[23]
NOS
PRINSES AMALIA ZIET VOORLOPIG AF VAN TOELAGE VAN 1.6 MILJOEN
EURO
11 JUNI 2021
Prinses Amalia ziet voorlopig af van haar toelage. In december wordt ze achttien en vanaf dat moment heeft ze volgens de wet recht op zo’n 1,6 miljoen euro per jaar. Een kleine 300.000 euro per jaar daarvan is inkomen, de vergoeding voor personele en materiële uitgaven is ruim 1,3 miljoen.
Nu meldt Amalia dat ze tot het eind van haar studie geen beroep doet op het inkomensdeel van haar uitkering, en dat ze “zolang zij geen hoge kosten zal maken in haar functie als Prinses van Oranje” ook de onkostenvergoeding terugstort. De kroonprinses heeft daar zelf een brief over geschreven aan demissionair premier Rutte en die heeft de Tweede Kamer geïnformeerd.Rijksoverheid
De brief die prinses Amalia aan demissionair premier Rutte stuurde
Amalia slaagde gisteren voor haar eindexamen gymnasium. Ze gaat niet meteen een vervolgopleiding doen, maar ze wil “eerst de wereld verkennen”. In haar brief schrijft de kroonprinses dat ze het “ongemakkelijk” vindt om een uitkering te krijgen zolang ze daar “weinig als tegenprestatie tegenover kan stellen en andere studenten het zoveel moelijker hebben, zeker in deze onzekere corona-tijd”.
Dat een lid van het Koninklijk Huis afziet van de toelage, is nog nooit eerder gebeurd.
De toelage voor het Koninklijk Huis is bijna elk jaar een thema bij de behandeling van de begroting in de Tweede Kamer. In aanloop naar haar achttiende verjaardag kwam daar ook de discussie bij over de financiën van de kroonprinses. Sommige Kamerleden vinden het bedrag voor Amalia te hoog.
Rutte: begrip en waardering
Rutte heeft begrip en waardering voor de stap van de kroonprinses. Hij benadrukte dat het “echt haar brief en haar besluit was”.
De premier denkt niet dat dit besluit tot een nieuwe discussie zal leiden over de toelagen van het Koninklijk Huis. “Nee, de wet blijft de wet en zij maakt deze keus.”
Volgens de premier moeten we blij zijn met een kroonprinses die dit doet en “moeten we dat niet problematiseren”. Rutte denkt dat Amalia een “geweldige koningin” wordt.
EINDE
De Prinses van Oranje heeft besloten dat zij tot het einde van haar studie de A-component terug zal storten, waarna het zal worden toegevoegd aan de algemene middelen. Met andere woorden: het gaat terug naar de staatskas. De B-component (de onkostenvergoeding) zal zij tevens terugstorten, zolang zij geen hoge kosten zal maken in haar functie van beoogd troonopvolger. ”
KONINKLIJK HUIS.NL
HET KONINKLIJK HUIS
BEGROTING VAN DE KONING
Begroting van de Koning
De Grondwet bepaalt in artikel 40 dat de Koning een uitkering van de Staat ontvangt. De Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (WFSKH) werkt deze bepaling in de Grondwet verder uit. De wet regelt de uitkering voor de Koning, zijn opvolger (als deze meerderjarig is) en de Koning die afstand heeft gedaan van het Koningschap. Ook hun echtgenoten (of weduwen/weduwnaars) krijgen een uitkering. Op dit moment ontvangen Koning Willem-Alexander, Koningin Máxima, de Prinses van Oranje en Prinses Beatrix een grondwettelijke uitkering.
De uitkering die zij krijgen bestaat uit een inkomensdeel (A-component) en een component voor personele en materiële uitgaven (B-component).
De Prinses van Oranje heeft besloten dat zij tot het einde van haar studie de A-component terug zal storten, waarna het zal worden toegevoegd aan de algemene middelen. Met andere woorden: het gaat terug naar de staatskas. De B-component (de onkostenvergoeding) zal zij tevens terugstorten, zolang zij geen hoge kosten zal maken in haar functie van beoogd troonopvolger.
De WFSKH bepaalt ook dat de personele en materiële kosten van het koningschap door het Rijk worden betaald. Dat zijn bijvoorbeeld kosten voor het personeel en het wagenpark van de Dienst van het Koninklijk Huis.
De uitwerking van deze bepalingen in de Grondwet en de WFSKH vindt jaarlijks plaats via de begroting van de Koning. De begroting van de Koning bevat de verwachte uitgaven voor de uitoefening van het koningschap. Deze uitgaven zijn opgenomen in drie artikelen:
Artikel 1: Grondwettelijke uitkeringen aan de leden van het Koninklijk Huis
Artikel 2: Functionele uitgaven van de Koning
Artikel 3: Doorbelaste uitgaven van andere begrotingen
De totale uitgaven op de begroting van de Koning worden voor het jaar 2024 begroot op € 55.901.000. Het volgende overzicht laat alle bedragen zien (in miljoenen), die op de begroting van de Koning staan in 2024. In het onderste overzicht staan de bedragen uit andere begrotingen binnen de Rijksbegroting die met het Koningschap te maken hebben.
Infographic Begroting van de Koning 2024
Overzicht van alle bedragen (in miljoenen), die op de begroting van de Koning staan. In het onderste overzicht staan de bedragen uit andere begrotingen binnen de Rijksbegroting die met het Koningschap te maken hebben.
Vergroot afbeeldingVergroot afbeelding
Uitgeschreven tekst
Beeld: ©RVD
Documenten
- Wat verdient de Koning?De Grondwet bepaalt in artikel 40 dat de Koning een uitkering van de Staat ontvangt. De Wet financieel statuut van het Koninklijk …Vraag en antwoord
- Welke leden van het Koninklijk Huis ontvangen een uitkering?Momenteel ontvangen drie leden van het Koninklijk Huis een uitkering van de staat. Dat zijn de Koning, de echtgenote van de …Vraag en antwoord
- Kamerbrief met bijlagen over de grondwettelijke uitkering aan de Prinses van OranjeKamerbrief van de minister-president over de grondwettelijke uitkering aan de Prinses van Oranje met als bijlagen de …Kamerstuk: Kamerbrief | 11-06-2021
- Wat is het effect van de cao sector Rijk op de grondwettelijke uitkeringen?In de WFSKH is vastgelegd op welke manier de grondwettelijke uitkeringen worden geïndexeerd, dat wil zeggen worden aangepast aan …Vraag en antwoord
- Hoe wordt de hoogte van de uitkering voor de Koning bepaald?De Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (WFSKH) stelt de uitkeringen vast voor de uitkeringsgerechtigde leden van het …Vraag en antwoord
EINDE
HET KONINKLIJK HUIS
HOE WORDT DE HOOGTE VAN DE UITKERING VAN DE
KONING BEPAALD?
Hoe wordt de hoogte van de uitkering voor de Koning bepaald?
De Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (WFSKH) stelt de uitkeringen vast voor de uitkeringsgerechtigde leden van het Koninklijk Huis, en hoe deze uitkeringen aan de lonen en uitkeringen worden aangepast.
De A-component bestaat uit het inkomen. Het inkomen volgt de ontwikkeling van het netto-inkomen van de vicepresident van de Raad van State. Dat inkomen volgt weer de salarisontwikkeling van de rijksambtenaren. De B-component bestaat uit personele en materiële uitgaven. De B-component loopt voor de ene helft gelijk aan de salarisontwikkeling van de rijksambtenaren. De andere helft volgt de ontwikkeling van de prijzen.
EINDE
[24]
BLAUW BLOED
PRINSES AMALIA ZIET OOK VOLGEND JAAR AF VAN TOELAGE
20 SEPTEMBER 2023
De Prinses van Oranje ziet volgend jaar af van haar jaarlijkse toelage. Dit staat in de Miljoenennota die gisteren op Prinsjesdag is gepresenteerd. Prinses Amalia, die vanaf haar achttiende verjaardag recht heeft op een inkomen en onkostenvergoeding, ziet er wederom van af.
Prinses Amalia slaat de ruim 1,7 miljoen euro waar ze recht op heeft nog een extra jaar af. De toelage van 2023 is opgebouwd uit een inkomen van 307.000 euro en een onkostenvergoeding van 1,4 miljoen euro. In 2024 stijgt dit totale bedrag naar zo’n 1,8 miljoen, maar het hele bedrag wordt volgend jaar wederom teruggestort naar de Nederlandse staat. De prinses deed nog voor haar achttiende verjaardag afstand van haar jaarlijkse toelage. In een persoonlijke brief aan de toenmalige minister-president Mark Rutte legde ze uit waarom ze het bedrag nog niet wil ontvangen.
“Ik vind dat ongemakkelijk zolang ik daar weinig als tegenprestatie tegenover kan stellen en andere studenten het zoveel moeilijker hebben, zeker in deze Corona tijd”, zo schreef prinses Amalia op 11 juni 2021. “Het inkomen zal ik daarom tot aan het einde van mijn studie terugstorten. Bovendien zal ik zolang ik mijn functie als Prinses van Oranje geen hoge kosten hoef te maken, ook de onkostenvergoeding terugstorten. Ik hoop dat u het begrijpt.”
De prinses studeert sinds 2022 aan de UVA in Amsterdam en is dit schooljaar aan haar tweede studiejaar begonnen. De verwachting is dat Amalia pas gebruik gaat maken van haar toelage zodra ze haar studie heeft afgerond.
Meer geld naar het koningshuis dan voorheen
De kosten voor het koningshuis stijgen in 2024 meer dan voorheen. Uit de gepresenteerde Miljoenennota blijkt dat er komend jaar meer geld wordt uitgetrokken voor het koningshuis, namelijk ruim 55 miljoen. Dat is een stijging van zo’n 11 procent. Dit is de hoogste stijging sinds koning Willem-Alexander op de troon zit.
Koning Willem-Alexander, koningin Máxima, prinses Amalia en prinses Beatrix hebben volgend jaar in totaal ongeveer 600.000 euro meer te besteden dan dit jaar, opgebouwd uit inkomen en onkostenvergoeding. Al stort Amalia haar toelage natuurlijk terug. De Rijksvoorlichtingsdienst laat weten dat de leden van het koninklijk huis daarin de cao van het Rijk volgen.
Foto’s: ANP
EINDE
De Prinses van Oranje heeft besloten dat zij tot het einde van haar studie de A-component terug zal storten, waarna het zal worden toegevoegd aan de algemene middelen. Met andere woorden: het gaat terug naar de staatskas. De B-component (de onkostenvergoeding) zal zij tevens terugstorten, zolang zij geen hoge kosten zal maken in haar functie van beoogd troonopvolger. ”
KONINKLIJK HUIS.NL
HET KONINKLIJK HUIS
BEGROTING VAN DE KONING
Begroting van de Koning
De Grondwet bepaalt in artikel 40 dat de Koning een uitkering van de Staat ontvangt. De Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (WFSKH) werkt deze bepaling in de Grondwet verder uit. De wet regelt de uitkering voor de Koning, zijn opvolger (als deze meerderjarig is) en de Koning die afstand heeft gedaan van het Koningschap. Ook hun echtgenoten (of weduwen/weduwnaars) krijgen een uitkering. Op dit moment ontvangen Koning Willem-Alexander, Koningin Máxima, de Prinses van Oranje en Prinses Beatrix een grondwettelijke uitkering.
De uitkering die zij krijgen bestaat uit een inkomensdeel (A-component) en een component voor personele en materiële uitgaven (B-component).
De Prinses van Oranje heeft besloten dat zij tot het einde van haar studie de A-component terug zal storten, waarna het zal worden toegevoegd aan de algemene middelen. Met andere woorden: het gaat terug naar de staatskas. De B-component (de onkostenvergoeding) zal zij tevens terugstorten, zolang zij geen hoge kosten zal maken in haar functie van beoogd troonopvolger.
De WFSKH bepaalt ook dat de personele en materiële kosten van het koningschap door het Rijk worden betaald. Dat zijn bijvoorbeeld kosten voor het personeel en het wagenpark van de Dienst van het Koninklijk Huis.
De uitwerking van deze bepalingen in de Grondwet en de WFSKH vindt jaarlijks plaats via de begroting van de Koning. De begroting van de Koning bevat de verwachte uitgaven voor de uitoefening van het koningschap. Deze uitgaven zijn opgenomen in drie artikelen:
Artikel 1: Grondwettelijke uitkeringen aan de leden van het Koninklijk Huis
Artikel 2: Functionele uitgaven van de Koning
Artikel 3: Doorbelaste uitgaven van andere begrotingen
De totale uitgaven op de begroting van de Koning worden voor het jaar 2024 begroot op € 55.901.000. Het volgende overzicht laat alle bedragen zien (in miljoenen), die op de begroting van de Koning staan in 2024. In het onderste overzicht staan de bedragen uit andere begrotingen binnen de Rijksbegroting die met het Koningschap te maken hebben.
Infographic Begroting van de Koning 2024
Overzicht van alle bedragen (in miljoenen), die op de begroting van de Koning staan. In het onderste overzicht staan de bedragen uit andere begrotingen binnen de Rijksbegroting die met het Koningschap te maken hebben.
Vergroot afbeeldingVergroot afbeelding
Uitgeschreven tekst
Beeld: ©RVD
Documenten
- Wat verdient de Koning?De Grondwet bepaalt in artikel 40 dat de Koning een uitkering van de Staat ontvangt. De Wet financieel statuut van het Koninklijk …Vraag en antwoord
- Welke leden van het Koninklijk Huis ontvangen een uitkering?Momenteel ontvangen drie leden van het Koninklijk Huis een uitkering van de staat. Dat zijn de Koning, de echtgenote van de …Vraag en antwoord
- Kamerbrief met bijlagen over de grondwettelijke uitkering aan de Prinses van OranjeKamerbrief van de minister-president over de grondwettelijke uitkering aan de Prinses van Oranje met als bijlagen de …Kamerstuk: Kamerbrief | 11-06-2021
- Wat is het effect van de cao sector Rijk op de grondwettelijke uitkeringen?In de WFSKH is vastgelegd op welke manier de grondwettelijke uitkeringen worden geïndexeerd, dat wil zeggen worden aangepast aan …Vraag en antwoord
- Hoe wordt de hoogte van de uitkering voor de Koning bepaald?De Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (WFSKH) stelt de uitkeringen vast voor de uitkeringsgerechtigde leden van het …Vraag en antwoord
EINDE
HET KONINKLIJK HUIS
HOE WORDT DE HOOGTE VAN DE UITKERING VAN DE
KONING BEPAALD?
Hoe wordt de hoogte van de uitkering voor de Koning bepaald?
De Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis (WFSKH) stelt de uitkeringen vast voor de uitkeringsgerechtigde leden van het Koninklijk Huis, en hoe deze uitkeringen aan de lonen en uitkeringen worden aangepast.
De A-component bestaat uit het inkomen. Het inkomen volgt de ontwikkeling van het netto-inkomen van de vicepresident van de Raad van State. Dat inkomen volgt weer de salarisontwikkeling van de rijksambtenaren. De B-component bestaat uit personele en materiële uitgaven. De B-component loopt voor de ene helft gelijk aan de salarisontwikkeling van de rijksambtenaren. De andere helft volgt de ontwikkeling van de prijzen.
EINDE