maandag 21 maart 2016
Het is net een snelweg in de late avondschemering in een stil bos. Op de snelweg zitten konijnen. Zwarte, bruine, witte konijnen. Roerloos. Ze kijken allemaal strak één kant op, recht vooruit naar de vrachtwagen die komt aangedenderd, met de autolampen die hun felle lichtbundels vooruit sturen. De konijnen worden beschenen door de bundels, maar verroeren zich niet. Het gebrul van de vrachtwagenmotor wordt steeds luider. Geen konijn springt opzij. Allemaal zijn ze gevangen, gebiologeerd door de lichtbundels. De vrachtwagen nadert, we herkennen de chauffeur aan zijn geblondeerde haar. Op de zijkant staat het bedrijf te lezen van wie de vrachtauto klaarblijkelijk is: PVV, express in uitsluiting. Motoren erlangs, met ‘NVU’ en ‘Pegida’ op de helm van de rijders.
Bekijken we de konijnen beter, dan zien we de schrik in hun ogen. Sommigen verbreken hun onbeweeglijkheid en gebaren driftig naar elkaar, wijzen naar de vrachtwagen, sringen op en neer van paniek. Maar wegrennen, een veilig heenkomen kiezen? Het snel naderende onheil ontlopen, om vervolgens misschien te kijken hoehet gevaar vervolgens onschadelijk gemaakt kan worden? Geen konijn weet die stap te zetten, zo lijkt het wel.
Dát is Nederland vandaag de dag. De PVV rukt op. Kleine fascistengroepen plegen gewelddaden tegen vluchtelingen en steken opvangplekken in brand. Meer dan eens beroepen mensen die hiertoe overgaan zich op Wilders. Diens oproep ‘Kom in verzet’ heeft overduidelijk bijgedragen aan de golf van racistische agressie en intimidatie die door het land spoelt, en waar de PVV in veel gevallen duidelijk op één of andere manier aan gekoppeld is. Samen vormen de PVV, Wilders, de knokploegen, Pegida, de NVU en alle andere klonen van dit gevaarlijke monster een vrachtwagen die ons met lichtbundels hypnotiseert en verlamt, en ons allemaal onder haar wielen dreigt te pletten.
Kijk op internet, kijk op websites als het onvolprezen Krapuul en ook op Joop, kijk vooral op Facebook. Het ene bericht na het andere over wat Wilders aanricht, over de als bezorgde burgers vermomde fascistenbendes, over de intimidatie en het geweld, over die varkenskop bij die moskee, over brandstichting waar vluchtelingen wonen of komen te wonen. Waardevolle informatie wordt aldus gedeeld. Maar vrijwel al die berichten zijn vergezeld van geschokte uitingen van verbijstering. Hoe kon Nedeland zo diep zinken? Hoe ver zijn we heen? Hoe is het mogelijk dat niemand optreedt? Hoe is het mogelijk dat Wilders die het vuur opstookt, nog steeds vrij rondloopt? Wat is er over van de beschaving? Machteloze frustratie, dat is te vaak de toon. Geobsedeerd door het gevaar, zonder dat we tot daden komen om het gevaar te keren of welfs maar te ontwijken. Antiracistische konijnen, gevangen in Wilders’ lichtbundel. Dat zijn we maar al te vaak.
Wat hier tot uiting komt is namelijk niet alleen een zeer terechte verontwaardiging. Wat hier tevens tot uiting komt is een gevoel van verlamming, van machteloosheid. Dat gevoel is zelf een probleem. En intussen groeit de PVV verder, grijpt het geweld verder om zich heen, en blijft de gevestigde politiek het opkomende georganiseerde racisme bespreken als een wellicht wat ruwe uiting van ‘bezorgdheid’ van ‘burgers’. Intussen nadert dus die vrachtwagen, en blijven wij als konijnen gevangen in haar lichtbundels.
Het is of het overgrote deel van juist de kritische, antiracistische en linkse mensen bevangen zijn door fatalisme, door het gevoel dat de opmars van Wilders en het fascisme in diens kielzog rampzalig zijn maar ook nog eens onvermijdelijk. Welnu, dat eerste klopt. Het tweede klopt alleen maar omdat, voor zover en voor zolang wij in die lichtbundels gevangen blijven, en staren naar onze eigen naderende ondergang. Uit die lichtbundels dus! Met een sprong die letterlijk een noodsprong is. Het is hoog tijd om, in alle kalmte, niet alleen vast te stellen dát we iets dienen te doen om het fascisme tegen te houden, maar ook zo concreet mogelijk wát. Ik stel een stappenplan voor, met dien verstande dat de stappen niet na elkaar, maar parallel aan elkaar gezet kunnen worden.
Stap één: het beestje bij haar naam noemen. Het monster heet fascisme, en dat is niet zomaar een demagogisch scheldwoord. Wat Wilders en zijn PVV doet, is een openlijke ontkenning van de gelijkwaardigheid van mensen, op basis van herkomst, godsdienst, ‘cultuur’, zoals hij het noemt. Die ontkenning is racistisch. De gewelddadige georganiseerde uitingen ervan zijn een teken dat de PVV een vorm van fascisme tot uiting brengt. Met racisme verschaft Wilders zich een achterban, die geactiveerd wordt in knokploegvorm. Electoraal en via knokploeggeweld vecht de PVV voor de absolute macht in de staat, die daarmee een openlijke en openlijk racistische politiestaat dreigt te worden. Verwijzingen naar democratie en meningsvrijheid zijn misleidend. De PVV aan de macht betekent geen gewone rechtse regering, maar een opstap naar een fascistisch bewind, een politiestaat die véél verder gaat dan wat we op dit vlak al zien. Alles bij elkaar is Wilders’ PVV een fascistisch verschijnsel, en dient als zodanig bestreden te worden. Dat dienen we uiteen te zetten, niet omdat we fascisme een handig scheldwoord vinden, maar om het gevaar scherp te benoemen en er des te beter achter te komen hoe we het bestrijden.
Dat we de komst van een fascistenstaat maar beter kunnen voorkomen, mag duidelijk zijn. Zo ’n fascistisch bewind – dat kunnen we uit eerdere ervaringen lezen – vertrapt zwarte mensen. Zo ’n bewind vertrapt tevens alles wat verder haaks staat op de nationale eenheid zoals die door fascisten wordt geambieerd. Solidariteit en organisatie van arbeiders tegenover ondernemers en staat is in zo ’n bewind levensgevaarlijk, staken ten strengste verboden, arbeidersorganisaties illegaal. Wilders bepleit zoiets niet openlijk. Maar het ligt in de dynamiek van zijn beweging wel besloten.
Stap twee: Georganiseerd PVV-fascisme daadwerkelijk dwarsbomen. Waar fascisme verschijnt, is het volstrekt niet adequaat om ‘Schande!’ te roepen, en het daarbij te laten. Fascisme in opkomst dient te worden ontregeld, haar manifestaties overstemd door boze spreekkoren, voor de voeten gelopen door antifascistische actievoerders. Wat Laat Ze Niet Lopen -acties de afgelopen maanden met redelijk effect tegen Pegida- en aanverwante fascistenacties hebben gedaan, is een actievorm die we in één of andere vorm ook meer rechtstreeks tegen de georganiseerde PVV-uitingen nodig gaan hebben. PVV-politiek is fascistische politiek, en fascistische politiek dient geen centimeter publieke ruimte te krijgen.
Hoe dat er precies uit moet zien? Daar dient over te worden nagedacht. Er zijn valkuilen. Individuele PVV-stemmers afzonderlijk met agressie bejegenen werkt contraproductief. PVV-aanhangers uitmaken voor hersenloze gekken lucht wellicht op maar jaagt de aanhang van Wilders alleen maar verder in diens armen. Als er tussen de PVV-stemmers – en vooral ook tussen de mensen die zo ’n stem overwegen – mensen rondlopen die nog wel bereid zijn om na te denken over een andere wereldvisie, dan is neerkijken op en uitschelden van deze mensen precies niet de manier om zo ’n kritisch denkproces te bevorderen. Onze vijand is niet de individuele kiezer. Onze vijand is het groepsgewijze, georganiseerde optreden van de aanhang van Wilders. Dáár dient actie tegen gericht te zijn. Georganiseerde PVV-activiteiten ongestoord laten plaats vinden, alsof het om ‘gewone’ politieke activiteiten gaat, is inmiddels een luxe geworden die antifascisten zich niet meer kunnen veroorloven. De PVV vormt de ruggengraat van het fascistische gevaar, en dient als zodanig te worden bejegend.
Inspiratie kunnen we opdoen uit de Verenigde Staten, waar grote groepen demonstranten de publieke vertoningen van Donald Trump met aanzienlijk succes weten te verstoren. Die vertoningen verdienen dat ook, gezien het feit dat Trump openlijk racisme aanwakkert, behendig agressie van zijn medestanders inzet tegen tegenstanders, en al doende een fascistische dynamiek vanuit zijn campagne bevordert. Fysieke confrontaties om Trumps intimiderende manifestaties te verstoren hebben nut. En het is mooi om te zien hoe actievoeren tegen Trump soms op expliciet antifascistische basis gebeurt, zoals afgelopen weekend in New York, waar zeker duizend mensen een optocht hielden naar een gebouw waaraan de naam Trump – ook nog eens onroerend-goed-ondernemer – verbonden is. Eén van de deelnemende actienetwerken noemt zich ‘Cosmopolitan Antifascists‘. Net zo ’n expliciet antifascisme hebben we nodig tegen Wilders en zijn PVV.
Stap drie: Zelfverdediging van bedreigde groepen. Ik was afgelopen middag bij een door de Anti Racisme Groep (ARG) in Tilburg georganiseerde lezing van Sandew Hira. Hij wees er, in een prikkelend betog dat ik hier niet ga samenvatten, op dat zwarte mensen – zwart in de politieke betekenis van niet-wit – daadwerkelijk bang zijn voor wat hen overkomt als straks, na de verkiezingen, Wilders…. Zwarte mensen voelen zich bedreigd, onveilig, in gevaar. Ja, gevaar bedreigt ook witte tegenstanders van Wilders. Maar het is niet hetzelfde. Ik kan – hypothetisch – als wit persoon mijn antifascisme afzweren en me uit de politieke strijd terugtrekken, of zelfs overlopen naar de PVV. Dan loop ik geen risico meer, en krijg ik wellicht zelfs complimenten uit fascistische hoek. Een zwart persoon heeft dat privilege – want dat is het – niet. Het racisme van Wilders raakt sommige witte mensen vanwege hun antiracistische opvattingen. Het racisme bedreigt alle zwarte mensen, ongeacht hun opvattingen. Zelfs de enkele zwarte persoon die op de PVV stemt, kan door PVV-racisten belaagd worden, puur vanwege het feit dat zij of hij zwart is. Met Wilders in de regering dreigt zijn aanhang nog meer dan nu het geval is, het idee te krijgen dat ze zwarte mensen, hun woningen en dergelijke, straffeloos kunnen aanvallen.
Met Wilders in de regering is het idee dat de politie zwarte mensen daartegen gaat beschermen, nog lachwekkender dan het toch al is. “Dansfeest voor vluchtelingen afgelast na bedreiging” aldus Trouw op 15 maart. Onder druk van racistische intimidatie dus. Iemand van de organisatie vertelt in De Gelderlander: “We werden de afgelopen week benaderd door de politie voor een gesprek. Daar zat ook de gemeente bij. Van beiden kregen we het advies om het evenement niet door te laten gaan.” De politie kan kennelijk wel Pegida-fascisten kan beschermen tegen antifascisten, maar vluchtelingen tegen fascisten beschermen is teveel gevraagd. Die bescherming dient dus uit andere hoek te komen, en kan vooral de vorm krijgen van georganiseerde zelfverdediging vanuit bedreigde gemeenschappen. Hoe dat er uit ziet, en wat precies de rol is van solidaire witte mensen is een belangrijke zaak die ik hier laat liggen. De noodzaak van zelfverdediging onder ogen zien, en stappen zetten om die op poten te krijgen, is intussen wel urgent.
Stap vier: vechten voor hoopgevende solidariteit. Het fascisme parasiteert op wanhoop onder witte mensen, het kanaliseert die wanhoop, het geeft witte mensen die als losers worden behandeld door neoliberale bezuinigingen, en bijbehorende politici, het gevoel dat ze toch ook een beetje winners kunnen zijn door tegen zwarte mensen aan te trappen. Het geeft reële frustraties een reactionaire uitlaatklep. Antifascisten hebben tot taak dat reactionaire kanaal te blokkeren, door fascistische uitingen krachtdadig tegen te werken. Maar antifascisten hebben ook tot taak om de frustraties die nu een rechtse uitweg vinden, een betere uitweg te vinden. Je kunt je frustraties, opgelopen door hoge huur, laag loon en permanente ontslagdreiging, afreageren op je zwarte buren. Dat is reactionair, je huur gaat er niet mee omlaag en je loon ook niet omhoog. Je kunt ook strijden tegen die hoge huur, het lage loon en de ontslagdreiging. Dan ga je de redenen van je frustratie echt te lijf. Elk succes op die weg, geeft hoop en maakt de behoefte van mensen om zich op anderen af te reageren, minder.
Zo zijn de recente acties in de thuiszorg van groot belang, ook uit antifascistisch oogpunt. In het verlengde daarvan ligt het extra kracht bijzetten van komende Eén Mei-activiteiten, waarvan Vier De Solidariteit in Tilburg er één is in een hopelijk snel aanzwellende reeks.. Daarin onderstrepen we, als het goed is, de solidariteit van de onderkant tegen de echte oorzaken van problemen en frustraties, oorzaken die liggen in winstbejag en bijbehorende machtspolitiek. Waar de solidariteit tegen uitbuiters en machthebbers groeit, daar krimpt het draagvlak van fascistische politici en hun racistische hatelijkheid. Wie hoop voelt in de strijd tegen de echte vijanden, de machten van hogerhand, heeft doorgaans minder behoefte om mensen te haten die hen niets hebben misdaan.
Er is over dit alles veel meer te zeggen. Over de vraag hoe de solidariteit in de strijd voor bijvoorbeeld hoger loon, zwarte en witte mensen kan samenbrengen maar dat bepaald niet automatisch ook doet. Over de noodzaak om binnen deze solidariteit bewust te blijven werken aan het bestrijden van racistische uitspraken en gedragingen – omdat ze de solidariteit ondermijnen, omdat ze onderdrukking bevestigen en bestendigen. Over de noodzaak om in de antifascistische strijd niet te vertrouwen op welke gevestigde instantie en macht van bovenaf dan ook. Over de vraag hoe we antifascistisch verzet combineren met de zo hoognodige solidariteit van en met vluchtelingen, mensen die momenteel bij uitstek het doelwit van het PVV-fascisme zijn. Over hoe we dit alles organiseren en uitdragen om zo groot mogelijke groepen mensen op uiteenlopende wijze in beweging te helpen komen tegen het fascistische gevaar.
Maar hoe dan ook, voorafgaand aan stap één is er eerst stap nul, het starpunt: loskomen uit de lichtbundel, losbreken uit de verlamming die zo velen van ons momenteel in de greep lijkt te hebben. Geschokt zijn, verontwaardigd, en boos? Ja. Maar laten we die boosheid ombouwen tot een wapen in de strijd. Laten we niet enkel geschokt zijn over de bruutheid van Wilders en zijn PVV. Laten we de fascist Wilders en zijn fascistische PVV daadwerkelijk verslaan.
Peter Storm