zondag 19 juni 2016
Vermoeiend, dat fascisme en al die politie om de fascisten ongestoord te kunnen laten marcheren. Maar ongestoord marcheren is nu precies wat we fascisten niet kunnen laten doen, dus zat er weinig anders op dan in Breda ons vrolijke best te doen om de geplande Pegida-demonstratie dwars te zitten met luid en zichtbaar protest. Dat hebben we dus gedaan, tegen een prijs die de vorm aannam van ontvoering en klappen vanwege de politie-overmacht. Maar we hebben het gedáán.
Pegida had haar optocht vormgegeven als protest tegen vluchtelingen en de opvang daarvan. Sdaarmij hoopte e het een graantje mee te pikken van al het racistische zaad dat niet alleen door Wilders, maar ook door Samson, Rutte, Zijlstra en handlangers de afgelopen maanden is gezaaid. Dit is hoe het fascisme wortel schiet: de gevestigde politiek vergiftigt de politieke atmosfeer door vluchtelingen te brandmerken als aanslag op begroting en beschikbare ruimte. Wilders blaast de giftige dampen verder aan , bouwt daarmee aan zijn macht en roept zijn aanhang op om in ‘verzet’te komen tegen vluchtelingenopvang. Allerhande hele en vooralsnog halve fascisten geven dat verzet vorm, met knokploegen hier en een brandbom daar en met optochten door zowel neonazi’s als andere fascistenbendes waarvan Pegida er eentje vormt. Pegida het leven zur maken is daarom deel van een breder antifascistisch verhaal.
Gemotiveerd en wel gingen ook uit Tilburg en andere Brabantse steden antifascisten naar Breda, waar Pegida haar optocht op poten had gezet. Eerst naar een voorverzamelpunt, even buiten de stad.. vandaarui in kleinere groepjes naaer het verzamelpunt van Pegida, op het Kasteelplein. Enkelen werden al snel tegengehouden door poluitie, door middel van IS-controle. Anderen kwamen wel op het Kasteelplein, troffen weer anderen waaronder enkele – aan attributen te oordelen – SP-ers of SP-sympathisanten. Een agent stapte al snel op enkele actievoerders af met de opdracht om te vertrekken, Toen ik al vertrekkend een spandoek met “Vluchtelingen welkom” wilde ontrollen, maakte dezelfde agent duidelijk dat ik dat beter kon laten als ik mijn spandoek niet weer zou oprollen. Dat deed ik, afscheidn nemen van het doek leek me niet zinvol.
Even later stonden we – een groepje van tussen twintig tot dertig mensen, later mogelijk nog wat meer – vlak om de hoek van het Kasteelplein richting Grote Markt, tegenover een lijntje politie. Hopla, spandoek weer te voorschijn en met een kameraad vastgehouden; andere maten hadden een AFA vlag ontvouwd waar mee ze naast ons stonden. Leuzen roepen en zingen. “Nazis eruit!”, “Police protects the nazis”, “Say it loud, say it clear, Refugees are welcome here!”, en “Shame, Shame, Shame on you” , wijzend naar de agenten die, inderdaad, met hun linie de Pegida-fascisten beschermden. Ik kon het niet laten om bij dat Shame elke agent aan te wijzen en proberen aan te kijken. Maar aangenkeken worden is iets dat agenten niet erg weten te waarderen in dit soort situaties.
Nieuwe hectiek opeens. Ben van der Kooij, kopstuk in het fascistenwereldje, was gesignaleerrd. Rennen die kant op. ME meteen er bij, meppend en geagiteerd gebarend: die kant op. Langs een ME-busje, méér meppende agenten. Daar zijn pijnlijke klappen uitgedeeld. Wegwezen hier was de zeer expliciete, gewelddadig afgedwongen policy. Verderop hergroeperen, proberen bij elkaar te blijven, en snel zigzaggend dichtbij de route van Pegida te komen om ze aldaar uit te jouwen. Dat lukte heel eventjes, op enkele plekken. Maar al zigzaggend scheurde er een ME bus langs, reed tegen iemand aan en maakte daarmee anderen extra boos. Toen er weer ME-busjes langskwamen, deinsde ik terug, niet van plan om zelf aangereden te worden, dat lukte. Maar na dit busjesgescheur was de groep wel in tweeën gesplitst.
Op één plek waar Pegida langs trok kon ik roepen: “Waarom beschermt politie de fascisten?” Commentaar van iemand op een paar meter afstand, geen deelnemer aan de optocht maar een toeschouwer: “Het zijn helemaal geen fascisten! Het zijn gewoon goede Nederlanders”, of woorden van die strekking. Stond ik kennelijk gewoon naast een soort Pegida-supporter te roepen. Mijn reactie: Nou, dan ben ik maar liever een slechte Nederlander.
De Pegida-mars telde trouwens pakweg vijftig deelnemers. Het was niet makkelijk te zien, er was nogal veel politie vlak om en bij de stoet. Ik zag een Nederlandse vlag, die ze van mij mogen houden ook. Wel zo duidelijk: dáár voert nationale loyaliteit in haar consequentie immers naar toe: naar fascistische optochten en erger. Ik zag echter ook een regenboogvlag, symbool van de emancipatie van homo’s en lesbo’s en van seksuele diversiteit. Dat maakte me razend: misbruik vann een emancipatiesymbool, wellicht een poging om islam-bashend te scoren over de hofden van de doden van Orlando, maar sowieso weerzinwekkend.
Intussen werd tijdens de haastige rondwandelingen door de Bredase straten duidelijk dat de politie niet enkel meer bezig was met het beschermen van de fascistenoptocht die inmiddels in volle gang was. De klopjacht op antifascisten was geopend. Geleidelijk hoorden we over arrestaties, en intussen misten we ook mensen van ons groepje. Zelf werden we ook herhaaldelijk achtervolgd, onder meer in het park waar we beland waren, dichtbij het vertrekpunt wat – zo drong uiteindelijk tot me door – de plek was waar Pegida haar show afsloot. Terwijl een ME_bus plus lopende ME-ers ons achtervolgde, riepen we nog “Jullie zijn slechts goedbetaalde hooligans”. Het is bijna een belediging. Voor hooligans dan.
Op het plein zag ik minstens één iemand aangehouden worden. Ik stond op geruime afstand, maar toen er van opzij in het park ook weer een groepje ME-ers opdook, vond ik het met tegenzin beter om het dringend advies van kameraden te volgen en me verder terug te trekken. Met een klein groepje trokken we ons uit de binnenstad terug. Tijd om even tot rust te komen. Het was weinig zinvol om de klopjacht van de politie verder te trotseren met riskante bewegingen, terwijl er geen Pegida-mars meer gaande was om tegen de ageren. Larter voegden we ons bij weer anderen. Napraten op een terrasje. Daarna zijn een paar van ons naar het cellencomplex gegaan waar de opgepakte mensen waarschijnlijk vastgehouden werden: een blokkendoos, naast andere blokkendozen waaronder, hoogst curieus, een skartbaan waar brommerjeugd af en aan reed. Hoe krijg je het bedacht, zo ’n plek. De lelijkste pek van Brabant, afgezien van al die andere foeilelijke, door politiebureaus ontsierde plekken dan.
Daar was het wachten geblazen, en even later kwamen er meer actievoerders om mensen na vrijlating rte begroeten en van eten en drinken te voorzien. Pas tegen negenen was het rvijlaten van enkelingen en kleine groepjes op gang gekomen, pas tegen elcven waren alle 23 mensen die vast zaten, weer biten het cellencomplex. Mensen vert4elden hun belevenissen, en die liepen nogal uiteen. Nogal wat mensen waren ‘zomaar’ opgepakt, omdat ze er wáren, omdat ze kennelijk bij de anti-Pegida-mensen hoorden, omdat ze iets riepen, zich niet snel genoeg verwijderden toen de politie daartoe bevel gaf. Van een duidelijk uitgevaardigde noodverordening die aanhoudingen nog een schijn van legitimiteit kon geven was geen sprake, de opgepakte mensen uitten hun mening en hun woede, en meer had de politie kennelijk niet nodig als ‘aanhoudingsgrond’. Het oppakken van deze mensen verdient het etiket ‘arrestatie’ eigenlijk niet, dat is veel te clean. Dit was gewoon ontvoering op klaarlichte dag, bedreven door de politie.
Enkele aanhoudingen gingen met openlijke grofheid gepaard. Een vrouw van niet-Nederlandsde herkomt kreeg in een heftige verbale confrontatie met de politiek te horen “Go back to your own country”, na ook al voor ‘bitch’ te zijn uitgemaakt. Racisme en seksisme dus, bedreven van jouw en mijn belastinggeld. Natuurlijk maken boze mensen van ons daarbij zulke aggressieve agenten ook voor allerlei lelijks uit. Dat incasseren hoort echter gewon bij hun baan. Wie fascisten verdedigt door antifascisten weg te meppen, verliest ieder recht om níét voor nazi uitgemaakt te worden. En dat is wat de politie in Breda – overigens voor een flink dele opgetrommeld uit andere steden – deed, en wat politie dus keer op keer doet.
Uit verhalen bleek nog iets anders. Eén iemand is, vóór de formele aanhouding, vastgehouden door een omstander en aan de politie overgedragen als ik het goed heb begrepen. Meermalen hoorde ik iemand vertellen dat mensen uit het publiek aanwijzingen aan agenten gaven, in welke richting actievoerders waren verdwenen. De politiem had spontane, onbetaalde hulpkrachten vor haar ordehandhavende werk. Bijzonder naargeestig. Wijst dit op sympathie voor Pegida? Of eerder op een algehele gezagsgetrouwheid, een houding van ‘als de politie achter die mensen aan zit, dan hebben die mensen het er zelf naar gemaakt en helpen wij dus de politie’? Ik vermoed het tweede.
Rond elf uur was het wachten voorbij: iedereen was weer in relatieve vrijheid, voor zover je daarvan in de snel wortel schietende politiestaat Nederland van kunt spreken. Er zullen wel meer verhalen loskomen, het bovenstaande is slechts een verzameling snelle indrukken en observaties. Een enkele conclusie valt wel te trekken.
Allereerst: Pegida heeft kunnen verzamel;en, en heeft kunnen lopen. Kennelijk geen tot het absolute minimum ingekorte route, en ook geen route ver buiten de binnenstad. Nee, blak rond de binnenstad, goed zichtbaar voor omstanders, winkelend publiek en dergelijke. Dat is een overwinning voor de fascisten, zeker in vergelijking met Pegida-pogingen in Utrecht en Amsterdam die dor de politie ingekort werden mede doordat de druk van tegendemonstranten aanzienlijk was. En de krimp van Pegida-demonstraties – van tegen de tweehonderd bij eerdere pogingen tot nog maar enkele tientallen de laatste keren – zet niet verder door. Vijftig is niet enorm. Maar vijftig Pegida-mensen die relatief ongestoord hebben kunnen marcheren kunnen een reden zijn voor sympathisanten vormen om een volgende keer ook mee te gaan doen. Wat Pegida vandaag heeft bereikt is wel degelijk gevaarlijk. De mnuur tussen Pegida en een potentieel veel bredere Wilderiaanse aanhang wordt lager, en dat is eng.
Maar antifascisten hebben zich op verschillende plaatsen flink laten zien en laten horen. Het is op korte termijn gelukt aardig wat tientallen mensen stevig in actie te krijgen, in de wetenschap dat politie ons dat niet makkelijk zouden gaan maken. Daar zaten mensen tussen die het vaker hadden gedaan, maar ook mensen voor wie het niet alleen de eerste arrestatie – pardon, ontvoering – was, maar zelfs de eerste demonstratie. Oudere mensen jonge mensen vooral. Er zit leven in het type antifascisme waar initiatieven als Laat Ze Niet Lopen vorm aan proberen te geven, vandaag dus ook weer. Wat antifascisten in Breda hebben gedaan afgelopen zaterdagmiddag is wel degelijk hoopgevend.
En het was effectief ook! Pegidas had een nogal overweldigend politiemacht nodig om haar gang te kunnen gaan. En die macht hadden ze nodig, niet tegenover duizenden, maar tegenover slechts tientallen (1) veelal behendige en uiterst gemotiveerde tegenstanders. Dat de politie ons de baas bleef is, met al die ME-busjes, knuppeldienders, agenten te paard en in burger en een helikopter in de lucht, niet zeer verbazingwekkend. Wat eerder verbazing wekt, is de moeite die het de politiemacht desondanks kostte. Als we ook nog de politieke prijs voor het politie-optreden kunnen opdrijven door het grove politiegedrag zo breed mogelijk aan de kaak te stellen, dan komen we ergens.
En als we het ze met relatief weinig mensen al relatief lastig kunnen maken om hun orde te handhaven ten gunste van een fascistenbende, laten we dan eens een dagdroom koesteren – een dagdrom die geen droom hoeft te blijven. Wat als we de volgende gelegenheid eens met twee keer zoveel antifascisten zijn?
Noot:
(1) Op het moment dat ik dit schrijf heb ik de berichtgeving niet uitgebreid gecheckt. Ik weet geen totale aantallen actievoerders, maar ‘tientallen’ is wat ik met eigen ogen gezien heb. Wellicht waren het er meer.
Peter Storm