ISRAELISCHE BOMBARDEMENTEN OP BEIRUT
HET CDA EN LIBANON/FARIZEISME VERSUS
HUMANITEIT
ASTRID ESSED
OCTOBER 2006
Astrid Essedsep 19, 2020269Tag –Europa
In het Nieuwe Testament wordt bij regelmaat verwezen naar de Farizeeërs, die als leden van de machtige en invloedrijke Joodse priesterkaste in het toenmalige in het door de Romeinen bezette Judea [het huidige Israel, inclusief de bezette Palestijnse gebieden], een belangrijke politiek-maatschappelijke rol speelden
Veelal gaven zij blijk van een uiterlijke religieuze beoefening, met name ter imponering van het aanwezige publiek, maar ontbrak het doorgaans aan werkelijk humanitair gevoel tav de medemens
Zonder in verdere vergelijkingen te willen treden, vallen mij in sterke mate de overeenkomsten op tussen die toenmalige Farizeeërs en het hedendaagse CDA [de Nederlandse christendemocraten], zowel betreffende de Nederlandse binnenlandse politiek als de internationale politiek
Een en ander wordt nog versterkt door de door premier Balkenende voorgestane politiek van ”normen en waarden”, die echter getuigen van een grote discrepantie tussen het uiterlijke burgermansfatsoen en de naleving van fundamentele humanitaire waarden
Aangezien een dergelijk farizeïsme met name terugkomt in het huidige Midden-Oostenstandpunt van het CDA, toegespitst op de recente julioorlog tegen Libanon, acht ik het van belang, enkele door het CDA aangevoerde argumenten nader onder de loupe te nemen, nav een aan mij geschreven brief door de afdeling voorlichting van het CDA.
De directe aanleiding voor de CDA reactie aan mijn adres was mijn aan minister Bot van Buitenlandse Zaken (eveneens CDA) gerichte brief, nav zijn impliciete verdediging van het Israëlische gebruik van clusterbommen in Zuid-Libanon
Een tweede mi interessant aspect is, dat het CDA-standpunt grote overeenkomsten vertoont met de opvattingen van de pro-Israëllobby in het algemeen, evenals de standpunten van de meeste Europese christendemocratische partijen
Geachte lezer, geheel onderin vermeld ik zowel mijn brief aan minister Bot, evenals de CDA reactie hierop
Het zal u overigens waarschijnlijk opvallen, dat het CDA bovendien in geen enkel opzicht ingaat op de door mij aangevoerde argumentatie in mijn aan de minister gerichte brief
Vriendelijke groeten
Astrid Essed
Vooraf:
Hoewel in onderstaande een aantal kritiekpunten op het CDA standpunt betreffende de recentelijk gevoerde julioorlog de revue passeren, zou ik u willen verzoeken vooral aandacht te schenken aan het feit dat het CDA zich vrijwel consequent schuldig maakt aan de volgende, mi cruciale punten
a de systematische bagatellisering van de Israëlische aanvallen op Libanon, met name tegen het licht van de aard van de aanvallen, de gekozen aanvalsdoelen en de wapenkeuze
b de hieruit voortgekomen bagatellisering van de Israëlische oorlogsmisdaden en mensenrechtenschendingen in Libanon
c het bendrukken van het Hezbollah aandeel in dezen, waardoor er een onjuist en overtrokken beeld van de werkelijke gebeurtenissen ontstaat
d het zich ten onrechte beroepen op Israëls ”recht op zelfverdediging”
e de systematische ontkenning van de politiek-humanitaire consequenties van de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden en het niet-noemen van het voornaamste twistpunt tussen Israel en Hezbollah, de voortdurende Israëlische bezetting van Shebaa Farms
Ik zal echter, stap voor stap, de door het CDA ingenomen standpuntbepaling, belichten
A. CDA standpunt tav het karakter van de julioorlog:
Het CDA maakt zich in haar standpuntbepaling, door haar gebruik van de terminologie ”escalatie van het geweld”, schuldig aan het bagatelliseren van het grote Israëlische aandeel van de julioorlog, zowel betreffende het karakter van de aanvalsdoelen en wapenkeuze, als het ontbreken van iedere internationaalrechtelijke status voor de julioorlog
Zie CDA-citaat:
””Het CDA was en is zeer bezorgd over de escalatie van geweld in het Midden-Oosten tijdens de zomer. Dit geweld is het gevolg geweest van de ontvoering van Israëlische militairen en van aanvallen op Israëlisch grondgebied door Hamas en Hezbollah. ”
Opvallend in de CDA-reactie tav de julioorlog tegen Libanon is het feit, dat zij nergens expliciet refereert aan de Israëlische aanvallen op Libanon, noch het humanitair-internationaalrechtelijke karakter ervan, maar zich slechts bedient van de vage en eufemistische term ”escalatie van geweld”
Daarenboven suggereert een als ”escalatie van geweld” aangeduide kwalificatie, ten onrechte een rechtvaardiging voor deze aanval op Libanon, die niet alleen gezien de wapenkeuze en aanvalsdoelen, maar met name ook vanwege het ontbreken van enige internationaalrechtelijke basis, slechts als agressieoorlog kan worden gekenschetst
Hierop kom ik nog terug
B. ”Ontvoering” van Israëlische soldaten
CDA-standpunt tav de ”ontvoering”’van Israëlische soldaten
Het CDA standpunt, dat er sprake is van ”ontvoering” van Israëlische soldaten, is in strijd met het Internationaal Recht, is internationaalrechtelijk gezien niet juist
Zie Citaat CDA-standpunt:
””Het CDA was en is zeer bezorgd over de escalatie van geweld in het Midden-Oosten tijdens de zomer. Dit geweld is het gevolg geweest van de ontvoering van Israëlische militairen en van aanvallen op Israëlisch grondgebied door Hamas en Hezbollah. ”
In tegenstelling tot het gangbare Amerikaans-Europese standpunt, zowel betreffende politici als het grootste deel van de media is er geen sprake van een ”ontvoering” van Israëlische soldaten, maar een gevangenneming
Zoals bekend zijn de over Israëlische soldaten dd 12-7 bij een militaire operatie van de politiek-militante beweging Hezbollah op Israëlisch grondgebied gevangengenomen
Volgens het Internationaal Recht is er in dezen sprake van twee militaire conflictpartijen, namelijk Israel enerzijds en Hezbollah anderzijds en is uit dien hoofde het maken van krijgsgevangenen bij een militaire operatie door Hezbollah gerechtvaardigd
Uiteraard rust op Hezbollah echter, evenals op de andere conflictpartij, het Israëlische leger, de internationale verplichting, deze krijgsgevangenen te allen tijde humaan te behandelen
Hiervoor verwijs ik naar artikel 3, Geneefse Conventies dd 1949
C. Bagatellisering cq impliciete ontkenning Israëlische bezetting
Het CDA maakt zich in haar standpuntbepaling schuldig aan bagatellisering cq ontkenning van de Israëlische bezetting, evenals de politiek-humanitaire implicaties dienaangaande
Hierop kom ik in de loop van mijn betoog terug
Citaat CDA-standpunt:
”Dit geweld is het gevolg geweest van de ontvoering van Israëlische militairen en van aanvallen op Israëlisch grondgebied door Hamas en Hezbollah. ”
Opvallend is, dat het CDA, door middel van een dergelijke formulering, niet alleen de indruk wekt, dat deze aanvallen ten onrechte zijn, evenzeer geeft zij blijk van een vrijwel totale ontkenning cq bagatellisering van de politieke consequenties van de Israëlische bezetting:
De aanvallen van Hezbollah en Hamas op Israëlisch grondgebied echter zijn de directe resultante van de Israëlische bezetting van Shebaa Farms enerzijds en de reeds 39 haar durende Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden, ondanks de in 1967 aangenomen VN-Veiligheidsraadsresolutie 242, die tevergeefs heeft opgeroepen tot een Israëlische terugtrekking uit alle in de junioorlog dd 1967 veroverde gebieden, waaronder de Palestijnse.
Aangezien aan iedere bezetting, waar ook ter wereld, inherent zijn vernederingen, oorlogsmisdaden en mensenrechtenschendingen en deze uiteraard tot verzet leiden, is het evident, dat hiervan ook in dit conflict sprake is.
Het resultaat is geweest de internationaalrechtelijk gelegitimeerde militaire aanvallen op het Israëlische leger, dus ook op Israëlisch grondgebied en de niet gelegitimeerde aanvallen op burgers en burgerdoelen
Zolang deze aanvallen slechts op het Israëlische leger gericht zijn, is er sprake van legitimiteit in dezen
D. Raketaanvallen Hezbollah en vrijlating ”ontvoerde soldaten”
CDA standpunt tav vrijlating ”ontvoerde’ Israëlische soldaten
1) Vrijlating ”ontvoerde” Israëlische soldaten
Ten onrechte stelt het CDA in haar standpuntbepaling, dat de ”ontvoerde” Israëlische soldaten dienen te worden vrijgelaten
Citaat CDA-standpunt:
”Het CDA ondersteunde de G8-verklaring en de EU-verklaring de terugkeer van de ontvoerde Israëlische soldaten en het stoppen van raketaanvallen op Israël. Israël kan het recht op zelfverdediging niet ontzegd worden. Hezbollah zal alle raketten en ander wapentuig moeten ontmantelen en de ontvoerde Israëlische militairen direct moeten vrijlaten. Bovendien mag Hezbollah de burgerbevolking niet gebruiken als camouflagenet. ”
De door het CDA gemaakte opmerking, dat de gevangengenomen [dus niet ontvoerde] Israëlische militairen dienen te worden vrijgelaten, is niet juist
Hoe onaangenaam krijgsgevangenschap wellicht ook voor hen is [evenals overigens voor Hamas en Hezbollah-gevangenen], zolang de vijandelijkheden niet beëindigd zijn, is krijgsgevangenschap gelegitimeerd
Overeind blijft echter te allen tijde overeind staan een humane behandeling van de betreffende Israëlische soldaten, evenals van Palestijnse en Hezbollah-gevangenen van het Israëlische leger
Zie daarvoor artikel 3, Geneefse Conventies
2) Raketaanvallen Hezbollah op Israel
CDA standpunt ter veroordeling Hezbollah raketaanvallen op Israel
Met het CDA standpunt ter veroordeling Hezbollah raketaanvallen op Israel stem ik geheel in, aangezien de op Israëlische steden gerichte Hezbollah-aanvallen, als zijnde burgerdoelen, in strijd zijn met het Internationaal Recht
Citaat CDA-standpunt:
””Het CDA ondersteunde de G8-verklaring en de EU-verklaring de terugkeer van de ontvoerde Israëlische soldaten en het stoppen van raketaanvallen op Israël. Israël kan het recht op zelfverdediging niet ontzegd worden. Hezbollah zal alle raketten en ander wapentuig moeten ontmantelen en de ontvoerde Israëlische militairen direct moeten vrijlaten. Bovendien mag Hezbollah de burgerbevolking niet gebruiken als camouflagenet. ”
Zoals reeds gesteld ben ik het geheel eens met de CDA-veroordeling van de Hezbollah-raketaanvallen op Israel
Grondregel van het Humanitair Oorlogsrecht [de Geneefse Conventies] is immers het feit, dat bij ieder gewapend conflict een strikt onderscheid gemaakt dient te worden tussen combattanten [militairen en strijders] en non-combattanten [burgers]
Als zodanig zijn de door Hezbollah gepleegde raketaanvallen dan ook te categoriseren als oorlogsmisdaden
Het feit, dat Hezbollah niet tot een regulier Staatsleger behoort en de Conventies niet heeft ondertekend, ontslaat haar genendele van deze verantwoordelijkheid
De Conventies zijn universeel en gelden in iedere situatie, tav ieder leger of politieke verzetsbeweging
Ook is het argument, dat Israel zich in Libanon schuldig heeft gemaakt aan oorlogsmisdaden, geen excuus voor de raketaanvallen van Hezbollah, aangezien volgens het Internationaal Recht, de ene oorlogsmisdaad niet mag worden beantwoord door een andere
Zie ook:
http://web.amnesty.org/library/Index/ENGMDE020252006
3) CDA standpunt ter veroordeling gebruik burgers door Hezbollah als camouflagenet
Hoewel het eens met de CDA veroordeling van het gebruik van burgers als camouflagenet, dient hierbij vermeld te worden, dat op geen enkele manier is aangetoond, dat Hezbollah zich hieraan heeft schuldig gemaakt, noch ontslaat een en ander Israel van haar internationaalrechtelijke verplichtingen
Citaat CDA-standpunt:
Zoals reeds opgemerkt, ben ik het geheel met het CDA-standpunt eens, dat een eventueel gebruik door Hezbollah van burgers als camouflagenet, strijdig is met het Internationaal Recht
Op iedere conflictpartij rust immers de verplichting, de burgerbevolking niet onnodig in gevaar te brengen door zich tussen hen te bevinden
Niet alleen is er echter nergens concreet aangetoond, dat hiervan in het geval van Hezbollah sprake is geweest, daarenboven is eveneens de aanvallende partij [in casu Israel] te allen tijde verplicht, een strikt onderscheid te blijven maken tussen combattanten en non-combattanten
Een en ander impliceert, dat wanneer er sprake is van de aanwezigheid van strijders in een burgergebied, dat door Israel alle voorzorgsmaatregelen genomen dienen te worden ter bescherming van de burgerbevolking
Hiervan is echter genendele sprake geweest en ik kom er nog op terug
4) Ontwapening Hezbollah
CDA standpunt tav ontwapening Hezbollah
Hoewel eerlijkheid mij gebiedt te zeggen, dat een door CDA voorgestane ontwapening van Hezbollah in een VN-Veiligheidsresolutie is vastgelegd, getuigt het CDA met een dergelijke standpuntbepaling niet alleen van een gebrek aan politiek-historisch inzicht, eveneens negeert het CDA hiermee een van de hoofdoorzaken van het huidige Midden-Oostenconflict, de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden, de Golan-Hoogte en hiermee samenhangend, de bezetting van Shebaa Farms
Uw deelcitaat
”Hezbollah zal alle raketten en ander wapentuig moeten ontmantelen en de ontvoerde Israëlische militairen direct moeten vrijlaten.”
Het CDA-standpunt tav de ontwapening van Hezbollah is, gezien de status van Hezbollah en de internationaal-politieke situatie, niet alleen ten onrechte, maar in alle opzichten irreëel
Weliswaar ben ik mij ervan bewust, dat de VN-Veiligheidsraadsresolutie nr 1559, dd 2004, heeft opgeroepen tot ontwapening van alle ”Libanese en niet-Libanese milities”, maar eveneens is het evident, dat de VN-Veiligheidsraad er, ook in de door u genoemde recentelijke resolutie 1701, niet in geslaagd is een oplossing te creëren voor de bron van het Hezbollah-verzet, namelijk de nog steeds voortdurende Israëlische bezetting van Shebaa Farms
Zolang Israel niet bereid is deze bezetting op te geven, alsmede de bezetting van de Palestijnse gebieden, waarmee Hezbollah zich eveneens sterk identificeert, is het zowel irreëel, als politiek-humanitair gezien onrechtvaardig, van Hezbollah ontwapening te eisen, terwijl het zeer geavanceerde en hoogtechnologische Israëlische leger nog als bezetter aanwezig is
E. Israëls recht op zelfverdediging
CDA standpunt ter kwalificering van de julioorlog als het Israëlische ”recht op zelfverdediging”
Ten onrechte wordt door het CDA de door Israel gestarte julioorlog gekwalificeerd als het ”recht op zelfverdediging”
Citaat CDA standpuntbepaling
”Israël kan het recht op zelfverdediging niet ontzegd worden. Hezbollah zal alle raketten en ander wapentuig moeten ontmantelen en de ontvoerde Israëlische militairen direct moeten vrijlaten. Bovendien mag Hezbollah de burgerbevolking niet gebruiken als camouflagenet. ”
Deelcitaat:
” Israël kan het recht op zelfverdediging niet ontzegd worden.”
Zeker ben ik het met het CDA-standpunt eens, dat Israel, evenals iedere andere Staat ter wereld, het recht op zelfverdediging heeft
Echter, in haar aanvallen op Libanon is er geen sprake geweest van zelfverdediging, maar van een niet-gerechtvaardigde agressieoorlog
Feiten op een rijtje:
In de eerste plaats betreft het hier een conflict tussen Israel en de niet-statelijke conflictpartij Hezbollah, dat zich voornamelijk bij de zuidgrens van Libanon afspeelt, waarbij over en weer reeds een aantal jaren sprake is geweest van militaire aanvallen
Israel daarentegen heeft zich, met haar militaire aanval op Libanon als Staat, schuldig gemaakt aan schending van het Libanese soevereiniteitsrecht
Het recht op zelfverdediging geldt namelijk slechts in twee gevallen, namelijk wanneer er sprake is van een aanval van het Libanese leger op Israel en wanneer er sprake zou zijn van een door de VN-veiligheidsraad afgegeven Mandaat voor een militaire aanval, waarvan in dezen geen sprake was
Verder wil ik, refererend aan de door het CDA genoemde VN-resolutie 1701, behelende het staakt het vuren in de julioorlog, stellen, dat deze, hoewel internationaalrechtelijk geldig, in ernstige mate getuigt van een gebrek aan politiek evenwicht
Enerzijds wordt Israel opgeroepen de ”offensieve militaire acties” te staken, hetgeen impliceert behoud van het recht op zelfverdediging, anderzijds wordt Hezbollah opgeroepen ”alle militaire acties”’ te staken
Het recht op zelfverdediging geldt echter zowel Israel als Hezbollah, als conflictpartijen
Daarenboven wordt de gehele verantwoordelijkheid voor de escalatie van het conflict bij Hezbollah gelegd en is er geen sprake van een referentie aan de grootschalige Israëlische militaire acties, laat staan een veroordeling van de Israëlische mensenrechtenschendingen
F. Het door u het CDA genegeerde aspect: De humanitaire implicaties van de Israëlische aanvallen op Libanon
Zeer ernstig aan het CDA verwijtbaar acht ik tenslotte het feit, dat zij in haar betoog geen enkele melding maakt van de ernstige door Israel gepleegde oorlogsmisdaden en mensenrechtenschendingen in Libanon, waarover uitgebreid is gerapporteerd door zowel Amnesty International [www.amnesty.org] als Human Rights Watch [www.hrw.org]
Zie ook:
http://web.amnesty.org/library/Index/ENGMDE180072006
Ter toelichting:
Willekeurige bombardementen:
Zoals reeds opgemerkt, dient door de conflictpartijen bij ieder gewapend conflict een strikt onderscheid gemaakt te worden tussen combattanten en non-combattanten
Hiervan is echter, noch bij Hezbollah [raketaanvallen op Israëlische steden], noch bij Israel, sprake van geweest
Israel heeft haar militaire aanvallen voornamelijk gericht op woonwijken in Beiroet en dorpen in Zuid-Libanon, met als gevolg, dat er in drie weken tijd meer dan 1287 Libanese burgers om het leven gekomen zijn
Als legitimatie werd aangevoerd, dat er zich in deze burgerdoelen Hezbollah-strijders zouden bevinden
Zoals reeds is aangetoond, ontslaat de eventuele aanwezigheid van strijders Israel genendele van de internationaalrechtelijke verplichting, maximale voorzorgsmaatregelen te treffen voor de veiligheid van de burgerbevolking
Deze door Israel gepleegde willekeurige aanvallen op burgers en burgerdoelen, waarbij ieder onderscheid tussen burgers en strijders is weggevallen, zijn dan ook oorlogsmisdaden volgens het Internationaal Recht
Eveneens heeft Israel zich schuldig gemaakt aan militaire aanvallen op de civiele infrastructuur, ten gevolge waarvan meer dan 100 wegen zijn gebombardeerd, 70 bruggen zijn verwoest en eveneens aanvallen zijn uitgevoerd op water en elektriciteitsinstallaties, met alle voor de burgerbevolking veroorzaakte humanitaire tol
Met name het bombarderen van elektriciteit en stroominstallaties is dan ook, vanwege de reeds genoemde humanitaire consequenties voor de burgerbevolking, streng verboden door het Internationaal Recht
Ten gevolge van deze Israëlische militaire acties zijn eveneens 15 dorpen in Zuid-Libanon met de grond gelijk gemaakt
In de onderstaande aan minister Bot geschreven brief noemde ik bovendien nog het gebruik door het Israëlische leger, van de internationaal-verboden clusterbommen, met name vanwege de vorming van landmijnen
Nu reeds zijn vanwege deze gevormde landmijnen, volgens de organisatie Handicap International, minstens 22 slachtoffers gevallen
Andere bronnen spreken van 40 tot 55 slachtoffers
Zie
http://www.handicapinternational.be/content.asp?lng=2&cID=379
Hoewel De VN 666 stuks clustermunitie hebben vernietigd en 51 zones konden aanduiden, waar clusterbommen werden gedropt, is er een vermoeden, dat er in totaal in meer dan 200 zones niet-ontplofte clustermunitie ligt.
Volgens andere bronnen impliceert dit een nog onvernietigd aantal clusterbommen van in getal 2000
Met name spelende kinderen worden hiervan het slachtoffer
Het verbaast en verbijstert mij dan ook, dat het CDA weliswaar in haar betoog refereert aan de door Hezbollah gepleegde oorlogsmisdaden en terecht, maar geen woord wijt aan het leeuwendeel door Israel gepleegde oorlogsmisdaden
Dit wijst op een het CDA zeer te verwijten selectieve humanitaire verontwaardiging
G. Het CDA standpunt tav de sleutelrol voor de VS bij de beëindiging van het Midden-Oostenconflict
Niet alleen acht ik een dergelijk standpunt oneigenlijk, vanwege de door de VS decennialang gevoerde zeer partijdige pro-Israëlpolitiek, daarenboven trachten op deze wijze Nederland en andere EU-landen de politieke en morele verantwoordelijkheid voor de oplossing van het Midden-Oostenconflict van zich af te schuiven
1) Het oneigenlijke karakter van de VS-bemiddeling ter beëindiging van het Midden-Oostenconflict
CDA citaat:
”Terecht heeft minister Bot van Buitenlandse Zaken gezegd dat de Verenigde Staten de grootste invloed hebben in deze regio. Om het doel, het stoppen van het geweld te bereiken, is het dan ook verstandig zo optimaal mogelijk samen te werken met de VS. Het blijft van groot belang dat de terroristische groepering Hezbollah zich niet kan hergroeperen, geen raketinstallaties meer verborgen houdt in woonwijken en niet opnieuw een staat in de staat Libanon kan vormen. ”
Tenslotte wil ik nog wijzen op het door het CDA aangehaalde, dat het door minister Bot gesuggereerde argument, dat de VS een sleutelrol zou dienen te spelen in de beëindiging van het conflict.
Een en ander is, zoals reeds opgemerkt, echter geheel oneigenlijk, aangezien de VS in ernstige mate partijdig is tav Israel en tot dusver vrijwel iedere door Israel, door internationale mensenrechtenorganisaties gecategoriseerde mensenrechtenschending heeft gebagatelliseerd onder de noemer ”het recht op zelfverdediging”
Ook is de VS een van de hoofdleveranciers van de door Israel gebruikte clustermunitie
Zie
http://hrw.org/english/docs/2006/08/11/israb13974.htm
en
http://hrw.org/english/docs/2006/08/11/israb13972.htm
2) Het afschuiven van eigen EU-verantwoordelijkheid
Bovendien is de verwijzing van minister Bot naar de VS een oneigenlijk argument, waarachter de EU zich verschuilt en in dezen geen verantwoordelijkheid wil nemen voor een van de VS onafhankelijke Midden-Oostenpolitiek
Dit maakt de EU en Nederland, evenals uiteraard de VS, politiek en moreel medeverantwoordelijk voor de door Israel gepleegde oorlogsmisdaden
Epiloog:
Een brief, inhoudende bovenstaande argumentatie, heb ik het CDA teruggezonden naar aanleiding van haar reactie op mijn aan minister Bot geschreven brief
Het lijkt mij overigens zeer twijfelachtig, dat mijn brief zal leiden tot werkelijke zelfreflexie bij het anti-Palestina bolwerk van voornamelijk de CDA-partijtop
Gelukkig wordt er door de CDA leden op ”lager” niveau veelal een stuk genuanceerder aangekeken tegen de politiek-humanitaire implicaties van het Midden-Oostenconflict
Toch acht ik het van belang, het CDA steeds weer te blijven attenderen op het innemen van een standpuntbepaling, die zover afwijkt van de door hen voorgestane christelijke levensprincipes
Zodat zij later niet kunnen zeggen
”Wir haben es nicht gewusst”
Astrid Essed
Zie de door het CDA-afdeling publieksvoorlichting aan mijn adres geschreven brief, nav mijn aan minister Bot gerichte brief tav zijn beantwoording van de vragen van Kamerlid van Velzen [SP] tav de Nederlandse standpuntbepaling betreffende het Israëlische gebruik van clusterbommen in Zuid-Libanon
A. Zie CDA brief
”Geachte mevrouw Essed,
Hartelijk dank voor uw mail.
Het CDA was en is zeer bezorgd over de escalatie van geweld in het Midden-Oosten tijdens de zomer. Dit geweld is het gevolg geweest van de ontvoering van Israëlische militairen en van aanvallen op Israëlisch grondgebied door Hamas en Hezbollah. Het CDA ondersteunde de G8-verklaring en de EU-verklaring de terugkeer van de ontvoerde Israëlische soldaten en het stoppen van raketaanvallen op Israël. Israël kan het recht op zelfverdediging niet ontzegd worden. Hezbollah zal alle raketten en ander wapentuig moeten ontmantelen en de ontvoerde Israëlische militairen direct moeten vrijlaten. Bovendien mag Hezbollah de burgerbevolking niet gebruiken als camouflagenet.
Terecht heeft minister Bot van Buitenlandse Zaken gezegd dat de Verenigde Staten de grootste invloed hebben in deze regio. Om het doel, het stoppen van het geweld te bereiken, is het dan ook verstandig zo optimaal mogelijk samen te werken met de VS. Het blijft van groot belang dat de terroristische groepering Hezbollah zich niet kan hergroeperen, geen raketinstallaties meer verborgen houdt in woonwijken en niet opnieuw een staat in de staat Libanon kan vormen.
Inmiddels heeft de Veiligheidsraad van de VN op 11 augustus resolutie 1701 aangenomen en is een staakt-het-vuren overeengekomen. Het CDA is verheugd over de resolutie en het staakt-het-vuren. De resolutie voorziet in een uitbreiding van de UNIFIL-troepenmacht van 2000 tot 15000 troepen en de inzet van 15.000 Libanese troepen in het zuiden van Libanon. Het is van groot belang dat Libanon weer de soevereiniteit over het Zuiden van het land terugkrijgt. De Nederlandse regering overweegt een maritieme bijdrage te leveren.
Eind augustus heeft een donorconferentie plaatsgevonden in Stockholm.
Minister Bot heeft hier namens Nederland 10,8 miljoen euro toegezegd voor humanitaire hulp aan Libanon. De bevolking van Libanon mag niet in de steek worden gelaten. De regeringen van Israël en Libanon verdienen de steun van de internationale gemeenschap om uitvoering te kunnen geven aan hun verplichtingen uit resolutie 1701.
Israël zal haar troepen moeten terugtrekken uit Zuid-Libanon; Libanon zal moeten toezien dat Hezbollah niet meer met wapens bevoorraad kan worden vanuit Syrië. Ook Iran, als bondgenoot van Hezbollah, zal uitvoering moeten geven aan de eerdere resolutie m.b.t. de ontwapending van Hezbollah. ”
Met vriendelijke groet,
Marianne Fennema
CDA Tweede Kamerfractie
Publieksvoorlichting
Postbus 30805
2500 GV ‘s-Gravenhage
t 070 – 318 25 03
f 070 – 318 26 02
e cda.publieksvoorlichting@tweedekamer.nl
i www.cda.nl
B. Mijn brief aan minister Bot tav het Israëlische gebruik van clusterbommen in Zuid-Libanon
Zie eerst zijn beantwoording Kamervragen, gesteld door Kamerlid van Velzen [SP]
Mijn aan minister Bot gerichte brief:
Aan de minister van Buitenlandse Zaken de heer Bot
Tav uw beantwoording Kamervragen betreffende het Israëlische gebruik van clustermunitie in Zuid-Libanon
Geachte meneer Bot,
Ik wil graag uw aandacht vragen voor het volgende:
Ik heb met grote verontrusting kennisgenomen van uw beantwoording van de door het Kamerlid Van Velzen gestelde schriftelijke vragen dd 28-7 over het gebruik van clusterbommen door het Israëlische leger in Zuid-Libanon, waarbij mijns inziens sprake is van een impliciete gedoging van de schendingen van de elementaire mensenrechten van de Libanese burgerbevolking
Zoals u bekend, heeft genoemd Kamerlid middels haar vraagstelling blijk gegeven van haar zorgen tav de humanitaire consequenties voor de burgerbevolking.
Eveneens heeft zij u gevraagd, of u van mening bent, dat de wijze van het gebruik van clusterbommen door het Israëlische leger een schending vormt van het humanitair oorlogsrecht en dienaangaande bereid bent, binnen de Verenigde Naties erop aan te dringen, Israel te sommeren, per direct deze schendingen van het internationaal humanitair recht te staken
In uw reactie op haar vraagstelling heeft u geantwoord, dat u niet op de hoogte bent van ”de specifieke omstandigheden waarin Israël de clusterbommen in Libanon heeft ingezet” [uw bewoordingen]
Evenzeer bent u, volgens uw beantwoording, de kennelijke mening te zijn toegedaan, dat bij het gebruik van clusterbommen niet onder alle omstandigheden sprake zou zijn van een onvoorwaardelijke schending van het humanitair oorlogsrecht.
Nog afgezien van het door u tentoongespreide gebrek aan humanitair inlevingsvermogen in dezen, wil ik u er vriendelijk op attent maken, dat de door u opgezette redenering in strijd is met de fundamentele principes van het internationaal humanitaire recht
Te uwer informatie:
Zoals u uiteraard zult weten, is het een grondregel binnen het Internationaal Humanitair Recht, dat de betreffende conflictpartijen er te allen tijde aan gehouden zijn, bij hun militaire operaties, wat impliceert het gebruik van de wapenkeuze, een strikt onderscheid te maken tussen combattanten en non-combattanten
Vanzelfsprekend sluit een en ander het gebruik van niet-onderscheidende wapens, zoals clusterbommen en fragmentatiebommen uit
Clusterbommen:
Eveneens bent u ervan op de hoogte, dat de clusterbom in tweeërlei opzicht niet-onderscheidend is
Enerzijds worden bij ontploffing ervan ongeveer tweehonderd kleinere bommen met grote snelheid de wijde omgeving in geslingerd
Anderzijds vormen niet-ontplofte bommen landmijnen, die na aanraking ervan alsnog exploderen
Het moge duidelijk zijn, dat de bovenstaande twee factoren een ernstige bedreiging vormen voor de in de verre omtrek aanwezige burgerbevolking, wat als zodanig een ernstige schending is van het humanitair oorlogsrecht
Het feit, dat Israel niet tot de ondertekenaars behoort van het Verdrag van Ottawa dd 1997, dat een verbod op de vorming van landmijnen heeft afgekondigd, ontslaat haar niet van haar internationaalrechtelijke verantwoordelijkheid tot het maken van een strikt onderscheid tussen combattanten en non-combattanten
Volgens deskundigen zijn er momenteel, na de afkondiging van de wapenstilstand dd 14-8, meer dan 2000 onontplofte clusters in Zuid-Libanon, die door mijnenvegers geborgen dienen te worden
Onlangs nog zijn er bij een ontploffing van een dergelijke cluster, 12 mensen gedood en 37 mensen gewond geraakt
Dienaangaande snijdt eveneens de door u gemaakte opmerking, dat u niet op de hoogte bent van de”’specifieke omstandigheden” waaronder Israel de clusterbommen heeft ingezet, geen hout
Van een bewindsman van een land als Nederland, dat niet alleen pretendeert, respect te hebben voor het Internationaal Recht, maar tevens het Verdrag van Ottawa heeft getekend en geratificeerd [3 Dec 97 getekend, 12 Apr 99 geratificeerd] mag dan ook verwacht worden, dat deze het gebruik van clusterbommen, ongeacht het betreffende land, duidelijk en onverbloemd veroordeelt
Ik spreek dan ook de hoop uit, dat u zich in dezen weer wilt baseren op de grondbeginselen van het Internationaal Humanitair Recht en er bij de VN op aan wilt dringen, Israel alsnog te veroordelen voor deze aperte schendingen van het Internationaal Humanitair Recht
Vriendelijke groeten
Astrid Essed
(Uitpers, nr.79, 8ste jg., oktober 2006)