser staan niet in verhouding tot het doel. Wat betreft het doel van de PBL merkt eiser nog op dat het werkelijke doel van de PBL een andere is dan het beschikbaar blijven voor de asielprocedure. Er is dan ook sprake van détournement de pouvoir. Tenslotte betwist eiser dat zijn asielaanvraag kansarm is. Daarbij komt dat onduidelijk is welke kansarme asielzoekers in een PBL worden geplaatst. Heldere criteria ontbreken namelijk.

Verweer COa

4. Het COa stelt zich op het standpunt dat een schriftelijk besluit omtrent de plaatsing in een PBL niet nodig is. De plaatsing vindt zijn grondslag in de aanwijzing die is gegeven op grond van artikel 55 van de Vw. De mededeling van 21 december 2023 aan eiser, waarbij het COa eiser mondeling heeft bericht dat hij in aanmerking komt voor opvang in de PBL, is aan te merken als een door het COa verrichte rechtens relevante handeling als bedoeld in artikel 72, derde lid, van de Vw. Dit betekent dat daar bezwaar tegen openstaat en de rechtbank niet bevoegd is om van het door eiser ingestelde beroep kennis te nemen. Het COa wijst op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 12 september 20191. Ter zitting heeft de gemachtigde van het COa betoogd dat het ondanks deze stelling toch graag een inhoudelijk oordeel van de rechtbank krijgt.

Beoordeling rechtbank

Relevante wet- en regelgeving

5.1.

In Richtlijn 2013/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van normen voor de opvang van verzoekers om internationale bescherming (de Opvangrichtlijn) zijn de minimumnormen voor opvang van asielzoekers in de lidstaten vastgelegd. Aan de lidstaten is opgedragen ervoor te zorgen dat voor asielzoekers materiële opvangvoorzieningen beschikbaar zijn. Die materiële opvangvoorzieningen moeten een levensstandaard bieden die hun bestaansmiddelen garandeert en hun fysieke en geestelijke gezondheid beschermt (artikel 17 van de Opvangrichtlijn).

5.2.

Artikel 7 van de Opvangrichtlijn – dat gaat over verblijf en bewegingsvrijheid – bepaalt het volgende:

1. Verzoekers kunnen zich vrij bewegen op het grondgebied van de ontvangende lidstaat of binnen een hun daartoe door die lidstaat aangewezen gebied. Dit aangewezen gebied mag de onvervreemdbare sfeer van het privéleven niet aantasten en dient voldoende bewegingsvrijheid te bieden om ervoor te zorgen dat alle voorzieningen die deze richtlijn biedt, toegankelijk zijn.

2. De lidstaten kunnen een besluit nemen over de plaats van verblijf van de verzoeker, om redenen van openbaar belang, openbare orde of indien nodig voor een snelle behandeling en een doeltreffende controle van het verzoek om internationale bescherming.

3. De lidstaten mogen de toekenning van materiële opvangvoorzieningen bepaald in dit hoofdstuk afhankelijk stellen van het daadwerkelijk verblijf van de verzoekers op een door de lidstaten te bepalen specifieke locatie. Het besluit daartoe kan een algemeen besluit zijn, dient per individu te worden genomen en moet conform het nationale recht tot stand komen.

4. De lidstaten voorzien in de mogelijkheid van het verlenen van een tijdelijke toestemming aan verzoekers om hun in de leden 2 en 3 bedoelde verblijfplaats en/of het in lid 1 bedoelde aangewezen gebied te verlaten. Beslissingen daartoe worden individueel, objectief en onpartijdig genomen, en negatieve beslissingen worden met redenen omkleed.

Verzoekers hebben geen toestemming nodig om afspraken met autoriteiten en rechtbanken na te komen indien hun aanwezigheid vereist is.

5. De lidstaten verlangen van verzoekers dat zij hun adres bekendmaken bij de bevoegde autoriteiten en eventuele adreswijzigingen onverwijld aan die autoriteiten doorgeven.

5.3.

In artikel 20 van de Opvangrichtlijn is bepaald in welke gevallen een lidstaat de opvangvoorzieningen mag beperken, dan wel in uitzonderlijke gevallen, mag intrekken. Dat artikel luidt als volgt:

1. De lidstaten kunnen de materiële opvangvoorzieningen beperken of, in uitzonderlijke en naar behoren gemotiveerde gevallen, intrekken indien een verzoeker:

a. a) de door de bevoegde instanties vastgestelde verblijfplaats verlaat zonder deze instanties op de hoogte te stellen of, indien toestemming vereist is, zonder toestemming; of

b) gedurende een in het nationale recht vastgestelde redelijke termijn niet voldoet aan de meldingsplicht of aan verzoeken om informatie te verstrekken of te verschijnen voor een persoonlijk onderhoud betreffende de asielprocedure; dan wel

c) een volgend verzoek als omschreven in artikel 2, onder q), van Richtlijn 2013/32/EU heeft ingediend.

In de onder a) en b) bedoelde gevallen, wanneer de verzoeker wordt opgespoord of zich vrijwillig bij de betrokken instantie meldt, wordt een met redenen omklede, op de redenen voor de verdwijning gebaseerde beslissing genomen inzake het opnieuw verstrekken van sommige of alle beperkte of ingetrokken materiële opvangvoorzieningen.

2. De lidstaten kunnen de materiële opvangvoorzieningen tevens beperken indien zij kunnen aantonen dat de verzoeker zonder gerechtvaardigde reden na zijn binnenkomst in die lidstaat niet zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is een verzoek om internationale bescherming heeft ingediend.

3. De lidstaten kunnen de materiële opvangvoorzieningen beperken of intrekken indien een verzoeker financiële middelen verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van materiële opvangvoorzieningen gebruik heeft gemaakt.

4. De lidstaten kunnen sancties vaststellen op ernstige inbreuken op de regels met betrekking tot de opvangcentra en op ernstige vormen van geweld.

5. De in de leden 1, 2, 3 en 4 van dit artikel bedoelde beslissingen tot beperking of intrekking van materiële opvangvoorzieningen of sancties worden individueel, objectief en onpartijdig genomen en met redenen omkleed. De beslissingen worden genomen op grond van de specifieke situatie van de betrokkene, met name voor personen die onder artikel 21 vallen, en met inachtneming van het evenredigheidsbeginsel. De lidstaten zien erop toe dat verzoekers te allen tijde toegang hebben tot medische hulp overeenkomstig artikel 19 en zorgen ervoor dat alle verzoekers een waardige levensstandaard genieten.

6. De lidstaten zorgen ervoor dat er geen materiële opvangvoorzieningen beperkt of ingetrokken worden voordat er een beslissing genomen is overeenkomstig lid 5.

5.4.

Het Hof van Justitie van de Europese Unie (EHvJ) heeft in de uitspraak van 12 november 2019, C-233/18 (Haqbin) geoordeeld dat het beperken of intrekken van de opvangvoorzieningen op grond van (onder andere) artikel 20, vierde lid, van de Opvangrichtlijn niet zo ver mag gaan dat asielzoekers daardoor verstoken blijven van elementaire levensbehoeftes zoals huisvesting, voedsel en kleding, ook niet als dit tijdelijk is. Wat wel is toegestaan, is dat wordt bepaald dat het verblijf van de betreffende asielzoeker wordt beperkt tot een afzonderlijk gedeelte van het opvangcentrum waarbij het wordt verboden met bepaalde bewoners in contact te treden of dat de asielzoeker wordt overgebracht naar een andere opvangvoorziening. Volgens het EHvJ staat de Opvangrichtlijn er ook niet aan in de weg dat de betreffende asielzoeker op grond van artikel 20, vierde lid van de Opvangrichtlijn in bewaring wordt gehouden, mits wordt voldaan aan de daarvoor in de Opvangrichtlijn neergelegde voorwaarden.

5.5.

Gelet op artikel 3a, eerste lid, van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers (Wet COa) bepaalt het COa in welke opvangvoorziening een asielzoeker wordt geplaatst en is het COa bevoegd een asielzoeker naar een andere voorziening over te plaatsen.

5.6.

De minimumnormen uit de Opvangrichtlijn zijn in Nederland (onder meer) uitgewerkt in de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (Rva 2005). Zo bevat de Rva 2005 bepalingen over de toelating tot de opvang (artikelen 2 t/m 4), de beëindiging van de opvang (artikelen 5 t/m 7), wat de opvang in een opvangvoorziening omvat (artikel 9) en het beperken van de verstrekkingen (artikel 10). En het is op grond van artikel 11 van de Rva 2005 aan het COa om te bepalen in welke opvangvoorziening een asielzoeker wordt (over)geplaatst.

5.7.

Op grond van artikel 55, eerste lid, Vw kan de vreemdeling die rechtmatig verblijf geniet op grond van artikel 8, onder f, van de Vw worden verplicht zich in verband met het onderzoek naar de inwilligbaarheid van de aanvraag om een verblijfsvergunning beschikbaar te houden op een door de staatssecretaris aangewezen plaats, overeenkomstig hem daartoe door de bevoegde autoriteit gegeven aanwijzingen.

5.8.

Het beleid van de staatssecretaris over de toepassing van dit artikel is neergelegd in A5/4 van de Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc). Als een vreemdeling een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel of regulier voor bepaalde tijd indient, wijst de Korpschef de gemeente waarin de opvangvoorziening zich bevindt aan als plaats waar de vreemdeling zich in verband met de behandeling van zijn aanvraag moet verblijven. De Korpschef doet de aanwijzing zowel mondeling als schriftelijk.

5.9.

In een brief van de staatssecretaris aan de Tweede Kamer van 29 juni 20222 heeft de staatssecretaris uiteengezet welke aanvullende maatregelen worden genomen ter voorkoming en aanpak van overlast en criminaliteit door asielzoekers. De PBL is bedoeld voor de opvang van vreemdelingen met een kansarme asielaanvraag in Nederland. In de PBL geldt, op basis van huisregels een sober regime en het vereiste dat betrokkenen steeds beschikbaar zijn voor de procedure op locatie. Doel: snelle procedures waarbinnen in kortere tijd het asielverzoek wordt beoordeeld, verblijfstijd op de locatie minimaal is en de overlast door asielzoekers met een kansarm verzoek te verkleinen en het organiseren van vertrek.

5.10.

In de nota Opdrachtbrief Pré-PBL van de staatssecretaris d.d. 9 juni 2023 staat, samengevat, het volgende. De ketenprocessen zijn zodanig vormgegeven dat de procedures snel kunnen worden doorlopen. Hierbij wordt de politie verzocht om de aanvragers die in de pilot behandeld worden met voorrang door het identificatie- en registratieproces (IenR-proces) te geleiden. Van DT&V wordt gevraagd om de voorlichtingsgesprekken te starten bij het begin van deze procedure en niet af te wachten tot er een beschikking gereed is. De pilot versnelde afdoening kansarme asielaanvragen is erop gericht om deze groep mensen op één plek te houden, door middel van huisregels, een gevuld dag- en avondprogramma en de inrichting van de locatie. Indien aanvragers bij een afwijzing in beroep gaan, zullen ze deze procedure op een andere COa-locatie afwachten. Op de pilot-locatie gelden strenge huisregels, waaronder de plicht om zich een of twee keer per dag bij het COa te melden (inhuisregistratie) en zal maximaal worden ingezet op het waarborgen van de aanwezigheid van de asielzoekers voor hun procedures. Voor plaatsing in deze modaliteit komen alle kansarme aanvragers in aanmerking, waarbij geen sprake hoeft te zijn van een asielzoeker die overlast heeft veroorzaakt, zoals bij plaatsing in de Handhaving- en Toezichtlocatie (HTL) wel het geval is. Kwetsbare vreemdelingen zullen worden uitgezonderd van plaatsing in deze modaliteit. De asielzoekers die worden geplaatst in de pilot zullen zich, op grond van artikel 55, eerste lid, Vw, in verband met het onderzoek naar de inwilligbaarheid van de aanvraag om een verblijfsvergunning beschikbaar moeten houden op een door Onze Minister aangewezen plaats, overeenkomstig hem daartoe door de bevoegde autoriteit gegeven aanwijzingen. De vreemdeling zal hiertoe een schriftelijke aanwijzing ontvangen, afgegeven door de bevoegde medewerkers van de IND (M117-C).

5.11.

In het onderhavige geval is op 20 juli 2023 aan eiser een aanwijzing als bedoeld in artikel 55 van de Vw gegeven. Deze aanwijzing houdt het volgende in:

“Ingevolge artikel 55 van de Vw wijs ik Ter Apel aan als plaats waar u zich beschikbaar dient te houden in verband met de behandeling van uw aanvraag.

Ik geef u hierbij de volgende aanwijzing. U dient zich beschikbaar te houden in de u aangewezen verblijfplaats, tenzij aan u expliciet (schriftelijk) wordt medegedeeld dat uw aanwezigheid in de u aangewezen verblijfplaats ten behoeve van het onderzoek naar uw aanvraag voor de van een bepaalde dag naar het oordeel van de Immigratie- en Naturalisatiedienst niet meer noodzakelijk wordt geacht. In elk geval dient u zich op de dagen dat u een afspraak heeft in de aangewezen verblijfplaats vanaf 08:00 uur beschikbaar te houden in de u aangewezen verblijfplaats”.

5.12.

De huisregels Pré-PBL bevatten (onder 8 onder andere) de volgende huisregel:

“Betreden van locatie en aanwezigheid op locatie

U dient de hele dag aanwezig te zijn op deze COa-locatie zodat u beschikbaar bent voor afspraken in het kader van uw asielprocedure. U dient daarnaast deel te nemen aan het dag- en avondprogramma. Tijdens de vrije ruimtes in het programma kunt u de locatie kort verlaten. (…)”

5.13.

Hoofdstuk 5 van de Vw (artikel 56 e.v.) bevat bepalingen over en de voorwaarden waaronder vrijheidsbenemende en -ontnemende maatregelen kunnen worden genomen.

5.14.

Artikel 5 van de Wet COa bepaalt:

1. In afwijking van artikel 72, derde lid, van de Vw zijn de afdelingen 1, 3 en 4 van hoofdstuk 7 van de Vw van toepassing op besluiten in het kader van het onthouden dan wel de beëindiging van verstrekkingen bij of krachtens deze wet.

2. In afwijking van artikel 72, derde lid, van de Vw worden handelingen van het COa ten aanzien van een vreemdeling als zodanig die worden verricht in het kader van de beëindiging van verstrekkingen bij of krachtens deze wet, voor de toepassing van deze wet met een beschikking gelijkgesteld. De afdelingen 1, 3 en 4 van hoofdstuk 7 van de Vw zijn op die beschikking van toepassing.

Beroep of bezwaar?

6. Allereerst staat ter beoordeling of tegen de mededeling van het COa dat eiser opvang kan krijgen in een PBL beroep kan worden ingesteld bij de rechtbank. De rechtbank stelt vast dat in het onderhavige geval de mededeling niet op schrift is gesteld. Dat betekent dat van een besluit als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet COa reeds om die reden geen sprake is. Overigens is de rechtbank van oordeel dat het vanuit het oogpunt van zorgvuldigheid en duidelijkheid de voorkeur verdient dat een beslissing als de onderhavige op schrift wordt gesteld en wordt uitgereikt aan de vreemdeling. Met zo’n schriftelijke beslissing kan individueel, objectief en met redenen omkleed uiteen worden gezet waarom de betreffende vreemdeling geen opvang op een reguliere opvanglocatie krijgt, maar wel opvang in een PBL kan krijgen. Nu dat in dit geval niet is gebeurd, zal de rechtbank beoordelen of de mededeling die hier is gedaan kwalificeert als een handeling van het COa die wordt verricht in het kader van de beëindiging van verstrekkingen en die gelijkgesteld wordt met een beschikking als bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de Wet COa.

6.1.

De rechtbank is van oordeel dat dat het geval is. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat de mededeling kan worden gezien als een weigering om eiser toe te laten tot de reguliere opvang en dat het recht op opvang komt te vervallen als eiser geen gevolg geeft aan de mededeling.

6.2.

Dat betekent dat het beroep ontvankelijk is en de rechtbank toekomt aan een inhoudelijke beoordeling van het geschil.

Inhoudelijke beoordeling rechtbank

7. Uit de stukken en dat wat ter zitting naar voren is gebracht blijkt het volgende.

Op dit moment heeft alleen de opvanglocatie in Ter Apel een PBL. Feitelijk is er op het terrein van de opvanglocatie in Ter Apel een aparte opvang gecreëerd voor 30 asielzoekers. Die opvang bestaat uit een aantal (eenpersoons)kamers en gemeenschappelijke ruimtes. Deze opvang bevindt zich in een “hofje” en wordt met hekken afgeschermd van de rest van de opvang. Asielzoekers die in de PBL worden opgevangen mogen zich de hele dag op het terrein van het hofje vrijuit bewegen, maar mogen het terrein van het hofje niet verlaten. Dat laatste kan slechts tweemaal daags (een uur per keer). Verder krijgen zij een verplicht dag- en avondprogramma en moeten zij zich beschikbaar houden voor de afwikkeling van hun asielaanvraag. De plaatsing in de PBL duurt zolang er nog niet is beslist op de aanvraag. Vooraf – op het moment dat tot plaatsing in een PBL wordt besloten – wordt de duur van de plaatsing niet bepaald.

7.1.

Ter zitting heeft het COa toegelicht dat plaatsing in een PBL bedoeld is voor asielzoekers met een kansarme aanvraag. Dat zijn volgens het COa in ieder geval asielzoekers in spoor 1 en 2 en kunnen ook asielzoekers in spoor 4 zijn. Verder heeft het COa ter zitting betoogd dat de grondslag voor het vrijheidsbeperkende karakter van de individuele plaatsing in een PBL kan worden gevonden in de aanwijzing die is gegeven op grond van artikel 55 van de Vw.

7.2.

Niet in geschil is dat eiser recht heeft op opvang en dat de opvang die wordt geboden in de PBL een vrijheidsbeperkend karakter heeft.

7.3.

Op grond van de Opvangrichtlijn is het de lidstaten toegestaan om een plaats van verblijf aan te wijzen indien dat nodig is voor een snelle behandeling van de asielaanvraag. Ook is het mogelijk om een gebiedsbeperking aan te wijzen en de toekenning van materiële opvangvoorzieningen afhankelijk te stellen van het daadwerkelijk verblijf van de verzoekers op een door de lidstaten te bepalen specifieke locatie. Onder bepaalde voorwaarden is het verder toegestaan in een opvangvoorziening maatregelen te treffen die kunnen inhouden dat een asielzoeker in een andere opvanglocatie wordt ondergebracht. En dat die maatregelen mogelijk zo ver gaan dat iemand in zijn bewegingsvrijheid wordt beperkt of zelfs zijn vrijheid wordt ontnomen, is daarbij niet uitgesloten.

7.4.

In Nederland zijn de (minimum)normen voor de opvang, de normen voor het beperken, intrekken en beëindigen van de opvang en de vrijheidsbeperking en -ontneming geregeld en uitgewerkt in de Vw en de Rva 2005. Zo zijn in de Rva 2005 (onder andere) bepalingen over de toelating tot de opvang (artikelen 2 t/m 4), de beëindiging van de opvang (artikelen 5 t/m 7) en het beperken van de verstrekkingen (artikel 10) neergelegd. De vrijheidsbeperking die op dit moment onlosmakelijk verbonden is met de opvang in een PBL is niet een beperking die geregeld is in de Rva 2005. De Vw bevat in hoofdstuk 5 weliswaar regels voor vrijheidsbeperkende (en vrijheidsontnemende) maatregelen (artikel 56 e.v.), maar in dit geval is de vrijheidsbeperking niet gebaseerd op één van de maatregelen uit hoofdstuk 5 van de Vw. Ook daarin valt dus geen grondslag voor de vrijheidsbeperking in een PBL te vinden. En hoewel artikel 7 van de Opvangrichtlijn en het daarop gebaseerde artikel 55 van de Vw in bepaalde situaties de mogelijkheid biedt tot het aanwijzen van een locatie waar de vreemdeling moet verblijven, betekent dat niet dat op grond van dit artikel zonder meer een vrijheidsbeperking van een omvang als de onderhavige kan plaatsvinden. Zo is bijvoorbeeld onduidelijk op grond waarvan de vrijheidsbeperking zich ook uitstrekt tot de dagen of momenten waarop er geen afspraken in het kader van de asielprocedure zijn gemaakt met eiser. Ook de aanwijzing die in dit geval is gegeven duidt niet op een vrijheidsbeperking van die omvang. Die aanwijzing betreft immers alleen de verplichting voor de vreemdeling om zich in verband met het onderzoek naar de inwilligbaarheid van de asielaanvraag beschikbaar te houden op een aangewezen plaats, in dit geval Ter Apel. Anders dan het COa heeft betoogd biedt ook die aanwijzing in dit geval dus geen voldoende grondslag voor het vrijheidsbeperkende karakter van deze omvang bij de plaatsing in een PBL.

7.5.

De rechtbank is gelet op het voorgaande dan ook van oordeel dat de beperking van de vrijheid die onlosmakelijk verbonden is aan de plaatsing in een PBL geen voldoende grondslag heeft in de toepasselijke wet- en regelgeving. Onder die omstandigheden kan het COa eiser niet voor de keuze stellen opvang in een PBL te gebruiken of geen opvang te krijgen.

7.6.

Dat betekent dat het beroep tegen de met een beschikking gelijk te stellen handeling (de mededeling van het COa) reeds hierom gegrond is. Gelet hierop komt de rechtbank aan een bespreking van de overige gronden niet toe.

7.7.

De rechtbank ziet in het voorgaande aanleiding om het COa te veroordelen in de proceskosten die eiser heeft moeten maken voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De rechtbank stelt de kosten op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht vast op € 1750,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting, met een waarde per punt van € 875,00 en wegingsfactor 1).

Beslissing

De rechtbank

  • -verklaart het beroep tegen de handeling (de mededeling van het COa) van 21 december 2023 gegrond;
  • -vernietigt de met een beschikking gelijk te stellen handeling;
  • -veroordeelt het COa in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1750,-.

Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Munsterman, rechter, in aanwezigheid van Z.P. de Wilde, griffier op 1 maart 2024 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.

de griffier de rechter

Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na de dag van bekendmaking.

1ECLI:NL:RVS:2019:3142.

2Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 19 637, nr. 2908.

Reacties uitgeschakeld voor Noot 85/HOOFDSTUK II

Opgeslagen onder Divers