NEE TEGEN DIE BOMBARDEMENTEN OP SYRIE/NEE TEGEN NEDERLANDSE DEELNAME AAN
donderdag 3 december 2015
Het Britse parlement heeft groen licht gegeven voor Britse luchtaanvallen op Syrië die inmiddels zijn begonnen. Nu voelt ook Nederland grote “druk om mee te doen aan bombardementen op strategische doelen van terreurgroep IS in Syrië”. Dat stelt Tom Middelkoop, baas van de Nederlandse strijdkrachten die daarover de Tweede Kamer inlicht. Het is een slechte zaak dat steeds meer landen aan deze bommengooierij meedoen. Nederlandse oorlogsdeelname is verkeerd, net als de hele oorlog zelf.
Waarom zijn deze luchtaanvallen zo verkeerd? Ik noem twee redenen, er zijn er meer. Ze kosten onschuldige mensenlevens. Het is dus doodslag dan wel moord, met politiek oogmerk, dus het is zelf een vorm van terrorisme. Dat is één. En de luchtaanvallen lokken, via het vergeldingsmotief, nieuwe aanslagen en nieuwe terreur verder uit. Het is dus het bevorderen, niet bestrijden, van dat terrorisme waar die luchtaanvallen zich zogenaamd tegen keren. Dat is twee. Conclusie: Niet doen, die bombardementen. Niet aan meedoen ook. Nee tegen zeggen, en tegenwerken zo goed als we kunnen, luid, duidelijk en voelbaar.
Luchtaanvallen brengen mensen om het leven, onschuldige mensen, burgerslachtoffers. Alle leuterpraat over slimme bommen, precisiebombardementen en dergelijke veranderen niets aan dat feit. Cijfers er over krijgen valt niet mee. Maar er is een site die de luchtaanvallen op IS bijhoudt: Airwars.com. De verwijzing kwam ik tegen op World War 4 Report. Airwars stelt en onderbouwt dat de bombardementen door de coalitie die door de VS wordt aangevoerd “tussen de 682 en de 977 burgerslachtoffers” hebben gekost, deels in Irak, deels in Syrië. Je kunt zeggen: dat zijn over ruim een jaar bombarderen geen enorme aantallen, het zijn echter wel 628 tot 977 levens die het niet verdienden om zo te worden afgemaakt, ook niet ‘per vergissing’. En dit zijn dan de redelijk gedocumenteerde slachtoffers. Er zijn er ongetwijfeld meer. Intussen is ook Rusland aan het bombarderen geslagen, iets dat in veel kortere tijd volgens Airwars.com al aan 250 tot mogelijk 375 burgers het leven heeft gekost , “een zeer zorgwekkende tol”, zo stelt Chris Woods van Airwars.com in een eveneens door World War 4 Report aangehaald bericht.
Is dit het ‘waard’? De bombardementen raken toch – zou je wellicht tegenwerpen – die veel ergere moordenaarsbende van IS? Bombardementen maken duizenden IS-strijders af, zo ’n 23.000 volgens een Coalitie-schatting zelf. Of dat geloofwaardig is, is de vraag: opscheppen over eigen resultaat is noch de VS noch haar bondgenoten, noch welke mogendheid in oorlogstijd vreemd. Maar al is het waar, wie zijn dan die afgemaakte strijders? Deels vast zeer gemotiveerde militanten met zeer veel bloed aan de handen. Deels ongetwijfeld geronselde mensen, die konden ‘kiezen’: werken voor IS, olie-installaties helpen bewaken bijvoorbeeld, of anders geen inkomen, en misschien wel geen leven ook. Ze werken voor de IS omdat ze wellicht anders werden vermoord. Ze worden nu vanuit de lucht alsnog vermoord, en de moordenaars – ‘onze’ bondgenoten, de brengers van ‘beschaving’ tegen over ‘barbaren’ – scheppen er over op. De luchtaanvallen op IS komen neer op massamoord in antwoord op massamoord. Dat IS een hoger tempo van moorden aanhoudt verandert daar niets aan. Nederland moet hier niet aan mee gaan doen. Die luchtaanvallen moeten stoppen.
Het tweede argument tegen de bombardementen is het voorspelbare effect: woede, roep om vergelding, het aanjagen van nieuwe aanslagen. Elke dode – strijder, burger, kind, vrouw of man – heeft familieleden, vriendinnen, vrienden. Die zullen geen welwillende gevoelens koesteren jegens de bommenwerpende moordenaars van hun dierbaren. Het verlangen om doden te wreken, om vergelding te zoeken, speelt IS en soortgelijke groepen in de kaart. “Not one terrorist died there, but maybe some were born”, zo zong David Rovics in The Village Where Nothing Happened eens over de bommen op een Afghaans dorp waarbij 150 mensen omkwamen, in de Westerse strijd tegen Al Qaeda en de Taliban in dat land vanaf 2001. Zo werkt het. Bombarderen is in dit soort situaties terrorisme helpen creëren. Bombarderen betekent immers: vergeldingsacties motiveren, vergeldingsacties die dan weer een excuus vormen voor nieuwe bombardementen.
Als je echt aanslagen wilt stoppen, onderbreek dan het voeden van deze spiraal, en zet de bombardementen stop. De generaals en de politici doen dit niet, die gaan door op de ingeslagen weg die ons de afgelopen jaren heeft gebracht waar we nu zijn: in een escalatie van oorlog en terreur.. Waar is de vredesbeweging die het stopzetten van de bombardementen tot inzet maakt: een onvoorwaardelijk nee tegen de luchtaanvallen van vandaag en van morgen, uit welke hoek ze ook komen? Waar is ons protest? Ons verzet?
Peter Storm