MYANMAR: OPSTAND TEGEN STAATSGREEP
WEBSITE PETER STORM
woensdag 10 februari 2021
Een longread. Ik heb overwogen het verhaal op te splitsen en er een serie van te maken, Ik zie daar van af gezien het hoge tempo van de huidige ontwikkelingen De tweede helft van het artikel dreigt anders minstens 36 uur achter de zich snel opeenvolgende feiten aan de hobbelen. Wie de voorgeschiedenis wel best vindt of voor later wil bewaren, kan natuurlijk meteen doorgaan naar het tussenkopje ‘Staatsgreep’, of meteen naar ‘Opstand!’
Februari 2021, de eerste week: militaire top pleegt staatsgreep in Myanmar. Beginnetjes van protest, verzet, burgerlijke ongehoorzaamheid, stakingen. Februari 2021, tweede week: bevolking is opstand tegen het militaire bewind in Myanmar. Omvangrijke demonstraties en stakingsactie, oproerpolitie schiet met waterkanonnen, rubberkogels en met scherp. De opstand is nu al geweldig bemoedigend. En de opstand is bepaald niet kansloos ook. Ook niet nu het bewind intussen met steeds grover geweld reageert op het verzet.
Op 1 februari bleek de legerleiding van het Zuidoost-Aziatische land Myanmar een staatsgreep te hebben gepleegd. Daarmee zette ze het nieuw gekozen parlement opzij en maakte een hardhandig einde aan het toch al halfslachtige democratische bestuur dat de laatste jaren min of meer functioneerde. De legerleiding verschool zich achter verkiezingsfraude. Bewijs daarvoor werd niet geleverd. Het had er vooral veel van weg dat de militaire top niet kon uitstaan dat Aung San Suu Kiy en haar partij de NLD bij de verkiezingen van november 2020 een overwinning had behaald en de aan de legertop verbonden oppositie maar een handjevol zetels had behaald. De militaire leiders ‘vonden Aung San Suu Kyi door haar enorme populariteit misschien toch te machtig worden’, aldus Ole Chavannes, door de NOS ons als ‘Myanmar-kenner’ geïntroduceerd.(1) Het zou best eens kunnen. Maar wellicht is er meer aan de hand. Hoe zit het eigenlijk met die militairen in Myanmar, en met de recente democratische episode waar die militairen nu een gewelddadig eind aan proberen te maken?
Wat geschiedenis
Myanmar kent militaire regimes sinds 1962, toen het leger met een staatsgreep een einde maakte aan een opeenvolging van burgerregeringen die het toen nog Birma geheten land sinds de onafhankelijkheid van 1947 bestuurden. Machthebber werd generaal Ne Win. Zijn bewind verordonneerde de Birmese Weg naar het Socialisme: de staat trok de economie aan zich, officieren bestuurden de staat. Het was een soort stalinisme, maar zo karikaturaal dat min of meer serieuze stalinisten – preciezer: maoïsten – er een guerrilla-oorlog tegen begonnen, die overigens niet geweldig ver is gekomen. Natuurlijk had het met socialisme niets te maken: de officieren vormden feitelijk een ondernemersklasse en zogen de bevolking uit. De economie liep op laat-stalinistische wijze vast op haar eigen inefficiëntie. Het isolement waarin het regime het land had gebracht, hielp ook niet erg mee.
In 1988 was de getergde bevolking het zat. Studenten, en vervolgens ook anderen, begonnen te demonstreren voor politieke en economische hervormingen. De eisen gingen in de richting van een liberaal-democratisch bestel: meer vrijheid, verkiezingen, democratisch bestuur, een rechtsstaat, dat soort zaken. Maar voor die beperkte vormen van vrijheid ontbrandde een hele radicale strijd. Massademonstraties dag na dag, stakingen van overheidspersoneel, vorming van comités die het bestuur hier en daar overnamen. Feitelijk woedde er in 1988 maandenlang een revolutie die hele radicale vormen van bevrijding binnen bereik begon te brengen. Heeft er al eens iemand een mooie kroniek of bruikbare radicale analyse aan deze episode van vrijheidsstrijd gewijd?
Het regime reageerde zoals militaire regimes plegen te regeren op protesten: snoeiharde repressie. Aanvankelijk brak die de weerstand niet. Maar op 18 september richtte het leger een bloedbad aan. “orde’ heerste sindsdien weer in Rangoon, zoals het huidige Yangun toen nog werd aangeduid, in Mandalay en waar ook in Birma. Pardon, in Myanmar, wantrond die tijd veranderde het regime de naam van het land.
Het regime deed nog meer. Ne Win verdween naar de achtergrond in een soort staatsgreep binnen het bewind. En het bewind beloofde vrije verkiezingen! Dat kwam mooi uit, want in 1988 keerde Aung San Suu Kyi terug uit een soort ballingschap. Zij was de dochter van de politicus die mede aan de wieg stond van de Birmese onafhankelijkheid, een man die kort na die onafhankelijkheid was vermoord. Ze werd al snel het gezicht van de oppositie. Maar voor zover Aung San Suu Kyi protesten aanvuurde, waren die van het principieel geweldloze soort. Heel mooi, maar met alleen Gandhi in de hand kom je tegenover soldaten die gericht schieten, en met scherp, niet zo heel erg ver.
Zij en haar partij, de Nationale Liga voor Democratie NLD, zetten vooral in op de verkiezingen. Met dat lokaas leek er voor vrijheidslievende mensen al snel geen reden meer om de straat op te gaan. Waarom nog het risico nemen voor meer democratie als je binnenkort een democratische regering kunt kiezen? De democratische beloftes va het regime, plus de gretigheid waarmee Aung San Suu Kyi er op in ging, zorgden voor rust op de straten en maakten een snelle herleving van de opstand – toch al bloedlink na de repressiegolf – extra onwaarschijnlijk. Rust en orde heersten in de straten, de orde van de militairen, de rust van de vrije verkiezingen in aantocht. De manoeuvre werkte helaas.
In 1990 vonden de verkiezingen plaats. Aung San Suu Kyi en de NLD behalen een grote overwinning. De militaire top legt de uitslag naast zich neer. In plaats van een positie aan het hoofd van een democratische regering kreeg de NLD-leidster huisarrest. De militaire leiding bleef het land besturen als een grote openluchtgevangenis, met militairen als gevangenbewaarders en generaals als gevangenisdirectie. Binnen die openluchtgevangenis ontbrak het aan daadwerkelijke cellencomplexen uiteraard niet.
Protest was er, verzet ook. Protest van NLD-aanhangers in de stad. Verzet vanuit diverse bevolkingsgroepen die een guerrilla voerden tegen het centrale gezag. Myanmar was namelijk een staat met daarbinnen tal van nationaliteiten. De grootste bevolkingsgroep die zich met Birma als natie identificeerde, was boeddhistisch. Maar er waren kleinere bevolkingsgroepen, vaak met een andere godsdienst. De Karen bijvoorbeeld waren christenen. Zij vormden een van de bevolkingsgroepen vanwaaruit verzetsstrijd plaats vond. De Rohingya, die we later nog tegenkomen, zijn moslims.
Noch het protest van bijvoorbeeld de Karen, nog de keurige protesten van de NLD-mensen, vormden voor het bewind een serieuze bedreiging, De generaals heersten, hadden de socialistische pretenties gedumpt, en waren in zaken gegaan. Tegelijk profileerden generaals zich ook graag als vrome boeddhisten. Ze leken hun B.V. Myanmar redelijk op orde te hebben, maar dat was toch niet helemaal het geval.
In de eerste plaats was de reputatie van het bewind erg beroerd, vanwege de onvrijheid en de systematische schendingen van mensenrechten. Aung San Suu Kyi was wereldwijd bekend als vrijheidsicoon. De Nobelprijs voor de Vrede, die ze in 1989 al had gekregen, was daarbij behulpzaam. De slechte reputatie van het bewind hielp niet bepaald om bijvoorbeeld toeristen naar het land te krijgen. Ook Westerse ondernemers aarzelden, niet omdat zij de hardhandig afgedwongen arbeidsrust niet waardeerden, maar wel omdat zij bang waren voor reputatieschade. Een land dat zich van dit soort afwegingen weinig aan trok, was China, dat in 1989 met haar democratische protestbeweging had gedaan wat Myanmar in 1988 had gepresteerd. China en Myanmar ontwikkelden economisch vrij nauwe banden. Maar dat zette de onafhankelijkheid van de Myanmarese staat weer onder druk.
Voordat deze afwegingen tot een koerswijziging leidden, nam de straat haar rol weer op. In augustus 2007 begonnen demonstraties tegen een verhoging van de brandprijzen. Al snel escaleerde die tot een nieuwe volksopstand, met boeddhistische monniken in een symbolische hoofdrol. Die stellingname van monniken raakte de legitimatie van het regime, en raakte tegelijk ook een gevoelige snaar bij de boeddhistische stadsbevolking. Die juichten de optochten van monniken op de straten toe. Maar het deel van de boeddhistische geestelijkheid dat protesteerde, profileerde zichzelf als leiding van de protesten, en de rest van de bevolking eerder als supporters dan als gelijkwaardige deelnemers. Toen de boeddhistische generaals de stap zetten om boeddhistische monniken hardhandig te onderdrukken, stond de rest van de volksbeweging – die veelal huizenhoog tegen de monniken opkeek – feitelijk met lege handen. Wederom kwam het militaire bewind als overwinnaar uit de bus, mede dankzij de geschetste zwakke plekken in de protestbeweging. Opstanden die niet tot het uiterste gaan, die niet de actieve deelname van heel haar sociale basis aanvuurt maar een groot deel ervan als achterban in de achterhoede laat lopen, zulke opstanden leggen het af tegen een vastberaden bewind dat bereid is om het vuur op vreedzame demonstranten te laten openen.
Een beetje democratie
De generaals zullen opgelucht adem hebben gehaald. Tegelijk zaten ze nog steeds in dat isolement. Voor een winstgevende, concurrerende economie hebben zelfs de meest corrupte generaals toch graag investeerders over de vloer. En die bleven nog steeds grotendeels weg. Het bewind besloot tot een heel voorzichtige democratische opening, om te beginnen met een nieuwe grondwet. Die werd er in 2008 met een referendum doorgejast, en garandeerde bij verkiezingen sowieso 25 procent van de zetels in het belangrijkste parlementaire lichaam aan de militairen. Veel stelde dat nog niet voor. Tegelijk werd de repressie gaandeweg minder, en kwamen er ook gesprekken met opstandsbewegingen tegen het centrale gezag. Intussen vonden in de industriële zones her en der stakingen plaats van textielarbeiders. Er rommelde iets. De generaals zullen zich gerealiseerd hebben dat een volgend 1988 of 2007 wel eens iets minder goed voor ze kon aflopen. Waar onderdrukking te riskant wordt, daar wil inkapseling via bescheiden concessies wel eens uitkomst bieden. Ook dat soort afwegingen zal de heersers richting democratisering hebben getrokken.
Doorslaggevend was waarschijnlijk Westerse druk. Die had twee redenen. Enerzijds worden Westerse politici graag gezien als voorstanders van vrijheid en democratie. Mensenrechten zijn dus een propagandawapen. Door Myanmar ermee om de oren te slaan kon een Obama of ene Blair aan kiezers in eigen land dus populariteitspunten scoren. Het kostte niets, want zaken doen met Myanmar deden ze toch al weinig.
De tweede reden is complexer, en wellicht nog cynischer. Westerse mogendheden houden op een bepaalde manier werkelijk van democratie! Dat komt omdat de multinationale ondernemingen waar ze steun aan verlenen, op een zeer specifieke wijze baat hebben bij democratisch bestuur, in vergelijking althans met het soort dictatuur dat Myanmar was. Zo’n dictatuur is corrupt en gesloten. Die corruptie, daar is voor multinationale ondernemers best mee te leven. Het kost iets, maar je krijgt er wat voor terug. Maar in dictaturen neemt corruptie de vorm aan van een zodanig soort vriendjespolitiek, dat de meeste multinationale ondernemers buiten spel staan, De generaals van Myanmar bevoordeelden zichzelf, elkaar en familieleden. General Motors, Philips en hoe ze maar mogen heten, hebben in zo’n structuur het nakijken. Wat zulke ondernemers dus willen, is een eerlijk speelveld waarin ook zij aan de concurrentiestrijd mee kunnen doen. Ze willen niet door corrupte generaals of partijbazen buiten de deur gehouden worden.
Welnu, de ondernemersbehoefte aan een eerlijk speelveld, faire concurrentieverhoudingen, vertaalt zich politiek in de norm van de ‘rechtsstaat’, met electorale democratie en al. Een rechtsstaat, zodat je oneerlijke concurrentie kunt aanvechten. Een meer onafhankelijke media, zodat corruptie en vriendjespolitiek blootgelegd en aangeklaagd kunnen worden. Concurrerende politici en politieke groeperingen – en dus vrije verkiezingen – zodat geen vaste kliek van machthebbers permanent iedere buitenstaander buiten spel blijft zetten. Daarin is de verheven retoriek over rechtsstaat, vrijheid en democratie geworteld. Op een bepaalde manier menen Westerse staatshoofden en regeringsleiders deze retoriek nog ook. Het is een bloemrijke formulering van het soort openheid voor multinationale ondernemingen wiens boodschappers die regeringsleiders in en staatshoofden in zekere zin zijn.
De machthebbers in Myanmar zullen zich gerealiseerd hebben dat ze democratie moesten aanbieden om multinationale ondernemingen binnen te halen, Dus boden ze, heel voorzichtig maar gaandeweg iets voortvarender, democratie aan. Natuurlijk hielden ze hun repressie-apparaat intact. Natuurlijk waakten ze voor hun eigen belangen. Maar er kwamen wel degelijk min of meer vrije verkiezingen, die in 2016 de NLD een grote meerderheid bezorgden, waarna Aung San Suu Kyi regeringsleidster werd in een voor haar gecreëerde positie als Staatsraad. De maatschappij ontdooide. De angst die diep in de vezels van mensen was gaan zitten, werd gaandeweg minder.
Terreur tegen Rohingya
Intussen waren de generaals echter niet alleen kersverse democraten. Het waren altijd ook nog Myanmar-nationalisten. Datzelfde gold voor Aung San Suu Kyi. Aanzienlijke delen van de bevolking voelde zich daar nogal ongemakkelijk bij, met goede reden. Zo waren er de Rohingya in het westen van Myanmar. Geen boeddhisten maar moslims – en dus voor boeddhistische nationalisten bij voorbaat verdacht. Vanuit de Rohingya kwam een activistische, deels gewapende beweging op. Die voerde op vrij kleine schaal verzetsdaden uit, vooral maar niet uitsluitend tegen militaire posten en dergelijke. Dat werd het voorwendsel voor het leger om de Rohingya-bevolking grootschalig aan te vallen, te verdrijven en hier aan daar rechtstreeks uit te moorden. Dat was in 2016-2017. ‘Minstens 6700 Rohingya, waaronder op zijn minst 730 kinderen jonger dan vijf jaar, zijn gedood in de maand nadat het geweld uitbrak. Volgens de medische liefdadigheidsorganisatie Medicins Sans Frontieres (MSF) Amnesty International zegt dat de militairen van Myanmar ook Rohingya vrouwen en kinderen hebben misbruikt en verkracht’. In Rakhine, de provincie waar de Rohingya wonen, zijn nu nog 500.000 van hen. Meer dan 600.000 Rohingya zijn gevlucht naar Bangladesh, al is ‘verdreven’ misschien een beter woord.(2)
De smoes was dat de Rohingya geen ‘echte’ Myanmarezen waren, maar immigranten die eigenlijk niet in Myanmar thuishoorden. Achter de massamoorden en de verdrijving zat een soortgelijke dynamiek als achter de Armeense genocide die de Turkse staat doorvoerde, en de genocide op Tutsi’s in Rwanda in 1995. Ook daar was gewapend verzet vanuit organisaties binnen deze bevolkingsgroep het voorwendsel om de bevolkingsgroep als zodanig van de aardbodem of minstens van het grondgebied van de staat – te doen verdwijnen. De anti-Rohingya-campagne was tegelijk een manier van de machthebbers om zich als echte nationalisten te profileren.
Wat deed intussen de winnares van de Nobelprijs van de vrede. Aung San Suu Kyi? Zij praatte de repressie in grote lijnen goed, en steunde daarmee de generaals. Ook zij had een reputatie te verliezen als Myanmar-nationalist. Ze koos ervoor om op dit thema geen ruzie met de generaals te zoeken. Ze maakte zich daarmee feitelijk medeplichtig aan de genocidale politiek van die generaals. Dat kostte haar een groot deel van haar reputatie bij mensenrechtensupporters buiten Myanmar.
Maar in Myanmar zelf waren nogal wat mensen het met de vijandige politiek jegens de Rohinya niet zo oneens. Nationalisme verbond een groot deel van de bevolking met zowel Aung San Suu Kyi als met de generaals, die achter de schermen nog steeds machtig waren. De vrijheidsliefde van deze bevolking strekte zich bepaald niet automatisch uit tot erkenning van de rechten en vrijheden van alle, ook niet-boeddhistische, bevolkingsgroepen. Rohingya vonden te weinig gehoor in Myanmar buiten hun eigen vervolgde gemeenschap.
Relatieve uitzondering: de punk-gemeenschap die ook Myanmar rijk is. ‘“Deze is voor Wirathu – kijk eens wat je hebt gedaan”, schreeuwt de leadzanger, verwijzend naar een van Myanmar’s meest prominente nationalisten, voordat hij zich stort in een song over religieus geweld’, zo lezen we al op 2015 op Aljazeera, in een reportage over hoe punks tegen de opgeklopte anti-moslim-haat stelling namen.(3) Wirathu, een boeddhistische monnik en een felle anti-Rohingya, nationalist, was gangmaker van die haat. In 2015 nam de regering wetgeving aan die moslims – en dus Rohingya ook – onder druk zette en in een soort uitzonderingspositie plaatste. Wirathu en zijn organisatie hadden deze wetgeving bepleit. Helemaal onweersproken bleef het anti-Rohingya-chauvinisme gelukkig niet, en van de meer extreme uitingen distantieerde het regime zich soms ook. Wirathu viel in ongenade en werd uiteindelijk gearresteerd, maar dat was vooral omdat hij de militairen aanmoedigde om Aung San Suu Kyi af te zetten.(4) Aan de repressieve houding die staat, militairen en Aung San Suu Kyi tegenover de Rohingya innamen, veranderde weinig.
Staatsgreep
Er gonsde meer in de maatschappij dan een kritische punkscene in Yangon, de belangrijkste stad. Er was een vrij radicale studentenbeweging. Nu en dan waren er ook stakingen van fabrieksarbeiders. In 2019 was er zelfs een serieuze stakingsgolf(5). Het was allemaal redelijk pril. Maar wat begon als een opportunistische democratische wending van bovenaf, werd van onderop wel degelijk benut om meer ruimte te zoeken voor een rechtstreekse strijd, voor lotsverbetering en meer vrijheid, en hier en daar ook tegen giftig nationalisme. Of ‘democratie’ het passende woord is, mag je je afvragen. De militaire leiding oefende nog steeds veel invloed uit, en had ook nogal wat economische belangen. Maar vrijere maatschappelijke verhoudingen en stemmingen hadden wortel geschoten. De angst was niet meer als vanouds, en dat was wel degelijk een verbetering. Al snel zou blijken hoe bedreigd die vrijheid nog altijd was.
In november 2020 waren er verkiezingen in Myanmar. Er was een oppositie die aan de militairen was gelieerd. En er was de nog steeds populaire NLD, met Aung San Suu Kyi als aanvoerster. Als de militairen gedacht hadden dat de meeste mensen genoeg op haar en haar regeringspartij waren uitgekeken om hun stem eens aan de pro-militaire oppositie te geven, vergisten die militairen zich. De NLD won tamelijk overweldigend. De legerleiding riep ‘Fraude!’ maar kwam niet met bewijs. Eind januari hintte Zaw Min Tun, generaal en militair woordvoerder: ‘We zeggen niet dat de Tatmadaw de macht zal grijpen; maar we sluiten het ook niet uit.’. Die Tatmadaw, dat was dus het militaire apparaat in Myanmar, dat duidelijk genoeg had van een rol als door breed gesteunde burgerpolitici enigszins opzij geduwde indirecte machthebber. De Tatmadaw zocht kennelijk zekerheid en ongebreidelde macht. Overigens kwamen na deze griezelige hint geruststellende woorden. De hint bleek echter vooruit te wijzen naar de realiteit: enkele dagen later was de militaire staatsgreep een feit.
Nervositeit vanwege de kracht en populariteit van de NLD en haar aanvoerster speelde als motief voor de staatsgreep een rol. Ik denk dat er nog een factor was. De militaire machthebbers hadden de democratische opening gelanceerd om economische redenen, om onder Westerse druk uit te komen zodat bedrijven in Myanmar wilden investeren en de economie tot bloei zou komen. Dat was maar matig gelukt, en de verontwaardiging over de vervolging van de Rohingya dreigde opnieuw tot Westerse druk op Myanmar te leiden. Daarmee werd de democratie, bezien vanuit de machthebbers, enigszins overbodig. Aangezien Democratie draagt ook het gevaar in zich draagt uit de hand te lopen – als de de bevolking democratische beloftes op haar eigen manier serieus gaat nemen en zelfstandige vrijheidsdrang gaat ontplooien. Een riskante democratie, die ook nog eens niet de door de machthebbers beoogde economische voordelen oplevert waarom ze was ingevoerd, die kun je net zo goed weer afdanken, of minstens drastisch in staatsveiliger richting verbouwen.
De staatsgreep werd beklonken met arrestaties van veel NLD-politici, waaronder Aung San Suu Kyi zelf. De president werd afgezet, de vicepresident werd president en droeg de macht meteen over aan legerleider Min Aung Hlaing (7). Kort na de staatsgreep maakte de nieuwe/oude machthebbers hun plannen bekend: een jaar noodtoestand, gevolgd door nieuwe verkiezingen. Je mag aannemen dat de militaire top de zaak wel zo zou organiseren dat die verkiezingen een militair wenselijke uitslag zouden krijgen. Anders hadden ze zich net zo goed bij de huidige verkiezingsuitslag neer kunnen leggen.
Opstand!
De eerste 24 uur na de staatsgreep gebeurde er vrij weinig spectaculairs. Zou er een grootschalige repressiegolf op touw worden gezet, met massa-arrestaties? Zou er protest komen? En hoe zouden de kersverse dictatuur daar op reageren? Wie zich ook maar een beetje verdiept heeft in de opstanden van 1988 en 2007 en het staatsgeweld dat machthebbers ontketenden, realiseerde zich hoe griezelig de situatie was en nog kon worden. De bevolking va Myanmar had gegronde reden voor grote bezorgdheid en angst. Al snel bleek dat heel veel mensen zich niet door die angst lieten verlammen. De bereidheid om voor vrijheid te vechten en aanzienlijke risico’s te nemen, brak door de angst heen en bracht mensen in beweging.
Al binnen 48 uur weerklonk er protestgeluid: mensen in de grootste stad Yangun maakten lawaai met potten, pannen, ratels en dergelijke, tien minuten lang. Al snel gebeurde er meer. ‘Een docentenfederatie riep op tot de vrijlating van vastgezette politici en studentenleiders. Yangon Youth Network kondigde een campagne voor burgerlijke ongehoorzaamheid aan, en artsen in Mandalay weigerden te werken onder de militaire junta’.(8) Dat meldde de Guardian op 2 februari. De BBC voegde toe: ‘Jeugd- en studentengroepen riepen ook op tot een campagne van burgerlijke ongehoorzaamheid, en een Facebook-groep voor de campagne verwierf 100.000 Likes. Artsen die werkten in regeringsziekenhuizen zeiden dat ze het werk vanaf woensdag neer zouden leggen om te pushen voor de vrijlating van mevrouw Suu Kyi.’ Een anestesiologist had zelfs uit protest ontslag genomen.(9) Andrew Nachemson, op 3 februari in Aljazeera: ‘Frontline gezondheidswerkers van meer dan 70 medische eenheden en ziekenhuizen in het land kondigden een staking aan vanaf woensdag en weigerden om om te werken voor het militaire bewind’. Een arts keek verder dan de eigen beroepsgroep: ‘Hoewel wij, de medische werkers, de beweging op gang hebben gebracht, willen we dat andere departementen van de overheid ook meedoen. Als meer departementen betrokken worden bij de burgerlijke ongehoorzaamheidscampagne, dan hebben we het gevoel dat het regeringsapparaat ophoudt te bewegen.’(10)
Op donderdag 4 februari vonden er al kleine straatprotesten plaats in Mandalay en in Yangun. In Mandalay verdreef de politie de betogers en arresteerde vier mensen, In Yangon riepen mensen ‘Laat de junta vallen!’ ‘Ze hieven hun hand in het drievingerige groet, het gebaar dat gebruikt wordt door Thaise pro-democratie-betogers’.(11) Op 5 februari namen docenten deel aan de strijd: ‘honderden docenten en studenten verzamelden zich voor campusgebouwen van de Yangon University of Education in Yangun’, aldus Aljazeera op die dag.(12) ‘Een lid van de staf schatte dat 200 van de staf van 246 op de univeriteit zich bij het protest aansloten.’ Deelnemers maakten hun positie glashelder: ‘We willen deze militaire staatsgreep die op onwettige wijze onze gekozen regering de macht greep uit handen van onze gekozen regering.’ Dat is nog keurig rechtsstatelijk democratisch. Maar kijk hoe strijdbaar ze zich opstellen: ‘We gaan niet langer met ze werken. We willen dat de staatsgreep mislukt.’ Deze mensen zijn het stadium van protesteren en vragen voorbij en hebben het terrein van de directe actie welbewust betreden. Het bewind sloot intussen de toegang tot allerlei sociale media maar af, het standaardrecept van regimes die nerveus worden van protesterende mensen.
Op 6 februari bleek de protestgolf aanzienlijk gegroeid, met duizenden demonstranten in Yangun. “het zou gaan om het grootste protest sinds de militairen de controle in het land overnamen’, aldus Nu.nl bij een illustratief videofilmpje(13). De NOS: ‘In Myanmar hebben tienduizenden gedemonstreerd tegen de staatsgreep van het leger, begin deze week.’ Het bericht gaf mooie details: In de grootste stad Yangun riepen demonstranten leuzen tegen de militaire dictatuur en voor democratie. Van de mensen langs de kant kregen ze water en eten aangereikt. Automobilisten gaven blijk van hun steun door op hu claxon te drukken en de betogers met drie vingers te begroeten.’ Het bericht meldde ook demonstraties in Mandalay, en in de hoofdstad Naypyidaw.(14) Dat laatste is best opmerkelijk: die hoofdstad is nieuw gebouwd in opdracht van militaire machthebbers. Er wonen vooral regeringsbureaucraten. Dat ook daar mensen protesteren, is geen gunstig teken voor het staatsgezag.
Zondag 7 februari, soortgelijke taferelen.(15) Yangun, wederom vele duizenden mensen. Elders: honderd betogers Mawlamyine aan de kust, en ook een protestbijeenkomst in Mandalay. Maar ook dit: ‘Een andere menigte van honderden mensen bracht de nacht door buiten een politiebureau in de stad Payathonzu in de staat Karen in het zuidoosten, waar gedacht werd dat plaatselijke NLD-wetgevers waren gearresteerd.’ Actie in Karen: dat betekent dat ook buiten de steden en regio waar de grootste bevolkingsgroep woont, protest op gang komt. Ook dat is gunstig: zo blijft de volksopstand, want daarvan was intussen sprake, staatspogingen tot verdeel en heers makkelijker voor.
Ajjazeera heeft ook interessante informatie over de protesten van 7 februari.(16) In Yangon zijn maar liefst drie demonstraties geweest. Over een ervan lezen we: ‘duizenden mensen – waaronder fabrieksarbeiders en studenten prominent aanwezig waren – marcheerden op zaterdag een hoofdstraat door terwijl ze riepen: “Military dictator. fail, fail. Democracy, win, win” ‘ Die leus vertaal ik niet, die is duidelijk zat. Verder: ‘Nog eens duizenden waren de straat op gegaan in de tweede stad van Myanmar, Mandalay, en in haar door de militairen gebouwde hoofdstad Naypyidaw, thuis voor de overheidsbureaucraten van het land, waar demonstranten anti-staatsgreepleuzen scandeerden en om de vrijlating van Aung San Suu Kyi riepen.’ In Myawaddy vielen politieagenten demonstranten aan en namen ze onder vuur, het is niet duidelijk waarmee precies.
Zo ging het maar verder. Maandag 8 februari: de NOS sprak van ‘vele duizenden demonstranten’ in het land.(17) Het militaire bewind voerde intussen de repressie op. ‘In de hoofdstad Naypyidaw is korte tijd een waterkanon ingezet tegen demonstranten.’ Veel demonstranten weer in Yangun. Daar ‘ trokken boeddhistische monniken samen met studenten, leraren en andere betogers in protestmars door de straten.’ Een oproep tot algemene staking vond verspreiding. ‘Tot de staking is opgeroepen door onder anderen de bekende activist Min Ko Naing, een van de leiders van de protestbeweging tegen de toenmalige dictatuur die in 1988 begon.’ Een stem vanuit een eerdere protestgeneratie dus. Zo worden vonken en vlammen doorgegeven. En dat de regering nu al een waterkanon in de hoofdstad, dat gloednieuwe regeringsbolwerk, meende nodig te hebben was een erkenning van de kracht die de opstand intussen heeft bereikt.
Aljazeera berichtte tevens over protesten elders, niet alleen in Yangun en Naypyidaw. In Dawei bijvoorbeeld, maar ook in Myitkyina.(8) Dat is de hoofdstad van Kachin, ook een deelstaat waar een van de minderheidsgroepen woont die met gegronde reden het centrale gezag – van de generaals, maar toen ze regeerde ook van Aung San Suu Kyi – wantrouwden. Dat wantrouwen zal niet weg zijn, maar hoe ze ook tegen de NLD-aanvoerster aan kijken, de afwijzing van de dictatuur hebben ze gemeen met haar aanhang. Dit is geen NLD-protest op zich, al is duidelijk dat die NLD en Aung San Suu Kyi nog altijd veel steun genieten onder de bevolking. Dit is veel meer. Dit is een opstand van de bevolking van Myanmar in haar veelvormigheid tegen haar militaire onderdrukkers. Bij het bericht van Aljazeera staat trouwens een landkaartje met stippen op plaatsen waar op 7 februari protest heeft plaatsgevonden. Ik tel minstens 70 van die stippen, van het uiterste zuiden tot ver in het noorden van het land.
Op dindag 9 februari escaleerde de onderdrukking, het bewind had intussen een samenscholingsverbod afgekondigd: samen komen met meer dan vijf personen was verboden. Mensen gingen evengoed de straat op en demonstreerden. In de hoofdstad Naypyidaw zette de politie eerst een waterkanon in, en opende vervolgens het vuur nadat demonstranten terug waren gaan vechten. ‘Ze vuurden eerst twee keer waarschuwingsschoten in de lucht, toen vuurden ze [op betogers] met rubber kogels”, aldus citeert persbureau AFP een bewoner. Aljazeera, waaruit ik hier put, meldt ook de arrestatie van twee actievoerders in Mandalay en de inzet van een waterkanon in Bago.(19) Intussen spreekt de NOS van politie die in Mandalay ‘wild om zich heen slaat’ en van ‘ waarschuwingsschoten’. ‘Er zouden meer dan twintig mensen gearresteerd zijn’. Het bericht spreekt over gewonden . ‘Online circuleren berichten over schietpartijen en doden onder demonstranten, maar die zijn onbevestigd.’
Dat doet inmiddels denken aan de 2007, en zelfs aan het bloedbad dat het militaire regime in 1988 aanrichtte om de revolutie neer te slaan. Gaat die tragedie zich herhalen? De repressie begint in die richting te wijzen. Maar er staan zaken tegenover die een minder ongunstige afloop minstens denkbaar maken.
Allereerst reist het nieuws nu nog sneller, en kunnen ook actievoerders veel vlugger communiceren. Het is minder eenvoudig om een opstand in bloedbad te verzuipen zonder dat daar onmiddellijk reacties op komen waar het bewind echt last van kan hebben, en vooral zonder dat de opstand verder wordt aangewakkerd. In 1988 hoefde het bewind geen internet stil te leggen en geen sociale media te blokkeren. Nu wel, en dat laat zwakte zien, geen kracht. In de tweede plaats kennen mensen hun vijand: precies de soort repressie waarmee het bewind in 1988 optrad, is een extra motief om alles op alles te zetten om de militaire dictatuur te verslaan. In de derde plaats zijn er in de nu abrupt afgebroken tijd van halfslachtige democratisering sociale netwerken en bewegingen opgekomen die niet zo heel makkelijk meer opgerold kunnen worden.
In de vierde en niet bepaald laatste plaats: er zijn inmiddels beginnetjes van een arbeidersbeweging die haar laatste woord tegenover haar onderdrukkers bepaald nog niet heeft gesproken. Demonstranten kan het leger van de straat schieten. Maar als de oproepen tot een algemene staking werkelijk aanslaan, is het bewind met lege straten nog steeds niet uit de problemen. Die algemene staking is er nog niet, maar er zijn wel degelijk mensen die deze kant op bewegen. De BBC schrijft over het protest van maandag 7 februari:(20) ‘Tienduizenden kwamen maandag bijeen in de hoofdstad Naypyitaw voor de staking, met andere steden zoals Mandalay en Yangun die ook melding maken van aanzienlijke aantallen, aldus BBC Burmese. De betogers omvatten leraren, advocaten, bankpersoneelsleden en overheidsarbeiders’. Dat is het slag betogers dat we de eerste dagen al zagen.
Maar dan dit: ‘Online zijn er oproepen geweest aan arbeiders om niet naar het werk te gaan. “Dit is een werkdag maar we gaan niet naar het werk, al worden onze salarissen gekort”, zei een betoger, de 28-jarige Hnin Thazin, arbeider in een kledingfabriek, tegen persbureau AFP’. ‘We’ gaan niet naar het werk. Dat is al meer dan ‘ik ga niet naar het werk’. Zoiets wijst op iets van collectieve stakingsactie, en dat is een hoopvol teken. Het is veel en veel te vroeg om de opstand in Myanmar als verloren te beschouwen. Het is intussen wel de hoogste tijd om tot concrete daden van solidariteit met de dappere demonstranten in dat door dictatuur getergde land te komen.
Noten:
1 Lambert Teuwissen, ‘“Leger Myanmar voelt zich bedreigd door populariteit Aung San Suu Kyi”’, NOS, 1 februari 2021, https://nos.nl/artikel/2366929-leger-myanmar-voelt-zich-bedreigd-door-populariteit-aung-san-suu-kyi.html
2 ‘Myanmar Rohingya: What you need to know about the ctrisis’, BBC, 23 januari 2020, https://www.bbc.com/news/world-asia-41566561 De genocidale vervolging van de Rohingya is een afzonderlijk artikel meer dan waard.
3 Hanna Hindstrom, ‘Myanmar’s punk rockers challenge anti-Muslim rhetoric’, Aljazeera, 3 november 2015, https://www.aljazeera.com/features/2015/11/3/myanmars-punk-rockers-challenge-anti-muslim-rhetoric
4 ‘Ashin Wirathu’, wikipedia.org, https://en.wikipedia.org/wiki/Ashin_Wirathu gecheckt op 10 februari 2021
5 Kevin Lin en Michael Haack, ‘Myanmar’s Labor Movement Is Central to the Fight Against Authoritarianism – An interview with Ma Moe Sandar Myint– ’, Jacobin, 3 februari 2021, https://www.jacobinmag.com/2021/02/myanmar-labor-movement-authoritarianism-coup
6 ‘Leger Myanmar klaagt over verkiezingsfraude en wil coup niet uitsluiten’, NOS, 30 januari 2021, https://nos.nl/artikel/2366576-leger-myanmar-klaagt-over-verkiezingsfraude-en-wil-coup-niet-uitsluiten.html
7 ‘Myanmar coup: who are the military figures running the country?’ The Guardian, 2 februari 2021, https://www.theguardian.com/world/2021/feb/02/myanmar-coup-who-are-the-military-figures-running-the-country
8 ‘The night of pots and pans are back, on Myanmar’s fearful street’, The Guardian, 2 februari 2021, https://www.theguardian.com/global-development/2021/feb/02/the-nights-of-pots-and-pans-are-back-on-myanmar-fearful-streets
9 ‘Myanmar coup: Medics to strike as anger at military grows’, BBC, 2 februari 2021, https://www.bbc.com/news/world-asia-55906536
10 Andres Nachemson, ‘Medics in Myanmar on strike against military amid COVID -19 crisis’, Aljazeera, 3 februari 2021, https://www.aljazeera.com/news/2021/2/3/medics-in-myanmar-on-strike-against-military-amid-covid-crisis
11 ‘Myanmar coup: Army blocks Facebook access as civil disobedience grows’, The Guardian, 4 februari 2021, https://www.theguardian.com/global-development/2021/feb/04/myanmar-coup-army-blocks-facebook-access-as-civil-disobedience-grows
12 ‘Myanmar teachers join protests as anger gathers pace against coup’, Aljazeera, 5 februari 2021, https://www.aljazeera.com/news/2021/2/5/we-dont-want-this-military-coup-myanmar-teachers-join-protest
13 ‘Duizenden Myanmarezen de straat op tegen staatsgreep’, Nu.nl, 6 februari 2021, https://www.nu.nl/285728/video/duizenden-myanmarezen-de-straat-op-tegen-staatsgreep.html
14 ‘Tienduizenden protesteren tegen staatsgreep in Myanmar’, NOS, 6 februari 2021, https://nos.nl/artikel/2367584-tienduizenden-protesteren-tegen-staatsgreep-in-myanmar.html
15 Rebecca Ratcliffe, ‘“We cannot accept the coup” Myanmar protests despite internet blackout’, The Guardian, 7 februari 2021, https://www.theguardian.com/world/2021/feb/06/myanmar-military-shuts-down-internet-as-thousands-protest-against-coup
16 ‘Tens of thousands protest Myanmar coup, internet blackout eased’, Aljazeera, 7 februari 2021, https://www.aljazeera.com/news/2021/2/7/near-total-internet-shutdown-in-myanmar-as-coup-protests-spread
17 ‘Week na coup gaat protest door, politie gebruikt waterkanon in hoofdstad’, https://nos.nl/artikel/2367777-week-na-coup-gaat-protest-myanmar-door-politie-gebruikt-waterkanon-in-hoofdstad.html
18 ‘Myanmar military warns of “action” as protests grow’, Aljazeera, 8 februari 2021, https://www.aljazeera.com/news/2021/2/8/myanmar-prepares-for-strike-as-opposition-to-coup-intensifies
19 ‘Myanmar forces fire rubber bullets, warning shots at protesters’, Aljazeera, 9 februari 2021, https://www.aljazeera.com/news/2021/2/9/myanmar-protesters-defiant-amid-ban-on-large-gatherings
20 ‘Myanmar coup leader defends action amid mass protests’, BBC, maandag 8 februari 2021/dinsdag 9 februari 2021, https://www.bbc.com/news/world-asia-55975746
Peter Storm