Maandelijks archief: juli 2024

Fascistenkabinet/The Fight continues!/Frans Timmermans kruist de degens met PVV Fuhrer Wilders en Caroline van der Plas in haar rol als Bliksemafleider

Image result for ouderwetse vulpen/Foto's
Image result for middeleeuws zwaard

BESTRIJD FASCISME,  ISLAMOFOBIE EN RACISME  MET DE PEN EN HET ZWAARD

FASCISTENKABINET/THE FIGHT CONTINUES/FRANS TIMMERMANS

KRUIST DE DEGENS MET PVV FUHRER WILDERS EN CAROLINE VAN

DER PLAS IN HAAR ROL ALS BLIKSEMAFLEIDER

[Caroline van der Plas]

”[21.15] En hoe kan het dan, dat de heer Timmermans wel andere mensen

de maat neemt, maar als het over boeren gaat, dan mag [hier?]….eigenlijk rustig gesteld worden, dat het gifspuiters zijn he, om het zo maar eventjes eh te chargeren, zoals de

heer Timmermans zelf ook doet eh met andere onderwerpen” 

ZIE OOK OVER CAROLINE VAN DER PLAS

ZIE OOK

https://nl.wikipedia.org/wiki/Bliksemafleider

YOUTUBE FILMPJE!

YOUTUBE.COM

TIMMERMANS CLASHT MET NIEUWE COALITIE, WILDERS WOEST

TRANSCRIPTIE

[Timmermans, GL-PvdA]:

”Terwijl het kabinet verstoken blijft van een positief vooruitgangsidee,

krijgt de denkwijze van de PVV steeds meer vat op de politiek.

Wilders verwoordde het zo:

”Nederland wordt weer van ons”

En daarmee zegt hij ook impliciet:

”Nederland is niet van ons allemaal”

Het is afrekenpolitiek.

Een afrekening met mensen, die zijn visie niet

delen en niet bij zijn Nederland horen.

De boodschap wordt goed verstaan:

”Jij mag niet meedoen, want jij hoort er niet bij.”

Het is een politiek, die onze slechtste kanten aanspreekt

in plaats van het beste in ons naar boven haalt.

En deze vorm van politiek zal ons land tot op

het bot verdelen, niet als bijwerking, maar als expliciet doel.

Niet de verbeelding aan de macht, maar de verdeeldheid aan

de macht.

Uitsluiten van bevolkingsgroepen behoort tot het fundament

van de PVV ideologie.

Wilders zingt al ruim twintig jaar hetzelfde valse lied.

Toen de PVV [?] de principiele bezwaren van Rutte liet varen zong Wilders

tijdelijk een paar toontjes lager, maar regelmatig wordt zijn Ware Aard

hem te machtig en klinken weer de meest valse tonen.

[1.09]

Zijn discipelen delen zijn extreme gedachtegoed en zijn daarin soms nog fanatieker.

Wilders is Wilders en dat zal nooit veranderen en ik denk dat dat een

van de weinige dingen is waar hij en ik het hardstikke over eens zijn.

Ik zeg het nog maar eens duidelijk tegen VVD en NSC:

”U rijdt een Trojaans Paard onze democratische rechtsstaat in”

[1.30]

Het is van het grootste belang, dat er in het parlement brede consensus

is dat we onze democratische rechtsstaat en fundamentele Grondrechten

beschermen.

Het Hoofdlijnenakkoord is hier duidelijk mee in strijd.

Aanvankelijk was de rechtsstaatsverklaring voor NSC nog onvoldoende om

regeren met de PVV mogelijk te maken.

Onlangs zag ik dat de heer Ontzigt diezelfde Verklaring gebruikte om

eerdere uitspraken van de ministers Klever en Faber wit te wassen, terwijl

beiden andere woorden kiezen, maar er dezelfde denkbeelden op

blijven nahouden.

[2.02]

Ik geloof, dat de minister-president en de meeste van zijn collega’s kiezen

voor dit ambt vanuit de ambitie het goede te doen.

Ik geloof de woorden, die de minister-president daarover sprak zonder

enige reserve.

Ik wens ze daarbij ook veel moed toe en veel wijsheid.

Maar ik vrees, dat zij onderschatten waaraan ze gaan meewerken.

Voor het eerst neemt een partij met extreem-rechse ideeen plaats in

Vak K.

Daar zitten mensen, die racistische complottheorieen propageren, journalisten,

rechters en wetenschappers aanvallen, ook mensen, die volksvertegenwoordiger zijn aanvallen en dan over moslims en vluchtelingen

zeggen, ze ontmenselijken door te zeggen en verdacht te maken door te

zeggen dat ze parasiteren en ziektes verspreiden, een beeld, dat in de duisterste jaren van de Europese geschiedenis ook op Joden werd

geplakt.

Nooit, nooit, mag dit gedachtegoed worden genormaliseerd, laat staan tot

norm gemaakt.

Ik hoor graag van de minister president waarom hij heeft ingestemd

met de voordracht van deze bewindspersonen of hij uberhaupt daarmee

kon instemmen, ben ik ook benieuwd naar.

We kunnen onze open democratische samenleving alleen beschermen

als we ons niet onverschillig tonen en ons uitspreken.

Maar het bleef stil.

NSC en VVD sloegen vragen van zich af met een rechtsstaatsverklaring,

die aan betekenis verliest bij elke misdraging waarover ze zwijgen of

ze schuilden onder de dekmantel van het extraparlementair programkabinet .

Ze verbergen niet eens meer, dat hier een ouderwets coalitiekabinet zit

met nauwelijks mensen van buiten, aangestuurd door de partijleiders.

Nieuw is, dat bewindspersonen geen verantwoording meer afleggen

over opvattingen en uitspraken uit het verleden.

Fortuyn zei ooit:

”Ik zeg wat ik denk en ik doe wat ik zeg”

Zij, die zich beroepen op zijn erfenis zetten een masker van fatsoen op

en beloven niet te zeggen wat ze echt denken en krijgen daarmee absolutie

van VVD en NSC.

[4.07]

[Kamervoorzitter Bosma]:

”Een vraag van de heer Wilders”

[Wilders, PVV]:

4.11

Ja voorzitter.

”Hoe haalt de heer Timmermans het in zijn hoofd, hoe

haalt hij het in zijn hoofd, waar haalt hij het lef vandaan

om onze mensen tot racist te bestempelen?

Dat is nogal wat wat u zegt.

En daar klopt helemaal niets van.

U heeft het over de omvolking en de omvolkingstheorieen

inderdaad, waar wij die term, sommigen van ons, dat hebben

gebruikt, hebben wij in een verklaring gezegd ”dat hadden we niet

moeten doen, daar bedoelen we helemaal geen omvolkingstheorie mee

zoals die tijdens het nazisme is gebezigd”, gezegd is ”dat hadden we niet

moeten gebruiken dat woord en dat zullen we ook niet meer gebruiken, we nemen afstand van alles wat daarmee te maken heeft” hebben we ook gezegd.

We hebben gezegd: ”we maken ons zorgen zoals miljoenen Nederlanders”-Daarom hebben we de verkiezingen gewonnen-”over de invloed van asiel, migratie en demografie”ga, loop door de grote steden en je ziet waar we het

over hebben-en dat is legitiem.

En hoe durft u, hoe durft u, nadat onze kandidaat bewindslieden en ikzelf,

inmiddels bewindslieden, daar afstand hebben van hebben genomen, toch

door te gaan met het kwalijke frame, dat wij racisten zouden zijn.

Dat hoort u niet te doen.

Dat mag u niet doen.

Want u beschadigt die mensen daarmee.

Wilt u dat zich realiseren.

5.37

[Timmermans, GL-PvdA]:

5.39

”Laat ik een paar citaten aan u voorleggen:

Ehm, in aanloop naar de Provinciale Staten Verkiezingen vorig

jaar zei minister Faber over sprak minister Faber over hordes

parasiterende gelukszoekers eh minister Fe eh Klever eh, die zei,

dat asielzoekers TBC, hepatitis, polio, cholera, typhus en andere

exotische ziektes met zich eh meebrengen.

U heeft zelf eind april nog bij cpec in Hongarije gezegd, dat het beleid

van open grenzen leidt tot verdunning van onze joods-christelijke en

humanistische beschaving.

Er is ook gezegd eh door mevrouw Faber, ”We moeten niet de

Nederlandse bevolking gaan inwisselen voor een islamitische bevolking”

Ook zei ze:

”Er wordt een agenda uitgerold van antisemitisme, terrorisme en omvolking.

Dit alles onderstreept wat ik heb gezegd en ik hanteer daarbij

het begrip racisme.

En u kunt zeggen wat u wil, daar blijf ik aan vasthouden, u kunt daar

staan gillen wat u wil, ik vind dit racisme en dat zal ik blijven onderstrepen

[Geroffel van de GL PvdA banken]

[6.45]

[Wilders, PVV]:

[6.49]

”Voorzitter ik gil niet, ik spreek u aan op uw eigen woorden.

En wat u net allemaal heeft gezegd is allemaal ook voor een deel

tijdens de hoorzittingen met de bewindspersonen, toen ze nog kandidaat waren,

toegelicht, in een context geplaatst.

Voorbeelden, die u net noemt, zoals mevrouw Klever, die het had over

de ziektes die u noemt en de corona die toen speelde.

Ik ga dat niet allemaal herhalen.

Maar wat heel kwalijk is dat als u en uw partij onze mensen op iets

aanspreekt en wij zeggen ”dat hadden wij zo niet moeten doen”

”En we bedoelden die context niet” ”En we zullen dat, met onze grote zorgen over de effecten op Nederland-Nogmaals wat door miljoenen mensen wordt

gedeeld-over de invloed van immigratie en asiel-

Daar zullen we het over hebben en niet meer over die verschrikkelijke theorie ..

Niemand, geen een PVV’er in de Tweede Kamer, in het kabinet, in Nederland

heeft iets met racistische nazi theorieen-

Wij zijn hier de grootste Vriend in dit Huis zo ongeveer van het Joodse

Volk en de Staat Israel [7.53]

Hoe durft u ons dat in onze schoenen te schuiven.

Maar het ergste is nog voorzitter:

Op het moment, dat wij daar iets over hebben gezegd, dat u om politieke

reden, puur en alleen om politieke reden, het mes op Tafel houdt en tegen

die mensen zegt: ”Je deugt niet”

En daarmee doet u die mensen onrecht, daarmee maakt u

die gezinnen kapot, u maakt die mensen helemaal kapot.

Want u zegt gewoon:

”Er zijn hier halve nazi’s in de Zaal”

”Er zijn hier racisten in de Zaal”

Dat zegt u.

En als u dan een vent bent, dan dient u nu meteen

moties van wantrouwen in en dan gaan we daar nu over stemmen

voorzitter.

Want ik kan dat niet boven de Kamer, boven de Tafel laten hangen.

U noemt niemand van ons zo, of u gaat nu daar politieke

consequenties aan verbinden.

En ik zeg u, dat u dat doet, terwijl mensen dat hebben

teruggenomen, hebben gezegd ”dat zullen wij niet meer gebruiken”

betekent dat u een politicus bent, die de knip voor de neus niet waard is.

En ik neem het met trots op voor onze bewindslieden”

[8.53]

[Geroffel uit PVV banken]

[Timmermans, GL-PvdA]:

[8.54]

”Dat is duidelijk….

[Geroffel uit PVV banken gaat door]

…..

….

[8.57]

”Dat is duidelijk”

[nog even Geroffel uit PVV banken]

‘[8.58]

Eh, maar de citaten zijn duidelijk.

Ze hebben ook niet gezegd ”We hebben spijt van wat we hebben gezegd”,

eh we, ze hebben gezegd ”we gaan andere woorden gebruiken”

Mevrouw Faber heeft een andere formule gevonden om in wezen hetzelfde te

zeggen en dat het niet zo heel erg veranderd is bleek gisteren al meteen eh bij

de eerste interviews die gegeven werden.

Als je dan ziet hoe mevrouw Faber badinerend spreekt over mensen,

die een hoofddoek dragen alsof ze dat moeten doen voor de regen.

Of als je ziet hoe mevrouw Klever nog steeds Blackface verdedigt eh

Sinterklaas verdedigt dan is er dus niks veranderd in dat opzicht.

En u moet toch met mij eens zijn, dat Blackface een puur racistische

benadering is van mensen met een andere kleur.

Dat valt niet te ontkennen.

En dan kunt u nog 10 keer interumperen, nog 10 keer volop het orgel gaan, ik

hou vast aan mijn kwalificaties die gebaseerd zijn op de citaten, citaten waarvan

de mensen zeggen ”dat zullen we niet meer zeggen”, maar ze hebben niet gezegd ”We hadden dat nooit moeten zeggen, we moeten er afstand van

nemen en u en een aardig aantal van uw collega’s heeft jarenlang de omvolkingstheorie verspreid eh en dan kunt u niet aankomen nu nadat u dat

jarenlang hebt gedaan door te zeggen ”Ja ’t was eigenlijk een vergissinkje,

we begrepen niet zo goed wat het was, we zullen het niet meer doen”

Wees dan ook een vent en hou vast aan wat je altijd hebt gezegd.

U spreekt mij terecht aan op wat ik in het verleden heb gezegd, maar

uw ministers mogen niet meer worden aangesproken op wat zij in het

verleden hebben gezegd.

Een mens is ook wat hij en zij gedaan en gezegd heeft in het verleden,

daar kan je niet zomaar afstand van nemen.

Tenzij je natuurlijk daarvoor excuses aanbiedt en dat is niet gebeurd.

[10.33]

[Geroffel van de GL PvdA banken]

[Kamervoorzitter Bosma]:

Afrondend:

[Wilders, PVV]:

[10.38]

Is Zwarte Piet nou echt het beste waar u mee kan komen?

Is het nou echt het beste dat u ons racisme verwijt door te verwijzen naar

wat u noemt Black Face, Zwarte Piet, die bij Sinterklaas hoort eh, daar mag je

van mening over verschillen…wij vinden dat dat nog steeds Zwarte Piet moet zijn…nou, er zijn heel veel mensen in Nederland die dat met ons eens

zijn en er zijn heel veel mensen, die dat met ons oneens zijn, volgens

mij mag dat gewoon in een land.

Volgens mij heeft dat niets met racisme te maken.

Als u dat als voorbeeld noemt om ons in een racistische hoek te duwen,

dan duwt u half Nederland in een racistische hoek en ik zeg u nog een keer,

via de voorzitter, meneer Timmermans:

U moet ermee ophouden, want iedere keer als u dat zegt, ja, dan sta ik hier

om het op te nemen voor die PVV kiezer, voor die PVV bewindspersoon, inmiddels dienaar van de Kroon en voor die PVV Kamerleden.

Wij zijn geen racisten

We hebben niets met nazi theorieen.

Helemaal niets.

Dat hebben we honderd keer gezegd.

En als u dat blijft herhalen, terwijl onze zorg voor die gewone

Nederlander, die zijn wijk ziet veranderen en verpauperen, inderdaad

ook door de toekomende immigratie ja!

In heel Europa zie je dat gebeuren.

Daarom winnen partijen als mij de verkiezingen.

Omdat u de andere kant op kijkt en dat wij wat over dat wij daar wat over zeggen.

En als u dat in de racistische hoek duwt, dan duwt u half Nederland

in de racistische hoek en degene, die dan niet deugt, die dan onder

de gordel is, die dan vuile, vieze politiek speelt, ben niet ik, maar bent u.

[Geroffel uit PVV banken]

[12.08]

[Timmermans, GL-PvdA]:

[12.13]

Ik kon in deze Philippica geen vraag ontwaren, maar eh, laat ik herhalen,

dat ik sta voor de woorden, die ik heb gesproken, dat ik me zeker niet

eh, via het gebrul, via de interruptiemicrofoon eh, laat vertellen wat ik wel

en niet eh mag zeggen eh, het zou goed zijn geweest als u maandag

de moeite had genomen naar Amsterdam te komen bij de Keti Koti Herdenking.

Dan had u gehoord hoe hard Black Face,,,,,,,[12.39]

[Timmermans stopt even en kijkt in de richting van de PVV banken] 

[Timmermans vervolgt]:

[12.40]

”Er wordt gelachen in uw rangen over Keti Koti, dat zegt al genoeg.

Dat zegt al genoeg [12.45]

En ik ben zo blij, dat minister-president Rutte, dat ons Staatshoofd, zich zo nadrukkelijk heeft uitgesproken over onze collectieve verantwoordelijkheid

voor wat echt racisme is en dat we daar afstand van gaan nemen, dat we nog

heel veel moeten leren.

[13.00]

Ik heb zelf ook moeten leren, toen was ik allang volwassen, dat Sinter,

dat Zwarte Piet voor sommige mensen heel diep krenkend en beledigend is,

wist ik ook niet.

[13.09]

Maar op het moment, dat je het weet, dan draag je de verantwoordelijkheid

ook voor de gevoelens van andere Nederlanders, die daardoor gekrenkt worden.

En vanaf dat moment is het belangrijk, dat je ook zegt ”Okay, Zwarte Piet,

dat hadden we, daar moeten we nu afscheid van nemen, dat past niet bij 

het moderne Nederland, dat past niet bij de gevoeligheden in de samenleving.

[13.31]

En als je dat weigert te doen, dan doet u precies wat u altijd doet:

Bewust mensen krenken, bewust mensen pijn doen.

Bewust mensen in een hoek zetten.

En dat, daar kan Nederland niet mee vooruit.

Dan kunt u nog honderdduizend keer uw bewindslieden verdedigen,

dat is uw goed recht, ik begrijp dat ook wel, u deelt hun denkbeelden,

maar ik neem fors afstand van die denkbeelden .

[13.55]

Voorzitter:[Timmermans nog even tussendoor]Onderschat trouwens ook niet het risico eh dat je neemt door eh, mensendie enorm eh bewonderaar van Poetin zijn tot de Treve Zaal [1] toe te laten,dat is Russische Roulette spelen met onze Nationale Veiligheid.”[14.13]Sinds gisteren heeft Nederland dus een door Radicaal Rechts gedomineerdkabinet, een Unicum in de Nederlandse parlementaire geschiedenisen wij zullen hier in de Kamer en in samenwerking met het brede maatschappelijke middenveld niets nalaten om ervoor te zorgen, dat heteen kortstondig unicum blijft.[14.29]GroenLinks Partij van de Arbeid zal de naargeestige Afrekenpolitiek bestrijden.Ja, het zal gebeuren dat wij wetsvoorstellen steunen, die de solidariteit in ons land vergroten.Maar verwacht van ons niet, dat wij dit PVV kabinet in het zadelzullen houden als de coalitie verdeeld is over fundamentele vraagstukken.

Dit kabinet kan niet rekenen op het vertrouwen van mijn fractie, omdat wij

van oordeel zijn, dat radicaal rechts een  bedreiging vormt voor de rechtsstaat,

omdat wij van oordeel zijn, dat de coalitiepartijen een valse voorstelling

van zaken geven over de ware aard van dit meerderheidskabinet.

Omdat wij vinden, dat het hoofdlijnenakkoord geen duurzame oplossingen

biedt voor de problemen van onze burgers en de belangen van

aandeelhouders boven die van werkende mensen plaatst.

Omdat er bewindslieden zijn, die over vele jaren blijk hebben gegeven

van opvattingen, die in fundamentele tegenspraak zijn met de Letter

en de Geest van onze Grondwet en daarvoor geen excuses hebben aangeboden noch daar anders dan in woordgebruik afstand van hebben

genomen.

[15.25]

Dit laatste achten wij de meest ernstige schending van het vertrouwen

tussen Kamer en kabinet.

En daarom zullen wij ook in tweede termijn een motie van wantrouwen

indienen tegen de ministers Klever en Faber.

Dank u wel voorzitter.

[15.38]

[Geroffel van de GL PvdA banken]

[15.44]

[Kamervoorzitter Bosma]:

”Een vraag van de heer Eerdmans]

[Eerdmans,JA21]:

[15.45]:

”Voorzitter, het laatste vind ik opmerkelijk.

Want als u geen vertrouwen heeft in het hele kabinet, waarom

stuurt u het hele kabinet dan niet naar huis?”

[15.51]

[Timmermans, GL-PvdA]:

[15.52]:

Eh, voor mij is het heel belangrijk, dat we eh als Kamer en ieder individueel

Kamerlid ons uitspreken over de positie van twee ministers met eh eh de opvattingen, die ze steeds hebben geuit en waar ze niet echt afstand van

hebben genomen en waar ze geen excuses voor hebben

afgesproken [?]

Ik kan doen wat de heer Wilders traditioneel deed, een motie van wantrouwen 

tegen het hele kabinet indienen met het gevolg dat ie toch echt zal worden

verworpen.

Ik denk, dat als kamerleden wordt gevraagd te stemmen op een motie van

wantrouwen tegen twee ministers en ze laten hun geweten spreken, dat er

best eens een meerderheid in deze Tweede Kamer zou kunnen zijn,

die zo’n motie zou kunnen dragen.

[16.34]

[Eerdmans,JA21]:

[16.36]

”Voorzitter, ik denk het niet ehh

Maar goed, we gaan dat, we zullen dat morgen zien ehm, ik heb

er [?] nog een vraag over geweten eh, Amsterdam kent een

wethouder van uw partij, van de partij van de heer Timmermans en die

heeft al gezegd ze, ja, dat beleid van dit kabinet ga ik niet uitvoeren.

Een Groenlinks PvdA wethouder die zegt ”ik neem de telefoon niet op

als hij gaat” en later is hij er iets van teruggekomen een beetje teruggekrabbeld

eh, maar is het niet funest eh voor ons bestuur, voor het gezag als wij

eh wethouders krijgen, bestuurders ja, die ondermijnend tewerk gaan,

die gewoon zeggen ”we gaan het beleid ook al [?] wordt dat hier democratisch

vastgesteld, vastgelegd, niet uitvoeren.

[Timmermans, GL-PvdA]:

[17.14]

”Wat eh het College van Burgemeesters en Wethouders in Amsterdam gaat doen is met man en macht zorgen voor opvang voor asielzoekers die

nergens terecht kunnen.

Wat zij gaan doen is alles doen om te voorkomen, dat die onzalige

intrekking van de spreidingswet tot negatieve gevolgen leidt in

Ter Apel en in Budel waar men nu het al niet kan dragen.

Wat zij er voor, wat zij gaan doen is ervoor te zorgen, dat de consequenties 

het beleid van deze coalitie, die hele grote gevolgen heeft voor ehm de gemeentefinancien, dat ze die zelf opvangen.

Dus zij gaan gewoon voor hun burgers staan en voor hun burgers zorgen.

En dat ze daarbij ook zeggen ”wij gaan proberen dat beleid, dat gericht is op eh zeg maar het, het eh in een kwaad daglicht eh stellen van asielzoekers.Daar gaan wij niet aan meewerken.Daar heb ik respect voor.Maar uiteindelijk is het natuurlijk wel zo, dat ook wethouders gehouden zijnaan aan de wet en ik heb hem niet horen zeggen dat hij zich niet aan de wetzou houden en ik vertrouw erop, dat ook het College van burgemeestes enwethouders in Amsterdam waar ik toevallig heel erg trots op ben, omwat ze voor de stad eh doen, dat dat College het juiste zal doen.Een zichook aan de wet zal houden.

[Eerdmans,JA21]

[18.26]

”Voorzitter, de wereld zou toch te klein zijn, als minister Faber zou zeggen: ”ik ga 

gewoon niet meer bellen met GroenLinks PvdA wethouders in het land”

Dan zou de wereld…..dan zou u ontploffen!

Eh Voor zover mogelijk 

En dan denk ik ”Werkweigeraars eh mensen die eh het bestuur van Nederland

eigenlijk ondermijnen, die zeggen ”We zijn recalcitrant, we zetten onze eigen

principes voorop” die recalcitranteeh  bestuurders van PvdAGroenLinks 

In hoeverre eh kunt u garanderen, dat zij niet gewoon spaken in de wielen

gaan steken en ik vind dat niet legitiem, bij vastgesteld

democratisch beleid.

Dus hoe gaat u ermee om.

Hoe communiceert u met deze mensen in het land, die op die manier voor

frustratie kunnen zorgen bij de …het totale electoraat.

[19.08]

[Timmermans, GL-PvdA]:

[19.09]

Ehm, zoals u zelf al heeft gezegd, heeft de wethouder ondertussen ook

gezegd. dat hij de telefoon wel op zal nemen, dus daarmee is denk ik dat probleem eh 

zoals u het schetst eh uit de wereld.

Ik heb echt bewondering voor wethouders, ongeacht hun politieke kleur

en ongeacht in welkegemeente of welke stad zij verantwoordelijkheid dragen,

die proberen de negatieve effecten van eh het kabinetsbeleid binnen het

domein dat onder hun verantwoordelijkheid valt te mitigeren, te verzachten, een

andere richting te duwen.

Dat is ook zoals zij hun democratisch mandaat interpreteren

en daar heb ik geen enkel probleem mee [19.45]

Maar, als u die duidelijkheid van mij wil:

Iedereen, ook de wethouders, die moet zich aan de wet houden [19.51]

Dat is duidelijk.

[19.52]

[Kamervoorzitter Bosma]:

”Dank u wel”

Een vraag nog van mevrouw van der Plas”

”Sorry”

[Caroline van der Plas, BBB}:

[20.00]

”Dank u eh [heer?] voorzitter.”

Ja, de heer Timmermans eh heeft hier eh grote woorden over hoe mensen

zich sel en niet eh zouden moeten eh gedragen en dat mag,

daar mogen we fundamenteel eh over van mening eh verschillen ehm

Maar ik hoor de heer Timmermans eh eigenlijk ook wel hetzelfde doen he,

wat eh voor de een allemaal heel slecht is dat mag de heer Timmermans wel

voor een ander doen en dat is eigenlijk dat ik in zijn betoog hoorde, dat hij eigenlijk

he, niet letterlijk, maar toch wel eigenlijk impliceerde, dat onze boeren mensen ziek

maken.

De heer Timmermans die eh had het over landbouwbedrijven die eh of bedrijven

die landbouwgif verkopen eh, gif is dodelijk in een bepaalde dosis eh en eh en

de heer Timmermans had het over glyfosaat dat mensen ziek maakt…..

[Timmermans, GL-PvdA, ertussen door ”kan maken….”[20.51-2052] en glyfosiet, glyfosaat

is een middel waar zorgen over zijn en daar hebben we ook debatten over eh maar om hier te

stellen ehm, dat het mensen ziek maakt, terwijl de..causaal verband, de rela….de rechtstreekse relatie tussen glyfosaat en Parkinson, we hebben veel contact zelf ook met

Bas Bloem [2] daarover [21.10]….[Timmermans, GL-PvdA, ertussen door: ”ja”….

Die zegt zelf: ”die relatie is nog niet aangetoond”

[21.15] En hoe kan het dan, dat de heer Timmermans wel andere mensen

de maat neemt, maar als het over boeren gaat, dan mag [hier?]….eigenlijk rustig gesteld worden, dat het gifspuiters zijn he, om het zo maar eventjes eh te chargeren, zoals de

heer Timmermans zelf ook doet eh met andere onderwerpen

[21.33]

Hoe kan het dan, dat dat dan wel kan, maar ehm het het feit dat de boeren op die

manier worden benaderd en als gifspuiters worden neergezet, landbouwbedrijven of

bedrijven, die landbouwgif verkopen, alsof ze met iets crimineels bezig zijn.

[21.48]:

Hoe kijkt de heer Timmermans daar dan tegenaan?

Want er zijn heel veel boeren hier in Nederland en tuinders, die aan de strengste 

wet en regelgeving te maken hebben, die dat op een hele goede manier doen, die

ook contact hebben met neurologen zoals Bas Bloem eh die is daar zelf mee in gesprek 

en die zorgen voor gezond, veilig, duurzaam en betaalbaar voedsel in Nederland.

[22.08]

[Timmermans, GL-PvdA]:

[22.09]

”Ja, maar u moet mij geen woorden in de mond leggen.

Eh, u legt verbanden die ik in mijn eh inleiding niet heb gelegd, u

citeert mij verkeerd.

[22.18]

Ik heb gezegd ”glyfosaat kan mensen ziek maken” en dat is precies

wat de wetenschappelijke stand van zaken is.

Ik heb me met dit onderwerp in een vorig Bestaan uitvoerig eh eh bezig

moeten houden en ik heb dat pleit toen verloren binnen de Europese Commissie

Maar dit is inderdaad een discussie, die nog niet is afgerond .

[22.36]

En bovendien, de boeren, die ik ken, die willen het liefst zo snel mogelijk af van 

zoveel landbouwgif, die willen het liefst verduurzamen, die willen het liefst investeren

in een duurzame landbouw, die willen ook aan de toekomst werken van hun bedrijf en

van hun kinderen.

En wat u doet, ook door te accepteren, dat vijftien miljard van wat er klaarstond om

die boeren te helpen in de traditie, in de transitie is geschrapt…

Wat u doet: u sluit ze op in een vorm van landbouw, die echt geen langere toekomst

heeft en daar doet u de boeren geen plezier mee [23.10]

Wel Bayer en anderen, die die middelen verkopen eh wel ook de handelaren in, in

Castle [?], noem ze allemaal maar op.

[23.18] Maar de boer om wie het zou moeten gaan, onderdeel van onze samenleving,

essentieel onderdeel van onze samenleving biedt u zo geen perspectief anders dan

dat u zegt ”alles blijft bij hetzelfde” en dat vind ik valse hoop.

[23.30]

[Caroline van der Plas, BBB]:

[23.33]

”Nou ten eerste sta ik hier niet eh eh in dienst van eh bedrijven eh mocht u dat eh

willen impliceren……

[23.39] .[Timmermans, GL-PvdA, ertussen door: ”Ook dat heb ik niet gezegd

mevrouw van der Plas [23.41]

[Caroline van der Plas, BBB}:

[23.42]

”Voorzitter, ik zou graag het woord willen houden

Ehm, overigens, dezelfde Bayer maakt ook uw paracetamolletje he, die u ’s avonds inneemt

als u [Timmermans, GL-PvdA, ertussen door:, ja”] heeft van dit debat [Timmermans, GL-PvdA, ertussen door:, ja”] 

[23.52]

[Caroline van der Plas, BBB, gaat door}:

”Dus ehm, ik zou maar gauw stoppen met eh iets kopen bij Bayer want dan ondersteunt

u eh de Big Pharma

Eh, nee waar het om gaat en hier wordt het eigenlijk weer eh een beetje zo gezegd:

”Ehm, ja eh he de boeren eh, die ik ken” he’, alsof er dan een soort van aparte

groep boeren bestaat eh de boeren die ik ken en dat zijn er meer dan u eh zeg

ik [24.16 [Timmermans, GL-PvdA, mompelt ertussen door] via de voorzitter eh meneer Timmermans en dat zijn ook biologische boeren, dat zijn kringloopboeren, zijn natuurboeren,

zijn gangbare boeren bij, die maken hier voor niet alleen voor ons, maar voor een groot

deel van Europa en een deel van de wereld goed, veilig, betaalbaar en duurzaam voedsel

en dat is onder strenge regelgeving, die hier de laatste jaren is gekomen.

[24.35]Het feit dat de gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt, heeft ervoor gezorgd, dat Noord-West Europa eh sinds de komst van gewasbeschermingsmiddelennooit meer een hongersnood heeft gehad

[Kamervoorzitter Bosma]:

[24.46]

”Gaat u naar een vraag?”

[Caroline van der Plas, BBB, vervolgt}:

[24.47]

Ja, ik wil eigenlijk van de heer Timmermans nog steeds weten waarom praat u in

deze bewoordingen van ”Oh er is een groep, er zijn goede boeren en eer zijn slechte boeren”

Wat doet dat met de mensen, die nu thuis aan tafel zitten te kijken en denken ”ik hoor niet

bij de club van meneer Timmermans en de club van GroenLinksPvdA, ik ben dus een slechte boer”

Wilt u dat terugnemen? [25.08]

[Timmermans, GL-PvdA]:

[25.08]

”Voorzitter:

Als mevrouw van der Plas haar rol als fractievoorzitter duurzaam serieus wil

nemen, als ze ook echt met ons in debat wil, dan moet ze ophouden met

voortdurend de woorden te verdraaien die mensen gebruiken, voortdurend valse beelden

op te roepen.

[25.22] Ik heb allemaal niet gezegd wat zij beweert, dat ik gezegd heb.

[25.26]

Maar ik zeg u wel een ding:

Door veel te veel gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, door veel te veel

mest die in eh de natuur komt, hebben we nu het slechtste water, oppervlaktewater 

van heel Europa [25.38]

En als we daar niets aan doen, dan krijgen we grote problemen met ons

drinkwater eh voorziening.

We kunnen ons niet permitteren dat we net doen alsof er niks aan de hand is.

En de boeren moeten we daar in meenemen.

Perspectief bieden.

Ze helpen in omschakeling.

En daarom is het zo tragisch dat u hebt ingestemd met het schrappen van

die 15 miljard die klaarstonden om boeren te helpen in die transitie

[26.03]

[Geroffel van de GL PvdA banken]

[26.03-26.08]

[Kamervoorzitter Bosma]:

[26.08]

”Afrondend”

Caroline van der Plas, BBB}:

[26.11]

Ja, kijk eh, die 15 miljard dat is wel populair dat is al debunked [?] door

eh onze minister van eh eh LVVN [3] waar u ook eh ongetwijfeld

meer van zal horen en ehm….

Maar de onzin, die ik hier ook weer hoor bij de heer Timmermans ….

Nee, dat er teveel mest in de …..de natuur komt…

Teveel mest in de natuur?

Lozen boeren dan gewoon mest in sloten?

Is dat wat de heer Timmermans bedoelt? [26.35]De enige [26.36 Gelach breekt los, waaronder gelach van deheer Timmermans]….[

Caroline van der Plas, BBB, gaat verder]:

[26.37]

”Voorzitter, ik zou graag …eh…..”

”Weet je, die die hoek [Caroline van der Plas wijst in een richting] die 

heeft gewoon helemaal geen verstand van de hele materie, dus die laat ik

maar even links van mij liggen, zal ik maar even zeggen.

Mest in de natuur, weet u voorzitter wie eh mest in de natuur brengt?

Dat zijn eh dus echt letterlijk de natuur bemest natuurgebieden, omdat

die compleet aan het verschralen zijn eh op sommige plekken, eh kunt

u opzoeken ehm dat is Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer.[27.08]

[Timmermans, GL-PvdA, kijkt richting Caroline van der Plas alsof hij

zijn lachen niet kan inhouden]….[Caroline van der Plas, BBB, vervolgt]

”Want die …weet je, iets wat groeit heeft voeding nodig.

Iedereen met een moestuin snapt, dat niet iets op zonlicht en water alleen

kan groeien he, dat je daar ook voedingsstof voor nodig hebt.

[27.19]

[Kamervoorzitter Bosma]:

”Gaat u uw gang”

[Timmermans, GL-PvdA]:
[27.20]”Voorzitter, ik ik raad mevrouw van der Plas om gewoon zich eens evenop de hoogte te stellen van de waterkwaliteit in Nederland en dan te kijkenwaarom die waterkwaliteit zo slecht is en dat heeft alles met nitraat te makenen nitraat komt in eh de natuur via onder andere mest.”[27.38]

[Kamervoorzitter Bosma]:

”Heel goed. Dank u wel.

Dan zijn we er helemaal bij.

Dan gaan we nu luisteren naar de heer Wilders van de fractie

van de Partij voor de Vrijheid”’

EINDE YOUTUBE FILMPJE

NOOT 1

[1]

” De Trêveszaal is een historische vergaderzaal uit 1697 op het Binnenhof in Den Haag en maakt deel uit van de gebouwen van het ministerie van Algemene Zaken. Sinds 1977 is het de vaste vergaderzaal van de Nederlandse ministerraad. De Trêveszaal en de ernaast gelegen Statenzaal worden ook gebruikt voor officiële ontvangsten van de minister-president en de ministerraad. ”

WIKIPEDIA

TREVESZAAL

https://nl.wikipedia.org/wiki/Tr%C3%AAveszaal

NOOT 2

[2]

NIEUWE OOGST

NEUROLOOG BAS BLOEM OVER GLYFOSAAT: ”GEEN REDEN VOOR

PANIEKVOETBAL”

17 FEBRUARI 2024

https://www.nieuweoogst.nl/nieuws/2024/02/17/neuroloog-bas-bloem-over-glyfosaat-geen-reden-voor-paniekvoetbal

Over de verlenging van de toelating van glyfosaat zegt neuroloog Bas Bloem dat er geen reden is voor paniek voor de volksgezondheid. Wel pleit hij voor inzet op betere studies over neurotox voor de beoordeling van gewasbeschermingsmiddelen en om daarbij ook het cocktaileffect van gestapelde werkzame stoffen mee te nemen.

Volgens Bloem is er geen sluitend bewijs dat glyfosaat een van de oorzaken is van de ziekte van Parkinson. Zorg is er wel over het omstreden middel, ook in relatie tot de effecten op andere ziekten, zegt de hoogleraar neurologische bewegingsstoornissen die is verbonden aan het aan het Radboudumc in Nijmegen. ‘Maar van paniekvoetbal hoeft geen sprake te zijn en een direct verbod is niet nodig. Pas als na een betere beoordeling blijkt dat de risico’s van het gebruik van glyfosaat toch te groot zijn, dan kan alsnog de toelating worden ingetrokken.’

Bloem sprak deze week via een onlineverbinding op het symposium van het project ‘Sprint’ bij RUG Campus Fryslân in Leeuwarden. Binnen dit project wordt in tien Europese landen gekeken naar de verspreiding van gewasbeschermingsmiddelen in mens, dier en milieu. Op het symposium werden de Nederlandse resultaten gepresenteerd. Daaruit blijkt in het algemeen dat in Nederland net als in de andere landen veel restanten van verschillende gewasbeschermingsmiddelen in het milieu en ook in het menselijk lichaam worden gevonden.

Nieuwe patiënten

Bloem was gevraagd om vanuit zijn expertise dieper in te gaan op de relatie tussen de ziekte van Parkinson en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De hoogleraar wijst erop dat parkinson wereldwijd de snelst groeiende hersenziekte. Dat geldt ook voor Nederland. De laatste twintig jaar is het aantal patiënten met deze ziekte met 30 procent toegenomen. Volgens de neuroloog komt dat in Nederland niet zozeer doordat er veel nieuwe patiënten bij komen, maar vooral omdat bestaande patiënten langer in leven blijven door betere behandelingen en betere medische zorg.

‘Nederland doet het wat dat betreft beter dan bijvoorbeeld China of de Verenigde Staten. In die landen is het aantal nieuwe gevallen van parkinson veel groter. Waarschijnlijk heeft dat te maken met meer blootstelling aan de stoffen die de ziekte kunnen veroorzaken’, verklaart Bloem.

Een bewijs voor de impact van langere blootstelling is volgens de neuroloog het feit dat parkinson bij mensen op hogere leeftijd meer voorkomt en ook meer bij mannen dan bij vrouwen. ‘De kans dat mannen meer in contact komen met risicovolle stoffen, is waarschijnlijk groter’, zegt de neuroloog.

Paraquat is een voorbeeld van een gewasbeschermingsmiddel waarvan volgens Bloem al eerder is aangetoond dat er een verband is met parkinson. Hij zegt dat het goed is dat dergelijke verdachte middelen in Nederland inmiddels zijn verboden. ‘In het toelatingsbeleid worden weliswaar goede stappen gezet, maar toch zou er nog meer focus moeten zijn op neurotoxische eigenschappen bij de beoordeling van middelen.’ De neuroloog stelt dat uitgaande van het voorzorgsbeginsel de bewijslast van middelen die in verband worden gebracht met hersenaandoeningen, meer bij de industrie zou moeten liggen.

Landkaartonderzoek

Overigens verklaart Bloem dat parkinson niet alleen het gevolg is van blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen. Als andere waarschijnlijke oorzaken noemt hij luchtverontreiniging, het gebruik van overige chemische middelen en ook het koppen bij voetballen. Tijdens zijn presentatie spreekt de neuroloog over landkaartonderzoeken in onder meer het Canadese Quebec en Frankrijk waarbij verbanden zijn gevonden tussen het aantal gevallen van parkinson en de concentraties aan giftige stoffen in grondwater.

EINDE

NOOT 3

Minister van LVVN

Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur

Reacties uitgeschakeld voor Fascistenkabinet/The Fight continues!/Frans Timmermans kruist de degens met PVV Fuhrer Wilders en Caroline van der Plas in haar rol als Bliksemafleider

Opgeslagen onder Divers

International Court of Justice/Press Release 19 july 2024/Legal Consequences arising from the Policies and Practices of Israel in the Occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem

home

INTERNATIONAL COURT OF JUSTICE

LEGAL CONSEQUENCES ARISING FROM THE POLITICS AND PRACTICES

OF ISRAEL IN THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORY, INCLUDING EAST

JERUSALEM

https://www.icj-cij.org/sites/default/files/case-related/186/186-20240719-pre-01-00-en.pdf

[SEE FOR THE WHOLE REPORT 

https://www.icj-cij.org/sites/default/files/case-related/186/186-20240719-adv-01-00-en.pdf

]

  INTERNATIONAL COURT OF JUSTICE 

Peace Palace, 

Carnegieplein 2, 

2517 KJ The Hague, 

Netherlands 

Tel.: +31 (0)70 302 2323

 Fax: +31 (0)70 364 9928 

Website X YouTube LinkedIn  

Press Release 

Unofficial  

 No. 2024/57 

July 2024   

Legal Consequences arising from the Policies and Practices of Israel in the Occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem 

The Court gives its Advisory Opinion and responds to the questions posed by the General Assembly 

THE HAGUE, 19 July 2024. 

The International Court of Justice has today given its Advisory Opinion in respect of the Legal Consequences arising from the Policies and Practices of Israel in the Occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem. 

  It is recalled that, on 30 December 2022, the General Assembly of the United Nations adopted resolution A/RES/77/247 in which, referring to Article 65 of the Statute of the Court, it requested the International Court of Justice to give an advisory opinion on the following questions:

(a) 

What are the legal consequences arising from the ongoing violation by Israel of the right of the Palestinian people to self-determination, from its prolonged occupation, settlement and annexation of the Palestinian territory occupied since 1967, including measures aimed at altering the demographic composition, character and status of the Holy City of Jerusalem, and from its adoption of related discriminatory legislation and measures?

  (b) How do the policies and practices of Israel referred to . . . above affect the legal status of the occupation, and what are the legal consequences that arise for all States and the United Nations from this status?”

In its Advisory Opinion, the Court responds to the questions posed by the General Assembly by concluding that: 

 the State of Israel’s continued presence in the Occupied Palestinian Territory is unlawful; 

 the State of Israel is under an obligation to bring to an end its unlawful presence in the Occupied Palestinian Territory as rapidly as possible; 

 the State of Israel is under an obligation to cease immediately all new settlement activities, and to evacuate all settlers from the Occupied Palestinian Territory; 

 the State of Israel has the obligation to make reparation for the damage caused to all the natural or legal persons concerned in the Occupied Palestinian Territory; 

PAGE 2

  – 2 –

  all States are under an obligation not to recognize as legal the situation arising from the unlawful presence of the State of Israel in the Occupied Palestinian Territory and not to render aid or assistance in maintaining the situation created by the continued presence of the State of Israel in the Occupied Palestinian Territory;   

   international organizations, including the United Nations, are under an obligation not to recognize as legal the situation arising from the unlawful presence of the State of Israel in the Occupied Palestinian Territory; and

the United Nations, and especially the General Assembly, which requested the opinion, and the Security Council, should consider the precise modalities and further action required to bring to an end as rapidly as possible the unlawful presence of the State of Israel in the Occupied Palestinian Territory. 

Reasoning of the Court 

After concluding that it has jurisdiction to render the requested opinion and that there are no compelling reasons for it to decline to give an opinion (paras. 22-50), the Court recalls the general context of the case (paras. 51-71) and addresses the scope and meaning of the two questions posed by the General Assembly (paras. 72-83).

  The Court then assesses the conformity of Israel’s policies and practices in the Occupied Palestinian Territory, as identified in question (a), with its obligations under international law. In particular, the Court’s analysis examines, in turn, the questions of the prolonged occupation, Israel’s policy of settlement, the question of the annexation of the Palestinian territory occupied since 1967, and Israel’s adoption of related legislation and measures that are allegedly discriminatory (paras. 103-243).

  With regard to the question of the prolonged occupation of the Occupied Palestinian Territory, which has lasted for more than 57 years (paras. 104-110), the Court observes that, by virtue of its status as an occupying Power, a State assumes a set of powers and duties with respect to the territory over which it exercises effective control. 

The nature and scope of these powers and duties are always premised on the same assumption: that occupation is a temporary situation to respond to military necessity, and it cannot transfer title of sovereignty to the occupying Power.

  In the Court’s view, the fact that an occupation is prolonged does not in itself change its legal status under international humanitarian law.

Although premised on the temporary character of the occupation, the law of occupation does not set temporal limits that would, as such, alter the legal status of the occupation 

Occupation consists of the exercise by a State of effective control in foreign territory.

 In order to be permissible, therefore, such exercise of effective control must at all times be consistent with the rules concerning the prohibition of the threat or use of force, including the prohibition of territorial acquisition resulting from the threat or use of force, as well as with the right to self‑determination. 

Therefore, the fact that an occupation is prolonged may have a bearing on the justification under international law of the occupying Power’s continued presence in the occupied territory.    

  As regards Israel’s settlement policy (paras. 111-156), the Court reaffirms what it stated in its Advisory Opinion on the Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territory of 9 July 2004, that the Israeli settlements in the West Bank and East Jerusalem, and the régime associated with them, have been established and are being maintained in violation of international law. The Court notes with grave concern reports that Israel’s settlement policy has been expanding since the Court’s 2004 Advisory Opinion.

PAGE 3

– 3 – 

As regards the question of the annexation of the Occupied Palestinian Territory (paras. 157-179), it is the view of the Court that to seek to acquire sovereignty over an occupied territory, as shown by the policies and practices adopted by Israel in East Jerusalem and the West Bank, is contrary to the prohibition of the use of force in international relations and its corollary principle of the non-acquisition of territory by force.

  The Court then examines the question of the legal consequences arising from Israel’s adoption of related discriminatory legislation and measures (paras. 180-229).

It concludes that a broad array of legislation adopted and measures taken by Israel in its capacity as an occupying Power treat Palestinians differently on grounds specified by international law. 

The Court notes that this differentiation of treatment cannot be justified with reference to reasonable and objective criteria nor to a legitimate public aim. 

Accordingly, the Court is of the view that the régime of comprehensive restrictions imposed by Israel on Palestinians in the Occupied Palestinian Territory constitutes systemic discrimination based on, inter alia, race, religion or ethnic origin, in violation of Articles 2, paragraph 1, and 26 of the International Covenant on Civil and Political Rights, Article 2, paragraph 2, of the International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights, and Article 2 of the International Convention on the Elimination of All Forms of Racial Discrimination.     

  The Court then turns to the aspect of question (a) that enquires as to the effects of Israel’s policies and practices on the exercise of the Palestinian people’s right to self‑determination (paras. 230-243).

In this regard, the Court is of the view that, as a consequence of Israel’s policies and practices, which span decades, the Palestinian people has been deprived of its right to self‑determination over a long period, and further prolongation of these policies and practices undermines the exercise of this right in the future. 

For these reasons, the Court considers that Israel’s unlawful policies and practices are in breach of Israel’s obligation to respect the right of the Palestinian people to self‑determination. 

Turning to the first part of question (b), the Court examines whether and, if so, how the policies and practices of Israel have affected the legal status of the occupation in light of the relevant rules and principles of international law (paras. 244-264).  

  In this respect, the Court first considers that the first part of question (b) is not whether the policies and practices of Israel affect the legal status of the occupation as such.

Rather, the Court is of the view that the scope of the first part of the second question concerns the manner in which Israel’s policies and practices affect the legal status of the occupation, and thereby the legality of the continued presence of Israel, as an occupying Power, in the Occupied Palestinian Territory. 

This legality is to be determined under the rules and principles of general international law, including those of the Charter of the United Nations.    

  In this context, the Court is of the view that Israel’s assertion of sovereignty and its annexation of certain parts of the territory constitute a violation of the prohibition of the acquisition of territory by force

This violation has a direct impact on the legality of Israel’s continued presence, as an occupying Power, in the Occupied Palestinian Territory. 

The Court considers that Israel is not entitled to sovereignty over or to exercise sovereign powers in any part of the Occupied Palestinian Territory on account of its occupation. 

Nor can Israel’s security concerns override the principle of the prohibition of the acquisition of territory by force.     

  The Court further observes that the effects of Israel’s policies and practices, and its exercise of sovereignty over certain parts of the Occupied Palestinian Territory, constitute an obstruction to the exercise by the Palestinian people of its right to self-determination.

The effects of these policies and practices include Israel’s annexation of parts of the Occupied Palestinian Territory, the fragmentation of this territory, undermining its integrity, the deprivation of the Palestinian people of the enjoyment of the natural resources of the territory and its impairment of the Palestinian people’s right to pursue its economic, social and cultural development. 

PAGE 4   

  – 4 – 

The Court is of the view that the above-described effects of Israel’s policies and practices, resulting, inter alia, in the prolonged deprivation of the Palestinian people of its right to self-determination, constitute a breach of this fundamental right.   

  This breach has a direct impact on the legality of Israel’s presence, as an occupying Power, in the Occupied Palestinian Territory. 

The Court is of the view that occupation cannot be used in such a manner as to leave indefinitely the occupied population in a state of suspension and uncertainty, denying them their right to selfdetermination while integrating parts of their territory into the occupying Power’s own territory  

  In light of the foregoing, the Court turns to the examination of the legality of the continued presence of Israel in the Occupied Palestinian Territory (paras. 259-264).

The Court considers that the violations by Israel of the prohibition of the acquisition of territory by force and of the Palestinian people’s right to self-determination have a direct impact on the legality of the continued presence of Israel, as an occupying Power, in the Occupied Palestinian Territory. 

The sustained abuse by Israel of its position as an occupying Power, through annexation and an assertion of permanent control over the Occupied Palestinian Territory and continued frustration of the right of the Palestinian people to self-determination, violates fundamental principles of international law and renders Israel’s presence in the Occupied Palestinian Territory unlawful. 

This illegality relates to the entirety of the Palestinian territory occupied by Israel in 1967. 

This is the territorial unit across which Israel has imposed policies and practices to fragment and frustrate the ability of the Palestinian people to exercise its right to self‑determination, and over large swathes of which it has extended Israeli sovereignty in violation of international law The entirety of the Occupied Palestinian Territory is also the territory in relation to which the Palestinian people should be able to exercise its right to self-determination, the integrity of which must be respected.     

  * The Court has found that Israel’s policies and practices referred to in question (a) are in breach of international law. 

The maintenance of these policies and practices is an unlawful act of a continuing character entailing Israel’s international responsibility.  

  The Court has also found in reply to the first part of question (b) that the continued presence of Israel in the Occupied Palestinian Territory is illegal

The Court therefore addresses the legal consequences arising from Israel’s policies and practices referred to in question (a) for Israel, together with those arising from the illegality of Israel’s continued presence in the Occupied Palestinian Territory under question (b), for Israel, for other States and for the United Nations (paras. 267-281).   

   President SALAM appends a declaration to the Advisory Opinion of the Court; VicePresident SEBUTINDE appends a dissenting opinion to the Advisory Opinion of the Court; 

Judge TOMKA appends a declaration to the Advisory Opinion of the Court; 

Judges TOMKA, ABRAHAM and AURESCU append a joint opinion to the Advisory Opinion of the Court; 

Judge YUSUF appends a separate opinion to the Advisory Opinion of the Court; 

Judge XUE appends a declaration to the Advisory Opinion of the Court; 

Judges IWASAWA and NOLTE append separate opinions to the Advisory Opinion of the Court; 

Judges NOLTE and CLEVELAND append a joint declaration to the Advisory Opinion of the Court;

 Judges CHARLESWORTH and BRANT append declarations to the   

PAGE 5

  – 5 – 

Advisory Opinion of the Court; Judges GÓMEZ ROBLEDO and CLEVELAND append separate opinions to the Advisory Opinion of the Court; Judge TLADI appends a declaration to the Advisory Opinion of the Court.  

  ___________ 

A full summary of the Advisory Opinion appears in the document entitled “Summary 2024/8”, to which summaries of the declarations and opinions are annexed. This summary and the full text of the Advisory Opinion are available on the case page on the Court’s website.  

  ___________

 Earlier press releases relating to this case are also available on the website.

 ___________ 

Note: The Court’s press releases are prepared by its Registry for information purposes only and do not constitute official documents.   

  The International Court of Justice (ICJ) is the principal judicial organ of the United Nations.

It was established by the United Nations Charter in June 1945 and began its activities in April 1946. 

The Court is composed of 15 judges elected for a nine-year term by the General Assembly and the Security Council of the United Nations. 

The seat of the Court is at the Peace Palace in The Hague (Netherlands). The Court has a twofold role: first, to settle, in accordance with international law, legal disputes submitted to it by States; and, second, to give advisory opinions on legal questions referred to it by duly authorized United Nations organs and agencies of the system.    

  Information Department: 

Ms Monique Legerman, First Secretary of the Court, Head of Department: +31 (0)70 302 2336 

Ms Joanne Moore, Information Officer: +31 (0)70 302 2337 

Email: info@icj-cij.org

Reacties uitgeschakeld voor International Court of Justice/Press Release 19 july 2024/Legal Consequences arising from the Policies and Practices of Israel in the Occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem

Opgeslagen onder Divers

Astrid Essed versus NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 4 juli 2024/”Grootste annexatie op Westoever”

Image result for settlements/Images

BITTEREBIJPRODUCTEN VAN DE ISRAELISCHE BEZETTING:

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN BEZET PALESTIJNS GEBIED

BITTEREBIJPRODUCTEN VAN DE ISRAELISCHE BEZETTING:

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN BEZET PALESTIJNS GEBIED

ASTRID ESSED VERSUS NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 4 JULI/”GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER

De walrus sprak:

De tijd is daar
Om over allerlei te praten”

Een schoen, een schip, een kandelaar,

Of koningen ook liegen

En of de zee soms koken kan

En een biggetje kan vliegen.
Uit het Engels vertaald uit:

 THE WALRUS AND THE CARPENTERLEWIS CARROLL: ALICE IN WONDERLAND

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Walrus_and_the_Carpenter

AAN

NOS Teletekstredactie,

Uw berichtgeving dd 4 juli 2024 ”Grootste annexatie op Westoever”

Geachte Redactie,

U hebt het in de Loop der Tijden kunnen constateren [1].

Van mij komt u niet gemakkelijk af!

Ik volg uw berichtgeving en wanneer het mij goeddunkt,

lever ik daar commentaar op.

Zoals ook nu.

Deze keer richt ik mijn Pijlen op uw berichtgeving dd 4 juli 2024

” ”Grootste annexatie op Westoever” [Zie geheel onderin, boven het notenapparaat] en 

ik moet zeggen:

Ontevreden ben ik niet.

Eindelijk-want zo vaak komt het niet voor, hoewel u recentelijk

wel veel meer uw best doet -[2] eens een bericht, waarbij het

Israelische onrecht jegens de bezette Palestijnse bevolking duidelijk

wordt belicht en dat waardeer ik.

Het behelst uw berichtgeving, gebaseerd op een statement van de

Israelische organisatie Peace  Now over de kolonisering

van de Westelijke Jordaanoever, getiteld ”Approval of 5,295 units

and the establishment of 3 new settlements” [3]

In uw berichtgeving vermeldt u [waarbij u zich baseert op informatie

van de Israelische organisatie Peace Now [4], dat Israel de laatste maanden steeds grotere percelen aan de kolonisten toewijst, waarop nederzettingen 

worden gebouwd.

Verder vermeldt u in uw berichtgeving:

”Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten.

Palestijnen mogen daar niets bezitten.

Op de Westelijke Jordaanoever zijn nu ruim 100 nederzettingen,

waar in totaal ruim 500 000 kolonisten wonen”

TOEEIGENING/VAN WIE?

INTERNATIONAALRECHTELIJKE POSITIE NEDERZETTINGEN

Een Opsteker voor u dus, dat u ten langen leste de moeite neemt,

explicieter het aan de bezette Palestijnen gedane onrecht aan de kaak

te stellen.

Maar wanneer u dat doet, moet u ook wel duidelijk zijn in uw

Berichtgeving:

Zo refereert u aan [ik citeer u]

”Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten”

Prima

Maar toegeeigend VAN WIE?

Dat vermeldt u niet en uw lezers kunnen dat moeilijk raden

Antwoord:

Toegeeigend van de Palestijnen

Of beter gezegd:

ONTeigend,AFgepakt

Zie de Informatie van de Israelische mensenrechtenorganisatie

Btselem onder noot 5!

Erger nog vind ik, dat u-voor de zoveelste keer- niet duidelijk

maakt dat deze nederzettingen illegaal zijn volgens het Internationaal

Recht, wat echt cruciaal is!

Zie noot 6

Die illegaliteit van de nederzettingen is [kort gezegd] gebaseerd op

artikel 49, 4e Conventie van Geneve en artikel 55, Haags Verdrag 

Staat in noot 6, maar voor uw gemak herhaald in noot 7

Vermeldt u dat dan ook de volgende keer, zoals u het wel

al eerder gedaan hebt! [8]

U weet het dus WEL!

Dit, Waarde Redactie, waren een Paar Belangrijke Punten op de

i!

Hou daarmee een volgende keer rekening

I’ll be watching you!

Vriendelijke groeten

Astrid Essed

Amsterdam 

NOS TELETEKST

”GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER”

Israel heeft de kolonisatie van het grootste stuk land op

de Westelijke Jordaanoever tot nu toe goedgekeurd.

Dat meldt de Israelische organisatie Peace Now.

Het zou gaan om een stuk grond van bijna dertien

vierkante kilometer.

De laatste maanden wijst Israel steeds grotere percelen toe aan

kolonisten.

In maart meldde Peace Now al de toewijzing van stukken grond

van twee en acht vierkante kilometer aan kolonisten

Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten.

Palestijnen mogen daar niets bezitten.

Op de Westelijke Jordaanoever zijn nu ruim 100 nederzettingen,

waar in totaal ruim 500 000 kolonisten wonen

EINDE TELETEKST BERICHT

ORIGINELE BERICHT NOS TELETEKST

NOS TELETEKST

GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER

https://nos.nl/teletekst/127
"Grootste annexatie op Westoever"   

 Israël heeft de kolonisatie van het  
 grootste stuk land op de Westelijke    
 Jordaanoever tot nu toe goedgekeurd.Dat
 meldt de Israëlische organisatie Peace 
 Now.Het zou gaan om een stuk grond van 
 bijna dertien vierkante kilometer.     
                                        
 De laatste maanden wijst Israël steeds 
 grotere percelen toe aan kolonisten.In 
 maart meldde Peace Now al de toewijzing
 van stukken grond van twee en acht     
 vierkante kilometer aan kolonisten.    
                                        
 Op de toegeëigende stukken land worden 
 nederzettingen gebouwd door Israëlische
 kolonisten.Palestijnen mogen daar niets
 bezitten.Op de Westelijke Jordaanoever 
 zijn nu ruim 100 nederzettingen,waar in
 totaal ruim 500.000 kolonisten wonen.  

 nieuws  buitenland  binnenland  sport

NOTEN

NOTEN 1 T/M 8

NOTEN 1 T/M 3

[1]

WEBSITE ASTRID ESSED

NOS TELETEKST

https://www.astridessed.nl/?s=NOS+teletekst

[2]

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 

4 MAART 2024: ”ISRAEL BOUWT MEER HUIZEN WESTOEVER]/DEZE

KEER EEN COMPLIMENT!

ASTRID ESSED

7 MAART 2024

[3]

PEACE NOW

APPROVAL OF 5,295 UNITS AND THE ESTABLISHMENT OF

3 NEW SETTLEMENTS 

04.7.24

The Higher Planning Council (HPC) approved today and yesterday (3-4/7/24) the advancement of 5,295 housing units in dozens of settlements throughout the West Bank. The building plans include the expansion of settlements deep within the West Bank and the legalization of three outposts (without connection to the 5 outposts approved by the Cabinet last week): Mahane Gadi, Givat Hanan (Susya East), and Kedem Arava as “neighborhoods” of existing settlements.

For the first time since the establishment of the Settlement Administration by Minister Smotrich, the legal advisor to the HPC was a civilian and not an officer as in the past. Additionally, present in the audience were members of the Settlement Administration; Hillel Roth, the Civilian Deputy appointed by Minister Smotrich and one of the legal advisors of the administration.

The council’s agenda included plans for more than 6,000 housing units. Ultimately, the number of units approved stands at 5,295 because only the initial planning stage was approved for some of the plans. For example, in the plan for the Gva’ot settlement, where 1,006 housing units are planned, only 250 units were brought for approval.

Peace Now: “Netanyahu and Smotrich’s agenda became evident through the decisions of the Planning Council: approval for thousands of housing units, the establishment of three new settlements, and strategic appointments of Smotrich’s allies in key roles instead of military personnel underscore the annexation occurring in the West Bank. Our government continues to change the rules of the game in the occupied West Bank, leading to irreversible harm. While the north is neglected and citizens across the country are abandoned, with 120 hostages still in Gaza, the process of annexation and land theft continues to expand, contrary to Israeli interests. This annexationist government severely undermines the security and future of both Israelis and Palestinians, and the cost of this recklessness will be paid for generations to come. We must bring down the government before it’s too late.”

For the full list of approved plans, see below.

Among the plans that were approved:

Machane Gadi (Plan 312/6/1) – An outpost established in 2018 as an educational complex and pre-military academy, located north of the Masu’a settlement in structures previously used as a military camp. The plan for 260 housing units was approved for deposit and effectively established a new settlement by legalizing the outpost as a “neighborhood” of the Masu’a settlement.

Kedem Arava (Plan 612) – The agenda included a plan formally belonging to the new settlement “Beit Hogla,” which was approved by the cabinet in February 2023 as the legalization of an illegal outpost. It has now become clear that the new settlement approved by the cabinet includes not only the “Beit Hogla” outpost but also the “Kedem Arava” outpost, located approximately 1.5 km south of it. The plan approved for deposit is for the construction of 316 housing units in Kedem Arava.

Givat Hanan (Susya East) (Plan 513/5) – The approval of the plan for the deposit of 107 housing units in the Susya settlement is actually intended to legalize the Givat Hanan outpost, which was illegally established in 2019. The outpost is located across an intercity road, disconnected from the Susya settlement. However, to avoid the need to declare a new settlement, it was decided to consider it a “neighborhood” of Susya and plan the construction of a bridge over intercity Road 317 to connect the two settlements.

Gvaot (Plan 418/2/1/A) – The Gvaot settlement is also formally considered a “neighborhood” of the Alon Shvut settlement, even though it is 3 km away. The original plan is to build 1,006 housing units, but the HPC only approved Phase 1 of the plan, which includes 250 housing units. The Ministry of Housing is working on plans to establish a city there with tens of thousands of housing units.

Yakir (Plan 118/1/A) – Another significant plan is the establishment of a new neighborhood with 168 housing units for the Yakir settlement. The planned neighborhood is located beyond the access road to the settlement and involves the evacuation of a military base. The plan also connects to the Havat Yair outpost, which is also in the process of legalization as a “neighborhood” of Yakir.

Neria (Plan 235/13/1) – A plan for the construction of 436 housing units in the Neria settlement (officially considered a “neighborhood” of the Talmon settlement) west of Ramallah. This represents a significant expansion of the settlement deep in the West Bank in an area known as “Gush Talmonim,” where thousands of housing units have been approved in recent years and outposts have been legalized (such as Horesh Yaron, Haresha, Kerem Re’im, and Zayit Ra’anan). Recently, Minister Smotrich announced the advancement of a new bypass road intended to facilitate the planned growth in these settlements.

Overall, it was decided to advance 3,080 housing units for deposit and 2,215 housing units for validation.

List of the plans approved by the HPC on 3-4/7/24:

SettlementPlan NumberStage ApprovedHousing Units
Immanuel120/4/1Validation170
Immanuel120/13Validation96
Negohot521/ב/1Validation158
Hagai517/2Depositing135
Susya (Givat Hanan)513/5Depositing107
Modiin Illit210/4/2/6Depositing300
Elkana125/2/9Depositing8
Kiryat Arba510/3/14Validation140
Kiryat Arba510/22/3Validation25
Givat Zeev220/1/גDepositing5
Givat Zeev220/1/גDepositing5
Givat Zeev220/21/10Depositing3
Givat Zeev220/10/31Depositing12
Givat Zeev220/30/10Depositing4
Givat Zeev220/32/10Depositing195
Givat Zeev220/28Validation228
Etz Efraim126/16Validation12
Etz Efraim126/8/2Depositing24
Shaarei Tikva122/7Validation6
Masu’a (Machane Gadi)312/1/6Depositing260
Shilo205/25Depositing90
Almon (Anatot)226/2/עValidation91
Mitzpe Yericho228/5Validation365
Neria235/1/13Depositing436
Eli237/8Validation24
Ganei Modiin208/1/13/8Validation46
Heit Hogla (Kedem Arava)612Depositing316
Maale Shomron (Elamatan)116/3/5Depositing120
Elon Moreh107/1/8Validation186
Tzofim149/14Validation74
Pduel160/12Depositing25
Pduel160/11Depositing12
Revava170/10/4Depositing16
Kiryat Netafim129/6Depositing136
Yakir118/א/1Depositing168
Gva’ot418/2/1/אDepositing250
Nokdim411/12Validation290
Mitzad (Asfar)414/2/5Validation6
Beitar Illit426/7/19/בDepositing98
Beitar Illit426/7/2/3/אDepositing28
Beitar Illit426/7/4/אDepositing184
Beitar Illit426/7/2/2/אDepositing143
Beitar Illit426/21/3/1/בValidation184
Beitar Illit426/7/16/בValidation46
Beitar Illit426/7/17/בValidation68
Toal5,295

NOTEN 4 EN 5

[4]

PEACE NOW

SETTLEMENT WATCH

https://peacenow.org.il/en//category/settlements

[5]

”The settlements are the single most important factor in shaping life in the West Bank. Their destructive impact on the human rights of Palestinians extends far beyond the hundreds of thousands of dunams [1 dunam = 1,000 sq. meters], including farmland and grazing areas, that Israel appropriated from Palestinians in order to build them. More land has been expropriated to pave hundreds of kilometers of roads for settler use only;”

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements

From 1967 to the end of 2017, more than 200 Israeli settlements were established in the West Bank. They include:

  • 131 settlements officially recognized by the Israeli Ministry of the Interior;
  • About 110 settlements built without official authorization but with governmental support and assistance (known as “illegal outposts”);
  • Several settlement enclaves inside the city of Hebron;
  • 11 neighborhoods in the areas of the West Bank that Israel annexed to the municipal jurisdiction of Jerusalem in 1967, and several settlement enclaves within Palestinian neighborhoods in East Jerusalem.

Another 16 settlements that had been established in the Gaza Strip, and four in the northern West Bank, were dismantled in 2005 as part of the Disengagement Plan.

More than 620,000 Israeli citizens currently reside in settlements. Of these, about 209,270 live in the parts of the West Bank that Israel annexed to the municipal jurisdiction of Jerusalem (according to Jerusalem Institute for Policy Research figures from late 2016), and 413,400 live throughout the rest of the West Bank (according to Central Bureau of Statistics figures from late 2017).

The settlements are the single most important factor in shaping life in the West Bank. Their destructive impact on the human rights of Palestinians extends far beyond the hundreds of thousands of dunams [1 dunam = 1,000 sq. meters], including farmland and grazing areas, that Israel appropriated from Palestinians in order to build them. More land has been expropriated to pave hundreds of kilometers of roads for settler use only; roadblocks, checkpoints, and other measures that limit Palestinian movement only have been erected based on the location of settlements; Palestinian landowners have been effectively denied access to much of their farmland, both within settlements and outside them; and the winding route of the Separation Barrier, which severely violates the rights of Palestinians living near it, was established inside the West Bank in order to leave as many settlements as possible – and large tracts of land for expanding them – on the western side of the barrier.

All the settlement practices in the West Bank share the same objective, although those employed in the urban areas of Hebron and East Jerusalem – where Palestinians have also been dispossessed of their homes and of other structures – take a different form. 

In the early years of the occupation, the main ploy that Israel used to take over land for building settlements was to seize the land “for military purposes”. Military seizure orders were issued for some 31,000 dunams, most of which were earmarked for building settlements. In June 1979, the military issued a seizure order for privately-owned land near Nablus, which was slated for establishing the settlement of Elon Moreh. Several Palestinians petitioned Israel’s High Court of Justice (HCJ), arguing that the seizure violated international law, since it served a civilian purpose of building a settlement rather than true military needs. The court had rejected this argument in previous petitions, accepting the state’s claim that settlements contribute to security.

In this case, however, top security officials stated that building a settlement at that location would serve no military purpose. Also, some of the settlers joined the proceedings as respondents, explaining to the court that it was their intention to settle in the area permanently, for religious and political reasons, rather than to promote security. Given these unique circumstances, the court could not rule that the establishment of the settlement would serve military needs – although it did not rule out such a possibility in general. The justices restricted their decision to the specific case of Elon Moreh, ruling that the land seizure was meant to serve a civilian rather than military purpose and therefore breached international law. The court did not completely deny the possibility of seizing private land for building settlements, but held that when the dominant reason for issuing a seizure order is the establishment of a civilian settlement rather than military considerations, the order is unlawful.

This ruling made it difficult for Israel to continue seizing Palestinian land as it had done until that point. Instead, it required the state to obtain agreement between top security officials on the military advantage of every planned settlement, and to ensure that the settlers kept their intentions to themselves. To circumvent this, the government announced that it would thereafter build settlements only on land that had been declared state land.

However, when the state sought such land, it discovered that only some 687,000 dunams were considered state land at the time, mostly in the Jordan Valley and in the Judean Desert. This frustrated the governmental plan to build settlements along the central mountain ridge of the West Bank. Therefore, the state came up with a new system for declaring state land.

This system was founded on rewriting legal provisions and applying a completely different approach to the Ottoman Land Code, which governs land ownership in the West Bank, than the standard interpretation applied until then. The new approach made it much easier to declare state land, even when the land in question was considered private or collective Palestinian property under British and later Jordanian rule. One method for achieving this was requiring Palestinians to regularly cultivate farmland as a prerequisite to acquiring ownership rights; another was to disregard the provisions of local law, which grants Palestinian communities collective rights to use grazing areas and other public land. By employing these new tactics, from 1979 to 2002 Israel declared more than 900,000 dunams as state land. There are now some 1,200,000 dunams of state land in Area C, constituting 36.5% of Area C and 22% of the entire West Bank. An additional 200,000 dunams of state land are located in areas A and B, where planning is in the hands of the Palestinian Authority.

A comparative survey carried out by B’Tselem in the area of Ramallah revealed massive differences between the amount of land that Jordan defined as government property in areas registered before the occupation, and the amount that Israel declared state land in areas that the Jordanians had not managed to register prior to 1967. The results of the survey indicate that a significant proportion of the land that Israel declared as state land is actually private Palestinian property that was taken from its lawful owners through legal maneuvering, in breach of both local and international law.

This process of land takeover also contravenes basic tenets of due process and natural justice. In many cases, the Palestinian residents were not aware that their land had been registered as state property and when they found out, it was too late to appeal. The burden of proof always lies with Palestinians claiming ownership; even if landowners did manage to prove their ownership over the land, in some cases it was registered state land based on the claim that it had been handed over to a settlement “in good faith”.

Even if all the declarations of state land were lawful, public land – including the land declared as government property prior to 1967 – is meant to serve the population of the occupied territory, i.e. the Palestinian public, not the State of Israel or its citizens. However, Israel prohibits Palestinian use of this land almost entirely and considers it Israeli property. In keeping with this policy, Israel has allocated to settlement vast tracts of this “state land”, stretching far beyond their built-up sections. The lands allocated to settlements have been declared closed military zones and are off limits to Palestinians, except by special permit. In contrast, Israeli citizens, Jews from around the world and tourists can enter them freely.

At present, settlements cover 538,130 dunams – almost 10% of the West Bank. Their regional councils control another 1,650,370 dunams, including vast open areas that have not been attached to any particular settlement. This brings the total area under the direct control of settlements to 40% of the West Bank, and 63% of Area C.

Along with this governmental land grab, settlers have exploited the forced separation between Palestinians and their land to build houses, outposts and roads, sow fields and groves, graze livestock and take over natural water sources – all outside the vast areas already allocated to the settlements. This is attended by routine violence against Palestinians. These actions play a major role in the implementation of Israel’s policy in the West Bank by complementing official measures. The settlers’ apparently independent actions serve as a privatized system for taking over land, allowing Israel to establish and expand entire settlement blocs through an unofficial sidetrack while formally disavowing these actions.

Unlike the restrictive planning policy enforced upon Palestinian communities, Israeli settlements are fully represented in the planning process, enjoying detailed outline plans and advanced infrastructure. Although the state uses the same professional and legal terms to refer to both Israeli and Palestinian construction in the West Bank with– such as building and planning laws, urban master plans, planning procedures and illegal construction – it applies them very differently in practice. When it comes to Israeli settlements, the state turns a blind eye and offers support and retroactive approval, all as part of an overarching policy to de facto annex parts of the West Bank to Israel’s sovereign territory. Palestinian communities, on the other hand, are subjected to painstaking bureaucracy, stalled plans and widespread demolitions, in keeping with Israel’s policy to prevent Palestinian development in the West Bank and continue dispossessing Palestinians of their land.

The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.

The existence of settlements also leads to the violation of many human rights of Palestinians, including the rights to property, equality, an adequate standard of living and freedom of movement. In addition, the radical changes that Israel has made to the map of the West Bank preclude any real possibility of establishing an independent, viable Palestinian state in fulfilment of the right to self-determination. Although the West Bank is not part of Israel’s sovereign territory, Israeli has applied most of its domestic laws to the settlements and their residents. As a result, the settlers enjoy almost all the same privileges as citizens living within Israel. Meanwhile, Palestinians continue to live under martial law and are thereby systematically deprived of their rights and denied the ability to have any real impact on policymaking with respect to the territory in which they live. In creating this reality, Israel has formed a regime in which a person’s rights depend on his or her national identity.

Israel has refrained from formally annexing the West Bank (except in East Jerusalem). In practice, however, it treats the settlements established throughout Area C as extensions of its sovereign territory and has virtually eliminated the distinction for Israeli citizens – while concentrating the Palestinian population in 165 disconnected “islands” (Areas A and B). This double movement, of Israeli settlers taking over more and more West Bank land and Palestinians being pushed aside, has been a consistent mainstay of Israeli policy in the West Bank since 1967, with all Israeli legislative, legal, planning, funding and defense bodies working towards that end.

EINDE

GEDATEERD:

11 November 2017

Updated: 16 January 2019

NOOT 6

[6]

De in bezet gebied gestichte Israelische nederzettingen zijn

illegaal volgens het Internationaal Recht, gebaseerd op artikel 49, 4e Conventie van Geneve en het Haags Verdrag uit 1907

Zie hieronder

A

WAT ZEGT HET INTERNATIONALE RODE KRUIS

HET INTERNATIONALE RODE KRUIS

ICRC.ORG

SETTLEMENTS

https://casebook.icrc.org/a_to_z/glossary/settlements#:~:text=As%20the%20establishment%20of%20settlements,expand%20settlements%20is%20similarly%20prohibited.

The international humanitarian law of occupation contains a prohibition against deporting or transferring parts of the civilian population of the Occupying Power into Occupied Territory, even if they volunteer to be so transferred. Such transfers are often carried out in order to alter the demographic composition of the population of the occupied territory, and constitute a grave breach of Additional Protocol I, as well as being listed as a war crime under the Statute of the International Criminal Court.

As the establishment of settlements also involves population transfers into Occupied Territory, these are prohibited under IHL. Any measure designed to expand or consolidate settlements is also illegal. Appropriation of land to build or expand settlements is similarly prohibited. 

ICRC.ORG

WHAT DOES THE LAW SAY ABOUT THE

RESONSIBILITIES OF AN OCCUPYING POWER

IN THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORY?

https://www.icrc.org/en/document/ihl-occupying-power-responsibilities-occupied-palestinian-territories

SETTLEMENTS AND SETTLEMENT EXPANSION

The ICRC’s official position is that the West Bank has been occupied by Israel since 1967. Consequently, the ICRC has repeatedly stated that Israel settlements’ policy goes against key provisions of International Humanitarian Law (IHL), specifically the law of occupation, and is contrary to its intent and spirit. The 1949 Fourth Geneva Convention (GCIV) prohibits an Occupying Power from transferring its own population into the territories under its occupation. Therefore, Israel’s settlements policy in the West Bank contradicts the Fourth Geneva Convention. Settlement expansion – be it through formal expansion of existing settlements or through the largely unchecked spread of unauthorized outposts – is the key source of legal and humanitarian concerns in the West Bank. With its decades-long presence in the occupied Palestinian territory, the ICRC has been a witness to settlements’ impact. They restrict Palestinians’ freedom of movement and affect the social and economic fabric of entire communities. They can limit Palestinians’ access to their agricultural lands, natural resources or medical services. They also contribute to violence between Israeli settlers and Palestinian communities.

WAT ZEGT DE ISRAELISCHE MENSENRECHTENORGANISATIE BTSELEM

BTSELEM.ORG

”The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.”

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 5

De Illegaliteit van de nederzettingen is gebaseerd op artikelen

uit de 4e Conventie van  Geneve en het Haags Verdrag van 1907

DE VIERDE CONVENTIE VAN GENEVE

ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE

”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”

ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/gciv-1949/article-49

HET HAAGS VERDRAG VAN 1907

De Staat, die een gebied bezet heeft, mag zich slechts beschouwen als beheerder en vruchtgebruiker der openbare gebouwen, onroerende eigendommen, bosschen en landbouwondernemingen, welke aan den vijandelijken Staat behooren en zich in de bezette landstreek bevinden. Hij moet het grondkapitaal dier eigendommen in zijn geheel laten en die overeenkomstig de regelen van het vruchtgebruik beheeren.”

 ARTIKEL 55, HAAGS VERDRAG 1907

https://wetten.overheid.nl/BWBV0006273/1910-01-26#Verdrag_2

IN HET ENGELS
Art. 55. The occupying State shall be regarded only as administrator and usufructuary of public buildings, real estate, forests, and agricultural estates belonging to the hostile State, and situated in the occupied country. It must safeguard the capital of these properties, and administer them in accordance with the rules of usufruct.  

CONVENTION RESPECTING THE LAWS AND CUSTOMS OF WARON LAND AND ITS ANNEX: REGULATIONS CONCERNINGTHE LAWS AND CUSTOMS OF WAR ON LAND

THE HAGUE 18 OCTOBER 1907

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/hague-conv-iv-1907/regulations-art-55

WAT ZEGT AMNESTY INTERNATIONAL

Israel’s policy of settling its civilians in occupied Palestinian territory and displacing the local population contravenes fundamental rules of international humanitarian law.

Article 49 of the Fourth Geneva Convention states: “The Occupying Power shall not deport or transfer parts of its own civilian population into the territory it occupies.” It also prohibits the “individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory”. 

AMNESTY INTERNATIONAL

CHAPTER 3

ISRAELI SETTLEMENTS AND INTERNATIONAL LAW

The situation in the OPT is primarily governed by two international legal regimes: international humanitarian law (including the rules of the law of occupation) and international human rights law. International criminal law is also relevant as some serious violations may constitute war crimes.

STATUS OF SETTLEMENTS UNDER INTERNATIONAL LAW

Israel’s policy of settling its civilians in occupied Palestinian territory and displacing the local population contravenes fundamental rules of international humanitarian law.

Article 49 of the Fourth Geneva Convention states: “The Occupying Power shall not deport or transfer parts of its own civilian population into the territory it occupies.” It also prohibits the “individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory”. 

The extensive appropriation of land and the appropriation and destruction of property required to build and expand settlements also breach other rules of international humanitarian law. Under the Hague Regulations of 1907, the public property of the occupied population (such as lands, forests and agricultural estates) is subject to the laws of usufruct. This means that an occupying state is only allowed a very limited use of this property. This limitation is derived from the notion that occupation is temporary, the core idea of the law of occupation. In the words of the International Committee of the Red Cross, the occupying power “has a duty to ensure the protection, security, and welfare of the people living under occupation and to guarantee that they can live as normal a life as possible, in accordance with their own laws, culture, and traditions.”

The Hague Regulations prohibit the confiscation of private property. The Fourth Geneva Convention prohibits the destruction of private or state property, “except where such destruction is rendered absolutely necessary by military operations”.

As the occupier, Israel is therefore forbidden from using state land and natural resources for purposes other than military or security needs or for the benefit of the local population. The unlawful appropriation of property by an occupying power amounts to “pillage”, which is prohibited by both the Hague Regulations and Fourth Geneva Convention and is a war crime under the Rome Statute of the International Criminal Court and many national laws.

Israel’s building of settlements in the West Bank, including in East Jerusalem, does not respect any of these rules and exceptions. Transferring the occupying power’s civilians into the occupied territory is prohibited without exception. Furthermore, as explained earlier, the settlements and associated infrastructure are not temporary, do not benefit Palestinians and do not serve the legitimate security needs of the occupying power. Settlements entirely depend on the large-scale appropriation and/or destruction of Palestinian private and state property which are not militarily necessary. They are created with the sole purpose of permanently establishing Jewish Israelis on occupied land.

In addition to being violations of international humanitarian law, key acts required for the establishment of settlements amount to war crimes under the Rome Statute of the International Criminal Court. Under this body of law, the “extensive destruction and appropriation of property not justified by military necessity and carried out unlawfully and wantonly” and the “transfer, directly or indirectly, by the Occupying Power of parts of its own civilian population into the territory it occupies, or the deportation or transfer of all or parts of the population of the occupied territory within or outside this territory” constitute war crimes. As stated above, “pillage” is also a war crime under the Rome Statute.

Israel’s settlement policy also violates a special category of obligations entitled peremptory norms of international law (jus cogens) from which no derogation is permitted. The International Court of Justice (ICJ) affirmed that the rules of the Geneva Conventions constitute “intransgressible principles of international customary law”. Only a limited number of international norms acquire this status, which is a reflection of the seriousness and importance with which the international community views them. Breaches of these norms give rise to certain obligations on all other states, or “third states”, which are explained below.

SETTLEMENTS, DISCRIMINATION AND HUMAN RIGHTS VIOLATIONS

States have a duty to respect, protect and fulfil the human rights of people under their jurisdiction, including people living in territory that is outside national borders but under the effective control of the state. The ICJ confirmed that Israel is obliged to extend the application of the International Convention on Civil and Political Rights, the International Convention on Economic, Social and Cultural Rights and other treaties to which it is a state party to people in the OPT. Israel is a state party to numerous international human rights treaties and, as the occupying power, it has well defined obligations to respect, protect and fulfil the human rights of Palestinians. 

However, as has been well documented for many years by the UN, Amnesty International and other NGOs, Israel’s settlement policy is one of the main driving forces behind the mass human rights violations resulting from the occupation. These include:

Violations of the right to life: Israeli soldiers, police and security guards have unlawfully killed and injured many Palestinian civilians in the OPT, including during protests against the confiscation of land and the construction of settlements. UN agencies and fact-finding missions have also expressed concern about violence perpetrated by a minority of Israeli settlers aimed at intimidating Palestinian populations.

Violations of the rights to liberty, security of the person and equal treatment before the law: Amnesty International has documented how Palestinians in the OPT are routinely subjected to arbitrary detention, including through administrative detention. Whereas settlers are subject to Israeli civil and criminal law, Palestinians are subject to a military court system which falls short of international standards for the fair  conduct of trials and administration of justice.

Violations of the right to access an effective remedy for acts violating fundamental rights: Israel’s failure to adequately investigate and enforce the law for acts of violence against Palestinians, together with the multiple legal, financial and procedural barriers faced by Palestinians in accessing the court system, severely limit Palestinians’ ability to seek legal redress. The Israeli High Court of Justice has failed to rule on the legality of settlements, as it considered the settlements to be a political issue that that it is not competent to hear.

Violations of the rights to freedom of expression and peaceful assembly: Amnesty International has documented Israel’s use of military orders to prohibit peaceful protest and criminalize freedom of expression in the West Bank. Israeli forces have used tear gas, rubber bullets and occasionally live rounds to suppress peaceful protests.

Violations of the rights to equality and non-discrimination: Systematic discrimination against Palestinians is inherent in virtually all aspects of Israel’s administration of the OPT. Palestinians are also specifically targeted for a range of actions that constitute human rights violations. The Israeli government allows settlers to exploit land and natural resources that belong to Palestinians. Israel provides preferential treatment to Israeli businesses operating in the OPT while putting up barriers to, or simply blocking, Palestinian ones. Israeli citizens receive entitlements and Palestinians face restrictions on the grounds of nationality, ethnicity and religion, in contravention of international standards.

The Israeli authorities have created a discriminatory urban planning and zoning system. Within Area C, where most settlement construction is based, Israel has allocated 70% of the land to settlements and only 1% to Palestinians. In East Jerusalem, Israel has expropriated 35% of the city for the construction of settlements, while restricting Palestinians to construct on only 13% of the land. These figures clearly illustrate Israel’s use of regulatory measures to discriminate against Palestinian residents in Area C.

The UN has also pointed to discrimination against Palestinians in the way in which the criminal law is enforced. While prosecution rates for settler attacks against Palestinians are low, suggesting a lack of enforcement, most cases of violence against Israeli settlers are investigated and proceed to court.

Violations of the right to adequate housing: Since 1967, Israel has constructed tens of thousands of homes on Palestinian land to accommodate settlers while, at the same time, demolishing an estimated 50,000 Palestinian homes and other structures, such as farm buildings and water tanks. Israel also carries out demolitions as a form of collective punishment against the families of individuals accused of attacks on Israelis. In East Jerusalem, about 800 houses have been demolished since 2004 for lack of permits. Israel also confiscates houses inhabited by Palestinians in the city to allocate them to settlers. By forcibly evicting and/or demolishing their homes without providing adequate alternative accommodation, Israel has failed in its duty to respect the right to adequate housing of thousands of Palestinians.

Violations of the right to freedom of movement: Many restrictions on freedom of movement for Palestinian residents are directly linked to the settlements, including restrictions aimed at protecting the settlements and maintaining “buffer zones”. Restrictions include checkpoints, settler-only roads and physical impediments created by walls and gates. 

Violations of the rights of the child: Every year, 500-700 Palestinian children from the occupied West Bank are prosecuted in Israeli juvenile military courts under Israeli military orders. They are often arrested in night raids and systematically ill-treated. Some of these children serve their sentences within Israel, in violation of the Fourth Geneva Convention. The UN has also documented that many children have been killed or injured in settler attacks.

Violations of the right to enjoyment of the highest attainable standard of physical and mental health: Restrictions on movement limit Palestinians’ access to health care. Specialists working with Palestinian populations have also documented a range of serious mental health conditions that stem from exposure to violence and abuse in the OPT.

Violations of the right to water: Most Palestinian communities in Area C are not connected to the water network and are prevented from repairing or constructing wells or water cisterns that hold rainwater. Water consumption in some Area C communities is reported by the UN to be 20% of the minimum recommended standard. Israel’s failure to ensure Palestinian residents have a sufficient supply of clean, safe water for drinking and other domestic uses constitutes a violation of its obligations to respect and fulfil the right to water. 

Violations of the right to education: Palestinian students face numerous obstacles in accessing education, including forced displacement, demolitions, restrictions on movement and a shortage of school places. An independent fact-finding mission in 2012 noted an “upward trend” of cases of settler attacks on Palestinian schools and harassment of Palestinian children on their way to and from school. Such problems can result in children not attending school and in a deterioration in the quality of learning. 

Violations of the right to earn a decent living through work: The expansion of settlements has reduced the amount of land available to Palestinians for herding and agriculture, increasing the dependency of rural communities on humanitarian assistance. Settler violence and the destruction of Palestinian-owned crops and olive trees have damaged the livelihoods of farmers. The UN has reported that in Hebron city centre, the Israeli military has forced 512 Palestinian businesses to close, while more than 1,000 others have shut down due to restricted access for customers and suppliers.

SUSTAINED INTERNATIONAL CONDEMNATION

Most states and international bodies have long recognized that Israeli settlements are illegal under international law. The European Union (EU) has clearly stated that: “settlement building anywhere in the occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem, is illegal under international law, constitutes an obstacle to peace and threatens to make a two-state solution impossible.”

The settlements have been condemned as illegal in many UN Security Council and other UN resolutions. As early as 1980, UN Security Council Resolution 465 called on Israel “to dismantle the existing settlements and, in particular, to cease, on an urgent basis, the establishment, construction and planning of settlements in the Arab territories occupied since 1967, including Jerusalem.” The International Committee of the Red Cross and the Conference of High Contracting Parties to the Fourth Geneva Convention have reaffirmed that settlements violate international humanitarian law. The illegality of the settlements was recently reaffirmed by UN Security Council Resolution 2334, passed inDecember 2016, which reiterates the Security Council’s call on Israel to cease all settlement activities in the OPT. The serious human rights violations that stem from Israeli settlements have also been repeatedly raised and condemned by international bodies and experts.

EN ZIE OOK

NOTEN 7 EN 8

[7]

ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE

”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”

ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/gciv-1949/article-49

HET HAAGS VERDRAG VAN 1907

De Staat, die een gebied bezet heeft, mag zich slechts beschouwen als beheerder en vruchtgebruiker der openbare gebouwen, onroerende eigendommen, bosschen en landbouwondernemingen, welke aan den vijandelijken Staat behooren en zich in de bezette landstreek bevinden. Hij moet het grondkapitaal dier eigendommen in zijn geheel laten en die overeenkomstig de regelen van het vruchtgebruik beheeren.”

 ARTIKEL 55, HAAGS VERDRAG 1907

https://wetten.overheid.nl/BWBV0006273/1910-01-26#Verdrag_2

IN HET ENGELS
Art. 55. The occupying State shall be regarded only as administrator and usufructuary of public buildings, real estate, forests, and agricultural estates belonging to the hostile State, and situated in the occupied country. It must safeguard the capital of these properties, and administer them in accordance with the rules of usufruct.  

CONVENTION RESPECTING THE LAWS AND CUSTOMS OF WARON LAND AND ITS ANNEX: REGULATIONS CONCERNINGTHE LAWS AND CUSTOMS OF WAR ON LAND

THE HAGUE 18 OCTOBER 1907

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/hague-conv-iv-1907/regulations-art-55

[8]

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 

4 MAART 2024: ”ISRAEL BOUWT MEER HUIZEN WESTOEVER]/DEZE

KEER EEN COMPLIMENT!

ASTRID ESSED

7 MAART 2024

Mail Astrid Essed aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 7 maart 2024: ”Israel bouwt meer huizen Westoever”/DEZE KEER EEN COMPLIMENT! | Astrid Essed

Reacties uitgeschakeld voor Astrid Essed versus NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 4 juli 2024/”Grootste annexatie op Westoever”

Opgeslagen onder Divers

Artikel Joke Kaviaar/Zionisten in pride? Laat ze niet lopen!

ZIONISTEN IN PRIDE?LAAT ZE NIET LOPEN

JOKE KAVIAAR

13 JULI 2024

Zojuist las ik dat Queer Amsterdam, organisator van de Queer Walk volgende week zaterdag 20 juli, het eerdere ‘geen Israëlische vlaggen’ haastig heeft ingeslikt. De post op instagram waar het in stond is niet meer terug te lezen want “verplaatst naar het archief”. Na even te hebben gezocht naar hun verklaring hiervoor, heb ik dit gevonden.

De verklaring van Queer Amsterdam

Wat een laffe bedoening. En dit soort dingen gebeurt keer op keer: een organisatie neemt een stevig standpunt in, rechts tuig begint te brullen, en het standpunt wordt nederig op de knieën in de doofpot van de vergetelheid gemikt. Er wordt dan ook gelijk maar afstand van genomen want ‘niet goed opgelet’ en dat soort excuses. Overigens: met rechts tuig verwijs ik dit keer naar burgemeester Femke Halsema, die we allang niet meer links hoeven te noemen. Het is dan ook Halsema die moord en brand is gaan brullen toen Queer Amsterdam aanvankelijk stelde: “No Israeli flags allowed”. “Dat mag niet!”, oreerde Halsema, want “demonstratievrijheid”.
Oh, de ironie! De demonstratievrijheid wordt de laatste jaren steeds meer door de staat beknot. Kijk naar jezelf, Halsema, je bent een van die burgemeesters. Mensen die met een ander niet samen willen demonstreren, hebben het volste recht om dat aan te kondigen. Iemand wees me er overigens op dat Halsema zelf het vertoon van Hamasvlaggen al eens verbood. Dit is dus meten met twee maten. Als je terreurdaden wil vergelijken: Israël begon er al in 1948 mee en is er nooit mee opgehouden en gaat momenteel in de zoveelste versnelling door vluchtelingenkampen te bombarderen. Maar Halsema hing vorig jaar bij het Stadhuis precies die zionisten vlag ook zelf al uit bij het stadhuis in Amsterdam. Waag het eens er iets van te zeggen, dan ben je anti-semiet…

Het is de laatste tijd schering en inslag dat pro Palestina activisten die queer zijn, zoals ik zelf, op hun queer zijn worden aangesproken. Wij zouden juist voor Israël moeten zijn want daar zouden queers zo’n vrijheid hebben. Wij zouden juist de genocide moeten steunen want de Palestijnen zouden ons van het dak af willen gooien. Op oriëntalisme gebouwd racisme is al deze lieden duidelijk niet vreemd. Dit is de moslimhaat die spreekt. Dat kennen we ook al van de Roze Leeuw (net als transhaat overigens). Laat nou Israël niet bepaald vooraan staan in de acceptatie van homoseksualiteit (laat zich raden hoe men daar staat tegen over trans mensen) want trouwen kun je daar niet, om maar wat te noemen. Het is dus allemaal grote onzin om Israël als de grote verdediger van queer rechten neer te zetten en zelfs al zou dat zo zijn geweest, dan nog rechtvaardigt dat de genocide op de Palestijnen niet. Er is al met al geen reden om met de vlag van Israhel te gaan wapperen. Tegen al die mensen die feitelijk zelf de grootste queer haters zijn, zeg ik dus: je bent af. Ze waren nooit onze medestanders en worden dat ook niet.

Erger vind ik de diepe buigingen die pride organisaties maken voor regenboog kapitalisme, racisme en repressie en zich medeplichtig maken aan het inzetten van politiegeweld tegen queers die daartegen protesteren, zoals in Leiden vorig jaar. Het begint een herhaling van zetten te worden met die pride organisaties die pride zien als een feestje voor witte cis homo’s en lesbiennes die vergeten zijn dat aan pride strijd vooraf is gegaan en niet willen weten dat de strijd voor velen nog lang niet gestreden is. Zo werd de Roze Leeuw, dikke mik met extreem rechtse organisaties zoals Pegida, pas na stevige druk geweerd van de Pride walk in 2022. In 2018 konden ze in Rotterdam nog meelopen. Nu moeten we opnieuw strijd voeren om lieden die de pride voor hun haat willen misbruiken te weren. Nu moeten we de zionisten uit onze gelederen zien te houden. Wel, het is schandelijk dat we dit nog moeten uitleggen en nog moeten doen, maar als het nodig is: met alle soorten van genoegen. Immers, als je zionistenvlaggen toelaat, zeg je dat je akkoord gaat met de aanwezigheid van propagandisten van fascistische genocide, etnische zuivering, en apartheid. Je steunt dan de genocide. Daarmee sluit je queer Palestijnen uit, queer POC. Daarmee sluit je iedereen uit die door kolonialisme waar ook ter wereld is uitgebuit, verjaagd, gemarteld, opgesloten en die familie en vrienden vermoord heeft zien worden door de terroristen van koloniale bezettingsmachten.

Ik zeg: Laat de zionisten niet met hun vlaggen zwaaien op pride. Dat is niet mijn pride. Queer Amsterdam kan maar beter nogmaals de U-turn maken. De organisatie bepaalt voor mij niet dat ik met zionisten in dezelfde mars moet lopen. Het maakt niet uit of ze honderd meter verderop lopen: ik wil met hen niet geassocieerd worden. Niet Halsema, niet Queer Amsterdam bepaalt met wie ik demonstreer. We laten ons never nooit voor het karretje spannen van de koloniale vestigingsstaat Israhel!
Laat ze niet lopen! Kom met antifascistische vlaggen en pride vlaggen en spandoeken, met Palestina vlaggen, anarchovlaggen en alles waar vrijheid uit spreekt. Want pride is vrijheidsstrijd. Toen niet, nu niet, nooit meer fascisme geldt juist in pride! Laat je zien en horen! Be queer and angry. Pride is a riot. Stonewall is ons voorbeeld. No pasarán!

Joke Kaviaar, 13 juli 2024

Reacties uitgeschakeld voor Artikel Joke Kaviaar/Zionisten in pride? Laat ze niet lopen!

Opgeslagen onder Divers

Artikel Joke Kaviaar/ESCALEER!

ESCALEER!

WEBSITE JOKE KAVIAAR

Dit artikel verscheen reeds bij Konfrontatie

In het nieuws afgelopen dag: het woord GAZA op de sokkel van een beeld van Anne Frank. De ‘bekladding’ (met krijtspray en wat posters) van het Israëlcentrum in Nijkerk. Het waren kleine acties, maar wat een ophef! Wanneer gaat de genocide die gaande is, de volkerenmoord op de Palestijnen, nu eens ophef geven?

Nog niet zo lang geleden kwam ik langs dat beeldje, dat heel mooi in een plantsoentje in de Rivierenbuurt staat. Het was 1 mei. Ik ben er even bij gaan zitten. En ik dacht aan Anne en al die joden die uit die buurt verjaagd en gedeporteerd zijn, ik dacht aan het langdurig schuilen waartoe de jonge Anne en haar gezin werden gedwongen, om vervolgens alsnog in een concentratiekamp te eindigen. Ik dacht ook aan de vele, vaak van naam onbekende, Palestijnse kinderen die een vergelijkbaar lot ondergaan in Gaza. Vandaag. Allicht, Anne Frank kan er ook niks aan doen dat uit haar naam nu genocide wordt gepleegd op de Palestijnen. Maar zou de Anne Frank van nu, als ze nog geleefd had, wel akkoord gaan met het plegen van genocide op de Palestijnen in haar naam? We kunnen Anne niet vragen.

We kunnen het wel vragen aan Shoah overlevenden die het nu wagen zich uit te spreken. Daar is veel moed voor nodig, maar ze doen het, onomwonden. We kunnen het ook vragen aan jonge joodse mensen die zich tegen het zionisme verzetten, weigeren in dienst te gaan, de straat op gaan met Palestijnse vlaggen overal ter wereld tot zelfs in de straten van Tel Aviv en Jerusalem, zich makkelijk doelwit makend voor woedende zionisten. Ja, daar dacht ik aan toen ik bij dat beeldje zat op die zonnige en o zo vredige plek in Amsterdam Zuid.

Nu stond er op de sokkel dus ‘GAZA’. In bloedrode letters. Het is alsof Anne zelf roept: “Vergeet niet dat dit nu weer gebeurt!” en “Vergeet niet dat dit land dat mij heeft helpen wegvoeren deze genocide voedt.” Deze daad wegzetten als eenvoudig vandalisme doet geen recht aan deze schreeuw om een einde aan de genocide die door de Nederlandse staat met zoveel fanatisme wordt gesteund, met wapens, geld en propaganda. Een wanhoopskreet feitelijk. Kijk dan wat er gebeurt! Kijk naar Gaza!

Nee, het verandert niets aan de bombardementen, aan de doelbewuste uithongering, het martelen van gegijzelden door Israëls soldaten, terroristen pur sang, die daar duidelijk plezier aan beleven. Nee, het verandert niets, er is meer nodig. Maar het schudt wel wakker. En de reacties laten zien hoe verdorven dat zionisme is. Om maar een voorbeeld te noemen: een zionist op X, voorheen Twitter, noemt de Palestijnen in een reactie ‘minderwaardig’. Dat zegt genoeg. Het is hetzelfde als ‘untermenschen’. Dezelfde dehumanisering die de weg plaveit voor elke volkerenmoord. Toen. En nu.

Dan was er die bekladding van dat centrum, een bolwerk van zionisme dat producten uit Israël importeert en van de organisatie Christenen voor Israël is, aldus de persoon die vanwege die kleine actie dezelfde avond een met stormram bewapend gemaskerd arrestatieteam binnengestormd kreeg. Buitenproportioneel. We stevenen de afgelopen maanden in sneltreinvaart van valse beschuldigingen van anti-semitisme en het benoemen van activisten als terroristen af op de feitelijke repressie. Wie had een jaar geleden kunnen denken dat wat krijtspray en posters op een gebouw op deze manier zou worden beantwoord? Het enige doel hiervan is afschrikking. En dit komt na veel politiegeweld tegen de studenten intifada, terwijl sindsdien al twee maanden lang iemand vastzit die als gevaar wordt bestempeld. Het komt in dezelfde tijd dat een tentenkamp voor de ingang van de Kromhout kazerne in Utrecht bij nacht en ontij werd verrast door politie en marechaussee met honden. Dat is overval tactiek, en het is geheel in lijn met alles. Mij verbaast het al niet meer. Bereid je maar voor op meer van dit.

‘Escaleer!’ luidt de roep uit Gaza. Daar zag ik beelden uit vandaan komen vandaag van een man die kapotgemaakt uit het concentratiekamp in de Negev woestijn komt, van een bombardement op voetballende mensen bij een school en van kinderen die in tweeën gereten waren en dat was alleen vandaag. Israël is uit op de uitroeiing en verdrijving van de Palestijnen. Alle Palestijnen, kinderen voorop. Vrede is geen optie. Dat betekent overgave. No justice no peace. Deze genocide is zo overduidelijk dat niemand in de toekomst kan beweren: “wir haben es nicht gewusst.” Laten we duidelijk zijn: alleen wereldwijd verzet kan dit doen stoppen.

‘Escaleer!’ Dat is wat moet gebeuren. De vraag is alleen: hoe. De meest vriendelijke escalaties tot nu toe krijgen al het stempel terrorisme. Die leiden al tot inval en arrestatie en langdurig voorarrest. Wat komt er na demonstraties, blokkades en tentenkampen? Wat komt er na een tekst op de sokkel van een beeld? En waar zijn de massa demonstraties van tienduizenden eigenlijk gebleven? Denk je eens in wat duizenden mensen zouden kunnen doen!

‘Escaleer!’ Of blijven we hangen in achterhoede gevechten op social media, in discussies met zionisten, zogenaamd nette mensen? Ik ben er klaar mee. Die koloniale bezetting door de zionistische terroristen moet daar weg, van de rivier tot aan de zee. De apartheid, met muren, hekken en prikkeldraad, met high tech ‘battle tested’ surveillance apparatuur en wapens, met gevangenissen en wetten, moet gestopt. De vele tienduizenden gijzelaars in handen van het martelende zionistische regime bevrijd. We zijn ver voorbij debat en discussie. Dit zijn geen twee kanten in een oorlog waarin je partij kan kiezen, waarin nog zoiets als nuance bestaat. Er is een onderdrukker en er zijn onderdrukten. En die onderdrukten verzetten zich tot het uiterste, en terecht. Je kunt nu kiezen of je aan de goede of de slechte kant van de geschiedenis wilt staan.

‘Escaleer!’ luidt de oproep. Dat protest verzet moet worden. Wat is de volgende stap in het land van de polderfascisten? Gaan we daadwerkelijk de wapenleveranties en andere kolonialistische steun stoppen? We zijn in dit land opgescheept met een fascistenkabinet dat nog meer pro zionistisch is dan het vorige. Dat kabinet verdient sowieso al het verzet dat we ook maar van de grond kunnen krijgen. De handen ineen tegen fascisme hier en fascisme daar, dat is wat we nodig hebben.

‘Escaleer’? De situatie is allang geëscaleerd!

Joke Kaviaar, 10 juli 2024

Reacties uitgeschakeld voor Artikel Joke Kaviaar/ESCALEER!

Opgeslagen onder Divers

Mail Astrid Essed dd 5 juli 2024 aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 4 juli 2024/”Grootste annexatie op Westoever”

Image result for settlements/Images

BITTEREBIJPRODUCTEN VAN DE ISRAELISCHE BEZETTING:

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN BEZET PALESTIJNS GEBIED

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 4 JULI 2024/”GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER”

Uw berichtgeving dd 4 juli 2024 ”Grootste annexatie op Westoever”

Astrid Essed

From:astridessed@yahoo.com

To:reacties@nos.nl,nosbinnenland@nos.nl,publieksreacties@nos.nl,communicatie@nos.nl

Fri, Jul 5 at 1:59 PM

De walrus sprak:

De tijd is daar
Om over allerlei te praten”

Een schoen, een schip, een kandelaar,

Of koningen ook liegen

En of de zee soms koken kan

En een biggetje kan vliegen.
Uit het Engels vertaald uit:

 THE WALRUS AND THE CARPENTERLEWIS CARROLL: ALICE IN WONDERLAND

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Walrus_and_the_Carpenter

AAN

NOS Teletekstredactie,

Uw berichtgeving dd 4 juli 2024 ”Grootste annexatie op Westoever”

Geachte Redactie,

U hebt het in de Loop der Tijden kunnen constateren [1].

Van mij komt u niet gemakkelijk af!

Ik volg uw berichtgeving en wanneer het mij goeddunkt,

lever ik daar commentaar op.

Zoals ook nu.

Deze keer richt ik mijn Pijlen op uw berichtgeving dd 4 juli 2024

” ”Grootste annexatie op Westoever” [Zie geheel onderin, boven het notenapparaat] en 

ik moet zeggen:

Ontevreden ben ik niet.

Eindelijk-want zo vaak komt het niet voor, hoewel u recentelijk

wel veel meer uw best doet -[2] eens een bericht, waarbij het

Israelische onrecht jegens de bezette Palestijnse bevolking duidelijk

wordt belicht en dat waardeer ik.

Het behelst uw berichtgeving, gebaseerd op een statement van de

Israelische organisatie Peace  Now over de kolonisering

van de Westelijke Jordaanoever, getiteld ”Approval of 5,295 units

and the establishment of 3 new settlements” [3]

In uw berichtgeving vermeldt u [waarbij u zich baseert op informatie

van de Israelische organisatie Peace Now [4], dat Israel de laatste maanden steeds grotere percelen aan de kolonisten toewijst, waarop nederzettingen 

worden gebouwd.

Verder vermeldt u in uw berichtgeving:

”Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten.

Palestijnen mogen daar niets bezitten.

Op de Westelijke Jordaanoever zijn nu ruim 100 nederzettingen,

waar in totaal ruim 500 000 kolonisten wonen”

TOEEIGENING/VAN WIE?

INTERNATIONAALRECHTELIJKE POSITIE NEDERZETTINGEN

Een Opsteker voor u dus, dat u ten langen leste de moeite neemt,

explicieter het aan de bezette Palestijnen gedane onrecht aan de kaak

te stellen.

Maar wanneer u dat doet, moet u ook wel duidelijk zijn in uw

Berichtgeving:

Zo refereert u aan [ik citeer u]

”Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten”

Prima

Maar toegeeigend VAN WIE?

Dat vermeldt u niet en uw lezers kunnen dat moeilijk raden

Antwoord:

Toegeeigend van de Palestijnen

Of beter gezegd:

ONTeigend,AFgepakt

Zie de Informatie van de Israelische mensenrechtenorganisatie

Btselem onder noot 5!

Erger nog vind ik, dat u-voor de zoveelste keer- niet duidelijk

maakt dat deze nederzettingen illegaal zijn volgens het Internationaal

Recht, wat echt cruciaal is!

Zie noot 6

Die illegaliteit van de nederzettingen is [kort gezegd] gebaseerd op

artikel 49, 4e Conventie van Geneve en artikel 55, Haags Verdrag 

Staat in noot 6, maar voor uw gemak herhaald in noot 7

Vermeldt u dat dan ook de volgende keer, zoals u het wel

al eerder gedaan hebt! [8]

U weet het dus WEL!

Dit, Waarde Redactie, waren een Paar Belangrijke Punten op de

i!

Hou daarmee een volgende keer rekening

I’ll be watching you!

Vriendelijke groeten

Astrid Essed

Amsterdam 

NOS TELETEKST

”GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER”

Israel heeft de kolonisatie van het grootste stuk land op

de Westelijke Jordaanoever tot nu toe goedgekeurd.

Dat meldt de Israelische organisatie Peace Now.

Het zou gaan om een stuk grond van bijna dertien

vierkante kilometer.

De laatste maanden wijst Israel steeds grotere percelen toe aan

kolonisten.

In maart meldde Peace Now al de toewijzing van stukken grond

van twee en acht vierkante kilometer aan kolonisten

Op de toegeeeigende stukken land worden nederzettingen

gebouwd door Israelische kolonisten.

Palestijnen mogen daar niets bezitten.

Op de Westelijke Jordaanoever zijn nu ruim 100 nederzettingen,

waar in totaal ruim 500 000 kolonisten wonen

EINDE TELETEKST BERICHT

ORIGINELE BERICHT NOS TELETEKST

NOS TELETEKST

GROOTSTE ANNEXATIE OP WESTOEVER

https://nos.nl/teletekst/127
"Grootste annexatie op Westoever"   

 Israël heeft de kolonisatie van het  
 grootste stuk land op de Westelijke    
 Jordaanoever tot nu toe goedgekeurd.Dat
 meldt de Israëlische organisatie Peace 
 Now.Het zou gaan om een stuk grond van 
 bijna dertien vierkante kilometer.     
                                        
 De laatste maanden wijst Israël steeds 
 grotere percelen toe aan kolonisten.In 
 maart meldde Peace Now al de toewijzing
 van stukken grond van twee en acht     
 vierkante kilometer aan kolonisten.    
                                        
 Op de toegeëigende stukken land worden 
 nederzettingen gebouwd door Israëlische
 kolonisten.Palestijnen mogen daar niets
 bezitten.Op de Westelijke Jordaanoever 
 zijn nu ruim 100 nederzettingen,waar in
 totaal ruim 500.000 kolonisten wonen.  

 nieuws  buitenland  binnenland  sport

NOTEN

NOTEN 1 T/M 8

NOTEN 1 T/M 3

[1]

WEBSITE ASTRID ESSED

NOS TELETEKST

https://www.astridessed.nl/?s=NOS+teletekst

[2]

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 

4 MAART 2024: ”ISRAEL BOUWT MEER HUIZEN WESTOEVER]/DEZE

KEER EEN COMPLIMENT!

ASTRID ESSED

7 MAART 2024

[3]

PEACE NOW

APPROVAL OF 5,295 UNITS AND THE ESTABLISHMENT OF

3 NEW SETTLEMENTS 

04.7.24

The Higher Planning Council (HPC) approved today and yesterday (3-4/7/24) the advancement of 5,295 housing units in dozens of settlements throughout the West Bank. The building plans include the expansion of settlements deep within the West Bank and the legalization of three outposts (without connection to the 5 outposts approved by the Cabinet last week): Mahane Gadi, Givat Hanan (Susya East), and Kedem Arava as “neighborhoods” of existing settlements.

For the first time since the establishment of the Settlement Administration by Minister Smotrich, the legal advisor to the HPC was a civilian and not an officer as in the past. Additionally, present in the audience were members of the Settlement Administration; Hillel Roth, the Civilian Deputy appointed by Minister Smotrich and one of the legal advisors of the administration.

The council’s agenda included plans for more than 6,000 housing units. Ultimately, the number of units approved stands at 5,295 because only the initial planning stage was approved for some of the plans. For example, in the plan for the Gva’ot settlement, where 1,006 housing units are planned, only 250 units were brought for approval.

Peace Now: “Netanyahu and Smotrich’s agenda became evident through the decisions of the Planning Council: approval for thousands of housing units, the establishment of three new settlements, and strategic appointments of Smotrich’s allies in key roles instead of military personnel underscore the annexation occurring in the West Bank. Our government continues to change the rules of the game in the occupied West Bank, leading to irreversible harm. While the north is neglected and citizens across the country are abandoned, with 120 hostages still in Gaza, the process of annexation and land theft continues to expand, contrary to Israeli interests. This annexationist government severely undermines the security and future of both Israelis and Palestinians, and the cost of this recklessness will be paid for generations to come. We must bring down the government before it’s too late.”

For the full list of approved plans, see below.

Among the plans that were approved:

Machane Gadi (Plan 312/6/1) – An outpost established in 2018 as an educational complex and pre-military academy, located north of the Masu’a settlement in structures previously used as a military camp. The plan for 260 housing units was approved for deposit and effectively established a new settlement by legalizing the outpost as a “neighborhood” of the Masu’a settlement.

Kedem Arava (Plan 612) – The agenda included a plan formally belonging to the new settlement “Beit Hogla,” which was approved by the cabinet in February 2023 as the legalization of an illegal outpost. It has now become clear that the new settlement approved by the cabinet includes not only the “Beit Hogla” outpost but also the “Kedem Arava” outpost, located approximately 1.5 km south of it. The plan approved for deposit is for the construction of 316 housing units in Kedem Arava.

Givat Hanan (Susya East) (Plan 513/5) – The approval of the plan for the deposit of 107 housing units in the Susya settlement is actually intended to legalize the Givat Hanan outpost, which was illegally established in 2019. The outpost is located across an intercity road, disconnected from the Susya settlement. However, to avoid the need to declare a new settlement, it was decided to consider it a “neighborhood” of Susya and plan the construction of a bridge over intercity Road 317 to connect the two settlements.

Gvaot (Plan 418/2/1/A) – The Gvaot settlement is also formally considered a “neighborhood” of the Alon Shvut settlement, even though it is 3 km away. The original plan is to build 1,006 housing units, but the HPC only approved Phase 1 of the plan, which includes 250 housing units. The Ministry of Housing is working on plans to establish a city there with tens of thousands of housing units.

Yakir (Plan 118/1/A) – Another significant plan is the establishment of a new neighborhood with 168 housing units for the Yakir settlement. The planned neighborhood is located beyond the access road to the settlement and involves the evacuation of a military base. The plan also connects to the Havat Yair outpost, which is also in the process of legalization as a “neighborhood” of Yakir.

Neria (Plan 235/13/1) – A plan for the construction of 436 housing units in the Neria settlement (officially considered a “neighborhood” of the Talmon settlement) west of Ramallah. This represents a significant expansion of the settlement deep in the West Bank in an area known as “Gush Talmonim,” where thousands of housing units have been approved in recent years and outposts have been legalized (such as Horesh Yaron, Haresha, Kerem Re’im, and Zayit Ra’anan). Recently, Minister Smotrich announced the advancement of a new bypass road intended to facilitate the planned growth in these settlements.

Overall, it was decided to advance 3,080 housing units for deposit and 2,215 housing units for validation.

List of the plans approved by the HPC on 3-4/7/24:

SettlementPlan NumberStage ApprovedHousing Units
Immanuel120/4/1Validation170
Immanuel120/13Validation96
Negohot521/ב/1Validation158
Hagai517/2Depositing135
Susya (Givat Hanan)513/5Depositing107
Modiin Illit210/4/2/6Depositing300
Elkana125/2/9Depositing8
Kiryat Arba510/3/14Validation140
Kiryat Arba510/22/3Validation25
Givat Zeev220/1/גDepositing5
Givat Zeev220/1/גDepositing5
Givat Zeev220/21/10Depositing3
Givat Zeev220/10/31Depositing12
Givat Zeev220/30/10Depositing4
Givat Zeev220/32/10Depositing195
Givat Zeev220/28Validation228
Etz Efraim126/16Validation12
Etz Efraim126/8/2Depositing24
Shaarei Tikva122/7Validation6
Masu’a (Machane Gadi)312/1/6Depositing260
Shilo205/25Depositing90
Almon (Anatot)226/2/עValidation91
Mitzpe Yericho228/5Validation365
Neria235/1/13Depositing436
Eli237/8Validation24
Ganei Modiin208/1/13/8Validation46
Heit Hogla (Kedem Arava)612Depositing316
Maale Shomron (Elamatan)116/3/5Depositing120
Elon Moreh107/1/8Validation186
Tzofim149/14Validation74
Pduel160/12Depositing25
Pduel160/11Depositing12
Revava170/10/4Depositing16
Kiryat Netafim129/6Depositing136
Yakir118/א/1Depositing168
Gva’ot418/2/1/אDepositing250
Nokdim411/12Validation290
Mitzad (Asfar)414/2/5Validation6
Beitar Illit426/7/19/בDepositing98
Beitar Illit426/7/2/3/אDepositing28
Beitar Illit426/7/4/אDepositing184
Beitar Illit426/7/2/2/אDepositing143
Beitar Illit426/21/3/1/בValidation184
Beitar Illit426/7/16/בValidation46
Beitar Illit426/7/17/בValidation68
Toal5,295

NOTEN 4 EN 5

[4]

PEACE NOW

SETTLEMENT WATCH

https://peacenow.org.il/en//category/settlements

[5]

”The settlements are the single most important factor in shaping life in the West Bank. Their destructive impact on the human rights of Palestinians extends far beyond the hundreds of thousands of dunams [1 dunam = 1,000 sq. meters], including farmland and grazing areas, that Israel appropriated from Palestinians in order to build them. More land has been expropriated to pave hundreds of kilometers of roads for settler use only;”

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements

From 1967 to the end of 2017, more than 200 Israeli settlements were established in the West Bank. They include:

  • 131 settlements officially recognized by the Israeli Ministry of the Interior;
  • About 110 settlements built without official authorization but with governmental support and assistance (known as “illegal outposts”);
  • Several settlement enclaves inside the city of Hebron;
  • 11 neighborhoods in the areas of the West Bank that Israel annexed to the municipal jurisdiction of Jerusalem in 1967, and several settlement enclaves within Palestinian neighborhoods in East Jerusalem.

Another 16 settlements that had been established in the Gaza Strip, and four in the northern West Bank, were dismantled in 2005 as part of the Disengagement Plan.

More than 620,000 Israeli citizens currently reside in settlements. Of these, about 209,270 live in the parts of the West Bank that Israel annexed to the municipal jurisdiction of Jerusalem (according to Jerusalem Institute for Policy Research figures from late 2016), and 413,400 live throughout the rest of the West Bank (according to Central Bureau of Statistics figures from late 2017).

The settlements are the single most important factor in shaping life in the West Bank. Their destructive impact on the human rights of Palestinians extends far beyond the hundreds of thousands of dunams [1 dunam = 1,000 sq. meters], including farmland and grazing areas, that Israel appropriated from Palestinians in order to build them. More land has been expropriated to pave hundreds of kilometers of roads for settler use only; roadblocks, checkpoints, and other measures that limit Palestinian movement only have been erected based on the location of settlements; Palestinian landowners have been effectively denied access to much of their farmland, both within settlements and outside them; and the winding route of the Separation Barrier, which severely violates the rights of Palestinians living near it, was established inside the West Bank in order to leave as many settlements as possible – and large tracts of land for expanding them – on the western side of the barrier.

All the settlement practices in the West Bank share the same objective, although those employed in the urban areas of Hebron and East Jerusalem – where Palestinians have also been dispossessed of their homes and of other structures – take a different form. 

In the early years of the occupation, the main ploy that Israel used to take over land for building settlements was to seize the land “for military purposes”. Military seizure orders were issued for some 31,000 dunams, most of which were earmarked for building settlements. In June 1979, the military issued a seizure order for privately-owned land near Nablus, which was slated for establishing the settlement of Elon Moreh. Several Palestinians petitioned Israel’s High Court of Justice (HCJ), arguing that the seizure violated international law, since it served a civilian purpose of building a settlement rather than true military needs. The court had rejected this argument in previous petitions, accepting the state’s claim that settlements contribute to security.

In this case, however, top security officials stated that building a settlement at that location would serve no military purpose. Also, some of the settlers joined the proceedings as respondents, explaining to the court that it was their intention to settle in the area permanently, for religious and political reasons, rather than to promote security. Given these unique circumstances, the court could not rule that the establishment of the settlement would serve military needs – although it did not rule out such a possibility in general. The justices restricted their decision to the specific case of Elon Moreh, ruling that the land seizure was meant to serve a civilian rather than military purpose and therefore breached international law. The court did not completely deny the possibility of seizing private land for building settlements, but held that when the dominant reason for issuing a seizure order is the establishment of a civilian settlement rather than military considerations, the order is unlawful.

This ruling made it difficult for Israel to continue seizing Palestinian land as it had done until that point. Instead, it required the state to obtain agreement between top security officials on the military advantage of every planned settlement, and to ensure that the settlers kept their intentions to themselves. To circumvent this, the government announced that it would thereafter build settlements only on land that had been declared state land.

However, when the state sought such land, it discovered that only some 687,000 dunams were considered state land at the time, mostly in the Jordan Valley and in the Judean Desert. This frustrated the governmental plan to build settlements along the central mountain ridge of the West Bank. Therefore, the state came up with a new system for declaring state land.

This system was founded on rewriting legal provisions and applying a completely different approach to the Ottoman Land Code, which governs land ownership in the West Bank, than the standard interpretation applied until then. The new approach made it much easier to declare state land, even when the land in question was considered private or collective Palestinian property under British and later Jordanian rule. One method for achieving this was requiring Palestinians to regularly cultivate farmland as a prerequisite to acquiring ownership rights; another was to disregard the provisions of local law, which grants Palestinian communities collective rights to use grazing areas and other public land. By employing these new tactics, from 1979 to 2002 Israel declared more than 900,000 dunams as state land. There are now some 1,200,000 dunams of state land in Area C, constituting 36.5% of Area C and 22% of the entire West Bank. An additional 200,000 dunams of state land are located in areas A and B, where planning is in the hands of the Palestinian Authority.

A comparative survey carried out by B’Tselem in the area of Ramallah revealed massive differences between the amount of land that Jordan defined as government property in areas registered before the occupation, and the amount that Israel declared state land in areas that the Jordanians had not managed to register prior to 1967. The results of the survey indicate that a significant proportion of the land that Israel declared as state land is actually private Palestinian property that was taken from its lawful owners through legal maneuvering, in breach of both local and international law.

This process of land takeover also contravenes basic tenets of due process and natural justice. In many cases, the Palestinian residents were not aware that their land had been registered as state property and when they found out, it was too late to appeal. The burden of proof always lies with Palestinians claiming ownership; even if landowners did manage to prove their ownership over the land, in some cases it was registered state land based on the claim that it had been handed over to a settlement “in good faith”.

Even if all the declarations of state land were lawful, public land – including the land declared as government property prior to 1967 – is meant to serve the population of the occupied territory, i.e. the Palestinian public, not the State of Israel or its citizens. However, Israel prohibits Palestinian use of this land almost entirely and considers it Israeli property. In keeping with this policy, Israel has allocated to settlement vast tracts of this “state land”, stretching far beyond their built-up sections. The lands allocated to settlements have been declared closed military zones and are off limits to Palestinians, except by special permit. In contrast, Israeli citizens, Jews from around the world and tourists can enter them freely.

At present, settlements cover 538,130 dunams – almost 10% of the West Bank. Their regional councils control another 1,650,370 dunams, including vast open areas that have not been attached to any particular settlement. This brings the total area under the direct control of settlements to 40% of the West Bank, and 63% of Area C.

Along with this governmental land grab, settlers have exploited the forced separation between Palestinians and their land to build houses, outposts and roads, sow fields and groves, graze livestock and take over natural water sources – all outside the vast areas already allocated to the settlements. This is attended by routine violence against Palestinians. These actions play a major role in the implementation of Israel’s policy in the West Bank by complementing official measures. The settlers’ apparently independent actions serve as a privatized system for taking over land, allowing Israel to establish and expand entire settlement blocs through an unofficial sidetrack while formally disavowing these actions.

Unlike the restrictive planning policy enforced upon Palestinian communities, Israeli settlements are fully represented in the planning process, enjoying detailed outline plans and advanced infrastructure. Although the state uses the same professional and legal terms to refer to both Israeli and Palestinian construction in the West Bank with– such as building and planning laws, urban master plans, planning procedures and illegal construction – it applies them very differently in practice. When it comes to Israeli settlements, the state turns a blind eye and offers support and retroactive approval, all as part of an overarching policy to de facto annex parts of the West Bank to Israel’s sovereign territory. Palestinian communities, on the other hand, are subjected to painstaking bureaucracy, stalled plans and widespread demolitions, in keeping with Israel’s policy to prevent Palestinian development in the West Bank and continue dispossessing Palestinians of their land.

The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.

The existence of settlements also leads to the violation of many human rights of Palestinians, including the rights to property, equality, an adequate standard of living and freedom of movement. In addition, the radical changes that Israel has made to the map of the West Bank preclude any real possibility of establishing an independent, viable Palestinian state in fulfilment of the right to self-determination. Although the West Bank is not part of Israel’s sovereign territory, Israeli has applied most of its domestic laws to the settlements and their residents. As a result, the settlers enjoy almost all the same privileges as citizens living within Israel. Meanwhile, Palestinians continue to live under martial law and are thereby systematically deprived of their rights and denied the ability to have any real impact on policymaking with respect to the territory in which they live. In creating this reality, Israel has formed a regime in which a person’s rights depend on his or her national identity.

Israel has refrained from formally annexing the West Bank (except in East Jerusalem). In practice, however, it treats the settlements established throughout Area C as extensions of its sovereign territory and has virtually eliminated the distinction for Israeli citizens – while concentrating the Palestinian population in 165 disconnected “islands” (Areas A and B). This double movement, of Israeli settlers taking over more and more West Bank land and Palestinians being pushed aside, has been a consistent mainstay of Israeli policy in the West Bank since 1967, with all Israeli legislative, legal, planning, funding and defense bodies working towards that end.

EINDE

GEDATEERD:

11 November 2017

Updated: 16 January 2019

NOOT 6

[6]

De in bezet gebied gestichte Israelische nederzettingen zijn

illegaal volgens het Internationaal Recht, gebaseerd op artikel 49, 4e Conventie van Geneve en het Haags Verdrag uit 1907

Zie hieronder

A

WAT ZEGT HET INTERNATIONALE RODE KRUIS

HET INTERNATIONALE RODE KRUIS

ICRC.ORG

SETTLEMENTS

https://casebook.icrc.org/a_to_z/glossary/settlements#:~:text=As%20the%20establishment%20of%20settlements,expand%20settlements%20is%20similarly%20prohibited.

The international humanitarian law of occupation contains a prohibition against deporting or transferring parts of the civilian population of the Occupying Power into Occupied Territory, even if they volunteer to be so transferred. Such transfers are often carried out in order to alter the demographic composition of the population of the occupied territory, and constitute a grave breach of Additional Protocol I, as well as being listed as a war crime under the Statute of the International Criminal Court.

As the establishment of settlements also involves population transfers into Occupied Territory, these are prohibited under IHL. Any measure designed to expand or consolidate settlements is also illegal. Appropriation of land to build or expand settlements is similarly prohibited. 

ICRC.ORG

WHAT DOES THE LAW SAY ABOUT THE

RESONSIBILITIES OF AN OCCUPYING POWER

IN THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORY?

https://www.icrc.org/en/document/ihl-occupying-power-responsibilities-occupied-palestinian-territories

SETTLEMENTS AND SETTLEMENT EXPANSION

The ICRC’s official position is that the West Bank has been occupied by Israel since 1967. Consequently, the ICRC has repeatedly stated that Israel settlements’ policy goes against key provisions of International Humanitarian Law (IHL), specifically the law of occupation, and is contrary to its intent and spirit. The 1949 Fourth Geneva Convention (GCIV) prohibits an Occupying Power from transferring its own population into the territories under its occupation. Therefore, Israel’s settlements policy in the West Bank contradicts the Fourth Geneva Convention. Settlement expansion – be it through formal expansion of existing settlements or through the largely unchecked spread of unauthorized outposts – is the key source of legal and humanitarian concerns in the West Bank. With its decades-long presence in the occupied Palestinian territory, the ICRC has been a witness to settlements’ impact. They restrict Palestinians’ freedom of movement and affect the social and economic fabric of entire communities. They can limit Palestinians’ access to their agricultural lands, natural resources or medical services. They also contribute to violence between Israeli settlers and Palestinian communities.

WAT ZEGT DE ISRAELISCHE MENSENRECHTENORGANISATIE BTSELEM

BTSELEM.ORG

”The establishment of the settlements contravenes international humanitarian law (IHL), which states that an occupying power may not relocate its own citizens to the occupied territory or make permanent changes to that territory, unless these are needed for imperative military needs, in the narrow sense of the term, or undertaken for the benefit of the local population.”

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements

ZIE VOOR GEHELE TEKST, NOOT 5

De Illegaliteit van de nederzettingen is gebaseerd op artikelen

uit de 4e Conventie van  Geneve en het Haags Verdrag van 1907

DE VIERDE CONVENTIE VAN GENEVE

ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE

”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”

ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/gciv-1949/article-49

HET HAAGS VERDRAG VAN 1907

De Staat, die een gebied bezet heeft, mag zich slechts beschouwen als beheerder en vruchtgebruiker der openbare gebouwen, onroerende eigendommen, bosschen en landbouwondernemingen, welke aan den vijandelijken Staat behooren en zich in de bezette landstreek bevinden. Hij moet het grondkapitaal dier eigendommen in zijn geheel laten en die overeenkomstig de regelen van het vruchtgebruik beheeren.”

 ARTIKEL 55, HAAGS VERDRAG 1907

https://wetten.overheid.nl/BWBV0006273/1910-01-26#Verdrag_2

IN HET ENGELS
Art. 55. The occupying State shall be regarded only as administrator and usufructuary of public buildings, real estate, forests, and agricultural estates belonging to the hostile State, and situated in the occupied country. It must safeguard the capital of these properties, and administer them in accordance with the rules of usufruct.  

CONVENTION RESPECTING THE LAWS AND CUSTOMS OF WARON LAND AND ITS ANNEX: REGULATIONS CONCERNINGTHE LAWS AND CUSTOMS OF WAR ON LAND

THE HAGUE 18 OCTOBER 1907

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/hague-conv-iv-1907/regulations-art-55

WAT ZEGT AMNESTY INTERNATIONAL

Israel’s policy of settling its civilians in occupied Palestinian territory and displacing the local population contravenes fundamental rules of international humanitarian law.

Article 49 of the Fourth Geneva Convention states: “The Occupying Power shall not deport or transfer parts of its own civilian population into the territory it occupies.” It also prohibits the “individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory”. 

AMNESTY INTERNATIONAL

CHAPTER 3

ISRAELI SETTLEMENTS AND INTERNATIONAL LAW

The situation in the OPT is primarily governed by two international legal regimes: international humanitarian law (including the rules of the law of occupation) and international human rights law. International criminal law is also relevant as some serious violations may constitute war crimes.

STATUS OF SETTLEMENTS UNDER INTERNATIONAL LAW

Israel’s policy of settling its civilians in occupied Palestinian territory and displacing the local population contravenes fundamental rules of international humanitarian law.

Article 49 of the Fourth Geneva Convention states: “The Occupying Power shall not deport or transfer parts of its own civilian population into the territory it occupies.” It also prohibits the “individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory”. 

The extensive appropriation of land and the appropriation and destruction of property required to build and expand settlements also breach other rules of international humanitarian law. Under the Hague Regulations of 1907, the public property of the occupied population (such as lands, forests and agricultural estates) is subject to the laws of usufruct. This means that an occupying state is only allowed a very limited use of this property. This limitation is derived from the notion that occupation is temporary, the core idea of the law of occupation. In the words of the International Committee of the Red Cross, the occupying power “has a duty to ensure the protection, security, and welfare of the people living under occupation and to guarantee that they can live as normal a life as possible, in accordance with their own laws, culture, and traditions.”

The Hague Regulations prohibit the confiscation of private property. The Fourth Geneva Convention prohibits the destruction of private or state property, “except where such destruction is rendered absolutely necessary by military operations”.

As the occupier, Israel is therefore forbidden from using state land and natural resources for purposes other than military or security needs or for the benefit of the local population. The unlawful appropriation of property by an occupying power amounts to “pillage”, which is prohibited by both the Hague Regulations and Fourth Geneva Convention and is a war crime under the Rome Statute of the International Criminal Court and many national laws.

Israel’s building of settlements in the West Bank, including in East Jerusalem, does not respect any of these rules and exceptions. Transferring the occupying power’s civilians into the occupied territory is prohibited without exception. Furthermore, as explained earlier, the settlements and associated infrastructure are not temporary, do not benefit Palestinians and do not serve the legitimate security needs of the occupying power. Settlements entirely depend on the large-scale appropriation and/or destruction of Palestinian private and state property which are not militarily necessary. They are created with the sole purpose of permanently establishing Jewish Israelis on occupied land.

In addition to being violations of international humanitarian law, key acts required for the establishment of settlements amount to war crimes under the Rome Statute of the International Criminal Court. Under this body of law, the “extensive destruction and appropriation of property not justified by military necessity and carried out unlawfully and wantonly” and the “transfer, directly or indirectly, by the Occupying Power of parts of its own civilian population into the territory it occupies, or the deportation or transfer of all or parts of the population of the occupied territory within or outside this territory” constitute war crimes. As stated above, “pillage” is also a war crime under the Rome Statute.

Israel’s settlement policy also violates a special category of obligations entitled peremptory norms of international law (jus cogens) from which no derogation is permitted. The International Court of Justice (ICJ) affirmed that the rules of the Geneva Conventions constitute “intransgressible principles of international customary law”. Only a limited number of international norms acquire this status, which is a reflection of the seriousness and importance with which the international community views them. Breaches of these norms give rise to certain obligations on all other states, or “third states”, which are explained below.

SETTLEMENTS, DISCRIMINATION AND HUMAN RIGHTS VIOLATIONS

States have a duty to respect, protect and fulfil the human rights of people under their jurisdiction, including people living in territory that is outside national borders but under the effective control of the state. The ICJ confirmed that Israel is obliged to extend the application of the International Convention on Civil and Political Rights, the International Convention on Economic, Social and Cultural Rights and other treaties to which it is a state party to people in the OPT. Israel is a state party to numerous international human rights treaties and, as the occupying power, it has well defined obligations to respect, protect and fulfil the human rights of Palestinians. 

However, as has been well documented for many years by the UN, Amnesty International and other NGOs, Israel’s settlement policy is one of the main driving forces behind the mass human rights violations resulting from the occupation. These include:

Violations of the right to life: Israeli soldiers, police and security guards have unlawfully killed and injured many Palestinian civilians in the OPT, including during protests against the confiscation of land and the construction of settlements. UN agencies and fact-finding missions have also expressed concern about violence perpetrated by a minority of Israeli settlers aimed at intimidating Palestinian populations.

Violations of the rights to liberty, security of the person and equal treatment before the law: Amnesty International has documented how Palestinians in the OPT are routinely subjected to arbitrary detention, including through administrative detention. Whereas settlers are subject to Israeli civil and criminal law, Palestinians are subject to a military court system which falls short of international standards for the fair  conduct of trials and administration of justice.

Violations of the right to access an effective remedy for acts violating fundamental rights: Israel’s failure to adequately investigate and enforce the law for acts of violence against Palestinians, together with the multiple legal, financial and procedural barriers faced by Palestinians in accessing the court system, severely limit Palestinians’ ability to seek legal redress. The Israeli High Court of Justice has failed to rule on the legality of settlements, as it considered the settlements to be a political issue that that it is not competent to hear.

Violations of the rights to freedom of expression and peaceful assembly: Amnesty International has documented Israel’s use of military orders to prohibit peaceful protest and criminalize freedom of expression in the West Bank. Israeli forces have used tear gas, rubber bullets and occasionally live rounds to suppress peaceful protests.

Violations of the rights to equality and non-discrimination: Systematic discrimination against Palestinians is inherent in virtually all aspects of Israel’s administration of the OPT. Palestinians are also specifically targeted for a range of actions that constitute human rights violations. The Israeli government allows settlers to exploit land and natural resources that belong to Palestinians. Israel provides preferential treatment to Israeli businesses operating in the OPT while putting up barriers to, or simply blocking, Palestinian ones. Israeli citizens receive entitlements and Palestinians face restrictions on the grounds of nationality, ethnicity and religion, in contravention of international standards.

The Israeli authorities have created a discriminatory urban planning and zoning system. Within Area C, where most settlement construction is based, Israel has allocated 70% of the land to settlements and only 1% to Palestinians. In East Jerusalem, Israel has expropriated 35% of the city for the construction of settlements, while restricting Palestinians to construct on only 13% of the land. These figures clearly illustrate Israel’s use of regulatory measures to discriminate against Palestinian residents in Area C.

The UN has also pointed to discrimination against Palestinians in the way in which the criminal law is enforced. While prosecution rates for settler attacks against Palestinians are low, suggesting a lack of enforcement, most cases of violence against Israeli settlers are investigated and proceed to court.

Violations of the right to adequate housing: Since 1967, Israel has constructed tens of thousands of homes on Palestinian land to accommodate settlers while, at the same time, demolishing an estimated 50,000 Palestinian homes and other structures, such as farm buildings and water tanks. Israel also carries out demolitions as a form of collective punishment against the families of individuals accused of attacks on Israelis. In East Jerusalem, about 800 houses have been demolished since 2004 for lack of permits. Israel also confiscates houses inhabited by Palestinians in the city to allocate them to settlers. By forcibly evicting and/or demolishing their homes without providing adequate alternative accommodation, Israel has failed in its duty to respect the right to adequate housing of thousands of Palestinians.

Violations of the right to freedom of movement: Many restrictions on freedom of movement for Palestinian residents are directly linked to the settlements, including restrictions aimed at protecting the settlements and maintaining “buffer zones”. Restrictions include checkpoints, settler-only roads and physical impediments created by walls and gates. 

Violations of the rights of the child: Every year, 500-700 Palestinian children from the occupied West Bank are prosecuted in Israeli juvenile military courts under Israeli military orders. They are often arrested in night raids and systematically ill-treated. Some of these children serve their sentences within Israel, in violation of the Fourth Geneva Convention. The UN has also documented that many children have been killed or injured in settler attacks.

Violations of the right to enjoyment of the highest attainable standard of physical and mental health: Restrictions on movement limit Palestinians’ access to health care. Specialists working with Palestinian populations have also documented a range of serious mental health conditions that stem from exposure to violence and abuse in the OPT.

Violations of the right to water: Most Palestinian communities in Area C are not connected to the water network and are prevented from repairing or constructing wells or water cisterns that hold rainwater. Water consumption in some Area C communities is reported by the UN to be 20% of the minimum recommended standard. Israel’s failure to ensure Palestinian residents have a sufficient supply of clean, safe water for drinking and other domestic uses constitutes a violation of its obligations to respect and fulfil the right to water. 

Violations of the right to education: Palestinian students face numerous obstacles in accessing education, including forced displacement, demolitions, restrictions on movement and a shortage of school places. An independent fact-finding mission in 2012 noted an “upward trend” of cases of settler attacks on Palestinian schools and harassment of Palestinian children on their way to and from school. Such problems can result in children not attending school and in a deterioration in the quality of learning. 

Violations of the right to earn a decent living through work: The expansion of settlements has reduced the amount of land available to Palestinians for herding and agriculture, increasing the dependency of rural communities on humanitarian assistance. Settler violence and the destruction of Palestinian-owned crops and olive trees have damaged the livelihoods of farmers. The UN has reported that in Hebron city centre, the Israeli military has forced 512 Palestinian businesses to close, while more than 1,000 others have shut down due to restricted access for customers and suppliers.

SUSTAINED INTERNATIONAL CONDEMNATION

Most states and international bodies have long recognized that Israeli settlements are illegal under international law. The European Union (EU) has clearly stated that: “settlement building anywhere in the occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem, is illegal under international law, constitutes an obstacle to peace and threatens to make a two-state solution impossible.”

The settlements have been condemned as illegal in many UN Security Council and other UN resolutions. As early as 1980, UN Security Council Resolution 465 called on Israel “to dismantle the existing settlements and, in particular, to cease, on an urgent basis, the establishment, construction and planning of settlements in the Arab territories occupied since 1967, including Jerusalem.” The International Committee of the Red Cross and the Conference of High Contracting Parties to the Fourth Geneva Convention have reaffirmed that settlements violate international humanitarian law. The illegality of the settlements was recently reaffirmed by UN Security Council Resolution 2334, passed inDecember 2016, which reiterates the Security Council’s call on Israel to cease all settlement activities in the OPT. The serious human rights violations that stem from Israeli settlements have also been repeatedly raised and condemned by international bodies and experts.

EN ZIE OOK

NOTEN 7 EN 8

[7]

ARTIKEL 49, 4E CONVENTIE VAN GENEVE

”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”

ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/gciv-1949/article-49

HET HAAGS VERDRAG VAN 1907

De Staat, die een gebied bezet heeft, mag zich slechts beschouwen als beheerder en vruchtgebruiker der openbare gebouwen, onroerende eigendommen, bosschen en landbouwondernemingen, welke aan den vijandelijken Staat behooren en zich in de bezette landstreek bevinden. Hij moet het grondkapitaal dier eigendommen in zijn geheel laten en die overeenkomstig de regelen van het vruchtgebruik beheeren.”

 ARTIKEL 55, HAAGS VERDRAG 1907

https://wetten.overheid.nl/BWBV0006273/1910-01-26#Verdrag_2

IN HET ENGELS
Art. 55. The occupying State shall be regarded only as administrator and usufructuary of public buildings, real estate, forests, and agricultural estates belonging to the hostile State, and situated in the occupied country. It must safeguard the capital of these properties, and administer them in accordance with the rules of usufruct.  

CONVENTION RESPECTING THE LAWS AND CUSTOMS OF WARON LAND AND ITS ANNEX: REGULATIONS CONCERNINGTHE LAWS AND CUSTOMS OF WAR ON LAND

THE HAGUE 18 OCTOBER 1907

https://ihl-databases.icrc.org/en/ihl-treaties/hague-conv-iv-1907/regulations-art-55

[8]

MAIL ASTRID ESSED AAN NOS TELETEKST/”UW BERICHTGEVING DD 

4 MAART 2024: ”ISRAEL BOUWT MEER HUIZEN WESTOEVER]/DEZE

KEER EEN COMPLIMENT!

ASTRID ESSED

7 MAART 2024

Mail Astrid Essed aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 7 maart 2024: ”Israel bouwt meer huizen Westoever”/DEZE KEER EEN COMPLIMENT! | Astrid Essed

Reacties uitgeschakeld voor Mail Astrid Essed dd 5 juli 2024 aan NOS Teletekst/”Uw berichtgeving dd 4 juli 2024/”Grootste annexatie op Westoever”

Opgeslagen onder Divers

[Artikel Peter Storm]/Een kwade dag, een goede dag

Gratis foto crepuscular rays

EEN KWADE DAG, EEN GOEDE DAG

Astrid Essed:

HET VERZET TEGEN HET FASCISTENKABINET IS

BEGONNEN

IN WOORD EN IN DAAD!

WEBSITE PETER STORM

Geplaatst op 2 juli 2024 door egel

dinsdag 2 juli 2024

Het was zover: vandaag, op 2 juli 2024, begon in Nederland een extreem-rechts kabinet met regeren, met Dick Schoof aan het hoofd en Geert Wilders in de regiekamer. Een kabinet van halve fascisten, van hele fascisten en van collaborateurs. Een kabinet met macabere voornemens waarvan vluchtelingen, moslims, klimaat en natuur, alles en iedereen dat niet wit, mannelijk, hetero, cis en kapitaalkrachtig is, de dupe van zal worden – als we ze niet tegenhouden.

Er was dan ook alle reden om de dag dat de junta van Schoof op het beruchte bordes bij dat beruchte paleis zou verschijnen, aan te grijpen voor furieus antifascistisch protest. De vraag bleef tot in een laat stadium: komt er daadwerkelijk zoiets? En wie zet het op touw? Als Nederland een flinke en stevige antifascistische beweging kende, zou die beweging de zaak op poten zetten. Maar zo’n beweging is er dus niet, het is zaak dat die er komt. Bij gebrek daaraan kwam de stap om te gaan demonstreren uit heel andere hoek: een ex-Volt Kamerlid, een zekere Nilüfer Gündogan lanceerde een demonstratie(1), om 10 uur in de ochtend op de dag des onheils, Koekamp, dicht bij Centraal Station, Den Haag.

‘Demonstratie voor de rechtstaat’, zo ging die actie heten. Zeer onbevredigend. Het gaat niet om de verdediging van een staatsvorm, en een rechtsstaat gaat ons net zo min redden als welke staat dan. Het gaat om gelijkwaardigheid, om onze rechten, tegenover een regering die de aanval daarop inzet een aanscherpt. Maar hoe bezwaarlijk ik dat rechtsstaat-etiket ook vond, het is helder dat met die leus op een progressief-liberale manier iets wordt uitgedrukt dat ik als anarchist ook zie, voel en vindt: de komende regering gaat op een wezenlijk andere manier politiek bedrijven en asociaal beleid doordrukken, en dat verdient een solidair antwoord.

Ik vond het nuttig om mee te doen, en ik heb bepaald geen spijt. Ik vermoedde dat de oproep om te gaan demonstreren wel eens een snaar kon raken bij veel mensen die verontrust zijn over wat er dreigt aan te komen, die daar uiting aan willen geven en gewoon af komen op welk initiatief dan ook dat de moeite nam om iets te gaan doen. Dat radicaal linkse groepen en netwerken dat initiatief niet al eerder dan Gündogan hadden genomen, is niet de fout van Gündogan en al helemaal niet van al die verontruste mensen die een mogelijkheid zochten om hun zorgen en boosheid te uiten.

Tegelijk vond ik het ook goed dat, toen die rechtsstaat-demonstratie er bleek te zijn, radicale antifascisten – potentiële beginnetjes en ingrediënten van die robuuste antifascistische beweging die we nodig hebben – besloten om daar met een eigen insteek en onder eigen vlag aan deel te nemen, precies omdat we bij die verontruste mensen horen en om de ‘liberal’ rechtsstaat-illusies niet alle ruimte te geven op de demonstratie. Dus sloot ik me aan bij het alsnog uitgeroepen radicale antifascistische blok (2) dat even verderop, bij het Homomonument, zou verzamelen. Zo voorgenomen, zo gedaan.

Het begon wat onduidelijk. Ik was ruim op tijd, zag een flinke groep demonstranten al verzameld op de daartoe bestemde plek, liep door naar de verzamelplek van het antifa-blok eventjes verderop, maar daar was slechts een enkeling, ook zoekende naar een blok dat er niet was. Al snel vroeg een agent wat ik zocht. Vervolgens een tweede ‘toenaderingspoging’ vanuit de staatsknokploeg. Ik zag de politie en dacht: straks verzamelt zich hier een groepje antifascisten en houdt de ruim aanwezige politiemacht dat groepje weg van de demonstratie zelf. No way, weg hier, en samen met de andere enkeling naar de demonstratie zelf. Daar vond ik andere kameraden. We vormden alsnog een radicaal blokje, met spandoek en een paar vlaggen. Op het spandoek: Ontmasker De Fascisten.

De menigte bestond uit een paar honderd mensen. Eerst verzamelen dus, en al wat leuzen roepen. Verderop hoorde ik Hoe Laat Is Het? Solidariteit! en ‘Geef Haat Geen Macht!’ Ik vermoed dat dara mensen van het platform Stop Racisme en Fascisme stonden.. Zelf begon ik ook te roepen: ‘Schuif Schoof Onder Het Tapijt – Leve, Leve de Solidariteit! Wat mensen namen dat over.

Er was niet echt een programma met sprekers, en alleen al dat vond ik een pluspunt. We waren meteen deelnemer, geen toeschouwer, het hing van ons allemaal af wat er gebeurde. En wat er gebeurde was: we gingen lopen en leuzen roepen. Langs en al snel door het Haagse Bos. We waren best luid. 1 2 3 4, We willen geen fascisten hier! 5 6 7 8, Gooi die Wilders in de gracht! Racisme? Nee! Fascisme? Nee! PVV? Nee Nee Nee! Toen Niet, Nu Niet, Nooit Meer Fascisme! Say It Loud, Say It Clear, Refugees Are Welcome Here! Alerta Alerta, Antifascista! Siamo Tutti Antifascisti! en ook weer Hoe Laat Is Het? Solidariteit! En jawel hoor, Schuif Schoof Onder het tapijt – Leve, Leve de Solidariteit! Soms ingezet door mij en de mensen om me heen. Maar ik hoorde die leus ook een keer vanuit andere delen van de demonstratie ingezet worden. De leus sloeg echt aan, dat was wel leuk om te merken.

Ik vond de sfeer levendig en goed. Ik zag wat XR-symbolen, ik zag een Bij1-vlag, en een zwart-rode anarcho vlag was er natuurlijk ook. De aanwezigheid uit anarchistische hoek hield trouwens niet echt over, voor zover ik kon waarnemen. Ik zag ook allerlei linkse groepen niet zichtbaar aanwezig. Wat mensen met FNV-vlaggen was blijkbaar ook te veel gevraagd. Maar ik had de indruk dat heel veel mensen niet vanuit of via een organisatie of groep waren op komen dagen maar op een of andere manier lucht van de demonstratie hadden gekregen en gewoon besloten hadden: daar ga ik heen! Een goede zaak, dit type opkomst, hoe spijtig de afwezigheid van dat andere type opkomst – zichtbaar via organisaties en groepen – ook mag zijn. Ik vermoed dat een flink deel van de demonstranten zoiets voor het eerst deed, of het maar heel af en toe eerder had gedaan. Wat ik voelde om me heen was oprechte zorg en woede, en een bereidheid om die te uiten en daarvoor bijvoorbeeld ook leuzen die ze nog niet kenden op te pikken en over te nemen.

Vrij opeens stonden we aan het begin van de oprijlaan naar het paleis. Daar bleven we leuzen roepen. Verderop, een stuk op de oprijlaan zelf, zag ik ook nog een groepje mensen met Amnestie-borden. Die hadden, zo begreep ik achteraf, kennelijk ook iets van de demonstratieve actie op touw gezet,(3) en af en toe was er een klein toespraakje door de megafoon. Wederom geen officieel programma, gelukkig. Wel klonken nu de rechtsstaat-illusies verwoord in leuzen. Wij zijn de rechtsstaat! riepen mensen, en ook iets over Artikel 1 van de grondwet, alsof wetsteksten ons gaan redden van het zich vestigende fascisme. Het radicale groepje waar ik deel van uitmaakte stond meer opzij, en riep leuzen zoals ik die heb genoemd. Politie er voor, het leek er even op alsof ze onze groep los wilde wrikken van de demo als geheel, wat ons in gevaar zou hebben kunnen brengen. We wisten aansluiting bij de rest van de demonstratie te houden, maar de politie drong ons gaandeweg wel terug.

En toen was het voorbij. Mensen verlieten in kleine groepjes de demonstratieplek. En daar zag je dat het organisatoren aan ervaring – en radicale demonstranten in ons groepje aan alertheid en anticipatie! – had ontbroken. We stonden daar met tweehonderd tegenstanders van het fascisme in het bos. Met die tweehonderd samen zijn we relatief sterk. In losse kleine groepjes in een bois waar omstanders en voorbijgangers op straat je niet zien, zijn we dat niet. Het is niet wijs om een demonstratie zo uiteen te laten vallen. Je weet niet wat de politie na afloop gaat doen, met radicale demonstranten in hun vizier bijvoorbeeld. En dan heb ik het nog niet eens over PVV-aanhangers die de demonstratie als geheel geen, maar kleine groepjes demonstranten mogelijk wel, durven aan te vallen. Er had als gezamenlijke groep teruggelopen moeten worden, minstens tot buiten het bos. Voor ieders veiligheid. Ook voor diat soort solidariteit is het hoog tijd. Zoiets kan zeer verkeerd aflopen anders.

Wij verzamelden onze groep plus wat mensen er omheen, en vertrokken, Richting Tweede Kamer, althans het tijdelijke vergadergebouw daarvan. Maar eens kijken of daar nog iets was. Toen we het park uit kwamen zag ik dat er een politiebusje achter ons aan was gereden. Rechtsaf, langs de Bezuidenhoutseweg, eind doorlopen. Op een gegeven moment wat onrust: politie hield iemand staande, wij liepen terug om te kijken wat er gaande was. Wat bleek? Een team van Pownews, een drietal inclusief vervaarlijke bodyguard – had die persoon zeer opdringerig gevolgd, die persoon maakte duidelijk dat hij daar niet van was gediend. Dus nu wilde de politie precies van die persoon het ID zien! Dat deed die, luid protesterend, uiteindelijk, en we gingen weer verder.

Even later sloegen we linksaf en kwamen op een stuk weg dat me bekend was: de weg vanwaaraf je neer kunt kijken op de A12. Aan beide kanten van die A12 stonden mensen, en even later zagen we het: beneden, op de A12 zat een groep demonstranten de A12 weer eens te blokkeren! Ter gelegenheid van het aantreden van datzelfde kabinet waartegen wij zojuist hadden gedemonstreerd, een kabinet dat immers ook op klimaatgebied extra ellende uitstraalt. Enkele tientallen mensen. Een aantal van ons zijn die daar uren bleven supporten, tot de laatste vastgeplakte demonstrant was losgemaakt en de actievoerder die hoog in een tripod zat, met een hoogwerker was weggehaald. ‘You are not alone’ riepen we keer op keer’, en we kregen terug: ‘Supporters bedankt!’. Verder een anatal bij XR-acties gangbare klimaatleuzen en dergelijke. Een zeer vrolijk-strijdbaar sfeertje, beneden maar ook langs de weg boven.

De politie – met tientallen agenten, busjes en alles aanwezig beneden – liet zich ook boven niet onbetuigd. Enkele malen kwamen agenten mensen dwingend ‘vragen’ om een ID. In een geval was het excuus een vlag die iemand boven de A12 liet wapperen! Ik kreeg de vraag ook, en ben zelfs gevorderd om mijn ID te tonen, anders zou ik worden aangehouden. Ik heb gezegd dat ze me konden fouilleren maar dat ik het ding zelf niet te voorschijn zou halen. Kameraden om me heen maakten ook duidelijk dat ze de politievraag om ID verwerpelijke onzin vonden. Dat hielp, no doubt. Agenten zagen er uiteindelijk van af om hun vordering aan mij daadwerkelijk in een aanhouding om te zetten of me alsnog tot het tonen van mijn ID te bewegen.

Voor de zekerheid zijn we nadat de hele zaak afgelopen was, niet langs die agenten gegaan om naar het station te komen. Wel zagen we, toen we dat laatste deden, een groepje van vier agenten achter ons aan rijden. Je kunt maar niet weten wat die raddraaiers allemaal nog meer gaan doen, nietwaar? Maar we verdwenen in het station om elders rad te gaan draaien – koffiedrinken, uitrusten… – en dat was dat. Ik had intussen een paar XR-kameraden uit de Brabo-regio getroffen die op de A12 hadden gezeten, door de politionele ADO-express waren afgevoerd maar alweer vrij waren. In de trein, en naar huis wat mij betreft.

Enkele afsluitende opmerkingen. Het was een kwade dag: de junta van Schoof is geïnstalleerd. Het was een goede dag: we hebben de komst van die junta niet onbeantwoord gelaten. De demonstratie was nuttig en goed! Levendig, luidruchtig, strijdlustig. Tegelijk: de demonstratie had veel en veel groter kunnen zijn. Ik zag nogal wat mensen waarvan ik de indruk had dat ze van ver buiten de gangbare linkse en radicale netwerken kwamen. En die waren gewoon net zo bezorgd en boos als de standaardradicalen, de usual suspects waar ik er eentje van ben. En dit waren dan enkel de mensen die tijdig van de demonstratie hadden gehoord en op een doordeweekse dag tijd en gelegenheid hadden om mee te doen. Dit waren nadrukkelijk niet allemaal tamme ingekapselde liberals (‘libs’) die keurig op de automatische piloot doen wat vakbond of linksige politieke partij hun voorschrijft.

Hier liepen radicalen-in-de-dop – en soms al een flink eind uit het ei gekropen – rond, op een doordeweekse druilerige werkdag. Hoeveel van zulke mensen waren weliswaar elders, maar zouden gekomen zijn als ze het tijdig hadden geweten? Dan zouden ze – daar ben ik van overtuigd – een goede ervaring hebben opgedaan, zoals aanwezigen een goede ervaring opdeden. Als er dan ook een daadwerkelijk tijdig georganiseerd radicaal antifascistisch blok was geweest, en niet enkel een late oproep daartoe: nog beter! En wat als mensen in zo’n blok volgende keer weer eens flyers meenemen om uit te delen aan mededemonstranten, bijvoorbeeld over zin en noodzaak van militant antifascisme? Jazeker, ik had ook meer kunnen doen in die richting, en ik trek me dat aan.

Hoe dan ook! Wat de dag liet zien? Er is een potentieel van antifascistische strijd. Van dat potentieel is maar een fractie op de been gekomen op de demonstratie. Aan wie dat ook ligt, aan al die mensen die er niet waren omdat niemand ze vertelde dat deze demo er was ligt het in ieder geval niet. Korter gezegd: aan de slag!

Noten:

(1) ‘Nilüfer Gündogan organiseert protest tegen PVV-kabinet op dag van bordesfoto’, Hart van Nederland, 18 juni 2024, https://www.hartvannederland.nl/politiek/artikelen/niluefer-guendogan-organiseert-protest-tegen-pvv-kabinet-dag-bordesfoto

(2) ‘Oproep tot een radicaal antifascistisch blok 2 juli’, Indymedia, 27 juni 2024, https://www.indymedia.nl/node/54893

(3) Dat viel op te maken uit: ‘Honderden mensen demonstreren tegen nieuw kabinet: “Waar is de zon dan, Geert?’. Hart van Nederland, 2 juli 2024, https://www.hartvannederland.nl/politiek/demonstratie/artikelen/honderden-mensen-demonstreren-tegen-nieuw-kabinet-waar-is-de-zon-dan-geert

Peter Storm

Reacties uitgeschakeld voor [Artikel Peter Storm]/Een kwade dag, een goede dag

Opgeslagen onder Divers

Toespraak burgemeester Halsema bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

GEMEENTE AMSTERDAM

BURGEMEESTER HALSEMA

TOESPRAAK NATIONALE HERDENKING SLAVERNIJVERLEDEN-1 JULI 2024

https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/college/burgemeester/speeches/toespraak-nationale-herdenking

Toespraak Nationale Herdenking Slavernijverleden – 1 juli 2024

Het gesproken woord geldt.

Vandaag herdenken wij de voorouders van honderdduizenden Nederlanders.

“For while we have our eyes on the future – history has its eyes on us” ….
zo dichtte Amanda Gorman.

De ogen van de geschiedenis priemen in onze rug. Als aanklacht, maar ook verwachtingsvol.

Wij zijn hier niet om een politieke verplichting te vervullen, maar uit diep respect en uit mededogen.

Mededogen met hen die uit hun land werden ontvoerd, gescheiden van familie en geliefden. Wier namen werden afgenomen. Die werden geketend en mishandeld en moesten leven in slavernij. Die werden vermoord.

En uit respect voor allen die onder onmenselijke omstandigheden hun verhalen, liederen en rituelen hebben doorgegeven aan volgende generaties. Respect voor de vrijheidsstrijders – zoals Boni en Tula – die in verzet kwamen.

Tijdens de tentoonstelling Slavernij werd in het Rijksmuseum een brandijzer van de West-Indische Compagnie getoond.

Ik vond het één van de meest confronterende voorwerpen om te zien.

Door slaafgemaakte mensen te brandmerken werden zij tot eigendom gemaakt. Brandmerken was een wezenlijk onderdeel van de ontmenselijking waar het racistische systeem van slavernij op stoelde.

Toen de slavernij werd afgeschaft droegen velen nog het litteken.

Op hun huid.

En op hun ziel.

Inmiddels hebben veel organisaties, steden en ook de Nederlandse regering excuses gemaakt. Toen Zijne Majesteit zei dat de ketenen verbroken waren, voelden we ons allemaal een beetje vrijer.

Maar het litteken van het brandmerk is er nog. En ook de pijn is van generatie op generatie doorgegeven. Omdat het slavernijverleden lang werd verzwegen. Omdat pijn die wordt ontkend niet kan helen. Omdat oude wonden worden geïnfecteerd met omvolkingstheoriën, wit superioriteitsdenken en xenofobie. Omdat een verbrande huid niet geneest als die telkens weer wordt opengehaald met het brandijzer van het hedendaags racisme.

We herdenken niet alleen voor de nazaten, maar voor alle Nederlanders.

Want een land dat maar de helft van zijn geschiedenis wil kennen is een gemankeerd land.

Wie wel de moed van onverschrokken zeehelden bezingt maar niet de schandvlekken uit ons nationale verleden onder ogen durft te komen is een wegkijker.

Die kijkt weg van de ontmenselijking, de wreedheid en de ongelijkheid die slavernij was. En die onlosmakelijk verbonden was met een racistisch wereldbeeld.

Die ontkent ook de diepe sporen die slavernij heeft nagelaten.  De onacceptabele verschillen in welvaart, kansen en gezondheid. En het racisme dat veel Nederlanders nog dagelijks treft. Dat overal waar je kijkt haar lelijke tentakels uitstrekt: op straat, op school, op social media, in de politiek. En dat ik ook nog tegenkom op mijn werk, bij de Amsterdamse gemeente, en ervaar als een nederlaag.

De geschiedenis houdt ons in het oog, zoals Amanda Gorman zei.

Wij kunnen niet trots zijn als we tegelijk wegkijken. Liefde voor ons land betekent ook onze geschiedenis werkelijk kennen. Het betekent rechtvaardig met ons verleden omgaan, en vooral met al de mensen die de littekens van de geschiedenis voelen branden, en die daar terecht aandacht voor vragen.

Gelukkig staan zoveel mensen op tegen haat en onrecht; zelfbewust, vastberaden en woekerend met hun talenten.

Mensen die ervoor hebben gezorgd dat zwarte Piet bijna helemaal uit onze steden verdwenen is. Dat meer schoolboeken en musea onze hele geschiedenis vertellen. Dat pijnlijke gesprekken gevoerd worden.

Aan de mensen die vooruitgang willen terugdraaien, die trots zijn op hun wegkijken, op het ontkennen van andermans pijn …. zou ik willen vragen: Waarom eigenlijk? Jou wordt toch niets afgenomen?

Laten we samen gehoor geven aan de oproep van Typhoon, eerder op deze plek. Hij zei: ‘Wees moedig in je ongemak, sluit je aan bij onze generatie.’

Laten we ons voorstellen wat we wel kunnen bereiken als we dat doen.

Als we nieuwsgierig zijn naar elkaar, in plaats van bekrompen te oordelen. Als we rechtvaardig zijn in plaats van rancuneus.

Dan kan de huid waar nu nog littekens zitten helen.

Dan kunnen we onze geschiedenis, ons gedeelde verleden verrijken.

Dan gloort er een Nederland dat zich, met de priemende ogen van de geschiedenis in de rug, laat voortduwen, de blik gericht op een toekomst samen. Werkelijk trots, moedig, hoopvol.

Reacties uitgeschakeld voor Toespraak burgemeester Halsema bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

Opgeslagen onder Divers

Toespraak minister Dijkgraaf bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

RIJKSOVERHEID.NL

TOESPRAAK MINISTER DIJKGRAAF BIJ DE NATIONALE

HERDENKING SLAVERNIJVERLEDEN OP 1 JULI 2024

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/toespraken/2024/07/01/toespraak-minister-dijkgraaf-bij-de-nationale-herdenking-slavernijverleden-op-1-juli-2024

Toespraak minister Dijkgraaf bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

Toespraak | 01-07-2024

Op maandag 1 juli 2024 hield minister Robbert Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) een toespraak namens het kabinet bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden in het Oosterpark te Amsterdam.

hoe schrijven we onszelf
in dit volgende hoofdstuk
met hoeveel armen en met welke woorden zullen we het verleden
uit de schaduw trekken
in de ogen kijken
en omhelzen?

Woorden van Dichter des Vaderlands Babs Gons.
Die ze schreef ter gelegenheid van de nationale slavernijherdenking vorig jaar.

Voor alle kabinetsleden is het heel waardevol om op onze laatste werkdag bij u te mogen zijn.
We zijn hier in het Oosterpark verbonden met iedereen die mee herdenkt.
Op het Museumplein, in Suriname, op Aruba, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Of waar ook in de wereld.

Vergiffenis. Apologize. Diskulpa. Pardon.
Woorden maken een wereld van verschil.
Hebben kracht.
Kunnen helende balsem zijn.
Maar ook wapens die diepe wonden slaan.

In de aanloop naar deze herdenking hebben woorden opnieuw wonden opengelegd.
Ik heb uw ongemak gezien, uw zorgen gehoord, uw pijn gevoeld.
Laten we moed putten uit een herdenking die waardig en gezamenlijk is.
En uit het besef van hoe ver we komen.

Kijk naar het afgelopen Herdenkingsjaar.
Steden, instellingen en families brachten hun eigen weggedrukte slavernijverleden aan het licht.
Boden excuses aan.
Op honderden plekken stond het slavernijverleden in de belangstelling. In herdenkingen, podcasts en dialogen.
In slavernijwandelingen, lesmateriaal en toneelvoorstellingen.
Meer mensen dan ooit zetten zich hier actief voor in. Vastberaden om dit werk voort te zetten.

Als coördinerend minister van het Herdenkingsjaar had ik het voorrecht om met u op te trekken.
De vele, vele gesprekken hebben mijn blik geopend.
Ik dacht het wel ongeveer te weten.
Maar ik moest leren hoe eenzijdig mijn kennis was, hoe benauwd mijn bubbel.
Hoe diepgeworteld en wijdvertakt racisme en discriminatie in het heden zijn.
En hoeveel ongelijkheid daar nog steeds uit voortvloeit.
Iedere dag weer.

De gesprekken waren vaak pijnlijk, maar altijd waardevol.
Ze leerden me dat de weg vooruit voor iedereen op een andere manier moeilijk is.
Je moet je blik 180 graden keren. Weg van je vertrouwde opvattingen en kennis.
Met open vizier en oprechte nieuwsgierigheid naar de ander kijken.
Je frontaal richten op het onbekende voor je.
Waar je de weg niet weet, maar wel de richting. Vooruit.

Wat gun ik iedereen die open blik.
Die zicht geeft op nieuwe verhaallijnen en perspectieven.

Het verhaal van de Inheemse gemeenschappen, verjaagd van hun land en tot slaaf gemaakt.
Het onmenselijke geweld van eeuwen van slavernij, in alle windstreken.
En het verzet ertegen.
De heldhaftige ontsnappingen, zoals door de Marrons.
Het onrecht van de contractarbeid.
Maar ook de doorwerking van dit verleden in het hier en nu, waar we zo’n onvolledig beeld van hebben.
Al deze hoofdstukken zijn het waard om verteld en gehoord te worden.

Complete mensenlevens, hele gemeenschappen zijn bewust uit onze geschiedenis gewist.
Maar toch bleef er iets leesbaar. Tussen de regels.
Het meest kwetsbare en persoonlijke overleefde de geschiedenis wél.

Het liedje waarmee een moeder haar kind in slaap wiegt.
Het recept dat van generatie op generatie gaat.
De haardracht die een eigen taal spreekt.
Al deze vonkjes zijn nooit uitgedoofd.
Deze zachte, kwetsbare krachten bleken oersterk.
Omdat mensen die meedroegen in hun hart.
Daar waar anderen niet bij konden.
Ze gaven hun cultuur door.
Dierbare geschenken als rituelen, taal en familieverhalen.

Uit deze draden vlochten ze een onverwoestbaar koord van verzet.
En nog elke dag maakt u dit koord een stukje langer.

Zonder het verzet van u en uw voorouders,
zonder het doorzettingsvermogen van leraren, onderzoekers, activisten en vele anderen,
waren het Herdenkingsjaar en de excuses van premier Rutte en de Koning er nooit gekomen.
Excuses die wij als leden van het kabinet ook persoonlijk als zeer betekenisvol en historisch hebben ervaren.

De excuses hebben ruim anderhalve eeuw op zich laten wachten.
Dat nog niet alle nazaten klaar zijn die te aanvaarden is daarmee zeer begrijpelijk.
Kritiek is ook een groot goed.
Ware emancipatie betekent dat er voor jouw mening, jouw verontwaardiging, jouw roep om gelijkheid geen andere spelregels gelden dan voor die van anderen.
Dat jij net zo vanzelfsprekend ruimte kunt innemen in de samenleving als ieder ander.

Emancipatie is niets minder dan herstel van historisch onrecht.
Dat is een grote opdracht, aan iedereen in de samenleving.
Ook aan het volgende kabinet en alle daarna.

Ook vandaag zetten we stappen in dit herstelproces.
Nazaten in Europees en Caribisch Nederland die de pijn van een plantageverleden meedragen in hun achternaam, kunnen voortaan hun naam wijzigen.
En vanaf vandaag heeft het Papiaments ook hier, in het Europese deel van Nederland, een beschermde status.

Als Koninkrijk blijven we stappen zetten.
Er komt een permanent Herdenkingscomité Slavernijverleden.
Er komt een Nationaal Slavernijmuseum.
Er is geld voor meer onderzoek en onderwijs.
Zodat het hele verhaal verteld wordt.

Zo zullen we steeds meer weten.
En wat we weten, kunnen we niet meer ont-weten.
Weten maakt bewust.

De weg naar voren is lang en kronkelig. Tegenwinden zullen opsteken.
Maar onze stappen zijn onomkeerbaar.
Zoals de excuses onomkeerbaar zijn.
Ze hebben de werkelijkheid veranderd.
We zijn een drempel over.

Zo waar als wij vandaag samen zijn, dragen wij het verleden in onze genen mee.
De pijn van dat verleden is ongelijk verdeeld.
Maar iedereen is erfgenaam van het verleden.
En voorouder van de toekomst.

“Wie zijn we morgen?”, vroeg de Dichter des Vaderlands in haar gedicht.
Laten we het antwoord niet afwachten.
Maar van nu af aan samen geschiedenis schrijven.
Op weg naar een gedeelde toekomst.

Reacties uitgeschakeld voor Toespraak minister Dijkgraaf bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden op 1 juli 2024

Opgeslagen onder Divers

Afscheidsboodschap van minister-president Rutte aan Nederland/Laatste premier in een niet-Fascistenkabinet

Mark Rutte spreekt om 16.30 uur het volk toe.

AFSCHEIDSBOODSCHAP VAN MINISTER-PRESIDENT RUTTE AAN NEDERLAND/DE LAATSTE PREMIER IN EEN NIET-FASCISTENKABINET

Nooit gedacht te zeggen:

WE ZULLEN U NOG MISSEN, PREMIER RUTTE!

https://www.astridessed.nl/?s=Rutte
https://www.astridessed.nl/?s=Fascistenkabinet

RIJKSOVERHEID.NL

AFSCHEIDSBOODSCHAP VAN MINISTER-PRESIDENT RUTTE AAN NEDERLAND

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/toespraken/2024/06/30/afscheidsboodschap-van-minister-president-rutte-aan-nederland#:~:text=Ik%20heb%20van%20dichtbij%20de,af%20en%20toe%20is%20gelukt.

Afscheidsboodschap van minister-president Rutte aan Nederland

Toespraak | 30-06-2024

Goedemiddag,

Ik zag een dezer dagen in de krant een foto van mezelf uit mijn begindagen als premier. Dat was lichtelijk confronterend. Laat ik het zo zeggen: er zijn sindsdien wel een paar grijze haren en wat rimpels bij gekomen. En ik hoop ook een tikje meer senioriteit. Maar dat kan bijna niet anders. Na bijna 14 jaar en meer dan 5000 dagen in deze baan. Het is voorbij gevlogen. Ik denk dat iedereen boven een zekere leeftijd dat herkent. Hoe er van die momenten komen in het leven dat je je realiseert: wat gaat de tijd snel en wat is er veel gebeurd. Voor mij is dit zo’n moment.

Nog heel even en mijn tijd als uw, als jullie, minister-president zit erop. Ik geef toe, dat voelt onwerkelijk en ik word er ook weemoedig van. Maar dat heeft vandaag zeker niet de overhand. Nu het Torentje is opgeruimd voor mijn opvolger, kijk ik vooral dankbaar terug op een heel bijzondere en intensieve tijd. Ik heb van dichtbij de mooiste dingen mogen meemaken, maar ook de meest verdrietige en moeilijke gebeurtenissen. Als minister-president ben je in de bevoorrechte positie dat je op al die momenten de kans krijgt iets te betekenen, iets goeds te doen. Ik hoop dat me dat af en toe is gelukt. En ik wens mijn opvolger, Dick Schoof, natuurlijk alle succes toe.

Een van de belangrijkste dingen die ik als premier heb geleerd, is dat je best doen en alles goed doen twee heel verschillende dingen zijn. En dan denk ik natuurlijk meteen aan de toeslagenaffaire en de aardbevingen in Groningen. Daar is onder mijn verantwoordelijkheid veel mis gegaan en dat trek ik me ook persoonlijk aan.

Ik heb zoveel gesprekken gevoerd met mensen die zich niet veilig voelen in hun eigen huis. Met ouders, die alles zijn kwijt geraakt door de schuld van de overheid. Met jongeren, die me ronduit zeiden dat hun jeugd ze is afgenomen. En ik verzeker u, zoveel onrecht en verdriet kruipen onder je huid. Die gesprekken zullen me altijd bijblijven.

Maar als politicus, en zeker als premier, ben je niet ingehuurd om alleen maar spijt te hebben. Als dingen niet goed zijn gegaan, moet je ze recht zetten – dat is je taak. Dat heb ik geprobeerd – dat hebben we als kabinet geprobeerd. Het is en blijft diep frustrerend dat het niet sneller gaat. Tegelijkertijd vertrouw ik erop op dat onze opvolgers doorgaan op de ingezette weg naar herstel. En belangrijker nog, dat de Groningers en de toeslagenouders daarop kunnen rekenen. Tegen hen zeg ik: als ik vandaag één ding mocht wensen, dan zou dat zijn dat uw problemen en zorgen zo snel mogelijk voorbij zijn. Zodat u verder kunt. Dat wens ik u toe.

De afgelopen weken en dagen heb ik natuurlijk ook vaak teruggedacht aan die eerste jaren. Nederland zat midden in een ernstige economische crisis. We kunnen het ons nauwelijks meer voorstellen, maar zo rond 2012 – 2013 kwamen er per maand tot wel 15.000 werklozen bij. Het tekort op de rijksbegroting ontplofte. En dus moesten we het roer omgooien, met de meest ingrijpende hervormingen en bezuinigingen ooit. Het is achteraf gezien een klein wonder hoe snel we uit dat diepe dal zijn geklommen. En ik ben er nog altijd trots op hoe we dat als land hebben gedaan.

Samen.

Met ondernemers en vakbonden.

Met gemeenten en provincies.

Met iedereen in het land

En met brede politieke steun, ook van partijen die niet in de regering zaten.

Het gebeurde allemaal in de beste Nederlandse traditie van overleg, verstandige compromissen en niet weglopen voor verantwoordelijkheid. Dat is echt uniek aan Nederland. En het is belangrijk om dat vast te houden. Want samen sta je sterker dan alleen.

En die les heb ik nog een keer geleerd, op een totaal ander moment in een totaal andere context. Namelijk rond de aanslag op MH17. Over een paar weken is dat 10 jaar geleden. Tien jaar alweer, en toch zo dichtbij.

Iedereen herinnert zich de hartverscheurende beelden van de thuiskomst van de lichamen in Eindhoven. De eindeloze stoet met rouwauto’s, begeleid door duizenden mensen langs de route. En later de indrukwekkende Nationale Herdenking in de RAI. Voor mij persoonlijk is MH17 misschien wel de meest ingrijpende en meest emotionele gebeurtenis uit mijn hele premierschap. Ik heb steeds geprobeerd een steun te zijn voor de nabestaanden.

Maar MH17 heeft ook mijn persoonlijke kijk op de wereld veranderd. Meer nog dan daarvoor, heb ik me na MH17 gerealiseerd hoe belangrijk het is als land niet alleen te staan in een wereld vol onrust en dreiging. Hoe landen die samenwerken elkaar ook beschermen. En hoe cruciaal het dus is dat ons land is ingebed in de Europese Unie en de NAVO. Eén blik op de wereldkaart maakt dat duidelijk. Ik zeg het nog maar een keer: samen sta je sterker dan alleen. Juist nu, met een oorlog op een paar uur vliegen van ons land, moet die gedachte ons motiveren Oekraïne te blijven steunen. Voor vrede daar en veiligheid hier.

En ja… Als je dan zo je laatste weken en dagen ingaat, krijg je heel vaak dezelfde vraag. Welke gebeurtenissen, welke momenten uit die bijna 14 jaar zullen je het meest bijblijven? Wat heeft het meeste indruk gemaakt? Het is eigenlijk onmogelijk daar een kort antwoord op te geven. Want hoe kies je uit zoveel? Maar laat ik vandaag toch een poging wagen.

Ik noemde al MH17 – dat was zo groot, dat laat me nooit meer los. Maar ik denk ook aan het moment waarop ik excuses aanbood voor het handelen van de Nederlandse regering tijdens de Holocaust. En met de herdenking en viering van Keti Koti morgen, denk ik natuurlijk aan de excuses voor het slavernijverleden. Dat zijn momenten waarop je als minister-president heel direct verbinding kunt leggen door erkenning te geven. Met alle emotie die dat losmaakt. Niet als persoon, niet als Mark Rutte uit Den Haag, maar als vertegenwoordiger van iets groters – een land, een samenleving. Dat klinkt uit mijn mond misschien allemaal wat plechtig, maar ik heb dat echt zo gevoeld en beleefd. Het is hoogst eervol dat ik die rol op een paar momenten heb kunnen vervullen.

En er was corona. Ik weet nog goed hoe ik op 16 maart 2020 ’s avonds vlak voor zeven uur gespannen hier in het Torentje zat voor die eerste TV-toespraak. Niet wetende wat er met corona op ons afkwam, maar wel dat het megagroot en ingrijpend zou worden. Het is waarschijnlijk maar goed dat we op dat moment niet wisten dat deze achtbaanrit 2 jaar zou gaan duren. Twee jaar, waarin veel mensen een dierbare verloren, met al het verdriet, dat niet zomaar weg is. Twee jaar, waarin het leven ook in andere opzichten heel lastig was – voor sommigen tot op de dag vandaag.

Corona raakte aan alles. Aan onze gezondheid, ons sociale leven, ons werk en inkomen. Het raakte aan de toekomst van onze jonge mensen. Het was voor te veel mensen een tijd van eenzaamheid. En het heeft ook sporen getrokken in de samenleving, die niet zomaar zijn hersteld.

Onvermijdelijk heb ik, hebben we als kabinet, in de aanpak steken laten vallen. Dat kan niet anders. Tegelijkertijd vind ik dat er in deze periode in de samenleving veel goeds en moois is gebeurd. De mensen in de zorg leverden een ongekende prestatie.

In bedrijven, de horeca, scholen, verenigingen, musea en theaters – iedereen maakte er het beste van. En overal ontstonden spontaan initiatieven om elkaar te helpen, te steunen of te troosten. Ook dat is Nederland. U weet hoe ik daarover denk.

Nederland is een gaaf land. Ik geef toe, ik heb dat misschien één of twee keer te vaak gezegd. Maar dat komt omdat ik het meen, uit de grond van mijn hart.

Er is hier geen oorlog. In Nederland mag je zijn wie je bent en houden van wie je wilt. We zijn welvarend. En onze democratie is sterk. Niet alleen omdat we – minstens – elke vier jaar in alle vrijheid mogen stemmen. Maar ook omdat je het in Nederland luid en duidelijk mag laten weten als je het ergens niet mee eens bent. En we hebben een vrije en kritische pers en onafhankelijke rechters. Dus ja, een gaaf land.

En één ding weet ik na bijna 14 jaar premierschap heel zeker. Dat zit in mensen. Mensen maken een land. Zo heb ik zelf het werk al die jaren alleen kunnen doen, omdat ik ondersteund werd door superslimme, deskundige en hardwerkende ambtenaren. Dat wil ik bij mijn afscheid gezegd hebben. Ik heb verder als premier in heel Nederland ontelbaar veel mensen ontmoet, jong en oud. En ook op de Caribische eilanden, die bij ons horen. Ik heb heel veel organisaties en verenigingen leren kennen. De mooiste musea gezien en voorstellingen bijgewoond. Ik heb onze militairen op missie in het buitenland in actie gezien – diep respect voor wat zij doen. En ik weet niet bij hoeveel bedrijven ik achter de voordeur heb mogen kijken, van de kleinste startup tot de grootste maakfabriek.

En ik zeg u, we hebben een land dat barst van creativiteit en ondernemerschap. Van hard werken en daarna voluit genieten. En gelukkig ook een land met een gezonde afkeer van hiërarchie en overdreven deftigheid. Maar bovenal zijn we een land van vrijwilligers, mantelzorgers, goede buren en beste vrienden. Er wordt ook best wel eens gemopperd natuurlijk. Dat is ook Nederland. Maar als het erop aankomt, staan we om elkaar heen en helpen we elkaar.

Ik kan vandaag daarom alleen maar herhalen wat ik aan het begin van de coronacrisis al eens zei. Let een beetje op elkaar. Ik reken op u.

Ik vond het een eer om jullie minister-president te mogen zijn. En ik heb het met ongelooflijk veel plezier gedaan.

Dank. Dank. Dank.

ZIE OOK YOUTUBE.COM

Reacties uitgeschakeld voor Afscheidsboodschap van minister-president Rutte aan Nederland/Laatste premier in een niet-Fascistenkabinet

Opgeslagen onder Divers