GRIEKENLAND: GRIEZELIGE ONTWIKKELINGEN VRAGEN OM WAAKZAAMHEID EN
zaterdasg 28 september 2013
Griekenland is na de nazi-moord op antifascistisch hip hop-artiest Pavlos Fyssas in een uiterst griezelige situatie beland. Veel wijst er op dat de arrestatie van kopstukken van de nazi-partijGouden Dageraad bedoeld is, niet zozeer om het fascistisch gevaar te stoppen, maar om te voorkomen dat een massabeweging van antifascisten het zélf doet en daarbij tegelijk de Griekse staat verder ontregelt. De redding van de geloofwaardigheid van het corrupte en zelf van racisme doordrenkte staatsgezag drijft de arrestaties.
De voorgeschiedenis maakt dat enigszins duidelijk. Op 17 september belaagden groepjes nazi’s de antifascist Pavlos Fyssas die met enkele anderen in Piraeus over straat liep. Een eerste groepje joeg hem op en bedreigde hem. Een tweede groepje dook op en viel hem aan, een man kwam uit een auto en stak Fyssas neer. Hij overleed. Een politie-eenheid stond erbij, keek ernaar, deed niets totdat het te laat was. Pas daarna ging ze over tot arrestatie van de dader. Die bekende dat hij lid was van de Gouden Dageraad. Ik baseer me hier op het verslag opLibcom. Gevestigde media berichtten over de moorddadige aanval, maar met rare accenten.De NRC schreef dat hij was “neergestoken bij een café” , waar hij aanvankelijk was weggelopen maar later dus dodelijk werd aangevallen. De NRC zwijgt echter over de passieve, feitelijk medeplichtige, houding van aanwezige agenten. Wel vond de NRC het nodig om eenGouden Dageraad-kopstuk ter citeren, die aankwam met een riedel over “twee dronken idioten die vechten in een restaurant”, en ontkende dat van de dader met de neonazi’s er toe doet. Zelfs de politie dacht daar kennelijk anders over, want een dag na de moord waren er politie-invallen in gebouwen van de Gouden Dageraad.
De moord op een antifascist leidde tot een uitbarsting van grote verontwaardiging. Hypocriete verontwaardiging in regeringskringen – kringen die met hun beleid de Griekse bevolking tot wanhoop dreven en vatbaar maakten voor fascistische haat; kringen die met hun systematische klopjacht en retoriek tegen migranten zonder verblijfspapieren het racisme waar de Gouden Dageraad de grove spreekbuit van is, zelf hebben aangeklaagd. De gevestigde politiek heeft door bezuinigingsbeleid en staatsracisme het fascistische monster helpen baren, en is nu geschokt dat het monster steeds gemener blijkt te bijten. De staatsmacht zelf vindt bovendien dat het jagen op migranten en op antifascisten haar eigen taak is, en kan het eigen initiatief van de agressieve freelance-ordediensten van de Gouden Dageraad uit concurrentie-overwegingen ook maar uiterst matig waarderen. Politie en fascisten delen hun voorkeur voor keihard autoritair optreden; maar ze botsen ten delen over de vraag van wie dat optreden dient uit te gaan, en wie de zeggenschap neemt. Staat en fascisten zijn geen principiële tegenstanders – zoals uit het hoge aantal politiemensen dat Gouden Dageraad stemde wel bleek. Maar staat en fascisten zijn wel rivalen.
Tegenover de hypocriete woede van staatswege tegen de nazi’s sto staat de oprechte verontwaardiging van antifascisten op straat. Op 25 september was er een grote demonstratie die optrok naar het hoofdkwartier van de Gouden Dageraad. From the Greek Streets deed verslag. Er verzamelden zich aanvankelijk acht tot tienduizend mensen, maar allengs groeide de menigte aan tot zeker 50.000 mensen. Bij het hoofdkwartier van de nazi-partij stonden duizenden agenten om de antifascisten tegen te houden. Achter de politielinies stonden weer fascisten. Demonstranten en politie raakten slaags, de politie sloot groepen demonstranten in, viel ze aan, arresteerde antifascisten. Duidelijk werd uit dit alles hoe ‘antifascistisch’ de politie in de praktijk is: niet alleen het kantoor van de nazi’s verdedigen, maar ook de antifascisten omsingelen, aanvallen, arresteren. Geen twijfel dat de Griekse staat protestbewegingen van linkse en radicale mensen als echte vijand ziet, en de fascisten hooguit beschouwt als vervelende rivalen. Dat kunnen we maar beter heel goed in ons achterhoofd houden bij het vervolg.
Dat vervolg bleek vandaag dus te bestaan uit de arrestatie van Gouden Dageraad-chef Nikos Michaloliakos en één van zijn collega’s. Er liggen ook arrestatiebevelen voor nog vijf parlementsleden van die fascistische partij. Politiek commentator Ilias Nikolakopoulos ziet de arrestaties vooral als een vorm van PR: “Met deze aanhoudingen willen we de neergang van het Griekse imago in het buitenland stoppen”, zei hij. Ik denk dat er dus meer speelt: rivaliteit tussen regering en extreemrechts. De regering wil kennelijk het initiatief tegen haar rechtse rivalen weer in handen krijgen, en voorkomen dat het initiatief in handen komt van een straatbeweging die zich immers niet enkel tegen fascisten keert, maar tegen racisme, bezuinigingsbeleid in in aanzienlijke mate tegen de staat zélf. De arrestaties van Gouden Dageraad-kopstukken zou zeer wel als functie kunnen hebben om de antifascistische beweging als het ware haar doelwit te ontnemen en ogenschijnlijk overbodig te maken. Onder het motto: zo van: wij lossen het wel voor u op, iedereen kan dus rustig naar huis gaan. In die zin mogen de arrestaties gezien worden als een zeer indirecte aanval op antifascisme van onderop, als een aanval op de bredere strijdbewegingen waarvan antifascisme zo’n duidelijk bestanddeel is. Er is dus bepaald geen reden om opgelucht adem te halen. Juist nu moeten we de noodzaak van daadwerkelijk verzet tegen de Gouden Dageraad, als onderdeel van een bredere strijd tegen bezuinigingen, racisme en de staat zelf – met de grootst mogelijke nadruk dienen te beklemtonen.
Het conflict tussen staat en fascisme kan intussen nog een zeer ernstig effect hebben. Natuurlijk reageren de fascisten zelf. Vandaag gingen er honderden aanhangers van de Gouden Dageraad de straat op. Ik heb niet gehoord dat de politie, altijd zo agressief tegen demonstranten, tegen déze betogers optrad. De partij zelf heeft al gedreigd om haar parlementsleden uit het parlement terug te trekken. Een minister heeft al gezegd dat er “geen kans op ‘destabilisatie’” is. Als ministers zoiets beginnen te roepen, dan is dat een teken dat die kans kennelijk wel degelijk bestaat – zeker als de man in kwestie niet zomaar minister is, maar minister van Financiën.
Met een regering die wankelend tegen links en radicaal protest en nu ook tegen rechtse revolte, haar macht doet gelden, en een fascisme dat die rechtse revolte met agressie belichaamt, is de kans dat binnen de harde kern van de staatsmacht – politie en leger – de roep om een harde hand, om ‘orde op zaken te stellen’ weerklinkt. De Guardian geeft daarvan al een indicatie. Op een website van een eenheid van reservisten van speciale eenheden verscheen een oproep om tot een “interim-regering, ‘onder de garantie van de strijdkrachten” te komen. Een regeringswoordvoerder zei erover dat de “weinigen” onder de strijdkrachten die “onze democratie” niet respecteren “de consequenties zouden ondergaan”. Een openbare aanklager drong al aan op een onderzoek naar de herkomst van die website-tekst die een nauwelijks verhulde oproep tot een staatsgreep was. Sussende taal, vermengd met bijna panische uithalen tegen staatsgreepsignalen… het tekent de houding van een politiek establishment waarvan de kopstukken natuurlijk wel de ordelievendheid van het leger waarderen, maar er niet hun politieke positie aan willen kwijtraken.
Hoe waarschijnlijk een staatsgreep is, en hoe kansrijk, is overigens maar de vraag. Grote aantallen mensen zouden wel eens met blote handen, stikken, stenen, molotovcocktails elke poging om een openlijk autoritaire macht door te drukken, te lijf kunnen gaan. Arbeiders die de laatste jaren aan algemene staking na algemene staking na algemene staking hebben deelgenomen, zullen de – beperkte compleet illusoire – ruimte die ze voor protest hebben, niet zonder slag of stoot prijsgeven. Dee kans dat een rechtse staatsgreep een linkse en radicale volksopstand met revolutionaire kenmerken – algemene staking plus bedrijfsbezettingen, barricades op straat, verwoesting van politiebureau’s, soldaten die weigeren op demonstranten te schieten… – uitlokt, is niet helemaal nul, en dat weten ze ongetwijfeld ter rechterzijde en in officierskringen ook. De vraag is echter hoe daar de inschatting dan is wie zo’n botsing wint. Waakzaamheid is dus wel degelijk nodig, ook tegen een staatsgreepdreiging. Hoe sterker de strijdbewegingen van onderop, in wijken, fabrieken, op pleinen en op straat, zich betonen, hoe meer redenen voor ambitieuze generaals of kolonels of fascistenleiders om zich tweemaal te bedenken en het er toch maar niet op te wagen.
Het versterken van die bewegingen – van antifascisten op straat tot en met stakers tegen bezuinigingen – heeft daarmee nog een extra urgentie gekregen. Die bewegingen verdienen grensdoorbrekende solidariteit. Want bezuinigingen, racisme en dreigend fascisme zijn bepaald niet tot Griekenland beperkt. Wat in Griekenland gebeurt, raakt ons, en gaat ons dus aan.
Peter Storm