Maandelijks archief: december 2024

NOTEN 23 T/M 25/Dit kan niet waar zijn

[23]

NU.NL

SCHOOF: ”GAAN MENING VAN NEDERLANDER MET MIGRATIEACHTERGROND NIET BIJHOUDEN”

6 DECEMBER 2024

https://www.nu.nl/politiek/6338161/schoof-gaan-mening-van-nederlander-met-migratieachtergrond-niet-bijhouden.html

Premier Dick Schoof benadrukt dat het kabinet niet specifiek de opvattingen of ideeën van Nederlanders met een migratieachtergrond gaat bijhouden. Een aangenomen motie van VVD-Kamerlid Bente Becker met die strekking maakte deze week veel los in Den Haag en daarbuiten.

Schoof zei vrijdag op de wekelijkse persconferentie desgevraagd dat het kabinet geen specifieke bevolkingsgroepen gaat volgen. “Het mag duidelijk zijn dat het kabinet geen opvattingen van mensen met een migratieachtergrond gaat bijhouden”, zei hij.

Wel staat voor de komende jaren een onderzoek in de planning van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) voor de gehele bevolking. “Daarin zou die motie verwerkt kunnen worden”, liet Schoof weten.

Het kabinet zal zorgvuldig omgaan met de VVD-motie, zei de premier. “Omdat we weten hoe gevoelig dit ligt in de samenleving.”

Becker riep de regering op “gegevens over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond bij te houden”. Met die informatie wil ze het integratiedebat voeren “op basis van inhoud in plaats van de onderbuik”.

De oproep kreeg ook brede steun in de Tweede Kamer. Naast de coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB stemden ook oppositiepartijen CDA, SP, CU, FVD, SGP en JA21 in. Samen is dat goed voor een Kamermeerderheid van ruim twee derde.

Timmermans: ‘Dieptepunt in onze parlementaire geschiedenis’

Toch kwam er ook direct veel kritiek. GL-PvdA-leider Frans Timmermans noemde de oproep zelfs “een dieptepunt in onze parlementaire geschiedenis”. De motie is volgens Timmermans “fundamenteel in strijd” met het eerste artikel van de Grondwet, namelijk dat alle inwoners in Nederland gelijk worden behandeld.

Daarmee is het volgens hem ook in strijd met de rechtsstaatverklaring die coalitiepartijen PVV, VVD, VVD en BBB met elkaar hebben afgesproken. “Dat een Kamermeerderheid hier steun aan gaf, is schokkend”, aldus Timmermans.

Becker voelde zich woensdag genoodzaakt haar motie toe te lichten, een dag nadat die was aangenomen. Ze wil mensen niet wegzetten of het idee geven dat zij er niet bij horen, benadrukte ze. “Iedereen hoort erbij in dit land, maar we moeten ook benoemen waar het niet goed gaat”, zegt ze in een filmpje op haar X-account.

Becker: ‘Alsof het een racistisch voorstel zou zijn’

Becker doet zelf al enkele suggesties over waar het niet goed gaat. De VVD’er denkt bijvoorbeeld aan taalachterstanden, groepen die onze democratie niet omarmen of groepen die gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen niet accepteren.

Becker zegt er “cynisch en verdrietig” van te worden dat haar motie door sommigen wordt weggezet alsof de VVD mensen met een migratieachtergrond in een register wil volgen. “Alsof het een racistisch voorstel zou zijn”, aldus Becker.

Timmermans noemt die uitleg “weinig overtuigend”. Bovendien, zo vindt de oppositieleider, past deze oproep in een reeks andere moties waarin het “wantrouwen tegen Nederlandse moslims” centraal staat. Want dat wordt er volgens hem bedoeld met ‘Nederlanders met een migratieachtergrond’.

EINDE

[24]

“Omdat we weten hoe gevoelig dit ligt in de samenleving.”

NU.NL

SCHOOF: ”GAAN MENING VAN NEDERLANDER MET MIGRATIEACHTERGROND NIET BIJHOUDEN”

6 DECEMBER 2024

https://www.nu.nl/politiek/6338161/schoof-gaan-mening-van-nederlander-met-migratieachtergrond-niet-bijhouden.html

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 23

[25]

Motie-Becker

VAN DER GOOT (NU.NL)

Meneer Schoof, ik wil het even hebben over de aangenomen motie van VVD-Kamerlid Bente Becker. Weet u waar ik het over heb?

SCHOOF

Ja.

VAN DER GOOT

Ja, oké.

SCHOOF

Dat is wel een bijzondere vraag.

VAN DER GOOT

Er worden wel meer moties aangenomen namelijk in de wet.

SCHOOF

Maar deze die trokken enigszins de aandacht.

VAN DER GOOT

Precies. Bijvoorbeeld van de GroenLinks-PVDA-leider Timmermans had het over dat het in strijd is met artikel 1 van de grondwet. Deelt u de zorg of deelt u de kritiek die is losgekomen na het aannemen van die motie?

SCHOOF

Zoals u weet, is een motie een uitspraak van de Kamer en niet van het kabinet. En het mag duidelijk zijn dat het kabinet geen opvattingen van mensen met een migratieachtergrond gaat bijhouden. En het kabinet heeft dat voor de stemming over de motie in de brief ook duidelijk aan de Kamer gemeld.”

RIJKSOVERHEID

LETTERLIJKE TEKST PERSCONFERENTIE NA MINISTERRAAD 6

DECEMBER 2024

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/mediateksten/2024/12/06/letterlijke-tekst-persconferentie-na-ministerraad-6-december-2024

Letterlijke tekst persconferentie na ministerraad 6 december 2024

Mediatekst | 06-12-2024

Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Schoof na afloop van de ministerraad op 6 december 2024. Bekijk de hele persconferentie via YouTube.

Maatschappelijke weerbaarheid (1)

SCHOOF

Goedemiddag. In de ministerraad hebben we vandaag gesproken over de sterk veranderde internationale veiligheidssituatie. We zien dat statelijke en niet-statelijke actoren steeds meer een bedreiging vormen voor onze nationale veiligheid. En de Russische agressieoorlog in Oekraïne laat zien dat vrede en veiligheid niet vanzelfsprekend zijn. Mensen maken zich daar terecht steeds meer zorgen over. We moeten voorbereid zijn op onzekere tijden. Daarom komen we vandaag met een aanzet om onze weerbaarheid tegen militaire en hybride dreigingen te vergroten. Hierin zetten we in samenhang uiteen wat nodig is om ervoor te zorgen dat onze samenleving en krijgsmacht zijn voorbereid op dreigingen, crises en rampen zodat we beter kunnen opvangen wat er op ons afkomt. En dat gaat dan bijvoorbeeld om het beschermen van de vitale infrastructuur, maar ook mensen bewust maken van wat ze zelf kunnen doen om voorbereid te zijn op een crisis, bijvoorbeeld het in huis halen van een noodpakket. De brief van vandaag is een eerste stap richting een maatschappelijke, maatschappijbrede weerbaarheidsaanpak. Want we kunnen dit als overheid niet alleen. Samen met inwoners, gemeenten, veiligheidsregio’s en publieke en private partijen, gaan we de komende tijd hard aan de slag met de uitwerking hiervan.

Schiphol (1)

Ook hebben we vandaag een besluit genomen over Schiphol. Eerder heeft het kabinet zich tot doel gesteld om de rechtsbescherming voor de omwonenden van de luchthaven te herstellen en de geluidshinder met 20% terug te dringen. Hiervoor hebben we in september al een pakket maatregelen ingediend bij de Commissie. Ons besluit vandaag is het sluitstuk hiervan. Dit komt erop neer dat we vanaf volgend jaar maximaal 478.000 vliegbewegingen zullen toestaan. Hiermee brengen we het aantal ernstig gehinderden rondom Schiphol met 15 procent terug. Daarmee zijn we er nog niet. De overige 5 procent van het geluidsdoel gaan we deze kabinetsperiode nog verder invullen. Vaststaat dat Schiphol, als Europese hub, een belangrijke bijdrage levert aan onze economie. Tegelijkertijd is het voor omwonenden nodig dat er grenzen worden gesteld aan de geluidshinder. Met het besluit van vandaag wil het kabinet aan beide belangen recht doen.

Zakelijke belangen aantredende bewindspersonen (1)

Dan nog een onderwerp van een heel andere orde. De afgelopen tijd is er in de Kamer veel aandacht voor de omgang met de financiële en zakelijke belangen van aantredende bewindspersonen. Buiten kijf staat dat in de kabinetsformatie en bij aantreden van bewindspersonen iedere schijn van niet-objectieve besluitvorming moet worden voorkomen. Daarom is het goed dat hiervoor in 2002 een kader is opgesteld, dat ook bij de kabinetsformatie in 2024 zorgvuldig is toegepast. Maar een laatste weging van het kader is alweer even geleden en de wereld is sinds die tijd wel veranderd. Daarom gaan we het bestaande kader tegen het licht houden, ten behoeve van een volgende formatie. De uitkomsten hiervan zal ik tijdig met de Kamer delen.

Heropening Notre Dame

Ter afsluiting nog een korte aankondiging. Morgen ben ik op uitnodiging van president Macron, samen met verschillende regeringsleiders, aanwezig bij de heropening van de Notre Dame in Parijs. Want wie herinnert zich niet de vreselijke beelden van de immense brand in de kathedraal in 2019? Het is dan ook bijzonder dat dit iconische bouwwerk nu, ruim vijf jaar later, zijn deuren weer opent. En het is voor mij een eer om daarbij te mogen zijn.

Maatschappelijke weerbaarheid (2)

DE WINTHER (DE TELEGRAAF)

Twee vragen. Even heel kort aanhakend op de statelijke en niet-statelijke actoren. Als ik u goed napraat. Rusland noemt u, maar het blijft altijd een beetje vaag. Statelijke en niet-statelijke actoren. Welke landen zijn bezig om onze veiligheid in gevaar te brengen?

SCHOOF

Het zijn diverse landen, want inderdaad, statelijke actoren zijn gewoon landen. Rusland heb ik inderdaad genoemd in het kader van de agressieoorlog. Maar er zijn meerdere landen die een bedreiging vormen en ook een intentie hebben om die dreiging naar ons uit te doen, met name ook hybride. En u weet uit de diverse inlichtingen-rapportages van de diensten dat daarin veelal Rusland, maar ook vaak China wordt genoemd.

DE WINTHER

Rusland en China, daar gaat het om. Zijn er nog meer of zijn er ook landen tussen die wij misschien als vriendschappelijk beschouwen?

SCHOOF

Het gaat om alle landen die een agressieve houding digitaal tegen ons zouden kunnen aannemen.

DE WINTHER

Wordt Israël daar inmiddels ook bij? Want daar was vorige week natuurlijk het een en ander over te doen.

SCHOOF

Nee, wij praten over, zeg maar, actoren. Dat wordt ook, zeg maar, steeds bekeken op basis van de inlichtingenbeelden van de diensten. En de inlichtingenbeelden van de diensten noteren met enige regelmatige de naam en daar verwijs ik naar.

DE WINTHER

En betekent dat dan niet ook als landen bezig zijn om onze veiligheid in gevaar te brengen dat het misschien ook raadzaam is om niet meer naar die landen toe te gaan? Als Nederlander?

SCHOOF

Nou, dat varieert. Want er zijn landen waar die, zeg maar, met name digitaal bijvoorbeeld informatie proberen te vinden. Daar kan je als inwoner van Nederland echt nog rustig naartoe. Als er echt een, zoals in het geval van Rusland, een agressieoorlog bij Oekraïne aan de oostgrens van Europa wordt uitgevoerd, ja, dan zou mijn advies zijn daar niet meteen naartoe te gaan, want dan loop je als Europeaan daar toch een iets groter risico op.

DE WINTHER

Maar zelf laten leden van het kabinet bijvoorbeeld hun elektronica thuis of ze nemen andere telefoons mee en laptops als ze bijvoorbeeld naar China gaan en omstreken. Is dat iets wat gewone Nederlanders zich misschien ook moeten aanleren?

SCHOOF

Nee, ik denk dat het vooral gaat over zakelijke belangen en overheidsbelangen. Daar geven we ook die adviezen. Mensen die daar gewoon op vakantie gaan en niet, zeg maar,  grote zaken of financiële overheidsbelangen met zich meedragen op hun devices hoeven zich daar in dat opzicht geen zorgen over te maken.

Onderwijsbegroting

DE WINTHER

Mijn vraag over wat we de afgelopen weken en ook vandaag weer hebben zien gebeuren in de gangen van de Tweede Kamer, namelijk een oplossing zoeken voor de onderwijsbegroting. Hoe vindt u dat dat gaat?

SCHOOF

Nou, laat ik eerst zeggen, de onderwijsbegroting gaat wel ergens over. Dat gaat om veel geld.

Even uit mijn hoofd gezegd dacht ik zo’n 58 miljard en het gaat ook nog een keer vaak over de toekomst van onze kinderen en ook voor een deel van de toekomst van ons land. Dus ik snap heel goed dat als de plannen van het kabinet niet meteen kunnen rekenen op steun en met name ook kijkend naar de Eerste Kamer, dat dan, omdat het een aanpassing is van het hoofdlijnenakkoord, dat er dan ook door de fractievoorzitters van de vier dragende partijen met de oppositie wordt geprobeerd tot een oplossing te komen. En dat de tijd kost, snap ik ook, want ook daar gaat het weer om veel geld.

DE WINTHER

Ja, maar welke hand steekt het kabinet wat dat betreft in de eigen boezem? Het is natuurlijk niet een verrassing dat er geen meerderheid in de Senaat is voor de coalitieplannen automatisch. We hebben waarschuwingen gehoord van verschillende oppositiepartijen, waaronder het CDA bij de Algemene Beschouwingen ‘doet dit niet’, maar dan voor plannen als bijvoorbeeld het afschaffen van de maatschappelijke diensttijd. En we zitten nu twee weken voor Kerst. De begroting is al behandeld, bestemmingen worden uitgesteld. Het geeft toch al met al een behoorlijk rommelig beeld?

SCHOOF

Ik denk dat het uiteindelijk gaat om het resultaat. En als er een begroting komt die in de Tweede Kamer ook op steun kan rekenen van de oppositie en daarmee ook op steun kan rekenen in de Eerste Kamer, denk ik dat we een begroting hebben waar dit kabinet dan ook echt mee vooruit kan. En dat is uiteindelijk het belangrijkste, het resultaat telt.

DE WINTHER

Denkt u dat het gaat lukken?

SCHOOF

Nou, ze zijn ontzettend hard bezig om dat te doen. Zowel de minister van OCW, als de staatssecretaris. De minister van Financiën en ik worden natuurlijk het enige regelmaat op de hoogte gehouden. Dat is logisch. En de stemmingen zijn nu volgende week. En ik heb er vertrouwen in.

DE WINTHER

Ja, en de dekking voor de verbouwing die gaat niet alleen maar uit de onderwijsbegroting komen.

SCHOOF

Daar wordt ook nog druk over gesproken wat die dekking is. Dus daar doe ik nu geen uitspraken over.

DE WINTHER

Tot slot dan, de manier waarop dit gaat. Is dit het nieuwe normaal? We zien eigenlijk wekelijks overleg nu van fractievoorzitters met elkaar over de koers die het kabinet moet varen. Is dat de manier waarop het ook de komende maanden en jaren zal gaan?

SCHOOF

Nou, ik denk niet dat we elke week een begroting vaststellen. Dus we hebben eerst de APB gehaald. Daarna het Belastingplan. Nu de begroting van OCW. Daarmee denk ik dat we de financiële basis van 2025 goed hebben neergezet. En u weet, de eerstvolgende discussie die we over die financiën gaan hebben is bij de voorjaarsnota. En dan zullen we ongetwijfeld ook de lessen leren die nu zijn getrokken om te kijken hoe we dat met elkaar zoveel kunnen doen. En dat is ook een traject die ook voor het kabinet van belang is. Want uiteindelijk zal het kabinet daar ook, net als bij de begroting, de eerste stappen moeten zetten.

DE WINTHER

Dus de manier waarop het nu gaat heeft niet direct een voorkeur?

SCHOOF

Nou, ik denk dat het verstandig is om bij de voorjaarsnota, het kabinet is dan weer aan zet, en dan kijken we hoe we daar met de fractievoorzitters de beste route kunnen volgen. Omdat het ook wederom om weer op veel geld gaat. En iedereen weet dat er rond de voorjaarsnota financiële issues aan de orde kunnen zijn. Dus het is belangrijk om daar aan de voorkant goede afspraken over te maken.

LUCAS (BNR)

Over onderwijs ook. De laatste keer dat een begroting werd weggestemd is blijkbaar in 1907. Ik vroeg me af of u kunt uitleggen wat er nou precies gebeurt als een begroting wordt weggestemd?

SCHOOF

Nou, dat is een beetje terra incognita. Omdat het sinds 1907, zeg maar, niet is voorgekomen. De Comptabiliteitswet al tig keer is aangepast. En dus is het onduidelijk wat daarvan de betekenis is. Maar de overheersende opvatting op dit moment is dat dat ongeveer vergelijkbaar is als dat een begroting nog niet is aangenomen. Althans voor de eerste periode. Maar uiteindelijk, als een begroting niet is aangenomen, is er dus geen mandaat door de Kamer verleend om geld uit te geven.

LUCAS

Maar even heel concreet, zou dat dan bijvoorbeeld kunnen betekenen dat we vanaf 1 januari geen geld meer kunnen overmaken naar onderwijsinstellingen? Dat de leraren niet meer betaald worden?

SCHOOF

Nee, dat zal nooit aan de orde zijn.

LUCAS

Hoe gaat u dat dan oplossen als die begroting er niet doorheen komt?

SCHOOF

Nou, je hebt niet alleen de begroting. De begroting gaat ook over een aantal beleidskeuzes die erin gemaakt zijn. De reguliere verplichtingen kunnen altijd worden aangekomen.

LUCAS

Oké, ik vroeg me af, wiens schuld vindt u het nou eigenlijk dat we in deze situatie beland zijn, dat hier al twee weken over wordt gepraat?

SCHOOF

Nou, ik vind dat een rare vraag. Ik zei net al, het belangrijk is dat er een resultaat komt wat uiteindelijk door de beide Kamers van de Staten-Generaal kan worden geaccordeerd. En daar neem je zoveel tijd voor als nodig. En daar praat je zoveel over als ook nodig is. En het gaat om grote bedragen. Het gaat ook ergens over. Dus ik ga helemaal niet over de schuldvraag beginnen.

LUCAS

Ja, in uw eigen coalitie wijzen mensen naar onderwijsminister Eppo Bruins, dat hij die gesprekken waar u het nu over heeft eigenlijk in een veel eerder stadium al had moeten voeren met Eerste Kamerleden. Hoe kijkt u naar hoe hij dit heeft aangepakt?

SCHOOF

Nou, ik heb hem in de Kamer met enige verve de begroting zien verdedigen. En ik constateer-

LUCAS

Dat het niet gaat worden.

SCHOOF

Ja, maar dat is ook zijn rol om die begroting te verdedigen. Dat is ook zijn rol. Ik bedoel, het kabinet stelt een begroting vast in de veronderstelling dat we die begroting ook gaan verdedigen. Anders dan stel je die begroting niet op die manier vast. Dus ik ga verder Op geen enkele schuldvraag in. Het is belangrijk dat we tot resultaat komen. Het is verstandig dat de fractievoorzitters die dit kabinet steunen, dat die met de oppositie kijken of ze tot een oplossing kunnen komen. Want dat draagt bij aan een goed resultaat en uiteindelijk tot overeenstemming in de Tweede en Eerste Kamer als dat allemaal lukt. En dat is belangrijk voor het kabinet, want dan kunnen we ook op onderwijs, maar ook überhaupt op alle begrotingen stappen zetten die nodig zijn.

LUCAS

Ja, laatste vraag hierover. Er zijn ook mensen die tegen ons zeggen, die vermoeden dat Eppo Bruins bewust niet zijn best heeft gedaan om deze bezuiniging te verdedigen. Want als die begroting er niet doorheen komt, gaat de bezuiniging van tafel. Dat zou hem eigenlijk best wel goed uitkomen, zeggen sommige partijen. Hoe kijkt u naar die complottheorie?

SCHOOF

Ja, complottheorie. Precies zoals u het zegt.

SCHRAM (ANP)

Meneer Schoof, gaat het kabinet hoe dan ook akkoord eigenlijk en uitvoeren waar deze partijen uiteindelijk mee komen?

SCHOOF

Maar ook dat is een interessante vraag. Maar ik ga ervan uit dat er een akkoord komt wat, omdat we ook op de hoogte worden gehouden, wat ook de steun van het kabinet heeft en wat ook adequate dekking heeft.

SCHRAM

Wat gebeurt er als het niet de steun van het kabinet heeft?

SCHOOF

Dat zijn weer die als-danvragen. Ik ga er vanuit dat dat niet voorkomt.

SCHRAM

Het zijn als-danvragen. Maar goed, er zijn meerdere uitkomsten mogelijk. U gaat van een bepaalde als-dan uit. Ik leg deze als-dan voor. Want als u hoe dan ook akkoord gaat met het akkoord waar deze acht partijen uiteindelijk mee komen, dan regeert het kabinet eigenlijk niet, toch?

SCHOOF

Ik heb gezegd dat we op de hoogte worden gehouden. Dus er zijn vele momenten waarop ook het kabinet kan aangeven wat zij ervan vinden. Dus het akkoord wordt gesloten, kan uiteindelijk ook op instemming van het kabinet rekenen.

SCHRAM

Heeft het kabinet al een keer aangegeven van: dit lukt niet, dit is niet de bedoeling?

SCHOOF

Daar ga ik allemaal niet op in. Ik heb gezegd dat de plannen adequate dekking behoeven, dat ik ervan uitga dat het ook bij dit amendement het geval is. En dat zal ook een belangrijke toetsing zijn.

SCHRAM

Waarom wilt u er niet op ingaan?

SCHOOF

Omdat ik daar de noodzaak niet van inzie, omdat uiteindelijk het gaat nu over het verkeer tussen de fractievoorzitters van de dragende partijen en de oppositie, wij goed in de loep worden gehouden en er dus geen noodzaak is om uw vraag te beantwoorden.

SCHRAM

Dus u verwacht dat wat er uiteindelijk uitkomt, hoe dan ook, de steun van het kabinet kan dragen?

SCHOOF

Omdat we goed worden geïnformeerd, kunnen wij onze weging daarin maken en ga ik er dus vanuit dat het akkoord wordt gesloten ook de steun van het kabinet kan hebben.

Maatschappelijke weerbaarheid (3)

HOEDEMAN (ALGEMEEN DAGBLAD)

Meneer Schoof, nog even over de weerbaarheidsbrief. Is Nederland nou in oorlog met Rusland?

SCHOOF

Nee, Nederland is niet in oorlog met Rusland.

HOEDEMAN

Maar er wordt extra gepatrouilleerd bij de windmolenparken. We moeten noodpakketten in huis halen. Er is spraken van spionage, sabotage, cyberaanvallen. Hoe noemt u dat dan?

SCHOOF

Dat noem ik agressie. Wat een voorstadium zou kunnen zijn van. Dat is dus ook reden om daar zorg over te hebben. Dat is ook reden om daar dus ook maatregelen tegen te nemen.

HOEDEMAN

Waarom komt die brief nu? Is er iets speciaals aan de hand?

SCHOOF

De geopolitieke orde is natuurlijk de afgelopen periode, ook met de inval van Rusland in de Oekraïne, zeg maar wel anders. Nou is weerbaarheid overigens niet een thema van vandaag of gisteren. Dat is al veel langer. Maar ik denk dat eigenlijk de veranderende wereldorde, de dreigingen die we zien, de toegenomen dreigingen die we ook met name digitaal zien, dat we hier heel expliciet spreken over weerbaarheid, zowel militair als maatschappelijk. Maar ook hybride.

HOEDEMAN

In uw brief schrijft u ook dat er sprake moet zijn van pandemische paraatheid. Toch gaat er bezuinigd worden op de pandemische paraatheid. En in dermate grote zin dat de RIVM-directeur alarm slaat. Nederland is kwetsbaar. Gaat u die bezuinigingen terugdraaien of hoopt u dat er geen pandemie komt?

SCHOOF

Dat is onderwerp van gesprek ook richting de voorjaarsnota. Heeft gezien dat deze brief richting aangeeft, de onderwerpen benoemd en de financiële consequenties en de maatregelen die in de loop der jaren moeten worden genomen, daar gaan we ook bij de voorjaarsnota de financiële consequenties van bezien.

Zakelijke belangen aantredende bewindspersonen (2)

VAN DE ZILVER (RTL)

Meneer Schoof, even over die zakelijke belangen. U zegt: die gaan we als kabinet onder de loep nemen, wat betekent dat precies?

SCHOOF

Onder de loep nemen betekent dat wij bereid zijn daarnaar te kijken omdat de Kamer daar zeg maar een aantal vragen over heeft gesteld en ook gesproken heeft over toegenomen, althans de wens van toegenomen transparantie en dat we kijken, want ze waren al van enige tijd geleden, of dat kader veranderingen, of die die nodig heeft en daar ook met de Kamer over in contact, zodat dat als ze met elkaar tot een nieuw kader komen, dat ze toepassend kan zijn voor het nieuwe kabinet bij de volgende formatie.

VAN DE ZILVER

Maar voldoet het kader op dit moment dan niet, vindt u?

SCHOOF

Nee, ik heb in mijn brief aangegeven dat het kader op dit moment er stevig stond, dat we die ook keurig zijn nagelopen, dat er voor mij dus ook geen reden is om dit moment, ten aanzien van de bewindslieden die nu in het kabinet zitten, een andere lijn te volgen, maar dat ik wel het Kamerdebat heb gehoord daarover en het dus belangrijk vind om dat kader opnieuw te bezien, daar met de Kamer ook tot afspraken over te komen of dat gewijzigd moet worden en dat dan van toepassing laten verklaren voor de bewindslieden van het kabinet na het kabinet-Schoof.

VAN DE ZILVER

Maar u zegt: dat het kader is al van even geleden, maar er ligt ook in de Kamer de motie-Sneller. Die is uit 2021 of 2022, zeg ik uit mijn hoofd, die vraagt eigenlijk om openbaarmaking, ook van bedrijven waarin belegd wordt, waarin zakelijke belangen zijn. Voor zover dat mogelijk is, dat is toch glashelder?

SCHOOF

Maar dat kan dan aan de orde komen in het debat over zeg maar het nieuwe kader, want met de Kamer hadden we ook een kader waarin we werkten tijdens de formatie van mijn kabinet. En daar hebben we ons gewoon keurig aan gehouden.

VAN DE ZILVER

Maar daar was toen al wat ontevredenheid over. Joost Sneller, de opsteller van die motie, die zegt: mijn motie vraagt om openbaarmaking van de bedrijven en ondernemingen waarin die zakelijke belangen zijn, voor zover dat mogelijk is. U kiest dan toch een te nauwe lezing van die motie?

SCHOOF

Nee, kijk, want de Kamer en het kabinet, het vorige kabinet, zijn niet tot een ander kader gekomen dan datgene wat gebruikt is ten behoeve van de bewindslieden van mijn kabinet. En de motie waar u naar verwijst, die kan goed betrokken worden in het debat wat we ook met de Kamer willen hebben over het nieuwe kader.

VAN DE ZILVER

En dat betekent dus dat voor de huidige ploeg, de huidige bewindsliedenploeg, gaat u niet verder belangen openbaar maken, verder dan wat nu al gebeurd is?

SCHOOF

Nee, dat lijkt me volstrekt helder. Het staat ook expliciet in de brief, omdat dat gebaseerd is op het kader, wat we met elkaar overeen waren gekomen. En om het een beetje flauw te zeggen: je gaat niet tijdens de wedstrijd de spelregels veranderen.

VAN DE ZILVER

Maar over die spelregels is dus wat onenigheid, want er zijn ook Kamerleden die die spelregels iets strenger uitleggen dan dat u dat doet.

SCHOOF

Maar daarom willen we met de Kamer in debat om te kijken of het kader veranderd moet worden. Want het kader stond er waarmee gewerkt is ten tijde van de formatie van mijn kabinet.

VAN DE ZILVER

En u zegt dus eigenlijk: als u dat tijdens de formatie of nu al strenger had gewild, dan had u maar eerder wakker moeten worden, Kamer?

SCHOOF

Nee, ik zeg: laten we het debat voeren over de volgende formatie en laten we dan tot een nieuw kader komen en dat van toepassing verklaren op de bewindslieden die dan aantreden.

Motie-Becker

VAN DER GOOT (NU.NL)

Meneer Schoof, ik wil het even hebben over de aangenomen motie van VVD-Kamerlid Bente Becker. Weet u waar ik het over heb?

SCHOOF

Ja.

VAN DER GOOT

Ja, oké.

SCHOOF

Dat is wel een bijzondere vraag.

VAN DER GOOT

Er worden wel meer moties aangenomen namelijk in de wet.

SCHOOF

Maar deze die trokken enigszins de aandacht.

VAN DER GOOT

Precies. Bijvoorbeeld van de GroenLinks-PVDA-leider Timmermans had het over dat het in strijd is met artikel 1 van de grondwet. Deelt u de zorg of deelt u de kritiek die is losgekomen na het aannemen van die motie?

SCHOOF

Zoals u weet, is een motie een uitspraak van de Kamer en niet van het kabinet. En het mag duidelijk zijn dat het kabinet geen opvattingen van mensen met een migratieachtergrond gaat bijhouden. En het kabinet heeft dat voor de stemming over de motie in de brief ook duidelijk aan de Kamer gemeld.

VAN DER GOOT

Het is een uitspraak van het kabinet, maar het roept natuurlijk wel de regering op om, ik zal even citeren, gegevens over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond bij te houden. Moet een overheid dat willen?

SCHOOF

Ik zei al dat voor het kabinet het duidelijk is dat er geen opvattingen van mensen met een migratieachtergrond, dat we dat niet gaan bijhouden. Verder, er zijn verschillende opties overigens voor het laten doen van dit onderzoek naar sociaal culturele opvattingen onder de gehele – streep – bevolking. Bijvoorbeeld het SCP dat elke vijf jaar onderzoek doet in het zogeheten onderzoek Samenleven in Meervoud. En nieuw onderzoek is in voorbereiding van 2025 – ‘26. Dat zou een mooi moment kunnen zijn waarin deze motie verwerkt zou kunnen worden, gelet ook op de appreciatie en de brief die de staatssecretaris Nobel hierover heeft gestuurd, naar aanleiding van de aankondiging van de motie.

VAN DER GOOT

Want wat kun je dan met de uitkomst van die normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond?

SCHOOF

Ik herhaal dat het belangrijk is om te benadrukken dat bij een dergelijk onderzoek wordt gekeken naar de gehele bevolking en dus niet alleen naar mensen met een migratieachtergrond. Maar kijk breed naar de kenmerken van mensen, sociaaleconomische status, opleidingsniveau, inkomen, gender, leeftijd, migratieachtergrond en stedelijkheid. Dus het is een veel breder onderzoek en dat is wat het is.

VAN DER GOOT

Maar legt u die motie dan naast u neer? Want dit is heel specifiek over Nederlanders met een migratieachtergrond. En u zegt: maar ik ga straks kijken naar een onderzoek van de gehele bevolking.

SCHOOF

Maar het kabinet, afgezien van de brief, heeft de motie oordeel-Kamer gegeven. Dat weet u waarschijnlijk ook. Maar wel met de mededeling: vanwege de onderzoeken die al worden uitgevoerd op het vlak van integratie en samenleven. En het kabinet zal nog zorgvuldig omgaan met deze motie omdat we overigens weten hoe gevoelig dit in de samenleving ligt. En voor het overige zou ik dan herhalen wat ik net heb gezegd: namelijk gaat het altijd over onderzoeken naar de gehele bevolking.

VAN DER GOOT

Ja, toch nog even afrondend hoor over dit stuk, want kun je ook verkeerde normen en waarden hebben volgens een kabinet? Als je gaat kijken naar normen en waarden van een bevolkingsgroep of van de hele bevolking, want dat is de oproep in de motie, normen en waarden. Kan een kabinet daar überhaupt een waardeoordeel over hebben?

SCHOOF

Nou, dit was een motie van de Kamer en niet van het kabinet. En ik heb gezegd hoe het kabinet daarmee om wil gaan en hoe we dat zien. Ik vind dat een hele ingewikkelde vraag, maar ik denk dat mensen die de vrije democratische samenleving die we hebben met elkaar staan, en overigens alle instituties daarmee samenhangend, verachten, en overigens ook de grondwet geheel naast zich neerleggen, ik denk dat je dan toch echt ruimschoots voldoet aan het criterium dat je normen en waarden zich niet verdragen met het samenleven in ons land.

VAN DER GOOT

Ja, oké, maar dan heb je het over een strafbaar feit als je de grondwet inderdaad niet naleeft, hè, maar dat is niet wat hier staat. Hier staat meer over-

SCHOOF

U vroeg naar normen en waarden en geef ik u aan, waar ik het uiterste zie, dat dat zou kunnen voorkomen, dat je dat, maar dan geef ik heel expliciet weer waar het over zou kunnen gaan, en verder benadruk ik de hele tijd dat er een onderzoek is dat het (onverstaanbaar, red.) uitvoert naar de gehele samenleving en niet specifiek naar mensen met een migratieachtergrond. Laat staan dat we gegevens gaan opslaan van mensen met een migratieachtergrond.

VAN DER GOOT

Oké, dan nog echt tot slot. Zou je dan verkeerde culturele normen en waarden kunnen hebben? Dat klinkt ook impliciet door in deze motie, omdat hier zo specifiek over normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond, dat staat letterlijk in die motie, wordt benoemd. Impliciet staat er ook, misschien zijn die normen en waarden niet verenigbaar met hoe wij die zouden willen zien.

SCHOOF

Maar ik heb u gezegd hoe het kabinet tegen deze motie aankijkt. En voor alle andere vragen verwijs ik toch naar de indieners van de motie.

VAN DER GOOT

Oké, en waarom vond u het een ingewikkelde vraag? Want dat zei u net.

SCHOOF

Ja, het gaat over normen en waarden, culturele waarden. Dat zijn allemaal hele fluïde begrippen, waar ik het dan, zeg maar, hier in de persconferentie rondom zo’n motie ingewikkeld zit om daar precies op in te gaan.

VAN DER GOOT

Dank u wel.

Interview in Libelle

HAGENS (HART VAN NEDERLAND)

Ja, meneer Schoof, wel even van een andere orde, moet ik er eerlijk bij zeggen. Het viel me op dat u een interview heeft gegeven aan Libelle deze week.

SCHOOF

Ach, mijn hemel, ja.

HAGENS

Bent u van plan om in deze decembermaand vaker persoonlijke interviews te geven?

SCHOOF

Nee.

HAGENS

Nee? Oh, dat was eenmalig. Ja?

SCHOOF

Ik heb begrepen dat als er een persoonlijk interview wordt neergezet-

HAGENS

Ja, u houdt van een glas whisky na een pittig debat. U houdt van hardlopen, u houdt van koken. Vindt u het belangrijk om die kant van u te laten zien Ik zou denken dat u misschien ook al een hoop op uw bordje heeft in deze tijd qua manager binnen het kabinet. Maar u vindt het toch fijn om ook die kant te benadrukken?

SCHOOF

Nee, maar er zijn verschillende media die verschillende vragen aan mij stellen. En ik ga dan niet zeggen dat ik allerlei vragen categorisch niet ga beantwoorden. En als dan in dit geval Libelle dit verzoek doet en dan net ietsje andere vragen stelt zoals hier in de persconferentie of met de media die u vertegenwoordigt, dan wil ik daar wel een klein tipje van de sluier oplichten. En tegelijkertijd denk ik dat men mij misschien ietsje beter kent. Maar ik geloof niet dat ik mijn ziel en zaligheid heb blootgelegd in dit interview.

HAGENS

Als ik dan ook een persoonlijke vraag mag stellen vanwege het nieuws van vandaag. Heeft u zelf eigenlijk een noodpakket in huis?

SCHOOF

Ja.

HAGENS

Wat voor een?

SCHOOF

Nou dat is vrij uitvoerig kan ik u zeggen.

HAGENS

U bent helemaal voorbereid op alles wat er kan gebeuren?

SCHOOF

Ik ben in dat geval voorbereid. Het zou ook gek zijn als de overheid, overigens begin volgend jaar dacht ik lanceren wij echt weer een grote campagne als ik goed geïnformeerd ben, maar er loopt al enige jaren een campagne onder het motto ‘denk vooruit’. Dat ik dan niet zeg maar de essentialia uit dat pakket, dat ik die niet zou hebben.

HAGENS

Ik begreep van minister Van Weel dat hij een paar weken kan overleven. Hoe lang houdt u het uit? Wordt het te persoonlijk?

SCHOOF

Ik weet niet. Het zou zomaar kunnen dat ik ergens ben toegebracht word waar dan, zeg maar, dat noodpakket voor mij een minder belangrijke rol speelt.

HAGENS

Ah ja. Ja tuurlijk. Dat is ook waar.

SCHOOF

Ja ik was premier.

HAGENS

Had ik kunnen weten.

SCHOOF

Dat krijg je nou met persoonlijke vragen.

Grenscontroles

HAGENS

Dan toch nog een inhoudelijke vraag. Want komende maandag is een belangrijke dag voor minister Faber. Dan worden de grenscontroles geïntensiveerd. Volgens de Marechaussee zijn er 50 mensen voor beschikbaar. Wat verwacht u daarvan?

SCHOOF

Nou, ik denk dat het belangrijk is dat er op de grenzen met enige regelmaat op onverwachte plekken controles plaatsvinden. Dat is dus niet een 24/7, all-out controle van onze binnengrenzen. Sterker nog, daar hebben we ook van gezegd dat willen we niet, want dat zou leiden tot ook economische problemen met zeg maar forensen en met het economische verkeer. Dus ik denk dat hier één: een belangrijk signaal vanuit gaat. En twee: dat we ook bij de controles mensen die illegaal proberen ons land binnen te komen aan de grens kunnen terugkeren.

HAGENS

Alleen als mensen asielzoekers zijn dan hebben ze het recht toch om gewoon hier te komen en dan worden ze ook naar Ter Apel gebracht door de Marechaussee?

SCHOOF

Nou dit is controle aan de grens en niet achter de grens. En waar u naar verwijst zijn controles achter de grens.

HAGENS

Oké.

SCHOOF

En dan zijn ze in Nederland. Maar dit zijn controles aan de grens en zijn ze dus niet in Nederland. Dan kunnen ze dus terug naar België of Duitsland en kunnen ze daar asiel aanvragen. Als het gaat om asiel.

HAGENS

Oké. Dus ze kunnen dan niet asiel aanvragen omdat het op de grens gebeurt?

SCHOOF

Ja. Dan kunnen ze dan terug. En dan kunnen ze dat in België doen of in Duitsland, maar niet in Nederland.

HAGENS

Hoeveel gaat het opleveren verwacht u?

SCHOOF

Dat durf ik geen een enkele uitspraak over te doen, omdat er zowel een, denk ik, vooruit (onverstaanbaar, red.) werking vanuit gaat, als een materieel effect. En de cijfers zullen enig moment wel verschijnen.

HAGENS

De Marechaussee zegt ‘ja, die 150 miljoen euro die ervoor beschikbaar is gesteld, er is de afgelopen jaren eigenlijk al heel veel bezuinigd op ons’. Het was best wel een uitdaging om meer mensen te vinden om dit te laten doen. Kritiek die er ook klinkt is, het is een beetje symboolpolitiek. Het zal in de praktijk niet heel veel verschil maken.

SCHOOF

Ik denk dat het belangrijk is dat die controles aan de binnengrenzen er zijn. En er is voor de komende periode ook veel geld beschikbaar. Ook voor de Koninklijke Marechaussee, juist in het kader van het grenstoezicht. Dus dit zullen we nog kunnen versterken de komende periode. Zowel met mensen, als ook met andere middelen.

HAGENS

Maar gaat het meer om het symbool?

SCHOOF

Nee, het gaat om beide. Je wil een duidelijk signaal afgeven en tegelijkertijd wil je ook de mensen die illegaal Nederland binnen willen komen, dat je die terug kan verwijzen naar het land waar ze uit vandaan komen. Althans, ze zijn doorgereisd. Ik moet iets preciezer zijn.

Syrië

SCHRAM (ANP)

Ik wilde u nog vragen naar de situatie in Syrië. Rebellen veroveren daar steeds meer terrein. Maakt u zich zorgen om die ontwikkeling?

SCHOOF

Absoluut.

SCHRAM

Kunt u uitleggen wat het betekent voor internationaal, maar ook voor Nederland?

SCHOOF

Ik denk sowieso de gevechten die er gaande zijn, worden gevoerd in de overwinning op dit moment door HTS. HTS is een terroristische organisatie, staat ook al zodanig te lijst. Dus alleen dat al is reden tot zorg. Daarnaast kunnen als gevolg van deze gevechten ook weer vluchtelingenstromen op gang komen. En zullen we ook met elkaar, met de landsberichten komen, daar zullen ook de laatste ontwikkelingen in worden meegenomen, zal het toch ook ongetwijfeld effecten hebben voor het voorgenomen beleid van dit kabinet.

SCHRAM

Ja, want u kijkt dus ook naar wat het mogelijk betekent voor de asielstroom naar Nederland?

SCHOOF

Vanzelfsprekend.

SCHRAM

En heeft het nog invloed op het plan om delen van Syrië veilig te stellen? Of is het daar nog te vroeg voor?

SCHOOF

Daar is het nog te vroeg voor.  En daarvoor zijn we, zeg maar, nog in afwachting van de berichten van Buitenlandse Zaken. Maar daar zullen deze ontwikkelingen ongetwijfeld in worden meegenomen.

Woordvoerders minister Faber (1)

SCHRAM

Want dat is natuurlijk onderdeel van uw asielplannen, die zijn aangekondigd. En dat brengt me ook een beetje bij het volgende onderwerp. Wij begrijpen dat minister Faber tot en met de kerstvakantie geen woordvoerders heeft. Was u daarvan op de hoogte?

SCHOOF

Daar ben ik van op de hoogte, maar volgens mij heeft ze wel een woordvoerder, maar geen vaste woordvoerders.

SCHRAM

Nee, geen vaste woordvoerders en er is ook niet dus iemand die je kan bellen als journalist als je een belangrijke vraag hebt. Er is volgens mij een e-mailadres.

SCHOOF

Oh, dat weet ik niet. Maar er zal ongetwijfeld een directie Voorlichting en Communicatie bij het ministerie van Justitie en Veiligheid slash Asiel en Migratie, waar altijd wel een woordvoerder te vinden is.

SCHRAM

Ja, toch gaat u een belangrijke maand in wat betreft asielmaatregelen. Maakt u zich geen zorgen over het feit dat daar dan niet een vaste woordvoerder op zit bij zo’n minister?

SCHOOF

Nou, ik denk dat voor de voorbereiding van de wet veel mensen belangrijk zijn. Overigens ook een woordvoerder om het naderhand uit te leggen, maar dat op dit moment het belangrijkste is dat we de capaciteit, die nodig is om die wetten te maken, daar het goede overleg te voeren, dat dat op dit moment het belangrijkste is omdat ik ervan uitga dat de voorstellen van mevrouw Faber daadwerkelijk voor Kerst in de ministerraad kunnen worden behandeld en dan door kunnen naar de Raad van State.

SCHRAM

Tegelijkertijd heeft de overheid ook eigen richtlijnen over communicatie en burgers hebben recht op snelle en adequate beantwoording, geloof ik dat dat dan heet. Gaat het kabinet er wel op toezien dat dat ook in stand blijft op een ministerie waar dus geen vaste woordvoerders meer zijn voor een bewindspersoon op het belangrijkste thema van uw kabinet?

SCHOOF

Burgers nemen meestal geen contact met woordvoerders van ministers.

SCHRAM

Burgers worden soms journalist.

SCHOOF

Als ze burger zijn wel, maar dat moet daar echt een onderscheid in maken. Burgers worden gewoon via de directies communicatie en voorlichtingen, dat loopt allemaal. En de woordvoerdersproblematiek die er is, zal ongetwijfeld binnenkort worden opgelost.

SCHRAM

Wat is de woordvoerdersproblematiek?

SCHOOF

U zei net dat er geen woordvoerders waren.

SCHRAM

Maar u zei eerst dat u zich er geen zorgen over maakte en nu noemt u het problematiek. Dan probeer ik toch even te kijken wat daar…

SCHOOF

U gaf zelf aan dat u het problematisch vindt dat er geen woordvoerder is. Ik ga even met u mee, dat er inderdaad geen woordvoerder is. Ik kan me voorstellen dat het voor u en voor uw collega’s vervelend is. Maar dat wordt altijd op de een of andere manier een mouw aangepast. En er wordt ondertussen hard gewerkt dat mevrouw Faber gewoon op haar vaste woordvoerders kan rekenen.

Schiphol (2)

VAN OOSTEROM (BLOOMBERG)

Meneer Schoof, toch nog even terug naar Schiphol. Want er is dus een besluit genomen erover. En dat is binnen dan uiteindelijk een besluit van binnen de bandbreedte die ook gecommuniceerd is naar de Europese Commissie. Maar wat ik me afvroeg: het is onder de grens die een paar weken geleden hadden Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen, waaronder Delta, American Airlines, hadden aangeklopt bij het ministerie. En die hadden een andere ondergrens gesteld. En de aankondiging van vandaag zit er nog 5000 vluchtbewegingen onder. En ik sprak eerder de minister vandaag en die zei dat er dus daarom mogelijk sprake zou kunnen gaan zijn van vergelding vanuit Amerika. Dat willen we natuurlijk liefst voorkomen dat bijvoorbeeld Nederland niet meer bepaalde vluchtroutes kan krijgen naar de VS of dat dingen moeten verplaatsen naar Kopenhagen ofzo. Ziet u het als uw taak onder andere om ook contact met de Amerikaanse regering hierover op te nemen om ervoor te zorgen dat die vergelding beperkt blijft?

SCHOOF

Primair aan de minister van I&W en de minister van Buitenlandse Handel en de minister van Economische Zaken. Maar als het nodig is, dan zal ik me daar ongetwijfeld ook voor inzetten. Maar het is dan letterlijk om die vergelding of retaliatie, is dan het officiële woord geloof ik, te voorkomen. Wat belangrijker is dat wij vandaag als kabinet een besluit hebben genomen die en die 20 procent reductie met zich meebrengt en binnen de bandbreedte zit zodat we daarmee, wat mij betreft, echt vooruit kunnen. Ik constateer dat de omwonenden, de luchtvaartmaatschappijen, Schiphol, iedereen ontevreden is. Maar ik denk dat het belangrijk is dat we dit besluit hebben kunnen nemen en een belangrijk stap zetten en ook uiteindelijk ook kunnen toewerken nu naar het besluit wat nodig is om eigenlijk de gedoogsituatie rondom Schiphol daar ook een eind aan te maken.

Handelsverdrag met Mercosur

VAN OOSTEROM

Dat is duidelijk. En dan had ik nog een laatste onderwerp wat ik even kort wilde aansnijden, namelijk over de deal tussen de Europese Unie en Mercosur die vandaag is gesloten. Want het lijkt mij in ieder geval heel spannend, aangezien ook eerder deze week dan de Kamer via dan een motie heeft laten weten dat ze het daar niet mee eens zouden zijn en nu is het toch gebeurd. Ziet u die spanning ook en denkt u dat dat mogelijk ook problemen gaat opleveren in de toekomst?

SCHOOF

Dat zou goed kunnen, omdat het Nederlandse parlement zich helder heeft uitgesproken bij meerderheid. Tegelijkertijd staat het aan de Europese, we hebben daar ook de Europese Commissie natuurlijk in het team, hebben we daar meteen ook aandacht voor gevraagd, dat mag duidelijk zijn. Toch staat het de voorzitter van de Europese Commissie vrij om dit akkoord te sluiten. En dan komt het vervolgens terug naar de lidstaten en dat zal wel snel tot een half jaar, tot negen maanden duren, denk ik. En dan kan ook het debat in de verschillende lidstaten daarover plaatsvinden. En dan moeten we uiteindelijk ook ons eindoordeel als land daarover vellen.

VAN OOSTEROM

Dus het debat in Nederland gaat er nog over gevoerd worden, over wat we hiermee precies mee gaan willen doen?

SCHOOF

Absoluut, want zeg maar het akkoord is vandaag getekend en bekendgemaakt. Maar alle ins en outs, die moeten ook nog netjes worden uitgewerkt. Ik weet niet of u het al gezien heeft, maar ik heb het nog niet gezien. Ik denk de Kamerleden ook nog niet. Maar er is een heldere opvatting over de contouren van het akkoord in de Kamer, dat men tegen is. Dat is een feit. En wij zullen ons als Nederland, en dus ook als kabinet, naar die motie moeten verhouden. Maar ook kijken wat het resultaat is van de onderhandeling. En dan kan daar ook over het debat in de Kamer plaatsvinden.

VAN OOSTEROM

En afsluitend wil ik naast problemen ook nog even kijken naar oplossingen. Want het zou ook mogelijk kunnen zijn dat, nou ja, het is een feit dat wij als Nederland een beetje vaak worden geschetst dat we tussen de Verenigde Staten en China inzitten in een mogelijk escalerende handelsoorlog. Daar zijn best wat ontwikkeling over gegaan de afgelopen paar jaar. En dan opeens komt Zuid-Amerika toch weer in het toneel als een belangrijke bondgenoot. Ziet u daar ook veel oplossingen voor bijvoorbeeld de toekomst van Nederland en daarmee Europa wat betreft de handel, nu die handelsoorlog tussen China en de VS, wat aan het escaleren is?

SCHOOF

Laat ik een heel ander antwoord geven. En dat heeft te maken met het feit dat wij ook uitermate tevreden zijn dat Nederland weer kan deelnemen aan het G20-overleg. En dat is van cruciaal belang. Het geeft goed weer de belangrijke positie die Nederland heeft. Volgend jaar Zuid-Afrika. En dat we op alle niveaus zeg maar aan de G20 mee kunnen doen. En dat geeft Nederland denk ik een flinke boost. Dat is belangrijk voor onze economie. Maar het betekent ook dat we ook mee kunnen praten over de economische ontwikkeling in de wereld.

VAN OOSTEROM

Heel goed.

Woordvoerders minister Faber (2)

BOS (NOS)

Twee korte dingen even. Eerst even over het laatste waar de ANP-collega het net ook over had: geen vaste woordvoerder voor mevrouw Faber. Ze heeft ook geen politiek assistent. Hoe duidt u dat?

SCHOOF

Dat duid ik helemaal niet.

BOS

Wat zegt dit dan over de persoon? Dat is toch heel erg gek?

SCHOOF

Nee, ik zie dat als een personeelsprobleem en dat wordt adequaat opgelost.

BOS

Een personeelsprobleem, maar ligt dat ook niet inmiddels bij de persoon?

SCHOOF

Stelt u die vraag echt aan iemand anders. Ik heb vertrouwen in mevrouw Faber, dus in de personeelsproblemen, dat wordt opgelost.

BOS

Maar kan zij haar werk zo goed uitvoeren?

SCHOOF

Ik denk dat er vanuit het departement op allerlei manieren voor wordt gezorgd dat zeg maar de mensen die er niet zijn, dat dat goed wordt opgevangen.

BOS

Maar tot nu toe heeft ze nog vrij weinig voor elkaar gebokst gekregen op toch een van de belangrijkste punten van uw kabinet.

SCHOOF

Maar dat ligt niet aan een gebrek van een woordvoerder of een PA. Er wordt gewoon snoeihard gewerkt. U weet dat we een tijd nodig hadden om uiteindelijk zeg maar van de noodwet te komen naar een asielnoodmaatregelenpakket geloof ik, als ik het dan goed zeg.

BOS

U gaat heel erg op de inhoud. Ik was nog even over…

SCHOOF

U had het ook over de inhoud, want we hadden niks voor elkaar gebokst.

BOS

Niet helemaal, volgens mij.

SCHOOF

En die wet wordt voor Kerst in de ministerraad behandeld. En dan gaat het in de Raad van State en dan kunnen we verder. Maandag beginnen de grenscontroles. Dus er wordt aan alle kanten snoeihard gewerkt.

Gaswinning Warffum en Ternaard

BOS

Tot slot, ja ik weet, het vliegt alle kanten op, maar toch nog heel even kort over Groningen. Want u gaat door in Warffum met boren. Waarom is dat?

SCHOOF

Omdat we uiteindelijk toch het gas nog nodig hebben. En daarom nog een aantal jaren door moeten. Dat heeft minister Hermans vandaag, ongeveer as we speak, ik denk dat het net klaar is, ook aan de bonus van Warffum uitgelegd. En we hebben het gewoon nog nodig, want onze energietransitie, die we echt met mannenmacht aan het doorvoeren zijn, kan niet zo snel dat we zonder het gas uit Warffum kunnen.

BOS

Maar het Groningenveld ligt er praktisch naast. Daar stopt u en hier gaat u door. Hoe rijmt u dat?

SCHOOF

Met het Groningenveld hebben we een snoeiharde afspraak over gemaakt dat we daar stoppen. Ik ben van de week in Groningen geweest, heb gezien wat die uitbevingen daar hebben aangericht. Dus elke discussie over ook maar iets openen op dat grote gasveld is niet aan de orde. En ten aanzien van de kleine gasvelden heeft dit kabinet eigenlijk altijd de lijn gehad dat we bekijken hoe we daarmee verder gaan. We hebben niet gezegd dat we ze gaan sluiten. We hebben nu gezegd dat we ten aanzien van Warffum echt door moeten. En ten aanzien van de Waddenzee, ik ben even de plaatsnaam kwijt, maar ten aanzien van de Waddenzee dat we met de NAM in overleg gaan met de intentie om daar niet uiteindelijk naar gas te gaan boren. Maar daar moeten we naar kijken hoe zich dat de komende half jaar ontwikkelt.

BOS

Maar tot slot bent u niet bang dat we over een aantal jaar toch weer met precies hetzelfde zitten als met dat Groninger gasveld?

SCHOOF

Nee, omdat dit een echt aanzienlijk ander gasveld is. En bovendien ten aanzien van Warffum, elke officiële adviesinstantie ook heeft gezegd dat het daar kan.

VRAAG (ONBEKEND)

Kort, een vraag daar… In Ternaard heeft het kabinet bij de Waddenzee eigenlijk gezegd: we willen die vergunning heel graag weigeren voor de gaswinning daar, maar dat kan eigenlijk niet. Het Staatstoezicht op de Mijnen zegt: er is daar geen veilige gaswinning mogelijk. Hoe kan dat? Wat is de boodschap die u dan geeft als u zegt: we kunnen die vergunning toch niet weigeren?

SCHOOF

We hebben vandaag de boodschap gegeven dat wij in overleg gaan met alle partijen met de intentie om niet te komen tot gasboringen. Dat is de boodschap die we vandaag hebben afgegeven.

VRAAG

Maar als de NAM de poot stijf houdt, dan heeft u geen poot om op te staan.

SCHOOF

Maar we gaan dus met ze praten. En we hebben er vertrouwen in. Daarom zeggen we ook dat de intentie is om daar niet te gaan boren.

VRAAG

Maar waar haalt u dat vertrouwen dan vandaan? Gaat u ze geld geven?

SCHOOF

Er zijn natuurlijk voorafgaande gesprekken geweest. Daarop is dat vertrouwen gebaseerd. Maar het kan ook fout gaan. Dat zal ik zonder meer toegeven. Maar wij hebben vertrouwen in dat we deze gesprekken kunnen doen. Dat is een belangrijke boodschap die we vandaag ook publiekelijk hebben afgegeven. En daar is minister Hermans nu onderweg naar Friesland.

Zie ook

Verantwoordelijk

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 23 T/M 25/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOOT 22/Dit kan niet waar zijn

[22]

TEKST KAMERBRIEF VVD TWEEDE KAMERLID BENTE BECKER

[MOTIE BECKER]

file:///C:/Users/Astrid/Downloads/Motie%20van%20het%20lid%20Becker%20over%20gegevens%20bijhouden%20over%20culturele%20en%20religieuze%20normen%20en%20waarden%20van%20Nederlanders%20met%20een%20migratieachtergrond%20.pdf

  Tweede Kamer der Staten-Generaal                                   2

  Vergaderjaar 2024–2025 

36 600 XV  

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2025 

Nr. 18                                                       MOTIE VAN HET LID BECKER

 Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 25 november 2024

 De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er door het CBS uitgebreid onderzoek gedaan wordt naar feitelijke gegevens over de integratie van Nederlanders met een migratieachtergrond zoals onderwijsprestaties en sociaaleconomische status en criminaliteit;

overwegende dat data over de normen en waarden en mogelijke acties die hieruit voortvloeien in (gesloten) religieuze gemeenschappen van overheidswege weinig bestudeerd worden;

overwegende dat data over normen en waarden inzicht kan bieden in de culturele integratie van Nederlanders met een migratieachtergrond en behulpzaam is om gericht problemen aan te pakken en lessen te trekken uit positieve ontwikkelingen;

verzoekt de regering om gegevens over

culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond bij te houden, bijvoorbeeld door het SCP te vragen dit (periodiek) te onderzoeken

en gaat over tot de orde van de dag.

Becker  

  kst-36600-XV-18 

ISSN 0921 – 7371 

’s-Gravenhage 2024  

  Tweede Kamer,

vergaderjaar 2024–2025, 

36 600 XV 

, nr. 18     

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 22/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOTEN 20 EN 21/Dit kan niet waar zijn

[20]

WIKIPEDIA

THE HOLOCAUST

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Holocaust

[21]

Joden leefden verspreid over heel Europa, vooral in het gebied van het vroegere Romeinse Rijk. Er zijn verslagen van Joodse gemeenschappen in Frankrijk en Duitsland uit de 4e eeuw, en nog vroeger waren er wezenlijke joodse gemeenschappen in Spanje. Joden die leefden in christelijk Europa liepen vaak tegen conflicten aan met degenen onder wier macht zij stonden. Aangezien zij de enige mensen waren die geld uitleenden tegen rente (hetgeen aan katholieken door de kerk werd verboden) werden sommige Joden prominente financiers. De christelijke heersers zagen geleidelijk in dat de Joden langzamerhand de geldmarkt gingen beheersen. De geldhandel van westelijk Europa viel hierdoor grotendeels in handen van de Joden.

Joden werden vaak vervolgd of werden verbannen uit diverse Europese landen. De vervolgingsgolf bereikte zijn eerste piek tijdens de Kruistochten. In de Volkskruistocht (1096) werden bloeiende gemeenschappen langs de Rijn en de Donau volkomen vernietigd. In de Tweede Kruistocht (1147) werden de Joden in Frankrijk in groten getale afgeslacht. De Joden werden ook onderworpen aan aanvallen tijdens de Kruistochten van de Herders van 1251 en 1320. In 1260 werden Joden verbannen uit Engeland. Veel van de verdreven Joden vluchtten naar Polen.

Een grote verbanning van Joden vond plaats na de herovering van moslim-Spanje, die door de Spaanse Inquisitie (1492) werd gevolgd, waarin de volledige Spaanse Joodse bevolking van circa 200.000 Sefardische Joden werd verdreven. Dit werd gevolgd door verbanningen in 1493 in Sicilië (37.000 Joden) en Portugal in 1496. De verdreven Spaanse Joden vluchtten hoofdzakelijk naar het Ottomaanse Rijk en Noord-Afrika; anderen vluchtten naar gebieden in Europa buiten Iberië (o.a. Nederland). Ook was er een vlucht van Spanje naar Portugal tussen de twee inquisities.

Tot de 16e eeuw was het aantal Joden in West-Europa gering. Deze situatie verschilde aanzienlijk van Oost-Europa. Polen had de grootste Joodse bevolking in Europa, maar de kalme situatie voor de Joden werd daar beëindigd toen de Poolse en Litouwse Joden met honderdduizenden werden afgeslacht door Cossack Chmielnicki (1648) en tijdens de Zweedse oorlogen (1655). Gedwongen door deze en andere vervolgingen, bewogen de Joden zich naar westelijk Europa in de 17e eeuw. Het laatste verbod op het Jodendom, dat van Engeland, werd herroepen in 1654, maar de periodieke uitwijzingen van individuele steden kwamen nog voor. De Joden werden vaak beperkt in landeigendom of werden gedwongen om in getto’s te leven.”

WIKIPEDIA/JOODSE GESCHIEDENIS/JODEN IN DE MIDDELEEUWEN

https://nl.wikipedia.org/wiki/Joodse_geschiedenis#Joden_in_de_Middeleeuwen

ORIGINELE BRON

WIKIPEDIA

JOODSE GESCHIEDENIS

https://nl.wikipedia.org/wiki/Joodse_geschiedenis

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 20 EN 21/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOTEN 18 EN 19/Dit kan niet waar zijn

[18]

”Vijf dagen na de Nederlandse capitulatie in mei 1940 verzocht de naar Londen gevluchte minister-president jonkheer Dirk Jan de Geer de in Nederland achtergebleven bestuurders en ambtenaren nog eens om in functie te blijven en het landsbelang dienend met de bezetter samen te werken.”

TROUW

BLIJF OP JE POST EN WERK SAMEN MET

DE BEZETTER, LUIDDE HET DEVIES IN

DE TWEEDE WERELDOORLOG

30 JANUARI 2020

https://www.trouw.nl/binnenland/blijf-op-je-post-en-werk-samen-met-de-bezetter-luidde-het-devies-in-de-tweede-wereldoorlog~b1b7214f

De Nederlandse overheid schoot in de oorlog tekort als hoeder van recht en veiligheid, zei premier Rutte bij zijn excuses, zondag tijdens de Nationale Holocaust Herdenking. Bestuurders en ambtenaren koesterden de illusie dat ze ondanks de bezetting ‘in een goed Nederlandse sfeer’ konden doorwerken.

Nog geen handvol ambtenaren nam ontslag, toen Eindhoven begin 1942 een NSB-burgemeester kreeg. Onder hen was de allerhoogste onder hen, de gemeentesecretaris. 

“Uw streven als nationaal-socialist is gericht op verwerkelyking der nationaal-socialistische gedachte op elk terrein van het maatschappelyk leven. Als katholiek is het my onmogelyk hieraan, op welke wijze dan ook –hetzy direcht hetzy indirect – mede te werken. Ik zie my dan ook genoopt myn ambtelyke functie ter beschikking te stellen­­.”

Een houding als die van deze Louis Beel was zeldzaam. Het kwalificeerde hem na de bevrijding van het zuiden van Nederland voor bestuurswerk voor het Militair Gezag. Dat bracht hem bij de Nederlandse regering, nog in ballingschap in Londen, waar hij indruk maakte op koningin Wilhelmina. Daarna ging het snel met Beel. In februari 1945 werd hij – hoewel voorheen niet politiek actief – namens­­ de Katholieke Volkspartij minister van binnenlandse zaken. Vanaf juli 1946 combineerde hij het met het minister-presidentschap.

Beel zou eind jaren vijftig nog een kabinet leiden en vervulde verder als vicevoorzitter van de Raad van State tot in de jaren zeventig een spilfunctie in de Nederlandse politiek. De voormalige gemeentesecretaris gold als onder-koning­­ van Nederland.

Tegenover Beel en Beel-achtigen stonden in overheidsland velen die kozen voor een grijzer of zelfs bruin profiel. “Wie naar het totaalplaatje kijkt, ziet dat de Nederlandse overheden qua houding tijdens de bezetting tekort zijn geschoten”, vindt Peter Romijn, hoofd onderzoek­­ bij het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (Niod) en auteur van het boek ‘Burgemeesters in oorlogstijd. Besturen onder Duitse bezetting’ (2006). Hij noemt de excuses die minister-president Mark Rutte zondag tijdens de Nationale Holocaust Herdenking in Amsterdam maakte ‘terecht’.

Instructies blonken vooral uit in vaagheid

Nederlandse overheden moesten na de Duitse inval grotendeels zelf het wiel uitvinden. Vanwege de toenemende oorlogsdreiging had de ministerraad in 1937 een document goedgekeurd met de lange titel ‘Aanwijzingen betreffende de houding, aan te nemen door de bestuursorganen van het rijk, de provinciën, gemeenten, waterschappen, veenschappen en veenpolders, alsmede door het daarbij in dienst zijnde personeel in dienst bij spoor- en tramwegen in geval van een vijandelijke aanval’. 

Dat document werd in verzegelde enveloppen naar hoogwaardigheidsbekleders gestuurd. Toen die een paar jaar later in bange uren werden geopend, stond daarin het advies om aan te blijven en de negatieve gevolgen van de bezetting zoveel mogelijk te beperken of althans zo eerlijk mogelijk te verdelen over de bevolking. Verdere instructies blonken vooral uit in vaagheid.

Vijf dagen na de Nederlandse capitulatie in mei 1940 verzocht de naar Londen gevluchte minister-president jonkheer Dirk Jan de Geer de in Nederland achtergebleven bestuurders en ambtenaren nog eens om in functie te blijven en het landsbelang dienend met de bezetter samen te werken.

In Den Haag kwam de leiding in handen van de secretarissen-generaal van de diverse ministeries. Op lagere overheidsniveaus zaten in de meeste gevallen de bestuurders nog op hun post van voor de oorlog. Voor hen en alle ambtenaren die onder hen werkten, begon het grote aftasten. Waar ging het vanuit Londen gevraagde samenwerken in Nederlands belang over in collaboreren en werken voor Duitse belangen? Het trekken van een rode lijn vroeg om moed, een goed ontwikkeld moreel kompas en – zeker in die tijd – ongewone ambtelijke ongehoorzaamheid. Behalve angst voor mogelijke represailles speelde bij de afwegingen ook de eigen financiële bestaanszekerheid een rol. Zo kort na de economische crisis van de jaren dertig durfden maar weinigen hun baan op het spel te zetten.

 De bezetter toonde aanvankelijk een vriendelijk gezicht 

Wat het allemaal nog lastiger maakte, was dat de bezetter aanvankelijk nog een relatief vriendelijk gezicht toonde en pas later zijn masker liet vallen. De teugels werden vaak stukje bij beetje aangehaald. Het fasegewijs invoeren­­ van de anti-Joodse maatregelen was een tekenend voorbeeld.

Ambtenaren draaiden zichzelf ook een rad voor ogen, stelt Peter Romijn. “Het leger had na vijf dagen de strijd moeten staken. Zijzelf koesterden de illusie dat je het openbaar bestuur ondanks de bezetting langer in een goed Nederlandse sfeer gaande kon houden. Op leidinggevende posities zaten vaak technocraten. Die vonden het soms best fijn dat ze even geen last hadden van bestuurders. Behalve door Duitsers opgelegd beleid konden ze nu ook oude plannen gaan uitvoeren, die in een la waren beland.

“Vreselijke maatregelen werden ook verteerbaarder door ze met eufemismen aan te duiden. Of er werd door hoge ambtenaren heel erg juridisch geredeneerd, bijvoorbeeld dat het een bezettende mogendheid was toegestaan om vijandelijke elementen te interneren. Daar vielen dan op grond van de strijd tegen het internationale jodendom ook de Joden onder.”

In Limburg namen 44 burgemeesters ontslag

Veel verzet en sabotage vanuit overheden had een lokaal karakter. “Het enige voorbeeld dat ik ken van een meer collectieve stap, komt uit Limburg. Toen Max de Marchant et d’Ansembourg, voormalig Tweede Kamerlid voor de NSB, daar in 1941 tot gouverneur werd benoemd, weigerden 44 burgemeesters onder hem te werken. Ze namen ontslag. Het bestuur kwam er niet plat door te liggen. De 44 zijn vervangen door NSB’ers.”

Wat zou meer sabotage uit ambtelijke kring hebben opgeleverd voor het totaalbeeld van de Nederlandse bezetting? Romijn­­ vindt dat een nogal speculatieve wat-als-geschiedenis. “Geef maar eens antwoord op de vraag of de bezetting er anders had uitgezien zonder de Februaristaking in 1941.”

Romijn waarschuwt ook voor het over één kam scheren van alle bestuurders en ambtenaren. “De verschillen waren heel groot. Kijk naar de burgemeesters, waar ik zelf uitgebreid onderzoek naar heb gedaan. Daar zaten fanatieke pro-Duitse bestuurders bij, velen­­ die er maar het beste van probeerde te maken en meer principiële types als Sieuwert Bruins Slot, die uiteindelijk zijn burgemeesterschap van het Groningse Adorp opgaf en mee aan de basis stond van verzetsblad Trouw.”

Hilversum ‘op drift’

Dat beeld wordt bevestigd door Geraldien von Frijtag Drabbe Künzel, universitair docent politieke­­ geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Met studenten dook ze de afgelopen jaren in de oorlogsgeschiedenis van één gemeente. Het resultaat verschijnt in mei onder de titel ‘Stad op drift. Hilversum tijdens de Duitse bezetting’.

Ook in de Gooise stad waren burgemeesters heel bepalend voor de mate waarin politiek en bestuur meewerkten met de Duitsers. “Hilversumse wethouders en ambtenaren zaten in mei 1940 in de meeste gevallen al heel lang op hun plek. De toenmalige burgemeester, Karel de Wijkerslooth de Weerdesteijn, zat er pas sinds februari en was met zijn 38 jaar nog jong. Direct na de Duitse inval verruilde hij de katholieke RKSP en begon een eigen beweging. Hij zag zichzelf, mede op grond van afstamming van Willem van Oranje, als een nieuwe leider van het Nederlandse volk en als een soort nieuwe Gijsbert Karel van Hogendorp, de man die het Nederlandse bestuur na Napoleon weer mee op poten zette. De man had wanen, lijkt manisch-depressief te zijn geweest. Later werd hij alsnog lid van de NSB. Na de oorlog is hij vanwege ontoerekeningsvatbaarheid niet vervolgd.”

De Wijkerslooth werd al snel vervangen door de NSB’er Ernst von Bönninghausen tot Herinkhave. “Op een zeker moment werd die ook regeringscommissaris en kreeg hij bijna dictatoriale bevoegdheden. Dat heeft een grote impact gehad op Hilversum. Twee wethouders zijn door hem weggewerkt. Twee wethouders namen op den duur zelf ontslag. In de bovenste laag van het ambtenarenapparaat nam het aantal NSB’ers toe. Besluiten werden klakkeloos uitgevoerd. Er was sprake van een ongelooflijke meegaandheid.”

Het al dan niet invullen van de ariërverklaring door bestuurders en ambtenaren in het najaar van 1940 leverde in Hilversum nog discussie op, constateert Von Frijtag. “De anti-Joodse maatregelen niet of nauwelijks. Dat had ook te maken met de voortvarendheid waarmee Von Bönninghausen op zaken vooruitliep. Hij verklaarde sommige plekken al verboden­­ voor Joden voordat dit landelijk beleid was. In januari 1942 werd al met het verwijderen van Joden uit de gemeente begonnen, terwijl­­ de deportaties elders pas ongeveer een half jaar later echt op gang kwamen. De afdeling­­ Bevolking leverde keurig de benodigde registratie­­ en de grafiekjes. Razzia’s waren er niet. Joodse inwoners van Hilversum droegen hun huissleutel over aan een politieagent en liepen zelf naar het station en verhuisden naar elders. De vroege nazificatie heeft bijgedragen aan een hoog slachtofferaantal: maar tien procent­­ van de Hilversumse Joden overleefde de Holocaust, tegen ruim een kwart landelijk­­.”

Voedselbonnen voor onderduikers

Volgens Von Frijtag veranderde de houding van een deel van de Hilversumse ambtenaren wel in het tweede deel van de bezetting. Het ware gezicht van de Duitsers was stilaan voor iedereen duidelijk. De krijgskansen keerden in het voordeel van de geallieerden.

“De afdeling Hilversum van het gewestelijk arbeidsbureau, belangrijk bij het vinden van mensen voor tewerkstelling in Duitsland, was een broeinest van verzet. Daar zijn vanaf een zeker moment ook koppen gaan rollen. Bij de distributiedienst werden voedselbonnen achterovergedrukt voor onderduikers. Hilversum is ook een van de weinige grote plaatsen, waar het distributiekantoor niet is overvallen. Mogelijk omdat er van binnenuit steun was voor het verzet.

“Op Dolle Dinsdag in september 1944 vorderden de Duitsers alle rollend materieel en heeft de directeur van Publieke Werken het hele wagenpark onklaar laten maken. Ook in dit soort gevallen zie je dat de houding van leidende figuren sterk van invloed is. Gaan zij een bepaalde richting op, dan krijgen ze al snel medewerking.”

Niod-onderzoeker Romijn denkt dat het ontbreken van een gemeenschappelijke tegenstrategie tegenover de nazificatie van politiek en bestuur door de Duitsers een van de belangrijkste oorzaken is van de meegaande houding van overheden tijdens de oorlog.

“Iedereen deed wat het beste leek. Behalve de oproep van De Geer van mei 1940 om op je post te blijven en in landsbelang samen te werken met de bezetter was er geen enkel richtsnoer. Dat is een mantra gebleven­­ tot in 1943, toen stilaan niemand er meer in geloofde.”

EINDE

[19]

HISTORIEK

ARIERVERKLARING

Vanaf 6 oktober 1940 werden in opdracht van de Duitse bezetter vraagformulieren naar Nederlandse ambtenaren gestuurd om uit te zoeken welke ambtenaren van Joodse afkomst zijn. In deze zogenoemde ariërverklaringen moest men van zichzelf en ook eventueel van de echtgenoot opgeven of men Joods is of niet.

Al vanaf het begin van de Duitse bezetting waren er allerlei discriminerende maatregelen genomen tegen Joodse inwoners. Zo mochten Joden vanaf 1 juni 1940 bijvoorbeeld geen deel meer uitmaken van de civiele luchtbeschermingsdienst. En in juli bepaalde de bezetter dat Joden niet mochten deelnemen aan de Arbeitseinsatz, de tewerkstelling in Duitsland. Later die maand werd ook nog een verbod uitgevaardigd op ritueel slachten volgens Joodse spijswetten. En in september werd een begin gemaakt met de ‘opschoning’ van het ambtenarenapparaat. De bezetter bepaalde toen dat Joden niet als ambtenaar aangenomen of bevorderd mochten worden. Deze regel gold ook voor ambtenaren die met een Jood waren getrouwd. In het eerste bezettingsjaar kondigde de bezetter in totaal vijftien anti-Joodse verordeningen af.

Ariërverklaring

In een poging het hele ambtenarenapparaat te ‘zuiveren’ van Joodse medewerkers werden er vanaf 6 oktober 1940 vervolgens vraagformulieren naar ambtenaren gestuurd. Met deze in te vullen verklaring, die bekend kwam te staan als de ariërverklaring, wilde de bezetter inzichtelijk krijgen welke openbare functies bekleed werden door Joden zodat deze vervolgens ontslagen konden worden. Wie de verklaring weigerde te ondertekenen mocht sowieso vertrekken. Uiterlijk 1 november 1940 moesten de verklaringen allemaal ingevuld teruggestuurd zijn.

De ariërverklaringen werden verstuurd door het Nederlandse ambtenarenapparaat. De Hoge Raad, het hoogste Nederlandse rechtscollege, kwam niet in opstand tegen de verklaring hoewel deze in strijd was met de grondwet. Het rechtscollege had met Lodewijk Ernst Visser op dat moment zelf een Joodse president. Na twee (niet genotuleerde) vergaderingen, waaraan de president zich had onttrokken, besloot de meerderheid van de overige leden van de Hoge Raad de ariërverklaring niet te weigeren. Lodewijk Ernst Visser kreeg kort hierna zijn ontslag als president aangezegd. Een jaar werd hij vervangen door een pro-Duitse buitenstaander. Eind 2011 verscheen er een boek getiteld De Hoge Raad in de Tweede Wereldoorlog waarin ook teruggekeken werd op deze zaak. De toenmalige president van het rechtscollege trok bij de boekpresentatie het boetekleed aan en zei onder meer:

“Het tekenen van de ariërverklaring druiste rechtstreeks in tegen alles waarvoor de Hoge Raad behoorde te staan.”

Vanuit het ambtenarenapparaat waren sowieso nauwelijks protesteren te horen tegen de discriminerende maatregel. Historicus Frits Boterman schrijft daarover in zijn boek Duitse daders: de jodenvervolging en de nazificatie van Nederland (1940-1945):

“De elf commissarissen van de Koningin en de 912 burgemeesters tekenden allen, op vier na, de verklaring, omdat ze wilden vasthouden aan het bekende, bang waren de orde te verstoren of het gevaar onderschatten. Er waren slechts tien weigeraars op alle departementen en overheidsdiensten, in het gehele openbaar onderwijs en in het lokale en provinciale bestuur.”

Dat de verklaringen zouden leiden tot gehele of gedeeltelijke uitsluiting van Joden in het ambtelijk apparaat kon niet als een verrassing komen. Jaren eerder hadden de nazi’s in Duitsland namelijk al een Berufsbeambtengesetz ingevoerd, waardoor Joden werden uitgesloten van verschillende beroepen.

Afstand

In zijn recent verschenen omvangrijke boek Boekhouders van de Holocaust over het optreden van Nederlandse ambtenaren tijdens de Tweede Wereldoorlog, concludeert Rob Bakker dat ambtenaren met het invullen, verzenden en inzamelen van de ariërverklaring voor het eerst grootscheeps een grens overschreden. Niet eerder was ambtenaren gevraagd onderscheid te maken tussen Joden en niet-Joden en toen de bezetter daarom verzocht werd er nauwelijks geprotesteerd. Zelfs ambtenaren die later toetraden tot het verzet tekenden. Sommigen spraken daar later hun schaamte over uit. Volgens Bakker waren veel ambtenaren gewend opdrachten uit te voeren en op te volgen en speelde groepsdruk mogelijk ook een rol bij de vrijwel collectieve gehoorzaamheid aan de Duitse opdracht. Dat ambtenaren de maatregel niet herkenden als zuiver antisemitisch komt mogelijk doordat termen als ariër en semiet ook voor de oorlog ook al gebruikt werden. Herkenning van Joden in de samenleving was in de vooroorlogse jaren niet onbekend, maar Bakker voegt daar aan toe:

“Het zwart op wit vastleggen tijdens de bezetting was [echter] van een andere orde en onmiskenbaar een administratieve stap gericht tegen de Joden. […] Met het concreet, zwart op wit invullen van de ariërverklaring werd afstand genomen van de Joden.”

CLEVERINGA

Iemand die tijdens de oorlog wel in opstand kwam tegen de ariërverklaring was hoogleraar rechtsgeleerdheid Rudolph Pabus Cleveringa (1894-1980). Nadat enkele van zijn Joodse collega’s waren ontslagen hield hij op 26 november 1940 in Leiden een openbare protestrede. Dat zijn toespraak niet zonder gevolgen zou blijven wist de hoogleraar maar al te goed. Zijn vrouw Hiltje had hij vooraf op de hoogte gesteld en thuis stond een koffer klaar. Cleveringa was er van overtuigd dat hij opgepakt zou worden.

Nadat Cleveringa zijn rede had beëindigd klonk er langdurig applaus en zette een van de studenten het Wilhelmus in. Een dag later werd Cleveringa inderdaad gearresteerd. Tot de zomer van 1941 verbleef hij vervolgens in het huis van bewaring in Scheveningen, het zogenoemde Oranjehotel.

Ontslag

Een kleine twee weken nadat de ariërverklaringen ingevuld retour waren gekomen, maakte de bezetter bekend dat alle joodse ambtenaren moesten worden geschorst. In het voorjaar van 1941 werden ze definitief ontslagen. In totaal verloren ongeveer 2500 ambtenaren door deze maatregel hun baan. Ook leden van gemeenteraden en andere politieke organen moesten opstappen.

EINDE

“De elf commissarissen van de Koningin en de 912 burgemeesters tekenden allen, op vier na, de verklaring, omdat ze wilden vasthouden aan het bekende, bang waren de orde te verstoren of het gevaar onderschatten. Er waren slechts tien weigeraars op alle departementen en overheidsdiensten, in het gehele openbaar onderwijs en in het lokale en provinciale bestuur.”

HISTORIEK

ARIERVERKLARING

ZIE VOOR GEHELE TEKST DIRECT HIERBOVEN

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 18 EN 19/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOTEN 16 EN 17/Dit kan niet waar zijn

[16]

WIKIPEDIA

NAZI-GERMANY

https://en.wikipedia.org/wiki/Nazi_Germany

VERZETSMUSEUM

ADOLF HITLER EN HET NATIONAAL SOCIALISME

https://www.verzetsmuseum.org/nl/kennisbank/adolf-hitler-nationaalsocialisme

[17]

Wat zijn gezinskaarten?

De Gezinskaarten maken deel uit van het archief van het Amsterdamse Bevolkingsregister. Vanaf 1850 is in Amsterdam de gehele bevolking geregistreerd. In het Bevolkingsregister zijn van iedereen die in Amsterdam woont de volgende gegevens genoteerd: naam, geboortedatum, woonadres, plaats in het gezinsverband, beroep, godsdienst, verhuizingen en overlijdensdatum.”

GEMEENTE AMSTERDAM

STADSARCHIEF

GEZINSKAARTEN 1893-1939

https://archief.amsterdam/uitleg/indexen/56-gezinskaarten-1893-1939

Wat zijn gezinskaarten?

De Gezinskaarten maken deel uit van het archief van het Amsterdamse Bevolkingsregister. Vanaf 1850 is in Amsterdam de gehele bevolking geregistreerd. In het Bevolkingsregister zijn van iedereen die in Amsterdam woont de volgende gegevens genoteerd: naam, geboortedatum, woonadres, plaats in het gezinsverband, beroep, godsdienst, verhuizingen en overlijdensdatum. Alle wijzigingen in de gegevens, bijvoorbeeld bij verhuizingen, werden nauwkeurig bijgehouden. In eerste instantie zijn de gegevens geschreven in dikke boekbanden. Na 5 of 10 jaar werd een nieuwe serie gestart wanneer de boeken vol waren. In 1893 ging men over op een kaartsysteem. Per gezin werd een kaart gemaakt en wijzigingen werden op de kaart aangetekend. Dit systeem van Gezinskaarten bleef tot 1939 in gebruik. Toen kwam er een kaartsysteem per persoon. Vanaf 1976 werkt het bevolkingsregister Amsterdam met geautomatiseerde systemen. Het landelijke GBA-systeem, dat in 1994 van start ging is nu nog steeds in gebruik.

Toen besloten werd over te stappen op persoonskaarten zijn de gezinskaarten eind jaren dertig verfilmd. Nadat de verfilming gereed was zijn de gezinskaarten opgeborgen op de zolder van Plantage Kerklaan 36-38. Daar stonden ze nog toen in 1943 de verzetsploeg van Gerrit van der Veen haar beroemde aanslag pleegde op het bevolkingsregister. In de brand die volgde is het gezinskaartenbestand verloren gegaan. De films bleven echter bewaard en die zijn nu gedigitaliseerd. In dit zoeksysteem zijn alleen de namen te vinden van de gezinshoofden van wie er een kaart is. De naamindex van alle gezinsleden is alleen op microfiches in het Informatiecentrum van het Stadsarchief te vinden.

Waarom zijn sommige gezinskaarten zo slecht leesbaar?

Omdat alle gezinskaarten in 1943 verloren zijn gegaan, zijn de scans gemaakt van de films uit 1939. Deze films hebben uiteraard de kwaliteit die in 1939 gangbaar was en zijn tot 2000 intensief gebruikt bij het Bevolkingsregister. De verticale strepen door het beeld zijn het gevolg van krassen op de films veroorzaakt door de filmleesapparatuur. Los daarvan verkeerden de meeste gezinskaarten anno 1939 zelf al in een slechte staat. De kaarten werden bewaard in houten bakken en stonden in sommige gevallen meer dan 40 jaar zonder verdere bescherming stof en vuil te vergaren. De vele mutaties die op de kaarten aangetekend moesten worden en het daarmee gepaard gaande uit de bak halen en weer terugzetten en de verkleuringen als gevolg van de inwerking van het zonlicht deden de gezinskaarten ook geen goed. Door het veelvuldige gebruik kwam er regelmatig een scheur in een kaart, die dan met plakband hersteld werd. Aangezien dat plakband ook weer verkleurde zijn die plekken onleesbaar geworden. Het probleem ligt dus niet aan de scanapparatuur of aan slordigheid van de medewerkers. Andere gemeenten en hun archieven hebben dit probleem niet aangezien zij kunnen beschikken over de originele gezinskaarten.

Waarom zijn sommige kaarten niet leverbaar?

Sommige Gezinskaarten hebben een openbaarheidsbeperking. Zie voor meer informatie over niet-openbaar archief en het beleid persoonsgegevens van het Stadsarchief Amsterdam:

Wat staat er op een gezinskaart ?

De gezinskaarten bevatten informatie over één persoon of meerdere personen in een gezinsverband. De informatie op de gezinskaart betreft voornamelijk persoonsgegevens waarmee iemand te identificeren is, gekoppeld aan de woonadressen. De kaarten zijn ingevuld op voorgedrukte bladen met kolommen voor specifieke informatie.

KolomInhoudToelichting
bovenaan de kaartfamilienaam en voornamen van het gezinshoofd 
bovenaan de kaartadresLinks in de bovenhoek staat het adres waarop het gezin voor het eerst ingeschreven is en rechts in de bovenhoek het tweede adres.
1vestigingsdatum  
1aantal gezinsledenHet is mogelijk dat dezelfde persoon meerdere malen op de lijst voorkomt. Als iemand het gezin verliet en later terugkeerde werd deze persoon opnieuw onderaan bijgeschreven. Bij het aantal gezinsleden nummerde men gewoon door. Personen die meerdere keren voorkomen, kregen dus iedere keer een hoger volgnummer. Als de kaart vol was gebruikte men een vervolgkaart, kaart II (of zelfs III). Op de eerste gezinskaart werd dan een II vermeld naast de familienaam in de bovenste balk.
2 en 3familienaam en voornamenIn principe staat de hoofdbewoner met de persoonsgegevens in de lijst met namen bovenaan vermeld, de gezinsleden volgen daaronder
4geslacht 
5hoofdbewoner of relatie tot de hoofdbewoner Achter de naam is in kolom 5 een “H” vermeld voor hoofdbewoner. De gezinsleden volgen daaronder met hun personalia en relatie tot de hoofdbewoner. “V” betekent vrouw (=echtgenote), “Z” zoon, “D” dochter. Er kunnen veel meer relaties voorkomen zoals behuwdmoeder, neef, pleegkind, tante etc. Het betreft hier echter nooit inwonende dienstboden, kostgangers of logees. 
6geboortedatum 
7geboorteplaats 
8burgerlijke staatEr staat een letter “O” voor ongehuwd, “H” voor gehuwd, “W” voor weduwnaar of weduwe en “S” voor gescheiden. 
9datum van een mutatie in burgerlijke staatAls iemand eerst ongehuwd was stond er een “O” in kolom 8. Ging deze persoon huwen werd de “O” doorgehaald en vervangen door een “H” met de huwelijksdatum vermeld in kolom 9. Als dezelfde persoon daarna weduwnaar werd haalde men de “H” door om te veranderen in een “W”.
10religieMeestal in afgekorte vorm: “NH” is Nederlands Hervormd, “RC” of “RK” is Rooms-Katholiek, “NI” is Nederlands-Israelitisch enz. Ook in deze kolom werd gemuteerd als iemand van religie veranderde.
11nationaliteit 
12beroepHet beroep bij inschrijving werd vermeld.
13later beroepKolom 13 was bedoeld om een later beroep aan te geven, maar in de praktijk werd een nieuw beroep vaak boven het in kolom 12 doorgehaalde oude beroep bijgeschreven. De vermelding “(o)” achter het beroep gaf aan dat men een ondergeschikte was.
15 en 16inschrijvingsdatum met de plaats van herkomstHier kan ook een vermelding staan van een deel en bladzijdennummer; dit betekent dat bij de invoering van de gezinskaart deze persoon al ingeschreven stond in de voorgaande serie van het bevolkingsregister. Ook kan in kolom 16 een naam van een andere persoon worden vermeld. Dit is het geval als deze persoon daarvoor op de gezinskaart van die persoon (bijv. zijn vader) was bijgeschreven. 
17 en 18datum van vertrek en plaats van bestemming Hier kan ook een naam van een andere persoon worden vermeld. Dit is het geval als deze persoon wordt bijgeschreven op de gezinskaart van een ander; denk hierbij bijvoorbeeld aan een ongehuwde dochter die gaat trouwen en dus bijgeschreven wordt op de kaart van haar man.
19overlijdensdatumAlleen vermeld als dat overlijden plaatsvond in de tijd dat deze persoon op deze gezinskaart vermeld stond. Soms staat hierbij ook een plaats vermeld. Dit is het geval als iemand ergens anders overleed, terwijl deze persoon in Amsterdam ingeschreven stond.
20nieuwe adres  (in de plaats van bestemming uit kolom 18)Ook kan hier naar de gezinskaart van een ander gezinshoofd worden verwezen als de betrokkene naar die kaart werd overgeschreven. Tevens is het mogelijk dat bij de naam van één van de personen op de kaart in deze kolommen geschreven staat “Eigen Kaart”. Dit houdt in dat deze persoon zelf een eigen gezinskaart kreeg die ook in het systeem moet zitten.
20aan- en opmerkingenBevat allerlei diverse krabbels, stempels en verwijzingen.
achterzijdevervolgadressen van het voorbladEerst komt de inschrijvingsdatum van het nieuwe adres, dan de straat en huisnummer en de verdieping binnen het huis. Achter het huisnummer was ruimte voor een deel en folionummer waar het adres mee correspondeerde in bijv. de woningboeken (die op adres waren geordend). Later werd op de plaats van deel en folio alleen ingevuld dat er een woningkaart (WK) was op dat adres.

In de kolommen betreffende vestiging en vertrek staan soms afkortingen. De meest gebruikte afkortingen zijn de volgende:

EK, Eig. krt. of Eig. kaart Het betreft hier iemand die van een eigen gezinskaart komt of daar naar toegaat. Deze eigen gezinskaart moet in dit systeem onder de eigen naam dus terug te vinden zijn. 
A 25/219 Het betreft hier een verwijzing naar een Woningboek (A25) en een bladzijde (219), gebruikt als aanduiding van het eerste adres. 
Gest. 20/110 Naast de gezinskaarten werden registers bijgehouden van wees-, bejaardenhuizen etc. Deze serie had de naam gestichten met een deelnummer en bladzijdennummer. Zo zijn er ook aparte registers voor Hofjes, Brandweerkazernes, Keten en Woonwagens, schippers die op hun schip woonden, Rijksgebouwen etc. Zie voor deze gestichten de indexen op de bijzondere registers 1864-1935 en/of de laatste rubriek uit het Bevolkingsregister

Met name in de kolom voor de nationaliteit, maar ook in de kolom voor opmerkingen komen regelmatig stempels voor. De meest gebruikte stempels zijn de volgende:

NED (soms handgeschreven)
Geeft aan dat de betreffende persoon de Nederlandse nationaliteit bezit.
VR Geeft aan dat het een vreemdeling betreft.
NOGeeft aan dat het een Nederlands onderdaan betreft.
NED AZ Geeft aan dat er correspondentie is gevoerd over de nationaliteit van de betrokkene. AZ verwijst naar het archief van Algemene Zaken. Met de hand bijgeschreven zijn het jaartal en stuknummer. 
“sedert de geboorte” (bijgeschreven bij woonplaats)
Geeft aan dat betrokkene sedert de geboorte in Amsterdam heeft gewoond en nooit is uitgeschreven.
TIJDELIJK GEMELD GEEN BEWIJZEN AFGEVEN Betreft personen op doorreis. Van hen werden geen bewijs van inschrijving in het bevolkingsregister aan derden afgegeven.
J.VL VERBLIJFREGISTER Betreft Joodse vluchtelingen uit Duitsland, die niet alleen op deze gezinskaart, maar ook in een verblijfregister waren ingeschreven. 
HSGeeft aan dat de gezinskaart is opgemaakt op een hulpsecretarie (Sloten, Noord, Watergraafsmeer).
PKGeeft aan dat van deze persoon in 1939 een persoonskaart is gemaakt.
V.T.In combinatie met een datum en een adres geeft aan dat deze persoon bij een volkstelling op dat adres werd geteld. De inschrijving op dat nieuwe adres werd dus achteraf gedaan.
OUD.RENTEGeeft aan dat iemand ouderdomsrente genoot.
Rp. KOL.Geeft aan dat iemand een rijkspensioen van het Ministerie van Koloniën geniet. Ook het stempel Rp.FIN komt voor. Dit staat voor een rijkspensioen van het Ministerie van Financiën.
INV.WETGeeft aan dat iemand een uitkering kreeg in het kader van de invaliditeitswet. In kolom 17 werd dan IR gestempeld (invaliditeits-rente) met de toevoeging van Asd (Amsterdam) en 2 nummers.

Wat deed men als de kaart vol was?

Als de kaart vol was maakte men een vervolgkaart aan, die men II (eventueel III, IV etc .) nummerde. De kaart stond nog steeds op naam van het gezinshoofd en volgt achter de voor- en achterkant van de hoofdkaart. Op de hoofdkaart staat het aantal vervolgkaarten bovenaan d.m.v. Romeinse cijfers aangegeven.

Wat gebeurde er als het gezinshoofd dood ging?

Als het gezin uit 1 persoon bestond werd het overlijden als laatste mutatie op de kaart bijgeschreven en werd de kaart uit het lopende bestand gehaald (en in 1939 bij de verfilming alfabetisch op de juiste plaats teruggezet). Als het gezin uit meerdere personen bestond werd bij overlijden van het gezinshoofd zijn gezinskaart in het lopende bestand gehouden zolang het gezin intact bleef. Als de man overleed bleef zijn vrouw met de kinderen gewoon zijn kaart voeren en werd daarop gemuteerd. Als de vrouw daarna overleed verviel daarmee het vervangende gezinshoofd en verviel de kaart. Ook als de vrouw hertrouwde of bij een kind introk verviel de kaart, aangezien zij dan bij een ander gezinshoofd werd bijgeschreven.

Kan een vrouw ook gezinshoofd zijn?

Een vrouw is gezinshoofd zolang zij zelfstandig woonde (dus niet inwoonde bij ouders, broer, oom etc.). De vrouw kan ongehuwd zijn, maar dit hoeft niet. Een gehuwde vrouw waarvan de man in Marinedienst was of anderszins niet op hetzelfde adres woonde kreeg een zogenaamde echtgenotenkaart, waarop zij het gezinshoofd is.

Wat wordt geregistreerd van een inwonende dienstbode?

Als iemand inwoonde bij familie werd deze persoon gerekend tot dat gezin en op de gezinskaart van dat familielid bijgeschreven, met vermelding van de familierelatie. Iemand die inwoonde bijv. als dienstbode maakte geen onderdeel uit van het gezin waar zij inwoonde en heeft derhalve een eigen gezinskaart.

Wat betekent het als een naam doorgestreept is?

De personen die het gezin verlieten of overleden terwijl de kaart nog in gebruik was werden doorgestreept, om aan te geven dat die regel van de kaart afgehandeld was. Personen die later terugkeerden in het gezin werden onderaan weer bijgeschreven.

Hoe kan ik zoeken?

U kunt zoeken op de naam van het gezinshoofd. Houdt u er rekening mee dat alleen de voorletters (en niet de voornamen) zijn ingevoerd in de Index. Gebruik een wildcard * bij twijfel over de schrijfwijze van een naam.

Als u een vrouw zoekt die ongetrouwd zelfstandig woont, zoekt u haar op haar meisjesnaam. Is zij getrouwd en toch gezinshoofd (bv. haar man verblijft in het buitenland, is overleden, zij is gescheiden) dan zoekt u haar op de naam van haar (voormalige) echtgenoot.

Kan ik ook iemand zoeken die geen gezinshoofd was?

Bij het bestand van gezinskaarten behoort een klapper (dat is een alfabetische naamindex) op de gezinskaarten, waarin iedereen die in Amsterdam woonde te vinden is met een verwijzing naar het gezinshoofd bij wie hij of zij op de kaart stond. De personen in deze klapper zijn van elkaar te onderscheiden d.m.v. een vermeld geboortejaar. Via deze klapper, die op microfiche is in te zien in het Informatiecentrum van het Stadsarchief, is na te gaan bij wie iemand op de gezinskaart staat en wie een eigen gezinskaart had. De klapper kan ook verwijzen naar de overgenomen delen.

Leo Alphonsus Adriaenssen is geboren op 10 april 1875 in Tilburg. Hij is gehuwd met Antonetta Cornelia Nicasia van Uden. Zij is op 4 december 1878 in Udenhout geboren. Er staan 2 jonge mannen op de kaart bijgeschreven, hun zonen. De oudste is Cornelis Alphonsus Josephus Franciscus Adriaenssen, geboren 26 oktober 1901 in Zwijndrecht. De jongste heet Franciscus Daniel Adriaenssen. Hij is geboren op 26 februari 1906 in Antwerpen. Het gezinshoofd is smid van beroep, de oudste zoon metaaldraaier. De kaart is aangemaakt toen het gezin op 19 september 1921 vanuit Best naar Amsterdam verhuisde. Zij betrokken een woning aan de Grasweg, op nr. 49. Het gezin is een aantal malen verhuisd: op 14 maart 1924 naar de Palembangstraat, nr. 52-I, op 24 mei 1925 naar de Sibogastraat, nr.14-hs en op 27 maart 1935 naar de Obistraat, nr. 5-I. Voor Cornelis A.J.F. Adriaenssen is op 19 september 1927 een eigen kaart gemaakt.

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 16 EN 17/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOTEN 14 EN 15/Dit kan niet waar zijn

[14]

ARTICLE 1

1. All peoples have the right of self-determination. By virtue of that right they freely determine their political status and freely pursue their economic, social and cultural development.

INTERNATIONAL COVENANT ON ECONOMIC, SOCIAL AND

CULTURAL RIGHTS

http://hrlibrary.umn.edu/instree/b2esc.htm

[15]

ZIE NOTEN 3 EN 12

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 14 EN 15/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOOT 13/Dit kan niet waar zijn

[13]

Stemmingsuitslagen

Aangenomen met handopsteken


Voor: 108

75Vereist: 75

150Totaal: 150

-Detail stemming

FractiesZetelsVoor/Tegen
PVV37Voor
GroenLinks-PvdA25Tegen
VVD24Voor
NSC20Voor
D669Tegen
BBB7Voor
CDA5Voor
SP5Voor
ChristenUnie3Voor
DENK3Tegen
FVD3Voor
PvdD3Tegen
SGP3Voor
Volt2Tegen
JA211Voor
https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/moties/detail?id=2024Z19345&did=2024D46011

Delen 

Delen 

Motie:Motie van het lid Becker over gegevens bijhouden over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond

Download

Indieners

  • Datum:25 november 2024
  • Nummer:36600-XV-18
  • Motie

Stemmingsuitslagen

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 12

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 13/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOOT 12/Dit kan niet waar zijn

[12]

https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/moties/detail?id=2024Z19345&did=2024D46011

Delen 

Delen 

Motie:Motie van het lid Becker over gegevens bijhouden over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond

Download

Indieners

  • Datum:25 november 2024
  • Nummer:36600-XV-18
  • Motie

Stemmingsuitslagen

Aangenomen met handopsteken


Voor: 108

75Vereist: 75

150Totaal: 150

-Detail stemming

FractiesZetelsVoor/Tegen
PVV37Voor
GroenLinks-PvdA25Tegen
VVD24Voor
NSC20Voor
D669Tegen
BBB7Voor
CDA5Voor
SP5Voor
ChristenUnie3Voor
DENK3Tegen
FVD3Voor
PvdD3Tegen
SGP3Voor
Volt2Tegen
JA211Voor

Reacties uitgeschakeld voor NOOT 12/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOTEN 10 EN 11/Dit kan niet waar zijn

[10]

HET FASCISTISCHE KARAKTER VAN DE PVV/BRONNEN, ONDERZOEKEN

ASTRID ESSED

[11]

ASTRID ESSED OVER FASCISTENKABINET

https://www.astridessed.nl/?s=Fascistenkabinet

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 10 EN 11/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers

NOTEN 8 EN 9/Dit kan niet waar zijn

[8]

CONTACTORGAAN MOSLIMS EN OVERHEID

Welkom

“Het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) is een samenwerkingsverband van ruim 380 moskeeën en 10 moskeekoepels dat de belangen van moslims bij de Nederlandse overheid en politiek behartigt en hiervoor sinds 2004 officieel erkend is als gesprekspartner van de overheid. Zo is het CMO erkend gesprekspartner voor kwesties gerelateerd aan moslims en islam bij o.a. het Ministerie van Justitie en Veiligheid (ministerie van Erediensten), Rechtsbescherming, SZW, OCW, Defensie, LNV , VWS, Binnenlandse- en Buitenlandse Zaken.

OVER ONS

MISSIE EN VISIE

Missie:

Het nemen van maatschappelijke verantwoordelijk vanuit de islamitische en Nederlandse traditie om de gemeenschappelijke belangen van moslims in de samenleving te borgen.

Visie:

Als samenwerkingsverband van islamitische organisaties in Nederland de belangen van moslims behartigen door zowel bij overheid als politiek erkend gesprekspartner te zijn.

Inspiratie:

“God belooft aan de gelovigen onder jullie die zich inspannen voor het goede, dat God hen zal voorzien van een invloedrijke positie op aarde, net zoals God dat deed bij eerdere samenlevingen voor jullie. God zal hun oprechte geloof verder versterken en hun voorzien van een leefomgeving waarin zij dit vredig en veilig kunnen beleven. Dit, vanwege hun toewijding aan God’s Eenheid, en niets anders. …”

ORIGINELE BRON

WEBSITE CMO

[9]

ZIE NOOT 8

Reacties uitgeschakeld voor NOTEN 8 EN 9/Dit kan niet waar zijn

Opgeslagen onder Divers